Opnieuw is er een delegee afgedankt omwille van zijn vakbondsactiviteiten. Recent gebeurde dit ook bij het Rode Kruis in Antwerpen. Nu gaat het om een delegee bij Vandemoortele in Seneffe. ABVV Horval reageerde met een stakingsaanzegging en een bredere petitie om solidariteit op te bouwen. Hieronder de oproep van deze petitie en uiteraard de vraag om ook te tekenen.
3 dagen voor kerst werd Laurent, hoofddelegee ABVV Horval bij Vandemoortele Seneffe, ZONDER REDEN ontslagen! Het enige wat hem verweten wordt, houdt verband met zijn statuut en zijn opdracht als werknemersvertegenwoordiger. Vandemoortele wil een delegee het zwijgen opleggen en gaat daarmee frontaal in de aanval tegen het vakbondswerk. Met dit sterk gebaar toont het bedrijf aan dat ze alle nieuwe vakbondseisen binnen de onderneming wil verhinderen.
Na meerdere uren verzoening weigert de directie nog steeds de re-integratie van Laurent. ABVV Horval kon niet anders dan te reageren op deze eenzijdige weigering en diende een stakingsaanzegging in! Inderdaad, wij eisen de onmiddellijke re-integratie van de werknemer!
Teken onze petitie online om jouw steun te betuigen voor Laurent en om onze vraag aan de directie kracht bij te zetten! Samen sterk!
Volg de Facebook-pagina @abvvhorval en op twitter @abvv_horval voor meer informatie over dit dossier
Op 22 januari krijgen de werknemers van McDonald’s die in vestigingen van het bedrijf zelf werken de grootste opslag in tien jaar.
Door een arbeider van McDonald’s
Vorig jaar was er in september een historische stakingsactie door personeel georganiseerd in de Bakers, Food and Allied Workers Union (BFAWU). In twee vestigingen, in Crayford en Cambridge, werd het werk neergelegd om meer loon en betere arbeidsvoorwaarden te eisen. Het resultaat is enorm: er komt een significante loonsverhoging voor henzelf en hun collega’s van McDonald’s in het Verenigd Koninkrijk.
Vakbondsvoorzitter Ronnie Draper van BFAWU stelde: “Als de mensen denken dat staken niets uithaalt, moeten ze maar eens kijken naar wat er verandert bij McDonald’s. Deze moedige werkenden hebben de tweede grootste werkgever ter wereld aangepakt, en ze winnen.”
Ook Labour-voorzitter Jeremy Corbyn feliciteerde het personeel en de vakbond BFAWU. Hij tweette: “Proficiat aan het personeel van McDonald’s en BFAWU om loonsverhoging te bekomen, maar de strijd voor 10 pond per uur is niet voorbij.”
Dat is correct. De loonsverhoging met 40 cent per uur betekent dat de werknemers jonger dan 25 jaar nog steeds een pak onder de 10 pond per uur zitten die hun collega’s ouder dan 25 jaar wel zullen krijgen. Bovendien zijn de vestingen die in franchise worden uitgebaat, ongeveer 65% van alle vestigingen, zelf verantwoordelijk voor hun loonbeleid.
In het restaurant waar ik werk, zegt de franchisehouder dat het personeel hetzelfde loon zal krijgen als in de vestigingen die rechtstreeks door McDonald’s worden uitgebaat. Maar het blijft afwachten of dit effectief zo zal zijn. In het verleden waren er immers veel gevallen van onderbetaald personeel.
De vakbond BFAWU zal er alles aan doen om het personeel in zoveel mogelijk restaurants te organiseren, ook waar ik werk is dat het geval. Dat is nodig om af te dwingen dat al het personeel van McDonald’s minstens 10 pond per uur heeft, vertegenwoordigd wordt door de vakbonden en met respect behandeld wordt.
Onze lonen: +0,1%. Topmanagers: + 25%. Maar op wie wil deze regering besparen?
Foto: Jean-Marie
We werken zo hard dat de winstcijfers het goed doen en bijgevolg ook de lonen van de topmanagers sterk stijgen. Dat zijn volgens specialisten tekenen dat het goed gaat met de economie. Dat onze lonen niet volgen en nog onder het niveau van enkele jaren geleden liggen, wordt eveneens gezien als positief voor de economie. Voor de experts en specialisten die het kapitalisme verdedigen, is de groeiende ongelijkheid positief: zolang de rijksten maar rijker worden, zijn ze tevreden.
Enkele cijfers: in 2016 verdienden topmanagers in ons land gemiddeld 2,08 miljoen euro per jaar. Dat was een stijging met 26% in vergelijking met 2015. In hetzelfde jaar lag het gemiddelde loon van een werknemer in ons land volgens de OESO op 43.097 euro. Dat was een daling met 1% tegenover een jaar eerder, toen het gemiddeld jaarloon (in euro van waarde in 2016) 43.541 euro bedroeg en nog steeds op basis van de waarde van de euro in 2016 ook nog steeds onder het niveau van het gemiddelde loon in 2014 en 2013. De Britse vakbondskoepel TUC maakte een ranglijst met de verwachte reële loonstijgingen in 2018: België bengelt achteraan met een verwachte stijging van 0,1%. Dat is een pak minder dan in Nederland (+1,1%), Duitsland (+0,9%) en Frankrijk (+0,8%). Er is duidelijk sprake van een loonhandicap in ons nadeel!
Toch wordt er niet gesproken over maatregelen om de loonhandicap op te lossen. Lagere lonen zijn namelijk goed voor ‘onze’ concurrentiepositie. Bedoeld wordt: voor de winsten van de bedrijven. Als het om de topmanagers gaat, wordt er wel vergeleken met de buurlanden. Alle kranten merkten op dat toplui in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk meer verdienen dan hun Belgische collega’s. Ons loon wordt altijd vergeleken met wie minder verdient, hun lonen met wie meer verdient.
In Groot-Brittannië wordt de vergelijking gemaakt tussen de gemiddelde lonen van werknemers en die van topmanagers. Op die basis werd bepaald dat op 4 januari, de derde werkdag van het jaar, een topmanager al een eerste gemiddelde jaarloon binnen had. Die dag werd uitgeroepen tot ‘Fat Cat Day.’
Voor ons land lopen gelijkaardige berekeningen een beetje uiteen. De Vlerick-studie waarmee de lonen van de managers van Bel20-bedrijven bekend gemaakt werd, stelt dat de ceo van een Bel20-bedrijf gemiddeld 37 keer het loon van zijn werknemers verdient. Er wordt met andere woorden rekening gehouden met een gemiddeld jaarloon van ongeveer 56.000 euro. De Franstalige christelijke bediendenvakbond CNE riep gisteren uit tot ‘CEO Jackpot Day’. De vakbond vertrekt van het mediaan jaarloon van 44.374 euro in 2016. De cijfers van de OESO hebben het over een gemiddeld jaarloon van 43.097 euro. Volgens De Standaard valt ‘Fat Cat Day’ in ons land op 17 januari. De krant vertrok van het gemiddelde brutojaarloon van een voltijdse werknemer: 47.954 euro.
Aangezien veel deeltijds werkenden niet vrijwillig deeltijds werken, maar geen andere optie hebben gezien het aanbod of gezien de gezinssituatie (waarbij tal van zorgtaken niet door de gemeenschap worden opgenomen maar doorgeschoven worden naar het gezin, en de vrouwen in het bijzonder), lijkt het ons logisch om te vertrekken van het gemiddelde loon van een werknemer zoals berekend door de OESO. We willen gerust aannemen dat topmanagers hard werken, maar dat doen gewone werkenden ook. Met een gemiddelde van 250 werkdagen op een jaar (inclusief betaald verlof, we veronderstellen dat ook managers op vakantie gaan) komen we aan een dagloon van 8.320 euro voor een topmanager en 172 euro voor een gewone werkende. Op het begin van de zesde werkdag (na 5,2 dagen) heeft een topmanager een eerste normale jaarloon binnen. Dat was ergens deze ochtend, rond de koffiepauze. Vanaf vandaag werken de managers voor hun tweede jaarloon.
De CNE riep gisteren uit tot ‘CEO Jackpot Day’ en merkte op dat deze dag vorig jaar pas op 10 januari viel. Daar moet nog aan toegevoegd worden dat de berekening voor dit jaar gebaseerd is op de meest recent beschikbare cijfers, met name die uit 2016. Met de snelheid waarmee de kloof tussen de lonen van topmanagers en die van gewone werkenden toeneemt, zullen de topmanagers binnen enkele jaren op hun eerste werkdag niet alleen nieuwjaar maar ook ‘fat cat day’ vieren.
De kloof tussen de gouden toplonen en de gewone lonen wordt al langer aangeklaagd. Wij stellen daartegenover de eis van een beperking van de maximale loonspanning, dat is de verhouding tussen de hoogste en de laagste lonen. Honderd jaar geleden voerden de bolsjewieken in Rusland een maximale loonspanning in van één op vier. Het hoogste loon mocht maximaal vier keer zo hoog zijn als het laagste. Vier keer een jaarloon verdienen, betekent toch dat er heel wat luxe mogelijk is. Het zou wellicht ook leiden tot een grotere steun aan het optrekken van de laagste lonen en uitkeringen.
Een eis van een maximale loonspanning gekoppeld aan een verhoging van het minimumloon tot 15 euro per uur kan ongetwijfeld op een brede steun rekenen indien het gepopulariseerd wordt. Laat ons niet alleen de enorme ongelijkheid aanklagen, maar ook voorstellen doen waarmee we er een einde aan kunnen maken. Dergelijke voorstellen botsen meteen op de logica van het kapitalisme en vereisen een perspectief van een socialistische samenleving.
Aanvankelijk was er sprake van een lokale betoging van de Brusselse afdelingen van de vakbonden, maar de woede tegen het pensioengeknoei van Michel I maakte er een nationale betoging van. Tienduizenden mensen namen aan de betoging deel: wellicht zo’n 40.000. De woede en ongerustheid worden veel breder gedragen. Het aantal bezoeken aan de website mypension.be zijn daar een uitdrukking van. Na de indexsprong, verhoging van de pensioenleeftijd en tal van andere asociale maatregelen wordt het ergste gevreesd van deze regering.
Premier Michel en pensioenminister Bacquelaine (MR) haalden op neerbuigende wijze uit naar de betogers. Ze hadden het over “desinformatie”, “leugens” en “fake nieuws” vanwege de vakbonden. Is er nog iemand die denkt dat er via overleg en onderhandelingen met deze regering iets kan bereikt worden voor de gewone werkenden en hun gezinnen? De vakbonden legden enkel uit wat de regering uitspookt met onze pensioenen. Aan de pensioenrechten wordt volgens de regering niet geraakt, maar met pensioenmaatregelen wil ze naar eigen zeggen de komende twee jaar 305 miljoen besparen. Waar zal dat geld gehaald worden als niet aan onze pensioenen wordt geraakt? Ook wordt bevestigd dat de berekening volgens de huidige regels op mypension.be na de invoering van het puntenpensioen niet meer zal kloppen. Deze regering wil ons langer laten werken voor een kleiner pensioen. Na de veralgemeende verhoging van de pensioenleeftijd, zorgt het puntenpensioen voor geïndividualiseerde druk.
In zijn reactie verwees Michel opnieuw naar de stelling dat er 170.000 extra jobs gecreëerd zijn sinds het begin van deze legislatuur, maar over het aandeel voltijdse degelijke jobs daarin zwijgt hij. We kregen flexibele deeltijdse jobs in de plaats van vaste jobs met goede lonen. De vele fiscale geschenken om die 170.000 jobs te bekomen, waren beter rechtstreeks gebruikt om degelijke overheidsjobs te creëren. Met dezelfde middelen waren er dan een pak meer jobs bijgekomen… Dan hadden we nu misschien over maximale in plaats van minimale dienstverlening kunnen spreken.
De vakbondsverantwoordelijken zouden volgens de regering ‘leugenaars’ zijn. Maar ook de betogers en al wie ongerust is, krijgt een veeg uit de pan. Volgens de premier hebben we het niet begrepen. Hij zegt meer inspanningen te zullen leveren om de bevolking uit te leggen wat er beslist is. “Op die manier moeten de mensen niet meer ongerust zijn,” voegde hij eraan toe.
Veel mensen zijn ongerust. De afgelopen weken hoorden we wat een verblijf in een RVT gemiddeld kost: meer dan 1.600 euro per maand of een pak meer dan een gemiddeld pensioen. De pensioenen liggen al laag in vergelijking met de buurlanden. Maar toch wijst alles erop dat de regering die verder naar beneden wil trekken. Deze regering zal het puntenpensioen niet zomaar intrekken. De arrogantie en neerbuigendheid zullen pas verdwijnen als het voortbestaan van de regering bedreigd is door het sociaal protest. Zoals ons pamflet titelde: “Regering zal puntenpensioen enkel intrekken om val te vermijden. Voor massaal verzet in een echt actieplan.”
Morgen komen we opnieuw met tienduizenden op straat. We vertegenwoordigen de honderdduizenden die zich niet tot 67 jaar zien werken en de aanvallen op het pensioen verwerpen. Die aanvallen raken iedereen, vrouwen in de eerste plaats. Deze betoging mag geen doel op zich zijn, maar het begin van een meer algemene mobilisatie van iedereen samen!
LSP-pamflet op de pensioenbetoging van morgen- PDF
Het pensioen met punten individualiseert onze rechten: de hoogte van het pensioen wordt pas op het laatste moment bepaald naargelang de budgettaire mogelijkheden. Met een beleid dat de gemeenschap pluimt om de fiscale cadeaus aan de grote bedrijven en andere Panama-gangers te betalen, weten we wat dat betekent: ellende! Medeleven met ouderen moeten we van deze regering en dit beleid niet verwachten. Kijk maar naar het gebrek aan investeringen in bejaardenzorg waardoor private bedrijven ten koste van personeel en gebruikers grote winsten boeken.
Hun argumenten kloppen niet!
We leven langer en moeten dus langer werken? De levensverwachting stijgt, maar gemiddeld zijn we slechts gezond tot 64 jaar, onder de pensioenleeftijd van 67 jaar. We leven langer maar werken ook productiever. Tussen 1995 en 2009 nam onze productiviteit met 15% toe, in de jaren daarvoor steeg de productiviteit nog sneller.
De pensioenen in de publieke sector liggen te hoog? Een gemiddeld wettelijk pensioen in België bedraagt nauwelijks 1.100 euro per maand. Dat is ruim onder de kostprijs van een verblijf in een rusthuis. Het leidt tot armoede onder ouderen. Het pensioen van ambtenaren is hoger: tussen 1.500 en 1.700 euro per maand of ongeveer het Europese gemiddelde. Niet de ambtenarenpensioenen zijn te hoog, de pensioenen in de privésector zijn veel te laag om een menswaardig leven te leiden!
De pensioenen zijn onbetaalbaar? Dat komt niet door een fundamentele verandering in de verhouding tussen actieven en inactieven. Het komt door de plundering van de sociale zekerheid voor fiscale geschenken aan de grote bedrijven. De regering wil met het zomerakkoord nog eens 265 miljoen euro besparen op pensioenen! Haal het geld waar het zit: de Paradise Papers toonden dat er wereldwijd 7.900 miljard euro slaapt in belastingparadijzen!
Inzet van onze strijd: besparingsbeleid stoppen!
Deze regering gaat door met haar antisociale aanvallen, verzet hiertegen mag niet uitgesteld worden tot de volgende verkiezingen. Een algemene staking in februari is nodig, maar dan wel goed voorbereid en niet als eenmalige uiting van protest om stoom af te laten.
Hoe een algemene staking voorbereiden? Een strijdprogramma dat vertrekt van de vele sociale noden kan helpen collega’s overtuigen. Zowat elke sector kent een tekort aan collega’s, gebrek aan investeringen in infrastructuur (die ook na een dag sneeuw overeind blijft!), onhoudbare werkdruk, aanvallen op het stakingsrecht, … We hebben antwoorden: massaal plan van publieke investeringen in onderwijs, zorg en infrastructuur; arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen; minimumloon van 15 euro per uur en minimumpensioen van 1.500 euro; degelijke en vaste jobs in plaats van superflexibilisering en de terugkeer van het stukloon; het geld halen waar het zit om dit te financieren; … Een brede campagne van informatie door actie kan deze eisen populariseren. Dit vereist een zo breed mogelijke betrokkenheid op elke werkvloer via personeelsvergaderingen die het regeringsbeleid en onze antwoorden daarop toelichten, maar ook de acties voorbereiden en ter stemming voorleggen.
Het actieplan van eind 2014 deed de regering wankelen. Het stoppen van die acties leidde tot frustratie en wantrouwen onder de basis. Er moet duidelijkheid zijn over de inzet van een algemene staking in februari: het begin van aangehouden acties om een einde te maken aan de rechtse regering en het besparingsbeleid.
De ‘traditionele politieke partners’ laten het afweten. Het ‘sociaal gezicht’ van CD&V is onzichtbaar, de ‘oppositie’ van PS en SP.a ongeloofwaardig. Gelukkig is er de doorbraak van PVDA in de peilingen. De oproep voor progressieve allianties mag geen pleidooi zijn voor ‘besparingen light’, maar moet gekoppeld worden aan de volledige intrekking van alle antisociale maatregelen van Michel. De sociale noden zullen niet vervuld worden zonder radicale maatschappijverandering, zonder democratisch socialisme. Een brede campagne daarvoor met radicaal links, de vakbonden en de sociale bewegingen kan de huidige impasse doorbreken.
De voorbije regeringen lieten geen kans liggen om het stakingsrecht uit te hollen en verschillende vormen van protest te criminaliseren. Geen twijfel mogelijk: de reiziger noch de veiligheid staat centraal op de agenda, wel het breken van verzet. Diegenen die aan onze pensioenen, statuut en openbare diensten zitten, willen bepalen hoe wij deze kunnen verdedigen: liefst niet.
Artikel door een treinbegeleidster
Het parlement jaagde de minimale dienstverlening bij het spoor erdoor. Een stakingsaanzegging moet ten laatste acht werkdagen op voorhand en elk personeelslid moet 72 uur voor de staking aangeven of hij/zij aan de staking deelneemt of niet. Daarmee wordt het recht op collectieve actie geïndividualiseerd. De NMBS zou dan een dag voor de staking een alternatief vervoersplan bekendmaken aan de reizigers. Tegelijk zien we pogingen om stakingspiketten te verbieden, worden deelnemers aan collectieve acties individueel gestraft, …
Strijdbare syndicale opstelling gezocht
Jarenlang werd vanuit verschillende hoeken gewaarschuwd voor de gevaren van minimale dienstverlening. Waarom was dit niet genoeg, kunnen we het dan niet tegenhouden?
Het lijkt erop dat de vakbondsleidingen zich nu beperken tot waarschuwen voor de chaos en de gevaren voor de veiligheid (zoals overvolle treinen en perrons) bij minimale dienstverlening. Ons antwoord beperken tot ‘we zullen wel zien dat dit niet werkt’, is gevaarlijk. Deze regering ziet het huidige voorstel van minimale dienstverlening slechts als een eerste stap. Chaos bij de toepassing ervan zal gebruikt worden als argument om het stakingsrecht nog meer te ondermijnen.
Een juridische betwisting is belangrijk, maar dreigt geen resultaat op te leveren als we niet tegelijk een strijdbare nationale campagne lanceren tegen deze aanval op ons democratisch recht op collectieve actie. Het verdedigen van het recht op collectieve actie is geen juridische kwestie los van de realiteit, maar van levensbelang om de belangen van werkenden te verdedigen.
Het vakbondsbashen samen met de afbraakpolitiek en het gebrek aan offensief antwoord hebben effect op de werkvloer. De vraag naar alternatieve acties komt regelmatig naar boven. Het ene idee is al wat haalbaarder dan het andere. Creatievere acties kunnen een verbredend effect hebben om hardere acties voor te bereiden. Maar de discussie over alternatieve acties vandaag komt vooral door verwarring over het gebruik van het stakingswapen en twijfel over welke slagkracht vakbonden nog hebben.
Niet laten sudderen, maar antwoorden, is essentieel en mogelijk. Waarom geen brede informatiecampagne lanceren die ingaat op de geschiedenis van sociale verworvenheden en het stakingsrecht, gekoppeld aan de noodzaak en het belang van het stakingswapen vandaag om besparingen te stoppen? Personeel noch reizigers hebben belang bij het gebrek aan investeringen in openbaar vervoer en de ondermijning van arbeidsvoorwaarden. Enkel een strijdbare syndicale opstelling kan de aanvallen stoppen.
Solidariteit is een werkwoord
Vakbondsleiders als De Leeuw (ABVV) en Reniers (ACOD) spraken zich meermaals uit tegen de minimale dienstverlening. Ze verklaarden dat ze hun kameraden niet in de kou zouden laten staan. Er werd terecht gewaarschuwd dat het invoeren van minimale dienstverlening bij het spoor snel zal gevolgd worden in andere openbare diensten: gevangenissen, bus- en tramvervoer, … Waar wachten ze op om deze woorden in daden om te zetten?
Het agressieve ritme waarmee deze rechtse regering aanvallen afvuurt, zorgt soms voor verbijstering. Er kwamen de voorbije maanden regelmatig syndicale acties uit de lucht vallen, vaak met meer deelnemers dan verwacht maar zonder ernstige voorbereiding, wat tot frustratie leidt. Vloeken kan daarbij deugd doen, maar je verandert er niets mee.
De besparingstrein, de noodzaak aan massale investeringen, onhoudbare personeelstekorten, stijgende werkdruk, … De noden op de werkvloer groeien en zoeken een antwoord. Dat doen we best collectief, onder meer met personeelsvergaderingen zodat we zelf ideeën en voorstellen kunnen doen. Er is genoeg om te bespreken met alle collega’s. Wat hebben we nodig om iedereen mee te krijgen? Welk type acties hebben we nodig? Hoe onze krachten opbouwen? Hoe komen tot een geheel van acties? Welke eisen stellen we voorop? Hoe formuleren we deze naar de reizigers? Hoe betrekken we ze?
De verzuchtingen van onderuit organiseren, zal nodig zijn om te komen tot een krachtige vastberadenheid waarmee we deze agressieve regering stoppen en alle volgende meteen waarschuwen.
19 december: betoog mee tegen afbraak pensioenrechten
De regering-Michel gaat door met de aanvallen op alle sociale verworvenheden van de werkenden in ons land. Eind november keurde de Kamer een wetsvoorstel goed om de pensioenen te hervormen. Wie na een lange loopbaan werkloos werd of op brugpensioen ging, verliest pensioenrechten. Dit kan oplopen tot honderden euro’s per maand en het treft tot één op de vijf mensen die op pensioen gaan. Het ABVV en het ACV betogen op 19 december in Brussel tegen de afbraak van onze pensioenrechten.
door Julien (Brussel)
Meer werken om minder te verdienen
Minister van pensioenen Daniel Bacquelaine (MR) stelt dat de hervorming toelaat om “wie na een volledige loopbaan van 45 jaar blijft werken, bijkomende pensioenrechten te laten verwerven.” (1) De minister denkt daarmee 270 miljoen euro te kunnen besparen omdat mensen later met pensioen gaan door de maatregel. Frédéric Daerden (PS) benadrukte het “positieve” karakter van de maatregel: de regering legt het niet op om langer te werken, maar biedt deze mogelijkheid “aan wie het kan of wil.” (2) De parlementsleden zelf moeten zich daar geen zorgen om maken: zij kunnen nog steeds op 55 jaar met een mooie som tot 6.283 euro per maand op pensioen. (3)
Een gemiddeld werknemerspensioen in België bedraagt 1.050 euro per maand. Gepensioneerde vrouwen hebben het moeilijker om rond te komen. Vrouwen zijn immers oververtegenwoordigd in sectoren met lage lonen en deeltijdse contracten. Nog een nuttig gegeven: we zijn gemiddeld gezond tot 62 jaar in Wallonië, 64 jaar in Brussel en 68 jaar in Vlaanderen. (4) Het optrekken van de pensioenleeftijd tot 67 jaar betekent dus letterlijk dat we werken tot we niet meer kunnen.
Pensioenen bedreigd
De afgelopen jaren verdwenen heel wat degelijke jobs in de industrie en de dienstensector (Caterpillar, Ford, ING, …). Nieuwe jobs waren vooral deeltijds en onzeker. Bij ‘hippe’ bedrijven als Deliveroo is er zelfs een terugkeer van het 19de-eeuwse stukloon (betaling per prestatie). Er is een scherpere controle op werklozen (die blijkbaar makkelijker te controleren zijn dan multinationals die in belastingparadijzen actief zijn en daarbij voor 221 miljard euro aan toezicht door de gemeenschap onttrekken). (5) De werkdruk wordt opgevoerd en leidt tot meer problemen met burn-out en stress. Al deze elementen maken dat een volledig pensioen na een volledige loopbaan steeds minder realistisch is voor een groeiende laag van de werkenden.
Midden november werd duidelijk dat Charleroi en Luik, de twee grootste Waalse steden, in de problemen komen voor de uitbetaling van de pensioenen van lokale ambtenaren (6). De pensioenfondsen voor ambtenaren van de lokale besturen raken leeg. De reden? De aanvallen op het statuut. Er zijn meer contractuele personeelsleden die niet bijdragen aan de pensioenkas voor statutairen. De Federale Pensioendienst waarschuwt voor “mogelijke problemen bij de betaling van pensioenen.” (7)
Verzet nodig!
De vijf eisen van de betoging op 19 december: “Pensioen op 65 jaar en jobs voor jongeren, neen tegen het pensioen met punten, minimum 1.500 euro pensioen, gelijke rechten op pensioen voor mannen en vrouwen, sterke sociale zekerheid om onze pensioenen te financieren.” Deze eisen zijn offensief, wat erg welkom is. Om deze benadering te concretiseren, moeten we een bilan opmaken van de acties de afgelopen jaren en daar lessen uit trekken.
Strijd is nodig. We moeten een krachtsverhouding uitbouwen en een politiek alternatief ontwikkelen dat open staat voor al wie in verzet wil gaan tegen het beleid van sociale afbraak.
Vandaag was er een ‘Tax Pride’ in Antwerpen. De vakbondsbetoging protesteerde tegen het feit dat gewone werkenden veel belastingen betalen, terwijl de superrijken amper bijdragen aan de gemeenschap. Dit vergroot de ongelijkheid. De betoging was succesvol: er waren zeker 5.000 aanwezigen, wat meer is dan verwacht. Zowel ABVV als ACV waren sterk vertegenwoordigd. Op de spandoeken onder meer protest tegen sociale afbraak, besparingen en arrogante kapitalisten zoals Huts en co.
Vijftig dagen. Zo lang moesten de personeelsleden van Mistral vzw staken om hun eisen binnen te halen. Mistral is een organisatie die een dertigtal volwassenen met autisme opvangt en begeleidt in Saint-Georges-sur-Meuse (Luik). Er zijn een kleine 40 personeelsleden. Van 21 september tot 10 november werd gestaakt tegen het ontslag van een delegee en tegen het beleid van de nieuwe directrice. Op het stakingspiket waren er dagelijks discussies en werden collectief beslissingen genomen. We spraken met Julien Dohet, politiek secretaris van BBTK in Luik. Hij volgde de strijd van nabij op.
Interview door Sébastien (Luik) voor de decembereditie van ‘De Linkse Socialist’ die volgende week uitkomt
Wat waren de redenen voor de staking?
“De bal ging aan het rollen door het ontslag van een vakbondsafgevaardigde van BBTK wegens een ‘ernstige fout’. Om deze beslissing te rechtvaardigen, beschuldigde de directie de afgevaardigde van mishandeling van bewoners. Dat is schandalig voor iemand die er al jaren werkt en het vertrouwen geniet van de collega’s, maar ook van de ouders van de gasten. Er moet opgemerkt worden dat het sociale klimaat de afgelopen 18 maanden steeds slechter werd. Dit is sinds het aantreden van een nieuwe directrice met nieuwe managementmethoden. Het zorgde ervoor dat eisen begonnen te ontwikkelen die wezen op een meer diepgaand ongenoegen. Het ontslag was slechts de druppel die de emmer deed overlopen.”
Wat waren de eisen van de stakers?
“De eisen evolueerden tijdens de staking. Eerst en vooral eiste het personeel de re-integratie van de afgedankte vakbondsafgevaardigde en een verandering in het management. De raad van bestuur en de directie waren erg terughoudend in hun reacties. Het zorgde ervoor dat de laatste eis evolueerde tijdens het conflict. Uiteindelijk werd het vertrek van de directrice geëist.”
Strijd voeren is nooit gemakkelijk, maar een overwinning boeken is dat nog veel minder. Hoe werd de strijd bij Mistral georganiseerd?
“Inderdaad. Ik denk dat het centrale element de zeer goede organisatie van het piket was. Gedurende 50 dagen hielden de werknemers daar discussies en werden er collectieve beslissingen genomen. Het contact met de ouders kwam zeer snel tot stand, dat is essentieel in de sector. De vastberadenheid van de werknemers maakte het mogelijk om stand te houden toen de Raad van Bestuur hen probeerde te ontmoedigen door tijd te winnen.
“Om de staking een langere periode vol te houden, was het opzetten van een steunfonds beslissend. Dat was een enorm succes! Het steunfonds maakte het mogelijk om de stakersvergoeding te verhogen. Er was een solidariteitsoproep toen het conflict langere tijd begon te duren. Het steunfonds was belangrijk op financieel vlak, maar ook om de brede solidariteit voor de staking duidelijk te maken aan de personeelsleden. Alle werknemers konden zien hoeveel werd bijgedragen aan de stakerskas en de steun ging gepaard met solidariteitsbezoeken aan het piket.”
Wat was het uiteindelijke resultaat na 50 dagen staken?
“Een staking van 50 dagen in deze sector is op zich al historisch. Maar bovendien werden beide eisen binnengehaald! De overwinning was compleet: re-integratie van de vakbondsafgevaardigde en ontslag van de directrice.”
Heb je tot slot raad voor werknemers die elders in strijd zijn?
“Het ontbreekt de sociale beweging vandaag wat aan overwinningen. We moeten dus tonen dat het mogelijk is om te winnen en dat in een sector die niet bekend staat wegens sterke structuren of strijdbaarheid. Om te winnen, moeten we verenigd blijven en de solidariteit met de strijd organiseren. Ondanks de externe steun zijn het de personeelsleden zelf die de kern van de strijd vormen. Het was niet nodig om secretarissen of andere voltijds vrijgestelde delegees te vragen om het piket te versterken of om een nieuwe dynamiek te geven aan het piket. Op die manier had de strijd het niet volgehouden. Neen, het is erg duidelijk: het resultaat van de strijd is enkel en alleen toe te schrijven aan de werknemers van Mistral zelf.”
Deze morgen was er in Luik een betoging in gemeenschappelijk vakbondsfront. Het was een betoging tegen de rechtse regering en voor een alternatief op de besparingen: voor degelijke pensioenen, een massale publieke herfinanciering van de zorg, het onderwijs, … en dit door het geld te zoeken waar het zit: in de zakken van de rijken.
Er waren delegaties van ABVV en ACV die vanop vier punten vertrokken om samen te komen op de Rogierlaan. Heel wat betogers sloten meteen aan het Avroypark aan. Het ontbreekt dan wel aan duidelijke perspectieven over hoe de strijd zal verdergezet worden, maar toch was er nogmaals sprake van een geslaagde mobilisatie. Dit toont het potentieel voor een meer vastberaden sociaal verzet.