Blog

  • Georgië verscheurd tussen oost en west

    Door Vlad in Tbilisi (geschreven op 19 december)

    Sinds oktober is er in Georgië een nieuwe golf van protesten aan de gang, die niet lijkt af te nemen. Ze volgen op de demonstraties van dit voorjaar tegen de “Russische wet” en de wijdverspreide afschuw in september over de aanname van een strenge wet tegen LGBTQ+ rechten, de dag erna gevolgd door de brute moord op een van de bekendste transgender personen van het land – Kesaria Abramidze. De “Russische wet” zou betekenen dat elke organisatie die geld uit het buitenland ontvangt aan strenge regels wordt onderworpen – een soortgelijke wet in Rusland is een serieus wapen dat door het Kremlin wordt gebruikt tegen oppositiestemmen.

    Geconfronteerd met een agressief bureaucratisch antwoord van de regerende partij “Georgische Droom” en haar wetgevers, zijn Georgiërs in het hele land doorgegaan met naar buiten te komen in de kou en regen (en op sommige plaatsen zelfs sneeuw), nu al voor de 21e dag, elke ochtend, dag, avond en nacht zonder pauze.

    Aanvankelijk begonnen deze massale protesten vanwege de weigering van het Georgische volk om de resultaten van de parlementsverkiezingen van oktober 2024 te erkennen. In deze, volgens velen vervalste, verkiezingen versterkte “Georgische Droom” zijn positie. Het versterkte zijn positie na de verklaring van de “tot nu toe nog steeds” premier Irakli Kobachidze dat de onderhandelingen over toetreding tot de EU waren opgeschort. Dit leidde tot woede in de Georgische samenleving en velen waren bereid om actie te ondernemen, vooral degenen die ontevreden waren over de toenemende repressie door de staat en de snelle “oosterse oriëntatie” van hun land.

    De Europese Unie heeft gereageerd met de suggestie dat er sancties tegen personen kunnen worden genomen. De afschaffing van visumvrij reizen vanuit Georgië wordt besproken, terwijl het routinematig het politiegeweld en de wetteloosheid veroordeelt die worden gepleegd door de bewakers van de “orde” in Tbilisi, Batumi en andere steden. In reactie daarop pocht Kobachidze dat de Georgische geweldsmachine op een hoger professioneel niveau opereert in vergelijking met hun collega’s uit Europa, en Frankrijk in het bijzonder.

    Hoewel de protesten in een stroomversnelling kwamen na de opschorting van de onderhandelingen met de EU, blijft de regeringspartij steeds meer redenen geven voor het uiten van volkswoede. Dit besluit betekent volgens Kobachidze zelf geen afwijzing van de Europese koers. De abrupte verandering van west naar oost, of beter gezegd naar het noorden, is te wijten aan een combinatie van verschillende binnenlandse en buitenlandse factoren, waarvan een analyse buiten het bestek van dit artikel valt.

    Het is echter overduidelijk dat de regering, als ze de contacten met de EU al niet volledig verbreekt, ze op zijn minst beperkt, terwijl ze zelf steeds meer op afstand wordt gehouden door de Eurocraten en door de landen die het sterkst anti-Russische sentimenten uiten, zoals de Baltische staten, die al sancties hebben opgelegd aan ongeveer 20 mensen uit de top van de Georgische heersende elite.

    Ondertussen werd Micheil Kavelasjvili, ster van de Russische voetbalcompetitie en voormalig speler van Manchester City en Basel, op 14 december uitgeroepen tot winnaar van de presidentsverkiezingen. Hij kwam er als sterkste uit omdat alle andere partijen weigerden kandidaten te nomineren. Kavelasjvili werd verkozen door het parlement met 224 van de 300 stemmen. “De Russische voetbalkampioen is de president van Georgië geworden”, aldus de Russische media.

    De situatie wordt nog nijpender door de weigering van de voormalige Georgische president Salome Zoerabisjvili, wiens ambtstermijn formeel afliep op 16 december, om de presidentiële functie neer te leggen. Ze blijft het land en het volk vertegenwoordigen op bijeenkomsten van Europese instellingen en met de Amerikaanse president. Zoerabisjvili was de eerste en tot nu toe laatste president van Georgië die rechtstreeks door het volk werd gekozen.

    De Georgische oppositie mengt zich niet in de protesten, leidt ze niet en probeert ze tot nu toe ook niet te leiden. Ze hebben de verkiezingsuitslag onwettig verklaard en boycotten het parlement.

    Zoerabisjvili heeft een iets ander standpunt. Als voormalig Frans diplomate uit een familie die Georgië ontvluchtte na de Russische revolutie, won ze de verkiezingen van 2018 met de steun van de partij Georgische Droom. Daarmee stond ze tegenover de verenigde oppositie. Sindsdien heeft ze zich afzijdig gehouden en verzet ze zich tegen de toenemende stappen in de richting van Rusland. Ze heeft geprobeerd een veto uit te spreken tegen pogingen om de mediavrijheid te beperken en tegen aanvallen op de LGBTQ+-gemeenschap. Ze treedt in Georgië op als een populiste, heeft nauwe banden met Macron en verklaarde na een recente ontmoeting met Trump: “Het Georgische volk heeft een vriend in Donald Trump. God zegene de Verenigde Staten van Amerika.”

    Hoewel het protest vanaf het begin voornamelijk spontaan is geweest zonder erkende leider, beweert Zoerabisjvili het te vertegenwoordigen en het te verdedigen voor het Europees Parlement en voor verschillende politieke krachten in het land en daarbuiten.

    De belangrijkste eisen van de demonstranten zijn de vrijlating van de gevangenen en nieuwe verkiezingen. In een situatie waarin Georgische Droom een absolute meerderheid in het parlement heeft en alle oppositiepartijen hun mandaat hebben ingetrokken, is de situatie onduidelijk. Aan de ene kant drukt de regerende partij steeds repressievere wetten door en zal ze dat blijven doen, aan de andere kant zullen de demonstranten het gezag van de huidige regering blijven ondermijnen, zowel in de ogen van de bevolking als in die van de EU-instellingen, en de economie verlammen.

    Tegelijkertijd hebben de oppositiepartijen tot nu toe niet geprofiteerd van deze protesten. Ondanks hun pogingen zijn ze er niet in geslaagd om vóór de verkiezingen politieke eenheid te bereiken of een levensvatbaar programma te presenteren om de problemen van Georgië op te lossen, en sindsdien hebben ze geen succes meer gehad. De belangrijkste elementen van de oppositie zijn de “Coalitie voor Verandering”, een blok van vier pro-EU partijen uit het liberale/rechtse/libertarische spectrum en de neoliberale Verenigde Nationale Beweging die banden heeft met de voormalige president Micheil Saakasjvili.

    Het is ook belangrijk om de allesomvattende aard van deze protesten te begrijpen.

    Het is grappig om te zien hoe operazangers, financiers, HR-managers en coaches protesteren en staken. Het is niet verwonderlijk dat deze laag streeft naar toetreding tot de EU. Misschien is dit de enige manier om managers tot protest te brengen. Maar de protesten omvatten ook veel studenten en scholieren, en toen de demonstranten naar de haven van de stad marcheerden, liepen de arbeiders daar uit solidariteit naar buiten.

    We moeten de gebeurtenissen die plaatsvinden echter niet romantiseren. Misschien staan we aan de vooravond van een nieuwe “kleurenrevolutie”, misschien slagen de autoriteiten er in om de ontevredenheid de kop in te drukken (of beter gezegd, dooft de ontevredenheid vanzelf uit). Het moet echter duidelijk zijn dat alles wat er gebeurt een direct statement is van het volk, hun roep om democratie, om een toekomst als deel van de rest van de wereld en om een degelijk leven.

    In de omstandigheden van een diepe bewustzijnscrisis als gevolg van de erfenis van het bureaucratische stalinistische “socialisme” in dit post-Sovjetland en een vrijwel volledig vacuüm ter linkerzijde in de Georgische politiek, is het op dit moment moeilijk om je een linksere gebeurtenis voor te stellen. Natuurlijk moeten we ons zorgen maken dat deze beweging wordt gebruikt door “ondernemers” en dat er concessies van het kapitaal worden geëist, maar de eenheid en cultuur van collectieve actie die in het proces van deze beweging wordt gesmeed, is veel waardevoller.

    Tbilisi verwelkomde het verkrijgen van de status van kandidaat-lidstaat van de EU een jaar geleden met colonnes auto’s die met vlaggen zwaaiden. Het was gejubel, maar gejubel door een roze bril. Hoewel het bedrijfsleven zou profiteren van het EU-lidmaatschap, is het hele neoliberale project ontworpen om het bedrijfsleven te beschermen ten koste van werknemers en jongeren en om ervoor te zorgen dat de enige mogelijke vorm van Georgische samenleving een kapitalistische “markteconomie” is.

    Het is de moeite waard om te onthouden dat Servië al sinds 2012 deze status heeft. Georgië heeft nu geen kans om lid te worden van de EU of de NAVO. Deels is dit te wijten aan de huidige crises in de EU zelf. Maar het is ook omdat de EU niet zal instemmen met lidmaatschap zolang de problemen van de afgescheiden regio’s Abchazië en Zuid-Ossetië onopgelost blijven.

    Deze republieken, die zich afscheidden na de burgeroorlog en etnische zuiveringen in de nasleep van het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, worden alleen erkend door Rusland, Venezuela, Nicaragua, Narau en Syrië, maar in de afgelopen weken werd Abchazië zelf opgeschrikt door een opstand die de regering dwong af te treden nadat ze had geprobeerd Russische bedrijven toe te staan onroerend goed op te kopen.

    De regeringspartij stelde dat een vreedzame oplossing voor deze kwesties de meest correcte en directe weg naar de EU zou zijn. Om dit te bereiken heeft ze geprobeerd het Kremlin te sussen.

    Dit standpunt is gepromoot door Bidzina Ivanisjvili – een Georgische oligarch, eigenaar van paleizen en villa’s, wiens zakelijke belangen voornamelijk in Rusland liggen. Hoewel hij erevoorzitter is van de Georgische Droom, bekleedt hij geen enkele regeringsfunctie, maar hij is op het moment dat ik deze regels schrijf letterlijk in gesprek met de secretaris-generaal van de Raad van Europa en heeft onlangs ook met Macron gesproken over de vooruitzichten voor de Europese toekomst van Georgië.

    In deze context is de scherpe wending van Europese integratie naar een open oriëntatie op de belangen van de oligarchen en, als gevolg daarvan, de “Noordelijke Federatie” – Rusland – in deze zin heel begrijpelijk en indicatief.

    De aanval van de Georgische autoriteiten op de vrijheid van betogen veroorzaakt woede en pijn. De speciale wetgevende operatie om maskers, gasmaskers, laserpointers en pyrotechniek te verbieden heeft al veel grappen opgeleverd, hoewel er zeker niets te lachen valt. In Georgië zullen camera’s worden geïnstalleerd die gezichten, geslacht, leeftijd, emoties en gezichtsuitdrukkingen kunnen herkennen. Daarnaast komen er camera’s met kunstmatige intelligentie en de mogelijkheid om doelwitten te zoeken. Hoewel dergelijke maatregelen deel uitmaken van een wereldwijde trend, worden ze in de context van Georgië gezien als een russificatie van het binnenlandse politieke klimaat.

    Om de protesten te ondermijnen, heeft de burgemeester van Tbilisi, Kaladze, het ondertussen over kinderen die een vakantie nodig hebben. Hij liet een verlichte kerstboom plaatsen voor het parlement, waar de walmen van het traangas nog hangen. Op het Plein van de Vrijheid, op 200 meter van de kerstboom, voetballen kinderen voor de waterkanonnen die protest moeten stoppen.

    Burgers, mannen en vrouwen, arbeiders van alle beroepen zijn naar buiten gekomen om te protesteren, sommigen met vlaggen van de EU en Georgië. Soms zie je ook vlaggen van de VS, Oekraïne, Duitsland en de Wit-Russische oppositie.

    In de sfeer van voortdurende nachtelijke arrestaties heeft de Georgische Droom amendementen voorbereid op de wet op het ambtenarenapparaat, die (zoals alle recente wetten) overhaast zijn aangenomen. Afdelingshoofden en hun plaatsvervangers in de ambtenarij hoeven niet langer de taal van de staat te kennen en Georgisch staatsburger te zijn. Het is natuurlijk onwaarschijnlijk dat Russische functionarissen onmiddellijk op deze posities zullen worden benoemd, maar de aanwezigheid van dergelijke “gaten” in de wetgeving kan vandaag alleen maar alarmerend zijn en wakkert de anti-regeringsgevoelens onder de bevolking aan. Naar verluidt betekent dit dat de beslissing om een Georgisch staatsburger, een moedertaalspreker van de staatstaal, enz. in dienst te nemen, zal afhangen van een specifieke ambtenaar.

    Hoe de confrontatie tussen de Georgische staat en het Georgische volk ook zal aflopen, de invloed op de samenleving en haar perceptie van de autoriteiten is al erg duidelijk. Na de politiehervorming van 2004 was de hele wereld vol lof over de verbazingwekkend competente, open en mensgerichte Georgische politie. Nu wordt een medewerker van het Ministerie van Binnenlandse Zaken gezien als een “titoesjka”, een Russische slaaf en een vijand van zijn eigen volk. Mensen maken zich zorgen over het binnenlaten van medewerkers van energieleveranciers uit angst dat de politie ze zal gebruiken om in te breken in appartementen om ze vervolgens te arresteren.

    Zonder twijfel kunnen we het belang van de Europese bureaucraten, westerse oligarchen en kapitalisten in deze beweging niet negeren. Hoe dan ook, zolang er geen onafhankelijke organisatie van de arbeidersklasse een rol speelt in deze protesten, zal de nationale burgerij, gesteund door Europese, Chinese of Russische belangen, blijven vechten om de Georgische economie te controleren.

    Wat veel belangrijker is in deze gebeurtenissen voor links, is de vereniging van de Georgische samenleving tegen onderdrukking en reactionaire wetten, eenheid in een gemeenschappelijke wil voor democratie en onafhankelijkheid in tegenstelling tot de aanbidding van tirannen en rijke stinkerds aan de andere kant van de bergen of aan de overkant van de Zwarte Zee.

    De politieke kijk van deze Georgiërs is misschien naïef, maar hun wil en geest, hun verlangen naar vrijheid zijn respect waard. Links zal ermee moeten leren leven dat massale politieke bewegingen niet helemaal zijn wat ze willen dat ze zijn en hoe ze eruit zien, en dat ze onder de verkeerde vlag beginnen. Het is echter onze taak om te begrijpen wat er gebeurt en een programma en eisen voor de beweging aan te bieden die helpen de illusies in elke kapitalistische weg voorwaarts te doorbreken en in plaats daarvan een onafhankelijke beweging van de arbeidersklasse op te bouwen die in staat is te zorgen voor een onafhankelijk en democratisch Georgië met een werkelijk socialistische economie in het belang van het Georgische volk.

    We moeten vechten voor:

    • Een einde aan de “Russische wet”, de aanvallen op LGBTQ+ en vrouwenrechten;
    • De vrijlating van alle gevangenen en alle politieke gevangenen, voor de verwijdering van alle repressieve technologie – camera’s enz;
    • De organisatie van de oppositiebeweging via democratisch gekozen comités;
    • Voor nieuwe verkiezingen – geen vertrouwen in Georgische Droom of de oppositiepartijen: bouw een alliantie van democratische actiecomités, arbeidersorganisaties, feministische, LGBTQ+ en milieugroeperingen om zich kandidaat te stellen tegen de pro-kapitalistische partijen;
    • Dat de natuurlijke hulpbronnen en de industrie uit handen worden genomen van de buitenlandse en Georgische oligarchen en in handen komen van de gemeenschap, onder democratische controle en beheer in het belang van het Georgische volk;
    • Tegen Russische en alle imperialistische inmenging in Georgië, voor een werkelijk democratisch, onafhankelijk Georgië als onderdeel van een bredere federatie van democratische en gelijkwaardige socialistische staten van Europa en de rest van de wereld.
  • Socialistisch feminisme in revolutionair Rusland

    Naar aanleiding van de 100ste verjaardag van de Russische Revolutie in 2017 brachten we een boekje van 48 pagina’s uit over vrouwenrechten in revolutionair Rusland. Dit werd veel gelezen en vormde een inspiratiebron voor heel wat jonge activisten. Nu brengen we een uitgebreidere versie van dit boek uit onder de titel ‘Socialistisch feminisme in revolutionair Rusland’.

    De nieuwe editie bevat twee inleidende teksten. De eerste gaat over de verworvenheden inzake vrouwen- en LGBTQIA+rechten na de revolutie. Het ging om opmerkelijke veranderingen in een land dat gekenmerkt werd door een enorme achterstelling, met een groot aandeel van de bevolking dat analfabeet was en onderhevig aan allerhande vormen van bijgeloof. Stemrecht voor vrouwen, echtscheiding op eenvoudig verzoek, toegang tot abortus, mensen van hetzelfde geslacht konden trouwen … Er was niet alleen een vrouwelijke (Kollontaj), maar ook een openlijk homoseksuele minister (Tsjitsjerin). De revolutie leidde tot radicale veranderingen in de menselijke relaties. Zoals Kollontaj opmerkte: “Het oude gezin waarin de man alles was en de vrouw niets, het typische gezin waarin de vrouw geen eigen wil had, geen tijd of geld, dat verandert nu allemaal voor onze ogen.”

    Een tweede inleidende tekst gaat in op de rol van de Zhenotdel, de vrouwenafdelingen van de Bolsjewieken gericht op een grotere deelname van vrouwen aan de maatschappij. Er waren vormingen en bijeenkomsten om vrouwen te betrekken, ook in de meest achtergestelde delen van de Sovjet-Unie waar de geschiedenis van vrouwenonderdrukking nog erg zwaar woog. Net als veel andere verworvenheden van de revolutie, werd ook de Zhenotdel gekortwiekt en uiteindelijk opgeheven onder het stalinisme. De erfenis blijft echter overeind.

    Na deze twee inleidende teksten volgen artikels geschreven door Kollontaj, Zetkin, Lenin en Trotski. Er wordt ingegaan op de grote veranderingen in het dagelijkse leven, zoals de stappen in de richting van het collectiviseren van huishoudelijk werk en de opvoeding van kinderen zodat vrouwen een actievere rol in de samenleving konden spelen. Kollontaj stelt: “De bevrijding van de vrouw kan alleen worden bereikt door een radicale verandering van het dagelijks leven. En het dagelijks leven zelf zal alleen veranderen door een grondige wijziging van de gehele productie, op basis van de communistische economie.” De veranderingen verliepen niet van een leien dakje, zowel door economische problemen als door het bestaan van vooroordelen. Zetkin geeft in haar verslag over de communistische vrouwenbeweging aan dat er ook binnen de communistische beweging strijd nodig is. Trotski schrijft: “De weg naar een nieuw gezin is tweevoudig: (a) het versterken van de culturele normen en het onderwijs van de werkende klasse en de individuen die deze klasse vormen; (b) een verbetering van de materiële omstandigheden van de klasse georganiseerd door de staat. Beide processen zijn nauw met elkaar verbonden.”

    De teksten tonen een samenleving die nog zoekende is, nieuw terrein en nieuwe verworvenheden aan het verkennen. Dit gebeurt natuurlijk in een specifieke context die er vandaag anders uitziet. Meer dan 100 jaar later heeft strijd door de werkende klasse en door feministen geleid tot het uitbreiden en veralgemenen van heel wat verworvenheden en bijgevolg ook tot scherpere inzichten. Onder meer wat betreft LGBTQIA+rechten werden in revolutionair Rusland grote stappen vooruit gezet, maar staan we vandaag een pak verder. Heel wat teksten uit die tijd waren erg heteronormatief en zouden vandaag anders geformuleerd worden. We gaan ervan uit dat de lezers dit kunnen plaatsen en vooral oog hebben voor het proces van verandering en het nauwe verband tussen revolutionaire veranderingen in de organisatie van de samenleving en verandering in het dagelijkse leven.

    Dit laatste punt wordt in dit boek ook in de andere richting gemaakt. De stalinistische contrarevolutie ging gepaard met het afnemen van de actieve betrokkenheid van bredere lagen van de werkende klasse bij de maatschappij. Het leidde tot een starre dictatuur en een terugkeer van conservatieve en beperkende regels voor het persoonlijke leven.

    De inhoud van het boek (zie onderaan) is ook online beschikbaar, de komende weken zullen we ook de twee bijdragen die nog niet online staan publiceren. Wie het boek liever op papier leest, kan het via onze webwinkel aanschaffen. Het boek telt 112 pagina’s en kost 10 euro (verzending in België inbegrepen).

    https://shop.socialisme.be/product/socialistisch-feminisme-in-revolutionair-rusland

    Inhoud van het boek:

  • Desi Bouterse is dood

    Desi Bouterse is dood, de man die in 1980 de macht greep via een staatsgreep in Suriname en verantwoordelijk is voor de Decembermoorden is overleden. De lafaard was gevlucht toen hij na jaren schuldig werd bevonden. Om aan een gevangenis te ontsnappen vluchtte Desi Bouterse en vond onderdak bij één van zijn vele NDP aanhangers. Daar leefde de mislukte ”Leider van de Revolutie” nog 11 maanden, totdat hij op 25 december 2024 stierf, 79 jaar. Bouterse was een klassiek voorbeeld van een politieke demagoog. Dat hij nog een politieke betekenis kon hebben, is te danken aan het corrupte politieke stelsel en de enorme ongelijkheid in de Republiek Suriname.

    Artikel door Jorein Versteege (Socialistisch Alternatief, Nederland)

    De staatsgreep van 1980

    Desiré Delano Bouterse was slechts 35 jaar toen hij als sergeant van het Surinaamse Leger, aan de top kwam te staan van de Nationale Militaire Raad van de Republiek Suriname. Hij beloofde een andere politiek te voeren. Suriname was sinds 1975 onafhankelijk van Nederland, maar het lukte de onafhankelijkheidsleiders niet om een stabiele regering samen te stellen. Etnisch sektarisme en zelfverrijking (corruptie) zorgden voor een enorme desillusie in de Nationale Partij van Suriname, geleid door Henck Arron. Binnen het leger was er diepe ontevredenheid omtrent de manier waarop een kleine elite zichzelf verrijkte. Een groep van 16 sergeanten onder leiding van Bouterse besloot op 25 februari 1980 om de macht over te nemen. Hij had steun van een groot deel van de bevolking die de corrupte politici van Arron meer dan zat waren.

    Met populistische en anti-imperialistische retoriek won Desi Bouterse veel steun. Internationaal kwam Suriname opeens in het oosterse kamp terecht, het kamp van de Sovjet-Unie en Cuba. De stalinisten van de Revolutionaire Volkspartij steunden de militaire staatsgreep, omdat ze foutief dachten dat Bouterse een marxistisch-leninistische (stalinistisch) staat zou oprichten naar Cubaans model. Maar bij Bouterse ging het meer om persoonlijke macht, dan om een bepaalde ideologie na te streven. Daarnaast had Bouterse al een loyale stalinistische marionet, de Progressieve Arbeiders en Landbouwers Unie. Deze stalinistische partij was 100% loyaal aan de lijn van de Nationale Militaire Raad en dus makkelijker te gebruiken dan de Revolutionaire Volkspartij.

    Militaire Dictatuur en Decembermoorden

    Als snel werd duidelijk dat Desiré Delano Bouterse geen heerschappij van het volk nastreefde. Net als elke militaire dictator draaide alles om hemzelf. Bouterse begon met het censureren van kranten en alle politieke partijen te verbieden die zich tegen zijn ”revolutie” keerde. Zijn grootste wreedheid waren de Decembermoorden. Die vonden plaats op 7, 8 en 9 december 1982. In drie dagen werden vijftien critici van de Nationale Militaire Raad vermoord. Hun namen waren: John Baboeram, Bram Behr, Cyrill Daal, Kenneth Gonçalves, Eddy Hoost, André Kamperveen, Gerard Leckie, Sugrim Oemrawsingh, Lesley Rahman, Surendre Rambocus, Harold Riedewald, Jiwansingh Sheombar, Jozef Slagveer, Robby Sohansingh en de Nederlander Frank Wijngaarde.

    Het zou 38 jaar duren voordat Desi Bouterse schuldig werd bevonden aan de Decembermoorden. Hoewel hij ontkende verantwoordelijk te zijn, is het onwaarschijnlijk dat hij er niets mee te maken had. Alle politieke en militaire besluiten werden genomen door zijn Nationale Militaire Raad in december 1982. Niemand kon een massamoord plannen zonder de instemming van de militaire junta. Bouterse heeft als President van de Republiek Suriname geprobeerd om het onderzoek na de Decembermoorden te stoppen. Dit mislukte! Hij werd in 2021 schuldig bevonden en moest 20 jaar de cel in voor het doden van 15 onschuldige Surinamers.

    Moiwana massamoord en oprichting NDP

    Tijdens de militaire dictatuur was er verzet. Het Jungle Commando van Ronnie Brunswijk vocht tegen het Nationale Leger van Desi Bouterse. In 1986 gaf Bouterse de opdracht om het dorp van Brunswijk uit te moorden. Het dorp Moiwana werd uitgemoord, 39 dorpelingen kregen de kogel van de Surinaamse soldaten. Deze massamoord was gericht tegen het Maroon volk waar Ronnie Brunswijk toe behoorde. Desi Bouterse vond dat de Maroons niet te vertrouwen waren omdat velen vochten in het Jungle Commando.

    In 1987 werd de Nationale Democratische Partij (NDP) opgericht. Dit was het civiele gezicht van het Bouterse regime en is dat nog steeds anno 2024. De NDP is een vage populistische partij, die vooral diende als voertuig voor Bouterse. Die koos ervoor om de militaire dictatuur opzij te zetten voor een burgerlijke democratie. Toen bleek hoe weinig steun hij en zijn NDP daadwerkelijk hadden. Bij de eerste vrije verkiezingen in juli 1987 won het Front voor Democratie en Vooruitgang (de anti-Bouterse coalitie) 85,5% van de stemmen in de Nationale Assemblee.

    Drugshandel en veroordeling

    In de jaren 90 had Desi Bouterse geen politieke macht meer. Toch zou hij nog een belangrijke rol spelen omdat hij een persoonlijkheidscultus rond hem heen bouwde. Deze cultus werd versterkt door de Nationale Democratische Partij. Bouterse werd op handen gedragen als ”nationale held” omdat hij zogenaamd tegen het westerse imperialisme had gevochten met zijn staatsgreep. Met anti-Nederlandse uitspraken zocht Bouterse steeds de publiciteit, vooral omdat de Surinaamse regering dan weer in verlegenheid werd gebracht. Suriname vertrouwde nog steeds op economische steun vanuit Nederland.

    Suriname is een belangrijke speler in de drugshandel. Door de hoge armoede is drugsvervoer lucratief voor veel Surinaamse jongeren. Desi Bouterse en ook Ronnie Brunswijk waren betrokken bij de drugshandel om zichzelf te verrijken en politieke steun te winnen. Bouterse en Brunswijk werden hiervoor veroordeeld in Nederland, maar kwamen nooit in de cel omdat Nederland geen uitleveringsverdrag heeft met Suriname. Bouterse beweerde steeds onschuldig te zijn. Toch is het aan te nemen dat hij zeker betrokken was bij de drugshandel, zijn familie zat diep in de criminaliteit. Kleinzoon Walter Bouterse pleegde in 2021 zelfmoord om niet veroordeeld te worden voor illegaal wapenbezit.

    Nepotisme en terugkeer als president

    Dat de Nationale Democratische Partij een politiek voertuig voor het nepotisme van Bouterse is, blijkt wel uit het feit dat de hele familie iets met de NDP heeft. Kleinzoon Walter Bouterse was jaren actief om jongeren te indoctrineren in de persoonlijkheidscultus van opa Desi. Zoon Dino Bouterse werkte ook voor de NDP, maar kwam in de handen van de Amerikaanse justitie voor drugshandel. Sinds 2016 zit Dino in een Amerikaanse cel en moet daar tot 2030 zitten. Het feit dat vader, zoon en kleinzoon veroordeeld zijn voor drugsvervoer zegt genoeg over de criminele activiteiten van de Bouterse familie. De aanhangers van de NDP zien dat anders. Die zien overal een complot om hun leider te demoniseren. Hierin verschillen de NDP-aanhangers niet van MAGA, de sekte van Donald Trump.

    In 2010 werd Desi Bouterse president van het land. Dit was vooral te danken aan een grote coalitie tussen de Nationale Democratische Partij en partijen zoals de Progressieve Arbeiders- en Landbouwers Unie, Nieuw Suriname en de Partij voor Nationale Eenheid en Solidariteit. Deze alliantie noemde zich de Megacombinatie. Ook de enorme desillusie in de gevestigde politiek gaf Bouterse het presidentschap. De kapitalistische partijen hadden niets gedaan om het welzijn van Surinaamse werkenden te verbeteren. Daarnaast sloeg het populisme van de Nationale Democratische Partij aan bij de generatie die geboren is na 1990. Er zijn bijna 200.000 Surinamers die de militaire dictatuur nooit meegemaakt hebben en alleen de huidige ellende kennen.

    Machtsmisbruik en mislukking als president

    De overwinning van Desi Bouterse in 2010 was ook te danken aan Ronnie Brunswijk. Dankzij zijn politieke steun kreeg de Megacombinatie een 2/3 meerderheid in de Nationale Assemblee, om Bouterse president te maken. Het presidentschap van de ex-dictator was een enorme shock voor velen die de Decembermoorden hadden meegemaakt. Tijdens zijn bewind werd de staatsgreep van 1980 verheerlijkt en het onderzoek naar de Decembermoorden vertraagd en bemoeilijkt. Veel nabestaanden vreesden dat Desi Bouterse nooit veroordeeld zou worden.

    Om steun te blijven behouden kregen veel NDP-aanhangers royale banen binnen de overheid die niet nodig waren. Er kwamen enorm veel ambtenaren bij onder Bouterse, die allemaal betaald moesten worden. We zien hierin overeenkomsten met andere populisten die hun eigen aanhang elitaire baantjes in het staatsapparaat gaven. Hugo Chavez in Venezuela deed dat ook. Net als Desi Bouterse probeerde Chavez met links populisme steun te winnen onder werkenden. Echter waar Bouterse vooral in zichzelf geloofde was Chavez meer idealistisch. Bouterse en de NDP hebben daarnaast nooit gesproken over het socialisme, laat staan dat ze het kapitalisme verwerpen.

    3 miljard schuld door Desi Bouterse

    Nadat zijn nep populisten de verkiezingen van 2020 verloren hadden, moest de oppositie de problemen oplossen die de NDP en hun grote leider veroorzaakt hadden. Het werd bekend dat het land van net 500.000 mensen bijna drie miljard Amerikaanse dollars extra aan schuld had opgebouwd tussen 2010 en 2020. Een schuld van bijna 5000 dollars per Surinamer. Suriname was niet groot gemaakt door Bouterse, het was bankroet gemaakt. Vier jaar na het einde van de regering Bouterse lijdt het land nog steeds. 30% van alle Surinamers leeft in relatieve armoede, bij de inheemse bevolking is dat bijna 50%. Door de stijgende inflatie kunnen velen zich geen basis levensmiddelen niet meer permitteren.

    De kapitalistische politici (waaronder de NDP, VHP en anderen) kunnen de problemen niet oplossen. Daarom pleiten wij ook voor verzet tegen alle bestaande politieke partijen in de Republiek Suriname! Verzet tegen de regeringspartij VHP, maar ook tegen de bende van Bouterse (NDP). Verzet tegen hypocrieten zoals Ronnie Brunswijk, die doodleuk met Desi Bouterse ging samenwerken puur uit politiek opportunisme, terwijl die 39 leden van zijn dorp had uitgemoord. Surinaamse werkenden zullen zelf een politiek alternatief moeten opbouwen. Een socialistisch alternatief dat zich verzet tegen het kapitalisme en pleit voor een socialistisch Suriname, als onderdeel van een vrijwillige socialistische federatie van Zuid-Amerika.

    Vlucht, onderduik en dood van Desi Bouters

    In 2021 werd Desi Bouterse veroordeeld voor de Decembermoorden. Het oordeel was 20 jaar celstraf voor de man die verantwoordelijk was voor de moord op 15 Surinamers in december 1982. Natuurlijk accepteerde Desi Bouterse dit oordeel niet en ging in hoger beroep. Dit duurde bijna twee jaar totdat hij geen kant meer op kon en zich in januari 2024 moest melden bij de gevangenis. Hier toonde Bouterse opnieuw zijn lafheid. Hij kwam niet opdagen en dook onder bij één van zijn NDP aanhangers. Waar de ex-president, ex-dictator en drugscrimineel leefde was onduidelijk. De Surinaamse politie was niet in staat om hem te vinden. Gezien de corruptie en steun die de NDP nog heeft onder politieagenten, is het best mogelijk dat men geen moeite wou doen om deze massamoordenaar op te sporen.

    Op 25 december 2024 werd bekend dat Desi Bouterse overleden was, hij werd 79 jaar oud. Voor ons was Bouterse een voorbeeld van een man die vooral aan zichzelf dacht. Een corrupte politicus in dienst van zichzelf en dat is de rode draad geweest in het leven van Desi Bouterse. Natuurlijk zal zijn NDP sekte dat anders zien. Er zijn genoeg Surinamers die geloven in de mythe van Bouterse als ”Groot Leider”. Dat is niet zomaar uit de lucht komen vallen. De persoonlijkheidscultus van Desi Bouterse is voor hem opgezet door zijn aanhangers. Als de Surinaamse politiek ook geen lef toont om het land te confronteren met zijn misdaden, zal de cultus een aantrekkingskracht blijven uitoefenen op de werkende klasse, die lijden onder het kapitalisme in de Republiek Suriname.

  • Eindejaarskwis: dit was 2024

    Satirische column door (pd)

    2024 was een barbaars jaar van genocide in Gaza, het aan de macht komen van een rechtse autoritair als Trump in de VS en nog veel meer ellende. Gelukkig zagen we ook standvastig verzet tegen genocide, oorlog, seksisme, jobverliezen, klimaatchaos,… en de andere uitwasemingen van een zieltogend kapitalisme. 

    Test uw kennis van het jaar 2024, met onze openlijk tot massale revolte tegen de opstapelende ellende aanzettende eindejaarsquiz. Hoeveel vragenlijsten tijdens de eindejaarsperiode kunnen daarop prat gaan? Doe de test. 

    1/ Na de roemruchte verkiezingsoverwinning in Antwerpen tegen de linkse PVDA – volgens Bart De Wever het zinnebeeld van “Moskou” en de Kolchoze aan de Schelde – liet de NVA-kopman een van zijn zonen een overwinningsmars uitvoeren met een oud-Romeinse standaard met een gouden adelaar van 20 kilo. 

    Zoonlief had hiervoor 20 weken in de fitness met de zware halters geoefend en een controletoets op school gemist, maar was op verkiezingsdag wel in topvorm. Stoïcijns en onbewogen als de oud-Romeinse Pretoriaanse Garde. 

    Welke andere Romeinse gewoonten wil De Wever voor zijn nieuwe coalitie met Vooruit in Antwerpen in de gemeenteraad invoeren?

    a. De oppositie zal occasioneel voor de leeuwen worden gegooid

    b. Er wordt een mars gepland op de stad Gent, een opstandige provincie aan de rand van Antwerpen

    c. Rijke vastgoedmakelaars zullen verkleed als Romeinse senatoren PVDA-gemeenteraadsleden komen uitschelden voor “plebs”

    d. Havenbaronnen komen het hoofddoekenverbod controleren aan de stadsloketten, om te tonen dat kapitalisme en racisme en “divide et impera” (verdeel en heers) perfect samengaan

    e. De notulen van de gemeenteraad worden voortaan in het Latijn opgesteld door Vooruit-Consul Patrick ‘hoe hou ik telegeniek een baby vast’ Janssens

    f. Schrijver Tom Lanoye wordt publiek gevierendeeld door NVA-falanx Annick De Ridder, die op haar onderarm SPQA liet tatoeëren (naast “Ik hartje de rijkste 1%” en het nogal random “Hier geen taalfaciliteiten”). 

    Antwoord: f natuurlijk niet. Dat zou wreed zijn. 

    2/ Tijdens de Olympische Spelen in Parijs moesten de zwemmers de drek in de Seine trotseren en was er die losgebroken, wild in het rond springende kangaroo uit Australië tijdens de fel gecontesteerde breakdance wedstrijd. Velen meenden in de deelnemende kangaroo zichzelf na een nachtje stappen te herkennen. Eerst springend, dan belachelijk over de vloer kruipend… Het betere werk. Maar het ging wel degelijk om een amateuristisch aandoende deelname aan het hele breakdance gebeuren. 

    Welke nieuwe Olympische Sport zal er binnen 4 jaar door de organisatie worden ingevoerd?  

    a. De 400 meter water dragen voor het kapitaal met Georges-Louis Bouchez – een frenetiek in het rond springende, liberale kangaroo uit Bergen

    b. De marathon “belastingontwijking met de multinationals” – waarbij er met tientallen miljarden euro’s naar het dichtst bij gelegen belastingparadijs wordt gelopen. De winnaar ontvangt zijn gouden medaille via een postbusbedrijf in de Carraïben. 

    c. De 4 x 400 meter “estafette met een 20 kilo zware gouden adelaar” met het dagelijkse bestuur van NVA, MR en de rest van de federale regering, als dam tegen het marxistische gevaar van de massastaking, de rijkentaks en de radendemocratie

    d. Kleiduivenschieten voor lagere bedrijfsbelastingen met Donald Trump

    Antwoord: We mogen al blij zijn als het water voor de zwemmers volgende keer proper is. En ze niet moeten kokhalzen van de belastingontwijking door multinationals. 

    3/ Donald Trump won de verkiezingen in de VS omdat de oppositie een door ChatGPT geprogrammeerde robot met onoprechte beleidspunten bleek. Je kan niet als vice-presidente jarenlang de koopkracht van de werkenden aan je achterwerk laten roesten om dan tijdens de verkiezingen plotsklaps met speerpunten tegen hoge prijzen uit te pakken. Dat soort hypocrisie werkt dan niet meer. Trump lanceerde na zijn overwinning meteen een aanval op transpersonen, omdat zijn club uit haatdragende psychopaten bestaat. En om te laten vergeten dat hij de rijken en grote bedrijven nog rijker wil maken.   

    Wie wordt er Staatssecretaris voor Volksgezondheid onder Trump? 

    a. Elon Musk

    b. Roseanne Barr

    c. Robert Kennedy

    d. Iemand die de farmaceutische industrie zal nationaliseren onder controle van de werkenden

    Antwoord: c

    4/ De afschaffing van de opkomstplicht tijdens de lokale verkiezingen in Vlaanderen leidde bij velen tot een revolte tegen het gebrek aan verandering waar de burgerlijke democratie in verval zo gretig in grossiert. Op wie je ook stemde de afgelopen decennia: de rijken werden rijker en de meerderheid zag z’n koopkracht wegvloeien – richting de rijkste 1%. Als we echt fundamentele verandering willen, zal die zich niet via de stemhokjes van de burgerlijke maatschappij realiseren, maar doorheen meer militante middelen. Welke?

    a. Stakingen en massale betogingen

    b. Zelforganisatie van de werkende klasse in democratische strijdcomités

    c. De nationalisatie onder controle van de werkenden van de VRT, Ketnet en de Gazet van Antwerpen

    d. De onteigening zonder schadeloosstelling van Gert Verhulst en Studio 100. Plopsaland wordt een gratis kuuroord voor het proletariaat van 7 tot 97 jaar. 

    Antwoord: a, b en c. Studio 100 wordt wellicht eerder een macabere herinnering aan het kapitalistische verleden, waar Conner Rousseau als masked singer oneindig shitshows met de NVA blijft opvoeren. 

    5/ In het memorabale jaar 2024 prentten Navo-generaals ons in “dat we ons op oorlog moeten voorbereiden”. Daarvoor kregen al die generaals en andere dolgedraaide militaristen de rode loper uitgerold in onze vaderlandse, door het kapitaal beheerde media. Het mooie deuntje van “vrede en democratie” onder het kapitalisme? Dat blijft niet duren blijkbaar. Het kapitalisme draagt oorlog in zich zoals de wolken regen. 

    Wat hangt er in de geschiedenis nog samen met de bodemloze miserie van imperialistische oorlogen?

    a. Het eeuwige geneut van Jonathan Holslag. Een expert in internationale relaties in dienst van de burgerij en intergalactisch geneut in dienst van ons gemoedelijk indommelen des avonds 

    b. Nog meer geneut van Jonathan Holslag. Bij kranten en TV kennen ze maar één, de verhaallijn van de status quo elegant berijdende expert Buitenlandse Relaties en dat is klokslag Holslag.

    c. Ook de pantoffels van Holslag zijn best interessant. Maar ze komen helaas nooit in beeld. 

    d. Opstand en revolutie hangen ook samen met imperialistische oorlogen. Denk aan de Parijse Commune van 1871 en de Russische revolutie van 1917. Beiden mede het product van kapitalistische oorlogen. 

    Antwoord: d. Navo-generaals, wees voorzichtig wat je wenst. En lanceer die sakkerse Holslag met een lange afstandsraket richting een van de buurlanden. In een baan om de aarde mag ook. 

    6/ Ook in 2024 raasde de klimaatcrisis onverminderd voort, met onder andere verschrikkelijke overstromingen in Spanje. Gelukkig is het geraas en gedaas van klimaatmodernisten – die menen dat het kapitalisme uit zichzelf de middelen zal uitvinden om de klimaaturgentie te keren – inmiddels een pak minder geworden. Maarten Boudry, academicus en vroeger niet weg te slaan uit de kapitalistische media met aanvallen op de klimaatbeweging en al wie het kapitalisme durft te bekritiseren, verschuilt zich inmiddels onder een grote steen tegen de ideologische stortbui omtrent klimaatverandering en neoliberale globalisering. 

    Welke stellingen van Boudry en zijn minabele, quasi-religieuze soort leven vandaag in onmin met de tastbare realiteit? 

    a. De neoliberale globalisering maakte ons allemaal rijker en zal niet verdwijnen, geconfronteerd met protectionistische krachten en verhoogde inter-imperialistische conflicten. Mwah.

    b. Morgen gaan we iets geweldig ingenieus uitvinden dat de kritiek van de Greta Thunbergs en Anuna De Wevers op het kapitalisme – hallelujah en godbetert – volledig overbodig en vanzelfsprekend kinderlijk zal maken. Wie vandaag verzuipt, moet maar denken dat het morgen beter wordt. 

    c. ‘t Is toch wel bizar dat extreem en populistisch rechts, en soms zelfs uiterst-links, opkomen terwijl iedereen onder het neoliberalisme zoveel rijker en zorgelozer zoals wij is geworden.

    d. Het kapitalisme en de vrijhandel leiden alom tot meer vrede en het liberalisme is geen kerk, maar toch wel een tof kapelletje langs een plattelandsweg. 

    Antwoord: Yep, de hele Boudry leeft vandaag in onmin met de realiteit. 

    7/ De komende regering, die wel eens Arizona zou kunnen heten, dreigt een gedrocht te worden met het vuur spuwende hoofd van Bart De Wever, de benen van Conner Rousseau en het knietje in de onderbuik van de georganiseerde arbeidersbeweging van Georges-Louis Bouchez. Ze willen de ambtenarenpensioenen neerhalen in de richting van het schabouwelijke gemiddelde pensioen van private werknemers, de vakbonden en elke vorm van protest frontaal aanpakken, aan de index prutsen, vervroegd pensioen financieel bestraffen, de werklozen – waarvan het aantal groeit met de toename aan herstructureringen en faillissementen – na 2 jaar richting leefloon sturen (dan mag je eerst je huis verkopen), enz. 

    Je vraagt je af met wie Conner Rousseau niét in een regering zou gaan zitten. Enkel Hitler zelf allicht. Voor de rest: laat de rechtse bagger maar komen. Wat zal de verhaallijn zijn waarmee Conner Rousseau regeringsdeelname verkoopt aan de vakbonden en werkende mensen?

    a. Ik mocht de kleur van de gordijnen in het bezemhok van het parlement kiezen van Bart De Wever

    b. Georges-Louis spreekt mijn voornaam verdacht veel als “connard” uit in de taal van Molière. We hoeven gelukkig niet van mekaar te houden om de rechten van de arbeidersklasse en onderdrukte groepen samen aan te vallen. 

    c. Ik betreur het voor wie bij mijn achterban met het lot van de Palestijnen sympathiseert. Arizona zit vol met pro-genocide tuig. Dat geef ik grif toe. Maar zonder ons zou de regering nog meer pro-genocide zijn. Nog een geluk dat Vooruit de gordijnen van de genocide mag kiezen. 

    d. Ben ik in beeld?

    Antwoord: alle 4 helaas. 

    8/ Gisèle Pelicot werd in Frankrijk – en ver daarbuiten – een icoon van waardig en inspirerend verzet tegen de meest verschrikkelijke uitingen van een door het kapitalisme aangewakkerde cultuur van misbruik, objectivering en onderdrukking van vrouwen. Geweld tegen vrouwen is zo’n wijd verspreide epidemie – als je de cijfers bekijkt – dat het zeer verwondert dat deze epidemie nog niet tot een lockdown heeft geleid. We leven dan ook in een kapitalisme in verval, waarin stuitende barbarij een alledaags fenomeen is geworden.

    Welke uitspraak deed Gisèle Pelicot tijdens de rechtzaak die haar man uiteindelijk veroordeelde?

    a. De schaamte moet van kant veranderen

    b. De schaamte moet van kant veranderen

    c. Doe de schaamte van kant veranderen

    Antwoord: U kent het antwoord al. 

    9/ Zinderende haat voor het moorddadige Amerikaanse systeem tégen gezondheidszorg – dat jaarlijks tienduizenden vermijdbare doden op z’n geweten heeft, door financiering te weigeren – werd op de valreep van 2024 nog een dingetje. De terechte woede tegen het systeem moet omgezet worden in collectieve, georganiseerde actie. Individuele daden van geweld – zoals het doden van de United Healthcare-CEO in New York – zullen het systeem niet veranderen. 

    Kapitalisten worden vervangen en individueel geweld zorgt doorgaans voor een versterking van het staatsapparaat. De woede tegen het systeem toont hoe de revolte tegen de kapitalistische klasse dichterbij kan zijn dan de elite denkt. Hoe plannen de kapitalisten de afkeer van hun systeem te temperen? 

    a. Ze willen meer liefdadigheid en private kunstprojecten financieren. Maar niet de sociale zekerheid – die kathedraal moet neer. 

    b. Ze hopen het dodental in de private gezondheidszorg tegen 2050 te halveren. Huh?

    c. Ze willen hun digitale voetafdruk verminderen en private bewakingsfirma’s inschakelen.

    d. Op school zal beter worden uitgelegd waarom een privébedrijf als een dictatuur in dienst van de winsten moet functioneren. 

    e. Het kapitaal zal voor meer afleiding zorgen door bezoek aan pretparken als Disney, de Efteling en het Vlaams parlement fiscaal aftrekbaar te maken. 

    Antwoord: c

    10/ Naast oververhitte Navo-generaals en wapenhandelaars allerhande waarschuwt ook het Nationaal Crisiscentrum “in het kader van de huidige geopolitieke situatie” ervoor dat we ons best beginnen te preppen (voorbereiden) op een oorlog met Poetins Rusland. 

    Enkele jaren geleden waren het enkel zonderlinge randfiguren die begonnen te hamsteren en de nooduitgangen zochten in hun eigen huis, in afwachting van een oorlogje met hun eigen staat. Nu zijn het kapitalistische overheden zelf – vooral degene die met de uitbreiding van de Navo naar Oost-Europa een gevaarlijk spel speelden – die ons allerlei nuttige tips in het geval van een nieuwe oorlog willen aanpraten. 

    Er wordt van u als gehersenspoelde “burger” verwacht dat u uw nageslacht vrolijk huppelend aan de generaals op zoek naar kanonnenvlees afstaat. Jaja, dat menen ze heel serieus. Alsof het lustig meemarcheren in zo’n imperialistische oorlog tussen twee oligarchische dievenbendes de meest vanzelfsprekende zaak ter wereld is. Om het in de taal van Louis Paul Boon en Leon Trotski te zeggen: “Fuck that shit.” 

    Als het Nationaal Crisiscentrum ons aanraadt om noten te hamsteren en een waterput in de tuin te graven, voorzien van “zuiveringstabletten”, dan willen wij de arbeidersklasse ook wel enkele nuttige tips aan de hand doen in de ontketende strijd die we blijkbaar tegen de heersende klasse zullen moeten voeren om barbaarse kapitalistische oorlogen te vermijden. 

    Hoe overleef je de oorlogspropaganda van De Morgen (progressief, mijn oog – voortrekker van kapitaalbelangen) tot het crypto-katholieke Nieuwsblad? 

    a. Scharrel in je archiefkast op zoek naar lidmaatschapskaarten van strijdbare vakbonden, chiroverenigingen, opstandige dansclubs, dan wel weerbare socialistische breiwerkcirkels, die geregeld ook de klassieker “Staat en revolutie” van Vladimir Lenin bestuderen. Ben je nog geen lid van een revolutionaire organisatie als LSP, dan wordt het dringend tijd om kennis te maken, folks. 

    b. Kaarsen en lucifers zijn nuttig als het kapitalisme het licht van de beschaving uitdoet. Zoals het dat bij de verzamelde oorlogspropagandisten reeds lang deed. Ook een radio op batterijen zal wederom zeer hot worden. Vergeet vooral niet om in de bedrijven algemene personeelsvergaderingen te houden via spreekkoren, om te bespreken hoe we als werkende klasse zelf de productie in handen kunnen nemen. Stel dat de bazen ons met hun oorlogsgestook zover drijven. ‘t Kan nuttig zijn. 

    c. Spreek nu al af op welke pleinen u zal samenkomen na een gedwongen evacuatie uit de werkplaatsen. U zal nood hebben aan een marxistisch programma en een praktische handleiding in de kunst van de massaopstand. 

    d. Laat ons realistisch zijn: we kunnen geen enkele kapitalistische dievenbende vertrouwen en hebben nood aan vrije verkiezingen vanop de werkvloer in een radendemocratie van onderuit. Of wou u liever vrijwillig uw lepel leggen nu het kapitaal weer in een doodlopend straatje zit? Hell no. En u hebt gelijk. 

    e. Lees Marx, Lenin, Luxemburg, Trotski voor de nuttige tips inzake overlevingsstrategie in het tijdperk van imperialistisch verval. Of dacht u werkelijk dat we hier met iets anders te maken hadden? Organiseer, agiteer, bestudeer, en sta – met rieken en rode vlaggen zwaaiend – collectief op om de heersende klassen definitief van hun verrotte tronen te stoten. 

    Antwoord: allemaal goed, allemaal top en een win-win voor de werkende klasse en jongeren. 

    Prettige feesten voor de arbeidersklasse en de jongeren!

  • Verdedig Rojava!

    De val van de Syrische dictatuur van Assad wordt terecht gevierd. Er komt een einde aan het schrikbewind. Zelfs indien het onduidelijk is waar de nieuwe machthebbers exact voor staan, zullen ze rekening moeten houden met de massa’s die weten dat hun afkeer tegen de dictatuur een cruciale rol speelde in de val van Assad. De protestacties voor democratie en vrouwenrechten de afgelopen dagen zijn ook een indicatie van een bewustzijn over de rol van protest in het bekomen van verandering.

    Door Geert Cool

    De snelle opmars van Hayat Tahrir al-Sham (HTS) brengt elementen van een machtsvacuüm met zich mee. Regionale machten proberen daar maximaal gebruik van te maken om zelf terrein te winnen of tegenstanders een slag toe te brengen. Het Israëlische regime doet dit in het zuiden, het Turkse in het noorden. HTS heeft de ambitie om Syrië volledig onder zijn controle te brengen, wat een conflict met de Syrische Democratische Krachten (SDF) kan betekenen. De confrontaties tussen het door Turkije gesteunde Syrische Nationale Leger (SNA) en de Koerdische strijders uit Rojava komen HTS mogelijk goed uit. Het kan afwachten en hopen als derde kracht naar voren te komen naarmate de twee rivalen elkaar bekampen en verzwakken. Langs de andere kant kan een te forse verzwakking van SDF leiden tot het vrijlaten van duizenden ISIS-strijders, wat dan weer andere problemen voor HTS oplevert.

    De ongemakkelijke evenwichten in het noorden van Syrië als gevolg van jarenlange oorlog en imperialistische inmenging zijn verstoord door het vertrek van Assad en de Russische troepen. Terwijl SDF Amerikaanse steun kreeg om ISIS te bestrijden, werden Russische troepen ingezet om een Turkse opmars te stoppen en was er in de praktijk een modus vivendi met het Assad-regime dat zich niet moeide met het noorden en oosten van Syrië. Het Turkse regime ziet een kans in het vertrek van de Russische troepen en de val van Assad om de Koerden in Rojava een fatale slag toe te brengen. Wellicht rekent Erdogan erop dat voor het VS-imperialisme de banden met de Turkse NAVO-partner zwaarder doorwegen dan de steun aan SDF in de strijd tegen het verzwakte ISIS (zelfs indien er de afgelopen maanden rapporten zijn over een hernieuwde toename van ISIS-activiteiten in Syrië). Ondertussen zoekt Erdogan toenadering tot de HTS om ook langs die weg invloed te hebben en om Syrische vluchtelingen vanuit Turkije terug te sturen.

    De door Turkije gesteunde milities van SNA veroverden de stad Manbij en bedreigen nu Kobane. De Amerikaanse aankondiging dat er een wapenstilstand was, wordt ontkend door het Turkse regime. Erdogan wil het Koerdische zelfbestuur in Kobane volledig de kop indrukken. Dat wordt gezien als een verlengstuk van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) en dus als een aartsvijand van het Turkse extreemrechtse nationalisme. Het verpletteren van de Volksbeschermingseenheden (YPG) en de Vrouwelijke Volksbeschermingseenheden (YPJ) zou een zware nederlaag voor de volledige Koerdische beweging zijn. Het zou het rechtse Turkse regime goed uitkomen en het reactionaire ISIS een kans bieden om zich te hergroeperen voor nieuwe offensieven.

    Wij hebben ons steeds uitgesproken tegen de aanvallen op Rojava (West-Koerdistan). We namen deel aan Koerdisch protest in ons land en aan solidariteit met Rojava, terwijl we ons steeds uitspraken tegen samenwerking met het VS-imperialisme. Het Koerdische zelfbestuur in Kobane en omgeving geeft aan dat stappen richting een alternatieve vorm van samenleven mogelijk zijn, zelfs in een regio waar reactionaire en barbaarse krachten als ISIS jarenlang de toon hebben gezet. Een versterking van democratische rechten en nadruk op vrouwenrechten, vormen een bron van inspiratie. In een context van strijd tegen dictaturen en reactionaire strekkingen is een glimp van een alternatief een belangrijk lichtpunt. Dit is des te belangrijker aangezien het zelfs in revolutionaire bewegingen tegen dictaturen de afgelopen jaren vaak wel duidelijk was wat de massa’s niet wilden, maar weinig inzicht rond verandering die verdergaat dan het wijzigen van de machthebbers aan de top.  

    De door Erdogan aangestuurde aanvallen op de Koerden in het noorden van Syrië moeten gestopt worden. Internationale solidariteit is een onderdeel van deze strijd. Er waren al acties en betogingen van de Koerdische gemeenschap in België. Voorlopig staan zij erg geïsoleerd, zelfs de linkerzijde heeft er amper aandacht voor. Dit moet veranderen. Onze Koerdische kameraden hebben onze steun nodig. Een brede solidariteitsbeweging met het zelfbestuur in Rojava kan aansluiting zoeken bij het massale protest tegen de genocide in Gaza en de staatsterreur door Israël. Verzet tegen Turkse en Israëlische militaire inmenging in Syrië kan ongetwijfeld ook steun vinden onder de Syrische diaspora en de noodzaak van een standpunt los van elke regionale of imperialistische macht versterken.

    Dit kan de solidariteit van onderuit populariseren, zodat deze solidariteit over etnische grenzen en over de door het imperialisme getrokken staatsgrenzen heen een materiële factor wordt. Van daaruit is het mogelijk om de toekomst van de regio met de massa’s zelf in handen te nemen. Enkel zo is fundamentele maatschappijverandering mogelijk en kunnen stappen gezet worden in de richting van een socialistisch Midden-Oosten waarin elk volk en elke bevolkingsgroep het recht op zelfbeschikking heeft en waarin de aanwezige rijkdommen onder democratische controle en bezit van de bevolking geplaatst worden.

    https://nl.socialisme.be/100469/syrie-overspoeld-met-feestelijkheden-maar-wat-komt-hierna
  • Sektarisch geweld in Pakistan. Parachinar bloedt weer

    Sektarisch geweld, beschuldigingen van godslastering tegen minderheden zoals Ahmedi, christenen of sjiieten. Moorden door bendes, sjiieten-moorden, sjiieten-genocide. Dit zijn allemaal termen die vandaag opnieuw vaak weerklinken in de Pakistaanse media en op de sociale media.

    Door Andleeb Haider

    Opnieuw horen we deze echo’s uit Parachinar in het noordwesten van Pakistan. Het district Kurram is eigenlijk een soort mini-Palestina met 785.434 inwoners, de vreselijke situatie in Parachinar doet aan Gaza denken. Kurram is een gebied in het noordwesten van Pakistan dat onder het Britse kolonialisme rechtstreeks door vertegenwoordigers van de Britten werd bestuurd. Na de onafhankelijkheid van Pakistan in 1947 kwam daar weinig verandering in. In 2018 werd Kurram opgenomen in de provincie Khyber-Pakhtunkhwa (KPK). Het district Kurram is onderverdeeld in drie delen: Hoog Kurram, Centraal Kurram en Laag Kurram. Het is erg belangrijk om de geografie en demografie van Parachinar te kennen om de recente golf van geweld en belegeringen te begrijpen.

    Parachinar ligt ten westen van Peshawar en is de hoofdstad van het grotere district Kurram. Het grenst aan drie Afghaanse regio’s: Paktia, Khost en Nangarhar. Op de kaart lijkt Parachinar uit Afghanistan uitgesneden te zijn. Er is maar één weg die Parachinar verbindt met de rest van Pakistan. Deze weg heet “Thall Parachinar”, omdat de stad op een berg ligt en er geen andere weg naar beneden is. Parachinar was een belangrijke plaats in de Sovjet-Amerikaanse oorlog in Afghanistan. En de mensen van Parachinar leden grote verliezen tijdens oorlog, hoewel ze ideologisch geen deel uitmaakten van dit grote spel. Ze stonden noch aan de kant van Amerika en noch aan die van de Sovjet-Unie.

    District Kurram.

    Tijdens de Sovjetoorlog bracht Amerika jihadisten uit Arabische landen, Pakistan en van over de hele wereld naar Kaboel via Parachinar. Kaboel ligt op slechts 90 kilometer van Parachinar. Deze Pakistaanse grensstad was eigenlijk het lanceerplatform voor deze jihadisten. Amerika, het Pakistaanse leger en lokale soennitische stammen hielpen de jihadisten om de grens over te steken vanuit Parachinar en het was een ideale locatie voor deze jihadisten om aanvallen te lanceren tegen Sovjettroepen. Als vergelding zouden Sovjettroepen en Afghaanse bondgenoten Kurram en Parachinar meermaals bombarderen. De lokale sjiitische bevolking was noch pro-Sovjetunie noch pro-jihad, maar betaalde een hoge prijs voor de oorlog. Ze deed dit niet één maar meerdere keren.

    Laag Kurram werd dominant soennitisch toen jihadisten uit de hele omgeving samenkwamen en hier de plak zwaaiden.

    In de jaren 1980 verzette de lokale sjiitische bevolking, met name de Turi-stammen, zich tegen de jihadisten om de vergeldingsacties op Parachinar te stoppen. De doorgang was echter strategisch zeer belangrijk. De rechtse dictator Zia ul Haq probeerde Kurram om te vormen tot een permanente basis voor de jihadisten, ondanks verzet van de lokale sjiitische bevolking. Generaal Zia ul Haq kwam in 1987 met een wetsvoorstel dat bepaalde dat iedereen jaarlijks 2,5% van het loon als zakat (islamitische aalmoezen) aan de overheid moest betalen. De hele sjiitische gemeenschap weigerde dit te doen en hield acties voor het parlement. Zia moest inbinden en het voorstel intrekken. Als wraak zette hij jihadisten in tegen de bevolking van Parachinar. Hij stuurde lokale jihadisten van lokale soennitische stammen en Afghaanse moedjahedien uit om te vechten tegen de sjiitische Turi-stammen. Daarbij werden 14 dorpen volledig verwoest. Uitgerust met Amerikaanse wapens begonnen deze regeringsgezinde groepen hun religieuze en tribale tegenstanders in Hoog-Kurram en Parachinar aan te vallen en hun dorpen te plunderen. De situatie in dit grensgebied was altijd gespannen, vrede en welvaart in deze regio was nooit de prioriteit van de regering en het establishment van Pakistan. Gecompliceerde politiek, complexe geografie, koloniale problemen, gebrek aan middelen, achterstand en religieuze haat hadden een opeenstapeling van problemen gecreëerd in Kurram. Van tijd tot tijd waren er botsingen tussen deze stammen, meestal was religieuze haat de directe aanleiding. In 1996 kostten religieuze botsingen aan 200 mensen het leven. Na de aanslagen van 11 september 2001 in de VS kreeg Kurram opnieuw te maken met de gevolgen van de aanslagen die werden gepleegd door Saoedische staatsburgers. Jihadisten begonnen zich opnieuw te verzamelen in Kurram om de grenzen van Afghanistan over te steken om tegen de VS te vechten. De sjiitische stammen kozen er ondertussen voor om de Afghaanse bevolkingsgroep van de Hazara te steunen. Opnieuw voerden Pakistan en de Afghaanse Taliban van beide kanten aanvallen uit op Parachinar en andere gebieden waar de sjiieten dominant zijn.

    In Parachinar werd in 2007 tijdens een processie geschoten, waarbij 10 doden en heel wat gewonden vielen. De aanvallers bleven “onbekend”. Als gevolg van deze aanval braken confrontaties uit en werd heel Kurram omsingeld. Parachinar werd 8 dagen lang belegerd zonder voedsel, medicijnen of brandstof. Volgens lokale nieuwsbronnen werden er ongeveer 10 raketten afgevuurd vanuit Afghanistan op Parachinar, 40 dorpen werden verwoest en ongeveer 3000 mensen raakten ontheemd. De TTP (Tehreek Taliban Pakistan) sloot zich aan bij deze strijd en blokkeerde de enige weg, de “Thall Parachinar”. Deze weg is een levensader voor de inwoners van Parachinar. Na de blokkade van deze weg was Parachinar volledig afgesloten van de rest van Pakistan. Van 2007 tot 2011 reisde de lokale bevolking van Hoog Kurram en Parachinar in konvooien onder toezicht van grenstroepen of het Pakistaanse leger.

    De enige weg naar Parachinar. Foto vanop Wikimedia Commons

    In 2008 vonden er onderhandelingen plaats in Murree en werd besloten dat de “Thall Parachinar-weg” opengesteld zou worden, dat ontheemden mochten terugkeren en dat de dorpen heropgebouwd werden. De overeenkomst werd door beide partijen ondertekend, maar nooit uitgevoerd. In 2011 werd een vredesakkoord gesloten tussen de Haqani-groep van de TTP en de sjiitische Turi-stammen. Twee lokale verkozenen gaven 40 miljoen Pakistaanse Roepies als onderpand aan het Haqani-netwerk. De aanvallen op de konvooien zijn echter nooit gestopt.

    Volgens de officiële gegevens bestaat 43% van de bevolking van Kurram uit sjiieten en 57% uit soennieten, maar de sjiieten bezitten meer land dan de soennieten. Degenen die meer land bezaten, beschouwden dit als hun wettelijke recht volgens de Engelse Land Records zoals die voor het hele land gelden. Soennitische stammen hebben het land bezet tijdens de conflicten in 1996 of 2007 en willen dat het geschil over de grond wordt opgelost door een lokaal “jirgah” comité. De meest recente manifestatie van dit conflict is te zien in het dorp Bushehra in Parachinar. Het ging om een geschil over grote stukken grond in 2023. Er vielen 7 doden en 37 gewonden. De lokale bevolking besloot om het eigendomsrecht van dit land vast te stellen aan de hand van het kadaster van het ministerie van Financiën. Bij die controle werd vastgesteld dat de grond toebehoorde aan de sjiitische stammen. De lokale bevolking besloot dat de grond voor een jaar zou uitgeleend worden, waarbij pachtgeld betaald werd. Na een jaar weigerden de soennitische stammen om de overeenkomst na te komen en de grond aan de rechtmatige eigenaars terug te geven. Bij sektarisch geweld vielen 49 doden en 200 gewonden.

    De grond is zeer rijk en vruchtbaar om allerlei gewassen te verbouwen en volgens de lokale bronnen zitten de bergen in het bovenste deel van Kurram en rond Parachinar vol mineralen zoals speksteen, talksteen, sipsteen en serpentijn. Er wordt gezegd dat deze mineralen de grootste aantrekkingskracht uitoefenen op deze extremisten, die de inheemse bevolking willen elimineren om deze grondstoffen in handen te krijgen. Deze extremistische groepen worden gesteund door machtige en invloedrijke mensen.

    Op 24 november 2024 reed een konvooi van ongeveer 200 voertuigen onder toezicht van het leger van Peshawar naar Parachinar. In Laag Kurram werd het konvooi aangevallen vanuit een hinderlaag van gewapende mannen. Hierbij vielen 49 doden, waaronder een baby van zes maanden oud. Twee jonge mannen genaamd Shaheed Waseem Abbas en Shaheed Ishaq Hussain waren beiden al 10 jaar weg uit Parachinar. Deze hobbelige weg was nooit open of slechts een paar dagen open, waardoor ze nooit terug konden komen naar hun geliefden. Ze begonnen hun reis te voet en dachten misschien dat ze ongewapend zouden doorgelaten worden. In Ochat, in Laag Kurram, werden ze echter geïdentificeerd als sjiieten. Ze werden uit de bus gehaald en op brute wijze afgeslacht. Na de aanvallen op het konvooi is Parachinar volledig belegerd, de weg is afgesloten. Er is geen voedsel meer, geen medicijnen en geen brandstof. 29 kinderen zijn gestorven door gebrek aan medicijnen. Na de brute afslachting van deze twee jonge mannen is de lokale bevolking van Parachinar in opstand gekomen om vrede en hun basisrechten te eisen.

    De federale regering onder leiding van de PML-N en de provinciale regering geleid door de PTI schuiven de verantwoordelijkheid naar elkaar door. Ze beschuldigen elkaar en aarzelen niet om te liegen. Na vele werken was er op 23 december eindelijk een vergadering van de autoriteiten om de situatie in Kurram te bespreken. De deelstaatpremier van de provincie KPK kondigde aan dat er geen wapens en munitie meer toegelaten zijn in het district Kurram en de commissie besliste om beide partijen te ontwapenen. Er zijn echter grote zorgen en bedenkingen onder de sjiitische stammen die altijd langs beide kanten van de grens onder vuur werden genomen.

    De bevolking van Paranichar verzet zich tegen ontwapening en tegen de brutale slachting van de twee jonge mannen. Er is een sit-in die ondertussen de zesde dag ingaat. Het protest eist vrede en stabiliteit, onderwijs en gezondheidszorg voor de kinderen, het openen van de Thall Parachinar en het beveiligen van die weg zodat mensen zonder angst kunnen reizen. Geschillen over grond moeten voor de bevoegde overheden en instanties gebracht worden.

    Beelden van de sit-in in Parachinar

    Het sektarische geweld en aanhoudende conflict toont hoe het imperialisme en regionale machten met hun conflicten en oorlogen niet alleen dood en vernieling aanrichten in de door hen geviseerde gebieden, maar ook soms decennialange lokale evenwichten tussen bevolkingsgroepen verstoren. Het gebrek aan middelen voor onderwijs, zorg en een toekomst voor de bevolking versterkt de spiraal van dodelijk geweld en toenemende barbarij. Het vreselijke lot van de bevolking van Parachinar is amper bekend in de wereld. We moeten daar verandering in brengen.  

  • Sectarian violence in Pakistan. Parachinar bleeds again

    By Andleeb Haider

    https://nl.socialisme.be/100540/sektarisch-geweld-in-pakistan-parachinar-bloedt-weer

    Sectarian violence, charges of blasphemy against minorities like Ahmadis, Christians, or Shias, mob lynching, Shia killings, and Shia genocide are terms or phrases that are most often echoed in Pakistani media and on social media around the globe.

    Again, we hear these echoes from Parachinar, northwest of Pakistan. Kurram is an area in northwest Pakistan that was directly administered by representatives of the British during British colonialism. After Pakistan’s independence in 1947, this changed little. In 2018, Kurram was incorporated into the province of Khyber-Pakhtunkhwa (KPK). This district, Kurram, is divided into three areas: Upper Kurram, Central Kurram, and Lower Kurram. It is very important to know the geography and demography of Parachinar to understand the recent wave of violence and siege.

    Located west of Peshawar, Parachinar is the capital of the larger Kurram district. It borders three Afghan regions: Paktia, Khost, and Nangarhar. On the map, Parachinar appears to be carved out of Afghanistan. There is only one road connecting Parachinar to the rest of Pakistan. This road is called ‘Thall Parachinar’ because the town is situated on a mountain, and there is no other road leading down from it. Parachinar was an important location during the Soviet-American war in Afghanistan, and the people of Parachinar suffered great losses during the war, although ideologically they were not part of this great game. They were on neither America’s nor the Soviet Union’s side.

    During the Soviet war, America brought jihadists from Arab countries, Pakistan, and all over the world; they were transported to Kabul through Parachinar. Kabul is just 90 kilometers away from Parachinar. This border city of Pakistan was actually a launching pad for these jihadists. America, the Pakistani army, and local Sunni tribes were helping these jihadists cross the border from Parachinar, making it an ideal location for them to launch attacks against Soviet forces. In retaliation, Soviet forces and Afghan allies would bomb Kurram Agency and Parachinar. In fact, this local Shia population was neither pro-Soviet Union nor pro-jihad. However, they paid a great price for this war, and unfortunately, not just once, but several times.

    Lower Kurram became Sunni dominant when jihadists from all around came together and inhabited here. In the 1980s, the local Shia population, especially the Turi tribes, resisted the jihadists to stop retaliatory attacks on Parachinar. However, the passage was strategically very important. Right-wing dictator Zia ul Haq attempted to turn Kurram into a permanent base for the jihadists, despite resistance from the local Shia population. General Zia ul Haq introduced a bill in 1987 that stipulated that everyone had to pay 2.5 percent of their salary annually as zakat (Islamic alms) to the government. The entire Shia community refused to comply and held protests in front of parliament. Zia had to back down and withdraw the proposal. In retaliation, he deployed jihadists against the people of Parachinar. He sent local jihadists from Sunni tribes and Afghan mujahedin to fight the Shiite Turi tribes. In the process, 14 villages were completely destroyed. Equipped with U.S. weapons, these pro-government groups began attacking their religious and tribal opponents in High Kurram and Parachinar and looting their villages.

    The situation in this border region has always been tense; peace and prosperity in this region have never been the priority of the government and establishment of Pakistan. Complicated politics, complex geography, colonial issues, lack of resources, backwardness, and religious hatred have created an accumulation of problems in Kurram. From time to time, there have been clashes between these tribes, with religious hatred usually being the immediate cause. In 1996, religious clashes claimed the lives of 200 people. After the September 11, 2001, attacks in the US, Kurram again faced the consequences of attacks carried out by Saudi nationals. Jihadists began gathering in Kurram once more to cross the borders into Afghanistan to fight against the US. Meanwhile, the Shia tribes chose to support the Afghan Hazara population. Once again, Pakistan and the Afghan Taliban from both sides carried out attacks on Parachinar and other Shia-dominated areas.

    In Parachinar, during a procession in 2007, firing occurred, resulting in the deaths of 10 people and several others wounded. The assailants remained “unknown.” As a result of this attack, clashes erupted, surrounding the entire Kurram region. Parachinar was under siege for 8 days, with no food, no medicine, and no fuel. According to local news sources, around 10 missiles were fired from Afghanistan into Parachinar, 40 villages were destroyed, and approximately 3,000 people were displaced. These fights and clashes continued intermittently over the next four years. The TTP (Tehreek-e-Taliban Pakistan) joined this conflict and blocked the only road, Thall-Parachinar. This road is a lifeline for the people of Parachinar. After the blockage of this road, Parachinar became completely cut off from the rest of Pakistan. From 2007 to 2011, the local population of Upper Kurram and Parachinar traveled in convoys under the supervision of the Frontier Corps or the Pakistan Army.

    The 2008 Murree agreement stipulated that the Thall-Parachinar road would be opened, displaced people would be brought back, and the villages would be rehabilitated. The agreement was signed by both parties, but there was no implementation at all. In 2011, the TTP Haqqani group proposed a peace deal with the Shia Turi tribes. Two elected MNAs deposited 40 million rupees as security to the Haqqani network. However, the attacks on the convoys and passengers never stopped.

    According to municipal records, Shia Muslims comprise 43% of Kurram’s population, while Sunni Muslims make up 57%. However, Shia tribes possess more land compared to their Sunni counterparts. Those who control larger landholdings consider it their legal entitlement based on the English Land Records applicable nationwide. During the land disputes linked to conflicts in 1996 and 2007, Sunni tribes occupied contested lands, seeking resolution through local committees known as “jirgah.”

    A recent incident highlighting this ongoing conflict occurred in the village of Bushehra, Parachinar, in 2023, where a land dispute resulted in seven fatalities and thirty-seven injuries. The locals turned to the Finance Department’s Land Records to determine ownership, which confirmed that the land in question belonged to the Shia-dominant tribes.

    Ultimately, the jirgah decided that the land belonged to the Shia tribes, but opted to lease it to a third party for one year. This third party initially paid the lease amount; however, when the time came to return the land to its rightful owners, the Sunni tribes breached their agreement. This breach escalated into renewed sectarian violence, leading to the tragic loss of forty-nine lives and injuring two hundred people.

    The fertile land of the region is capable of producing a wide variety of crops. Additionally, the mountains surrounding upper Kurram and Parachinar are rich in valuable minerals such as soapstone, talc, sipstone, and serpentines. Unfortunately, these resources have attracted extremist groups eager to eliminate the local population to seize control. These groups are often supported by influential figures with significant power.

    On November 24, 2024, under military supervision, a convoy of roughly 200 vehicles was making its way from Peshawar to Parachinar when it was ambushed by gunmen in lower Kurram. The devastating attack resulted in the deaths of 49 individuals, including a six-month-old baby. Among those affected were two young men, Shaheed Waseem Abbas and Shaheed Ishaq Hussain, who had been away from Parachinar for the last ten years due to the treacherous conditions of the roads that rarely allowed safe passage. Starting their journey on foot, they hoped their unarmed status would enable them to cross on humanitarian grounds. Tragically, their hopes were shattered when they made it to Ochat, a region in lower Kurram. Identified as Shia, they were forcibly removed from the bus and brutally killed.

    In the wake of this ambush, Parachinar is once again under siege. The roads have been closed, leaving the community without food, medicine, or fuel. Tragically, 29 children have succumbed to illness as a result of the lack of medical supplies. In response to the slaughter of these young men, the local residents of Parachinar have gathered in peaceful protests to demand justice and the basic rights that have been denied to them.

    In the midst of this challenging situation, both the Federal Government, led by the PML-N, and the Provincial Government under the PTI have been oscillating like a game of ping pong regarding the Kurram crisis. A blame game has erupted, with accusations flying between the two parties. After enduring weeks of turmoil, a meeting finally took place on December 23rd to assess the situation in Kurram. This gathering ultimately designated Kurram as a disaster-stricken area.

    The Chief Minister of KPK announced a zero-tolerance policy towards arms and ammunition in Kurram district, emphasizing the need to disarm both factions involved. However, there are pressing concerns from the Shia tribes, who have faced assaults from both sides across the border. In response to the authorities’ decisions and the heart-wrenching murder of two young men, protests have erupted, including a sit-in in Parachinar. The demonstrators demand peace, stability, and essential services such as education and healthcare for their children. They also seek the reopening and securing of the Thall-Parachinar road to ensure safe travel and urge the resolution of land disputes based on the records maintained by the Finance Department.

    The ongoing sectarian violence and conflict starkly illustrate how imperialism and regional power struggles bring about not only death and destruction but also disturb long-standing local dynamics. The lack of resources for education and health, compounded by an uncertain future, perpetuates a cycle of violence and instability. The plight of Parachinar’s residents remains largely unnoticed by the global community. It is time to bring this reality to light.

  • Nadia Donckerwolcke (1938-2024), afscheid van een antifascistische revolutionaire activiste

    Met pijn in het hart nemen we afscheid van Nadia Donckerwolcke die op vrijdagavond 21 december plots overleden is aan een hartfalen. Op 86-jarige leeftijd bleef Nadia nauw betrokken bij de werking van Steunpunt Anti-Fascisme, las ze op een indrukwekkend ritme boeken en genoot ze van regelmatige politieke discussies.

    Door Geert Cool

    Nadia was decennialang actief als revolutionair communiste. Ze was militante van de KPB, de Communistische Partij van België. Ze hielp bij het nalezen van materiaal en als vertaalster aangezien haar Frans even goed was als haar Nederlands. Bij het uiteenvallen van de KPB behield Nadia haar overtuiging en haar engagement. Als vrijgevochten revolutionair behield ze steeds een open blik. Naast haar antifascistische engagement was ze enkele jaren als vrijwilligster actief bij initiatieven verbonden met de PVDA, zoals de abonnementendienst van toen nog weekblad Solidair. Met haar kenmerkende vastberadenheid overtuigde ze heel wat lezers van Solidair om hun abonnement te verlengen of te vernieuwen. Begin deze eeuw was ze enkele keren verruimingskandidaat op PVDA-lijsten. In 2012 was ze kandidaat op de lijst van Rood voor de gemeenteraadsverkiezingen.

    Het antifascisme was steeds een belangrijk onderdeel van haar engagement. Binnen Steunpunt Anti-Fascisme en andere initiatieven zocht ze altijd samenwerking met strijdbare antifascisten op. Ze was al jarenlang actief in de antifascistische beweging en stond al die jaren dicht bij voortrekkers van SAF, zoals Regine Beer die in haar buurt woonde. In 2003 werd ze lid van het bestuur van SAF. Nadia was nog steeds goed bevriend met Juliette Van Espen, een stichtend lid van SAF, met wie ze elk weekend telefoneerde.

    Toen er vanaf de eeuwwisseling een stelselmatige werking van LSP en de campagne Blokbuster ontstond in Antwerpen, waren er meteen goede contacten met Nadia. Ze bood meermaals steun van SAF aan voor acties en probeerde enkele Blokbuster-activisten richting SAF te sturen. Uiteindelijk slaagde ze daar ook in. Onder meer op het verjaardagsfeestje toen Nadia 80 werd, zorgde ze ervoor dat de nodige connecties werden gelegd. Ze trok aan mijn mouw en sprak meermaals Andrej aan, met wie ze haar passie voor Joegoslavië deelde. Nadia probeerde elk jaar naar Dubrovnik te gaan om daar haar antifascistische kameraden op te zoeken, een reis die de afgelopen jaren moeilijker werd vanwege haar gezondheid. Ze sprak vloeiend Servo-Kroatisch.

    Op een infodag over internationale solidariteit in 2015, georganiseerd door Steunpunt Anti-Fascisme en Blokbuster, met haar goede vriend André.

    Daarnaast was Nadia jarenlang een vaste lezer van maandblad De Linkse Socialist, een krant die ze apprecieerde. Regelmatig belde ze met opmerkingen of aanvullingen op artikelen. In het bijzonder artikelen over het antifascistisch verzet doorheen de geschiedenis werden gedetailleerd gelezen. Foutjes, al was het maar in een voetnoot, werden meteen aan kritiek onderworpen. Terecht! Van een voormalig corrector in een drukkerij kan je niet anders verwachten.

    Nadia las veel boeken, ze had steevast een lijstje in bestelling via verschillende boekenwinkels. Veel Franstalige werken, zowel rond politiek, geschiedenis als psychologie. Alle boeken waren strikt alfabetisch geordend in verschillende boekenkamers, een droom voor elke boekenliefhebber. Toen ik haar collectie eens bewonderde, deed ze me een zeldzaam exemplaar van ‘Vie et mort de Trotsky’ door Victor Serge cadeau. Als liefhebber met een véél bescheidener collectie, maar eenzelfde gehechtheid aan boeken, wist ik dat dit veel betekende.

    Recent lazen we beiden enkele boeken over de verzetsgroep van Manouchian, waarbij het opvallend was dat Nadia ervoor openstond om haar vroegere negatieve kijk op Mélinée Manouchian en het verhaal over het mogelijke verraad die de groep de das omdeed lichtjes bij te sturen. Ze besefte dat die kijk het product was van de PCF-propaganda. Het was een thema waarover we de afgelopen maanden meerdere voormiddagen in gesprek gingen bij een koffietje in haar vaste stamkroeg om de hoek.

    We wisselden boeken uit, maar doorgaans ging het gesprek al gauw over in een les over feiten en inzichten, waarbij Nadia haar brede kennis overdroeg. Toen we op reis door het toeval en een zoektocht naar goed weer op een camping op minder dan een uur rijden van Limoges beland waren, verplichtte Nadia ons over de telefoon om Oradour-sur-Glane te bezoeken. Dat dorp werd verlaten, uitgemoord en uitgebrand in de toestand van 1944 achtergelaten en kan nu als aangrijpend monument bezocht worden.

    Deelname aan activiteiten werd de laatste jaren moeilijker door gezondheidsproblemen. Op 1 mei was Nadia er samen met haar André nog altijd bij en ze ging met kameraden naar activiteiten van de Grijze Geuzen. Ze genoot van discussies met vrienden en kameraden, onder meer met haar goede vriendin Paulette. Betogingen en avondvergaderingen lukten niet meer. Na elke antifascistische betoging of actie in Antwerpen belde ze echter steevast om te vragen hoe het was. Desnoods op een zondagochtend om half acht of ’s avonds laat. Het was een uitdrukking van een antifascistisch en revolutionair engagement dat tot op het laatste moment bijzonder sterk was bij Nadia. We zullen haar missen, de antifascistische linkerzijde in Antwerpen staat zonder haar zwakker. 

  • Festival of Socialist Feminism Wenen, Oostenrijk, 4-6 april

    In Kortrijk hebben ondertussen 16 vrouwen een klacht ingediend omdat ze werden gedrogeerd en seksueel misbruikt tijdens het uitgaan. In Frankrijk voert Gisèle Pelicot een moedige strijd tegen haar meer dan 50 misbruikers en het seksistische rechtssysteem. De voor seksueel misbruik veroordeelde racistische en extreemrechtse Trump is herkozen. Er is solidariteit nodig met trans personen, personen met een migratie-achtergrond en al wie misselijk wordt van extreemrechts en onderdrukking. 

    Extreemrechts kent een opmars. De genocide tegen de Palestijnen blijft duren. Steeds minder mensen hebben toegang tot abortus en trans gezondheidszorg. Andrew Tate en de manosphere spreken jongens aan met hun vergif. In 2022 waren er wereldwijd 89.000 feminicides, een record sinds 20 jaar. Het is duidelijk dat er meer dan ooit nood is aan internationale feministische strijd!

    Trans-inclusieve, antiracistische en antikapitalistische feministen – we hebben jullie hulp nodig om een socialistisch feministische beweging op te bouwen die strijd van onderaf belichaamt en solidariteit toont met alle uitgebuitenen en onderdrukten die vechten voor bevrijding van iedereen wereldwijd!

    Als internationale socialistische feministen geloven wij dat seksisme, racisme, queerfobie, validisme en alle andere vormen van onderdrukking voortkomen uit het klassensysteem en worden versterkt door het kapitalisme. Echte gelijkheid gaat nooit mogelijk zijn onder een systeem in dienst van de rijkste 1%. We moeten strijden voor een democratisch socialistische wereld, een revolutie waarmee de werkende klasse het heft in eigen handen neemt en beslissingen maakt zonder winst voor enkelingen als doel, maar de noden van iedereen. Dat zou de materiële basis leggen om discriminatie uit te roeien.

    Met sprekers over abortusrechten, de beweging voor de rechten van inheemse volkeren in Brazilië, de strijd tegen gendergerelateerd geweld in Mexico, organisatoren van de Trans & Intersex Pride in Ierland, vakbondsmilitanten uit vele landen die ervoor opkomen dat een socialistisch feministische benadering ook deel uitmaakt van de bredere strijd van de werkende klasse, belooft het een evenement te worden dat je niet wil missen. 

    Schrijf je nu in. Iedereen die wil leren van en deelnemen aan de feministische, antiracistische, pro-Palestijnse, pro werkende klasse strijd tegen onderdrukking over de hele wereld, is welkom om deel te nemen aan het Festival of Socialist Feminism. 

    Campagne ROSA legt een bus in om samen vanuit Brussel naar Wenen te reizen. Alle praktische info is te vinden in het inschrijvingsformulier op linktr.ee/campagnerosa. Twijfel niet om ons te contacteren met al jouw vragen.  

    Praktische info

    • Data: 4-6 april. Vanaf 2 april is er een bijkomend programma. 
    • Reisdata: 1 april voor wie 5 dagen deelneemt, 4 april voor wie het driedaagse programma volgt. Terugreis: 7 april 
    • Accommodatie en eten worden voorzien
    • Inschrijven via linktr.ee/campagnerosa
    • Er is ook mogelijkheid om het evenement via Zoom te volgen
  • Interview met een Iraanse opposante. “Links smeedt banden en baseert zich op solidariteit in strijd”

    De recente arrestatie in Iran van de studente Ahou Daryaei heeft de situatie van vrouwen in Iran en de strijd tegen de Iraanse dictatuur weer onder de aandacht gebracht. Sommigen hebben niet geaarzeld om de gebeurtenis te gebruiken om de Israëlische doodsmachine te steunen. We spraken met Nina, een langdurige opposante van het Iraanse regime die nu in ballingschap leeft. Als lerares was ze actief in linkse organisaties en in de arbeidersbeweging in het algemeen. 

    interview door Nicolas Croes en Guy Van Sinoy

    Hallo Nina, bedankt voor dit interview. Kan je eerst vertellen hoe het lijden van het Palestijnse volk u heeft geraakt?

    “Mijn solidariteit met de Palestijnen gaat ver terug. Linkse activisten in Iran hebben altijd een zeer sterke band gehad met de Palestijnse bevrijdingsstrijd, in het bijzonder met het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP). Als activist werd ik me al vroeg bewust van de Palestijnse kwestie. Het moet gezegd worden dat er in de jaren ‘60 en ‘70, onder invloed van de strijd tegen de Vietnamoorlog en de Cubaanse revolutie, een natuurlijk verlangen was om de strijd uit te breiden tot buiten de grenzen van Iran.”

    “Vandaag heeft het PFLP veel van haar invloed verloren. Dit geldt niet alleen voor de Palestijnse linkerzijde, maar ook voor links in Iran en elders in de wereld. We moeten kijken naar de vragen die dit oproept, die niet te maken hebben met louter nationale omstandigheden, maar met mondiale. Er zijn slechte allianties geweest, slechte berekeningen. We moeten dit erkennen en ervan leren.” 

    “Want dat is ook de reden voor de opkomst van nationalistische, reactionaire en religieuze krachten. Deze krachten hebben de plaats ingenomen die was vrijgekomen door de oriëntatie van de linkse partijen. Natuurlijk heeft de financiële en politieke steun van verschillende regionale regimes aan conservatieve krachten ook een rol gespeeld, terwijl links nooit dergelijke steun heeft genoten. Hamas werd bijvoorbeeld zodanig gesteund dat het de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) overschaduwde, die er zelf alles aan deed om de invloed van links en het PFLP te verminderen.”

    Hoe zou u de taken van links in de regio omschrijven? 

    “De manier waarop links te werk gaat is om banden te smeden, om zich te baseren op solidariteit in de strijd. Natuurlijk is dat vandaag erg ingewikkeld, in een situatie die bol staat van de bommen, maar het is het enige perspectief dat een uitweg biedt.” 

    “Iets meer dan een jaar geleden waren er grote protestbewegingen in Israël tegen Netanyahu en zijn rechtse en extreemrechtse regering. De aanval op 7 oktober maakte een einde aan deze beweging, die echt progressief potentieel had. Waarom viel Hamas op dat moment burgers aan? De gevolgen van de aanval op 7 oktober leidden tot de versterking van reactionaire bewegingen ten nadele van stromingen die meer democratische maatregelen nastreefden.”

    “Nu zijn we getuige van een tot de tanden bewapende oorlog van leiders onder het toeziend oog van de grote imperialistische mogendheden. In dit spel van dreigementen en dood wordt nooit rekening gehouden met het lot van het Iraanse, Israëlische, Libanese en Palestijnse volk. Een luid en duidelijk einde van de oorlog eisen en de Israëlische militaire expansie aan de kaak stellen zijn essentieel om de burgerbevolking te beschermen en de opkomst van democratische alternatieven in de regio aan te moedigen.” 

    “We moeten onthouden dat alles met elkaar samenhangt. Neem bijvoorbeeld de situatie van vrouwen. Tijdens de Iraanse opstand van 2022 onder de slogan “Vrouw, Leven, Vrijheid” na de moord op Jina Amini door de zedenpolitie, stonden vrouwen vooraan in de strijd. Maar de context van de woede is veel breder. Er zijn gevechten geweest van gepensioneerden, leraren, enz. Naast de Perzen zijn er verschillende onderdrukte volkeren in Iran: Arabieren, Koerden, Beloetsjen. Deze mensen namen deel aan de strijd in hun eigen regio of sectoren, maar ook over de gemeenschapsgrenzen heen.” 

    “Jina Amini was Koerdisch, maar de reacties kwamen uit heel Iran omdat de woede tegen de onderdrukking van het regime zo groot is. Het is niet onmogelijk dat een vonk de sociale strijd weer aanwakkert.”

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop