Samen opkomen voor jobs!

Voor een 32-urenweek met loonbehoud en bijkomende aanwervingen

Op enkele maanden tijd is het behoud van onze jobs uitgegroeid tot de hoofdbekommernis van velen. Onder jongeren in Vlaanderen, minder dan 25 jaar, steeg de werkloosheid met maar liefst 31,2% op jaarbasis. Arbeiders belanden in tijdelijke werkloosheid. De bazen en sommige vakbondsleiders willen de economische werkloosheid uitbreiden naar bedienden. Wanneer zullen onze vakbondsleiders eens beginnen denken aan een offensieve vakbondsstrategie? Of moeten we ons één voor één als schapen naar de slachtbank laten leiden?

Door Peter Delsing

Bij Volvo Trucks gaan de arbeiders op dit moment 2 à 3 dagen per week stempelen. Bij Arcelor Mittal zijn 3000 werknemers 1 à 2 dagen per week verplicht om thuis te blijven. Dat is een flinke hap in het gezinsbudget, zeker gezien de lonen de laatste jaren steeds meer achterop liepen op de levensduurte. Gezinnen zijn amper nog in staat om te sparen. Ondertussen blijven de rekeningen wel binnenstromen.

Elke dag kan je in de krant verslagen lezen van jobverliezen. Tientallen tot soms vele honderden jobs gaan verloren. Bij DAF Westerlo werden eerst 753 tijdelijke jobs geschrapt. Dat hield de directie niet tegen om daarna nog eens het ontslag van 801 arbeiders en 73 bedienden aan te kondigen. Bij Case New Holland in Zedelgem worden 197 tijdelijke arbeiders aan de deur gezet. Vlaanderen betaalt hier de prijs voor de hogere flexibiliteit die er werd opgelegd dan in Wallonië, met soms nog sterkere en meer strijdbare vakbonden. Ook bij de invoering van economische werkloosheid is er het gevaar dat de patroons dit zullen misbruiken om de “werkloze” te vragen flexibeler te werken, om aan zijn uren te geraken.

Volgens RVA-topman Karel Baeck was het “in het verleden zo dat tijdelijke werkloosheid vooruitliep op volledige werkloosheid”. Hij stelt dat dat nu niet anders is. Volgens KBC-econoom Bart van Craeynest komen er in 2009 en 2010 telkens “120.000 tot 140.000 werklozen bij”. Ook het Voka, de patroonsorganisatie, stelt dat de regering de economische inkrimping onderschat en meent dat er 100.000 jobs zullen verdwijnen dit jaar. Tegenover zo’n golf van ontslagen kan enkel een collectief antwoord een uitkomst bieden.

In sommige andere landen heeft men al begrepen dat de werkenden best gezamenlijk in actie komen dan ieder apart. In Ierland betoogden 120.000 vakbondsleden tegen de besparingen van de overheid en voor het behoud van jobs. Het was de grootste vakbondsbetoging in 30 jaar. In Frankrijk betoogden op 19 maart 3 miljoen Fransen tegen de regering van Sarkozy. Het was er reeds de tweede stakingsdag, gekoppeld aan betogingen, van de vakbonden.

Waarom roepen de Belgische vakbondsleiders niet op om dat voorbeeld te volgen? Met symbolische acties gaan we niet veel druk zetten op de patroons en de regering. De tijd van woorden is voorbij. Werkende mensen willen niet één voor één op straat worden gezet. Er is dringend een oproep nodig voor een nationale 24-urenstaking, voorbereid door een degelijke mobilisatie in de bedrijven, en gekoppeld aan een massale Mars voor Werk. Dat kan bijvoorbeeld in het kader van de internationale mobilisatie op 15 mei.

In de plaats van dagelijks de tientallen en honderden ontslagen te laten passeren, moeten we gezamenlijk op straat komen. Voor de opening van de boeken van bedrijven die ontslagen aankondigen. Wat hebben ze met hun winsten gedaan? De arbeidersbeweging moet gaan voor de nationalisatie van bedrijven die jobs wegsaneren. Voor een 32-urenweek met loonbehoud en nieuwe jobs voor de jeugd en de huidige werklozen! Onze jobs en inkomens, de toekomst van onze kinderen, zijn belangrijker dan hun winsten!

Als het kapitalisme onze levensstandaard niet kan garanderen, moeten we opkomen voor het collectief beheer van de rijkdom, voor een andere, socialistische maatschappij.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop