Op een bijeenkomst van ACOD Lokale en Regionale Besturen (LRB) in Brussel werd een solidariteitsmotie goedgekeurd rond de oorlog in Afrin. Het is belangrijk dat syndicalisten zich niet beperken tot de situatie op hun eigen werkplaats maar een bredere kijk op de samenleving hebben en promoten. Solidariteitsberichten zoals van ACOD LRB in Brussel zijn bovendien een belangrijke ondersteuning van de activisten die vandaag relatief geïsoleerd staan met hun verzet tegen de oorlog in Afrin.
Category: Op de werkvloer
-
14 maart 2018: Equal Pay Day. Gelijk loon voor gelijk werk
Op 14 maart zullen vrouwen in België hetzelfde brutoloon verdiend hebben als mannen eind december 2017. Nu het feminisme internationaal opnieuw op de voorgrond treedt, blijft die loonkloof tussen mannen en vrouwen een realiteit. Ook in België: met 20% minder bruto maandloon in de privésector, gemiddeld 26% minder pensioen … Bovendien wordt die secundaire positie van vrouwen nog versterkt door de besparingsmaatregelen van de regeringen en lokale besturen.Het moet gedaan zijn met de begrotingsputten te vullen ten koste van diegenen die al moeite hebben de eindjes aan elkaar te knopen. Er is geld genoeg … De winsten van de grote vermogens blijven toenemen. Op 8 januari 2018 was het ‘CEO Jackpot Day’, de dag waarop de CEO’s van de 20 grootste beursgenoteerde Belgische bedrijven verdiend hebben wat een Belgische werknemer verdient op een jaar tijd.
Een degelijk loon voor iedereen!
De loonkloof wordt veroorzaakt door verschillende zaken, maar niet één daarvan rechtvaardigt haar. Vrouwen werken over het algemeen in minder betaalde sectoren waar massaal deeltijdse contracten gebruikt worden: de zorg, het onderwijs, de distributie … 45% van de werkneemsters werkt deeltijds (cijfer van 2016).
Dat is geen persoonlijke keuze: slechts 9% van de vrouwen in die situatie zou geen voltijdse job willen. 24% legt uit dat ze die keuze maken om de zorg voor kinderen of andere mensen ten laste op te nemen. Het loon van vrouwen wordt nog vaak gezien als een extraatje voor het gezin, eerder dan een loon op zich. Daardoor zijn ze vaker financieel afhankelijk van hun partner of lopen ze meer risico om onder de armoedegrens te belanden. Dat wordt dan weer versterkt door de afbraak van publieke diensten (te dure en/of te weinig zorg, tekort aan kinderopvang, …) en de doelstelling van de regering om slechte contracten te promoten: flexi-jobs, interimcontracten, dienstencheques …
Campagne ROSA strijdt voor:
- Collectieve arbeidsduurvermindering om de combinatie werk-privéleven mogelijk te maken. Voor een 30-urenweek zonder loonverlies, met bijkomende aanwervingen en een verlaging van het arbeidsritme waar nodig.
- Kwaliteitsvolle jobs. Geen onzekere contracten, voor contracten van onbepaalde duur en een minimumloon van €14/uur.
- Een collectieve aanpak van kinder- en bejaardenzorg, zodat dit niet de individuele taak is van vrouwen. Kwaliteitsvolle publieke diensten, toegankelijk voor iedereen, zijn broodnodig. Stop de besparingen op openbare diensten en de zorgsector
[divider]
Stop de aanval op onze pensioenen!
In tegenstelling tot wat de politici vertellen, is het pensioen in België bij de laagste van Europa. In ons land leven 4 gepensioneerden op 10 onder de armoedegrens. Tweederde van hen zijn vrouwen. Het pensioen van vrouwen ligt 26% lager dan dat van mannen. Vrouwen hebben minder lange carrières omwille van de sociale rol die bijna uitsluitend aan hen wordt toegewezen.
De pensioenhervormingen die hangende zijn, gaan vrouwen nog massaler in onzekerheid duwen. Inderdaad, de pensioenleeftijd optrekken tot 67 jaar, de aanvallen op de lijst van zware beroepen en de aanvallen op de gelijkgestelde periodes waren nog niet genoeg voor minister van pensioenen Daniel Bacquelaine. Hij heeft nog enkele kaarten achter de hand: deeltijds pensioen, pensioen met punten … Dat doet hij niet, zoals hij zelf beweert, om de pensioenen te verhogen voor diegenen die langer willen werken, maar wel om te besparen op de rug van diegenen die nu al amper rondkomen.
Campagne ROSA wil:
- dat de regering al haar hervormingen intrekt: pensioenleeftijd, gelijkgestelde periodes …
- dat er niet geraakt wordt aan de pensioenen in de publieke sector of aan de gelijkgestelde periodes.
- een minimumpensioen van €1.500 bruto per jaar.
- dat de pensioenen in de privésector minstens 75% van het gemiddelde loon bedragen.
- geïndividualiseerde rechten die financiële onafhankelijkheid van vrouwen garanderen.
-
Carrefour: de strijd gaat verder

Actie in Brussel eind januari. Foto: socialisme.be Na de eerste aankondiging van het jobverlies bij Carrefour is het stof wat gaan liggen. De steunbetuigingen van de regering na de bekendmaking dat 1233 jobs verdwijnen, zijn al vergeten. De slogan ‘jobs, jobs, jobs’ wordt enkel gebruikt als het abstract is of als het is om onze lonen en arbeidsvoorwaarden naar beneden te trekken. Zodra het concreet wordt, zijn er echter geen concrete voorstellen en maatregelen.
Artikel door een delegee in de sector, gepubliceerd in maandblad ‘De Linkse Socialist’
Wel spraken de politieke verantwoordelijken zich al uit tegen brugpensioen: wie afgedankt wordt, moet terug aan de slag. In welke omstandigheden dan ook. Personeel en vakbonden gaven aan dat ze kwaad zijn en de strijd willen aangaan tegen zowel de winsthonger van Carrefour als de flexibilisering die de regering wil opleggen om het bedrijven als Carrefour gemakkelijker te maken.
De regering beweert het personeel te steunen. Kris Peeters wilde dat aantonen door vervroegd van het Wereld Economisch Forum in Davos terug te keren. Maar ondertussen staat de regering zelf vooraan in het opvoeren van de mogelijkheden inzake flexibilisering op de arbeidsmarkt en in de handelssector in het bijzonder.
Alle maatregelen die genomen werden om ‘jobs, jobs, jobs’ te creëren falen in de handelssector. Het personeel is er al erg flexibel, bedrijven als Carrefour betalen al weinig belastingen en krijgen veel (fiscale) voordelen. Dit heeft niet geleid tot nieuwe jobs, het zorgt zelfs niet voor het behoud van de huidige jobs.
Voor de directie leidt de automatisering, vooral aan de kassa, tot een mogelijkheid om te snoeien in het aantal jobs. Daarnaast blijken de hypermarkten niet winstgevend genoeg te zijn. Sommige van de winkels die nu sluiten of verkleinen, zijn minder dan 10 jaar oud. In de plaats hiervan komen er meer kleinere winkels. Dit zijn vaak winkels in franchise, uitgebaat door een ‘zelfstandige’ ondernemer die zelf de arbeids- en loonvoorwaarden in zijn winkel bepaalt. Er moet geen tekening bij gemaakt worden: die voorwaarden zijn meestal slechter, het personeel wordt er nog meer uitgeperst. De nieuwe herstructurering bij Carrefour is geen kwestie van het hoofd boven water houden, maar van nog meer winst voor de aandeelhouders.
De vakbonden klagen de houding van de werkgever en de regering aan. Ze stellen dat ze de arbeidsvoorwaarden en de tewerkstelling in de winkels niet willen laten doodbloeden, dat ze de moed niet opgeven en zich er niet zomaar bij neerleggen. Dat is positief, maar er zal meer nodig zijn dan verontwaardiging en losse acties doorheen het land. We mogen ons niet beperken tot de eis van een beter businessplan van Carrefour, waarbij het probleem uitgesteld wordt of doorgeschoven naar andere ketens.
Er was heel wat actiebereidheid onder het personeel en er waren spontane acties. Het ontbreekt echter aan een duidelijk strijdplan gekoppeld aan scherpe eisen. We mogen niet afwachten maar moeten gaan voor een andere organisatie van de handelssector. We hebben al arbeidsduurverkorting bekomen in het verleden, maar vandaag moet dit opnieuw een eis zijn zodat de technologische vooruitgang niet leidt tot sociale achteruitgang. We moeten technologische vooruitgang niet verwerpen of tegenwerken, maar er gebruik van maken om het werk beter te verdelen onder alle werknemers.
Vandaag moeten de winkels die in “betere” paritaire comités zitten, concurreren met franchisewinkels waar de lonen lager zijn, de werkweek langer duurt en er geen vakbonden zijn om toe te zien op het naleven van CAO’s. We mogen ons niet tegen elkaar laten opzetten en niet winkel per winkel of keten per keten de strijd aangaan. Een actieplan met offensieve eisen zoals een minimumloon van 14 euro per uur, een arbeidsweek van 32 uur, voltijdse contracten voor iedereen die dit wil en andere eisen kan alle werknemers van de sector verenigen tegen de moordende concurrentie die de sector zo teistert en bloedbad na bloedbad aanricht. Het zou een eerste stap zijn om de winstlogica uit de sector te halen en te bouwen aan een democratisch geplande distributiesector in dienst van de bevolking en niet van de aandeelhouders.
[divider]
Solidariteitsmotie van ACOD Lokale en Regionale Besturen (LRB) in Brussel
De strijd bij Carrefour belangt niet alleen het getroffen personeel aan. Solidariteit is een van de sterkste punten van de arbeidersbeweging. Het komt echter niet uit de lucht gevallen. Om sterkere solidariteit op te bouwen en de eigen militanten en leden daarvan bewust te maken, is het erg nuttig om met vakbondscentrales of delegaties solidariteitsmoties rond belangrijke kwesties op te stellen. Dit bevordert de discussie op de werkvloer en het creëert banden met collega’s uit andere sectoren. Hieronder een uitstekend voorbeeld van zo’n motie die opgemaakt werd door ACOD Lokale en Regionale Besturen (LRB) in Brussel.
“Het personeel van de Lokale en Regionale Besturen in Brussel en hun syndicale afgevaardigden zijn niet enkel bezorgd om wat er in de publieke sector gebeurt. Ze zijn ook van nabij begaan met hun collega’s in andere bedrijven en sectoren. Dat is waarom ACOD LRB in Brussel vandaag zijn oprechte solidariteit betuigt met de werknemers van Carrefour. Eens te meer stellen we vast dat een multinational meer dan 1.000 werkenden op straat zet met de nauwelijks verborgen ambitie om nog meer schade aan te richten bij de arbeidsvoorwaarden en de lonen van diegenen die kunnen blijven.
“Uiteraard bevinden we ons in een ‘overgangsperiode’, maar het excuus van digitalisering is geen reden om tot een sociaal bloedbad over te gaan. De overgang van de stoommachine naar de elektrische motor, van het werkatelier naar bandwerk, waren allemaal ‘overgangsperiodes’ waarin de productiviteit sterker werd opgevoerd dan met de huidige digitalisering. De werkenden hebben dit niet gewoon aanvaard, ze hebben vooral hun deel opgeëist in de vorm van kortere werkweken en betere loon- en arbeidsvoorwaarden.
“De cijfers van 2017 zijn nog niet bekend, maar we weten dat Carrefour in 2016 een recordomzet heeft behaald. Op wereldvlak werd een gecumuleerde winst van 8,5 miljard euro geboekt. In 2016 was Carrefour België goed voor een winst van 65 miljoen euro. De directie stortte daarvan 50 miljoen euro aan dividenden door naar het moederbedrijf. Doorheen de jaren heeft Carrefour, eerst via zijn interne bank en nadien via de notionele intrestaftrek, miljoenen euro’s aan fiscale cadeaus gekregen van de Belgische overheid. Dat volstaat ruimschoots om de overgang te overbruggen in plaats van deze te laten betalen door het personeel.
“Dat is waarom wij, werkenden en militanten van de LRB, oproepen tot solidariteit met het getroffen personeel van Carrefour. Als de werknemers van Carrefour een nationale betoging organiseren, zullen we daar volop voor mobiliseren. Als ze staken, zullen we solidariteitsdelegaties naar de stakersposten sturen en zullen we elke oproep volgen. Wat vandaag met de werknemers van Carrefour gebeurt, kan ons morgen ook overkomen. Samen staan we sterker: wie de strijd aangaat kan verliezen, wie ze niet aangaat is al verloren.”
-
Strijd loont. Leidinggevende Verko gedegradeerd na stakingsweek
Bij de intercommunale Verko werd een week gestaakt naar aanleiding van pestgedrag en wanbeleid van een leidinggevende. Nu kwam het nieuws van een akkoord: de eisen van de stakers worden tegemoet gekomen met een degradatie van de leidinggevende die door de stakers werd aangeklaagd. De stakers kunnen zich daarin vinden: de leidinggevende zal in zijn nieuwe functie niet meer op de werkvloer komen.
Door Sander (Dendermonde)
In de media was er heel wat aandacht voor de minderheid van werkwilligen die zich achter de leidinggevende schaarden. Dat er zo’n minderheid is, was niet verwonderlijk: de leidinggevende zette het personeel tegen elkaar op en koos er beschermelingen uit. Vaste contracten en minder zware routes werden gegeven aan degenen die geen goed contact onderhielden met de vakbondsafgevaardigden en enkel naar de pijpen van de leidinggevende dansten. Sommigen aan het piket maakten zelfs notie van seksueel onaanvaardbaar gedrag door zo een beschermeling.
We spraken maandag met een vakbondsafgevaardigde die stelde dat de leidinggevende van geluk mag spreken dat zijn ontslag niet wordt geëist. Het 19 artikelen tellende arbeidsreglement werd volgens de afgevaardigde maar liefst 40 keer overtreden door de leidinggevende. Dat arbeidsreglement werd pas aangepast door de huidige lichting vakbondsafgevaardigden.
De wantoestanden begonnen niet met de huidige discussie. Het arbeidsreglement werd van meer dan 30 artikelen, naar 19 teruggedrongen. Voorheen kon iemand die voor zijn rechten opkwam zonder pardon worden ontslaan. Dit stond in het arbeidsreglement! De bazen deden er alles aan om de vakbonden zoveel mogelijk buiten te houden. Ze lieten het arbeidsreglement nooit ondertekenen door de secretaris van de vakbond, wat nochtans wettelijk verplicht is en zonder die handtekening is het reglement zelfs niet bindend. De huidige vakbondsdelegatie maakte korte metten met deze onrechtvaardigheden.
Het is duidelijk dat de degradatie van de leidinggevende een overwinning is voor de werknemers van Verko. Een eengemaakt front tussen ACV en ABVV klaarde het om een actieplan te bekomen rond het psychisch welzijn van alle werknemers, met als eerste stap het wegwerken van de leidinggevende. We zien dus dat eengemaakte acties tot resultaten leiden. Als dit kan op een schaal van één enkele intercommunale, wat zou dit dan kunnen betekenen voor de nationale strijd tegen besparingen!? Laat het een oproep aan de vakbondsleiding zijn om het voorbeeld van de strijdvaardige vertegenwoordigers en militanten bij Verko te volgen. Met een eengemaakte en strijdbare opstelling kunnen we overwinningen voor de gehele werkende bevolking bekomen! Een zeer welgemeende dank aan alle stakende werknemers om dit nog maar eens aan te tonen.
-
Dendermonde: vuilophaling in staking tegen wanbeleid en pestgedrag

Wat vorige week donderdag begon als een spontane staking bij de vuilophaaldienst Verko in Dendermonde, mondde uit in een georganiseerd verzet. LSP was aanwezig om onze solidariteit met de werknemers van Verko aan het piket te betuigen. We zagen strijdbare vakbondsafgevaardigden en militanten die opkomen voor de rechten van al hun collega’s, ook diegenen die ervoor kiezen toch uit te rijden.Door Sander, Dendermonde
De werknemers protesteren tegen de aanhoudende pesterijen door een leidinggevende. Volgens de stakers zouden er al meer dan 40 klachten lopen en hebben reeds meerdere mensen hun ontslag ingediend door het aanhoudende wanbeleid en pestgedrag. Een vakbondsafgevaardigde zei ons dat de reacties op sociale media binnenstroomden van collega’s die eerder al hun ontslag gaven. Het gaat onder meer over favoritisme, het niet geven van vaste contracten aan mensen die een te goed contact met de vakbondsafgevaardigden onderhouden, het niet naleven van beloofde vakantie, het geven van zware routes aan wie niet tot het clubje van de directeur behoort en het toedekken van fouten door de beschermelingen van de hierboven vermelde leidinggevende. Ook werd er melding gemaakt van seksuele intimidatie door een beschermeling van de directeur, die met de mantel der liefde zou worden toegedekt. De stakers eisen de onmiddellijke overplaatsing van hun leidinggevende en geen gevolgen voor de mensen die tijdelijke contracten hebben en er toch voor kiezen in solidariteit met hun collega’s het werk neer te leggen.
Onze regering heeft de mond vol van werkbaar en leefbaar werk, maar laat niet na om tegelijk de openbare diensten af te bouwen. Bedrijven als Verko huren hun gebouwen van vastgoedmagnaten tegen woekerprijzen. De werkdruk stijgt, steeds minder mensen krijgen een vast contract en wie zich durft verzetten tegen deze wantoestanden krijgt als extraatje een nog moeilijkere werksituatie, een ontslagbrief of geen verlenging van een tijdelijk contract. De geleidelijke privatisering van openbare diensten moet een halt worden toegeroepen. Onze belastingen worden gebruikt om de huur van infrastructuur te betalen die feitelijk openbaar bezit hoort te zijn en het subsidiëren van bedrijven die enkel uit zijn op winst en niet het welzijn van de bevolking! Dit alles om een rijke elite nog rijker te maken op de rug van werknemers en inwoners. Wij roepen op tot solidariteit met de werknemers van Verko!
-
Niet hoge lonen, maar kapitalistische inhaligheid leidt tot werkloosheid
Reactie op het pleidooi van professor Baert voor een lager minimumloon
In De Standaard van vrijdag 2 maart 2018 pleit arbeidseconoom Stijn Baert (UGent en UA) voor een lager minimumloon, vooral voor laaggeschoolde jongeren. (1) Hij meent dat de hoge werkloosheidsgraad bij jongeren in België, vooral dan bij laaggeschoolden, te wijten is aan de hoge minimumlonen in ons land. Hij pleit dan ook voor een systeem waarbij het minimumloon verlaagd wordt naargelang een jongere een lager diploma heeft, net zoals er vandaag al een lager minimumloon bestaat voor zij die jonger zijn dan 21 jaar.
Artikel door een ACOD-vakbondsafgevaardigde
Door de hoge werkloosheid te koppelen aan de hoogte van de lonen maakt Baert een typische fout die al bijna zo oud is als het kapitalisme zelf. Sinds het moment dat de georganiseerde arbeidersbeweging de strijd voor hogere lonen – of een variante: kortere werktijden voor hetzelfde loon – heeft opgenomen, hebben kapitalistische economen theorieën bedacht om te argumenteren dat dit de economie zou schaden, en vaak dus juist de arbeiders zélf zou treffen.
In 1865 hield John Weston, nota bene zélf een socialistisch militant, een redevoering voor de Algemene Vergadering van de Eerste Internationale, waarbij hij probeerde te argumenteren dat het verkeerd was dat de Internationale opriep voor stakingen en protesten om betere lonen af te dwingen. Zijn argument was, exact zoals Stijn Baert het 153 jaar later zal herhalen, dat hogere lonen ingaan tegen de mogelijkheden van kapitalisten om “vrij” tot “natuurlijke” lonen te komen. Weston beweerde, opnieuw vlekkeloos nagekauwd door Baert, dat dit zou leiden tot meer werkloosheid, of tot hogere prijzen voor consumptiegoederen (inflatie), waardoor de arbeiders er zélf de dupe van zouden worden. Voor Weston was de conclusie dat vakbonden niet mochten proberen te lonen te verhogen, Baert gebruikt datzelfde argument om de overheid op te roepen de minimumlonen te verlagen voor bepaalde groepen.
Marx nam op de volgende bijeenkomsten van de Algemene Vergadering van de Eerste Internationale grondig de tijd om de argumenten van Weston te ontkrachten. (2) Zijn belangrijkste argument was dat Weston er totaal geen rekening mee hield dat de economie ook groeit, en dat hogere lonen voor arbeiders nieuwe investeringsmogelijkheden biedt aan kapitalisten om producten te verkopen aan die arbeiders. Bovendien staan kapitalisten met elkaar in concurrentie, en dat zélfs wanneer één kapitalist de hogere lonen zou willen doorrekenen in zijn prijzen, of door minder te produceren en arbeiders af te danken, dat anderen door hogere productie of lagere prijzen dit zullen corrigeren. Marx toonde met concrete voorbeelden uit zijn tijd aan dat dit effectief het geval is.
Professor Baert haalt dan een gezagsargument aan om zijn stelling toch te bekrachtigen: hij stelt dat “eerder onderzoek” aantoont dat minimumlonen effectief zorgen voor meer werkloosheid. Baert vermeldt er niet bij over welk onderzoek het gaat, dus is het moeilijk om na te gaan of zijn stelling effectief klopt. Zeker, er zijn economen – vooral van neoliberale signatuur – die tot deze conclusies komen, maar er zijn er ook heel wat die het tegengestelde beweren. De befaamde Amerikaanse economen Alan Krueger en David Card toonden in 1994 al aan dat hogere minimumlonen net méér jobs opleverden (3), en ook David Neumark and William Wascher toonden dit aan met dezelfde casestudy (4). Meer recent was er de open brief van zo’n 600 vooraanstaande Amerikaanse economen, waaronder Nobelprijswinnaars zoals Thomas Schelling, Robert Solow en Joseph Stiglitz die in januari 2014 de Amerikaanse regering opriepen een hoger minimumloon in te voeren, wat zou leiden tot meer economische groei en een lagere werkloosheid. Het minste wat we dus kunnen zeggen is dat professor Baert zijn bronnen selectief kiest.
Als laatste argument geeft Baert aan dat er “jobs” zijn die een lagere productiviteit of toegevoegde waarde hebben dan het minimumloon. Ook dit moet gerelativeerd worden: het minimumloon voor een werknemer die minstens 21 jaar oud is komt op dit moment overeen met een uurloon van 9,49 euro per uur. België is wereldwijd één van de meest productieve landen ter wereld, per uur gewerkt loon wordt er in ons land een meerwaarde gecreëerd van gemiddeld 48,2 euro per uur (5): ons land staat daarmee op een trotse vierde plaats wereldwijd. Professor Baert zou kunnen argumenteren dat dit cijfer slechts een gemiddelde is en dat er sectoren zijn die hieronder vallen. Maar zelfs in die sector die het laagste scoort qua toegevoegde waarde, de horeca, wordt nog steeds een toegevoegde waarde van 31,1 euro per gewerkt uur behaald (6).
Bovendien heeft een sector als de horeca net veel te winnen bij de verhoging van een minimumloon. Toen onze zusterorganisatie Socialist Alternative via haar gemeenteraadslid Kshama Sawant in Seattle er in 2014 in slaagde een minimumloon van 15 dollar per uur in te voeren op stadsniveau, werden een aantal kleine horeca-uitbaters opgevoerd als het gezicht van de oppositie tegen die maatregel. Twee jaar later moesten de meeste van die uitbaters toegeven dat hun verzet onterecht was geweest: hun zaken bloeiden en enkelen onder hen konden zelfs nieuwe restaurants openen (7). De reden was simpel: heel wat arbeiders die voordien nooit genoeg geld hadden om eens te gaan eten met hun gezin deden dat nu wel, wat tot meer omzet leidde voor de lokale horeca. Stijn Baert neemt zo’n effecten duidelijk niet mee in zijn theorie, maar gaat, opnieuw net zoals John Weston 150 jaar geleden, uit van een zeer statische visie op de economie.
Baert heeft wél een punt als hij stelt dat hogere lonen kunnen leiden tot minder jobs en werkuren, omdat het aanzet tot automatisering van bepaalde functies. Dit is zelfs één van de belangrijkste redenen waarom België zo een hoge arbeidsproductiviteit heeft: de Belgische economie wordt immers gekenmerkt door een hoge scholingsgraad van haar arbeidsbevolking, een sterke infrastructuur en een hoge automatisering van de industrie. Dit maakt dat in bepaalde sectoren de loonkost slechts een minimaal deel is van de totale kosten van een bedrijf, dit is met name zo voor de zeer rendabele petrochemie.
Maar moet een hogere automatisering leiden tot een hogere werkloosheid? De reden voor de hoge werkloosheid in ons land sinds de jaren ’80 is dat de arbeidsproductiviteit door automatisering niet is gevolgd door een verlaging van de arbeidstijd. De extra rijkdom die zo is gecreëerd is op die manier quasi integraal naar de zakken van de grote bedrijven gegaan: dit verklaart waarom de winsten van de grootste bedrijven jaar na jaar zo sterk toenemen. Een collectieve arbeidsduurvermindering, bijvoorbeeld door de invoering van een 30-urenweek, zou die rijkdom opnieuw eerlijker verdelen, en zou eindelijk een structurele oplossing voor de werkloosheid bieden. Trouwens: het is geen toeval dat professor Baert ook een forse tegenstander is van deze vorm van arbeidsduurvermindering…
Als we dan toch op één punt moeten akkoord gaan met Professor Baert, is het wel dat kapitalisten altijd een manier zullen vinden om elke verworvenheid van de arbeidersklasse te mismeesteren om er hun voordeel aan te halen. Zo zagen we in Seattle na de verhoging van de minimumlonen dat bepaalde restaurants tijdelijk een “minimum wage tax” toevoegden aan de kastickets, zogezegd om de hogere lonen van hun personeel te betalen. Maar, zoals eerder gezegd, werkt zoiets maar zolang er géén enkele kapitalist in de concurrentiestrijd tóch zijn prijzen doet zakken.
Maar het toont wel aan dat geen enkele overwinning onder het kapitalisme voor eeuwig is. Zelfs als we morgen in België een verhoogd minimumloon van 14 euro per uur zouden afdwingen, zoals de Algemene Centrale van het ABVV voorstelt (8), zullen kapitalisten elke delokalisatie, elk jobverlies en elke prijsstijging aangrijpen om het sociaal draagvlak voor zo’n maatregel te ondermijnen. Wij moeten dit echter gebruiken als een wapen: het wanhopige verzet van de kapitalisten – en hun lakeien zoals professor Baert – tegen elke verbetering van de levens -en werkomstandigheden van de meerderheid van de bevolking toont meteen de zwakte aan van dit systeem: het kapitalisme is niet in staat om op langere termijn een degelijke levensstandaard te bieden aan de meerderheid van de bevolking. Elke strijd om concrete verbeteringen is dan ook een strijd die het failliet van dit systeem aantoont, en de noodzaak van een socialistische omwenteling van de maatschappij.
In een socialistische maatschappij worden de rijkdommen collectief beheerd in het belang van de meerderheid van de bevolking, en niet langer voor de privileges van de allerrijksten. Elke stijging van de productiviteit betekent dat we betere lonen, kortere werktijden en comfortabelere werkomstandigheden kunnen verwezenlijken. Prioritair zullen we ons richten op het veiliger en aangenamer maken van de slechtste en meest gevaarlijke jobs, die jobs die nu vaak het slechtst betaald worden. Dat is óns project voor die jongeren met de slechtste jobs, of voor diegenen die nu geen job vinden.
- Zie De Standaard van vrijdag 2 maart 2018, Opiniebijdrage Stijn Baert: “Koppel het minimumloon aan het opleidingsniveau” https://www.standaard.be/cnt/dmf20180301_03385538
- Zie “Loon, Prijs en Winst” van Karl Marx, terug te vinden op https://www.marxists.org/nederlands/marx-engels/1865/1865loonprijs.htm#a9
- Zie “Myth and Measurement: The New Economics of the Minimum Wage”, David Card & Alan Krueger, 1995, Princeton University Press
- « The Effect of New Jersey’s Minimum Wage Increase on Fast-Food Employment: A Re-Evaluation Using Payroll Records », David Neumark, William Wascher, NBER Working Paper No. 5224, NBER Program(s): Labor Studies
- http://ec.europa.eu/eurostat/statistics-explained/index.php/File:Real_labour_productivity,_2006,_2011_and_2016_YB17.png
- http://www.guidea.be/Portals/0/dtxArt/blok-document/bestand/b2d9bf4b-765b-4ef5-9578-f5798cf3656a.pdf
- Zie bijvoorbeeld https://www.forbes.com/sites/eriksherman/2017/01/07/seattle-restaurant-jobs-keep-growing-with-higher-minimum-wages-after-a-year/
- http://www.dewereldmorgen.be/artikel/2016/06/23/anders-en-beter-het-kan-minimumloon-van-14-euro
-
Actiedag tegen aanval op pensioenen in publieke sector
De staking van ACOD leidde in de gevestigde media tot slechts één vraag. “Waar ondervindt u hinder vandaag,” titelden zowat alle kranten en nieuwssites. Over de redenen van de staking was amper iets te lezen of te horen. Nochtans zit de woede diep.
De rechtse regering blijft aanvallen inzetten op alles en iedereen, toch als het om gewone werkenden gaat. De pensioenen in de publieke sector liggen onder vuur, specifiek ook rond de regeling van zware beroepen die er nog niet is. Het doel van de regering is om iedereen langer te laten werken. Na de collectieve verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar wordt nu gezocht naar methoden om de individuele druk op te voeren zodat iedereen effectief tot 67 jaar werkt. Daarna zal de pensioenleeftijd opnieuw in vraag gesteld worden.
We publiceerden een artikel over de maatregelen die specifiek betwist worden door ACOD en over de voorbereiding naar de stakingsdag vandaag. Zie: “Pensioenen: afbraak zware beroepen openbare sector is breekijzer voor afbraak in privé”
De actiedag begon gisteravond met stakersposten aan de grote stations. Zo waren er grote piketten aan de stations van onder meer Antwerpen, Gent en Brussel. Langs Nederlandstalige kant werd de nadruk vandaag gelegd op een militantenbijeenkomst in Brugge waar ongeveer 2.000 aanwezigen waren. In Brussel waren er vandaag wel meer stakersposten, zo was er een groot piket aan het Brugmann ziekenhuis. Op dat piket werd uitdrukkelijk steun betuigd aan de twee mensen-zonder-papieren die nog steeds vastzitten na een razzia in een cultureel centrum. Langs Franstalige kant waren er verschillende piketten en militantenconcentraties. In Luik bijvoorbeeld was er ook een betoging van het ACV.
Hieronder enkele foto’s vanop diverse piketten en acties:

Station Gent St-Pieters 
Station Antwerpen Berchem. Foto: Liesbeth 
Station Antwerpen Berchem. Foto: Liesbeth 
NMBS Brussel. Foto PPICS 
NMBS Brussel. Foto: PPICS 
Piket ACOD Amio Brussel. Foto: PPICS 
Militantenconcentratie in Tournai. Foto: Stephane Enkele foto’s van de militantenconcentratie in Brugge door Laurent:

Enkele foto’s van de militantenconcentratie in Brugge door Els:

Enkele foto’s van het piket aan Brugmann-ziekenhuis in Brussel door Nico:

Video door Stream Media: interview met een treinbegeleider uit Antwerpen
-
Pensioenen: afbraak zware beroepen openbare sector is breekijzer voor afbraak in privé

Pensioenbetoging in december. Foto: Liesbeth De socialistische overheidsvakbond ACOD heeft een intersectorale stakingsaanzegging ingediend voor 27 februari. Aanleiding daartoe is het wetsontwerp over de zware beroepen voor statutaire personeelsleden in de openbare sector. “Na de verhoging van de pensioenleeftijd voor alle werknemers van het land, na het dossier van het gemengd pensioen, na de afschaffing van het pensioen wegens lichamelijke ongeschiktheid en na het pensioen met punten, valt de regering opnieuw haar personeelsleden aan,” aldus de ACOD.
Artikel door Eric Byl uit de maarteditie van ‘De Linkse Socialist’ die zopas naar de drukker is vertrokken
Federaal minister voor Pensioenen, Daniel Bacquelaine, is hier – zoals we konden verwachten – niet mee gediend. Hij argumenteert dat de stakingsaanzegging voorbarig is omdat zijn nieuw voorontwerp – op het moment dat dit artikel geschreven werd – nog niet op de dagorde van de ministerraad staat. Bovendien, aldus Bacquelaine, is na een goedkeuring in eerste lezing, overleg voorzien met de sociale partners. Het ACV en de VSOA lijken daar voorlopig genoegen mee te nemen, maar bij de ACOD neemt dat terecht de bezorgdheid niet weg. De regering wil immers begin maart al een definitieve regeling. Het is niet zeker dat ze deze timing zal kunnen respecteren, maar uit ervaring weten we dat ‘overleg’ onder deze regering niet meer betekent dan rommelen in de marge.
De hoofdlijnen van het ontwerp liggen trouwens al vast. Volgens de huidige regeling bouwt de ambtenaar ieder jaar een 60ste (tantième) van zijn pensioen op. Na 45 jaar geeft dat recht op een volledig pensioen dat overeenstemt met 75% (45/60) van het mediaan inkomen tijdens de laatste 10 jaar van zijn carrière. Vroeger was dat de laatste 5 jaar, maar dat werd onder Di Rupo al weggesaneerd. Het stelsel houdt ook rekening met specifieke beroepen door om veiligheidsredenen of omwille van zware fysieke of psychische tol onder meer een “preferentiële tantième” te hanteren. Daarbij wordt het pensioen niet berekend in 60sten, maar zoals bij het rijdend personeel van de NMBS in 48sten, bij postbodes, brandweermannen en het operationele kader van politie en leger in 50sten of bij leraars in 55sten. Zij bereiken hun volledig pensioen zodra ze het aantal jaren dat overeenstemt met 75% van hun (preferentiële) tantième bereikt hebben. Voor een treinbestuurder is dat na 36 jaar (36/48), voor een postbode na 38 (38/50), voor een leraar na 42 jaar (42/55).
In de toekomst verdwijnen die preferentiële tantièmes en maken ze plaats voor vier “zwaartecriteria” op basis van fysieke last, specifieke arbeidsorganisatie, veiligheidsrisico’s en mentale of emotionele factoren. Naarmate één, twee of drie van die criteria van toepassing zijn, zal het aantal loopbaanjaren vermenigvuldigd worden met 1,05, 1,10 of 1,15, maar vertrekken voor je 60ste wordt hoe dan ook onmogelijk. Le Soir berekende het verschil tussen een volledige carrière in het oude en in het nieuwe systeem. Een gepensioneerde onderwijzer verliest in dat geval 8,31%, een militair 10,99% en een postbode 11,14%. Dat bevestigt de stelling van de vakbonden dat wie vandaag onder de preferentiële tantièmes valt bij identieke loopbaan zijn pensioenrechten ziet afnemen. Bovendien tellen periodes van ziekte, zwangerschap, arbeidsongevallen of zorgverlof niet mee in de berekening van een vroeger pensioen voor zware beroepen. Vooral veel vrouwen, maar zij niet alleen, worden hierdoor getroffen.
Om het pensioenverlies te compenseren zullen werknemers voortaan een “zwareberoepenbonus” krijgen die tot 200 euro bruto per maand zou kunnen opleveren als ze doorwerken tot de theoretische pensioenleeftijd. Voor veel werknemers zal deze ‘vrijwillige optie’ weldra een ondraaglijke economische noodzaak worden. Bovendien zullen heel wat beroepen die nu als “zwaar” worden gekwalificeerd dat in de toekomst niet meer zijn. In het nationaal pensioencomité is de strijd over de invulling van de zwaartecriteria al vastgelopen. De vakbonden baseren zich op de Wet welzijn, maar de werkgevers vinden dit te uitgebreid en willen een individueel lichamelijk onderzoek. Het enige collectief criterium dat zij willen erkennen zou nachtwerk zijn. Kortom, ook hier zien we, zoals we vorige maand in de Linkse Socialist al schreven, dat de werkgevers een collectief recht willen ombuigen naar een individuele benadering. Ze willen onze collectieve kracht breken omdat individuen gemakkelijker onder druk bezwijken. Wat de ACOD eveneens verontrust, is dat de grote groep van contractuelen bij de overheid volledig uit de boot dreigt te vallen.
[divider]
Het verzet beter organiseren
Niemand twijfelt erover dat deze pensioenmaatregelen een verdere afbraak zijn van sociale verworvenheden, en dat ze moeten gestopt worden. Alleen is de vraag hoe?
Net zoals bij de ACOD-staking van 10 oktober vorig jaar, moesten veel werknemers, ook ACOD-leden en militanten, de staking van 27 februari vernemen via diezelfde media die onze acties voortdurend in een slecht daglicht stellen. Net zoals 10 oktober kwam de oproep voor 27 februari als een donderslag bij heldere hemel. Niemand werd vooraf geraadpleegd of gevraagd om collega’s te polsen. Er was geen voorafgaande militantenconcentratie, geen intersectorale bijeenkomst, laat staan voorafgaande personeelsvergaderingen om de basis op scherp te stellen. Het lijkt wel alsof het ACOD-secretariaat ervan uitgaat dat wij perfect volgen welke voorstellen op tafel liggen en als volleerde specialisten onze collega’s in een handomdraai kunnen behoeden voor alle valse argumenten die de regering en de media ons voorkauwen.
Er is opnieuw geen gemeenschappelijk vakbondsfront. We begrijpen dat we niet kunnen blijven wachten op het ACV en de liberale VSOA en hebben geen illusies over de actiebereidheid van veel van hun leiders. Maar bij het ACOD-secretariaat weet men toch ook dat een gemeenschappelijk vakbondsfront best van onderuit wordt opgebouwd. Een informatiecampagne gekoppeld aan raadplegingen op de werkvloer, eventueel in combinatie met werkonderbrekingen, had ons in staat gesteld om via onze collega’s druk te zetten op de andere vakbonden of toch minstens een debat los te weken. Nu is het al te gemakkelijk om de staking van de ACOD voor te stellen als een vlucht vooruit. Op de militantenbijeenkomsten volgend op de aankondiging werd dan ook zeer kritisch gesproken over deze onvoorbereide manier van actievoeren.
Het grootste risico is dat de staking mislukt en de moeizaam opgebouwde slagkracht, zowel van onze vakbond als van de afgevaardigden op de werkvloer, ondermijnd wordt. De staking van 10 oktober 2017 was nog net voldoende om door de regering niet misbruikt te worden om de vakbonden frontaal aan te vallen, maar we kunnen ons niet veroorloven om de ene slecht voorbereide staking aan de andere te rijgen. Het ACOD-secretariaat geeft zelf aan niet te geloven dat de stakingsdag van 27/02 voldoende zal zijn om de regering van gedachten te doen veranderen, laat staan om ze te doen vallen. Bovendien lijdt de stakingsbereidheid bij sommigen nog steeds onder het teleurstellende resultaat van de beweging in 2014. Daaraan moet gewerkt worden: mensen moeten overtuigd worden van de noodzaak van de staking én van het nut ervan. Er moet dus een perspectief zijn voor een overwinning.
De kiemen voor dat perspectief liggen nochtans voor het rapen. In een aantal bedrijven en sectoren is de stakingsbereidheid er wel al: dat werd aangetoond in de gevangenissen, bij De Lijn en de MIVB. Half maart zou onderwijs in gemeenschappelijk front in actie gaan. De ACOD-leiding en die van de andere vakbonden zouden beter aansluiten bij bestaande acties om die te verbreden, niet op het ene moment alles tegenhouden en isoleren, om dan op een ander moment een grootse intersectorale staking aan te kondigen. Bovendien beseft iedereen dat de hervormingen in de openbare sector een testcase vormen voor de discussie over zware beroepen in de private sectoren. Het zou bijgevolg logisch zijn dat de vakbonden van de openbare sector hun acties coördineren met die van de private sectoren.
Waarom geen militantenconcentratie ter voorbereiding van werkonderbrekingen en personeelsbijeenkomsten in alle werkplaatsen? Waarom geen grote vakbondsconferentie over de pensioenen? Waarom geen gecoördineerde acties met solidariteitsbetuigingen, werkonderbrekingen, beurtrolstakingen om de geesten voor te bereiden? Waarom niet kiezen om geleidelijk een krachtsverhouding op te bouwen in plaats van al onze munitie ineens te verschieten? LSP-militanten actief in de ACOD zullen uiteraard hun uiterste best doen om van deze staking een succes te maken en een nederlaag te vermijden, maar we dringen er bij het ACOD-secretariaat op aan om voortaan te overleggen met de basis om een zo goed mogelijke strategie, opbouwend en met een perspectief om te winnen, uit te werken.
-
Staking bij De Lijn goed opgevolgd: in actie voor meer en beter openbaar vervoer!
Vandaag wordt gestaakt bij De Lijn. Zoals we in een eerder artikel en ons pamflet uitlegden, dreigt de geplande reorganisatie bij de openbare vervoersmaatschappij te leiden tot een verdere afbraak van de arbeidsvoorwaarden en de dienstverlening. In tijden van mobiliteitscrisis en recordfiles zijn er meer middelen voor openbaar vervoer nodig. Nu wordt er evenwel stelselmatig bespaard met bijhorende resultaten zoals een dalend aantal reizigers. Het personeel voert vandaag actie voor meer en beter openbaar vervoer. Enkele verslagen.
[divider]
ACOD-militant legt uit waarover het gaatOp het piket van Antwerpen-Zurenborg deed Stream Media een interview met een militant van ACOD waarin op de redenen van de staking wordt ingegaan.
[divider]
Verslag bezoek aan piket De Lijn stelplaats Gentbrugge en Destelbergen
door David, Gent
Ook in Gent was een LSP team vroeg uit de veren om een solidariteitsbezoek te brengen aan de stakers bij De Lijn. We verspreidden er een pamflet, geschreven door werknemers bij De Lijn. Zowel aan de stelplaats van Destelbergen (voor het regiovervoer) en Gentbrugge (het stadsvervoer) was de stakingsbereidheid groot en reden er amper bussen of trams uit, minder dan 10%.Ook bij de chauffeurs die uitreden, was er steun voor de eisen van de staking. Soms wegen financiële problemen in een gezin zo zwaar dat een dagloon verliezen geen optie is. Niet alleen de chauffeurs staakten maar ook de bedienden. Zij zullen bij deze hervorming de grootste slachtoffers zijn. De piketten waren strijdbaar en er leek ook een consensus aanwezig dat één actie niet genoeg zal zijn.
De werknemers verzetten zich tegen de nieuwe hervormingen die o.a. een centralisatie van de diensten inhoudt. Dit zal zogezegd niet gepaard gaan met naakte ontslagen maar er verdwijnen wel 300 jobs. Diegenen die hun job kunnen behouden of een andere functie aangeboden krijgen, zullen hoogstwaarschijnlijk naar Mechelen mogen pendelen. De ironie wil dat werknemers De Lijn door de centralisatie niet meer met de bus of de tram naar het werk zullen kunnen maar de auto zullen nodig hebben.
Foto’s uit Gentbrugge door Jean-Marie:

[divider]
Goed opgevolgde staking bij De Lijn in Antwerpendoor Geert, Antwerpen
Het beeld aan de verschillende stelplaatsen was gelijklopend: er reden amper bussen en trams uit. Wellicht minder dan 10% reed. Bij acties van het personeel van De Lijn in Antwerpen wordt traditioneel bijeengekomen aan het piket van stelplaats Zurenborg in het stadscentrum. Daar kwamen stakers van verschillende Antwerpse stelplaatsen naartoe nadat ze zelf een piket hadden gezet.
Op het piket aan Zurenborg was er even na 10 uur, na de uitrij voor de ochtendspits, een informatievergadering voor het personeel. Daarbij werden de maatregelen toegelicht en werd gediscussieerd over de verdere acties. Er waren zowel chauffeurs als bedienden aanwezig en de staking werd overal goed opgevolgd. In Zurenborg zelf waren slechts 8 bussen uitgereden op meer dan 80 die normaal moesten uitrijden. Op de infovergadering bleek dat er het besef is dat het volledige besparingsbeleid bij De Lijn weg moet, althans besparingen voor zowel personeel als gebruikers – op de riante vergoedingen voor de top wordt niet bespaard. Het ongenoegen stapelt zich op en het huidige voorstel van reorganisatie valt bijzonder slecht onder het personeel.
Bedienden zouden minstens één tot twee dagen per week op de hoofdzetel in Mechelen moeten werken. Voor de bedienden is dat niet evident, zeker niet voor wie ver van Mechelen woont. Maar ook voor de chauffeurs is het slecht nieuws: hoe verder de planning van de werkvloer staat, hoe moeilijker het wordt om een dag verlof te krijgen of om iets af te spreken rond de shiften. Ook vragen en fouten bij de loonberekening zouden hierdoor verder van de werkvloer afstaan.
De stakingsbereidheid was erg groot. Indien de directie ervoor kiest om geen rekening te houden met de mening van het personeel en alsnog doorzet met de geplande reorganisatie, dan zullen ongetwijfeld nieuwe acties volgen. Deze kunnen best zo snel mogelijk voorbereid worden met een bredere informatiecampagne die ook naar de gebruikers van het openbaar vervoer gericht is. Zoals op het stakingspiket werd opgemerkt, worden reizigers bijzonder hard geraakt door de tekorten bij De Lijn. De eenheid van personeel en reizigers kan volgende acties versterken.






