Category: Op de werkvloer

  • Ontslaggolf in de tech-sector

    Na de dotcom-zeepbel die in het jaar 2000 barstte en een ontslaggolf aan het begin van de coronacrisis, is een nieuwe ontslaggolf bezig in de tech-sector. Deze ontslaggolf begon in de lente van 2022 in de kleinere bedrijven, en bereikte in oktober 2022 ook de grotere bedrijven. In totaal verdwenen er wereldwijd 161.000 jobs in de tech-sector in 2022, waarvan de helft in het laatste kwartaal. Voor 2023 staat momenteel de teller nu al (eind februari) op 118.000 verdwenen jobs.

    Door een werknemer in de sector

    Redenen

    Waarom verdwijnen er nu zo massaal jobs in de tech sector? Zitten die bedrijven plotseling in moeilijkheden?

    Voor sommige van de kleinere startups is dat misschien het geval: vaak hebben zulke bedrijven geen winstgevend businessmodel en zijn ze volledig afhankelijk van “durfkapitaal” (venture capital). Als dat ineens opdroogt — omdat andere investeringen, zoals pakweg wapenhandel, interessanter worden — dan zitten ze natuurlijk met een groot probleem.

    Maar voor de grotere bedrijven is dat niet wat er aan de hand is. Neem bijvoorbeeld Google. In 2022 maakte Google 60 miljard dollar winst. Toegegeven, het jaar ervoor, in 2021 deden ze het nog iets beter (76 miljard winst), maar tegenover 2020 (40 miljard) en alle jaren daarvoor (34 miljard in 2019, 30 miljard in 2018) is er nog steeds een forse groei van de winst. Nadat Google in 2022 voor 70 miljard aan eigen aandelen teruggekocht heeft om de aandeelhouders te plezieren (zie kader), zit het bedrijf nog steeds op een cashberg van 110 miljard. Financieel kerngezond dus. Toch kondigde Google op 20 januari 12.000 ontslagen aan. De verwachte besparing die dat oplevert in personeelskosten: 4,6 miljard per jaar. Als je dat cijfer naast de 110 miljard cashreserve, 70 miljard stock buybacks en 60 miljard winst zet, is het direct duidelijk dat het niet echt nodig was.

    Stock buybacks, wat is dat?
    Grote bedrijven met geld teveel kiezen er tegenwoordig vaak voor om hun eigen aandelen terug te kopen (stock buybacks). Tot in 1982 werd dat in de VS als een illegale vorm van beursmanipulatie beschouwd, maar Ronald Reagan legaliseerde het, en intussen doen zo goed als alle grote bedrijven het, zeker in de tech-sector. Door aandelen terug te kopen, vermindert het aantal aandelen op de beurs, waardoor de resterende aandelen meer waard worden. Het is dus vooral een manier om de aandeelhouders rijker te maken — stock buyback wordt soms omschreven als een fiscaal voordelige vorm van dividenden uitkeren aan aandeelhouders. Waarom kiezen bedrijven daarvoor, in plaats van hun winst te gebruiken voor investeringen of loonsverhogingen? Een deel van de verklaring is dat managers doorgaans verloond worden in verhouding tot de EPS: earnings per share, de winst per aandeel. Ze verdienen dus zelf meer als ze ervoor zorgen dat de winst omhoog gaat (bijvoorbeeld door de personeelskost te verlagen), maar ook als ze ervoor zorgen dat het aantal aandelen daalt, want dan gaat de EPS omhoog, zelfs als de winst gelijk blijft. Managers voeren dus graag stock buybacks door, want daarmee maken ze zowel zichzelf als de aandeelhouders rijker.

    Kapitalisme is irrationeel

    Waarom worden er dan toch zoveel tech-werkers ontslagen als het helemaal niet nodig is?

    Volgens economieprofessor Jeffrey Pfeffer van de Stanford Graduate School of Business — niet meteen een links bastion — zijn de ontslagen een gevolg van imitatiegedrag en vanuit economisch standpunt helemaal niet rationeel. Bedrijfsleiders voeren ontslagen door omdat andere bedrijven dat ook doen, en de aandeelhouders vragen waarom zij achterblijven. Nochtans is het zelfs vanuit een kapitalistische logica geen goed idee om collectieve ontslagen door te voeren: het is vaak op termijn geen echte besparing (vaak worden ontslagen personeelsleden achteraf terug aangeworven als duurdere externe consultants), op de aandelenkoers heeft het meestal geen goed effect (want het geeft de indruk dat het bedrijf in moeilijkheden is), en de productiviteit gaat er doorgaans ook niet op vooruit. Vanuit (kapitalistisch) economisch standpunt is het gewoon een slechte beslissing om collectieve ontslagen door te voeren, aldus professor Pfeffer. Hij voegt er nog aan toe dat collectieve ontslagen ook letterlijk dodelijk zijn. Uit zijn onderzoek blijkt dat de kans op zelfmoord 2,5 keer zo groot wordt na ontslagen — en niet enkel in de VS, maar zelfs in landen met een degelijke sociale zekerheid is dat zo. Na een collectief ontslag stijgen de sterftecijfers over de volgende 20 jaar met 15 à 20 procent, o.a. ten gevolge van stress en depressie en een verhoging van ongezond gedrag zoals roken, drinken, pillen slikken en overmatig eten. Het is niet enkel ongezond voor degenen die ontslagen worden, maar ook voor degenen die achterblijven, en zelfs voor de managers die de ontslagen doorvoeren.

    Kortom: het is slecht voor het bedrijf, het is slecht voor de mensen, er is eigenlijk niets goed aan, en het is ook totaal niet nodig (de sector blijft bijzonder winstgevend), maar toch zijn er inmiddels al in meer dan 1000 tech bedrijven die collectieve ontslagen hebben doorgevoerd in het afgelopen half jaar, met een totaal verlies van meer dan 200.000 jobs. In een democratisch geplande economie zouden zulke irrationele beslissingen ondenkbaar zijn. Maar in het kapitalistisch systeem zijn we overgeleverd aan de grillen van de miljardairs, die als kippen zonder kop de laatste tech-hype volgen — of het nu NFTs, het metaversum of collectieve ontslagen zijn.

    Twitter

    Het schoolvoorbeeld van zo’n grillige miljardair is Elon Musk. Op 27 oktober 2022 kocht hij Twitter voor maar liefst 44 miljard dollar. Hij maakte zichzelf CEO en ontsloeg onmiddellijk 3700 werknemers, de helft van het personeel. Enkele teams die hij afgeschaft heeft: het team mensenrechten, het team “ethiek van machine learning en algoritmes”, en het team toegankelijkheid (dat o.a. Twitter toegankelijk maakt voor blinden en slechtzienden).

    Musk is zowat de slechtst denkbare werkgever: in al zijn bedrijven voert hij een schrikbewind waarbij hij verwacht dat alle werknemers krankzinnig hard en lang werken. Hij doet aan union busting en deinst er niet voor terug om iedereen die hem durft tegenspreken impulsief ter plekke te ontslaan. Bij Twitter gaf hij het personeel de keuze: ofwel “hardcore gaan” (lees: 80 uren per week werken), ofwel vertrekken. Onder degenen die overblijven zijn veel migranten die op basis van een H1B werkvisum in de VS verblijven. Als zij hun job verliezen, verliezen ze ook hun verblijfsvergunning als ze niet binnen de 60 dagen een nieuwe job vinden. Op dit moment is het uiteraard niet evident om werk te vinden in de tech-sector, en al zeker niet op zo’n korte tijd: vaak bestaat het aanwervingsproces uit meerdere rondes waardoor het maanden kan duren.

    Vakbonden in de tech-sector

    In de tech-sector is er geen traditie van syndicale strijd. De syndicalisatiegraad is er erg laag, en tot voor kort heerste bij veel werknemers in de sector het idee dat vakbonden “niet nodig zijn”, aangezien de lonen doorgaans hoog zijn en arbeidsvoorwaarden goed zijn. De huidige ontslaggolf – die nog niet voorbij is – brengt daar verandering in. Vakbonden worden opgericht, hetgeen op zich al een strijd vergt, zeker in de VS. Bij alle giganten – Amazon, Apple, Microsoft, Google – werden onlangs voor het eerst vakbonden opgericht in de VS. Naast de huidige ontslagen klagen ze ook de enorme loonspanning in de sector aan. Bij Google bijvoorbeeld zijn er voor sommige jobs zeer hoge lonen: het gemiddeld loon bij Google is een kleine $300.000 per jaar. Maar aan de onderkant van de piramide zijn er bijvoorbeeld de “raters”, die de zoekrobot, nog steeds het hoofdproduct van Google, moeten verbeteren. Zij moeten het stellen met een armoedig loon van $10 per uur.

    De Alphabet Workers Union (Alphabet is het holdingbedrijf waaronder Google zit) werd opgericht in 2021. Op 3 februari 2023 begon de eerste staking ooit bij Google, meer bepaald bij YouTube Music in Austin, Texas. Er werd daar in oktober 2022 een stemming aangevraagd om officieel een vakbond op te richten (in de VS is daar een stemming voor nodig). De werkgever reageerde door een “return to office” policy aan te kondigen. Een groot deel van het personeel werd echter aangeworven als thuiswerker en woont helemaal niet in de omgeving van het kantoor. In de praktijk betekent die “return to office” policy dat ze ontslag zouden moeten nemen. De staking is intussen al meer dan twee weken bezig. Intussen probeert de werkgever de staking te breken… door thuiswerk toe te laten voor stakingsbrekers.

    Voor steeds meer tech-werkers wordt het duidelijk dat vakbonden, organisatie en collectieve strijd nodig zijn om tegenwicht te kunnen bieden aan de onstilbare winsthonger van de miljardairs. Nieuwe syndicale methodes zullen ontwikkeld moeten worden om de strijd te kunnen winnen: klassieke stakerspiketten zullen niet volstaan om (thuiswerkende) stakingsbrekers op andere gedachten te brengen. Een nieuwe laag van de arbeidersklasse is aan het ontwaken en zal leren dat strijd loont!

  • Wij wensen Marc Leemans een deugddoend brugpensioen

    CD&V, N-VA en VLD willen brugpensioen afschaffen

    Over stikstof en landbouw vinden ze geen akkoord, maar om de werkende klasse aan te vallen hebben ze maar een paar minuten op Twitter nodig om het roerend eens te zijn. De partijen die voorheen de rechtse ‘Zweedse’ regering vormden en nog steeds de Vlaamse rolden over elkaars voeten in het veroordelen van het brugpensioen van ACV-voorzitter Marc Leemans. Die maakt gebruik van het SWT-stelsel om op 1 januari 2024, kort voor zijn 63ste verjaardag, te stoppen na ruim 40 jaar dienst. Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) werd tien jaar geleden ingevoerd als opvolger van het brugpensioen met als doel om de toegang ertoe moeilijker te maken.

    Zowat alle media vonden het nodig om het brugpensioen van Leemans te laten toelichten door vertegenwoordigers van rechtse partijen en dito ‘experts’. Wat hebben Geert Noels en Stijn Baert met het brugpensioen van Marc Leemans te maken? Niets, zou je denken. Behalve dat ze allemaal staan te springen om het te cancellen. N-VA riep meteen dat het SWT-stelsel moet afgeschaft worden. Vlaams parlementslid Ronse (N-VA) beschuldigde Leemans van “sociale fraude” omdat hij gebruik maakt van een wettelijk stelsel. Over de wellicht illegale pensioentoeslagen van de voormalige Kamervoorzitters De Croo en Bracke werd die beschuldiging niet bovengehaald en hoorden we de Noelsen en Baerts van de mediawereld nog niet. VLD-voorzitter Lachaert, master in sociale afbraak, meent dat de SWT-regeling van Leemans aantoont hoe “sommige vakbonden ons welvaartsmodel bedreigen.” CD&V-voorzitter Mahdi is het eens: “Totaal onverantwoord, dit is wraakroepend. Als sociale partner moet je het goede voorbeeld geven. Reden te meer om het brugpensioen af te schaffen.” Zo weten we wat rechts denkt van het brugpensioen: afschaffen die handel, allemaal werken tot 67 en liefst nog langer. Dat we gemiddeld gezond leven tot 64 jaar doet er voor hen niet toe. Hoe wereldvreemd zijn die politici?!

    Minister Van Peteghem, geen linkse rakker, moest erkennen dat er niets illegaal of abnormaal is aan het brugpensioen van Leemans. Overigens maken de bevriende werkgevers van de rechtse partijen regelmatig gebruik van SWT om oudere werknemers weg te krijgen en zo te besparen op de loonkosten. Als werkgever zou het ACV op het applaus van rechts kunnen rekenen, maar omdat het een vakbond is wordt alle bagger bovengehaald, inclusief aantoonbare laster over vermeende ‘sociale fraude’. Er zitten vandaag 57.000 mensen in SWT, dat is ongeveer 10% van de bevolking tussen 60 en 65, en dus nog een groter deel van de beroepsactieve bevolking in die tranche. Dat een vakbond dit toepast, is dus in geen enkele manier ‘uitzonderlijk’. 

    Rechts klaagt dat er sprake is van oneigenlijk gebruik van het stelsel omdat Leemans zelf aangeeft te willen vertrekken en het niet op vraag van zijn werkgever gebeurt. Die regel vat de hypocrisie van rechts samen: ze willen ons opleggen om langer te werken, maar tegelijk niet raken aan de mogelijkheid van de werkgevers om ouder en dus duurder personeel de laan uit te sturen. Over de werkbaarheid van werk en lange loopbanen van meer dan 40 jaar hoor je ze nooit. Er wordt geklaagd dat een deel van het brugpensioen uit de sociale zekerheidkas wordt betaald, terwijl die al zo zwaar onder druk staat. Dat het hun eigen beleid van cadeaus aan de werkgevers is die voor deze druk zorgt, zeggen ze er niet bij. De sociale zekerheid is bedoeld om mensen die geen werk hebben, die zorg nodig hebben, die sociale bescherming nodig hebben, die op (brug)pensioen gaan … een inkomen te bezorgen. Dat vinden de rechtse politici ‘schandalig’.

    Is het aanvaardbaar dat iemand op 62 jaar na 40 jaar loopbaan op pensioen gaat, ook al is het brugpensioen? Ja, absoluut. Wat Stijn Baert en andere patronale roeptoeters ook mogen zeggen: een loopbaan van 40 jaar is zelfs economisch gezien te lang. Er is geen enkel reden waarom we zo lang, of zelfs langer, moeten werken. De productiviteit die we nu hebben, zou het mogelijk maken om loopbanen in te perken in plaats van te verlengen. Arbeidsduurvermindering en kortere loopbanen zijn perfect mogelijk. Het gebeurt niet omdat die extra uren en jaren meer winsten voor de rijksten opleveren. Winsten waar ze niets productief mee doen. Vorig jaar deelden grote bedrijven wereldwijd een record van 1.560,6 miljard dollar aan dividenden uit aan hun aandeelhouders, een stijging van 8,1% in vergelijking met 2021. Bij de Belgische dividenden was de stijging groter: 11,7% tot een bedrag van 5,4 miljard dollar. Maar voor pensioenen en brugpensioenen is er geen geld?!

    Tot slot een reactie op de stelling van de rechterzijde dat Leemans oneigenlijk ontslagen wordt door het ACV. Om in een SWT-stelsel te stappen, is er officieel een ontslag nodig en komt de betrokkene in een stelsel van ‘werkloosheid’ terecht. Dat was reeds het geval toen SWT nog gewoon brugpensioen was. De rechtse politici weigeren al jarenlang om strenger toezicht op het ontslagrecht in te voeren. Vandaag is er geen reden of motivatie nodig voor ontslag, of is het alleszins geen argument om een ontslag terug te draaien. Het is zelfs mogelijk om iemand om onwettelijke redenen af te danken (denk maar aan discriminatie, racisme, seksisme, zwangerschap, vakbondsactiviteiten …) zonder dat een rechtbank het kan terugdraaien. Als de onwettelijkheid is vastgesteld, wordt slechts een extra schadevergoeding toegekend. Werkgevers maken hier massaal gebruik van om personeel af te danken. Daar willen de rechtse politici en hun trouwe roeptoeters niet aan raken. 

    Wij wensen Marc Leemans een deugddoend pensioen toe. We waren nooit grote fan van hem en zijn politiek van overlegsyndicalisme waarmee onder meer de beweging van eind 2014 op een doodlopend zijspoor werd gezet waardoor de rechtse partijen die nu zo luid roepen overeind konden kruipen nadat massale stakingen hun regering aan het wankelen brachten. Ook in het ABVV is die syndicale stroming die zich niet op strijd en krachtsverhoudingen baseert overigens aanwezig. Maar als consequente syndicalisten en socialisten strijden we voor het behoud en uitbreiden van de mogelijkheden van brugpensioen. Het zijn de werkenden die alles doen draaien, die de winst produceren en die na een lange loopbaan rust verdienen. 

  • Spontane stakingen na agressie tegen spoorpersoneel

    In februari braken in verschillende depots van de NMBS spontane stakingen uit. De oorzaak was steeds geweld tegen het personeel. De eerste werkonderbreking was die van het treinpersoneel in de depots Luik-Guillemins en Welkenraedt op 5 februari. Collega’s waren op het perron en in de trein met een mes bedreigd. Enkele dagen later legden collega’s in Kortrijk (8 februari), Mol (12 februari), Brussel-Zuid (15 februari) en Turnhout (27 februari) het werk neer. Dat was telkens na agressiegevallen.

    Artikel door een treinbegeleider

    Agressie tegen het personeel is niet nieuw, maar het aantal gevallen is wel aanzienlijk toegenomen : +60% sinds 2019. Ook de ernst van de agressie neemt toe, met uitzonderlijke maar bijzonder ernstige gevallen zoals bedreigingen met wapens en zinloos geweld. De directie bleef onverschillig voor dit probleem. Enkele jaren geleden ontwikkelde de NMBS een “masterplan tegen agressie” met een bijzonder vage inhoud. Recent werd een affichecampagne opgestart in de treinen en de stations. Dat is weinig efficiënt, maar het wordt door de directie gebruikt om te zeggen dat er iets gedaan wordt.

    Spontane stakingen zijn niet langer toegestaan bij het spoor. Er is een uitzondering als de werkgever nadien het “emotionele karakter” van de werkonderbreking erkent. Dat hangt af van verschillende factoren, zoals overmacht, geografische beperking, beperking in de tijd … De stakers riskeren sancties als dit ‘emotionele karakter’ achteraf niet wordt erkend. De dreiging van disciplinaire maatregelen vormt een enorme rem, maar elke rem is relatief. Gezien de ernst en de urgentie van de situatie beslisten de eerste collega’s die gingen staken dat de noodzaak om zich te organiseren groter was. Ze werden gevolgd door anderen toen er nog gevallen van agressie waren. Hierdoor komt de methode van spontane stakingen terug op de voorgrond. Sinds 2016 werd daar weinig gebruik van gemaakt. Het gevoel dat we samen ‘stop’ moeten zeggen, verspreidde zich op enkele dagen en werd dominant.

    De eisen verschilden naargelang de werkplek, maar overal kwam de nood aan meer personeel naar voren. Stations en treinen moeten veilige plaatsen zijn, waarbij er voldoende sociale controle moet zijn. De rampzalige onderbezetting waarmee we al jaren kampen, leidt niet alleen tot een achterstand in de toekenning van verlofdagen, maar ook tot omstandigheden waarin de onveiligheid toeneemt. Het personeel eist meer collega’s voor de veiligheidsdienst Securail en de aanwezigheid van twee treinbegeleiders (in plaats van één) op treinen die als ‘moeilijk’ bekend staan. Het probleem van sociale controle stelt zich ook in kleine stations, waar het personeel in de loop der jaren is weg bespaard.

    https://nl.socialisme.be/88246/nmbs-top-en-politieke-verantwoordelijken-maken-er-een-potje-van

    Het personeel moet bovendien goed opgeleid en uitgerust zijn om de escalatie van een conflict te vermijden en het zoveel mogelijk in goede banen te leiden. De NMBS moet commerciële regels invoeren die het mogelijk maken om bepaalde conflictsituaties te vermijden. Ten slotte moeten collega’s die het slachtoffer zijn van agressie naar behoren worden begeleid en ondersteund. Rond al deze aspecten bestaat er veel woede over de tekortkomingen van de directie.

    Als het ‘emotionele karakter’ van deze spontane stakingen erkend werd, was dit vooral omdat de stakingen vastberaden genoeg waren om een krachtsverhouding te hebben. Uitzonderlijk moesten enkele hooggeplaatste managers ter plaatse komen om te spreken met de afgevaardigden op het terrein, of zelfs met de collega’s zelf. Spontane stakingen maken het mogelijk om de gebruikelijke omslachtige regels van het ‘sociaal overleg’ te omzeilen, regels die uitdrukkelijk bedoeld zijn om de dynamiek van strijd te vertragen.

    De spontane stakingen hebben enkele toegevingen en beloften afgedwongen, waarvan de concrete invulling nog vrij vaag is. De kwestie van agressie tegen het personeel is hiermee op de agenda van de directie en de vakbondsleiding geplaatst. Om echte overwinningen te boeken en de agressie drastisch terug te dringen, is er een plan op lange termijn nodig waarbij we alle eisen van het personeel afdwingen en ervoor zorgen dat de veiligheid van het personeel en de reizigers steeds prioriteit krijgt.

    Midden februari waarschuwde de korpschef van de Brusselse politiezone in de media voor de toename van het aantal politie-interventies voor psychiatrische problemen. Ongelijkheid, gebrek aan perspectief, individuele frustraties aangewakkerd door een systeem in crisis zorgen voor een sociale ravage. Dit is geen excuus voor agressie, maar we zullen nooit helemaal verlost zijn van agressie als we geen einde maken aan dit soort maatschappij. Om er echt een einde aan te maken, moet de samenleving als geheel veranderen.

  • Voor excellent onderwijs zijn meer middelen nodig

    Leren de onderwijsverantwoordelijken dan niets uit hun falen?

    Het onderwijs kraakt. Onderzoek toont aan dat de kwaliteit afneemt. Er is een tekort aan leerkrachten en wie eraan begint, houdt het vaak niet lang vol door de zware administratieve last en de werkdruk in het algemeen. De verantwoordelijken lijken niets te leren uit hun jarenlang falen en zetten daarmee de toon voor het onderwijs. We spraken met Micha Teller, afgevaardigde van ACOD-Onderwijs in het Stedelijk Onderwijs in Antwerpen (hij spreekt in eigen naam).

    Interview uit maandblad De Linkse Socialist

    Hoe is het zover gekomen in het onderwijs?

    “De huidige problemen in het secundair onderwijs waren voorspelbaar. Ongeveer tien jaar geleden was er een toename van het aantal kinderen in het basisonderwijs. Die zitten ondertussen in het secundair onderwijs. In het basisonderwijs was er toen vooral een capaciteitstekort, wat opgevangen werd met grotere klassen. Dat is niet zomaar mogelijk in het secundair onderwijs. Alle voordien reeds bestaande tekorten en problemen zijn verder verergerd door het gebrek aan vooruitziendheid van het beleid.”

    “De werkdruk is niet alleen groot omdat veel leerlingen in coronatijden structuur misten. Er zijn ook de problemen van de grotere klassen en de gebrekkige infrastructuur. Tien jaar geleden was de maximumcapaciteit voor een klas in het derde jaar haartooi op mijn school 12 leerlingen, nu is dat 23. Voor we aan een les beginnen, moeten we regelmatig eerst op zoek naar voldoende banken en stoelen. Bovendien sijpelen alle maatschappelijke problemen door in het onderwijs: van lege brooddozen tot taalachterstand en mentale problemen. Alle tekorten versterken zichzelf en de algemene malaise. Probeer als leraar maar eens de aandacht te houden van een groep leerlingen die net een paar uur studie achter de rug heeft omdat er geen leraar was. Soms is het zo erg gesteld dat er zelfs in de studiezaal geen plaats meer is en worden leerlingen dan maar verdeeld over de andere klassen.”

    “Het gebrek aan begeleiding van nieuwe leraars en alle lasten die gepaard gaan met het lesgeven, zorgen voor een enorme uitstroom. De administratieve druk is heel groot, soms lijkt het alsof het onderwijs een Mexicaans leger is met veel generaals en pedagoochelaars die ons vertellen hoe we moeten lesgeven en daar constant onze administratieve inbreng voor nodig hebben, maar vaak zelf niet de ervaring hebben van wat het betekent om vandaag voor een klas te staan. Er zijn ondertussen onvoldoende maatregelen om nieuwe leerkrachten effectief te coachen of om dergelijke maatregelen een beetje consequent door te zetten. Volgens cijfers van het schooljaar 2020-21, stopt 37% van de starters in het secundair onderwijs binnen de vijf jaar.”

    “Daar komen binnenkort nog besparingen bovenop voor de leerondersteuners. Dat zijn collega’s die jongeren helpen die uit het buitengewoon onderwijs in het reguliere onderwijs stappen. Het zal de inclusie niet ten goede komen als die leerondersteuners vanaf 1 september 38 klokuren moeten presteren in plaats van 26 nu. Het M-decreet, waarmee officieel inclusie beoogd werd maar eigenlijk bespaard werd op het buitengewoon onderwijs, ging niet gepaard met de nodige middelen om leerlingen met buitengewone noden te begeleiden.”

    Kleinere klassen, meer personeel, meer begeleiding en dit in het kader van onderwijs dat niet gericht is op individualisme en concurrentie, maar jongeren opleidt tot zelfstandige kritisch denkende mensen. Dat is het enige wat zal werken.”

    Onderwijsminister Ben Weyts komt regelmatig in de media met maatregelen om de tekorten aan te pakken. Wat stelt hij voor en wat betekent dit?

    “De regering en onderwijsminister Ben Weyts weigeren om maatregelen te nemen die de tekorten vandaag verminderen of om de nodige middelen uit te trekken zodat het onderwijs op iets langere termijn uit het moeras wordt getrokken. In plaats daarvan kijken ze naar het Duitse voorbeeld, waar er de afgelopen jaren tienduizenden leerkrachten te weinig waren. Om daaraan te verhelpen voerde de Duitse regering reclamecampagnes. Zo huurden ze een vliegtuig in om een spandoek met een oproep om leraar te worden langs de stranden te laten vliegen. Er werden premies ingevoerd om leerkrachten te houden, belastingvrije premies die de sociale zekerheid ondermijnen. En er zijn initiatieven om de duur van een lesuur te verminderen tot 40 minuten.”

    “Dergelijke voorstellen sijpelen ook bij ons door, zelfs indien ze ingaan tegen het statuut van het personeel. Het is belangrijk dat overal in het onderwijs dezelfde voorwaarden gelden, zoniet worden leerkrachten de speelbal van de willekeur van directies of inrichtende machten. Ben Weyts wil van de crisis in het onderwijs gebruik maken om de flexibiliteit op te voeren. ‘Nood breekt wet’, klinkt het dan. Dat is letterlijk te nemen. Weyts voegt er vaak aan toe dat het geen oplossing zal zijn, maar de ‘stellingenoorlog’ doorbreekt. “Never waste a good crisis”, lijkt zijn motto te zijn.”

    “De minister legt veel nadruk op het vermeende succes van zijn initiatief om ‘zij-instromers’ aan te trekken: mensen van buiten het onderwijs. Dat kan aantrekkelijk klinken, maar het gebrek aan opleiding bij de start maakt dat ze vaak niet voorbereid zijn op de klaspraktijk. Heel wat zij-instromers houden het niet lang vol, de uitval door langdurige ziekte is groot. Beginnen met lesgeven zonder opleiding is op zich problematisch. Als ik naar een tandarts ga, heb ik liefst iemand die daar al volledig voor opgeleid is. Waarom zou dat in het onderwijs anders zijn?”

    “Er is het initiatief van ‘proeftuinen’ die op alle vlakken ‘grensdoorbrekend’ moeten zijn. Zo worden deze nieuwe scholen met publiek-private samenwerking gebouwd en wordt de bescherming van het personeel overboord gegooid. Het gaat voorlopig slechts om proefprojecten met personeel dat er vrijwillig voor kan kiezen, maar uiteraard wordt een precedent geschapen. De lesopdracht van 22 uur les geven per week wordt in deze ‘proeftuinen’ losgelaten. Leraars worden geacht 38 uur op de school aanwezig te zijn, sommigen besteden meer uren aan administratie, anderen staan meer voor de klas. Het gaat dus om het verhogen van de flexibiliteit, verpakt als een maatregel waarbij de leraar na 17u zonder boekentas naar huis kan. Enkele jonge gemotiveerde leerkrachten zullen misschien in deze proefprojecten stappen, maar het is geen oplossing op langere termijn. In de realiteit betekent het immers nog harder werken, terwijl de druk nu al hoog genoeg is. Het doet denken aan het antwoord van de Britse minister van Volksgezondheid op de zorgcrisis: het personeel moet maar harder werken.”

    “De ‘proeftuinen’ zullen een precedent vormen. Als deze maatregelen veralgemeend worden, betekent het een contractbreuk. Veel collega’s zeggen dat ze het onderwijs zullen verlaten als dit gebeurt. We kunnen er alleszins niet gerust op zijn. Er waren eerder al andere contractbreuken met de verhoging van de pensioenleeftijd of de berekening van de pensioenen. In de 20 jaar dat ik les geef, is de pensioenleeftijd al met 12 jaar gestegen…”

    Wat is er dan nodig en hoe kan dat bekomen worden?

    “Er zijn drastisch meer middelen nodig voor onderwijs. Een verhoging van het budget voor onderwijs tot 8% van het Bruto Binnenlands Product betekent 9 miljard euro extra voor het onderwijs in België. Er is niet geanticipeerd op de huidige tekorten, waardoor de problemen niet zomaar meteen op te lossen zijn. Dat mag geen excuus zijn om niets te doen, het maakt het integendeel des te dringender om nu de nodige extra publieke middelen uit te trekken voor onderwijs. Het betekent uiteraard investeren in de lerarenopleiding, in de arbeidsvoorwaarden van het personeel, in het coachen van nieuwe leerkrachten, in de infrastructuur, in begeleiding van leerlingen die het moeilijk hebben … Kleinere klassen, meer personeel, meer begeleiding en dit in het kader van onderwijs dat niet gericht is op individualisme en concurrentie, maar jongeren opleidt tot zelfstandige kritisch denkende mensen. Dat is het enige wat zal werken.”

    “Om dat af te dwingen, moeten we ons organiseren. Als we het personeel niet mobiliseren rond onze eigen eisen, dan lopen we de feiten achterna en kan er een scepticisme groeien over wat de vakbonden kunnen doen. De acties in het Franstalig onderwijs tonen dat het mogelijk is om te mobiliseren en een krachtsverhouding op te bouwen. Dat moeten we ook langs Nederlandstalige kant doortrekken, wij hebben dezelfde problemen. Een eis zoals 8% van het BBP voor onderwijs kan onze strijd verenigen.”

    “Een aantal vooral jonge leerkrachten zoekt naar manieren om de vakbond te organiseren. In Oost-Vlaanderen was er een uitstekend initiatief om van de staking van 9 november gebruik te maken om die dynamiek te versterken. Er was een fietstocht langs negen scholen waar er een stakerspost werd opgezet. Strijd voor koopkracht is meer dan een kwestie van ‘solidariteit met de privésector’, ook onze rekeningen worden almaar duurder. Uitwisseling van ervaringen en goede voorbeelden van hoe we ons kunnen organiseren in de scholen en hoe we onze strijd kunnen opbouwen, is belangrijk. Met enkele strijdbare militanten proberen we dat ook in Antwerpen te doen.”

  • Grains Noirs in Molenbeek: overwinning na 9 dagen staking!

    Acht ontslagen ingetrokken

    Op 14 februari om 17 uur stemde de directie uiteindelijk in met het intrekken van de 8 ontslagen die aanleiding gaven voor een staking die 9 dagen duurde. De arrogantie van de directie kreeg het passende antwoord van de werknemers: vastberadenheid en eenheid rond de doelstelling om de jobs van elke aangevallen collega te redden. De strijd werpt vruchten af en de gunstige krachtsverhouding vandaag kan gebruikt worden om meer af te dwingen.

    Door Stéphane Delcros

    https://nl.socialisme.be/95245/grains-noirs-in-molenbeek-werkgever-en-politie-breken-stakingspiket
    https://nl.socialisme.be/95219/grains-noirs-in-molenbeek-nieuwe-staking-tegen-agressieve-opstelling-van-de-bazen

    Een dag eerder, op 13 februari, had de directie ’s avonds nog een onaanvaardbaar voorstel gedaan. Na 3,5 uur onderhandelen was de directie toen slechts bereid om 1 of 2 en uiteindelijk 3 van de 8 met ontslag bedreigde werknemers te behouden. Het ‘rotte’ voorstel van de directie probeerde de werknemers te overtuigen met een loonbonus op basis van cao nummer 90 van 100 tot 1000 euro. Daarnaast was de directie bereid om 2000 euro aan bonussen te betalen aan de vijf ontslagen werknemers en aan andere vrijwillige vertrekkers, op voorwaarde dat ze niet ziek zouden worden tijdens de opzegtermijn. De stakers oordeelden terecht dat dit onaanvaardbaar was. Ze besloten de staking verder te zetten voor het behoud van alle 8 de bedreigde jobs. Het vooruitzicht van nog een week staking en dus verlies aan winst – mogelijk zelfs het verlies van belangrijke contracten – deed de directie uiteindelijk buigen. Op woensdag nam ze contact op met de vertegenwoordigers van het personeel om in te stemmen met de intrekking van de geplande ontslagen.

    De stakers hielden stand omdat er een grote solidariteit was tussen alle collega’s in het gemeenschappelijk front van arbeiders en bedienden van zowel het ABVV als het ACV. Het piket werd ernstig georganiseerd, in ploegen gedurende dag en nacht en dit tijdens 9 dagen. Iedereen werd betrokken en speelde een actieve rol in de uiteindelijke overwinning.

    De directie heeft nog steeds het recht om bonussen te geven aan wie vrijwillig vertrekt. Het wil dat doen om de loonsom voor de vaste banen te verlagen. In dat geval zullen er individuele onderhandelingen zijn, maar in aanwezigheid van vakbondsvertegenwoordigers. Het akkoord is desondanks een echte klap in het gezicht van de baas van Grains Noirs. Ongetwijfeld zal die in de toekomst opnieuw proberen om het personeel aan te vallen, maar de werknemers zullen zich op deze overwinning kunnen baseren om sterker te staan.

    Er is een gunstige krachtsverhouding die gebruikt kan worden om meer af te dwingen. Bijvoorbeeld om het openen van de boekhouding te bekomen, zodat het personeel kan controleren of het wel klopt dat er de afgelopen jaren verliezen of zeer lage winsten geboekt zijn. Er kunnen meer vrijgestelde uren voor de delegees afgedwongen worden, zodat zij meer tijd hebben om de belangen van hun collega’s te verdedigen. Tot slot kan deze krachtsverhouding gebruikt worden om de inzet van interimarbeid te beperken en in plaats daarvan meer collega’s vast aan te nemen zodat het beschikbare werk kan verdeeld worden.

    De stakers van Grains Noirs waren negen dagen een voorbeeld van strijdbaarheid. Ze hebben zich verzet tegen een aanval op 8 van hun collega’s, meer dan 10% van het personeelsbestand. Ze mochten de personeelsruimten, inclusief de toiletten, niet gebruiken en werden door de directie en de politie repressief aangepakt zodat de baas midden in de nacht goederen uit het bedrijf kon weghalen. De stakers hielden stand omdat er een grote solidariteit was tussen alle collega’s in het gemeenschappelijk front van arbeiders en bedienden van zowel het ABVV als het ACV. Het piket werd ernstig georganiseerd, in ploegen gedurende dag en nacht en dit tijdens 9 dagen. Iedereen werd betrokken en speelde een actieve rol in de uiteindelijke overwinning.

  • Geen hoger inschrijvingsgeld, maar samen strijden voor meer publieke middelen!

    Omdat de overheid al jarenlang onvoldoende middelen voor hoger onderwijs uittrekt, stellen rectoren van de Vlaamse universiteiten voor om het inschrijvingsgeld voor studenten te verhogen. In plaats van meer middelen van de overheid af te dwingen, zoeken ze het geld bij de studenten. Nu al moet meer dan de helft van de studenten werken om rond te komen, wordt hoger onderwijs straks helemaal ontoegankelijk voor wie het zich niet kan permitteren?

    Maandag verscheen een opiniestuk van UGent-rector Rik Van de Walle in De Morgen. Daarin schreef hij dat een verhoging van het inschrijvingsgeld niet alleen nodig is, maar ook “wenselijk”. Eerder werd een gelijkaardig standpunt ingenomen door Luc Sels van de KU Leuven. De rector van de Universiteit Antwerpen, Herman Van Goethem, stelde dat het inschrijvingsgeld voor een brede toplaag serieus kan opgetrokken worden. Voor de 60% hoogste inkomens zou het volgens Van Goethem tot 2000 euro mogen stijgen. De andere rectoren denken aan een lineaire verhoging voor iedereen met 300 tot 400 euro. Minister Ben Weyts verzet zich tegen een verhoging op basis van inkomen, maar spreekt zich niet uit over een algemene verhoging. De rectoren mikken hiervoor sowieso pas op 2024 en later, na de verkiezingen dus.

    Het is een beproefde tactiek: onvoldoende middelen voorzien zodat uiteindelijk de rectoren zelf vragen om een verhoging van het inschrijvingsgeld. De rechtse politici zullen hierover zwijgen tijdens de campagne om meteen na de verkiezingen het inschrijvingsgeld te verhogen. Dat deed Hilde Crevits ook al toen ze in 2014 als onderwijsminister het inschrijvingsgeld verhoogde van 620 naar 890 euro. Dat laatste bedrag is door indexaties ondertussen gestegen tot 1.092 euro voor een studiejaar vanaf september. Ter herinnering: in de televisiereeks ‘1985’ zagen we beelden van studentenprotest tegen de 10.000 (Frank, omgerekend 250 euro). Dat hoge inschrijvingsgeld komt bovenop alle kosten voor cursussen, huisvesting, verwarming, vervoer, eten … die de afgelopen jaren eveneens fors de hoogte ingingen.

    Het is niet verwonderlijk dat drie kwart van de studenten een job heeft naast de studies, meer dan 70% werkt ook tijdens het schooljaar en één op drie zelfs tijdens examenperiodes. Het is bijzonder cynisch dat onderwijsexpert Van Damme van de OESO stelt dat een hoger inschrijvingsgeld ervoor kan zorgen dat studenten sneller afstuderen: “Door het duurder te maken motiveer je studenten er alles aan te doen om te slagen.” Als studenten vandaag langer over hun studies doen, is dit vaak het resultaat van het feit dat ze studeren noodgedwongen combineren met werken. Hoger inschrijvingsgeld zal dit enkel verergeren. Studiedruk, werkdruk en financiële zorgen maken de problemen inzake mentale gezondheid onder jongeren erger.

    Scholieren en studenten in actie tegen hoger inschrijvingsgeld in 2014.

    De rectoren beperken zich tot de vaststelling dat er onvoldoende middelen zijn en dat dit de kwaliteit van het onderwijs ondergraaft. De Gentse rector rekende voor dat zijn universiteit in 2008 ongeveer 8.000 euro toelage per student kreeg tegenover 6.650 euro dit jaar. Van de Walle schreef in zijn opiniestuk dat een hoger inschrijvingsgeld moet besproken worden. “Wie het debat daarover weigert, dient de consequenties van die houding te aanvaarden: ofwel verhoogt men dan de overheidstoelagen; ofwel heeft men de moed om besparingsvoorstellen te doen die nog verder gaan dan de besparingen die sowieso op stapel staan.”

    De strijd organiseren voor meer publieke middelen is voor de rectoren echter geen optie, daarvoor staan ze klaarblijkelijk te dicht bij de minister of toch althans bij de besparingslogica van de afgelopen jaren. Het is geen slip of the tongue als Van de Walle schrijft dat een verhoging van het inschrijvingsgeld “wenselijk” is. De afgelopen jaren zijn er miljoenen bespaard op het hoger onderwijs, volgens ACOD UGent is er ondertussen een jaarlijkse besparing van 590 miljoen euro op een totaal budget voor hoger onderwijs van 2,155 miljard euro. Deze besparingen doorschuiven op de studenten is onaanvaardbaar. Het ondermijnt de toegankelijkheid van hoger onderwijs, het is een besparing op de toekomstige generaties. Het is een poging om studenten en personeel tegenover elkaar op te zetten. Er is nood aan gezamenlijke strijd tegen de besparingen en de tekorten.

    De acties in het Franstalig onderwijs tonen het potentieel. Al maandenlang zijn er grote betogingen en werkonderbrekingen. Studenten en personeelsleden van het Nederlandstalig onderwijs, zowel het hoger onderwijs als andere niveaus, hebben er alle belang bij om aansluiting te zoeken bij het Franstalig onderwijsprotest en ook langs Nederlandstalige kant de gezamenlijke strijd te organiseren voor meer publieke middelen voor kwaliteitsvol onderwijs.

  • Grains Noirs in Molenbeek: werkgever en politie breken stakingspiket

    Vrijdagmorgen om 1 uur ’s nachts brak de directie van Grains Noirs met behulp van de politie een stakerspost voor het bedrijf om goederen voor een klant weg te halen. Sinds 7 februari staken ongeveer 65 werknemers van dit cateringbedrijf uit protest tegen het ontslag van 8 collega’s. Tegenover de patronale agressie is solidariteit nodig!

    Door Stéphane Delcros

    In de loop van de week had de baas een ultimatum ontvangen van de klant Pain Quotidien, die dreigde het contract te verbreken als de goederen niet op vrijdag werden geleverd. De baas maakte gebruikt van het tijdstip waarop er het minste aantal stakers aan het piket stonden (vijf) om de goederen met een bestelwagen op te halen. Hij werd daarbij geholpen door enkele niet-stakende werknemers. De politie werd opgeroepen onder het voorwendsel van ‘geweld’ door de stakers, die nochtans een vreedzame stakerspost hadden opgezet.

    De politie arriveerde met zeven combi’s en koos onmiddellijk de kant van de baas. De identiteit van de vijf aanwezige stakers werd genoteerd en er werd een PV opgesteld. Met de hulp van een deurwaarder werd bijstand gegeven aan de baas om de stakerspost te breken zodat hij de goederen kon laden. De stakers moesten onder politiebevel op afstand blijven, waarbij ze bedreigd werden met traangas. “Laat de baas werken”, “als het je niet aanstaat, zoek dan elders werk”, waren opmerkingen van de politie-agenten aan de stakers.

    Solidariteit tegen repressie nodig

    De stakers organiseren hun piket dag en nacht in ploegen. Ze verzetten zich tegen een agressieve opstelling van de baas en ook tegen de politierepressie. Hiermee tonen ze een voorbeeld van strijdbaarheid. Het is nodig om deze strijd te verbreden, door de solidariteit te organiseren zodat de arbeiders van Grains Noirs er niet alleen voor staan.

    Dit is des te meer noodzakelijk omdat ze niet de enigen zijn die het slachtoffer zijn van repressie tegen syndicalisten. Vorige week werd een stakingspiket bij Decathlon in Willebroek opgebroken door de politie en de rechter. De afgelopen dagen werden verschillende vakbondsafgevaardigden afgedankt.

    Het zou goed zijn om vanuit de staking bij Grains Noirs contacten te leggen met vakbondsdelegaties in de buurt en de sector. Solidariteitsbezoeken aan het piket zijn eveneens nuttig en belangrijk. Strijdbare delegees kunnen een bezoek brengen met één of meerdere collega’s om de stakers te ondersteunen en om via solidariteitsfoto’s de strijd bij Grains Noirs bekend te maken. Een solidariteitscampagne in de buurt zou eveneens nuttig zijn, bijvoorbeeld met affiches voor de ramen van gezinnen en handelszaken.

    Dit kan gekoppeld worden aan de organisatie van een kleine manifestatie aan het piket: een bijeenkomst in de late namiddag of avond, waarbij iedereen solidariteit kan betuigen. Een klein evenement hoeft geen honderden deelnemers te hebben om succesvol te zijn. Zelfs met enkele tientallen deelnemers van buiten het bedrijf kan de basis gelegd worden om een volgende mobilisatie te organiseren die groter is.

    Een pamflet is nuttig om hiervoor te mobiliseren. Dit kan verspreid worden onder alle delegees van ABVV Horval en ACV Voeding en Diensten in Brussel, in de bussen in de straten rond het bedrijf, in cafés, snackbars en winkels en via de WhatsApp van activisten. Grains Noirs is een klein bedrijf, maar een dergelijk initiatief zou veel steun krijgen. Dit zijn slechts enkele suggesties om de strijd uit te breiden. De uren dat collega’s aan het piket doorbrengen, kunnen gebruikt worden om te plannen waar het pamflet kan verspreid worden. Door de campagne levendig te maken en uit te breiden, kan een sterke solidariteit opgebouwd worden.

    Het organiseren van solidariteit is nodig om de druk op de directie van Grains Noirs op te voeren zodat de acht met ontslag bedreigde collega’s kunnen blijven. Een sterke krachtsverhouding kan ook gebruikt worden om de opgang van interimarbeid te stoppen en te vervangen door de aanwerving van extra collega’s om het beschikbare werk te verdelen, uiteraard zonder loonverlies.

  • Franstalig onderwijs: na de 1000 betogers in Charleroi zet het lokaal protest zich door

    Vorige week waren er verschillende werkonderbrekingen in het Franstalig onderwijs, vooral in Brussel en Luik. In Charleroi groeide een protestactie tijdens een ontmoeting met PS-voorzitter Magnette uit tot een betoging met 1000 aanwezigen.

    https://nl.socialisme.be/95209/franstalig-onderwijs-in-actie-in-charleroi

    In sommige Brusselse scholen werd beslist om samen met andere scholen een werkonderbreking te houden en samen te komen. Zo waren er manifestaties in Schaarbeek, het stadscentrum, in Sint-Joost, in Vorst en in St-Gillis. In Schaarbeek waren er 150 aanwezigen van 12 scholen. De actie stelde het personeel in staat om elkaar te ontmoeten en samen de strijd voor te zetten.

    De minister van Onderwijs liegt in de media, waarbij het lijkt alsof het onderwijs de enige job is waar het personeel niet wordt geëvalueerd. Het personeel liet zien dat dit niet waar is en dat het niet akkoord is met de geplande hervormingen. Het personeel wordt constant gecontroleerd en de directie heeft het recht om leerkrachten te observeren als ze dat wil en zo nodig negatieve rapporten op te stellen. De minister gebruikt deze leugen om meteen alle andere eisen van de protestbeweging, die nu al meer dan een jaar aan de gang is, van tafel te vegen.

    Om het argument van een gebrek aan evaluatie te weerleggen, volstaat het om te wijzen op wat de leerkrachten allemaal moeten voorleggen: een jaarplan voor elke klas, schriften met de in de klas geziene stof, beoordelingen en huiswerk, hun klassenagenda en die van de leerlingen. Daarnaast is er een algemene inspectiedienst die in de klas komt observeren en nadien daar een verslag van schrijft.

    De hervorming die de minister van de PS wil doorvoeren is de invoering van een sanctionerende evaluatie door de directie of zelfs door collega’s. Dit zal het team verdelen en kan een giftige sfeer installeren. Het doel van de hervorming is om meer verantwoordelijkheid en macht aan de directies te geven, ook al zijn die vandaag al overbelast.

    Het onderwijzend personeel vraagt meer ondersteuning op het terrein, minder papierwerk, kwaliteitsopleiding, goede gebouwen en minder leerlingen per klas. De regering wil daar niet naar luisteren, ze wil enkel besparen op de middelen en de overgebleven leerkrachten nog meer onder druk zetten.

    De politieke verantwoordelijken maken zich schuldig aan het ondermijnen en afbouwen van een openbare dienst die noodzakelijk is voor de maatschappij. Onderwijs moet dringend een prioriteit worden, dat vereist de middelen die hiervoor nodig zijn.

    De lokale acties moeten worden voortgezet om verder op te bouwen naar de grote gezamenlijke betoging eind april.

    LSP komt op voor:

    • Onmiddellijke afschaffing van de regeling voor de beoordeling van het personeel, die tot doel heeft om personeel gemakkelijker te kunnen ontslaan, wat hen onder druk zet zonder hen te helpen.
    • Onmiddellijke intrekking van alle ‘hervormingen’ waardoor scholen met elkaar concurreren en de werkdruk van al het personeel wordt verhoogd.
    • Kwaliteitsonderwijs in een gezonde omgeving: maximaal 15 leerlingen per klas.
    • Massale aanwerving van personeel.
    • Alles wordt duurder, maar onze lonen houden geen gelijke tred. Afstemming van de laagste loonschalen op de hoogste en beëindiging van onzekere contracten.
    • Goede en gezonde infrastructuur: nieuwe scholen bouwen en bestaande renoveren!
    • Massale publieke herfinanciering van de sector om echt gratis en kwalitatief goed onderwijs te garanderen!
    • Voor onze portefeuille en voor de energietransitie: nationalisatie van de energiesector onder democratische controle en beheer!
    • Aangezien een zieke samenleving die gebaseerd is op winst en niet op onze behoeften alleen maar kan leiden tot een falend onderwijs, en omgekeerd, moeten we het systeem veranderen: voor een democratische socialistische samenleving.
  • Koopkracht: we hebben niet de luxe om te wachten

    Het jaar 2022 was in verschillende opzichten een keerpunt. Opgezweept door de inflatie is de arbeidersklasse in verschillende landen, waaronder België, weer op de voorgrond getreden. Laten we er zoveel mogelijk uit leren om sterker terug te vechten, maar ook om te winnen.

    door een ABVV-delegee (Namen)

    2022: een jaar van woede en strijd

    Begin 2022 waren er in de metaalsector in Wallonië en Brussel spontane stakingen als reactie op de explosieve prijsstijgingen. In maart leidde de druk van onderuit tot een spontane betoging van enkele ABVV-delegaties in Luik. Deze acties en de onrust aan de vakbondsbasis maakten dat er een oproep kwam voor een grote betoging in gemeenschappelijk vakbondsfront in juni. Er waren maar liefst 80.000 aanwezigen. ‘Leiders, we zijn er klaar voor’, leken de betogers te zeggen. Helaas werd er geen actieplan aangekondigd. Het idee van een algemene staking na de zomer deed de ronde, maar zonder concrete details.

    Bovendien bleven de eisen van de vakbondsleiders erg beperkt: bevriezing van de energieprijzen, wijziging van de wet van 96, vrijheid van onderhandeling en de befaamde ‘rechtvaardige belastingen’. Dat laatste is een beetje zoals het monster van Loch Ness: er wordt vaak over gesproken, maar we hebben het nog nooit gezien. In verschillende sectoren klonk de roep om de nationalisatie van de energiesector steeds luider, zelfs indien dit niet verder geconcretiseerd werd als eis.

    De druk van onderuit bleef groot, waardoor er effectief nog initiatieven voor vakbondsacties kwamen. Een militantenbijeenkomst in september was groter dan verwacht, omdat er na de betoging van juni op een actieplan werd gerekend. Er volgde een actiedag op 20 oktober, een algemene staking op 9 november en een nationale betoging op 16 december. Die acties werden echter allemaal afzonderlijk aangekondigd en gezien als een manier om de ‘woede te tonen’, niet als een manier om een krachtsverhouding op te bouwen om overwinningen te behalen. 

    Het jaar 2023 begint met de vaststelling dat de regering onder druk van onze strijd kleine toegevingen deed (energiepremies, eenmalige bonussen, behoud van de index), maar dat geen van onze centrale eisen werd ingewilligd.

    Dit is geen actieplan

    Voor midden februari waren er provinciale acties aangekondigd. Op het ogenblik van schrijven, eind januari, zijn zowel het thema als de concrete afspraken ervan nog onbekend. Het gebrek aan resultaat op nationaal niveau, brengt veel militanten ertoe om in het kader van het Interprofessioneel Akkoord (IPA) vooral naar hun sector of bedrijf te kijken. Dat is volkomen begrijpelijk. Maar het betekent wel dat we met een kleinere groep vechten en bovendien in de wurggreep van een loonmarge van 0% zitten. De geschiedenis van de arbeidersbeweging toont dat we resultaat afdwingen als we al onze krachten in de strijd gooien.

    De afgelopen jaren werd de interprofessionele strijd verwaarloosd, niet in het minst om de federale regeringen waarin de sociaaldemocratie zit niet in gevaar te brengen. Het resultaat is een opeenvolging van loonnormen die niets opleveren. Zullen we het ook nu moeten stellen met een eenmalige premie die verre van gegarandeerd is?

    Het zijn de werkenden die collectief meer en meer rijkdom produceren. De superrijken die het kapitaal en de productiemiddelen bezitten gaan met een groeiend aandeel van die rijkdom lopen. Dat blijkt opnieuw uit het Oxfam-rapport over ongelijkheid. De 1% rijksten in België bezitten 24% van het totale vermogen, dat is meer dan de 70% armsten. Als antwoord verdedigt Oxfam het idee van een progressieve vermogensbelasting die in ons land 20 miljard euro zou opleveren, afhankelijk van het model zelfs 43 miljard euro. De vraag is hoe deze eis kan afgedwongen worden. Bovendien is het noodzakelijk om een krachtsverhouding op te bouwen waarmee we de inhaligheid van de kapitalisten kunnen stoppen. Dat betekent strijden tegen de uitbuiting van de arbeid en de natuur door het kapitaal.

    Operatie Waarheid 2.0 nodig

    De cijfers van Oxfam, of nog die van de sociaal-economische barometer van het ABVV, illustreren hoe rot het kapitalisme is. Links en de vakbonden hebben er alle belang bij om deze cijfers zo breed mogelijk te verspreiden. Dat kan met openbare bijeenkomsten, initiatieven zoals de ‘Pensioenkrant’ in 2018, videoclips, personeelsvergaderingen op zoveel mogelijk werkplekken …

    Een dergelijke campagne moet dienen als basis voor een collectieve discussie om een eisenprogramma op te stellen dat samengaat met een actieplan om het af te dwingen. Door de discussie uit te breiden tot alle categorieën van de bevolking, kunnen we hen bij de strijd betrekken. Zo werd ‘Operatie Waarheid’ opgebouwd, de campagne die het terrein voorbereidde voor de opstandige en revolutionaire algemene staking van de winter van 1960-61. Op vergelijkbare wijze effenden de debatten rond het plan De Man de weg voor de algemene staking van 1936, die onder meer de veralgemening van betaalde vakantie opleverde. Die krachtige mobilisatie van de arbeiders werd beïnvloed door de golf van stakingen en fabrieksbezettingen die Frankrijk toen overspoelde. Ook vandaag kan de wind van de Franse pensioenstorm ons verzet tegen een komende pensioenhervorming aanwakkeren.

    We staan voor de uitdaging om de strijd weer op te pakken waar hij is opgehouden. We moeten daarbij alles in het werk stellen om de democratische controle over de strijd te waarborgen, zodat we niet afhankelijk zijn van de twijfels en het gebrek aan ambitie van de vakbondstoppen.

  • Grains Noirs in Molenbeek: nieuwe staking tegen agressieve opstelling van de bazen

    Na de aankondiging van het ontslag van 8 collega’s en de weigering van de directie om met de vakbondsvertegenwoordigers te overleggen, is op dinsdag 7 februari een staking begonnen bij cateraar Grains Noirs in Molenbeek. We spraken met de aanwezigen op het piket, onder meer ABVV-afgevaardigden Miloud Horch en Abdellatif Ennassiri.

    Door Stéphane (Brussel)

    Op donderdag 2 februari heeft de directie het ontslag aangekondigd van 8 werknemers in dit bedrijf waar bijna 70 mensen werken. Er werd onmiddellijk een werkonderbreking georganiseerd en de werknemers stelden vragen over de reden van de ontslagen. Aangezien er de maandag daarop geen reactie kwam van de directie, besloot het personeel in een gezamenlijke vakbondsactie van ABVV Horval en ACV Voeding en Diensten te staken totdat hun collega’s weer in dienst werden genomen.

    Het aanvallen van het personeel is niets nieuws voor de directie van Grains Noirs. In 2015 werden 9 werknemers, waaronder 3 afgevaardigden, ontslagen omdat ze voedsel zouden hebben gestolen en de hygiënenormen niet zouden hebben nageleefd. Het ging om valse beschuldigingen om te verhullen dat de directie zich wilde ontdoen van strijdbare vakbondsafgevaardigden in de aanloop naar de sociale verkiezingen van 2016. De staking resulteerde destijds in de re-integratie van deze collega’s (zie link hieronder).

    https://nl.socialisme.be/22759/grains-noirs-te-molenbeek-staking-dwingt-re-integratie-af-van-de-9-ontslagen-arbeiders

    Aangezien Grains Noirs bereide maaltijden levert aan grote distributiegroepen, is de werkplaats nooit gesloten tijdens de perioden van lockdown als gevolg van de pandemie. De directie heeft in deze periode haar zakken gevuld op de kap van het personeel, dat nu niets dan minachting terugkrijgt.

    Werknemers worden vaak onder druk gezet om flexibel te zijn en overuren te maken, vooral in de kersttijd, wanneer het niet ongewoon is om tot 2 uur ‘s nachts te moeten werken. Deze aankondiging van ontslagen komt net na de feestdagen, wat geen toeval is.

    De directie van het bedrijf doet vaak beroep op uitzendkrachten, waardoor alle werknemers onder druk komen te staan. Het gemeenschappelijke vakbondsfront roept op tot het beëindigen van uitzendwerk.

    Op maandag 6 februari wilde het personeel dat op het punt stond te gaan staken een gebaar maken: een laatste vrachtwagen laten gaan voor de klanten van Carrefour, Pain Quotidien en Delitraiteur. De directie reageerde met al haar arrogantie. In de ochtend van 7 februari sloot zij de toegang tot het gebouw af voor de stakers en verhinderde zij het gebruik van de personeelsruimten en met name de toiletten.

    Voor de directie is dit een poging om de wil om te vechten te stoppen. Maar de werknemers zijn vastbesloten hun staking door te zetten totdat hun collega’s weer in dienst worden genomen. Tegen de agressie van de bazen antwoorden de stakers: “Er is werk voor iedereen!”

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop