Niet kiezen tussen lonen of jobs, maar het patronaat op dieet te zetten

Loononderhandelingen

Midden november zijn de onderhandelingen voor het IPA (Interprofessioneel Akkoord) 2009-2010 gestart. Dit in een periode van economische crisis, met een wereldwijde recessie, dalende koopkracht voor de meerderheid van de bevolking en een inflatie van 4,7% voor 2008 alleen. Je zou denken dat het moeilijke onderhandelingen worden, toch hopen vakbondsleiders Cortebeeck (ACV) en Ann Demelenne (ABVV) dat er binnen de twee à drie weken een akkoord zou zijn. Hebben ze de eisen van het patronaat niet gehoord?

Door Luc (Leuven)

5,1% is een provocatie

Het rapport van de CRB (Centrale Raad voor het Bedrijfsleven) stelt dat de lonen de komende twee jaar amper 5,1% mogen stijgen om onze concurrentiepositie tegenover de buurlanden te behouden. De CRB gaat uit van een halvering van de inflatie, toch stelt de CRB in het zelfde rapport: “De inflatoire spanningen blijken nu wel af te nemen, maar de onderliggende oorzaken van de inflatie zijn nog steeds aanwezig. Een nieuwe opstoot (bijvoorbeeld onder impuls van nieuwe olieprijsstijgingen) kan bijgevolg niet worden uitgesloten.” Ons lijkt dit eerder natte vingerwerk, een gok op basis van de dalende olieprijzen.

Daarbij komt nog dat er heel wat arbeiders in de privé-sector zijn die hun indexaanpassing enkel in januari krijgen en dus voor 2008 nog heel wat moeten worden gecompenseerd. Als die indexaanpassing in januari 2009 wordt doorgevoerd, is hun 5,1% al zo goed als opgesoupeerd. Al zal een lagere raming van de inflatie het patronaat niet slecht uitkomen, zeker niet als ze achteraf in verschillende sectoren terug all-inakkoorden kunnen afsluiten.

Volgens het VBO is de vorige loonnorm met 2,6% overschreden (7,6% in plaats van 5%) door de hoge inflatie en de groter dan voorziene loonsverhogingen. Wat volgens hen betekent dat de loonkostenhandicap met de buurlanden met 2,6% stijgt. De vraag is waar het VBO die groter dan voorziene loonsverhogingen ziet. De voorbije twee jaar was er een inflatie van 6,5%, rekenen we daar nog de productiviteitsverhoging, 1% loondrift en baremieke verhogingen bij, en we komen uit op een koopkrachtverlies. En dan hebben we het nog niet over die sectoren met all-in of saldo-akkoorden.

Geen ruimte voor loonsverhogingen?

Karel Van Eetvelt van Unizo, altijd goed voor een provocatie, wil echter toegevingen doen: de laagste inkomens mogen wat stijgen maar dat mag niet ten koste van de bedrijven gaan. De patronale extremist stelde geen akkoord zonder lastenverlagingen te willen tekenen. Als er al een toegeving komt voor de werkenden, kan dit dus enkel als het door de overheid wordt betaald met de afbouw van de sociale zekerheid van diezelfde werknemers.

Het belangrijkste argument van de werkgeversfederaties is de economische crisis. Ze stellen dat we niet dezelfde fouten als in de jaren 1970 mogen maken. Ze bedoelen dat de crisis niet kan worden bestreden met loonsverhogingen. Voor hen is de keuze eenvoudig: jobs of lonen. Dat is een kopie van het argument dat we ook de afgelopen jaren, in een periode van relatieve economische groei, te horen kregen. Als we toen niet zouden matigen en de broekriem aanhalen, dan zou snel een einde komen aan de economische bloei en zou dat jobs kosten. De financiële en economische crisis vandaag is echter niet de verantwoordelijkheid van de werkenden.

Welk syndicaal antwoord?

Spijtig genoeg lijken de vakbondsleiders mee te gaan in de retoriek van de werkgevers. Cortebeeck stelde in De Tijd (17 november) dat er voor dit IPA minder in zit dan bij het vorige. De nummer twee van het ABVV, Demelenne, verklaarde te willen gaan voor een hoger brutoloon en dit zeker voor de minimumlonen. Maar van de 10% waar onder meer De Leeuw over sprak op 1 mei horen we niets meer. Er wordt enkel gehoopt op een kleine marge op basis van het eerste cijfer dat door de CRB naar voor werd geschoven, met name 6,4%. Dat cijfer was volgens de CRB op basis van gedateerde informatie over de economische situatie en werd aangepast tot 5,1%. Maar zelfs 6,4% zou bijlange niet volstaan om onze koopkracht te verhogen.

Voor de werkgevers is de keuze beperkt tussen jobs of koopkracht. Nochtans waren het dezelfde werkgevers die er de afgelopen jaren niet vies van waren om duizenden arbeiders op straat te zetten om hun winsten te maximaliseren. De autoriteit van het patronaat op het vlak van job-behoud is wel erg beperkt. Maar uiteraard wordt dit argument gebruikt om het niet over de echte tegenstelling te moeten hebben: winstmaximalisatie versus jobs en loonsverhogingen.

De vakbonden mogen niet meestappen in de patronale logica. Waarom halen ze niet aan dat we al jaren “gematigd” hebben om de economische groei niet te hinderen? Sinds 2006 is het aandeel van de lonen in het BBP onder de 50% gedoken. In 2007 klokten de winsten van de 30.000 grootste bedrijven in ons land af op 77 miljard euro. Waar blijft ons deel van de koek?

Actie nodig

Met een voorstel voor loonnorm van 5,1% heeft onderhandelen weinig zin, dan is er eerder nood aan actie. Om een echte verhoging van de brutolonen te bekomen, moet een krachtsverhouding worden opgebouwd. Dat zal niet gebeuren door acties te desorganiseren of uit te roepen zonder een degelijke campagne op de werkvloer. Het komt er nu op aan om de achterban te informeren en te mobiliseren voor jobs en koopkracht. Dat zal niet lukken als de patronale logica van het neoliberalisme door de vakbondsleiding verder als norm wordt aanvaard.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop