Category: Op de werkvloer

  • GSK. Nationaliseren om jobs te redden en de tekorten te stoppen

    Toen bekend werd dat GSK – een van de tien grootste farmaceutische bedrijven ter wereld en de grootste private werkgever in Wallonië – zou worden geherstructureerd, vergaten de politici snel de ontslagen toen ze hoorden dat er ook voor 500 miljoen euro zou geïnvesteerd worden.

    Artikel door een GSK-arbeider uit maandblad ‘De Linkse Socialist’ (geschreven voor de Corona-crisis)

    In een interview voor RTL Info legde Waals parlementslid Manu Disaboto van Ecolo uit dat “het schokkend is, maar…” GSK deed niet hetzelfde als Caterpillar: het bedrijf investeert. De Waalse minister van Economie Willy Borsus (MR) waarschuwde: “Het is een sociale aardbeving voor de betrokken mensen, voor de betrokken gezinnen. Maar we mogen de farmaceutische sector niet brutaliseren.” Neen, van deze politici valt niets te verwachten. De PVDA daarentegen klaagt aan dat het bedrijf de afgelopen tien jaar voor 4,2 miljard euro aan fiscale cadeaus kreeg van de federale overheid. De partij eist terecht dat bedrijven die afdanken hun fiscale steun terugbetalen.

    Een wet tegen afdankingen?

    Bij de arbeiders daarentegen was er echte woede maar bij gebrek aan een reactie die overeenstemt met de ernst van de situatie, zullen velen het gevoel hebben dat het te laat is om te reageren en dat de schade moet worden beperkt. Op vakbondsniveau door te onderhandelen over een vermindering van het aantal ontslagen en over aanzienlijke ontslagvergoedingen, op politiek niveau door middel van wetten om afdankingen in winstgevende bedrijven te voorkomen.

    Zonder een sterke krachtsverhouding op te bouwen, zal er geen echt bindende wet voor kapitalisten worden overwogen. En zelfs indien er zo’n wet komt, dan nog zouden de multinationals met hun legers van advocaten, juristen en lobbyisten wel manieren vinden om de wet van zijn inhoud te ontdoen nog voor hij door het parlement geraakt. Als we op basis van solidariteit en strijd een krachtsverhouding kunnen opbouwen over meerdere werkplaatsen en in de wijken, om de multinationals tot toegevingen te dwingen, zou het een vergissing zijn om te stoppen bij een wet, die de multinationals al gauw zouden omzeilen. Zolang de aandeelhouders de controle hebben, telt alleen de kortetermijnwinst.

    De PVDA en de PS verdedigen voorstellen voor wetgeving om ontslagen bij winstgevende multinationals te verbieden. Maar zijn de multinationals wel eerlijk? Spelen ze niet met hun financiële balansen om winsten desnoods te verbergen? We herinneren ons dat Caterpillar het gebrek aan rentabiliteit van de Belgische afdeling in kaart had gezet door boekhoudkundige manoeuvres om de winsten in Zwitserland in te boeken. Hoe kan men zich wapenen tegen dergelijke boekhoudkundige snufjes? En wat te doen met de werkenden van de echt verlieslijdende bedrijven, vooral als er een nieuwe economische crisis komt?

    Moeten werknemers gewoon geduldig zijn en op PVDA of PS stemmen en vervolgens wachten tot er een progressieve meerderheid komt om deze wet aan te nemen? We weten wat de PS doet met verkiezingsbeloften… Hoe lang moeten we dan nog wachten?

    In oktober nam de PVDA, naar aanleiding van het schandaal van de extreem dure behandeling van de kleine Pia, een terecht standpunt in: “Voor ons is het duidelijk: onderzoek en ontwikkeling van geneesmiddelen moeten in publieke handen gehouden worden, zodat patiënten en niet de winst van farma-aandeelhouders op de eerste plaats komen.” Toen GSK enkele maanden nadien een herstructurering aankondigde, verdedigde de PVDA niet de nationalisatie van het bedrijf. Het bleef beperkt tot een poging om de excessen onder controle te krijgen. Door de aandeelhouders ongemoeid te laten, zijn het de patiënten, de werkenden en hun gezinnen die de prijs betalen met afdankingen, tekorten aan medicijnen en hoge kosten voor gezondheidszorg. De enige alomvattende oplossing is nationalisatie onder democratische controle en beheer van de gemeenschap, zonder uitkoopsommen of compensatie.

    Wat je niet bezit kan je niet controleren

    Nationaliseren om jobs te redden. Enkel de aandeelhouders hebben belang bij de herstructurering. Het is in het belang van de werkenden om het beschikbare werk te verdelen en alle aanwezige talenten te gebruiken. We zouden niet alleen jobs kunnen redden, maar ook alle uitbestede taken (schoonmaken, koken, projectmanagement, transport, …) integreren om de werkomstandigheden naar boven toe te harmoniseren.

    Nationaliseren om een einde te maken aan de tekorten. Private bedrijven produceren op zo’n manier dat de opslagkosten minimaal zijn: ‘’just in time’’. Door te nationaliseren, geven we onszelf de middelen om de productie te plannen op het niveau van de behoeften. Vaccins hebben een ongelooflijke sprong voorwaarts mogelijk gemaakt op het gebied van de volksgezondheid. Maar er moet nog veel gebeuren. Ondanks de enorme behoeften in veel neokoloniale landen zijn bedrijven tevreden met de productie voor de rijkste markten. Als we erin geslaagd zijn om polio in Europa uit te roeien, hebben we de kans om dat ook op wereldschaal te doen. Zo zijn er vele voorbeelden.

    Nationaliseren om een verwaarloosde zorgsector te financieren. Ziekenhuizen werken steeds vaker op twee snelheden: goede dienstverlening in ziekenhuizen voor de rijken, schaarste en tekorten in de meeste publieke en private ziekenhuizen (tekort aan personeel, materieel, infrastructuur, …). Laten we de enorme rijkdom die het personeel in de farmaceutische sector creëert, gebruiken om een gezondheidszorg te financieren die aan de behoeften voldoet. Laten we de gezondheidszorg uit de greep van de winstlogica halen!

  • Zorgpersoneel spreekt: “Dank voor het applaus, maar vergeet ons niet na deze crisis”

    Het actiecomité ‘Santé en Lutte’ (Zorg in strijd) verspreidde onderstaand persbericht.

    Vandaag, zaterdag 21 maart, kijken we terug op de gebeurtenissen van deze lange week: gebrek aan uitrusting, oproepen tot giften, zorgpersoneel in de frontlinie, …

    Het gebrek aan uitrusting

    Het is duidelijk dat we, ondanks de geruststellende woorden van de overheid, een tekort hebben aan beschermingsmiddelen. Dit tekort wordt verborgen en gecompenseerd door een neerwaartse bijstelling van de voorzorgsnormen en een beleid van voorraadbesparing. Om te voorkomen dat er te veel materiaal wordt verbruikt, geeft het ziekenhuismanagement namelijk zeer restrictieve richtlijnen aan zijn personeel met betrekking tot het dragen van bescherming, wat hen en hun patiënten in gevaar brengt. Op die manier keren ze het discours om door de verantwoordelijkheid voor het tekort aan materiaal bij het verplegend personeel te leggen. Volgens hen is het blijkbaar het personeel dat misbruik maakt van het materiaal, terwijl de realiteit is dat de overheid heeft nagelaten te produceren en nog steeds niet van plan is voldoende materiaal ter beschikking te stellen om al het ziekenhuispersoneel en het personeel van buiten het ziekenhuis te beschermen.

    Het resultaat is alarmerend: in de meeste zorginstellingen beschikt het personeel niet over adequate en voldoende uitrusting! Erger nog, het personeel wordt onder druk gezet om NIET de nodige bescherming te bieden, onder het voorwendsel van verspilling!

    Wat zijn de gevolgen van een dergelijk beleid?

    In de eerste plaats zijn de gezondheidswerkers, ook al zijn ze niet getest, zeer zeker dragers van Covid-19. Ze zijn immers niet opgesloten en staan in direct contact met potentiële dragers van het virus (patiënten en collega’s). Kortom, zorgpersoneel dat in contact komt met niet-geteste besmette patiënten is mogelijk niet alleen besmet, maar kan zelf ook anderen besmetten! In de loop van hun werk respecteren de zorgwerkers de normen van sociale afstandelijkheid NIET. Ze MOETEN zichzelf dus beschermen. Als dit personeel geen eenvoudig chirurgisch masker mag dragen, is dit een gezondheidsschandaal!

    Dan gaat ditzelfde zorgpersoneel op het eind van de dag naar huis met een risico om de mensen om zich heen te besmetten.

    Het rantsoeneringsbeleid stelt patiënten, gezondheidspersoneel en hun entourage dus bloot aan een ernstig gezondheidsrisico! Het is een gevaarlijk beleid dat bijdraagt aan de verspreiding van de pandemie! Wij eisen onmiddellijk bescherming voor iedereen, naar het voorbeeld van verschillende Aziatische landen die erin geslaagd zijn de epidemie in te dammen door het verstrekken van beschermingsmiddelen aan al diegenen die de quarantaine niet kunnen respecteren (caissières, conciërges, onderhoudspersoneel, vuilnisophalers, enz.).

    Zorgen en werken in essentiële sectoren JA, maar NEE we zijn geen kanonnenvoer!

    Gebrek aan beademingsapparaten

    De situatie in China en vervolgens in Italië heeft ons gewaarschuwd: wat zal ontbreken zijn ook ademhalingsapparatuur. Kritische luchtwegbeschadiging vereist dat patiënten een beademingsapparaat krijgen.

    Hoe meer we ademhalingsapparatuur hebben, hoe meer we in staat zullen zijn om levens te redden! Eenvoudig.
    Anders zullen we keuzes moeten maken. Vreselijk.

    Aan de andere kant lijkt het ons een beetje eigenaardig om de bevolking te vragen deze behoefte aan apparatuur in te vullen. Natuurlijk zijn gebaren van solidariteit welkom, en ze zijn hartverwarmend. Maar zou het niet beter zijn dat de overheid in de basisbehoeften van de ziekenhuizen voorziet?

    De oproep tot giften gedaan door het CHU Saint-Pierre, en verschillende andere ziekenhuizen sindsdien, heeft ons verbaasd! De sector heeft al jaren een gebrek aan middelen. We wisten het, we hebben het aan de kaak gesteld, maar de overheid investeert liever in de commercialisering van de zorg dan in de herfinanciering van de gezondheidssector. Het is in het kader van de strijd tegen deze logica dat we erin geslaagd zijn om eind 2019 een herfinanciering van 400 miljoen euro voor de sector te verkrijgen (we komen hier later op terug).

    De besparingen die de sector al lange tijd treft, hebben hun tol geëist in de ziekenhuisbudgetten. Het is in deze context dat het CHU Saint-Pierre, dat het nog moeilijker heeft door deze crisis, afhankelijk wordt van de welwillendheid van de bevolking. Ongelooflijk! Ongelooflijk om zover te komen, ongelooflijk om de gezondheidszorg afhankelijk te maken van aalmoezen… Als je denkt dat een beademingsapparaat 50.000 euro kost en dat de sector, onder het mandaat van De Block, met de zegen van de toenmalige minister van Begroting, Sophie Wilmès, meer dan 2 miljard euro heeft moeten inleveren!

    Waarom kan de apparatuur, die dus beschikbaar is omdat ze door farmaceutische bedrijven wordt verkocht, niet worden opgeëist van de bedrijven die ze leveren, zoals in tijden van oorlog? Deze goederen zijn van primordiaal belang, en wij denken dat de situatie dit rechtvaardigt. Moet de notie van winst niet opzij worden gezet als we het hebben over het leven van honderden of zelfs duizenden mensen?

    Solidariteit ja, maar niet dom!

    De achtergrond van de witte woede

    Tijdens onze strijd voor een herfinanciering van de gezondheidszorg in 2019 hadden we van de overheid een fonds van 400 miljoen euro per jaar gekregen om het tekort aan personeel in de ziekenhuizen op te vangen. Dit fonds, dat nog steeds niet is toegepast, was bedoeld om tegemoet te komen aan de moeilijkheid om steeds meer patiënten met minder personeel te verzorgen. Het resultaat (we herhalen onszelf) van jaren besparen in de sector.

    Vandaag lijkt het erop dat dit fonds door de overheid, met de zegen van bepaalde vakbondsleiders, zal worden gebruikt om de strijd tegen Covid-19 aan te gaan. Hadden we niet elders geld kunnen vinden dan in onze sociale verworvenheden? Bij de fiscale cadeaus aan de grote farmaceutische bedrijven, in de honderden miljarden die bijvoorbeeld in belastingparadijzen verborgen zijn?

    We geven ons elke dag om te genezen, schoon te maken, patiënten te vervoeren, te bevoorraden, … Is dat niet genoeg? Moeten we ook de weinige middelen die we door onze strijd hebben verkregen opofferen?

    Na de Covid-19-crisis zal het zorgpersoneel uitgeput, berooid en nog steeds met een tekort aan mankracht achterblijven, waardoor het na een jaar van strijd, stakingen en betogingen de weinige sociale vooruitgang dat het had bekomen opnieuw zal moeten afdwingen…

    Bedankt, we zullen het niet vergeten.

    Een “voorschot” van een miljard euro:

    Ten slotte leidt de afname van de ‘traditionele’ ziekenhuisactiviteiten tot een aanzienlijke daling van de ‘inkomsten’. Daarom gaat het Ministerie van Volksgezondheid een “voorschot” van een miljard euro geven aan de ziekenhuizen om de “verliezen” op te vangen. “Het voorschot van één miljard euro zal de ziekenhuizen voldoende liquiditeit verschaffen om hun uitgaven te kunnen blijven dekken. De betaling van de lonen van het personeel is van primair belang, maar omvat ook bijvoorbeeld uitgaven voor het bestellen van medische en andere apparatuur. Een deel van het budget zal worden gebruikt om de afname van de activiteit van zorgverleners te compenseren”. Dit “voorschot” zal dus moeten worden terugbetaald, het RIZIV zal er “later” voor zorgen. Steeds weer dezelfde logica: het ziekenhuis zal nog ‘winstgevender’ moeten zijn om de schulden af te lossen…

    De overheid leent aan de bevolking zodat deze voor zichzelf kan zorgen (overleven?), maar de bevolking moet dit terugbetalen.

    Tot slot stellen we vast dat achter een discours van nationale eenheid, solidariteit, wederzijdse hulp altijd dezelfde mensen zitten die effectief hun handen uit de mouwen steken: de werkenden; dezelfde mensen die steeds meer lijden: de precaire, daklozen, vluchtelingen, kleine zelfstandigen, …

    Het is tijd om onze schaal van waarden te herzien en de basis te leggen voor een meer egalitaire samenleving. De crisis confronteert ons met de inconsistenties van dit systeem en de sociale hiërarchie die daaruit voortvloeit, dit alles lijkt ons steeds ondraaglijker.

    Dank voor uw applaus elke avond, maar we vragen vooral niet te vergeten wat er nu gebeurt en ons te blijven steunen in onze toekomstige mobilisaties. Zodra de lockdown voorbij is, hebben we iets te zeggen en iets te doen. En we zullen je nodig hebben!

    Vergeet niet om naast het applaus vooral onze eisen voor concrete oplossingen door te geven.

     

    Dat is wat wij in deze crisisperiode eisen:

    1. Middelen en herfinanciering in overeenstemming met de behoeften.
    2. Een beheer van de voorraden op federaal niveau, een opeising van private voorraden en een herverdeling naar gelang van de behoeften.
    3. Het opeisen van ademhalingsapparatuur waar deze wordt geproduceerd, in plaats van het verhogen van de winst van de fabrikanten met geld dat door het publiek wordt aangeboden.
    4. Beschermingsmiddelen voor alle werknemers die werken om de basisbehoeften van de bevolking te waarborgen (supermarkten, ziekenhuizen, vuilnisophaling, thuiszorg, huishouding, etc.).
    5. Screening van al het risicopersoneel en maatregelen inzake organisatie van het werk om de gezondheid van het personeel niet in gevaar te brengen en om het niet uit te putten.
  • Sociaal werkers: tekorten waartegen begin maart nog geprotesteerd werd, nu uitvergroot

    Betoging van 5 maart

    Op 5 maart kwamen bijna 10000 sociaal werkers en zorgverleners op straat in Brussel. Het massaal protest was gericht tegen het asociaal beleid van de Vlaamse Regering en in het bijzonder de Minister van Welzijn Wouter Beke. Na enkele maanden blijkt hij nu al de meest verafschuwde Welzijnsminister in Vlaanderen ooit. We praten met een sociaal werker over de betoging, de situatie in de zorgsector en de impact van het coronavirus.

    Door alle aandacht voor het coronavirus lijkt de betoging van 5 maart al vergeten te zijn. Is dat ook zo?

    “Het coronavirus legt vele tekorten pijnlijk bloot. Naast de tekorten van materiaal en personeel in de gezondheidszorg zien we ook in het sociaal werk hoe slecht het gesteld is met ons economisch en politiek systeem. Wat bijvoorbeeld met de daklozen? Zij kunnen niet thuisblijven, het is kiezen tussen opvang met een hoog risico op besmetting en de straat waar men weinig tot geen middelen ter beschikking heeft.

    “Het Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2019 wees al op een groot verband tussen armoede en slechte gezondheid. Deze groep zal door de tekorten in de samenleving een hoger risico op overlijden vertonen. Dit kan ons niet koud laten, toch?

    “Het besparingsbeleid van de Vlaamse regering vergroot de impact van de coronacrisis op de meest kwetsbare lagen van de bevolking.”

    De betoging van 5 maart toonde een groot ongenoegen in de sector. Van waar komt dat?  

    “De gevolgen van de besparingen op welzijn zijn vandaag al heel erg duidelijk. Er is sinds januari een versnipperde golf van ontslagen bezig. Per organisatie gaat het om enkelingen, soms over tientallen. De optelsom moet dringend gemaakt worden, want die zal niet klein zijn. De woede hierover is enorm! De werkdruk voor de overblijvers zal toenemen, zowel in hoeveelheid werk als in de mentale en emotionele druk om met wachtlijsten en uitsluiting om te gaan.

    “Niet alleen over de effecten op het werk en de werkgelegenheid zijn mensen kwaad, maar evenzeer omwille van de grote gevolgen voor hulpgebruikers. Overal vermindert het aanbod en komen mensen op straat of op een wachtlijst te staan. Het gaat over opvangcentra die sluiten, langer wachten op psychologische hulp, kinderen die jaren moeten wachten op noodzakelijke hulp in hun ontwikkeling,… Dit is voor veel sociaal werkers en zorgverleners wraakroepend, wetende dat privé bedrijven zoals INEOS gigantische subsidies van diezelfde regering krijgen. We kwamen massaal op straat om die woede ook te vertalen in de boodschap: ‘er is wel geld, dus we moeten niet besparen!’.”

    Er werd op 5 maart vooral tegen Beke geroepen, heeft hij het gehoord?

    “Wouter Beke lijkt een struisvogel: hij steekt zijn kop zo diep mogelijk in de grond tot de storm overwaait. In de Zevende Dag van 8 maart ontweek hij elke kritische vraag. Zijn antwoorden bestonden uit het voorstellen van kleine ingrepen met weinig middelen als een fundamentele oplossing voor de structurele en grotere besparingen. Het ging er zelfs nooit over de fundamentele vraag: hoe moeten we dit betalen? Ook daar ontwijkt hij de mogelijkheid om de rijken en de winsten van grote bedrijven te belasten. Bestaat er nog een arbeidersvleugel bij de CD&V? Of negeert hij een deel van zijn basis gewoonweg?”

    Er kwam geen oproep voor een nieuwe actie. Is er een actieplan?

    “Dit is een probleem voor de beweging. De wil om in actie te komen is er zeker en vast. De vakbonden voorspelden enkele duizenden deelnemers en het werden er bijna 10.000! Houd er rekening mee dat veel mensen permanenties moeten voorzien tijdens acties, de steun is nog veel groter op de werkvloer. We hebben nood aan een duidelijk perspectief: in de eerste plaats de besparingen stoppen, in de tweede plaats bijkomende investeringen eisen op basis van een aanslag op de miljarden euro’s privéwinsten die elk jaar naar belastingparadijzen worden versluist.

    “Dit is een realistische piste wanneer we opbouwende acties organiseren. Na de betoging kwam er geen ordewoord van de vakbondsleiding, maar ook niet van actiegroepen zoals Sociaal Werk ActieNetwerk. Het is aan sociaal werkers en zorgverleners om zich met deze beweging sterker te organiseren.

    “Uiteraard zullen we nu eerst met al onze inzet en energie mee helpen om de zorgcrisis onder controle te krijgen. We doen dit in omstandigheden die als gevolg van het gevoerde beleid slecht zijn. We moeten door deze beproevende tijd en trekken ons op aan de solidariteit die sterk aanwezig is in de samenleving. Duizenden mensen helpen elkaar vandaag. Het belang van meer middelen voor zorg en welzijn in het algemeen wordt voor heel veel mensen duidelijk. Daar moeten we na deze crisis op verder bouwen met de strijd in de sociale sector als onderdeel van die voor een fundamenteel andere samenleving: één waar welzijn en gezondheid wel gegarandeerd zijn!”

  • “Zonder collectieve beslissing voor niet-essentiële bedrijven, zullen we ze zelf moeten sluiten.”

    Het personeel van een middelgrote fabriek in de Luikse regio heeft zelf gestreden voor de sluiting van het bedrijf. Een arbeider getuigt. (geschreven op woensdag 18 maart)

    “Tot drie dagen geleden dacht ik dat sommige van mijn collega’s overdreven. Vervolgens sprak ik met mijn kinderen over de ervaring van Italiaanse werknemers, de oproepen van medisch personeel om zich te beperken tot vitale activiteiten. Ik begreep beter hoe het een collectieve fout was om door te gaan met werken. Niet alleen voor ons en onze dierbaren, maar voor alle kwetsbare mensen en degenen die nodig zullen zijn in de zorgsector.

    “Dit is een probleem dat werkgevers die zich te veel bekommeren om hun winst proberen te ontkennen. De meeste van mijn collega’s ontkenden dit probleem niet, maar zagen niet in hoe ze het zonder hun inkomen konden stellen. En ook daar zal voor gevochten moeten worden.

    “Gisteren nam noch mijn vakbondsafgevaardigde, noch de preventieadviseur van het bedrijf (!), noch de voorman mij serieus toen ik vroeg of we niet moest sluiten.

    “De inperkingsmaatregelen werden gisteren aangekondigd. Het management van mijn bedrijf besliste om de activiteit vanmorgen nog te handhaven, terwijl de door de overheid genoemde minimalistische voorwaarden van ‘sociale distantie’ niet worden toegepast op de werkplek. De overheid wees er niet op dat het virus enkele uren in de lucht blijft hangen, dat het nog langer op contactvlakken blijft en dat de getroffenen niet noodzakelijkerwijs symptomen vertonen. Het heeft geen zin om samenscholingen in de open lucht te verbieden als het in fabrieken is toegestaan.

    “Vanmorgen was ik niet aan het werk, dus vroeg ik mijn collega’s om me op de hoogte te houden van de situatie. Toen ik besefte dat het bedrijf geen actie ondernam, besloot ik naar de fabriek te gaan. Mijn metgezel had me geholpen de argumenten samen te vatten. Toen ik daar aankwam, vond ik dat veel mensen al met spontaan ziekteverlof waren. Er was een enorme spanning op de site: een collega legde me in tranen uit dat ze gedwongen werd haar kinderen te laten verzorgen door haar bejaarde ouders.

    “Uiteindelijk werd er een bijeenkomst georganiseerd (binnen!) met de afgevaardigden, verantwoordelijken van de vakbond, de “preventie”-adviseur en de baas. In het begin leek iedereen de productie te willen voortzetten en maatregelen te nemen om aan de veiligheidsnormen te voldoen. Het standpunt van de vakbond was dat mensen die niet willen werken ‘omdat ze bang zijn’ zich maar ziek moeten melden.

    “De vergadering duurde een goed uur en de toon veranderde aanzienlijk naarmate de discussie vorderde: hoewel ik in eerste instantie als een buitenstaander werd beschouwd, kregen verschillende mensen telefonisch informatie over verdere sluitingen en kon ik, ondanks mijn stress en woede, de situatie in alle rust opnieuw uitleggen. Als de artsen smeken om de overbelasting van de ziekenhuizen te beperken, als er in de winkels maar één klant per 10 vierkante meter mag zijn, waarom zou je dan een niet-essentiële activiteit voortzetten?

    “Als er geen collectieve beslissing is voor alle niet-essentiële bedrijven moeten we ze zelf sluiten. Veel moed aan alle werkenden!”

  • Winkels geplunderd, maar wat met het personeel?

    Afbeelding van sese2018 via Pixabay

    Er was een heuse stormloop op supermarkten op donderdagavond 13 maart en vrijdag 14 maart. Ook zaterdagochtend was het nog bijzonder druk. Veel mensen zijn bang van de impact van het coronavirus en het vertrouwen in alle instellingen, van regering tot supermarktdirectie, staat op een dieptepunt. Sociaal contact wordt afgeraden om besmetting tegen te gaan, maar voor het personeel van supermarkten is dat niet aan de orde.

    Het personeel heeft met man en macht gewerkt om de stormloop te verwerken. “Het is een zottekot, de klanten vechten met elkaar of halen uit naar ons”, zei een personeelslid. Hier en daar moest een winkel tijdelijk sluiten voor de veiligheid of omdat de voorraden op waren. Zeker in winkels waar er al langer problemen zijn met werkdruk, kwam deze stormloop hard aan en zijn de problemen met leveringen groter. Wellicht zal de stormloop niet blijven duren: wie massaal veel WC-papier inkocht, kan wel een tijdje verder vooraleer een nieuwe aankoop nodig is. Maar naarmate de angst blijft en zelfs toeneemt, blijft het erg druk in de winkels.

    Ervoor zorgen dat iedereen toegang heeft tot eten is belangrijk, maar er moeten maatregelen komen voor het personeel. Extra leveringen en extra vroeg of op zondag winkels inladen, moet uiteraard extra vergoed worden. Bij Colruyt is er een akkoord rond vrijwillig zondagswerk aan 300% betaald (wat echter gevaarlijk is om zondagswerk door te duwen, ook na afloop van de crisis!). Daar is ook beslist dat een winkelverantwoordelijke het aantal klanten in de winkel kan beperken. En er wordt beschermend materiaal zoals handschoenen en handgel voorzien. In sommige ketens duurde het te lang voor er uiteindelijk beschermende maatregelen kwamen.

    Voedselbevoorrading is essentieel, maar de samenleving heeft er zelf geen controle op. Bedrijven die enkel op de winst gericht zijn sturen de bevoorradingsketen aan. Er is democratische controle van de gemeenschap nodig op de productie en distributie van voeding en levensnoodzakelijke producten. Breng de distributie in publieke handen zodat het personeel en de gemeenschap een planning kunnen opstellen en uitvoeren!

  • Corona: de ongevraagde stresstest voor een krakende gezondheidszorg

    Door jarenlange besparingen (om begrotingen te doen kloppen), onderinvesteringen en een toenemend personeelstekort, was er reeds voor de uitbraak van het coronavirus sprake van een zich ontwikkelende zorgcrisis.

    Door een verpleegkundige

    Onlangs berichtte werkgeversorganisatie Voka dat er voor elke nieuwe verpleegkundige drie vacatures zijn. “Dit zijn geen geleidelijke dalingen meer, dit is eerder een aardverschuiving”, stelt Voka. “Als deze evolutie zich doorzet en het beleid ongewijzigd blijft, dan komt de werking van welzijn en zorg over vijf jaar serieus in het gedrang.”

    Deze situatie is geheel te wijten aan de struisvogelpolitiek van de beleidsmakers. Reeds vele jaren wordt er o.a. door de vakbonden gewaarschuwd voor zware personeelstekorten in de toekomst:  je moest enkel de leeftijdspiramide van het personeel in de zorg en de voorspelde groeiende behoeften naast elkaar leggen om tot deze conclusie te komen. Tien jaar geleden had men volop moeten inzetten op zware investeringen in de zorg, maar het redden van de winsten van de banken in de nasleep van de financiële crisis van 2008 had voorrang voor de heren en dames politici. Bijkomende besparingen in de zorg werden ons deel.

    Het jarenlange soberheidsbeleid dwong de zorginstellingen te rationaliseren door o.a. “efficiëntiewinsten” te boeken. In mensentaal betekent dit gewoon méér werk verzetten met minder handen en middelen. Dit introduceerde o.a. het management uit de profit in de zorg. Het ontstaan van een zware hiërarchische lijn – zeg maar bureaucratie – met een bataljon directeurs, managers en middenkaders is het gevolg terwijl op de werkvloer het aantal handen aan het bed van de patiënt zienderogen blijft afnemen. Een proces van “industrialisering en ontmenselijking van de zorg”, met de patiënt op de lopende band en de zorgwerker als robot, werd in gang gezet. De holistische benadering van de patiënt – zeg maar warme, menselijke zorg – wordt in de praktijk meer en meer naar het rijk van de theorieboekjes verbannen.

    Eén van de gevolgen van die rationalisatie is het houden van kleine voorraden door het just in time principe. Nét dit is de oorzaak van de toenemende schaarste van beschermingsmiddelen in de ziekenhuizen die, reeds in het begin van de coronacrisis, verplicht worden deze rigoureus te rantsoeneren én zelfs achter slot en grendel te plaatsen. Door gebrek aan beschermingsmateriaal moet er “creatief” omgesprongen worden met de veiligheidsmaatregelen door het personeel, bijvoorbeeld slechts 1 mondmasker per personeelslid per shift, wegwerpschorten voor éénmalig gebruik bij isolatiekamers worden meerdere malen en door meerdere personeelsleden gebruikt … Dit legt uiteraard een hypotheek op de draconische maatregelen tot bestrijding van het coronavirus en brengt niet in het minst de veiligheid van zowel patiënten als zorgpersoneel in gevaar. Het zorgpersoneel wordt als het ware met musketten naar een moderne oorlog gestuurd.

    Om het allemaal wat concreter te maken: in een regionaal ziekenhuis waar één van de eerste corona doden te betreuren viel, werden onlangs voor langere tijd 20 van de 70 chirurgische bedden gesloten wegens personeelsgebrek. Nu komt de coronacrisis daar bovenop. Er wordt een oproep gedaan aan alle werknemers die gekwalificeerd zijn in de zorg die vandaag een andere functie uitoefenen om zich kandidaat te stellen om tijdelijk terug een functie in de zorg op te nemen. In sommige ziekenhuizen gaat men over tot het annuleren van verloven en recupperiodes.

    Ziekenhuizen proberen zich zo goed mogelijk voor te bereiden voor een worst case scenario. Het zorgpersoneel neemt ondanks de (materiële) beperkingen zonder morren plichtsbewust zijn verantwoordelijkheid op.  De coronacrisis zal echter meer dan ooit de zwakke punten van onze gezondheidszorg blootleggen voor het bredere publiek. Eenmaal de laatste kruitdampen van de corona-oorlog opgetrokken zijn, zullen de politici verantwoordelijk voor de malaise in de zorg de trommels van de witte woede luider horen dan ooit tevoren!

  • Leerkracht: “Crisis versterkt reeds bestaande problemen”

    Foto: Flickr/alamosbasement

    De huidige situatie is niet gemakkelijk voor veel werkenden en jongeren. Een gebrek aan middelen maakt dat de situatie in de scholen en kinderopvang al kritiek was: de infrastructuur is gebrekkig en het tekort aan voldoende personeel laat zich voelen. Personeel en jongeren stelden voordien al eisen. We zaten al op ons tandvlees en nu komt daar de coronacrisis bovenop!

    door Celia, leerkracht

    Het meest dringend voor de scholen is de levering van extra zeep en handdoeken. Op sommige scholen wordt daar nog altijd op gewacht! Dat is wat wanbeheer en gebrek aan middelen concreet betekent.

    De beslissing over het al dan niet sluiten van scholen werd niet genomen na overleg met de belangrijkste betrokkenen. Bovendien was de beslissing vaag waardoor elke inrichtende macht de aanbevelingen begrijpt zoals het dat wil.

    De regeringen beslisten dat de lessen opgeschort worden, maar scholen blijven open om kinderen van bijvoorbeeld zorgpersoneel op te vangen. Dat is een excuus dat verbonden is met de weigering om alle niet-essentiële werkplaatsen te sluiten.

    Weinig directies hebben op de richtlijnen van vrijdagmiddag 13 maart gewacht. Heel wat directies riepen het personeel op om maandagochtend te verzamelen. Alsof het een goed ogenblik is om een honderdtal mensen in één zaal bijeen te brengen… Neen, leerkrachten en ander personeel vormen geen aparte groep in de samenleving. Ze hebben zelf ook kinderen, kunnen zelf ziek worden en ze zijn ook bang van de huidige crisis. Sluit de scholen en andere niet-essentiële werkplaatsen, organiseer opvang voor kinderen van personeel in essentiële diensten!

  • Winkelmedewerker: “Sluit alle niet maatschappelijk noodzakelijke productie en distributie”

    Foto: Wikimedia Commons

    De eerste maandag na de maatregelen van de overheid begon even verward als de vrijdag voordien geëindigd was. De maatregelen waren als een bom ingeslagen en veel collega’s vreesden voor nakende technische werkloosheid. Bij ons in het bedrijf werd vanuit het management gevraagd om vooral kalm te blijven en onze taken verder uit te voeren. Vrachten dienden te worden verwerkt, klanten moesten geholpen worden en de winkel werd, zoals altijd, zo commercieel mogelijk ingericht.

    Door een retailmedewerker in een internationaal meubelbedrijf

    Op dit moment waren er nul maatregelen getroffen om onze werkzaamheden op een zodanige manier te kunnen uitvoeren zodat we geen besmettingsrisico zouden lopen en dus ook geen klanten kunnen besmetten. Er was een vaag document gepost op de centrale webstek waarin werd gezegd dat meer info en maatregelen zouden volgen maar dat de winkels geopend dienden te zijn van maandag tot en met vrijdag. Er was over het weekend geen enkele communicatie van het management over welke maatregelen er zouden genomen worden en wat we moesten doen in geval van ziekte. In de veronderstelling dat er toch geen klanten zouden komen opdagen, begonnen we aan onze werkdag.

    Het feit dat horecazaken hun deuren moesten sluiten maar andere winkels enkel op zaterdag gesloten waren, vonden we vreemd. Nu kwamen er die vrijdag wel gevoelig minder klanten langs; dus dachten we dat het al bij al wel zou meevallen en dat de mensen wel weg zouden blijven. Een collega die opperde dat mensen die op zaterdag niet meer konden komen winkelen tijdens de week zouden komen, werd op gelach onthaald.

    Al snel werd duidelijk dat mensen de richtlijn “Blijf in uw kot!” straal negeerden. We besloten met het aanwezige personeel om geen cash geld meer te aanvaarden en plaatsten bordjes waarop dit stond en de mensen verzocht om 1,5m afstand te houden van het personeel en andere klanten. Verschillende collega’s begonnen te vragen naar handschoenen, ontsmettingsmiddel en andere manieren en middelen om zo hygiënisch mogelijk te kunnen werken. We deelden tips over hoe je best je handen wast en klaagden over het gebrek aan afstand van de klanten. Nog steeds was het muisstil aan de kant van het management.

    We werden volledig aan ons lot overgelaten. Niettegenstaande dat het management dit al een week op voorhand kon geweten hebben, waren er geen ontsmettende producten, handschoenen of mondmaskers aanwezig en waren er geen beslissingen over het wel of niet aanvaarden van cash geld. Die ene vage post op het centrale administratief programma was het enige dat gecommuniceerd was.

    Kort na de middag werd er dan toch een Skype-meeting gepland waarin er duidelijkheid moest gebracht worden. Die duidelijkheid bleek een zware teleurstelling. We kregen te horen dat we alle nodige middelen zelf moesten aankopen met geld uit de kassa. Dit op een moment waarop alles van beschermende middelen zowat uitverkocht was! Het uitstellen van de beslissing was uitgedraaid op het niet nemen van een echte beslissing.

    Het is duidelijk dat de enige maatregel die echt zou helpen om de verspreiding van Covid-19 tegen te gaan, het sluiten van alle niet maatschappelijk noodzakelijke productie en distributie is. De taak om afdoende maatregelen te nemen kunnen we klaarblijkelijk niet aan het management overlaten. Het sluiten van de winkels (ook kmo’s) mag echter de mensen niet in een financiële nachtmerrie storten. Er is geld genoeg bij de 1% rijksten om een volledige uitbetaling van de lonen te garanderen! Enkel door onze economie ten dienste te stellen van de bevolking kunnen we deze coronacrisis bestrijden zonder de meerderheid van de bevolking in de financiële dieperik te duwen.

  • Productie bij Audi Vorst stilgelegd vandaag

    Actie bij Audi in Vorst in 2016

    Getuigenis door een arbeider van Audi Vorst

    Vandaag hebben de vakbonden de fabriek stilgelegd. We kwamen vanmorgen op de werkplekken aan. De logistiek werd eerst stopgezet omdat de kans bestaat dat de arbeiders in contact zijn geweest met iemand die op het werk positief testte op het coronavirus (Covid 19). Geleidelijk aan werden de andere werkplaatsen stilgelegd.

    Vanaf 8 uur waren er ontmoetingen tussen de vakbondsdelegaties en het management, maar dat leverde niets op. Het management van Audi wil het werk niet stilleggen. De vakbonden hebben gevraagd om veiligheidsmaatregelen te nemen, zoals gels in de buurt van de werkplekken en in de groene zones, maskers en handschoenen en desinfectiemaatregelen voor de machines en het terrein. Het management geeft niet om de gezondheid van de werknemers. Maar als we de ziekte op onze werkplek krijgen, kunnen we deze doorgeven aan onze dierbaren en kwetsbare mensen.

    De enige maatregelen die het management aanbeveelt zijn dat we een meter uit elkaar blijven, elkaar niet de hand schudden of knuffelen, in onze ellebogen hoesten, ons gezicht niet aanraken en onze handen meerdere malen wassen. We doen dat: we schudden elkaar geen hand en kussen elkaar niet. Er is alleen een potje gel in het toilet en niet in de buurt van de werkplekken. Het lijkt erop dat het virus enkele uren op metaal kan blijven zitten, maar als we het aanraken, is er geen desinfectie. De afstand van een meter is niet mogelijk: er werken vier mensen in dezelfde auto of achter elkaar met dezelfde machine, er is niets dat beschermd is.

    Het coronavirus en gezondheid zijn niet om mee te lachen. De productie moet worden stopgezet. Veel mensen denken aan hun loon. De vakbonden moeten naar de bazen gaan: de arbeiders zijn niet verantwoordelijk voor wat er gebeurt en vragen de bazen om het loon te betalen. Daar hebben ze het geld voor. De meeste bedienden doen aan telewerken. We hebben ook een oplossing nodig voor de arbeiders. In het begin van de middag hebben ze besloten dat team twee thuis moest blijven. We hebben geen informatie voor morgen of ze de geplande productie gaan handhaven of niet.

    [box] We brengen reacties van werkenden en jongeren over de impact van de coronacrisis op hun werk en leven. Stuur ons je bijdrage via redactie@socialisme.be[/box]

  • Buschauffeur: “Niet wachten op maatregelen van de directie”

    Foto: Jean-Marie Versyp

    Door verschillende experts en media wordt veelvuldig gevraagd om het openbaar vervoer, zeker in de spits, te mijden. Dit in combinatie met een directie waarin het vertrouwen zoek is, zorgt voor heel wat ongerustheid bij chauffeurs en ondersteunende diensten.

    In de pers communiceerde De Lijn dat de voertuigen dagelijks gereinigd worden. Dit soort uitspraken maakt heel wat collega’s razend kwaad. Iedereen weet dat dit niet gebeurt: de voertuigen worden in het beste geval snel geveegd. Door de voortdurende besparingen is er geen deftige reiniging meer en is er een gebrek aan personeel bij ondersteunende en technische diensten.

    Bij De Lijn werd een comité Covid19 opgericht. Dit comité bestaat enkel uit vertegenwoordigers van de directie, aangevuld door bedrijfsartsen. De vertegenwoordigers van het personeel, de vakbonden, worden hier buitengesloten. De communicatie loopt vooral via intranet, wat voor veel collega’s onvoldoende is. Daarnaast zien we dat maatregelen te laat worden genomen en er andere zaken spelen dan de gezondheid van personeel en reizigers.

    Op donderdag 12 maart werd in verschillende CPBW’s gevraagd om onder meer geen ticketverkoop op de voertuigen meer toe te laten, geen cash betalingen bij de lijnwinkels te aanvaarden, reizigers achteraan te laten opstappen en de chauffeur af te schermen, zodat er zeker een afstand van 1 tot anderhalve meter kan worden gehouden.

    Het fameuze comité Covid19 zou hier in de namiddag over beslissen. Donderdagavond werden een aantal maatregelen aangekondigd, zoals het verder verspreiden van alcogels of ontsmettende doekjes, … Maatregelen die absoluut nodig zijn, maar niet voldoende. Over de zaken die op de CPBW’s naar voren geschoven kwam er geen reactie.

    Vanuit het gemeenschappelijk vakbondsfront werd een spoedvergadering gevraagd en geëist dat er meteen extra maatregelen kwamen. Tegelijk werden op verschillende plaatsen initiatieven genomen door de lokale delegaties. Zo verspreidden de vakbonden onder de Antwerpse buschauffeurs affiches met de boodschap ‘achteraan opstappen’ en ‘geen ticketverkoop’. Er werd ook lint gespannen in de bussen om een afstand te creëren. Als onze leidinggevenden niet zorgen voor onze gezondheid en veiligheid, dan doen we het zelf wel!

    Het maakte dat de directie uiteindelijk niet veel anders kon dan deze maatregelen overnemen. Al weigerde ze in eerste instantie om toe te staan dat er een lint ter afbakening werd gehangen. In Antwerpen verwijderden leidinggevenden linten vanop de bussen. Een nieuwe jonge collega merkte op: “Het lijkt wel oorlog tussen de leidinggevenden en de chauffeurs.” Uiteindelijk werd de beschermingsmaatregel wel toegestaan. Maar het is tekenend voor het beleid dat het enkel onder druk van onderuit gebeurde.

    Gelukkig is de solidariteit onder de collega’s heel groot. Veel collega’s vragen zich ondertussen af hoelang we zo nog moeten blijven rijden. De directie denkt eraan om naar vakantie- of zelfs zaterdagdienst te gaan. De vraag is of we niet beter gaan naar een minimale dienstverlening met korte diensten. Dit systeem is al eens uitgetest tijdens een staking (prioritaire lijnen), dus het kan vrij snel worden ingevoerd (en dan kan het tenminste eens gebruikt worden ten goede van het personeel in plaats van om acties proberen te breken).

    Alleszins is het duidelijk dat we niet zomaar moeten zitten wachten tot de directie maatregelen neemt. Het is trouwens een schande dat er zelfs geen vertegenwoordigers van het personeel in het fameuze comité Covid19 zitten. De discussie daar gaat over de gezondheid van ons en onze omgeving. Dat is net waar iets als een Comité Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW), mét vertegenwoordigers van het personeel, voor opgezet is! De directie wil de crisissituatie gebruiken om een nieuwe standaard te vestigen in het beslissingsproces waarbij elke betrokkenheid van syndicale afgevaardigden van het personeel wordt uitgesloten.

    Het is schandalig dat onze democratische rechten van vertegenwoordiging van het personeel rond kwesties als gezondheid en bescherming op het werk vandaag met de voeten worden getreden. Dat de directie overigens niet afkomt dat vergaderingen met verkozen delegees niet kunnen wegens veiligheidsrisico’s: dezelfde delegees rijden elke dag met volle bussen en trams rond. Bovendien zijn er vandaag voldoende technologische mogelijkheden om digitaal te vergaderen.

    Eens te meer wordt duidelijk dat we voor de bescherming van het personeel niet op de regering of de directie moeten rekenen. Op de werkvloer weten we best wat er moet gebeuren voor onze bescherming. Dat hebben we nu opnieuw aangetoond. We mogen het niet bij spontane initiatieven laten, maar kunnen ons best organiseren. Waarom als tegenhanger van het comité van de directie geen eigen comités opzetten om maatregelen te bespreken, te bekijken wat nodig is en indien de directie niet bereid is om het door te voeren, dit zelf doen?

    Maatregelen voor onze veiligheid, gezondheid en het maatschappelijk belang, mogen we niet van de directie laten afhangen. Wij doen het werk, wij moeten mee kunnen beslissen over welke maatregelen al dan niet genomen worden!

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop