Category: Op de werkvloer

  • ULB. Tekort aan middelen leidt tot besparingen… en verzet!

    De directie van de ULB heeft als antwoord op het gebrek aan overheidsmiddelen nogmaals een reeks neoliberale maatregelen voorgesteld als antwoord op de tekorten. Nadat verschillende diensten van de universiteit werden geprivatiseerd (restaurants, studentenfoyer, kuisdienst en nu ook de veiligheidsdienst), voorziet de Raad van Bestuur van de ULB in de verkoop van een groot deel van de terreinen op de campus aan de Pleinlaan en in de privatisering van de studentenkamers.

    Tegelijk lanceerde de directie een project om een multifunctionele kaart in te voeren die bijzonder duur zou zijn. Het eerste jaar zou 500.000 euro worden uitgetrokken en de daaropvolgende jaren telkens 60.000 euro. Dit is bovendien een gevaarlijk voorstel: het zou een permanente controle mogelijk maken van wie er aanwezig is op de campus.

    Deze maatregelen vormen geen oplossing voor de financiële problemen van de ULB op langere termijn. Eens de grond verkocht is en het geld daarvan uitgegeven, staan we opnieuw even ver. De verkoop van de studentenkamers zou bovendien leiden tot het afstoten van deze dienst aan de studenten. Volgend jaar zouden de problemen gewoon opnieuw opduiken. Zullen we dan naar een nieuwe stijging van het inschrijvingsgeld gaan?

    Als verzet tegen deze maatregelen, is er een protestbeweging opgezet na een Algemene Vergadering op 16 oktober. Op die vergadering werden de drie voorgestelde projecten van de Raad van Bestuur verworpen. Hierna was er een vertraging van de beweging omwille van een bureaucratische leiding die niet overtuigd was van een strijdbare beweging. Nochtans is er een grote strijdbaarheid. Op de studentenbijeenkomsten waren er 1500 aanwezigen op 16 oktober en 600 op 19 oktober.

    De vergaderingen waren echter niet democratisch georganiseerd waardoor er een aantal studenten hebben afgehaakt. Er is bovendien een gebrek aan coördinatie tussen geïsoleerde acties. Wij stellen dat er nood is aan een organisatiecomité dat open staat voor iedereen die de strijd wil organiseren.

    Na de vakantieweek rond Allerheiligen, zijn verschillende studentenorganisaties tot een akkoord gekomen om een dergelijk comité op te zetten. Op een algemene vergadering op 9 november werd dit bekrachtigd. Op dezelfde vergadering kwamen nog een aantal andere elementen naar voor. Ten eerste komt er een eerste stakingsdag met een blokkade van de universiteit op 16 november.

    Het is belangrijk dat we onze eisen sterker maken door te bouwen aan een krachtsverhouding waarmee we druk kunnen zetten op de autoriteiten die ons vandaag de rug toekeren en die een nooit geziene aanval willen inzetten op de leer- en werkomstandigheden op de campus.

    De beweging slaagde er niet in om de dynamiek van de eerste algemene vergadering te behouden. Dat komt deels door een gebrek aan informatie over de gevolgen van de voorstellen en over de noodzaak van strijd.

    We zien vandaag de gevolgen van een neoliberale politiek in België, maar ook elders in Europa. De Bologna-akkoorden willen het onderwijs op Europees niveau harmoniseren. Achter die hervorming schuilt een drang naar competitiviteit en commercialisering. Onderwijs moet een marktelement worden, een koopwaar. Daarbij ontstaat er ook een concurrentie tussen verschillende instellingen die hun kosten onder meer willen drukken door het privatiseren van sociale diensten. Dat is nodig om meer middelen te hebben om de universiteiten om te bouwen tot elite-universiteiten die kunnen concurreren met andere Europese universiteiten.

    Het is in dat kader dat we enerzijds prestigieuze projecten zien als het invoeren van een elektronische chip voor alle studenten, terwijl we anderzijds zware besparingen zien (de sociale diensten moeten het in het budget van de ULB met 500.000 euro minder doen). Deze maatregelen moeten de ULB klaarstomen om te voldoen aan de wensen van het patronaat.

    Het zal nodig zijn om te bouwen aan een strijdbeweging die in staat is om onze eisen naar voor te brengen en af te dwingen. Op politieke steun moeten we niet rekenen, tenzij we zelf bouwen aan een eigen politiek orgaan. Alle traditionele partijen schakelen zich immers in een neoliberale logica in.

    De studenten staan niet alleen in het ondergaan van neoliberale aanvallen. Het is dan ook nodig om de strijd uit te breiden. Niet enkel naar andere universiteiten en hogescholen, maar ook naar de volledige onderwijssector en andere arbeiders. We moeten bovendien de eisen verder uitbreiden en opkomen voor een publieke herfinanciering van het onderwijs tot 7% van het BBP (zoals werd goedgekeurd op de algemene vergadering van 9 november).

    Studenten en arbeiders, samen moeten we de strijd aangaan voor het behoud van onze verworvenheden, voor gratis en degelijk onderwijs dat toegankelijk is voor iedereen!

  • KUB schrapt richtingen. Minister Vandenbroucke kan tevreden zijn, studenten staan in de kou

    De bedoelingen van de hervormingen in het hoger onderwijs worden bijzonder pijnlijk duidelijk voor een aantal studenten van de Katholieke Universiteit Brussel (KUB). Vanaf volgend jaar worden enkele richtingen geschrapt. Studenten die nu Geschiedenis, Wijsbegeerte, Sociologie, Politieke en Communicatiewetenschappen volgen, kunnen hun bachelor niet aan de KUB afwerken.

    Er werd immers beslist om het derde jaar bachelor van deze richtingen vanaf volgend jaar reeds te schrappen. Eerder was de studenten beloofd dat ze hun volledige bacheloropleiding aan de KUB zouden kunnen volgen. Maar dit blijkt nu dus niet te kloppen.

    Het is onder druk van de geplande hervormingen van minister Vandenbroucke dat de universiteit besliste om de 5 opleidingen af te bouwen met een uitdoofscenario. Dat scenario wordt nu nog versneld door volgend jaar reeds het derde jaar bachelor te schrappen. De studenten moeten hierdoor naar andere universiteiten uitwijken. De studenten zullen gevraagd worden om naar de Leuvense universiteit te vertrekken.

    Bij alle discussies rond het ontwerp van financieringsdecreet was het reeds duidelijk dat vooral kleinere instellingen en universiteiten zouden geraakt worden ten voordele van de grotere. Het uiteindelijke doel van minister Vandenbroucke is dat de instellingen zelf de volgens hem noodzakelijke besparingen doorvoeren door een aantal richtingen te schrappen en bijgevolg te ‘rationaliseren’: minder opleidingen aanbieden, maar logischerwijs wel voor grotere groepen.

    Op donderdag voerden de studenten van de KUB actie tegen het schrappen van de derde bachelor. Van ’s ochtends vroeg was er een bezetting. Een 300-tal studenten waren betrokken bij de acties. Ze kregen echter geen toegevingen afgedwongen van de minister van onderwijs. Die schuift de verantwoordelijkheid af op de rector van de KUB.

    Dat laatste is een typisch gegeven bij alle besparingen die in het onderwijs worden doorgevoerd. Steeds opnieuw wordt de hete aardappel doorgeschoven naar een lager niveau zodat er geen algemeen besparingsplan geldt voor alle studenten op hetzelfde ogenblik. Hierdoor kan het verzet ook opgedeeld worden. Dat zagen we eerder ook reeds onder meer bij het invoeren van de enveloppefinanciering voor de hogescholen.

    Terwijl de studenten van de KUB actie voeren tegen het afschaffen van hun opleiding, voeren de studenten van de ULB actie tegen een reeks asociale beleidsmaatregelen aan hun universiteit. Het is duidelijk dat dit voorbodes zijn van meer maatregelen tegen de studenten en het personeel. Er moet nu reeds gewerkt worden aan een eengemaakt verzet van studenten en personeel van de verschillende instellingen in dit land.

  • Tienurendag bijna realiteit. Minister Moerman stelt dat Belgische arbeiders bij “de meest flexibele” van Europa zijn.

    VLD-minister Fientje Moerman is in de VS om onder meer een bezoek te brengen aan de directie van General Motors en Ford. Daar wou de minister een aantal regeringsmaatregelen voorstellen. Twee elementen stonden centraal: de rechtstreekse cadeaus door middel van lastenverlagingen en de onrechtstreekse cadeaus door het verdere opdrijven van de flexibiliteit van de arbeiders.

    Op maandag bracht Fientje Moerman een bezoek aan het hoofdkantoor van General Motors en Ford in Detroit. Met dit bezoek wou de minister onder meer pleiten voor de toekenning van de productie van de Astra aan de Antwerpse vestiging van GM. Daartoe haalde de minister enkele argumenten boven. De belangrijkste zijn de verlaging van de lasten op ploegenarbeid en de flexibiliteit van de werknemers.

    De cadeaus aan het patronaat door de lastenverlagingen op ploegenarbeid zorgen er volgens de minister voor dat de “Belgische loonlasten onder de Duitse kunnen worden gehouden.” Dat moet een argument bieden om besparingen niet hier maar in Duitsland door te voeren, tenzij de regering daar natuurlijk nog meer cadeaus aan te bieden heeft aan de directie.

    Ander belangrijk argument van Moerman is de flexibiliteit van de Belgische arbeiders. De flexibiliteit in België is volgens de minister van de meest verregaande in Europa. Die stelling komt er nadat ABVV en ACV akkoord gingen met het doorvoeren van een veel flexibelere arbeidsregeling.

    Nu was het reeds mogelijk om akkoorden te sluiten om de arbeidsduur op jaarbasis te organiseren. Dat wordt aangepast tot een basis van 6 jaar. Daarbinnen kan de wekelijkse arbeidsduur worden verhoogd tot 48 uur en de dagelijkse arbeidsduur tot 10 uur. In plaats van overuren te betalen, worden de extra uren verrekend over een periode van 6 jaar.

    De vakbondsleiding van de metaalcentrales gingen reeds akkoord met deze voorstellen voor de autosector, maar er moet nog gewacht worden op een wetgevende bepaling die de uitvoering ervan mogelijk maakt. Toch ging Fientje Moerman reeds pronken met dit akkoord om de flexibiliteit van de Belgische arbeiders aan te tonen bij de directies van automobielmultinationals.

    Daarmee trapt ze echter op enkele zere tenen bij de vakbond. Een ACV-secretaris stelt vandaag in Gazet van Antwerpen: “Wij hebben geen baat bij de voortdurende profileringsdrang van sommige politici.” Blijkbaar wil de vakbondsleiding niet dat er al te veel ruchtbaarheid wordt gegeven aan haar eigen voorstellen om de flexibiliteit van haar leden verder op te drijven.

    Want dat is uiteindelijk de consequentie van het protocolakkoord. De arbeidswet stelt vandaag dat arbeiders maximaal 9 uur per dag mogen werken en 45 uur per week, met een maximum van 130 overuren per jaar. Met de nieuwe regeling is het mogelijk om een volledig jaar te werken met een 48-urenweek. De arbeidswet moet daartoe aangepast worden en dit op vraag van onder meer de vakbondsleidingen!

    Het afdwingen van de 8-urendag was enkele decennia geleden een strijdpunt van de vakbeweging en de socialistische beweging. Vandaag willen de leidingen van de metaalbonden van ACV en ABVV verder het principe van die 8-urendag ondermijnen om zo de concurrentie aan te gaan met de arbeiders van andere Europese vestigingen van de grote automobielbedrijven. Wie wint uit dit negatief syndicaal opbod? De arbeiders alleszins niet, enkel het patronaat kan de winsten incasseren en VLD-ministers kunnen in het buitenland gaan pronken met onze flexibiliteit.

  • Opnieuw dreigingen met jobverlies bij VW-Vorst

    Zaterdagmorgen brachten verschillende kranten in België en Duitsland het nieuws dat Volkswagen een vijfde van haar personeel in België, Spanje en Portugal wil ontslaan. Deze besparing is een gevolg van het “akkoord” dat de directie van VW in Duitsland heeft afgesloten met de vakbondstop: de Duitse werknemers van Volkswagen moeten voortaan langer werken voor hetzelfde loon, in ruil voor het behoud van de werkgelegenheid. Doordat hierdoor meer wagens zullen geproduceerd worden in Duitsland, moeten de andere Europese fabrieken fors inleveren.

    Tim Joosen

    In de artikels in de Belgische kranten De Tijd, De Standaard, L’Echo en Het Nieuwsblad wordt verwezen naar een interview met de personeelsdirecteur van VW met een aantal Duitse kranten, waarin wordt gesproken over mogelijks 2400 afdankingen, waarvan een duizendtal in Vorst. Dit cijfer past binnen de 500 tot 1500 ontslagen in Vorst waarover al enkele maanden geruchten de ronde doen. De directie van het bedrijf weigert voorlopig te reageren, en zal op de internationale ondernemingsraad van 17 november het exacte aantal ontslagen kenbaar maken, en wáár die precies zullen vallen.

    Deze nieuwe saneringsronde past in de strategie winstmaximalisatie die het bedrijf doorvoert. De verkoop van de automerken die Volkswagen bezit gaat al enkele jaren in stijgende lijn: het voorbije kwartaal verkocht het merk 1,4 miljoen auto’s, een stijging van 7,1% tegenover vorig jaar.

    Tegelijkertijd blijft het bedrijf megawinsten scoren: het voorbije kwartaal steeg de winst met 89,5% tot 991 miljoen euro! De nettowinst kwam wel een pak lager uit, doordat het bedrijf 668 miljoen euro uittrok om een zware herstructurering in Duitsland te financieren. Met die herstructurering beoogt het management tegen 2008 een nettowinst van 5,1 miljard euro te kunnen behalen!

    De manier waarop de internationale directie van VW tot dit cijfer wil komen is het personeel van verschillende vestigingen tegen elkaar opzetten, om zo de uitbuitingsgraad op te drijven. In Duitsland bedreigde Volkswagen haar arbeiders zo lang met ontslagen, dat de vakbondsleiding uiteindelijk een fikse verhoging van de werkweek goedkeurde, zonder loonsverhoging, van 28,8 naar 35 uur. Ondertussen gaat de bedrijfsleiding verder met het verspreiden van geruchten over mogelijke ontslagen, om zo de druk op haar arbeiders te verhogen.

    De vraag die zich stelt is welke strategie tegenover deze patronale agressie moet worden naar voren gesteld. De vakbondsleiding in België roept op om “zo braaf mogelijk” te zijn, en hoopt op die manier ontslagen in Vorst te vermijden. De vakbond probeert te wijzen op de enorme voordelen die de vestiging in Vorst biedt op het gebied van productiviteit en flexibiliteit. Daartegenover misbruikt de directie elk teken van zwakte vanuit vakbondszijde om hardere eisen naar voren te stellen.

    Het voorbeeld van Renault Vilvoorde heeft aangetoond dat makke vakbonden geen garantie zijn op het behoud van de werkgelegenheid. Het belangrijkste argument voor de Renault-directie om enkele jaren geleden net de “voorbeeldige” vestiging in Vilvoorde te sluiten, was dat ze daar het minste verzet verwachtte. Speelt VW vandaag hetzelfde vuile spelletje, en zijn de ballonnetjes die worden opgelaten over jobverlies enkel een middel om de strijdbaarheid van de vakbonden – of het gebrek daaraan – te testen?

    Opnieuw stelt de nood aan de uitbouw van een sterke syndicale tegenmacht op Europees niveau. Enkel op die manier kan de verdeel-en-heers strategie van multinationals zoals Volkswagen worden doorbroken. In plaats van de hoofden in het zand te stoppen in de hoop dat de dreiging zo ongemerkt zal voorbijgaan, is een strijdbaar actieplan nodig tegen de ontslagen die Volkswagen op 17 november zal aankondigen, waar die ook mogen vallen!

  • Loonoverleg: cadeaus aan het patronaat, verdere inleveringen voor de arbeiders?

    Loonoverleg: cadeaus aan het patronaat, verdere inleveringen voor de arbeiders?

    Als we de “State of the union” van Verhofstadt mogen geloven, dan hebben de mensen vandaag meer geld in hun zakken dan vroeger. Hij stelt dat dit geen belofte is, maar een feit. Met wie zijn voeten speelt hij eigenlijk? Het zou immers correcter zijn om te zeggen dat een kleine minderheid van de bevolking meer geld bezit en dat de meerderheid van de bevolking daarvoor heeft moeten opdraaien.

    Cédric Gérôme

    “De economie doet het goed”, stelt de premier. Vanuit het perspectief van het patronaat is dit uiteraard waar. De winsten van de grote ondernemingen zijn fors toegenomen. In vergelijking met het eerste kwartaal van 2005 zijn de winsten van de 20 belangrijkste beursgenoteerde bedrijven in het eerste kwartaal van 2006 met 56% gestegen.

    In tegenstelling tot wat Verhofstadt echter zegt, daalt onze koopkracht jaar na jaar. De laatste 25 jaar is de koopkracht van onze lonen en uitkeringen in reële termen naar schatting met zowat 20% gedaald.

    In plaats van daar iets aan te doen, komen er enkel nieuwe cadeaus voor het patronaat. De patroonsfederatie Agoria stelde dat het tevreden was met de verdubbeling van de lastenverlagingen op ploegen- en nachtarbeid. Ze voegde er echter onmiddellijk aan toe dat die maatregel geen garantie biedt voor het behoud van arbeidsplaatsen. Dat is niet nieuw: de cadeaus worden gretig in ontvangst genomen door het patronaat, maar daar staat niets tegenover.

    Ook voor de loonsonderhandeling dit najaar lijkt de inzet opnieuw te bestaan uit verdere dalingen van de loonkosten voor het patronaat, tegenover een uiterst beperkte stijging van onze lonen. Of die er – door de uitholling van de index – reëel komt, valt nog af te wachten. Dit wordt met de stilzwijgende steun van de vakbondsleidingen naar voor gebracht in de discussie rond een nieuw interprofessioneel akkoord.

    Het ongenoegen zit nochtans diep. Verhofstadt stelde in het parlement: “Er bestaan twee manieren om aan politiek te doen: of men kan zich mee laten leiden met de stroom, of men kan de rol van kapitein opnemen en het schip in een bepaalde richting sturen, zelfs al moet men soms een storm trotseren om daar te geraken.” De storm van oktober vorig jaar staat nog vers in het geheugen gegrift. Er waren toen twee actiedagen tegen het Generatiepact.

    Door die beweging tegen het Generatiepact was de ruimte voor toegevingen door de vakbondsleidingen beperkter. Daarenboven komen er verkiezingen aan in 2007, waardoor een harde algemene aanval niet op een goed moment zou komen voor de politici.

    De politici, het patronaat en de vakbondsleidingen willen geen herhaling van de beweging tegen het Generatiepact of van de betoging tegen de voorstellen voor het vorige IPA. Dat leidde immers tot een betoging met 50.000 deelnemers in Brussel in december 2004.

    Jean-Claude Daoust, voorzitter van het VBO, verklaarde reeds: “Ik nodig mijn vakbondscollega’s uit om het sereen onderhandelingsklimaat van de afgelopen maanden te behouden.” De leiders van de vakbonden hebben deze boodschap begrepen. Het is alleen nog de vraag of de militanten het op dezelfde manier zullen begrijpen.

    Er zal geprobeerd worden om ons te laten betalen voor de recordwinsten. “Herstel van de competitiviteit”, noemen ze dat. Om tegen die logica in te gaan, zal er strijd nodig zijn. Zowel op syndicaal als op politiek vlak. Nadat de beweging tegen het Generatiepact door geen enkele grote partij werd gesteund, zal hetzelfde gebeuren met de verdediging van onze lonen. Daarom is er meer dan ooit nood aan een nieuwe formatie, die wel opkomt voor de verdediging van onze levensstandaard!

  • Oproep voor nieuwe actie naar aanleiding van ontslagen delegee bij Veolia

    Bij Biffa, een afvalverwerkend bedrijf dat recent werd overgenomen door Veolia werd in september een delegee van BBTK afgedankt onder het voorwendsel dat deze ongewettigd afwezig was geweest. Nochtans had de delegee vooraf een ziektebriefje ingeleverd. De directie lijkt er echter alles aan te willen doen om de delegee buiten te krijgen. Op 9 oktober werd daartegen reeds geprotesteerd aan de Antwerpse rechtbank. Op 13 november komt de zaak opnieuw voor.

    ABVV en ACV reageerden gezamenlijk met een oproep tot solidariteit bij de zitting van 13 november. Ook op 9 oktober voerden een 50-tal militanten van beide vakbonden reeds actie. Hieronder vind je de oproep die werd gedaan door de bonden.

    De directie van Veolia wil niet ophouden

    Op 14 september startte de directie van Veolia een procedure tot afdanking wegens zware fout van één van jullie afgevaardigden, Frank Van Roy. Volgens de directie zou hij een ziektebriefje vervalst hebben. Ze heeft daarvan geen enkel bewijs.

    Op maandag 9 oktober kwamen een 50-tal werknemers van Veolia en andere bedrijven bijeen op de arbeidsrechtbank te Antwerpen om Frank te ondersteunen.

    De directie bleek niet bereid om de procedure stop te zetten. Frank wordt nog steeds bedreigd met broodroof.

    Wat zit daar achter? Is de recente overname van Biffa door Veolia het begin van een herstructurering? Kaarten op tafel directie.

    Aanstaande maandag 13 november komt de zaak opnieuw voor.

    Iedereen van Veolia die wil meegaan naar de rechtbank krijgt een stakingsvergoeding. Spreek af met je vakbondsafgevaardigde om de verplaatsing te maken

    Samenkomst:

    Maandag 13 november, 14.45 h.

    Inkomhal rechtbank Antwerpen

    Bolivarplein

    Kan je zelf ook aanwezig zijn? Aarzel dan niet om je solidariteit te komen betuigen!

  • Politievakbond bereid om stakingsrecht in te perken?

    Cipiers kunnen bij een staking niet opgevorderd worden. De politie wordt meestal ingezet om de cipiers te vervangen. De nationale voorzitter van het NSPV (Nationaal Syndicaal van het Politie- en Veiligheidspersoneel) en zijn liberale vriendjes willen daar verandering in brengen. De politievakbond NSPV dreigt met tegenacties tegen stakende cipiers. In de maand december zullen ze geen stakende cipiers vervangen. En dat niet bepaald uit solidariteit.

    Peter Vanderputte, vakbondsmilitant openbare diensten

    De voorzitter van de NSPV stelt dat de cipiers elk jaar in de eindejaarsperiode dreigen met stakingsacties omwille van het tekort aan personeel en de overbevolking in de gevangenissen. Hij stelt dat de politie het beu is om telkens in te springen.

    Daarom wil de NSPV het stakingsrecht van de cipiers aan banden leggen. In een persbericht werd gesteld: “Wij meenden te hebben begrepen dat de cipiers alvorens tot stakingen over te gaan een minimumperiode van 48 uren zouden in acht nemen ten einde het overleg een kans op slagen te geven. Wij eisen dat de periode van 48 uur gerespecteerd wordt, dat er een minimale bezetting van de cipiers op de arbeidsvloer wettelijk wordt vastgelegd, dat er een opvorderingrecht en –plicht wordt voorzien voor bepaalde sleutelfuncties binnen de gevangenissen. Het NSPV heeft alle begrip voor syndicale acties maar kan absoluut niet tolereren dat een gegeven woord niet wordt nageleefd en nog minder dat de Minister van Justitie dit laat gebeuren ten koste van de veiligheid van de bevolking maar ook ten koste van het sociaal leven van de politieambtenaren.”

    Er moet echter opgemerkt worden dat de minimumperiode van 48 uren niet aanvaard werd door alle vakbonden. Zo sprak het ACOD zich uit tegen deze manier van werken omdat het een beperking van het stakingsrecht vormt. Deze regel is een wapen in handen van de overheid om iedere vorm van spontane directe actie te verhinderen. Nochtans is dat soms nodig in de vakbondsstrijd van cipiers om bepaalde eisen af te dwingen.

    De nationale voorzitter van de NSPV lijkt de retoriek van VLD’er Fons Borgignon over te nemen inzake het opvorderingrecht. Toen de Antwerpse cipiers enkele wekenlang actie voerden, diende Borgignon als voorzitter van de Commissie Justitie in de Kamer een wetsvoorstel in om het opvorderingrecht vast te leggen. In het voorstel was er een bepaling om een minimale dienstverlening op te leggen naar analogie met de dienstverlening van politiemensen. Bovendien moet een staking op voorhand worden aangevraagd en heeft de minister van Justitie de bevoegdheid om te bepalen welk deel van het personeel toch zou moeten verder werken. Het wetsvoorstel van eind 2005 is nog steeds “in behandeling”.

    De NSPV-voorzitter stelde: “De cipiers smeren het ons vooral tussen Kerstmis en nieuwjaar aan. Zij gaan dan naar huis en vieren feest, terwijl onze agenten hun werk moeten doen. Dan nog dat de cipiers naar huis gaan en feest vieren.” Het klopt dat er verschillende stakingen of stakingsdreigingen geweest zijn in de eindejaarsperiode. Dat heeft echter niets te maken met het feestvieren van de cipiers, maar met het opvoeren van de druk tegenover de directie en de overheid.

    Het is belangrijk om bij stakingsacties ook rekening te houden met dergelijke externe factoren. Zo was er in 2002 een staking in de Brugse gevangenis toen de stad Culturele Hoofdstad van Europa was. Op dat moment was er in de gevangenis een theatervoorstelling voor een select publiek. Dat kon evenwel niet doorgaan omwille van een goed georganiseerde stakerspost. De media-aandacht naar aanleiding hiervan, versterkte de druk op de overheid en de directie. Verschillende productielijnen van bedrijven uit het Brugse dreigden stil te vallen want de broodnodige onderdelen die in de werkplaatsen in de gevangenis, aan hongerlonen werden verwerkt, konden niet geleverd worden. Een persoonlijke tussenkomst (met een dreigende ondertoon) van de Brugse burgemeester om de goederen de gevangenis buiten te laten werd met een unanieme neen door de stakers beantwoord.

    Er werd door enkelen gedacht om tijdens de wielerwedstrijd "de Ronde van Vlaanderen" de eisen kracht bij te zetten. De overheid kreeg het waanzinnige idee om het waterkanon en verschillende gevechtseenheden naar het piket te sturen. Tegen het moment dat het kanon en de eenheden aankwamen was het piket reeds verdubbeld in aantal. De overheid, directie en burgemeester zagen met lede ogen aan dat een zware machtsvertoon niet hielp maar zou leiden tot zware schermutselingen met gewonden. Omdat de stakerspost goed georganiseerd was, moesten ze afdruipen en werden de eisen uiteindelijk ingewilligd.

    Strijd loont, ook voor cipiers en gevangenispersoneel. Een aanval op hun stakingsrecht zal steevast als precedent gebruikt worden om ook het stakingsrecht in andere sectoren aan te pakken. Dat mogen we niet toelaten!

    Lees meer:

  • Loononderhandelingen: patroons boeken recordwinsten, maar willen meer

    Antwoord op een lezersbrief van het VBO

    Op 6 oktober ontving onze redactie een e-mail van een voor ons ongebruikelijke correspondent. De informatiedienst van het VBO (Verbond van Belgische Ondernemingen) stuurde ons een lezersbrief met de vraag tot een rechtzetting. Er was volgens het VBO een “fout” geslopen in een artikel op onze website. Daarin hadden we het aangedurfd om de “inhaligheid” van het VBO en de topmanagers aan de kaak te stellen (door onder meer te wijzen op de loonsstijging van de directieleden van Bel-20 bedrijven). We wisten al dat de artikels op onze website een ruim lezerspubliek hebben, maar niet dat onze argumentatie ook gevolgd wordt door het patronaat.

    Peter Delsing

    Topmanagers: arme stakkers?

    Het VBO schreef ons: “Beste redactie van de Linkse Socialistische Partij, onderstaand artikel hebben we met aandacht gelezen. Graag wijzen we erop dat de bewering dat de lonen van de directieleden van de BEL-20 bedrijven in 2005 met 12% zouden zijn gestegen (cfr. Trends) volledig achterhaald is.”

    Waren het ineens “arme stakkers” geworden, nu de IPA-onderhandelingen met de vakbonden in het verschiet lagen? Daar leek het toch op: “De redacteur van Trends heeft enkele weken later in een rechtzetting erkend dat zijn berekeningen fout waren en dat de werkelijke stijging van de toplonen amper 2% bedroeg, minder dan de inflatie dus. Het lijkt ons dan ook aangewezen dat u uw lezers van deze rechtzetting op de hoogte zou brengen.”

    Tot daar onze kortstondige correspondentie met de heersende klasse. Maar is het correct dat de topmanagers en een laag van superrijken, vanwege “de inflatie”, het beleg tussen hun boterhammen niet meer verdienen?

    De reële wereld: patroons slokken grotere winsten op dan ooit

    Vanaf november starten in ons land de loononderhandelingen tussen de vakbonden en het patronaat. De inzet is – dat weten ze bij het VBO ook – niet gering. Komt de onderhuidse woede van vele werkenden en vakbondsmilitanten weer boven, een jaar na de beweging tegen het Generatiepact, die ondemocratisch door de vakbondstop werd stilgelegd? Of slagen de patroons erin om de massa van de loontrekkenden opnieuw voor hun reusachtige winsten te laten opdraaien, ten koste van een dalende koopkracht en groeiende miserie? Dit laatste is de dominante trend van de laatste 10, en eigenlijk 25 jaar. Sinds het begin van de neoliberale politiek, gericht op besparingen en loonmatiging, vond er een immense overdracht van rijkdom van de werkende bevolking naar de rijken plaats. In 1981, het startpunt van dat beleid en een economisch crisisjaar, werd er 20 miljard Belgische frank winst gemaakt door de bedrijven. In 1987 was dat, in dezelfde prijzen (dus met de inflatie al afgetrokken), zo’n 8 keer meer: 167 miljard frank.

    We maken een sprong, naar 10 jaar later: in 1997 zijn de winsten, met dank aan het neoliberale besparingsbeleid, toegenomen tot 1240 miljard frank. Tussen 1981 en 1997 waren de prijzen echter gestegen (inflatie) met ongeveer 60%. Om te vergelijken met 1981: die 1240 miljard frank zijn er 775 miljard in de oude prijzen. In 1997 kenden de winsten bijna een verviervoudiging, in vergelijking met 10 jaar eerder.

    Om het argument door te trekken: bij het VBO zouden ze toch moeten weten dat tijdens dit decennium, ondanks de zwakkere groei, de patroons hun winsten niet meteen zagen ineenstorten? Tegen 2003 lagen de bedrijfswinsten op 37 miljard euro! Met de inflatie afgetrokken kom je dan op ongeveer 870 miljard oude frank uit (in prijzen van 1981). Samengevat: de patroons hebben hun winsten sinds het begin van het neoliberale beleid zien exploderen met – bij benadering – factor 8 tot 1987, met factor 38 tot 1997, en met factor 43 tot 2003.

    Koopkracht daalt, winsten stijgen

    Ook de laatste jaren boeren de bazen niet slecht. 97 ondernemingen die hun boekjaar eind 2005 afsloten, rapporteerden een gezamenlijke nettowinst van 18 miljard euro, een stijging van 31% tegenover 2004. In 2005 gingen de winsten van banken als Dexia en KBC er met respectievelijk 12% en 39% op vooruit.

    Wie zijn of haar loonbriefje dezelfde ontwikkeling zag volgen, mag z’n vinger opsteken. Volgens studies daalde de koopkracht van arbeiders de afgelopen 10 jaar met gemiddeld 2,08%, van ambtenaren met 2,28% en van niet-werkenden met 2,61% à 3,25%. De uitholling van de index zorgt al jarenlang voor een ondermijning van onze koopkracht. Wellicht zijn deze percentages nog een onderschatting, aangezien het gewicht van de woon- en huurkosten in de huidige index niet volwaardig worden verrekend.

    Topmanager: 1,5 miljoen euro per jaar. En u?

    De CEO van een Bel-20 bedrijf steekt gemiddeld 1,5 miljoen euro per jaar op zak. En toch vindt Pieter Timmermans, VBO-topman, dat de “lonen van de werknemers” de afgelopen jaren “te sterk zijn gestegen”. Hij bedoelt eigenlijk: niet snel genoeg in reële koopkracht zijn gezakt.

    We moeten een reële loonstijging eisen: de bazen en de grote aandeelhouders hebben hun deel van de koek de afgelopen decennia enorm vergroot. Hun winsthonger tegenover “de concurrentie” drijft de maatschappij in een absurde logica. Meer rijkdom aan de ene kant, meer armoede en dalende koopkracht aan de andere kant. We moeten ons verzetten tegen “enkel een indexering van de nettolonen” (Voka), wat de sociale zekerheid ondermijnt. De vakbondstop mag zich ook niet met een kluitje – enkel reële koopkrachtverhoging voor een kleine minderheid, van de minst betaalde arbeiders – in het riet laten sturen.

    De strijdbaarheid was er vorig jaar, rond het Generatiepact. Laat ons – als er opnieuw een beweging ontwikkelt -nu de democratische kanalen creëren, binnen de vakbonden en in de bedrijven, om de vakbonden tot onze eigen instrumenten van strijd te maken. De creatie van een nieuwe arbeiderspartij, na de conferentie van 28 oktober, zou – door een actieve bundeling van strijdsyndicalisten – dit proces enorm kunnen versnellen.

  • Kinesitherapeuten protesteren tegen plan Demotte

    Minister van volksgezondheid Demotte voerde een "uitgangsexamen" voor kinesitherapeuten in. Dit betekent dat afgestudeerde kiné’s een theoretisch examen moeten afleggen om toegang te krijgen tot de arbeidsmarkt. Slechts de 270 beste Vlaamse kiné’s krijgen een RIZIV nummer waardoor ze zorgverstrekkingen mogen uitvoeren tegen terugbetalingstarief. Voor de Waalse kiné’s zijn dit er 180. Andere afgestudeerden kunnen hun job niet uitoefenen…

    Stefanie Deberdt

    Deze maatregel zorgde voor protest. Vorig jaar is er reeds een actie geweest aan het gebouw waar het examen doorging. Vorige vrijdag was er een betoging in Leuven. We spraken zowel met de verantwoordelijke voor de actie van Leuven als met de delegatie van de VUB.

    De verantwoordelijke van Leuven, Ken, legde ons de actie uit: "De bedoeling van de actie is het intrekken van het uitgangsexamen, zeker omdat het cijfer waarop de minister zijn plan op baseerde fout is, hij houdt onder andere geen rekening met de kiné’s die in het buitenland actief zijn. "

    Hoe hebben jullie gemobiliseerd?

    "We hebben pas 10 dagen geleden beslist om een betoging te organiseren en daarom was het moeilijk om enorm veel volk bij elkaar te krijgen. We hebben de andere instellingen ook gecontacteerd en vandaar dat er ook een delegatie van de VUB aanwezig is.

    "Ook hebben we getracht de andere studentenkringen mee te krijgen, de meeste grote kringen zijn daarom nu ook aanwezig , zoals psychologie,de burgerlijk ingenieurs, pedagogie,… We hebben een presentatie op de LOKO vergadering gegeven en LOKO staat officieel achter de actie."

    Hoe zien jullie het verder evolueren, wat zijn de perspectieven?

    "We moeten zien dat de beweging hier niet eindigt, na de actie van vorig jaar is dat wel gebeurt en we moeten dit vermijden .We zijn van plan om ieder jaar een actie te organiseren. Nu we proberen ook langs diplomatieke weg iets te bereiken. Via de decaan die gaat praten met de minister proberen we het examen afgeschaft te krijgen.

    De reactie van de VUB delegatie:

    "We hebben ongeveer een 100 tal mensen mee gekregen naar de betoging hier. Het uitgangsexamen moet worden afgeschaft. Ook zijn er nog een aantal argumenten waarom we tegen het examen zijn: we zitten met de vergrijzing van de bevolking wat maakt dat steeds meer mensen kiné nodig hebben plus er zijn nog altijd vacatures open voor kinesitherapeuten dus zeggen dat er teveel zijn, is absurd."

    De Leuvense afdeling van de Actief Linkse Studenten is de betoging gaan ondersteunen. Een uitgangsexamen is allereerst gewoonweg grof: je studeert eerst een paar jaar en als je dan niet tot de beste studenten behoort, krijg je geen toestemming om te gaan werken. Het aantal open vacatures toont duidelijk aan dat er een tekort is aan kinesitherapeuten, geen overschot.

    Het is een goede stap om te proberen andere studenten mee te krijgen, want alleen door solidariteit onder de studenten en personeel kan er iets bereikt worden. Het politieke bewustzijn op de betoging lag vrij laag en vele studenten zien hun strijd als iets losstaand van de rest van het onderwijs. Dit moet doorbroken worden, want we zien een veralgemeende aanval op het hoger onderwijs met het plan Vandenbroucke.

    Vandenbroucke wil het hoger onderwijs “rationaliseren”, met andere woorden afslanken. Per richting zou er maar één instelling zijn die de richting inricht, wat voor personeel én studenten nefast zal zijn. Er zal minder personeel nodig zijn om de richtingen te voorzien en studenten zullen in nog grotere groepen onderwijs moeten volgen. Pedagogisch is dit niet verantwoord aangezien het bewezen is dat lesgeven in kleinere groepen beter is voor de studenten. Ook zullen richtingen die niet direct marktgericht zijn, zoals vele humane wetenschappen, hun subsidiëring zien verminderen. Hierdoor zullen maatschappelijk noodzakelijke functies, zoals die van kinesitherapeuten, niet langer in voldoende mate vervuld worden.

    De vraag is hoe we de strijd zullen winnen. We moeten ons geen illusies maken in de top van de universiteit, die stond achter het plan Vandenbroucke en gaat hier dus zeker niet tegenin. Er is nood aan een uitbreiding naar alle studenten en ook naar de werkenden. Want alleen een combinatie van die twee groepen kan iets fundamenteel veranderen.

    We moeten blijven vechten tegen het plan Vandenbroucke en voor democratisch en kwalitatief onderwijs op alle niveaus, om zo aan de noden en behoeften van de bevolking tegemoet te komen!

  • ABVV en ACV: breek de banden met de traditionele partijen!

    In het najaar zijn niet enkel de loonsonderhandelingen belangrijk voor syndicale militanten. Er was reeds het ACV-congres en straks is er ook een enquête gepland onder de leden van het Vlaamse ABVV over de verhouding tot politieke partijen, SP.a en PS in het bijzonder.

    Geert Cool

    “Bevoorrechte partners”?

    Het feit dat het Vlaamse ABVV aankondigde een enquête te houden onder haar leden was een gevolg van de beweging tegen het Generatiepact. In de discussie over de hervorming van het brugpensioen bleek dat de oorspronkelijke voorstellen uit sociaal-democratische hoek kwamen. De acties tegen het Generatiepact werden uiteraard niet gesteund door de politieke “partners” van de vakbonden.

    Het ABVV is nog steeds vertegenwoordigd in het partijbureau van SP.a en PS. Bij het ACV verlopen de banden met CD&V iets minder formeel. De voormalige ABVV-voorzitster, Mia De Vits, koos voor een politieke loopbaan als Europarlementslid voor de SP.a. Bij de voorbije gemeenteraadsverkiezingen kwam ze in Gooik op als lijsttrekster van een kartel van SP.a, Groen én VLD…

    Met de gemeenteraadsverkiezingen stonden zowel Dirk Schoeters als Mil Kooyman op een SP.a-lijst. Beiden zijn gewestelijk ABVV-secretaris van respectievelijk Antwerpen en Scheldeland. Hun aantal voorkeurstemmen was teleurstellend (496 en 651). Volgens Kooyman kwam dit deels door “de onduidelijkheid over de relatie met de politiek binnen het ABVV.” Kooyman vreest dat het slechte resultaat ertoe zal leiden dat de SP.a niet eens nog de moeite zal doen om ABVV-figuren op de lijsten te zetten.

    Elders zijn de banden tussen de ABVV-leiding en de SP.a/PS soms minder direct, maar blijft de sociaal-democratie de “bevoorrechte partner”. Wij vinden dat het nodig is om daarmee te breken. Een band met neoliberale partijen is niet nuttig om de belangen van de arbeiders en hun gezinnen te verdedigen. Integendeel, die band wordt door de sociaal-democratie enkel gebruikt om de ontwikkeling van strijdbewegingen af te remmen.

    Dat wil echter niet zeggen dat vakbondsmilitanten moeten pleiten voor een “apolitieke” opstelling. De meeste vakbondseisen hebben een uitgesproken politieke inhoud. Om deze eisen af te dwingen, is er nood aan een politiek verlengstuk. Zonder een dergelijk verlengstuk staat syndicale strijd zwakker. Maar dan moet er wel een verlengstuk zijn die politieke posities verdedigt die in het “verlengde” liggen van waar de vakbonden voor opkomen!

    Vakbondsleidingen aanvaarden neoliberale logica

    In plaats van de bekommernissen van de vakbondsleden ook politiek te verdedigen, zien we dat de vakbondsleiding eerder de neoliberale logica van de politieke partners overneemt. Het recente akkoord van de “Groep van 10” was daar een duidelijk voorbeeld van.

    Op 20 september kwamen de sociale partners plots naar buiten met een zogenaamd “septemberakkoord van de groep van 10”. Toen dit akkoord op 22 september werd besproken in het federaal ABVV-bureau, wisten veel leden van dat bureau nog niet de welvaartvastheid van de uitkeringen werd gekoppeld aan verdere lastenverlagingen op ploegenarbeid en aan het goedkoper maken van overuren.

    Los van enige interne democratie en inspraak werd dat akkoord opgedrongen aan de vakbondsleden. Het aanvaarden van lastenverlagingen op ploegenarbeid en het goedkoper maken van overuren, betekent akkoord gaan met meer cadeaus voor het patronaat en het versterken van de flexibiliteit.

    ACV-voorzitter Luc Cortebeeck aanvaardt uitdrukkelijk het opdrijven de flexibiliteit. In Trends (13.10) verklaarde hij: “Collectieve arbeidsduurvermindering biedt vandaag geen oplossing. We kunnen beter nadenken over hoe we de flexibiliteit die werkgevers vragen, kunnen koppelen aan de privéflexibiliteit in onze gezinnen.” Het gaat dus niet meer om het formuleren van alternatieven, maar om het opvangen van de eisen van het patronaat met een poging om die in een sociaal kleedje te stoppen.

    Dat is een doodlopend straatje. Er kan geprobeerd worden om de inhaligheid van het patronaat wat te temperen of sociaal in te kleuren, maar dat zal niet leiden tot zachtere voorstellen van dat patronaat. Integendeel, als het patronaat merkt dat het zaken kan afdwingen, wil het enkel nog meer.

    We zagen dit bijvoorbeeld met de uitspraken van Volvo-topman Peter Leyman in Vacature (21.10). Leyman stelde dat het Generatiepact niet ver genoeg ging, en dat er “minstens 50 Generatiepacten nodig zijn”. Over de lonen stelt hij: “We zijn ietwat doorgeschoten in onze welvaart en ik vrees dat we nu voor een periode van nivellering staan. (…) We kunnen niet verwachten dat we elk jaar meer gaan verdienen, minder gaan werken en tegelijk almaar goedkopere producten van over de hele wereld in de winkelrekken vinden.”

    Tegenmacht nodig

    Luc Cortebeeck heeft gelijk als hij stelt dat er nood is aan een tegenmacht. Alleen bouw je geen tegenmacht uit als je de logica van je tegenstanders aanvaardt of gedeeltelijk overneemt.

    Nochtans beseft Cortebeeck dat er heel wat uitdagingen zijn. Hij stelde op het ACV-congres dat er op politiek vlak sprake is van heel wat populisme “dat de zwakkeren wil verantwoordelijk stellen voor hun eigen problemen. Dat de solidariteit wil vervangen door liefdadigheid. En dat, na de overheidsgebouwen te hebben verkwanseld, nu ook het monument van de sociale zekerheid wil versjacheren aan privé-verzekaars.”

    De verkiezingen van 2007 kunnen de hardste aanvallen nog wat uitstellen, maar in dit geval zal uitstel niet tot afstel leiden. Het zal nodig zijn om een tegenmacht uit te bouwen en dat kan het beste door het verzet te organiseren tegen de neoliberale logica.

    Strijdbare syndicalisten zullen zich moeten organiseren om op te komen voor vakbondsdemocratie (tegen de geheime akkoorden zoals het septemberakkoord in) en voor een strijdbare opstelling waar de belangen van de arbeiders en hun gezinnen centraal staan en niet die van het patronaat.

    Het Comité voor een Andere Politiek (CAP) kan daar een rol in spelen. Er zijn heel wat militanten en delegees actief in het CAP. Op basis van gezamenlijke discussies in het CAP kan ook gebouwd worden aan een netwerk van strijdbare syndicalisten dat in staat is om wat leeft aan de basis georganiseerd naar voor te brengen in de vakbonden en naar buiten uit.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop