Category: Op de werkvloer

  • Tweede actieplan om in het offensief te gaan tegen rechtse regering

    Artikel door Nicolas Croes uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    actieplanHet eerste actieplan van het gemeenschappelijk vakbondsfront heeft in het najaar de regering-Michel doen wankelen. Maar er was meer nodig om de regering ten val te krijgen. De volgende stap begint op 11 maart in Brussel met een nieuwe militantenconcentratie van het vakbondsfront naar het voorbeeld van de concentratie eind september voorafgaand aan de historische betoging van 6 november. Een offensief en opbouwend tweede actieplan is nodig om de regering-Michel en het volledige besparingsbeleid weg te krijgen.

    Overleg in de vorm van chantage

    Na het eerste actieplan en de algemene staking van 15 december volgde een ronde onderhandelingen tussen de sociale partners in de groep van 10 (met vertegenwoordigers van vakbonden en werkgeversorganisaties). Eind januari werd een akkoord gesloten met een verhoging van de sociale uitkeringen met 2% en een loonmarge van maximaal 0,8%. Het ABVV weigerde dit te aanvaarden als basis voor onderhandelingen, het ACV bleef aan tafel zitten maar moest trekken en duwen om een bijzonder beperkte meerderheid in eigen rangen hiervan te overtuigen. Een dergelijke nipte meerderheid van 49% is nooit gezien bij het ACV. Er was een grote interne druk nodig, met onder meer een nota waarin benadrukt werd dat er sowieso een tweede actieplan zou komen (onder meer tegen de indexsprong), om tot een nipte meerderheid te komen. Het geeft alleszins aan dat de roep voor een tweede actieplan niet geïsoleerd staat.

    Charles Michel (MR) en Kris Peeters (CD&V) probeerden de zaken anders voor te stellen en kregen daarbij de bereidwillige hulp van de gevestigde media. Zij hadden het plots over een sociaal akkoord dat een stap in de richting van sociale vrede was. Plots werd gedaan alsof er eind 2014 niets was gebeurd en alsof het ACV de regering zou steunen. Het ACV bevestigde nochtans dat het gemeenschappelijk vakbondsfront niet gebroken was en dat nieuwe acties zouden volgen.

    De algemeen-secretaris van het CNE (Franstalige bediendencentrale van het ACV), Felipe Van Keirsbilck, reageerde meteen op de radio: “Niemand gelooft dat er sociale vrede komt rond al die onderwerpen, zelfs Pieter Timmermans [van werkgeversorganisatie VBO, n.v.d.r.] niet in zijn stoutste dromen.” De verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar, de “vernietiging van het brugpensioen”, de “belangrijke diefstal” bij deeltijds werkenden of nog de “vernietiging van rechten van oudere werklozen”, het zijn allemaal kwesties waarrond een mobilisatie belangrijk blijft. Van Keirsbilck voegde eraan toe: “De onderhandelingen hadden meer weg van chantage dan van overleg. Ik wik mijn woorden. Het VBO, meneer Timmermans en zijn collega’s wisten immers dat de regering klaar stond om meteen een nulnorm in te voeren indien er geen akkoord was. Ze zaten in een zetel en moesten niet onderhandelen. Ze konden hun wil gewoon opleggen. In ruil daarvoor wilden ze enkele borrelnootjes aanbieden.”

    Borrelnootjes om verdeeldheid te zaaien

    Het doel van het ‘sociaal akkoord’ was niet om een beperkte marge voor loonsverhogingen toe te kennen, maar vooral om het verzet tegen het besparingsbeleid te stoppen. De onderhandelingen werden gebruikt om verdeeldheid te zaaien tussen ACV en ABVV en tussen Nederlandstaligen en Franstaligen. Ondanks alle pogingen tot het creëren van verdeeldheid, is dat niet gelukt. De druk van onderuit heeft daarvoor gezorgd. Met de professionele provocateurs van N-VA in de regering was het overigens niet evident om de ware bedoelingen van regering en patronaat te verbergen.

    Het ontwerpakkoord was amper bekend of minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) verklaarde aan al wie het wilde horen dat de gevolgen van het akkoord eerst moesten bekeken worden, want het “akkoord moet voldoende overeenstemmen met het regeerakkoord.” Dat de onderhandelingen enkel dienden om het verzet tegen de rechtse regering te verzwakken, werd expliciet erkend door N-VA-verkozene Zuhal Demir: “Het sociaal overleg biedt een zekere ruimte, laat er ons gebruik van maken.”

    Het leverde enkel de regering een zekere ruimte op. Die verklaart nu dat de kleine toegevingen, de borrelnootjes, onlosmakelijk verbonden zijn met “de stabiliteit van de bedrijven”. “De sociale acties mogen geen stakingsacties zijn”, verklaarde Kris Peeters die eraan toevoegde dat de bedrijven “niet gehypothekeerd mogen worden.” Egbert Lachaert (Open vld) voegde eraan toe dat het land niet nogmaals mag platgelegd worden door het “dictaat” en de “gijzelingsacties” van de vakbonden. De gebruikte woordenschat verschilt wat, maar de algemene positie van de regeringspartijen is dezelfde: er mag geen sprake zijn van verzet tegen de gijzeling van onze openbare diensten, onze arbeidsvoorwaarden en lonen, onze uitkeringen, … door het dictaat van de ‘vrije markt’ en de concurrentiepositie.

    Een tweede ronde van sociaal verzet

    In de aanloop naar de militantenconcentratie van 11 maart komt er een informatiecampagne in de bedrijven en sensibiliseringsacties rond “rechtvaardige belastingen en een taxshift, de maatregelen van de regering inzake de werkloosheidsverzekering, de beschikbaarheid van werklozen, de hervorming van de pensioenen, de koopkracht en de indexsprong, de verdediging van degelijke openbare diensten en de onderhandelingen voor het personeel van de publieke sector en het onderwijs.”

    De sociale spanning die door het eerste actieplan werd opgebouwd, is nadien wat teruggevallen. De regering heeft bovendien gebruik gemaakt van de terreurdreiging om de rangen wat te sluiten. Dit betekent echter niet dat er nu een bredere steun voor het regeringsbeleid is. Een onderzoek van Ipsos voor RTL en Le Soir gaf eind januari aan dat 58% van de ondervraagden tegen de indexsprong is (tegenover 24% voorstanders) en 61% is tegen de verhoging van de pensioenleeftijd (tegenover 37% voorstanders).

    De afkeer tegenover het beleid houdt dus aan en dit in heel het land. Een nieuw actieplan heeft dan ook een enorm potentieel. We hebben in deze krant al voor de algemene staking van 15 december een voorstel gedaan voor de volgende stappen: een tweede actieplan dat harder en groter is met een nieuwe militantenconcentratie (wat ondertussen reeds aangekondigd werd), een nieuwe nationale betoging, regionale stakingsdagen en vervolgens een nationale algemene 48-urenstaking die kan hernieuwd worden indien de regering nog niet gevallen is.

    Het is mogelijk om het enthousiasme voor nieuwe acties te mobiliseren. Het vakbondsfront kan dit potentieel benutten door massaal pamfletten te verspreiden op de markten, in de stadscentra, aan supermarkten, … De georganiseerde arbeidersbeweging is in staat om een beweging uit te bouwen waarin ook brede lagen van de bevolking betrokken zijn rond de kern van syndicalisten. Het zou een uitstekende manier zijn om diegenen die twijfelen over het nut van onze acties te overtuigen dat we strijden om te winnen. Die benadering kan enkel versterkt worden door open militantenbijeenkomsten te houden – in alle regio’s en alle sectoren – om er te beslissen over de volgende acties, de wijze waarop we er een succes van kunnen maken en de eisen die we verdedigen.

    Welk alternatief?

    Victor Hugo stelde al: “De hemel van de rijken is gemaakt door de hel van de armen”. De schandalen van LuxLeaks, vervolgens SwissLeaks, de kapitaalstaking (Trends titelde op 6 november nog dat de Belgische bedrijven op 240 miljard euro cash zitten), … geven aan dat dit vandaag nog steeds het geval is.

    Voor de wel erg gematigde officiële oppositie is er nood aan een nieuw evenwicht met een verschuiving van belastingen op arbeid richting kapitaal. De fractieleider van CDH in het parlement, Catherine Fonck, stelt dat er nood is aan een echte “fiscale revolutie” en eerder pleitte de PS voor een (beperkte) vermogensbelasting. Als PS en CDH zich niet tot woorden willen beperken, is dat overigens mogelijk. Er is geen federale vermogensbelasting, maar de financiewet laat de Waalse regering toe om zelf een belasting te heffen op grote vermogens. Of is het hen enkel te doen om het sociaal verzet te recupereren?

    Vanuit het verzet tegen de besparingen kan een echt alternatief van de arbeidersbeweging ontwikkelen. De eisen van het gemeenschappelijk vakbondsfront kunnen bediscussieerd en uitgewerkt worden op algemene vergaderingen waardoor we ons programma in het belang van de volledige werkende klasse verder kunnen verdiepen. De middelen zijn er om een ander model van samenleving uit te bouwen in plaats van het kapitalisme waar enkel de winstlogica telt waardoor het elk voor zich is en steeds meer mensen uit de boot vallen. Laat ons de bestaande middelen onder publieke controle plaatsen en bouwen aan een andere, socialistische, samenleving.

  • Ons niet laten verdelen. Nieuw algemeen actieplan tot Michel I valt!

    Foto: MediActivista
    Foto: MediActivista

    CD&V tracht het tegendeel te bewijzen, maar de regering Michel is niet uit op akkoorden. Ze wil de forcing voeren en de krachtsverhoudingen wijzigen. Deze regering moet weg en met haar heel het besparingsbeleid. Dat vereist een tweede actieplan, massaler en harder dan het vorige.

    LSP-pamflet voor de militantenconcentratie van 11 maart – PDF van het pamflet

    Het vorige actieplan deed de regering wankelen. Eind december verloren de regeringspartijen samen 6% in de peilingen, de N-VA alleen al 4%. Meer dan  70% vond de indexsprong en het optrekken van de pensioenleeftijd tot 67 jaar slechte maatregelen. Knack en VTM kwamen tot de bevinding dat 85% van de Vlamingen een belasting wil op vermogens boven de 1 miljoen euro, 91% van de CD&V kiezers en zelfs 78% van die van Open VLD en N-VA.

    De vakbondsleidingen zouden op 16 december het vervolg bespreken. We waren allemaal in blijde verwachting: de regering had maar een duwtje meer nodig. Sommigen wilden een staking “tot de finish”. Omdat nog veel strijdpotentieel onbenut bleef, pleitte LSP voor een tweede actieplan eindigend in een hernieuwbare 48-urenstaking. Maar de vakbondsleiding stelde uit naar 6 en dan naar 30 januari, het ACV zelfs naar 10 februari. Op vraag van patronaat en CD&V moesten de onderhandelingen nog een kans krijgen. Ons moment ging verloren.

    Patroons en regering laten hun moment niet voorbij trekken

    Dankzij de oerconservatieve Islamitische Staat, kon Michel het beeld van een zwakke verdeelde regering bijstellen, zeker na de ontmanteling van een terreurcel in Verviers. Nieuwe peilingen wezen op herstel, de N-VA recupereerde 2,5%. Regering en patronaat grepen hun moment: niets in 2015, maximaal 0,8% bruto in 2016 en nog maar eens de welvaartsenveloppe voor de laagste uitkeringen. Meer was er uit de groep van 10 niet te wrikken. Een normaal mens zou zich doodschamen in een context van Lux- en Swissleaks, maar niet de patroons en de regering.

    Financieminister Van Overtveldt (N-VA) rukte in aanloop naar de stemming over het sociaal akkoord in de nationale raad van het ACV de laatste strohalm uit: “een taxshift kan niets anders zijn dan een BTW-verhoging”. Sindsdien gaat er geen dag voorbij of regeringspartijen willen de werkloosheid beperken in de tijd, langdurig zieken aan het werk stellen, de toelage van werkloze mantelzorgers afnemen, bruggepensioneerden terugroepen, huurprijzen indexeren, patroons die de loonnorm en de indexsprong niet respecteren sanctioneren etc. Tegelijk eisen ze “twee jaar sociale vrede” of toch minstens het opbergen van het stakingswapen. Dat komt bovenop de minimumdienst die ze om te beginnen  wil opleggen aan spoormannen, cipiers en op luchthavens.

    Geen akkoord als er geen oplossing is voor iedereen?

    Tijdens het najaar riepen de vakbondsleidingen op de ordewoorden nauwgezet te volgen. Gezamenlijke en gecoördineerde actie zijn immers veel efficiënter dan ieder zijn weg te laten gaan. Maar nu hebben we de indruk dat de vakbondsleidingen zelf de chaos organiseren. Het ACV heeft de deur open gezet voor een wirwar aan deelakkoorden. Tot genoegen van patronaat en regering, vinden Jorissen  (ABVV-metaal) en Dedeyn (BBTK), zonder overleg met de achterban van hun centrale of de ABVV-top, een indexsprong geen staking waard. Gaat men ons straks vertellen dat we niet meer tegen de indexsprong mogen staken omdat we anders het deelakkoord over de swt-ers in gevaar brengen? In plaats van de houding in te nemen die we van onze delegees verwachten- geen akkoord, zolang er geen oplossing is voor iedereen – dreigt het binnenkort ieder voor zich te worden.

    Als deelakkoord geen probleem is voor gemeenschappelijk front, waarom zou actie dat wel zijn?

    Deze concentratie en die van de openbare diensten de 19de zijn een goede aanloop, maar moet dat nu echt telkens achter de schermen terwijl de achterban maar moet gissen? De sterkte van het vorige actieplan was dat we telkens de volgende afspraak kenden, ruim vooraf en met goed uitgewerkt informatie- en mobilisatiemateriaal. Interprofessionele vergaderingen hielpen ons voorbereiden.  Op personeelsvergaderingen wisten delegees wat ze konden voorleggen. Nu weten ze zelf niet eens waar ze aan toe zijn.

    We lopen er niet echt warm voor, maar een deelakkoord tekenen en toch het gemeenschappelijk vakbondsfront in stand houden, kan blijkbaar. Waarom zou dat niet evengoed gelden voor actie? Waarom zou een initiatief van pakweg het ABVV of het ACV in afwachting dat de andere vakbond erbij aansluit ineens wel een breuk van het gemeenschappelijk front moeten betekenen? Waarom zou het niet mogelijk zijn om gezamenlijke provinciale betogingen te organiseren in de eerste week van april, liefst voor beide grote vakbonden gekoppeld aan staking, maar als het moet voor de ene wel en voor de andere niet? Waarom zou het opperen van een nieuwe nationale betoging in gemeenschappelijk front als aanloop naar een 48-urenstaking ergens rond 1 mei een breuk van het gemeenschappelijk front moeten betekenen ?

    Er schort wat met inspraak. De vakbondsleiding communiceert niet rechtstreeks, maar via de media. Die laten daar steevast een politicus van de meerderheid en een vertegenwoordiger van het patronaat ‘duiding’ bij geven. Waarom legt men ons pas zaken voor als alles in kannen en kruiken is? Zo zijn we wel verplicht akkoord te gaan, want anders gaan we open en bloot in tegen de leiding die zich in de pers al vastgepind heeft en verzwakken we onszelf.

    Een politiek alternatief nodig

    Afschaffing van de indexsprong en vrije loononderhandelingen, een sterke sociale zekerheid  en een goede sociale bescherming, behoud en versterking van de openbare diensten zonder te raken aan het ambtenarenstatuut en een rechtvaardige fiscaliteit, zonder dit minimum zou er volgens de vakbondsleidingen geen akkoord komen. Later werd daar ook het terugtrekken van de maatregelen voor schoolverlaters aan gekoppeld. Hoewel de regering meteen liet verstaan dat dit onbespreekbaar was, namen de vakbondsleidingen plaats aan de onderhandelingstafel. Waarom? Omdat ze zelf niet geloven dat er een alternatief bestaat. Met een regering met christen- en sociaaldemocraten hopen ze op meer inspraak, maar ook die vinden dat we langer moeten werken, onze lonen te hoog zijn en investeerders gelokt moeten worden met fiscale geschenken. Moeten we echt weer de richting Di Rupo uit, zodat N-VA of nog ergere populisten de ontgoocheling over diens beleid kunnen uitbaten?

    We weten nog niet in hoeverre de Griekse regering zal doorzetten, maar tot voor enkele jaren behaalde Syriza minder stemmen dat de Communistische Partij. Ze bood de communisten en andere radicaal linkse groepen echter aan om samen te vechten voor een meerderheid die de hele besparingspolitiek zou verwerpen. Vandaag haalt Syriza in de peilingen 47%, een stijging met 11% sinds de verkiezingen in januari! Het ABVV-Charleroi Zuid Henegouwen roept al enkele jaren op voor  een breuk met de christendemocratie, de sociaaldemocratie en de groenen en wil alles wat zich links daarvan bevindt verenigen in een brede, democratische, inclusieve strijdpartij met respect voor alle deelnemers. PTB-GO had een eerste stap in die richting kunnen zijn, maar is alweer opgedoekt.  LSP blijft beschikbaar om die discussie aan te gaan met ieder die dat wil.

    LSP staat voor:

    • Volledig herstel van de index, vrije loononderhandelingen en een minimumloon van 15€ bruto/uur!
    • Geen ondermijning van de arbeidscontracten door onderaanneming, interim of andere precaire banen!
    • Handen af van het statuut van de openbare ambtenaren, geen afbouw van de openbare diensten, geen privatisering en liberalisering, insourcing in plaats van outsourcing!
    • Handen af van ons pensioen. Herstel brugpensioen, vervroegd pensioen en eindeloopbaansystemen met ADV!
    • Optrekken van de pensioenen tot minimum 75% van het laatst verdiende loon met een minimum van 1500€ per maand!
    • Stop jacht op werklozen, geen degressiviteit, geen gemeenschapsdienst, maar volledige tewerkstelling door een veralgemeende arbeidsduurverkorting tot 32u/week zonder loonverlies!
    • 85% van de Vlamingen is voor een belasting op vermogens boven een miljoen euro. Wij steunen dat en wensen er de nationalisatie onder democratische controle van de financiële sector aan te koppelen om kapitaalvlucht uit te sluiten.
    • Nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle door de gemeenschap!
    • De chaotische markteconomie en het private winstbejag bieden geen enkele garantie op een job. Voor een democratisch opgestelde en door de gemeenschap gecontroleerde planeconomie in democratisch socialisme!

     

  • Golf van acties in de rusthuizen van ORPEA. Interview van BBTK-secretaris

    orpeaDeze week braken spontaan acties uit in de rusthuizen van ORPEA. De maat is vol voor heel wat zorgverstrekkers, de emmer van de werkdruk is overgelopen. Ze eisen meer jobs en betere werkvoorwaarden. Een interview  van Francis Stevens, de betrokken secretaris voor BBTK B-H-V Social Profit.

    (Interview door Wouter)

    Wat heeft de werknemers tot deze staking gebracht?

    “In België beheert de multinational ORPEA 58 rusthuizen. Ondanks verschillende maanden onderhandelingen over het verlichten van het zware werk om betere hulp en zorg aan de bejaarden te kunnen bieden, wou de directie geen oplossing hiervoor bieden. Daarenboven weigerde ze federale subsidies (sociale maribel) te gebruiken om 22 jobs te kunnen invullen. Ze wijzen dit af omdat ze het geld zouden moeten voorschieten, iets wat in gesubsidieerde diensten nooit een probleem vormt. De druk op de werknemers is onhoudbaar, de bewoners zijn eveneens de dupe. Tegelijkertijd kent dit beursgenoteerd bedrijf een enorme winsttoename, in één jaar tijd was er een stijging van haar aandelen tot 20% (€ 46,24 op 21/01/2014 en € 56,48 op 23/01/2015!).”

    Er zijn dus middelen beschikbaar?

    “Zeker en vast. Dit is een zeer winstgevende multinational die volledig in staat is om te zorgen voor goede werkcondities en uitgebouwde zorg aan bejaarden. Haar belang is echter meer winst maken. Dit optimaliseren verklaart haar hardvochtige aanpak van de werknemers. De winst vloeit voor een groot gedeelte voort uit de uitbuiting van het personeel.”

    Hoe is de staking ontstaan?

    “Wel, na een aantal onderhandelingen, het indienen van een stakingsaanzeg en een verzoeningspoging bleef alles onveranderd. De mensen op de werkvloer zijn het echt beu en hebben het werk onderbroken. Ondertussen zijn er spontane acties geweest in een 10-tal vestigingen.”

    Wat gebeurt er verder?

    “Momenteel breiden  we de acties uit naar meer vestigingen. We proberen iedereen, zowel werknemers als bewoners en familie, bewust te maken van wat er gebeurt. De acties zullen verder gaan tot we een degelijke oplossing afdwingen. De maat is vol, de mensen willen doorgaan!”

    Hoe kan er solidariteit betuigd worden?

    “De werknemers van ORPEA zullen  steun kunnen gebruiken in elke fase van de strijd. Solidariteitsbetuigingen kunnen het draagvlak van de acties verbreden. Aanwezigheid op acties is eveneens ondersteunend, zeker door andere werknemers of delegaties uit de sector.”

    Wat betekent dit voor de sociale sector?

    “De commercialisering van de zorg leidt tot slechtere werkcondities en een minder toegankelijke zorg die aan kwaliteit afneemt. We moeten ons dan ook massaal verzetten hiertegen. Een goed uitgebouwde publieke zorg is noodzakelijk voor de toekomst. Zowel voor de werknemers als voor ieders oude dag. Dit kan slechts door fundamentele veranderingen in de samenleving, waarbij de mensen op de werkvloer en de gebruikers van de zorg de controle hebben, niet de werkgevers en de aandeelhouders van de multinationals.”

  • Geef jongeren werk, gun ouderen rust!

    brugpensioenZelfs een evident ‘advies’ als dat van het akkoord tussen de sociale partners dat wie vandaag met brugpensioen is niet langer ‘beschikbaar’ moet zijn voor de arbeidsmarkt, ligt moeilijk bij de provocatieregering.

    Dat tienduizenden bruggepensioneerden nieuwe jobs zouden moeten aanvaarden, lijkt voor de regering logisch maar is dat absoluut niet. Velen gingen op brugpensioen omdat ze weg gesaneerd werden of omdat de werkdruk een verder functioneren onmogelijk maakte. Het is geen toeval dat het aantal arbeidsongeschikte oudere werknemers de afgelopen jaren fors is toegenomen.

    Ook stelt zich de vraag welke jobs die bruggepensioneerden dan zouden krijgen en aan welke voorwaarden. Met rechtse partijen aan de macht die een probleem hebben met de impact van anciënniteit op de loonvorming, weten we dat het wat de regering betreft ook aan veel lagere lonen moet kunnen. Dat het pensioen uiteindelijk op de lonen van de laatste loopbaanjaren wordt berekend, zal wel een detail zijn voor de dames en heren neoliberalen.

    De vakbonden stellen terecht dat het opleggen van een beschikbaarheid voor bestaande bruggepensioneerden een contractbreuk vormt. In de Groep van 10 van werkgevers en vakbonden werd een akkoord gesloten om wie op 31 december 2014 op SWT was en oudere werklozen die een vrijstelling hadden niet te onderwerpen aan passieve of actieve beschikbaarheid. Vanaf 1 januari 2015 geldt dan een passieve beschikbaarheid met een aantal vrijstellingen voor bepaalde categorieën.

    Enthousiast kunnen we niet zijn over dit akkoord. Het doet denken aan het overleg van de afgelopen jaren waarbij de sociale afbraak mee onderhandeld wordt en maatregelen als beschikbaarheid van bruggepensioneerden verzacht worden door de toepassing ervan voor zich uit te schuiven. Samen met de verhoging van de pensioenleeftijd en de verstrenging van de voorwaarden voor SWT, wordt ook met dit akkoord verder geraakt aan de positie van oudere werkenden. Maar zelfs dat gaat niet ver genoeg voor de neoliberale provocateurs in de regering.

    Ouderen werken langer, jongeren zijn langer werkloos

    Dat bruggepensioneerden, tegenwoordig ‘swt’ers’ (stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag), verplicht kunnen worden om een nieuwe job te aanvaarden, zat eigenlijk al in het Generatiepact ingebakken. Toen werd bepaald dat elke bruggepensioneerde jonger dan 58 jaar beschikbaar moest blijven voor de arbeidsmarkt. Nu wil de regering die maatregel uitbreiden.

    Zelfs de werkgevers moeten echter erkennen dat ze niet staan te springen om ouderen aan te werven. Een patronale hardliner als Karel Van Eetvelt van Unizo, stelt dat de regering de afspraak tussen de sociale partners best kan volgen en steunt dus de vraag om de beschikbaarheid van SWT’ers te beperken. Opmerkelijk, want in 2009 pleitte Van Eetvelt er nog voor om het brugpensioen “zo snel mogelijk te verbieden”.

    De vorige maatregelen om ouderen langer aan de slag te houden, hebben de gemiddelde leeftijd waarop werkenden uit de arbeidsmarkt treden verhoogd. Het zorgde voor een veel hogere werkgelegenheidsgraad (de verhouding tussen de werkende bevolking en de bevolking in de beroepsactieve leeftijd) onder 55-64-jarigen. Tussen 2000 en 2013 was er een stijging van 26,3 naar 41,7%. (1) In dezelfde periode bleef de totale werkgelegenheidsgraad min of meer stabiel met een lichte stijging. De enige daling was bij jongeren (15-24 jaar) waar de werkgelegenheidsgraad afnam van 29% tot 24%. Kortom, de ouderen werken langer en dit gaat ten koste van het aantal jobs voor jongeren. Jongeren kunnen hun toekomst niet uitbouwen, terwijl ouderen verplicht aan de slag moeten blijven terwijl ze vaak  niet meer kunnen. Afgelopen zomer werd nog bekend dat het aantal arbeidsongeschikte oudere werkenden (50-plus) op vijf jaar met 20% is toegenomen (2).

    Sinds het begin van de crisis in 2008 is de jongerenwerkloosheid gestegen van 18% tot 23,7% in 2013. (3). Jongeren blijven dus langer werkloos. Zou het niet logisch zijn om eerst de jongeren aan werk te helpen in plaats van de ouderen te laten werken tot ze erbij neervallen?

    Neoliberalen willen geen enkele toegeving!

    Het akkoord van de Groep van Tien ligt zowel bij N-VA als Open Vld erg moeilijk. De regering wil nog aanpassingen doen en bestempelt het akkoord als een ‘advies’. De dreiging van acties wordt afgedaan als ondemocratisch. Voormalig docent recht Edgard Van de Velde schrijft vandaag in een opiniestuk in De Morgen: “De kiezer heeft gesproken, de vakbond doet hem zwijgen”. Daarin vraagt hij zich af: “Het ABVV dreigt met actie tenzij de regering het akkoord van de Groep van Tien over het brugpensioen integraal overneemt (DM 4/3 en 5/3). Is in dit land de regering nog eindverantwoordelijke voor het beleid, of hebben we de democratie vaarwel gezegd?”

    Het beperken van democratie tot een stembusgang om de vier jaar waarbij die campagne doorgaans wordt gedomineerd door nietszeggendheid geproduceerd door reclamebureaus, is een wel erg restrictieve visie. Zeker als die visie dan nog beperkt wordt tot verkiezingsresultaten die de neoliberale besparingspartijen zelf goed uitkomen, zo was minister Van Overtveldt (N-VA) er snel bij om de Griekse bevolking het recht op een antibesparingsbeleid te ontzeggen ondanks een duidelijke verkiezingsuitslag.

    Voor de neoliberalen moet het sociaal overleg zich beperken tot “naar elkaar luisteren”. Wellicht om vervolgens toch gewoon de geplande aanvallen in te zetten. De vakbonden mogen hun bekommernissen op tafel leggen om er vervolgens geen rekening mee te houden en tegelijk de bonden een actieverbod op te leggen omdat ze toch betrokken partij waren in het ‘overleg’. CD&V pleitte ervoor om wel rekening te houden met de sociale partners. De onenigheid in de regering blijft zich afspelen rond wat we in maandblad ‘De Linkse Socialist’ samengevat hebben als “To Thatcher or not to Thatcher, that’s the question”.

    Verzet nodig

    Het eerste actieplan heeft de regering doen wankelen. Het zal erop aankomen om de acties verder te zetten om de regering te doen vallen. Zal de militantenconcentratie van komende woensdag het begin van een tweede actieplan vormen?

    Het zal nodig zijn want deze regering zal niet stoppen bij de reeds geplande aanvallen. Telkens wordt nog een stap verder gegaan in de provocaties en aanvallen. Ofwel laten we deze regering doen en geven we onze levensstandaard prijs, ofwel gaan we in verzet wat er op neerkomt dat de regering weggestaakt wordt. Het potentieel hiervoor is aanwezig, dat zagen we tijdens het eerste actieplan.

    Werkgevers en regeringspartijen waarschuwen dat nieuwe stakingsacties de economie pijn doen en de gemeenschap veel kosten. Wat die ‘kosten’ van een staking betreft, moeten we duidelijk zijn. De staking die de samenleving het meeste raakt, is de staking van investeringen. “Belgische bedrijven zitten op 240 miljard euro”, titelde Trends op 6 november. Op Europees niveau gaat het om een triljoen euro, dat is 1.000 miljard. In de VS om 4.200 miljard dollar. Deze patronale staking treft de gemeenschap, het is een bewuste keuze om de geproduceerde rijkdom niet opnieuw te investeren.

    Iedereen weet dat als bedrijven middelen opstapelen in plaats van te investeren, dit komt omdat het doel niet is om werk te creëren of de tekorten aan te pakken. De samenleving kan de allerrijksten gestolen worden. Het enige doel dat nagestreefd wordt, is een steeds grotere opeenstapeling van winsten en een accumulatie van kapitaal. We moeten het privaat bezit van de productiemiddelen in vraag stellen. Laat ons de bedrijven zelf in handen nemen, laat ons het bezit en het democratische beheer ervan overnemen. Dat zou de basis vormen voor een samenleving waarin de productie gericht is op de behoeften van de meerderheid en niet de winsten van een kleine minderheid.

     

    Noten 

    1. Cijfers FOD Economie: http://statbel.fgov.be/nl/modules/publications/statistiques/arbeidsmarkt_levensomstandigheden/belgische_arbeidsmarkt_1983-2013.jsp
    2. http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/economie/1.1701460
    3. Eveneens cijfers van de FOD Economie: http://statbel.fgov.be/nl/modules/publications/statistiques/arbeidsmarkt_levensomstandigheden/belgische_arbeidsmarkt_1983-2013.jsp
  • Indexsprong goedgekeurd. Deze regering zal niet toegeven, we moeten ze wegstaken

    Foto: PPICS
    Foto: PPICS

    Afgelopen vrijdag keurde de regering de indexsprong goed. Hierdoor zullen de lonen en uitkeringen de stijgende levensduurte niet volgen. Met andere woorden, onze levensstandaard wordt rechtstreeks aangevallen.

    Het centrale argument van regering en patronaat is dat deze maatregel de bedrijven ‘ademruimte’ geeft en nieuwe jobs oplevert. Hoeveel nieuwe jobs, daar spreken regering en patronaat zich liever niet teveel over uit. “We leven nu eenmaal niet in een planeconomie”, was hun antwoord op die vraag bij vorige discussies over deze maatregel.

    Door het Planbureau wordt uitgegaan van 28.500 nieuwe jobs tegen 2020 in ruil voor een ‘loonkostenverlaging’ van 2,6 miljard euro voor de werkgevers. In feite gaat het om een rechtstreekse transfer van werkenden naar werkgevers. Dit is het soort transfer waar de neoliberale regeringspartijen geen probleem mee hebben, wel integendeel. Voor de hardste neoliberalen mag de transfer altijd nog groter zijn.

    Het cadeau van 2,6 miljard euro zou volgens het Planbureau 28.500 jobs tegen 2020 opleveren. In oktober had minister Van Overtveldt het nog over 80.000 jobs. De neoliberale rekenkunde waar N-VA voor bekend staat, vertrekt van het principe dat het cadeau aan de werkgevers ongenaakbaar is terwijl het excuus dat gebruikt wordt om de bevolking de maatregel te laten slikken niet belangrijk is. Voor dat excuus – in dit geval de creatie van jobs – is het flexibel lanceren van cijfers geen probleem.

    De vakbonden merkten op dat een cadeau van 2,6 miljard euro voor 28.500 jobs neerkomt op 91.228 euro per job. Dat is bijzonder veel. Zelfs indien het om een bedrag voor een periode van vijf jaar gaat, blijft de vaststelling dat  het als maatregel om werk te creëren weinig efficiënt en duur is.  En het cijfer van 28.500 is zoals gezegd onzeker. Meer nog, de regering gaat er zelf niet van uit dat de bedrijven het cadeau zullen gebruiken om aan te werven. Bij de begrotingstoelichting eind 2014 stelde de regering over de indexsprong: “Er moet rekening gehouden worden met de lagere personeelsuitgaven van de bedrijven, die resulteren in een hoger dan verwachte vennootschapsbelasting”. Vrij vertaald: de opbrengst van de indexsprong zal door de bedrijven niet voor investeringen en aanwervingen aangewend worden maar om de winsten verder op te schroeven.

    “Ademruimte” voor bedrijven heet dat. Vertaald in cijfers gaat het in het geval van de 16 bedrijven van de Bel-20 die hun resultaten voor 2014 al bekend maakten om een winst van 13,5 miljard euro. ABInbev was goed voor 6,67 miljard winst (tegenover 5,71 miljard een jaar eerder), KBC zag de winst met 700 miljoen toenemen tot 1,76 miljard euro en GDF Suez boekte 2,44 miljard euro winst. De ‘ademruimte’ wordt gebruikt om de grote aandeelhouders en topmanagers te verwennen. Maar jobs creëren? Dat hoort er niet bij.

    De vakbonden hielden vrijdag een snel bijeengeroepen actie. De kwestie van de indexsprong blijft een belangrijk thema voor het tweede actieplan dat hopelijk op de militantenconcentratie van 11 maart zal bekend gemaakt worden. ABVV-voorzitter De Leeuw stelde dat de maatregel tot “spontane sociale onrust” zal leiden. Het klopt dat de maatregel gevoelig ligt, maar het is aan de vakbonden om dit ongenoegen in georganiseerde actie om te zetten. Het eerste actieplan in het najaar van 2014 toonde de kracht van een opbouwend actieplan. Na een dergelijke beweging de reactie op een asociale maatregel als de indexsprong beperken tot het dreigen met ‘spontane acties’ is wel heel mager.

    Het feit dat de indexsprong zo snel na het zogenaamde ‘sociaal akkoord’ wordt goedgekeurd, nog voor de effectieve toepassing van de indexsprong in zicht komt, maakt vooral duidelijk dat deze rechtse regering niet wil onderhandelen en niet bereid is tot enige ernstige toegeving. De onderhandelingen over een ‘sociaal akkoord’ dienden enkel om verdeeldheid en verwarring langs onze kant te zaaien om vervolgens nog harder aan te vallen. De vorige besparingsmaatregelen zijn nog niet verteerd of er dreigen er al nieuwe te komen met de begrotingscontrole in maart. Deze regering staat voor een lawine aan aanvallen op onze levensstandaard.

    We zullen de regering niet overtuigen van een sociale benadering. Deze regering moet weg en we kunnen ze wegkrijgen door verder te bouwen op het fenomenale actieplan van het najaar van 2014. Deze beweging deed de regering wankelen en heeft de verdeeldheid onder de regeringspartijen versterkt. Door nu te gaan voor een offensief tweede actieplan kunnen we de regering en het besparingsbeleid wegstaken.

  • Spontane staking bij dochteronderneming Shell in Gent tegen ontslag delegee

    shell1Sinds donderdagochtend wordt er gestaakt in de Gentse vestiging van CRI, Catalyst Company Belgium. De directie is woensdagochtend overgegaan tot het directe ontslag van een vakbondsafgevaardigde zonder enig respect op te brengen voor de noodzakelijk procedures. Ze beargumenteren het ontslag om dringende reden, wat de enige manier is om een vakbondsafgevaardigde te kunnen ontslaan, maar de collega’s pikken de uitleg niet.

    Een groep LSP-syndicalisten uit de sector bezocht het stakerspiket en praatte er met Pieter en Frankie, 2 afgevaardigen van de ACLVB.

    “Woensdagochtend werd de ACLVB-afgevaardigde bij de directie geroepen en werd hem medegedeeld dat zijn contract verbroken was. Zonder veel uitleg werd hij naar zijn kastje begeleid om zijn persoonlijke spullen op te halen, hij moest zijn badge afgeven en werd tot aan de poort begeleid.”

    Wat is de echte reden van dit ontslag?

    “Wij denken dat de directie een signaal wil geven naar de rest van de werknemers en afgevaardigden. Ze willen mensen schrik aanjagen en zo een te kritische houding van het personeel proberen vermijden. Als ze hiermee wegkomen, creëren ze natuurlijk een precedent dat aantoont dat ze een ‘beschermde’ vakbondsafgevaardigde zonder werk kunnen zetten als ze dat willen.”

    Hoe hebben de collega’s gereageerd?

    “Er was snel een grote actiebereidheid. De solidariteit is groot omdat iedereen beseft dat dit geen manier van handelen is die mag getolereerd worden. Door iemand te ontslaan op basis van dringende reden, zetten ze een werknemer zomaar op straat, zonder opzegtermijn, zonder ontslagvergoeding, zelfs zonder recht op een werkloosheidsuitkering. Dit kan niet aanvaard worden. Iemand ontslaan vanwege dringende reden is heel exact omschreven in de wetgeving. En volgens de collega’s is er geen enkele hint dat ze een dringende reden zouden kunnen bewijzen.”

    Wat zijn de plannen voor de actie?

    “Wellicht had de patroon verwacht dat het bij één dag staking zou blijven, om de emoties wat af laten afkoelen. Hij had gehoopt ons morgen [vrijdag] terug aan het werk te krijgen. Maar dat zal niet lukken. Wij hebben laten weten dat we alvast starten met 4 stakingsdagen, tot en met zondag. En maandag gaan we terug rond tafel zitten en luisteren wat ze ons te vertellen hebben. Wij eisen natuurlijk de herintegratie van de ontslagen werknemer in het bedrijf.”

    Waar kunnen we het bedrijf situeren?

    “CRI is een dochteronderneming van Shell en we produceren katalysatoren voor olieraffinaderijen. De klanten bevinden zich wereldwijd. We krijgen natuurlijk de kwartaalcijfers en de jaarresultaten te zien en we weten heel goed dat het bedrijf heel goed draait, ook al durft de directie natuurlijk soms het tegendeel beweren. We werken hier met 115 werknemers en hebben in feite de laatste periode weinig conflicten gekend met de patroon. Wat ze nu doen is niet enkel belangrijk voor de relaties en de sfeer in het bedrijf, maar ook in de sector. Dit precedent zou ook door andere patroons kunnen gezien worden als een interessante testcase die misschien wel navolging kan vinden. Vandaar dat de reactie hier, maar ook solidariteit in de sector, belangrijk is. Deze staking is alvast een eerste krachtig signaal.

    Bedankt en veel succes met de strijd!

    LSP-militanten zullen de komende dagen opnieuw solidariteitsbezoeken afleggen. Iedereen die eens wil langsgaan om solidariteit te betonen kan van ‘s morgens 5u tot ‘s avonds 22u terecht in de Pantserschipstraat 331, 9000 Gent.

    shell2

  • ACV-top sleept zich naar meerderheid met belofte voor actie in vakbondsfront

    acvDe algemene raad van het ACV keurde op 10 februari het sociaal ontwerpakkoord goed met de meest nipte meerderheid ooit: 52% voor, 48% tegen (147 stemmen voor, 135 stemmen tegen, 17 onthoudingen). Als je de onthoudingen zou meetellen, kom je aan 49% voor, 45% tegen, 6% onthouding. Een bijzonder nipte goedkeuring dus. Historisch nipt, zelfs.

    Artikel door een militant van LBC-NVK voor de maarteditie van ‘De Linkse Socialist’

    Het ABVV had het ontwerpakkoord al onmiddellijk verworpen. En terecht. Als een werkgeversorganisatie zoals het Verbond van Belgische Ondernemingen “opgetogen” is, dan is het duidelijk dat er voor werknemers geen stappen vooruit gezet worden, integendeel. Op 5 februari schreef het werkgeversblad FDMagazine: “Het VBO is opgetogen over het ontwerpakkoord […] met daarin een indexsprong, uiterst beperkte reële enveloppes voor loononderhandelingen voor 2016 en een lastenverlaging. […] Daarnaast blijft voor 2015 een reële loonblokkering (0%-norm) van kracht. Pas vanaf 2016 zijn zeer beperkte enveloppes voor loononderhandelingen voorzien [alles bij elkaar 0,8%  – n.v.d.r.] en daar gaat het om maxima, wat betekent dat sectoren en bedrijven minder (of zelfs niets) kunnen geven”.

    Strikt genomen maakt de indexsprong echter geen deel uit van het ontwerpakkoord. De tekst zegt zelfs expliciet dat er over de indexsprong geen akkoord is: “Werkgevers en werknemers verschillen van mening over de opportuniteit en het nut van een indexsprong. In die context werd er niettemin tot onderstaand ontwerpakkoord gekomen.” Maar dat houdt het patronaat, hun politici en hun media niet tegen om toch te doen alsof het ACV door dit sociaal akkoord goed te keuren, zich automatisch ook moet neerleggen bij de indexsprong.

    Bij de discussie binnen het ACV waren de meningen verdeeld over de kwestie van het al dan niet aanvaarden van het ontwerpakkoord. De leiding van het ACV had alle argumenten ‘voor’ uitgebreid aan bod laten komen, onder meer via nieuwsbulletins (IPO-News) en Powerpoint-presentaties die via de centrales en de verbonden werden verdeeld. Er was geen enkele manier om de argumenten ‘tegen’ op een even systematische manier te verspreiden. Op vlak van evenwichtigheid van het democratisch intern debat is er dus zeker nog marge voor verbetering.

    Een eerste IPO-News had de titel: ‘Zaaien naar de zak’, een West-Vlaamse uitdrukking waarmee de ACV-top bedoelde dat er weinig onderhandelingsmogelijkheden waren, en dat ze dus gegeven de mogelijkheden het onderste uit de kan hadden gehaald, aangezien de werkgevers in een spreekwoordelijke ‘zetel’ zaten met een rechtse regering aan de macht. Dat was ongetwijfeld zo, maar de vraag is: waarom gaan ze aan de onderhandelingstafel zitten als het op voorhand duidelijk is dat de werkgevers toch geen enkele echte toegeving gaan doen? Op die manier werd het sociaal verzet een tijdje ‘on hold’ gezet, waardoor de wankelende rechtse regering rustig de tijd kreeg om te bekomen en de aandacht af te leiden met angstzaaierij.

    In het volgende IPO-News argumenteerde de ACV-top dat er weliswaar nog veel werk aan de winkel was rond andere onderwerpen (zoals de indexsprong en de besparingen in openbare diensten), maar dat dit akkoord niet alles ineens kon oplossen en slechts een eerste kleine stap was. We moesten geduldig zijn, dossier per dossier werken, en vooral niet te veel naar het totaalplaatje kijken. “Door het bos de bomen zien”, was de boodschap.

    Onder militanten was het meest gehoorde ‘voor-argument’ dat een loonmarge van 0,8% niet veel is, maar toch beter dan 0%. We moeten nu pakken wat er ligt, ook al is het niet veel, en dan kunnen we zeggen dat de stakingen “toch iets opgeleverd hebben”. Zo zouden we beter kunnen mobiliseren naar toekomstige acties.

    De argumentatie ‘tegen’ klonk vaak zo: we hebben drie dagen gestaakt in november en december, onze eisen waren duidelijk: voor behoud van de index, tegen langer werken, voor rechtvaardigere fiscaliteit (o.a. vermogensbelasting), en tegen de afbraak van publieke diensten. Dit akkoord bevat voor geen enkel van die vier punten een verbetering. Bovendien dreigen we het gemeenschappelijk vakbondsfront te hypothekeren en onze mobilisatiekracht te verliezen als we een dubbelzinnig signaal geven: “we hebben wel ons akkoord gegeven maar we blijven toch actie voeren.”

    Zowel degenen die ‘voor’ argumenteerden als degenen die ‘tegen’ argumenteerden, benadrukten het succes van het vorig actieplan en de noodzaak om een nieuw stevig actieplan uit te werken. Opnieuw in gemeenschappelijk vakbondsfront, geleidelijk opbouwend, met lang op voorhand aangekondigde acties. Ook de samenwerking met de bredere beweging Hart Boven Hard / Tout Autre Chose werd erg op prijs gesteld.

    De ACV-basis geeft dus misschien op het eerste gezicht een ‘verdeelde’ indruk als je naar de stemming over het ontwerpakkoord kijkt. Maar achter de tactische meningsverschillen gaat inhoudelijk een zeer grote eenheid schuil en een grote vastberadenheid om opnieuw in actie te komen. Om de strijd te blijven voeren tot er écht geluisterd wordt, tot de asociale besparingsmaatregelen ingetrokken worden, tot desnoods de regeringen vallen.

    De indexsprong moet van tafel! Langer werken blijft onaanvaardbaar als ondertussen jongeren niet alleen geen werk vinden, maar bovendien hun uitkering verliezen! Besparingen in onderwijs, gelijke kansen, cultuur, de socioculturele sector, kinderopvang, gezondheidszorg, openbaar vervoer, publieke diensten in het algemeen: het is nefast voor onze samenleving en het is bovendien nergens voor nodig als we het geld durven halen waar het zit.

    ‘t Is maar een begin, wij gaan door met de strijd!

  • Sociaal akkoord: een eindeloze hoeveelheid niets

    overlegAlleen door plechtig te beloven dat het ACV mee zou mobiliseren in een nieuw actieplan in gemeenschappelijk vakbondsfront kon de leiding van de vakbond een historisch nipte meerderheid vóór het sociaal akkoord vinden.

    Artikel door Tim (Brussel)

    De militanten van het ACV maakten hiermee duidelijk dat ook zij overtuigd zijn dat deze regering geen enkele toegeving zal doen op haar asociaal beleid, en dat verdere strijd de enige oplossing is. En met reden: het zogenaamde sociaal akkoord dat door de ‘Groep van Acht’, het overleg tussen vakbonden en werkgevers nadat de twee vertegenwoordigers van het ABVV zich hadden teruggetrokken, werd goedgekeurd is weinig meer dan een lege doos.

    In november en december voerden honderdduizenden werknemers actie tegen de asociale plannen van de regering. De meest fundamentele eisen waren de afschaffing van de indexsprong, het intrekken van de maatregelen rond de verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd, het stopzetten van de draconische besparingen in de openbare diensten, en een hervorming van het belastingstelsel zodat ook de grote kapitalisten, multinationals en speculanten eindelijk zouden bijdragen aan de gemeenschap.

    Van bij het begin van het sociaal overleg werd duidelijk dat de werkgevers geen millimeter wilden toegeven op die essentiële punten. Er kon enkel gediscussieerd worden over de verdeling van de borrelnootjes: enkele tienden van een procent maximale loonstijging, op voorwaarde dat eerst de indexsprong zou bewaard blijven: netto dus sowieso een verlies aan koopkracht. Daarnaast ‘mochten’ de sociale partners beslissen hoe de overheidsmiddelen voor de verhoging van de allerlaagste uitkeringen herverdeeld worden, en voor enkele zware beroepen werden de hardste kanten van de pensioenhervorming er afgeveild. “Het akkoord vertelt een eindeloze hoeveelheid niets”, zou Shakespeare erover gezegd hebben. Veel militanten, maar ook vele gewone vakbondsleden die voor de eerste keer deel hadden genomen aan acties vroegen zich bij het openslaan van kranten oprecht af: “hebben we hiervoor nu zo hard moeten strijden?”

    De vorige regering Di Rupo had reeds een zware aanval ingezet op onze verworvenheden, maar had dit wel gedaan op basis van rotte akkoorden met onze vakbondsleiding. N-VA moet nu kunnen bewijzen dat zij de “kracht van de verarming” kan doorvoeren zonder de schijn te geven ergens aan toe te geven. In de weken rond de onderhandelingen werden we dan ook om de oren geslagen met nieuwe aanvallen: de tijdelijkheid van de werkloosheidsuitkeringen, een tax shift die niet door de kapitalisten, maar door een verhoging van de BTW moet worden betaald, werklozen die voor kinderen of zieke familieleden zorgen zouden hun uitkering verliezen, de indexsprong die niet zou gelden voor de huurprijzen, … De N-VA-ministers doen er alles aan om te bewijzen dat ze fundamenteel asocialer zijn dan alle voorgaande regeringen.

    Onderhandelen, zelfs over minimale toegevingen, is onmogelijk voor deze regering. Voor de arbeidersbeweging zijn er slechts twee opties: tot 2019 creperen of deze regering wegstaken.

    Een nieuw, stevig actieplan is nodig: een plan dat de ambitie heeft om nog breder en sterker te zijn dan het vorige: een grotere militantenconcentratie en nationale betoging, en een nog breder gedragen nationale staking van 48 uur zijn een noodzaak. Het is er op of eronder: zwakte tonen zal door de regering en de N-VA worden aangegrepen om nog verder te gaan in asociale aanvallen. Laat ons dus vanaf nu zo’n stevig actieplan voorbereiden, en de strijd aangaan!

  • Protestacties tegen aanvallen op werklozen

    Betoging in Luik. Foto: Netwerk Stop Artikel 63§2
    Betoging in Luik. Foto: Netwerk Stop Artikel 63§2
    Maar liefst 35.000 werklozen verliezen dit jaar hun uitkering. Dat is het resultaat van de beperking van de inschakelingsuitkering, de vroegere wachtuitkering in de tijd. De maatregel treft niet alleen jongeren. Ook wie deeltijds werkt, bouwt onvoldoende rechten op om een werkloosheidsuitkering te genieten op basis van arbeid, waardoor op de wachtuitkering wordt teruggevallen. De beperking van de inschakelingsuitkering in de tijd gebeurde met een aanpassing van artikel 63§2 en werd ingevoerd door de vorige regering. Gisteren waren er in verschillende steden acties van het netwerk ‘Stop artikel 63§2’ om te protesteren tegen de aanvallen op de werklozen.

    LUIK. “Als we hen niet willen laten doen, moeten we hun systeem omver werpen”

    In Luik waren we met ongeveer 350 op een betoging die van het OCMW naar de lokalen van de RVA trok. De regen kon de strijdbare sfeer niet stoppen, er werden slogans geroepen die duidelijk maakten dat de werkloosheid en het besparingsbeleid moeten aangepakt worden in plaats van de werklozen.

    De actie werd ondersteund door verschillende verenigingen en organisaties die ook op de actie waren (Vie Féminine, Réseau Wallon de Lutte contre la Pauvreté, Ecolo, PVDA, LSP, …) naast militanten van het ACV en van de werklozenwerking van het ABVV in de provincie Luxemburg. Een tiental vertegenwoordigers werd ontvangen door de directeur van de RVA die zich verschool achter de doelstellingen van de RVA en de stelling dat hij enkel cijfers had over het aantal vergoede werklozen maar niet over het aantal mensen dat zonder uitkering valt. Het was een schoolvoorbeeld van een dovemansgesprek.

    De actie was specifiek gericht tegen het artikel 63§2 maar de betogers gingen in tegen alle vormen van het besparingsbeleid. Een volgende stap daarbij is de militantenconcentratie van 11 maart in Brussel, een nieuwe bijeenkomst van het gemeenschappelijk vakbondsfront in het verzet tegen het asociale beleid van Michel I en een kans om een nieuw actieplan op te starten. De strijd tegen de aanvallen op de werklozen is onderdeel van het verzet tegen het besparingsbeleid!

    BRUSSEL. Hypocrisie bij PS

    In Brussel waren er ongeveer 150 aanwezigen op de actie van het netwerk ‘stop artikel 63§2’ en de JOC. Er was ondersteuning door groepen als Hart boven Hard/ Tout Autre Chose, Acteurs des temps présents, … Ook LSP was van de partij.

    Er is een gebrek aan werk waarbij vandaag de slachtoffers hiervan als verantwoordelijke worden aangeduid. Zij worden beschuldigd en gesanctioneerd. De betogers trokken naar de kantoren van de RVA met een document die ze aan de verantwoordelijke ter ondertekening voorlegden met de erkenning dat er een gebrek aan werk is, in 2013 waren er 584.302 werkzoekenden in ons land voor amper 61.630 beschikbare vacatures. Bij de RVA werd ons gezegd dat een dergelijke verklaring niet kan ondertekend worden omdat dit “te politiek” zou zijn. De cijfers bekendmaken en naast elkaar zetten, zou te politiek zijn. Het toont de enorme hypocrisie.
    De betogers hielden ook halt aan de kantoren van de PS met de vraag om Di Rupo te ontmoeten. Hij had evenwel zijn voorzorgen genomen en had gewaarschuwd dat hij niet aanwezig zou zijn, maar dat Laurette Onkelinx de betogers zou ontvangen. Ook hier droop de hypocrisie ervan af. Onkelinx verklaarde: “Het is een slechte maatregel waar ik spijt van heb. Mijn hart bloedt als ik aan die vrouwen en jongeren denk die uitgesloten worden.”

    Op de betoging waren er vertegenwoordigers van de werklozenwerking van ACV en ABVV. Een ACOD-delegee uit Sint-Lambrechts-Woluwe nam het woord om aan te klagen dat die gemeente acht medewerkers van het OCMW wil afdanken om te besparen. De aanvallen op de werklozen gaan gepaard met een besparingsbeleid dat op alle niveaus toeslaat.

    Er is dan ook algemeen verzet nodig tegen het volledige beleid. Een tweede actieplan naar het model van het eerste actieplan dat de regering deed wankelen, zou een goede stap zijn. Het is mogelijk om de regering weg te staken. Maar als het is om Di Rupo terug te brengen, zou het resultaat maar mager zijn. Het feit dat de inschakelingsuitkering door de vorige regering in de tijd beperkt werd en dat de tienduizenden werklozen die nu hun uitkering verliezen dit aan Di Rupo en co te danken hebben, is daar getuige van.

  • “Wij zijn die 35.000. We keren terug”

    Foto: PPICS
    Foto: PPICS

    Komende woensdag wordt in verschillende steden actie gevoerd door het netwerk ‘Stop artikel 63§2’ dat al langer protesteert tegen de beperking van de inschakelingsuitkering in de tijd. Hierdoor verliezen dit jaar 35.000 mensen hun uitkering. Op 25 februari zullen er in onder meer Luik, Brussel, Namen, Verviers en Antwerpen acties doorgaan.

    Er wordt telkens van het OCMW vertrokken en naar de RVA getrokken. De eis is de intrekking van artikel 63§2 waarmee de toegang tot de inschakelingsuitkering wordt beperkt. Ook wordt met deze acties geëist dat de 35.000 mensen die dit jaar hun uitkering verliezen opnieuw recht krijgen op een werkloosheidsuitkering.

    Vanaf 1 januari 2015 verliezen duizenden mensen  op basis van het beruchte artikel 63§2 hun uitkering. De komende maanden volgen er telkens duizenden anderen indien er geen ommekeer komt. Het gaat om een maatregel die onaanvaardbaar is en bovendien amper een besparing betekent voor de overheden. Bovendien is er duidelijk sprake van discriminatie, maar liefst 65% van de werklozen die hun uitkering verliezen zijn vrouwen.

    We leven officieel in het 17de rijkste land ter wereld. Maar tegelijk leeft 15% van de bevolking op of onder de armoedegrens. Het besparingsbeleid doet dat aantal nog verder toenemen, kijk maar naar Griekenland, Spanje, Portugal of Ierland. Het besparingsbeleid is asociaal en vernederend voor wie niet meteen een voltijdse job vindt. Gezien het groter aantal werklozen dan het aantal beschikbare vacatures is het niet vinden van werk niet de ‘schuld’ van de werkloze. Er zijn gewoon te weinig jobs. Het besparingsbeleid wordt ons verkocht met het argument dat het jobs zou opleveren omdat de bedrijven ‘ademruimte’ krijgen. Na jaren van recordwinsten is er daar nochtans aan ademruimte geen gebrek. Er zou beter eens gedacht worden aan wat ademruimte voor wie met een paar honderd euro per maand moet proberen te overleven.

    Met de acties van 25 februari wil het ‘Netwerk stop artikel 63§2’ de getroffen werklozen mobiliseren maar ook de rest van de arbeidersbeweging. Een aanval op de zwaksten is uiteindelijk gericht tegen alle werkenden en hun gezinnen. We mogen deze aanval niet gewoon lijdzaam ondergaan.

    LSP ondersteunt de acties op 25 februari. We hebben het platform van het netwerk ‘Stop artikel 63§2’ nationaal ondertekend. In Luik nemen we deel aan de voorbereiding en organisatie van de actie van 25 februari. In Namen zijn we samen met JOC initiatiefnemer. En ook in andere steden zullen we op de acties aanwezig zijn. Langs Nederlandstalige kant is er enkel in Antwerpen een kleine actie voorzien (afspraak om 13u voor het OCMW in de Lange Gasthuisstraat).

    • Stop artikel 63§2
    • Re-integratie van de uitgesloten werklozen en herstel van hun recht op een uitkering
    • Stop de nieuwe regeringsmaatregelen die de toegang tot een inschakelingsuitkering verder beperken

    [box type=”info” align=”aligncenter” ]Lees ook het eerder op deze site gepubliceerd interview met Thierry Müller van het netwerk ‘Stop artikel 63§2’: Interview verschenen op 7 januari. Thierry Müller is een van de sprekers op Socialisme 2015 op 28 maart, een dag van discussie en vorming. Het volledige programma en praktische info. [/box]

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop