Category: Op de werkvloer

  • Oproep tot solidariteit met vakbondslid Ambev Brazilië

    Toen de Inbev-directie begin dit jaar honderden jobs op de helling wou zetten, was het de eengemaakte actie van de werknemers die dat toen verhinderde. Zelfs de media konden niet rond de bonuscultuur bij Carlos Brito en zijn beheerraad kijken. De blokkade van de arbeiders van Inbev, de dreiging van een internationale uitbreiding van de acties, de sympathie bij vele gewone werkenden,… zorgden ervoor dat het besparingsplan tijdelijk van de tafel verdween. LSP (Linkse Socialistische Partij) drukte toen actief haar solidariteit uit. Via onze contacten bij Braziliaanse Ambev-syndicalisten verkregen we een solidariteitsverklaring van een aantal leidende syndicalisten uit de fabriek in Jacarei, Brazilië.

    Vandaag vragen we steun tegen een willekeurige daad van het management van Ambev in Jacarei. Zij bestrafte de syndicalist Joaquim Aristeu recent met een dag “schorsing” uit de fabriek. Waarom? Joaquim speelde een cruciale rol in het verwerpen van een slecht loonvoorstel, door de meerderheid van de 400 Ambev-arbeiders in Jacarei.

    Joaquim werd in september verkozen in de “Interne Commissie ter Voorkoming van Ongevallen” in de fabriek. Dit met het meeste stemmen van alle arbeiderskandidaten, nl. 33%. Joaquim is de directie een doorn in het oog omdat hij zich vanuit die positie kantte tegen onder meer de niet-aangepaste verkleedruimtes in de fabriek. Recent argumenteerde hij, tijdens een personeelsvergadering, tegen de directie in: hij verzette zich tegen een loonvoorstel dat slechter is dan andere fabrieken in de regio. Joaquim werd uitgenodigd door de arbeiders om ook voor andere shiften te spreken, wat hij reeds geregeld had gedaan. Dit werd hem echter door het management verboden, dat hem zelfs een dag “schorste”. Uiteindelijk verwierp een meerderheid van alle Ambev-werknemers het voorstel van de directie. Wij vrezen echter voor verdere sancties tegen Joaquim, ook al werd hij door de arbeiders verkozen in een verantwoordelijke positie.

    Help ons om de houding van de Ambev-leiding in Jacarei aan te klagen:

    * je kan steun vragen binnen de syndicale delegaties voor Joaquim: verstuur een mail om te protesteren tegen de anti-syndicale praktijken van het managament in Jacarei

    * voor internationale steun en solidariteit onder de werknemers en hun gezinnen

    * voor samenwerking tussen vakbonden van verschillende Inbev-vestigingen tegen de asociale en anti-syndicale aanvallen van het patronaat!

    E-mails kunnen worden gestuurd naar:

    jc.lfamello@ambev.com.br – algemeen manager van de Jacarei-fabriek

    mftorres@ambev.com.br – human resources manager

    ouvidoria@ambev.com.br – ombudsman van AmBev

  • Meer middelen voor hoger onderwijs en onderzoek!

    Artikel door Jon Sneyers, onderzoeker en initiatiefnemer van de petitie

    Aan het begin van dit academiejaar riep de Leuvense rector Marc Waer op om te betogen tegen besparingen in de onderzoeksfinanciering [1]. Ook de andere rectoren klagen de besparingen aan, en terecht. In 2009 bespaarde de Vlaamse regering 16 miljoen euro (ongeveer 2%) op het budget voor Wetenschap en Innovatie, en is van plan om dit jaar hetzelfde te doen [2]. De federale regering is nog niet gevormd, maar het voornemen circuleert om 37 miljoen euro te besparen in de federale onderzoeksfinanciering [3]. Een gevolg daarvan is dat het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) steeds minder aangevraagde onderzoeksprojecten kan financieren (zie tabel 1): dit jaar moesten meer dan 85% van de onderzoeksvoorstellen geweigerd worden wegens gebrek aan middelen.

    In haar regeerakkoord 2009-2014 stelde de Vlaamse regering het redelijk ambitieuze doel om tegen het einde van de legislatuur 1% van het bruto regionaal product (BRP) te spenderen aan publiek gefinancierde wetenschap en innovatie. Mooie intentie, maar de daad wordt niet bepaald bij het woord gevoegd. In 2008 werd 0,7% van het BRP aan W&I besteed, dus om de doelstelling te halen zou het budget elk jaar minstens 6% moeten stijgen in reële termen (bovenop de inflatie). In plaats daarvan wordt het budget verminderd, met de economische crisis als uitvlucht. Onze buurlanden Duitsland, Nederland en Frankrijk (maar ook bijvoorbeeld de VS en China) lijden nochtans ook onder de crisis, maar investeren nu juist extra in onderzoek.

    Ingrid Lieten (SP.a) – Vlaams minister bevoegd voor Innovatie – belooft met andere woorden een serieuze verhoging van de middelen maar begint met “nu even te besparen”. Dat klinkt weinig geloofwaardig. Ook Pascal Smet (SP.a) – Vlaams minister voor Onderwijs – beloofde een verhoging van de middelen voor hoger onderwijs met 10% maar die belofte is ondertussen op de lange baan geschoven en tot nu toe is er enkel nog maar bespaard.

    De laatste 15 jaar werd er al zwaar bespaard in het hoger onderwijs door de invoering van de zogenaamde enveloppe-financiering, waarbij de instellingen zelf kunnen bepalen hoe ze besparen om rond te komen met een krimpend budget. De enveloppes werden systematisch te weinig geïndexeerd, terwijl de lonen van het personeel (gelukkig) wél de index volgen. Vooral voor de hogescholen betekende dit dat er steeds minder personeel kon worden aangenomen; de universiteiten konden hun krimpende enveloppe (tot voor kort) compenseren met onderzoeksfinanciering – en met nieuwe, goedkopere personeelsstatuten zoals doctoraatsbursalen. In heel het hoger onderwijs steeg het aantal studenten ondertussen drastisch, van een kleine 140.000 begin jaren ’90 tot meer dan 200.000 vandaag. Hoewel het aantal studenten in het hoger onderwijs tussen 1995 en 2009 met meer dan 34% toenam, is de overheidsfinanciering in reële termen achteruitgegaan waardoor het aantal docenten in dezelfde periode met bijna 2% daalde (zie tabel 2).

    In 2009 werd in Vlaanderen slechts 4,3% van het BRP aan onderwijs gespendeerd, terwijl dit in de jaren ’80 nog 7% was en bijvoorbeeld de UNESCO aanbeveelt om minstens 6% van het BRP aan onderwijs te besteden. Naar hoger onderwijs gaat slechts 0,8% van het BRP, terwijl de OESO minstens 2% aanbeveelt. De onderwijsministers zijn in woorden voorstander van die streefcijfers (en dan vooral vóór de verkiezingen), maar in uit hun daden blijkt eerder het tegendeel.

    Omwille van de onzekere financiering wordt er ook steeds meer gewerkt met tijdelijke contracten in de plaats van vaste benoemingen en contracten van onbepaalde duur. In het onderwijs in het algemeen (kleuter tot en met hogescholen, maar zonder universiteiten) waren er in 1993, in voltijdsequivalenten, 108.047 vastbenoemden en 24.701 tijdelijken. Tegen 2008 was het aantal vastbenoemden gestegen met 0,4% tot 108.530, en het aantal tijdelijken gestegen met 73,3% tot 42.810. Bij de universiteiten steeg het aantal vaste betrekkingen (ZAP + ATP op werkingsmiddelen) van 6.339 in 1992 tot 6.445 in 2008 (+1,7%) terwijl het aantal tijdelijken (AAP, BAP, ATP buiten werkingsmiddelen) in dezelfde periode steeg van 5.549 tot 12.827, een stijging met maar liefst 131%.

    Het is duidelijk dat de strijd voor meer middelen en voor betere personeelsstatuten dringend moet gevoerd worden, en dat we niet moeten rekenen op de politiekers van de traditionele partijen. Zowel met onderwijsministers van de CVP, VLD als SP.a werd er bespaard. We zullen niet alleen op straat moeten komen voor meer middelen, zoals de rectoren terecht vragen, maar we zullen ook een syndicale krachtsverhouding en een politiek alternatief moeten uitbouwen. De bestaande politieke partijen (met uitzondering van consequent-links) stellen allemaal dat besparingen onvermijdelijk zijn. We zouden echter het geld moeten zoeken waar het zit, om het te kunnen uitgeven waar het nodig is, in plaats van te besparen in broodnodige publieke diensten om zo nog meer cadeau’s te kunnen doen aan het patronaat.


    Voetnoten

    1. http://www.veto.be/veto/veto3702/VOOR.html
    2. Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid, Advies 134, 22 december 2009
    3. “Rectoren luiden alarmklok”, De Standaard, 14 juli 2010

    Teken de petitie voor een beter statuut voor onderzoekers: http://www.lbckul.be/petitie/

  • Staking bij Brink’s gaat verder

    De bedienden van Brink’s zijn momenteel aan hun tweede week staking bezig. De staking is gericht tegen de aanval van de directie om besparingen op te leggen. Toch is er nog altijd een enorme vastberadenheid onder de werknemers die dagelijks de stakerspost bevolken. Zij zeggen duidelijk NEEN tegen de besparingsplannen.

    Artikel door Thomas B (Gent)

    Dat Brink’s het vandaag moeilijk heeft op de Belgische markt komt door een jarenlang chaotisch beheer. Vorige november werd het volledige management de laan uit gestuurd. Brink’s Belgium valt sindsdien onder Nederlands management. Er werden het voorbije jaar onnoemelijk veel nieuwe kaderleden aangeworven om het tij te keren. Op de werkvloer was daar niets van te merken, integendeel zelfs. Brink’s verliest de ene klant na de andere aan de enige concurrent, Group 4.

    Daar krijgen de werknemers vandaag de rekening van gepresenteerd, de directie wil:

    1. Dat alle waardevervoerders overgaan van een bediendestatuut naar een arbeidersstatuut met wijziging van alle loon- en arbeidsvoorwaarden
    2. De basis van Strepy sluiten en het personeel slechts gedeeltelijk overplaatsen.
    3. De enige winstgevende basis van Zaventem verkopen aan een zusteronderneming met overdracht van het personeel.
    4. Alle bestaande bedrijfsovereenkomsten en verworven rechten van tafel vegen en dit alles, zonder enig overleg, garantie, …

    Het is voor alle werknemers duidelijk dat de sluiting van Strepy slechts een eerste stap zou zijn in een veel grotere reorganisatie. Maar voor die reorganisatie willen ze eerst af van het duurdere bediendestatuut, zodat werknemers met een hoge anciënniteit veel goedkoper aan de deur gezet kunnen worden.

    Dit is een aanval op het volledige bediendestatuut. We moeten af van de opdeling tussen de twee statuten. Maar dit mag niet leiden tot een nivellering naar beneden zoals het patronaat wil, het moet leiden tot betere loon en arbeidsvoorwaarden voor iedere Belgische werknemer.

  • Non-profit eist een nieuw sociaal investeringsplan

    Door Jef, werknemer in de sector en lid van LSP-Dendermonde. Artikel vanop polsslagnonprofit.blogspot.com

    Het akkoord voor de non-profit loopt op z’n einde en nieuwe onderhandelingen zijn dringend nodig. Aan het vorige akkoord gingen 14 maanden van actie voeren en betogen vooraf. Uiteindelijk waren er nog 12 stakingsdagen nodig alvorens de federale regering akkoord ging met de al afgezwakte eisen van de vakbonden. De gewesten mochten nog wat langer in de kou blijven staan. Na de eerdere uitvlucht van “wachten tot na de verkiezingen”, werd het “wachten tot na de begrotingsonderhandelingen”. De Brusselse sectoren stonden (en staan) er nog slechter voor. Zij wachten tot op vandaag op de uitvoering van de sociale akkoorden van 2001! Het is dan ook niets nieuw dat de non-profit op dit moment al 8 maanden aan het wachten is om onderhandelingen te starten voor het nieuwe meerjarige sociaal plan.

    In de non-profit zijn er iedere vijf jaar nieuwe onderhandelingen tussen de vakbonden en de verschillende regeringen van dit land. De tweejarige interprofessionele akkoorden uit de privésector zijn in de non-profit niet van toepassing. De sector kan niet genieten van de voordelen van een IPA maar moet wel de nadelen ervan dragen, zoals de slechtere voorwaarden voor tijdskrediet als gevolg van het Generatiepact. Met de komende besparingsgolf die door Europa trekt, zal de sector kort op de bal moeten spelen en tegelijk een lange termijnvisie hebben.

    Net zoals in 2005 is de gemeenschappelijke eisenbundel er op gericht om in een sector met veel tekorten toch betere arbeids- en loonsvoorwaarden te creëren. Centrale punten zijn de verhoging van de koopkracht en de uitbreiding van de effectieve personeelsbezetting. Daarnaast wordt een “werkbaar werk” en een “leefbaar leven” geëist. Dat leidt tot eisen rond een beter verlofsysteem, uitbreiding van het zorgkrediet, tijdskrediet en loopbaanvermindering. Ook wordt geëist dat verworvenheden uit het vorige akkoord behouden blijven en uitgebreid worden naar de volledige sector. Er is verder nood aan maatregelen die de commercialisering van zorg en welzijn stoppen en onmogelijk maken.

    De non-profit sectoren die onder Vlaamse bevoegdheid vallen, hebben naast de gemeenschappelijke eisenbundel ook nog sectorspecifieke eisen. In de thuiszorg blijft er een probleem met de verplaatsingskosten en wordt een regularisatie van het zorgkundigenstatuut geëist naast betere loonsvoorwaarden voor het omkaderingspersoneel. De gehandicaptensector wil dat er werk wordt gemaakt van de arbeidstijd en de normalisatie van de nachtdienst. Daarnaast moeten er duidelijke loon- en arbeidsvoorwaarden op papier gezet worden voor de werknemers in het PAB-systeem (persoonlijk assistentiebudget ). In de beschutte en sociale werkplaatsen eist men een verderzetting van de harmonisering en een waarborgfonds. Ook de socio-culturele sector eist voornamelijk een verderzetting van de harmonisering. Idem voor de kinderopvang die daarnaast ook betere loonvoorwaarden eist voor de verantwoordelijken binnen de diensten voor opvanggezinnen en de IBO’s Voor de onthaalouders moeten er duidelijk omschreven loon- en arbeidsvoorwaarden komen.

    Al deze eisen zijn niet zomaar ‘wensen van op de werkvloer’, maar noodzakelijk voor een kwalitatief hoogstaande zorg die voor iedereen toegankelijk is.

    Zorg en welzijn zijn niet enkel een maatschappelijke verantwoordelijkheid, maar ook een politieke. Dat gebeurt echter niet door de traditionele partijen. We hebben al veel ingetrokken handen gezien. Bij vorige onderhandelingen beweerden Somers (ex-voorzitter van de VLD) en Byttebier (Groen, toenmalig Vlaams minister van welzijn) dat de wachtlijsten in de gehandicaptenzorg te wijten waren aan de “oneigenlijke” gehandicapten op de lijst. Resultaat: de lijsten werden herzien. Vervolgens kwam er onder invloed van Vandenbroucke (SP.a) en met de steun van Vervotte (CD&V) een loonstop in het onderwijs en de non-profit. Van den Bossche (SP.a) weigerde te onderhandelen met een sector in staking. Van het VB moet de sector al helemaal geen steun verwachten, onderhandelen met vakbonden is voor hen zedenschennis en vertegenwoordigers van personen met een beperking vinden ze sowieso te links. Stel je voor, opkomen voor en met zwakkeren in de samenleving! Vlaams minister van begroting Muyters (N-VA) liet de houding van zijn partij al zien: eind september stelde hij voor om 30 miljoen euro die voorzien was voor het uitbreidingsbeleid in de gehandicaptensector gewoon te schrappen…

    Het is duidelijk dat er nood is aan een nieuwe brede arbeiderspartij. Enkel een dergelijke partij zal opkomen voor de noden en behoeften van de werknemers, de gebruikers en alle andere belangengroepen binnen de non-profit. Zo’n partij zal groeien uit de basis van de vakbonden en zich niet beperken tot het sociaal begeleiden van herstructureringen en besparingen, maar vechten tegen de sociale afbraak en zich verzetten tegen iedere vorm van verdeling onder de werknemers. In afwachting van een nieuwe arbeiderspartij, hebben strijdsyndicalisten en militanten uit de sector zich verzameld rond Polsslag, het actieblad van de non-profit.

  • Eerste verzet in de non-profit. Verslag van de actie in Gent

    The return of the… Witte Woede!

    In Gent was er donderdag de voorbode van een reeks regionale Witte-Woede acties. Honderden actievoerders kwamen bijeen voor een fietstocht en lieten duidelijk verstaan dat ze geen besparingen willen en dat bijkomende middelen in de sector noodzakelijk zijn. Minister Schauvliege werd op de korrel genomen door een delegatie van Vorming Plus. LSP was er ook.

    Verslag door een correspondent

    Op federaal vlak is er voorlopig enkel een akkoord voor 2011, dat is een soort ‘stilte voor de storm’ tot de nieuwe regering er komt. Deze zal ongetwijfeld het mes in de sector willen zetten, net zoals dit op Vlaams vlak het geval dreigt te zijn. Vlaams minister van financiën Muyters wil een verdere regionalisering van de gezondheidszorg en verdedigt daarbij onomwonden de agenda van de Vlaamse werkgevers (lees dit artikel over de Vlaamse sectoren van de non-profit).

    Dat mensen in actie komen is een goede zaak voor het zelfvertrouwen van vakbondsmilitanten, die de komende maanden sterk zullen mobiliseren om de Witte Woede écht wakker te krijgen eens de onderhandelingen voor een meerjarenakkoord op het bord liggen. Bovendien zet het de toon: er komen nog regionale acties en op 19 november is er een eerste nationale afspraak in Brussel.

    Ook Vorming Plus, het zwaar geteisterde volwassenenonderwijs, was aanwezig op de actie. Men vroeg zich af waar de ‘warme samenleving’ waarover Schauvliege het in haar verkiezingscampagne had, te vinden was. Zij moeten het nu stellen met liefst een kwart minder, wat gezien de beperkte middelen die ze al hadden, gigantisch veel is.

    Hoewel deze actie nog altijd louter symbolisch van aard was (op het einde van de fietstocht werd een ‘tijdbom’ afgeleverd aan de partijkantoren van de drie Vlaamse regeringspartijen, die tevens aan de federale onderhandelingstafel zitten), was de hoge opkomst en de teneur toch een teken dat de Witte Woede tot veel in staat is. In een sector waar nog meer toegevingen geen optie zijn voor de werknemers, zal elk gevecht een alles -of niets kwestie worden, die mogelijk ook bredere strijd en solidariteit op de agenda kan zetten.

    Na de solidariteitsactie met Frankrijk van de Total-arbeiders roert de non-profit zich nu dus ook. Dit biedt perspectieven voor verdere strijd in ons land, waarbij de traditionele partijen meer onder druk gezet worden en strijdbare syndicalisten de noodzaak van een nieuwe arbeiderspartij op de agenda kunnen helpen plaatsen.

    Dat laatste werd immers nog eens duidelijk na de ‘clash’ tussen Rudi De Leeuw en SP.a. Er is geen politiek verlengstuk voor de vakbonden als die consequent de verworvenheden van de arbeiders verdedigen. Ook op de actie in Gent waren er geen traditionele partijen te zien, en daarmee is natuurlijk al veel gezegd.

  • Brink’s: staking tegen aanval op lonen en statuut

    Zolang het onderscheid tussen werklieden en bedienden bestaat, zal het patronaat manieren zoeken om er gebruik van te maken. Dit blijkt nogmaals uit de situatie bij de waardetransporteur Brink’s. De chauffeurs hebben daar een bediendestatuut, maar de directie wil dat eenzijdig veranderen naar een werkliedenstatuut. Hierdoor zouden de chauffeurs tot 300 euro per maand verliezen en makkelijker aan de deur kunnen worden gezet.

    Het feit dat het onderscheid tussen bedienden en werklieden achterhaald is, blijkt eens te meer uit de sector van het waardetransport. Bij Brink’s hebben de chauffeurs een bediendestatuut, bij concurrent Group4 zijn het werklieden. Het officiële criterium van onderscheid is het verrichten van grotendeels hoofdarbeid dan wel handenarbeid. Bij Group4 moeten de chauffeurs blijkbaar niet nadenken, terwijl ze bij Brink’s geen handenarbeid verrichten. Dat onderscheid is absurd en achterhaald door het steeds complexer worden van de taken die alle werkenden moeten uitvoeren.

    De syndicale eis van een eenheidsstatuut is terecht, maar er lijkt niets van in huis te komen. De vraag is immers welke voorwaarden dit eenheidsstatuut zou omvatten: een harmonisatie waarin steeds het beste van elk stelsel wordt opgenomen of een harmonisatie naar beneden. Het patronaat opteert uiteraard voor die laatste optie, voor haar is een eenheidsstatuut vooral een besparingsmaatregel en een aanval op het bediendestatuut.

    Brink’s telt vier vestigingen in ons land, in Gent, Hasselt, Machelen en Strépy. Daar hebben de chauffeurs gisteren het werk neergelegd en wordt ook vandaag gestaakt. Dat gebeurde onmiddellijk toen de directie meedeelde dat de chauffeurs naar het werkliedenstatuut moesten overschakelen. Dat is overigens niet zomaar mogelijk, het is een eenzijdige wijziging van een essentieel onderdeel van de arbeidsovereenkomst. Eigenlijk is dit contractbreuk. Bovendien werd de sluiting van de vestiging in Strépy (met 60 personeelsleden) aangekondigd. In totaal werken ongeveer 500 mensen bij Brink’s in ons land.

    De directie stelt zich bijzonder arrogant op. De eenzijdige wijziging van het statuut van het personeel werd bekend gemaakt samen met het dreigement om de activiteiten in België te stoppen indien de wijziging niet wordt aanvaard. Om het even te vertalen in de patronale taal die doorgaans voor stakingsacties wordt gebruikt: eerst wordt het statuut van het personeel gegijzeld en dan volgt nog wat chantage om die gijzeling verkocht te krijgen.

    De overschakeling naar een statuut van werklieden zou de lonen onder druk zetten (tot 300 euro per maand minder), maar vooral de opzegvergoedingen zouden een pak lager liggen. De verantwoordelijke ACV-secretaris stelde dat het de directie vooral daar om te doen is. Er werd door de vakbonden voorgesteld om bij de verandering van statuut de opzegregeling te behouden, maar de directie weigerde dit. Wel vreemd dat de secretarissen blijkbaar wel bereid waren om de eenzijdige wijziging van statuut te aanvaarden.

    Met deze aanval op de loon- en arbeidsvoorwaarden maakt de directie van Brink’s meteen ook duidelijk waarom de syndicale eis van een eenheidsstatuut met harmonisatie van de statuten naar boven zo belangrijk is. Hierdoor zou het voor het patronaat moeilijker worden om verdeeldheid uit te spelen. Vandaag worden de chauffeurs van Brink’s opgezet tegen de “goedkopere” chauffeurs van Goup4. Voor het patronaat is er maar één oplossing: allemaal goedkopere chauffeurs en dus een aanval op onze levensstandaard met een neerwaartse spiraal van sociale dumping. Ons antwoord moet anders zijn: een verbetering van het arbeidersstatuut en het behoud van alle sociale verworvenheden van het bediendestatuut in een eenheidsstatuut.

  • Brugse gevangenis. Personeel in actie voor meer collega’s

    Het personeelstekort in de Brugse gevangenis heeft geleid tot een staking. Na een personeelsvergadering werd tot actie overgegaan. Voor het personeel was het te veel geworden, de problemen slepen intussen al te lang aan. Een belangrijk pijnpunt is het feit dat aangevraagde rustdagen regelmatig worden ingetrokken. De staking ontwikkelde van onderuit, maar werd meteen erkend door de vakbonden. We publiceren enkele foto’s van aan het stakingspiket.

    Foto’s door Johan. Verslagje door Thomas


    Verslag

    Dinsdag gingen we naar het piket aan de gevangenis in Brugge om onze solidariteit en steun over te maken aan de arbeiders. We hadden een solidariteitspamflet van jongeren in strijd voor werk bij, wat goed onthaald werd. We praten met verschillende mensen aan het piket over de toestand in de gevangenis en welke weg vooruit er nodig was om de eisen te kunnen verkrijgen.

    De cipiers kennen een enorme werkdruk, wat tot onveiligheid leid. Er wordt al jarenlang een politiek gevoerd van het afbouwen van het aantal personeelsleden, maar de taken blijven dezelfde of breiden zelfs uit. Daar zijn de voorbije jaren al verschillende acties tegen gevoerd, maar telkens werd er door de directie aan symptoombestrijding gedaan en werden de echte problemen niet aangepakt. Vandaag zijn de arbeiders dit zo beu dat ze nu al meer dan een week buitenstaan.

    Op vlak van vacatures valt het probleem mee (slechts 10), maar vaak is er een probleem als iemand ziek wordt, als er activiteiten zijn voor de gedetineerden op afdelingen en er personeel van andere afdelingen moet komen helpen, wat dan weer tot een personeelstekort leidt op die afdeling. Soms moet er gewoon met een tekort aan personeel gewerkt worden, wat tot een enorm onveiligheidsgevoel leidt. De vakbonden deden voorstellen om hier een einde aan te maken, maar de lokale directie weigerde deze voorstellen.


  • Federale sectoren van de non-profit. Mini-akkoord 2011 in afwachting van echte onderhandelingen voor een meerjarenakkoord

    Door een delegee uit de sector. Eerder gepubliceerd op Polsslagnonprofit.blogspot.com

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    ACTIEKALENDER WITTE WOEDE

    • 25 oktober: Limburg: “lege dozen actie”
    • 28 oktober: Oost-Vlaanderen: fietsactie Gent, Sint-Pietersplein, 10 uur
    • 28 oktober: actie SETCa en CNE tegen weigering werkgevers verlengen van CAO brugpensioen (federale sectoren) Brussel en Namen
    • Week van 15 november: West-Vlaanderen
    • 19 november: Nationale betoging voor respect Brussel, Noordstation 10 uur
    • 24 november: Limburg: Fakkeltocht Hasselt
    • 25 november: provincie Antwerpen: betoging Antwerpen, Astridplein (Centraal Station) 10 uur
    • 26 november: provincie Vlaams-Brabant

    [/box]

    De akkoorden van verschillende federale sectoren van de non-profit lopen af in 2010. Het uitblijven van een nieuwe federale regering zorgt er echter voor dat er geen nieuw meerjarenakkoord kan onderhandeld worden.

    Op regionaal vlak lopen de onderhandelingen voor de Brusselse en Waalse sectoren, maar in Vlaanderen worden deze zonder enige reden steeds uitgesteld. De aanwezigheid van VOKA-bloedhond Muyters (N-VA) in de Vlaamse regering is daar niet vreemd aan, zijn partij zit te watertanden om te besparen in de sociale sector. Dat is meteen een duidelijke waarschuwing voor een verdere regionalisering van de gezondheidszorg, zoals dit wordt voorgesteld door De Wever.

    Om de lopende projecten in de gezondheidszorg niet in het gedrang te brengen, werd er voor 2011 een "overbruggingsakkoord" gesloten tussen minister Onkelinx en de vakbonden. De budgetten voor 2011 moeten immers vastgelegd worden. Deze race tegen de tijd verklaart waarschijnlijk waarom het mini-akkoord niet aan de vakbondsbasis werd voorgelegd.

    De Algemene Raad van het RIZIV keurde op maandag 18 oktober unaniem de maatregelen die door minister Onkelinx voor de gezondheidszorg in 2011 werden voorgesteld goed, inclusief het beperkte sociaal akkoord voor de non-profit. De groeinorm van 4,5% die onder vuur van de rechtse partijen ligt, wordt voor 2011 behouden. Voor het sociaal akkoord van 2011 wordt 50 miljoen euro uitgetrokken.

    Dit lijkt miniem in vergelijking met het budget dat in 2010 werd vrijgemaakt voor "het plan Onkelinx voor het attractiever maken van het verpleegkundig beroep"(dat ging om ongeveer 90 miljoen euro). Dit plan werd met veel poeha bekendgemaakt, maar het had in de praktijk een relatief geringe impact op de werkvloer, buiten een kleine minderheid onder de verpleegkundigen die een behoorlijke jaarlijkse premie krijgen voor hun bijzondere beroepstitel of bijzondere beroepsbekwaamheid (respectievelijk 3.341,50 euro en 1.113,80 euro). De rest van het personeel "aan bed van de patiënt" kan genieten van een extra-prestatie van 20% tussen 19 en 20 uur, wat niet echt om over naar huis te schrijven is. Bij de toekenning van die avondpremie zaten spijtig genoeg enkele onlogische discriminaties: ondanks de "aan bed van de patiënt"-voorwaarde hebben verloskundigen geen recht op de premie en personeel op de dienst sterilisatie wél. Personeel dat niet behoort tot de groep van zorg- en verpleegkundigen kan deze bijkomende avondpremie op haar buik schrijven. In 2011 wordt deze discriminatie op vraag van de vakbonden ongedaan gemaakt (zie verder).

    Zowel vakbonden als de minister benadrukken dat het sociaal akkoord voor de non-profitsector voor 2011 slechts een eerste stap is van een onderhandeling die moet leiden tot een meerjarenakkoord. In een notendop behelst het sociaal akkoord voor 2011 volgende maatregelen:

    • Extra jobcreatie van ongeveer 550 voltijdse equivalenten (30 miljoen euro). Daarnaast komen er nog 200 nieuwe voltijdse equivalenten (10 miljoen euro buiten budget sociaal akkoord) voor de betere begeleiding van demente patiënten en nog eens ongeveer 163 voltijdse diëtisten in het kader van het kankerplan (7,5 miljoen euro buiten budget sociaal akkoord). In totaal worden er in 2011 een kleine 1.000 extra voltijdse arbeidsplaatsen gecreëerd.
    • Extra geld voor de tweede pensioenpijler voor ongeveer 200.000 werknemers in de sector (8 miljoen euro). Met het bedrag dat nu in dit pensioenfonds zit, kan elke werknemer zich net een paar schoenen kopen.
    • Een uitbreiding van de extra-prestatie van 20% tussen 19 en 20 uur tot het volledige personeel van de privésector (4,2 miljoen euro).
    • Een ondersteuning voor de publieke ziekenhuizen voor de pensioenbijdragen RSZ PPO, als incentive voor statutarisering (7, 5 miljoen euro).

    Uiteraard blijven de vakbonden niet bij de pakken zitten tot er uiteindelijk een regering is: de volgende maanden zal de witte woede terug de straat optrekken.

    Spijtig genoeg moeten we vaststellen dat de communautaire verdeelde slagorde ook ingang vindt in de syndicale acties. Zo zullen bijvoorbeeld SETCa (Franstalige BBTK) en CNE (Franstalige tegenhanger van LBC) op 28 oktober actie voeren aan de secretariaten van de Franstalige werkgeverskoepels in Brussel en Namen, maar wel rond een federaal probleem (de weigering van de patroons in het paritair comité 330 om de CAO’s voor brugpensioen te verlengen). LBC zal provinciale acties voeren voor zowel de Vlaamse als de federale sectoren. Het "in verdeelde slagorde" opstappen van de vakbonden wordt door de top verklaard door het feit dat het Vlaams en federaal akkoord toevallig tegelijkertijd aflopen, in tegenstelling tot de Brusselse en de Waalse akkoorden. Dat is een spijtige ontwikkeling, op de betoging van 8 juni zagen we dat een eengemaakte mobilisatie over alle sectoren van de non-profit bijzonder krachtig is. Er waren toen maar liefst 15.000 betogers, een derde meer dan vooraf verwacht.

    Hoe langer het duurt vooraleer er een nieuwe federale regering komt, hoe langer de witte woede op straat zal moeten komen. En indien er een nieuwe regering komt die de verrottingsstrategie van de N-VA volgt, zal het ook dan nodig zijn om het verzet verder te zetten.

  • Staking bij Molenbeekse Sociale huisvestingsmaatschappij

    Erkenning van de syndicale delegatie, een nivellering naar boven van de barema’s voor conciërges, arbeiders en bedienden, een euro meer op de maaltijdcheques en de verhoging van terugbetaling voor vervoer ‘van en naar het werk’ van 50% naar het wettelijk voorziene 75%. Dat zijn de vier eisen waarrond de circa 85 personeelsleden van “De Molenbeekse Huisvesting” gisteren in staking gingen.

    Verslag en foto’s door Eric

    Dat het menens is, kon men aflezen aan de talrijke deelname aan het piket. Alleen al gisterenochtend waren ze met meer dan 50 bedienden, conciërges, loodgieters, timmerlui, kuispersoneel etc. Intussen blijft het werk liggen en al beseft het personeel dat dit een pak inhaalwerk betekent, op de stakingsbereidheid heeft dat geen effect. Er zou wel een arbeidsreglement bestaan, maar de vakbondsafgevaardigden krijgen dat maar niet te pakken. Een staker vertelde ons dat de directie er methodes op na houdt van de vroege twintigste eeuw. De algemene directeur is een naar de PS overgelopen voormalige FDF politicus. Vandaag zal hij wellicht enkele personeelsleden individueel op het matje roepen, maar de vakbondsafgevaardigden zullen hun recht om daarbij aanwezig te zijn naar verluidt ter harte nemen. Ze gaan ervan uit dat meer stakingsdagen zullen moeten volgen.

    De Maatschappij "Le Logement Molenbeekois" bestaat al meer dan honderd jaar en is op een na de grootste openbare vastgoedmaatschappij van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Ze beheert maar liefst 3.300 sociale huurwoningen, bijna 9% van de 38.700 Brusselse sociale woningen, goed voor 10% van het woningenbestand van Molenbeek. De maatschappij heeft een wachtlijst van maar liefst 6.000 aanvragen.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop