Category: Op de werkvloer

  • Na de lockdown: grote betoging van en voor de gezondheidszorg

    • MEER handen
    • MEER loon
    • Voor een WARME, MENSELIJKE zorg, géén ‘zorgfabrieken’
    • Versterk onze Sociale Zekerheid!

    DAG X na opheffing lockdown

    Onze gezondheid is prioritair. Wij voorzien deze mobilisatie dus pas in een ‘genormaliseerde’ situatie.

    Deze betoging is een initiatief van o.a.:

    • de actiegroep/burgerbeweging ‘La Santé en Lutte’
    • Campagne ROSA
    • CGSP ACOD ALR LRB
    • CGSP ACOD – siamu dbdmh (ambulanciers brandweer)
    • Reeds duizenden hebben zich ingeschreven op het facebookevent (link helemaal onderaan)

    De impact van de globale coronacrisis op de organisatie van onze gezondheidszorg (en de samenleving) in de nabije toekomst is niet te onderschatten.

    Laat ons daarom de juiste lessen trekken en ons radicaal afwenden van de platgetreden paden in het verleden van besparingen, onderinvesteringen, commercialisering en versplintering van de zorg door o.a. opeenvolgende staatshervormingen. Die versplintering is pijnlijk duidelijk geworden in de communicatie (eerder kakafonie) van de verschillende overheden in de aanpak van de coronacrisis. Efficiëntie is iets helemaal anders …

    Onze gezondheidszorg dient niet ‘om de gaten in de begroting op te vullen.’ Waartoe dit leidt, ondervinden we nu des te harder: de zorgcrisis die zich reeds aan het ontwikkelen was, wordt door Covid-19 extra benadrukt.

    Laat ons voortaan vertrekken vanuit de reële behoeften van de bevolking en de volksgezondheid en niet vanuit de neoliberale geldlogica. Geld betekent niet alles als bijvoorbeeld rusthuizen veranderen in macabere sterfhuizen …

    Dat dergelijke verandering er niet automatisch zal komen, is zo klaar als een klontje.

    De beleidsverantwoordelijken zullen na een kortdurende rol van “redders van het vaderland” (?) even snel hun vroegere rol opnieuw opnemen: als “verantwoordelijke besparingspolitici.” Terwijl in 2019 Belgische bedrijven voor 172 miljard in belastingparadijzen parkeerden, moeten de gewone werknemers de buikriem aanhalen?

    Hiervoor is een “witte woede 2.0” nodig, niet enkel van de werknemers en directe betrokkenen in de zorg maar actief gesteund door iedereen die vroeg of laat op de diensten van de gezondheidszorg zal beroep doen.

    SAMEN sterk?

    Voorlopige, tentatieve datum: zondag 13 september (Dit hangt natuurlijk af van de evolutie van de pandemie en bijhorende maatregelen)

    ? Link naar Facebook evenement: https://www.facebook.com/events/531511984223006/

  • Spoor: “Coronacrisis toont belang van vakbondsstrijd”

    We spraken met een spoorman over hoe de coronacrisis bij de NMBS werd aangepakt. Er was druk van het personeel nodig om de eerste beschermingsmaatregelen te nemen. Er was weinig verrassend veel vertraging op de bescherming van het personeel. En alle problemen zijn nog niet van de baan…

    Hoe werd bij de NMBS gereageerd op de uitbraak van het coronavirus?

    “Zoals in veel bedrijven werden we geconfronteerd met een schrijnend gebrek aan voorbereiding, wat leidde tot een enorme vertraging bij het invoeren van de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen. Spoorwegarbeiders ondergaan de gevolgen van een gebrek aan voorbereiding door de regeringen – zoals het tekort aan mondmaskers – de gevolgen van de verwarring in de gezondheidsaanbevelingen en de late aankondiging ervan.

    “Hoewel de atmosfeer de laatste dagen gestabiliseerd is, heeft het enkele weken geduurd en was er een enorme druk van onderaf nodig om te zorgen voor werkomstandigheden die een beetje veilig zijn. Ook nu is nog niet alles geregeld, zeker niet. Tegelijk zijn problemen of tegenstrijdigheden die al bestonden versterkt en zijn er andere opgedoken.

    “Helaas zijn er gevallen van besmetting met Covid-19 bij het spoorwegpersoneel. Er is veel steun voor deze collega’s. Minstens één van hen is overleden en anderen vechten tegen de ziekte. Het blijft voor ons dan ook prioriteit dat strikte gezondheidsregels worden toegepast.”

    De treinen rijden nog steeds. Hoe wordt het werk georganiseerd?

    “Het administratief personeel wordt aangemoedigd om te telewerken. Er waren geen andere oplossingen tijdens de crisis, maar dit brengt veel praktische problemen met zich mee. Het is bijvoorbeeld erg moeilijk om je professionele taken te organiseren terwijl je voor je kinderen zorgt. Deze werknemers beschikken niet over alle gebruikelijke apparatuur en infrastructuur om hun werk in goede omstandigheden uit te voeren. Er zijn ook vragen over de manier waarop ze hun werktijd en recuperatiedagen verantwoorden.

    “Een groot deel van het personeel – met name het operationeel personeel – blijft op het terrein werken met een aangepaste dienstregeling (STIN-plan). Het gaat om werkplaatsen, seinhuizen, technici, treinpersoneel, een deel van het loketpersoneel, schoonmaakdiensten, etc. De arbeidsomstandigheden zijn aangepast om sociale afstand toe te laten en een betere hygiëne mogelijk te maken. Deze aanpassingen zijn soms in overleg tot stand gekomen, soms op basis van conflicten. De traditionele organisatie van het werk was uiteraard helemaal niet aangepast aan een situatie van epidemische crisis. Maar bepaalde factoren verergerden de spanningen, zoals de wens van de NMBS-directie om zoveel mogelijk personeel op de werkplek te houden, ook al was dit gevaarlijk voor de gezondheid.

    “Het personeel en de vakbonden moesten enorme druk uitoefenen om de nodige maatregelen te eisen. Er waren enkele werkonderbrekingen, onder meer in de tractiewerkplaats van Schaarbeek midden maart. Collega’s moesten aan treinen werken zonder enige garantie dat ze schoon waren en zonder beschermende uitrusting. De sfeer werd erg gespannen op deze werkplaatsen, van waar in het verleden wel eens spontane bewegingen begonnen, zoals in 2016. Het management was terecht bang dat er een brede beweging van het spoorpersoneel zou ontstaan. Maar het grootste ongenoegen kwam uiteindelijk tot uiting in individuele methoden. Het aantal zieken explodeerde omdat collega’s weigerden te werken met gevaar voor hun leven of geen andere mogelijkheid zagen voor bijvoorbeeld kinderopvang.

    “De kwestie van het personeel in “risicocategorieën” is nog niet opgelost. Er zijn geen algemene maatregelen genomen om het personeel te beschermen dat de meeste kans heeft op complicaties in geval van besmetting. Deze collega’s worden doorverwezen naar de behandelende artsen, maar hun beslissingen zijn niet altijd consistent. De arbeidsgeneeskundige dienst van de NMBS neemt genoegen met het losjes volgen van de aanbevelingen van Sciensano [het Wetenschappelijk Instituut voor de Volksgezondheid], die onvolledig zijn. Dit probleem wordt individueel en niet collectief aangepakt, met alle problemen van dien. Sommige collega’s gaan bang naar het werk.”

    Niemand had deze crisis kunnen voorzien. Is het dan niet logisch dat het even duurt voor er maatregelen worden genomen?

    “Deze coronacrisis toont vooral het belang van vakbondsstrijd. De crisis heeft iedereen verrast qua omvang, maar het gevaar van de verspreiding van de epidemie van Azië naar Europa is in februari al op de agenda gezet door afgevaardigden van de Comités Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) [Noot van de redactie: er zijn 77 CPBW’s binnen de Belgische spoorwegen]. Die afgevaardigden hebben de indruk dat ze niet serieus genoeg zijn genomen. Daarna heeft het werk van veel afgevaardigden op het terrein het mogelijk gemaakt om noodzakelijke aanpassingen te bekomen die de risico’s beperken. Gezondheid en bescherming op het werk zijn onderdeel van de historische strijd van de vakbonden en het staat vandaag opnieuw op het voorplan, wellicht voor lange tijd.”

    Hoe hebben de vakbonden precies gereageerd?

    “Toen de crisis uitbrak, hebben de drie ‘grote’ vakbonden het voorstel van de directie aanvaard om alle onderhandelingen over crisismaatregelen binnen het ‘sturingscomité’ te houden, een reeds bestaand erg klein paritair orgaan. Dit werd gerechtvaardigd vanuit het belang om de beslissingen erg gecentraliseerd te nemen en door de urgentie ervan. Het kan ook gerechtvaardigd worden door de complexe structuur van het sociaal overleg binnen de Belgische spoorwegen in normale tijden, met bijna honderd officiële paritaire organen. Tot slot werd gezegd dat het moeilijk was om vergaderingen via videoconferentie te organiseren, een argument dat er met de haren werd bij gesleurd.

    “Het gevolg was evenwel dat de vakbondsdemocratie de arm werd omgedraaid. In het sturingscomité zitten enkel vakbondsleiders, terwijl de afgevaardigden in de regionale paritaire comités en de CPBW’s tijdens de sociale verkiezingen van december 2019 werden verkozen. Eigenlijk zijn de resultaten van de sociale verkiezingen nu opgeschort. Het feit dat de meeste interne vakbondsvergaderingen afgelast zijn, maakt het alleen nog erger. De organisatie van het vakbondswerk is nu verstoord en afhankelijk van de goede wil van lokale en nationale vakbondsleiders. Vanuit de ‘kleine’ vakbonden werden enkele goede initiatieven genomen, zoals het verzoek om personeel dat hogere risico’s heeft thuis te zetten, maar zonder succes.

    “Ondanks al deze moeilijkheden en dankzij intense druk zijn we er toch in geslaagd om overwinningen te behalen bij het afdwingen van beschermingsmaatregelen. Zo werd plexiglas geïnstalleerd bij de loketten (zoals in veel supermarkten), werd ontsmettingsmateriaal verdeeld onder een groot deel van het personeel, werd de schoonmaak van treinen en lokalen ernstiger genomen, kwamen er concessies rond de werkorganisatie, werd de strenge aanpak van zieken opgeschort, … Zonder druk van het personeel en zijn afgevaardigden zouden de meeste van deze maatregelen niet zijn ingevoerd.

    “Andere kwesties zijn nog niet opgelost of maar halvelings. Zo heeft de directie in bijna alle diensten een enorme flexibiliteit opgelegd, met het argument dat dit nodig is om de hoge afwezigheidscijfers op te vangen. De directie maakt gebruik van de afgenomen werkdruk in sommige diensten om het personeel verplicht recuperatiedagen te laten opnemen. Er was een grote achterstand op dit vlak door de structurele onderbezetting. Als we met het personeel niet reageren, dan zal de directie deze situatie cynisch benutten. Misschien moeten we collectieve arbeidsduurvermindering met behoud van loon eisen, waarbij deze arbeidsduurvermindering door het personeel zelf wordt georganiseerd? De directie aarzelde niet om haar agenda naar voren te brengen, zelfs indien dit levens in gevaar brengt. Dat moet meer collega’s ertoe aanzetten om ook onze agenda te ontwikkelen.”

    “Never waste a good crisis,” zoals Churchill zei?

    “Dat is inderdaad wat de directie op een aantal vlakken doet. Een aantal uitzonderlijke maatregelen die nu om gezondheidsredenen noodzakelijk zijn, werden in het verleden bestreden door de vakbonden. Telewerk bijvoorbeeld werd nooit positief onthaald. Het openhouden van loketten in kleine stations is een belangrijke vakbondseis. Maar met het risico op besmetting, moeten we ons aanpassen. Het personeel en de vakbondsafgevaardigden eisten nu vaak de sluiting van loketten, met wisselend succes. De NMBS heeft overal berichten laten plaatsen die reizigers aanmoedigen om alleen de automaten of de website te gebruiken. Een daling van het aantal gebruikers van de ‘fysieke’ loketten, kan achteraf door de directie gebruikt worden voor een verdere afbouw van die dienstverlening.

    “Dit zijn debatten die de situatie ingewikkelder maken. De directie zal mogelijk proberen om nadien zoveel mogelijk maatregelen inzake flexibiliteit te behouden. Het is dan ook belangrijk om met de collega’s een krachtsverhouding uit te bouwen, om te wegen in de aanpak van de crisis en de nasleep ervan. Dat is des te belangrijker aangezien in september de onderhandelingen over een protocol van sociaal akkoord worden hervat.

    “Als we ons bewust zijn van de gevaren, staan we al sterker. Vooral omdat het belang van de openbare diensten in lange tijd niet zo scherp in het voetlicht werd geplaatst. Wat de risico’s ook zijn, aan ons wordt gevraagd om te blijven werken. Veel collega’s gaan ermee akkoord om te werken, zolang ze goed beschermd zijn en zolang het gaat om het garanderen van essentiële trajecten. Daarover is er ook veel discussie. Er is heel wat hypocrisie rond de quarantaine: bedrijven die niet essentieel zijn, blijven toch draaien om de winsten te garanderen. Het kapitalisme richt bovendien veel sociale schade aan die een quarantaine moeilijk maakt. Leg aan een dakloze maar eens uit dat hij in zijn kot moet blijven…”

    Wat verwacht je de komende weken?

    “We hebben enkele overwinningen geboekt met de vakbonden, maar deze verschillen sterk naargelang de werkplek aangezien ze sterk afhankelijk zijn van plaatselijke krachtsverhoudingen. Misschien was het beter geweest om de strijdbaarheid die op bepaalde werkplekken bestond te gebruiken om toegevingen af te dwingen voor alle collega’s. We zullen geleidelijk aan een balans moeten opmaken waarin al deze ervaringen opgenomen worden zodat we in de toekomst sterker staan.

    “We zijn op weg naar een geleidelijke exit uit de quarantaine in ons land. Wellicht zullen op middellange termijn enkele activiteiten geleidelijk hervat worden, terwijl grote bijeenkomsten nog steeds zullen verboden zijn. We hebben een plan nodig om te antwoorden op de vragen die deze nieuwe fase met zich meebrengt. Het gaat om zeer praktische zaken, zoals de kwestie van mondmaskers voor personeel dat in contact komt met gebruikers. Maar ook meer omstreden kwesties: we kunnen niet aanvaarden dat de CPBW’s en de paritaire organen opgeschort blijven.

    “We moeten ook werken aan enkele lopende dossiers: een oplossing voor personeel dat een hoger risico loopt, de waakzaamheid voor beschermingsmaatregelen hoog houden, het naleven van de regelgeving rond recuperatiedagen, …

    “Deze gebeurtenissen tonen ook het belang van de verdediging van het statuut van het spoorpersoneel. Dit staat was een echte bescherming tijdens deze crisis. We zien dat werknemers in de privé er vaak veel slechter aan toe zijn. De afgelopen jaren is het aandeel van contractuelen bij de spoorwegen aanzienlijk toegenomen, maar we hadden een voldoende krachtsverhouding om hen te beschermen. De verdediging van het statuut, de eis dat contractuelen statutair worden aangeworven, het terug insourcen van uitbestede diensten, … dat zijn allemaal zaken die we op de agenda moeten zetten. Een deel van de schoonmaak van de treinen is al jaren uitbesteed. Dit droeg bij tot de chaos die er eind maart was: een privaat bedrijf liet de NMBS op het slechtst mogelijke moment in de steek.

    “Tot slot is er nood aan een echt actieplan tegen de liberalisering van de spoorwegen. Het is ironisch dat politici en bedrijfsleiders die gisteren nog absolute aanhangers van de vrije markt waren, vandaag het belang van de openbare diensten moeten erkennen. We maken ons echter geen illusies over deze mensen: zij verdedigen de liberalisering van de spoorwegen. In Groot-Brittannië heeft de crisis ertoe geleid dat de spoorwegmaatschappijen van het faillissement werden gered door ze in publieke handen te nemen. In België vroeg de regering aan de NMBS om een dienstregeling “van openbaar nut” op te zetten, zelfs indien die financieel verlieslatend is. Dit zou niet mogelijk zijn volgens de winstlogica. We zullen dit niet vergeten eens de crisis voorbij is.

    “De gevolgen van het neoliberale beleid zijn rampzalig. Het vernietigt essentiële infrastructuur die echt nodig is voor de bevolking. Dit was nooit zo zichtbaar als vandaag in de zorgsector. De vakbonden zouden een grote gezamenlijke campagne moeten opzetten om de openbare diensten te verdedigen. Wat het spoor betreft, is er behoefte aan toegankelijk, efficiënt openbaar vervoer dat over voldoende middelen beschikt. Er is nog tijd om het liberaliseringsproject te blokkeren!”

  • Corona in het rusthuis – getuigenis door een verpleegkundige

    Al jaren vechten wij in de zorg een strijd om meer middelen en mensen. We vechten deze strijd uit met alle regeringen in dit land. Ja, voor ons zelf, en voor de mensen die zich aan ons toevertrouwen. Nu ziet iedereen waartoe een ondergefinancierde zorg leidt: nodeloos veel doden en zwaar zieke mensen.

    Door Jan, verpleegkundige, Leuven

    Het is inmiddels 4 weken geleden dat de rusthuizen in ons land in lockdown werden geplaatst, en er dus strenge beperkingen werden opgelegd aan wie nog binnen en buiten mag. De beperkingen moesten dienen om te voorkomen dat zeer kwetsbare ouderen met coronavirus zouden besmet raken. In de afgelopen weken bleef ook een niet aflatende stroom documenten aankomen met aanscherpingen van regeltjes over hoe om te gaan met propere en vuile was, cadeaus, etenswaren, … die de families bleven brengen voor hun ouders en grootouders.

    Maar de grootste bron van risico’s voor de ouderen en het personeel zijn natuurlijk mensen, die het virus onbedoeld de rusthuizen binnen brengen. Het personeel, dat natuurlijk iedere shift binnen en buiten gaat, is daar de grootste groep van. Ook nieuwe bewoners die, ondanks de lockdown, nog steeds worden opgenomen uit ziekenhuizen en andere rusthuizen vormen een risico op besmettingen. Lege kamers zijn voor de rusthuizen een kostenpost en die moet zelfs in tijden van Corona worden vermeden. Waarom heeft de overheid daar geen compensatieregeling voor gecreëerd?

    De personeelsleden van de rusthuizen zijn voor de bewoners waarschijnlijk de grootste bron van besmettingen geweest de afgelopen weken, met als gevolg een explosie van zieke en overleden ouderen. Het valt te vrezen dat veel personeelsleden in de rusthuizen daar de komende jaren nog psychische gevolgen van zal ondervinden.

    De Vlaamse regering draagt daar een grote verantwoordelijkheid voor, naast in iets mindere mate de directies die steken hebben laten vallen. De laatsten in veel gevallen door een gebrek aan bekwaamheid om zo’n gezondheidscrisis het hoofd te bieden.

    Anders dan in de ziekenhuizen beschikken de rusthuizen natuurlijk niet over een pool aan wetenschappelijk geschoolde mensen zoals virologen, hygiënisten, epidemiologen en hooggespecialiseerde verpleegkundigen om de organisatie van de zorg, en de voorbereiding van alle personeel op de crisis zelfstandig aan te pakken. De directies hadden om de hulp van de ziekenhuizen moeten vragen. Een werkgever is als eerste verantwoordelijk voor de veiligheid op de werkplek en daar zijn ze in tekort geschoten.

    De grootste schuld ligt echter bij de Vlaamse regering. Zij heeft nagelaten om persoonlijke beschermingsmiddelen voor de sector te voorzien, zoals mondmaskers, handgels en disposable schorten. Zij heeft niet voorzien in adequate trainingen om met dat materiaal te leren werken. Zij heeft ook niet voorzien in voldoende tests om besmet personeel te screenen of potentieel besmette bewoners op te sporen. Bovenal heeft ze door jaren van de sociale sectoren kapot gemaakt, en werken in de sector onaantrekkelijk gemaakt.

    Vier weken te laat komt minister Beke met een crisisplan. Nu pas komt hij met de eerste testkits om een zicht te krijgen op de omvang van het probleem van de besmettingen. Nu dat er waarschijnlijk al duizenden mensen besmet zijn, en nu dat er al vele honderden gestorven zijn.

    Een volgend tekort dient zich al aan. Veel zieke ouderen willen niet te koste van alles blijven leven, maar op een menswaardige manier sterven. Voldoende zuurstoftherapie en medicatie om benauwdheid te voorkomen lijkt evenwel niet gegarandeerd.

    Deze sector heeft geen nood aan een crisisplan van een regering die ons alleen maar miserie, dood  en verdere besparingen kan brengen. Wat deze sector nodig heeft, is een crisisplan om het personeel en de bewoners te beschermen. Daarvoor kunnen we niet op Wouter Beke en de Vlaamse regering rekenen. De Witte Woede zal opnieuw in volle hevigheid moeten worden georganiseerd!

    Betoging van de non profit in 2017.

     

  • Helden in distributiesector verdienen respect, bescherming en degelijk loon

    Zoals in andere sectoren die blijven werken, is er onder het personeel van de voedingsdistributie heel veel ongerustheid. Er is tegelijk een groot plichtsbesef en fierheid om de mensen van voedsel te blijven voorzien. Dit gebeurt niet altijd in gemakkelijke omstandigheden en de inzet wordt nog steeds niet altijd geapprecieerd. Er is daarnaast al jarenlang een neerwaartse spiraal in de sector, met een grote toename van burn-outs en fysieke klachten als gevolg.

    Bij het begin van de strenge maatregelen in ons land was er hamsterwoede. Winkels waren propvol met klanten en personeel dat de rekken zo goed mogelijk probeerde aangevuld te krijgen. De paniek onder de klanten was zo sterk dat er niet op het personeel werd gelet. Dat gebeurde in omstandigheden dat het vaak sowieso al onmogelijk was om anderhalve meter afstand te bewaren.

    Het personeel deed al het mogelijke en het onmogelijke om de klanten te blijven bedienen, ondanks de schrik en de onzekerheid voor wat nog zou komen. De directies en koepelorganisatie Comeos verklaarden in alle media dat er geen tekorten waren en dat alle producten snel zouden aangevuld worden naarmate de aanvoer dit mogelijk maakte. Militanten en verantwoordelijken van de vakbonden vroegen meteen overleg op alle niveaus in de sector, vaak zonder gehoor. Voor de media waren de directies bereikbaar, voor de vakbonden niet.

    Het duurde op sommige plaatsen dagen vooraleer de nodige veiligheidsmaatregelen getroffen werden, doorgaans op initiatief en onder druk van het personeel. Zelfs vandaag zijn er nog tekorten wat betreft handontsmetting, of kunnen personeelsleden niet af en toe een pauze nemen om de handen te wassen of even uit te blazen. Het blijft op veel plaatsen immers druk in de winkels. Ondertussen zijn de ketens meer bezig met hoe ze marktaandeel van elkaar kunnen afpakken of meer omzet genereren. Terwijl de aanvoer van voedingsproducten al heel wat inspanningen vroeg, wilden verschillende ketens bijvoorbeeld van de sluiting van tuincentra gebruik maken om tuinspullen te verkopen.

    Er waren acties in verschillende ketens en er is ook overleg rond veiligheidsmaatregelen en extra vergoedingen in deze extra drukke en gevaarlijke corona-tijden. De acties kwamen er omdat directies doof bleven voor de gerechtvaardigde eisen van het personeel. Het personeel wil het liefst werken in veilige omstandigheden en gerespecteerd worden voor zijn inzet. De directies maken dit moeilijk, zij zijn verantwoordelijk als er winkels dichtgaan door acties!

    De Linkse Socialistische Partij (LSP) stelt volgende eisen voor in de distributiesector:

    • Overleg op alle niveaus met het personeel en hun vertegenwoordigers, minimaal op wekelijkse basis om de vinger aan de pols te houden rond nieuwe maatregelen.
    • Voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen en opleiding om deze goed te gebruiken.
    • Enkel de nodige producten verkopen, geen speciale niet-voedingsacties.
    • Vaste prijzen voor basisproducten opgelegd door crisiscomités in de distributiesector en door de gemeenschap in het algemeen, om de klanten gelijkmatig over alle winkels te spreiden.
    • Arbeidsduurverkorting met behoud van loon naar 30 uur per week, zodat kortere schiften gedraaid kunnen worden en de blootstellingperiode verkleint voor iedereen.
    • Essentieel werk verdient een essentieel loon. Trek het minimumloon op tot €14 per uur zodat de extra stress bij het personeel wegvalt van hoe het iedere maand kan rondkomen en een menswaardig leven leiden.
    • Haal de winstlogica uit de sector, nationaliseer de volledige handelssector onder democratische arbeiderscontrole zodat niet de winst voorop staat maar het algemeen belang.
  • Video. ACOD-delegee Tim Joosen over de strijd voor €14/uur aan de UGent

    Op de conferentie van campagne ROSA en ALS op 28 maart lieten we ACOD-delegee Tim Joosen aan het woord over de strijd voor een hoger minimumloon aan de UGent. Hieronder kan je die getuigenis bekijken.

  • 7 april: wereldgezondheidsdag. Steun de noodzakelijke eisen van het zorgpersoneel!

    Het drama dat  zich afspeelt in de ziekenhuizen en rusthuizen was niet onvermijdelijk. Het is niet enkel een gevolg van de verspreiding van het Covid-19 virus. Het is het gevolg van het virus in een sector die gedurende decennia kapot bespaard is door opeenvolgende regeringen, die eerder een commercialisering van de sector nastreefden dan voldoende investeringen om een kwaliteitsvolle dienst aan de bevolking te voorzien.

    Terwijl vandaag miljarden in de economie worden gepompt, zijn er nog steeds onvoldoende mondmaskers en ander beschermend materiaal en moeten ziekenhuizen overgaan tot oproepen voor giften om beademingsapparatuur aan te kopen, … Hun criminele beleid gaat dus gewoon verder. Als er nu een “oorlog” bezig is tegen de verspreiding van het virus, dan zitten de huidige en voormalige regeringen vol met oorlogsmisdadigers!

    Er is een Europese oproep om de Wereldgezondheidsdag aan te grijpen om protest te laten horen. In België roept het strijdbare collectief ‘La Santé en Lutte’ (Zorg in strijd) op om hieraan deel te nemen en de slogans en eisen van het zorgpersoneel naar voor te brengen. Met Campagne ROSA en de Linkse Socialistische Partij vinden we dat een goede oproep die de hypocrisie van de leidende politici aan de kaak stelt en we roepen leden en sympathisanten op om hieraan deel te nemen. Neem bijvoorbeeld een foto van jezelf met één van de affiches die hier worden voorgesteld en post het op Facebook. Heb je geen printer, schrijf de slogan/eis van je keuze op papier.

    Nu protesteren we op sociale media terwijl velen van ons opgesloten zitten in onze huizen en terwijl betogingen onmogelijk zijn. ‘La santé en lutte’ mobiliseert wel nu reeds voor een grote zorgbetoging na de lockdown (op een nog nader te bepalen datum, zodra het mogelijk is): Facebook evenement hiervoor. We moeten ons voorbereiden op de periode na de lockdown om dan een rekening te vereffenen met de diverse regeringen en ons protest opnieuw op straat te laten horen!

    => PDF met affiches

  • Weinig verrassend: spoordirectie heeft vertraging bij nemen van maatregelen…

    Waaraan denken jullie als het over de NMBS gaat? Vertragingen. Inderdaad. Voor ons was het niet verrassend dat de directie zo traag reageerde op de coronacrisis. En ook dan waren de maatregelen beperkt. Dat heeft te maken met de miljoenen die al bespaard zijn, maar ook met het feit dat meer werk wordt uitbesteed.

    Reactie door een correspondent tijdens de conferentie van campagne ROSA op 28 maart

    Zo was één van de eerste maatregelen die aangekondigd werd, dat elke trein minstens één werkend toilet met zeep en water moest hebben. Dat is eigenlijk perfect logisch, het zou ook buiten corona-tijden zo moeten zijn. Maar er is niet genoeg onderhoudspersoneel om dit te garanderen. Een andere maatregel was dat elke werkpost telkens moet schoongemaakt worden. Maar dat gebeurt door onderaannemers waar het personeel met slechte voorwaarden werkt en onvoldoende aangepast materieel heeft. Zelfs nu nog zijn er problemen met de schoonmaak.

    We hebben geen afwachtende houding aangenomen met de collega’s. We hebben de zaken in handen genomen. Vakbondsleden werden gevraagd om foto’s van vuile treinen te nemen om de druk op de directie op te voeren. We kregen daar overigens een vreemde reactie op: de directie gaf als ‘oplossing’ mee dat we nu zelf de trein mogen schoonmaken en dat we hiervoor desinfecterende sprays en doekjes zullen krijgen…

    Steeds meer reizigers blijven thuis, waardoor beslist is om het aantal treinen te verminderen. Vreemd genoeg worden late treinen geschrapt. Zorgpersoneel werkt toch laat? Voor wie rijden de treinen eigenlijk? En waarom nemen wij het risico om besmet te worden?

    In Groot-Brittannië is het reizigersverkeer tijdelijk in publieke handen genomen omdat de private bedrijven op de rand van het faillissement stonden en niet in staat waren om veilige arbeidsomstandigheden te organiseren. Wij voeren al jaren strijd tegen de liberalisering van het spoor en tegen de besparingen. Na deze crisis zal deze strijd doorgaan!

  • De arbeidersbeweging moet standpunt innemen!

    Stukje uit het socialistisch programma van LSP rond de coronacrisis. Lees hier het volledige programma

    In deze crisis werd het opnieuw aangetoond: zonder de arbeid en inzet van zorgpersoneel, winkelbedienden, chauffeurs, afvalophalers, … draait er niets. Het zijn de werkenden die het beste zicht hebben op hoe er geproduceerd wordt. Het was dan ook op initiatief van onderuit dat op veel plaatsen beschermingsmaatregelen werden ingevoerd of de productie werd stilgelegd.

    We mogen niet aanvaarden dat deze crisis wordt aangegrepen om maatregelen rond preventie en bescherming te nemen zonder betrokkenheid van de werkenden zelf. Dit is net een ogenblik waarop organen als het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW), met verkozen vertegenwoordigers van het personeel, een onmisbare en onvervangbare rol te spelen hebben. Als deze crisis niet gaat over preventie en bescherming op het werk, wanneer gaat het daar dan wel over?

    Ondemocratische maatregelen zoals het opzijschuiven van CPBW-vergaderingen (die nochtans perfect digitaal kunnen plaatsvinden), moeten ten stelligste verworpen worden. De arbeidersbeweging moet opkomen voor crisiscomités op elke werkplaats, gebaseerd op de CPBW’s, om de nodige beschermingsmaatregelen te bespreken of om niet-essentiële productie stil te leggen. Deze comités moeten ook een centrale rol spelen in de planning van de afbouw van de beperkende maatregelen, het toezicht op de heropstart van productie en alles wat met bescherming van de werkenden te maken heeft.

    Tegelijk moeten de vakbonden eisen naar voren blijven schuiven voor de verdediging van de sociale zekerheid, sociale bescherming en de lonen. Zoniet dreigen de gevolgen van deze crisis achteraf opnieuw op de kap van de werkenden en hun gezinnen afgeschoven te worden.

    De crisis werd gebruikt om dan toch een federale regering met volle bevoegdheden te vestigen, zelfs indien het een tijdelijke regering zonder meerderheid is. De regering kreeg volmachten. Eerdere ervaringen met regeringen die volmachten kregen, gebruikten die om onpopulaire (lees: bijzonder asociale) maatregelen te nemen. In de jaren 1980 ging het onder meer om indexsprongen, beperking van de publieke uitgaven, daling van de patronale lasten, besparingen op sociale zekerheid. We mogen ons niet laten vangen: ook deze regering zal ons uiteindelijk willen doen betalen voor de crisis.

    Voorlopig ligt het moeilijk voor de traditionele partijen om openlijk te spreken over besparingen op de sociale zekerheid, zoals N-VA dit voor deze crisis deed met het voorstel om nogmaals 5 miljard in de sociale zekerheid te schrappen. Wilmès was onder de regering-Michel als minister van begroting mee verantwoordelijk voor 900 miljoen besparingen op zorg en rechtvaardigde dit met de stelling dat er een overcapaciteit was in de ziekenhuizen! De openbare diensten die zo essentieel zijn in de aanpak van deze crisis, werden de afgelopen jaren steeds behandeld als het vuil van de straat en dé plaats waar de staat nog ontvet kon worden. We mogen deze besparingspolitici niet vertrouwen bij de aanpak van de zorgcrisis en de economische gevolgen ervan!

    Zowel op syndicaal als politiek terrein moet de arbeidersbeweging standpunt innemen en actief opkomen voor de belangen van de werkenden en hun gezinnen.

     

    We eisen:

    • De ontwikkeling van media- en communicatie-instrumenten op basis van werkenden die hun belangen in deze crisis verdedigen en die een grote ruimte laten voor wetenschappers en hun aanbevelingen. De vakbonden hebben de verantwoordelijkheid om in dit proces een rol te spelen.
    • Neen aan ondemocratische maatregelen onder het mom van de zorgcrisis! De werkenden weten best wat er moet gebeuren op hun werkplaats, voor de organisatie van crisiscomités op elke werkplaats om beschermende maatregelen te bespreken en op te leggen, of om niet-essentiële productie te stoppen.
    • Neen aan de volmachten om de werkenden en hun gezinnen te laten betalen voor de crisis! Er is geld genoeg bij de rijken en machtigen. Neen aan besparingen op de sociale zekerheid, zorg, openbare diensten of op de lonen van werkenden!
    • De vakbonden moeten een strijdbare campagne uitwerken met eisen en voorstellen om niet de werkenden, maar de superrijken te laten betalen voor de crisis. Ze kunnen een dergelijke campagne populariseren met propaganda op elke werkvloer en online campagnes en meetings.
  • Gepensioneerde postbode: “Facteurs zijn mijn helden”

    Foto: Flickr/crosby_cj

    Altijd door weer en wind, soms zagende klanten trotserend, ook op een mindere dag. Maar Corona zal toch blijven hangen in het geheugen van elke postbode. Als gepensioneerde postbode wil ik zeggen: chapeau aan iedere facteur die werkt! Nu zien we dat postbode een essentieel beroep is.

    Door Roos, gepensioneerde postbode

    Net zoals bij het verplegend personeel, de brandweer of de vuilnisophalers, zal het ook bij de postbodes niet meteen losgelopen hebben. Terwijl de bazen van Bpost zich zorgen maken om hun economische toestanden en een sorteermachine die uitvalt, maar ondertussen in de kranten wel trots melden dat de pakjesdiensten beter draaien dan in de kerstperiode, maak ik me zorgen om het gewone personeel. Vooral omdat het werk met minder personeel gebeurt. Ook onder de postbodes vallen er mensen uit door ziekte. Wie werkt, maakt zich zorgen om veilig thuis te komen en vooral niet besmet geraken. Postbodes, jullie zijn mijn helden!

    De corona-maatregelen zullen al minstens tot 19 april duren. Het is normaal dat er angst is, zelfs in mijn kot ben ik bang. De mannen of vrouwen op hun bureau hebben vanop de hogere echelons natuurlijk gemakkelijk praten. Zij moeten niet elke dag op de baan. Postbodes, aarzel niet: als het onveilig is, raadpleeg uw delegees en als die niets ondernemen, neem dan het heft in eigen handen. In de privé zijn er al bedrijven toe omdat de veiligheid niet nageleefd werd. Eis dat alle veiligheidsnormen gegarandeerd worden: het is jullie veiligheid of geen postbedeling! Ook in corona-tijden kan je staken, als je maar genoeg afstand houdt natuurlijk.

    Als gepensioneerde facteur wil ik het personeel niet opruien, zeker niet. Maar iedereen heeft naast plichten ook rechten. Bij de Britse post is al gestaakt om de naleving van veiligheidsvoorschriften af te dwingen. Als je twijfelt of een situatie wel in orde is, spreek dan je vakbondsverantwoordelijken aan. Zij moeten luisteren naar wat er op de werkvloer leeft! Hou het veilig en na deze corona-crisis mag er wel eens nagedacht worden hoe een essentieel beroep als postbode kan opgewaardeerd worden met meer collega’s en betere voorwaarden!

     

  • Twee maand geleden betoogden we voor meer sociale bescherming. We hadden gelijk!

    “Sociale zekerheid ontmantelen schaadt uw gezondheid.” Zo klonk het twee maanden geleden. (foto: Liesbeth)

    Op 28 januari was er een betoging van ABVV tegen de besparingen op de sociale zekerheid. Dit was een belangrijke betoging: de regeringen zijn al jaren bezig met de financiering van de sociale zekerheid te ondermijnen. Er zijn steeds minder middelen omdat bazen een deel van de bijdragen aan de sociale zekerheid cadeau krijgen. De gevolgen zijn rampzalig: we hebben de voorbije jaren fors ingeleverd op onze bescherming (we moeten langer werken, de zorg ging achteruit, …). Vandaag blijkt het belang van sociale zekerheid: zowel in de zorg als wat de bescherming tegen tijdelijke werkloosheid betreft.

    Hun beleid: minder middelen voor zorgnoden

    Terwijl vakbondsleden op straat kwamen voor meer sociale bescherming, pleitte de rechterzijde net voor verdere afbouw ervan. In 2016 zei Bart De Wever nog: “Het is duidelijk dat als we op de sociale zekerheid niet extra besparen, we helemaal niet meer besparen. Enkel daar valt nog veel geld te rapen.” Concreet dacht hij onder meer aan maatregelen zoals het sanctioneren van langdurig zieken. De rechtse partijen voeren daar al even een offensief rond: wie ziek is, moet zo snel mogelijk terug aan de slag. Dat heeft geleid tot een situatie dat werkenden vandaag minder gemakkelijk thuis blijven als ze ziek zijn. De druk op alle zieken, zowel langdurig als kortstondig, is toegenomen. Wat is het effect daarvan op werkenden op een ogenblik dat er een pandemie heerst?

    Meer middelen voor zorg waren voor de rechtse partijen tot voor kort taboe. “België besteedt volgens de OESO meer aan gezondheidszorg dan het Europese gemiddelde. Dankzij de beperking van de groeinorm blijven de uitgaven onder controle,” luidt het nog steeds op de website van N-VA. Hetzelfde standpunt wordt gedeeld door onder meer Open VLD. Dit betekent concreet dat de middelen voor de zorgsector het ritme van de toenemende vraag naar zorg niet volgen. De uitgaven mogen met slechts 1,5% per jaar stijgen. Onder de regering-Di Rupo werd deze groeinorm al verlaagd van 4,5 naar 3%, onder de regering-Michel volgde een halvering. De crisis in de zorgsector is daar uiteraard mee verbonden. Het ondergraaft de weerbaarheid van de sector om met een ramp zoals COVID-19 om te gaan.

    Als het van N-VA had afgehangen, was er een federale regering gevormd om 5 miljard euro op gezondheidszorg te besparen. Dat stond in de lijst maatregelen die de partij aan de PS overmaakte tijdens de regeringsonderhandelingen. Denkt De Wever echt dat een meerderheid van de Vlamingen een forse besparing op de gezondheidszorg wil?

    Onze eisen: meer middelen voor sociale zekerheid

    De betogers van 28 januari eisten een betere sociale bescherming. Ze gingen in tegen het beleid dat de bijdragen van de werkgevers afbouwt waardoor er tekorten ontstaan. Zo daalden de zogenaamde ‘patronale sociale bijdragen’ onder de regering-Michel van 32,4% naar 25%, wat volgens het Planbureau 5,8 miljard euro kost aan de sociale zekerheid. Het resultaat was extra winsten voor de bedrijven en een ondermijning van de kas voor de sociale zekerheid.

    Daarnaast is een heel arsenaal aan maatregelen om delen van ons loon uit te betalen zonder sociale bijdragen. Delen van ons loon zijn zogezegd geen ‘loon’ maar compensaties of extralegale voordelen. Dit wordt door werkgevers gebruikt om loonsverhogingen goedkoper te maken. Bij technische werkloosheid kan een deel hiervan wegvallen, denk maar aan maaltijdcheques. Ook voor de financiering van de sociale zekerheid zijn dergelijke regelingen nefast. Eén van de populaire extralegale voordelen is de hospitalisatieverzekering: naarmate de middelen voor de sociale zekerheid afnemen, is extra sociale bescherming op private basis nodig. Alleszins: allerhande extralegale voordelen zorgen ervoor dat de sociale zekerheid meer dan 4 miljard euro misloopt.

    De cadeaus aan de bazen ondermijnen de inkomsten van de sociale zekerheid. Daarenboven dreigen de overheidsdotaties te verminderen: de evenwichtsdotatie (goed voor 3% van de financiering van de sociale zekerheid) loopt af in 2020 als gevolg van een beslissing in 2017. Als de evenwichtsdotatie niet verlengd wordt, zullen er nogmaals enkele miljarden besparingen gezocht worden in de sociale zekerheid. Waar zullen deze besparingen gezocht worden? Op de uitkeringen van technisch werklozen? Op de zorg? Op de pensioenen?

    Als de huidige crisis iets aantoont, is het net het belang van de sociale zekerheid. Tegelijk zet het druk op de kas van de sociale zekerheid. Om ervoor te zorgen dat de sociale zekerheid efficiënt is qua bescherming van de bevolking, moeten er voldoende middelen voor zijn. Daartoe moet het cadeaubeleid aan de bedrijven gestopt worden. Trek de sociale bijdragen terug op naar 32,4% zoals voorheen. Dit is onderdeel van ons indirect loon, de patronale bijdrageverlaging is door de bazen in hun eigen zak gestoken in plaats van bij te dragen aan onze sociale bescherming. Alles wat we krijgen voor ons werk is loon en moet als dusdanig beschouwd worden: zonder te raken aan wat we netto krijgen, moet er sociale zekerheid op betaald worden.

    De uitholling en afbraak van de sociale zekerheid stoppen, zou een eerste en belangrijke stap zijn om de sociale bescherming van alle werkenden en hun gezinnen te garanderen. Niet alleen in dit ogenblik van ernstige zorgcrisis, maar ook op langere termijn.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop