Category: Op de werkvloer

  • GSK. Winsten voor de top, miserie voor de arbeiders

    Sinds begin deze week is er sociale onrust gevoerd bij GSK in Waver, een farmaceutisch bedrijf met zowat 4.000 personeelsleden in Waver. De onderhandelingen over een collectieve arbeidsovereenkomst verlopen bijzonder moeilijk. Terwijl bij dergelijke onderhandelingen de vertegenwoordigers van de werknemers doorgaans een eisenbundel op tafel leggen, kwam de directie nu met een asociale agenda naar de onderhandelingen. Na enkele stakingsdagen moest de directie inbinden en alsnog ernstige onderhandelingen voeren.

    De directie stelde de groepsverzekering in vraag. Het beheer van de pensioenverzekeringen zou worden toegewezen aan een groep van financiële experts die met het geld van de arbeiders zouden kunnen spelen op de financiële markten en daarvoor ruim vergoed zouden worden. Deze groep experts zou in de plaats komen van de verzekeringsinstelling waar momenteel mee wordt gewerkt. De vakbonden hebben berekend dat de nieuwe formule een hele laag arbeiders meer dan 20.000 euro kan kosten in vergelijking met de vroegere formule.

    De directie wil dit jaar geen enkele loonsverhoging toelaten en deze volgend jaar beperken tot 0,3%. Voor de topmanagers ziet het plaatje er wel rooskleurig uit: zij kunnen op extra bonussen rekenen als gevolg van de goede resultaten van GSK.

    De eisen van het personeel werden volledig genegeerd door de directie. Er komt geen loonsverhoging, geen herziening van de premies, geen verhoging van de verplaatsingskosten, geen toenadering tussen het statuut van bedienden en werklieden,… Het gaat eigenlijk om onderhandelingen in één richting waarbij het personeel moet toegeven.

    Maandag was er een personeelsvergadering waar werd gesteld dat de onderhandelingen totaal vast zitten. Het personeel was het beu en eiste een reactie van de directie, maar die kondigde aan dat er pas de volgende dag tijd was voor een gesprek met de vertegenwoordigers van de vakbonden. Daarmee maakte de directie nogmaals duidelijk dat de wensen van het personeel voor haar geen prioriteit zijn. Dinsdag verklaarde de HR-verantwoordelijke dat de arbeiders geen pion zijn en dat er geen enkel verschil zou zijn tussen de arbeiders en de bedienden op het vlak van de pensioenverzekering. De arbeiders in Waver legden de productiesite plat en werden al gauw gevolgd door de arbeiders van Rixensart die uit solidariteit meededen en tenslotte gingen ook de arbeiders in Gembloux in staking. Er werden stakersposten opgezet, niet om de toegang tot het bedrijf te blokkeren zoals enkele media berichtten, maar om het ongenoegen te uiten. Toen de arbeiders het werk neerlegden, waren de verantwoordelijken van de directie plots meteen beschikbaar om met de vakbonden te spreken. Er werd een verzoeningsvergadering gepland.

    Uiteindelijk werden dinsdagavond laat dan toch nieuwe onderhandelingen opgestart. Woensdag werd een voorakkoord gesloten dat door de vakbondsvertegenwoordigers als ‘evenwichtig’ werd omschreven. Het personeel besloot hierop om het werk te hervatten. De directie is alvast gewaarschuwd: indien er geen respect voor het personeel wordt getoond, dan zal het personeel dat via collectieve acties afdwingen.

  • Protest tegen afdanking delegee bij Audi Brussels

    Gisteren werd aan de poorten van Audi Brussels, het vroegere Volkswagen-Vorst, actie gevoerd tegen het ontslag van BBTK-delegee Karin Peene. Deze delegee werd op 1 september aan de deur gezet wegens het verlies aan “vertrouwen van de directie”. Het afdanken van delegees wegens hun syndicale activiteiten is onaanvaardbaar. Protest is noodzakelijk en daarom was de actie gisteren ook belangrijk. We publiceren enkele foto’s van de actie.

    Foto’s door Karim. Lees ook ons eerder artikel

  • Brussel. Protest tegen plaatsgebrek op school

    Op 27 september betoogden meer dan 165.000 stakende leerkrachten in Frankrijk om te protesteren tegen het schrappen van jobs in het onderwijs. Gisteren kwamen een 200-tal vakbondsmilitanten bijeen in Brussel om te protesteren tegen het gebrek aan plaatsen op de scholen in de Belgische hoofdstad. Volgens het Brusselse instituut voor de statistiek zijn er tegen 2014 79 extra scholen nodig om de toename van het aantal leerlingen op te vangen. Begin september waren er dit jaar 106 jongeren die geen school hadden gevonden.

    Verslag door Laure, foto’s door Karim

    De protestactie kende een positieve sfeer. Nochtans is de achtergrond van de feiten niet zo positief. Veel leerkrachten wilden hun woede en ongenoegen uiten. Op de actie konden we ons soms de vraag stellen over het om een protestactie ging of het begin van de campagne voor de sociale verkiezingen of de gemeenteraadsverkiezingen…

    Er kwam zelfs een PS-schepen van onderwijs uit Anderlecht een toespraak houden. De man leek ervoor te pleiten dat de rijkdom in de samenleving op een rechtvaardige wijze zou worden verdeeld om zo het probleem van plaatsgebrek en slechte arbeidsvoorwaarden voor het personeel aan te pakken. Was de schepen het beleid van zijn eigen partij vergeten? De PS verdedigt een politiek van begrotingsevenwicht waarbij er in het onderwijs wordt bespaard, onder meer door te besparen op het personeel. In 1995-96 waren het PS-verantwoordelijken waartegen werd betoogd.

    Een harde besparingsronde in het Franstalig onderwijs lijkt voorlopig van de baan, maar het zou geen overbodige luxe zijn om alsnog over te gaan tot een algemene mobilisatie van het onderwijspersoneel met ook een benadering naar bredere lagen. We hebben allemaal belang bij een degelijk onderwijs, het is de toekomst van onze kinderen die op het spel wordt gezet!

  • Onderwijs. Actie tegen hoge werkdruk

    Onderwijsvakbonden voeren actie tegen hoge werkdruk, berichtte het persagentschap Belga op 15 september. Ondertussen vonden al acties plaats aan de Howest, Hogeschool Gent en Arteveldehogeschool en andere. De voorziene acties zijn eerder van symbolische aard. Er worden pamfletten uitgedeeld waarin het gebrek aan middelen wordt aangekaart en in sommige hogescholen geven docenten tijdens hun eerste les uitleg aan de studenten over de gevolgen van het tekort aan middelen in het hoger onderwijs.

    LSP en de Actief Linkse Studenten steunen het protest ten volle. Wij voeren al jaren campagne tegen de besparingen in het onderwijs, het nieuwe financieringsmodel voor het hoger onderwijs en het tekort aan middelen doordat de financiering achterblijft op de stijgende studentenpopulatie. Het pamflet dat de Actief Linkse Studenten aan diverse hogescholen uitdeelt, vindt u hier (pdf). Het vakbondspamflet vind je hier (word).

    Waarom zijn er te weinig middelen?

    In 1980 bedroegen de middelen voor het onderwijs nog 7% van het BNP. Sindsdien werd een politiek van besparingen gevoerd, waardoor ze nog slechts 5,5% van het BNP bedragen. Nadat de overheid eerst had beloofd om de middelen voor onderwijs op te trekken, besliste ze in 2009 om opnieuw 1,27% te besparen. Daar komen bovendien extra besparingen bij, zoals de aanwendingspercentages in het leerplichtonderwijs (dit wil zeggen dat je i.p.v. 100% middelen bijvoorbeeld maar 98% krijgt) of de onderindexering van de enveloppen voor het hoger onderwijs. Door die onderindexering is de enveloppe voor de universiteiten nu minder dan 90% waard van die in 1991, het jaar dat de enveloppenfinanciering werd ingevoerd.

    De minister beweert in de pers dat de overheid voorziet in een drastische verhoging van de middelen voor het hoger onderwijs, namelijk 225 miljoen euro. Dat kan veel lijken, maar hij verzwijgt drie zaken. Ten eerste is de verhoging uitgesmeerd over een periode van meer dan 10 jaar. De volle 225 miljoen euro krijgt men pas in 2024! Ten tweede compenseert die stijging nauwelijks de onderfinanciering, zodat men in 2024 terug op het niveau staat van 1991 op voorwaarde dat de middelen vanaf nu wel correct geïndexeerd worden. Wij hebben daarover onze twijfels. Ten derde verzwijgt de minister ook dat de stijging absoluut niet evenredig is met de stijging van het aantal studenten. Volgens De Standaard steeg het aantal studenten in de hogescholen tussen 1997 en 2009 met 37% en het aantal lectoren maar met 11%. Aan de universiteiten steeg de studentenpopulatie in diezelfde periode met 29% en het onderwijzend korps maar met 3%. De rectoren zeggen minstens 10 tot 20% extra professoren nodig te hebben om kwaliteitsvol onderwijs te kunnen verstrekken.

    Haal het geld waar het zit?

    De voorzitter van de Leuvense associatie heeft het ei van Columbus gevonden. Wie denkt dat Oosterlinck ervoor pleit dat de bedrijven nu eindelijk eens belastingen gaan betalen zoals iedereen of de rijken een extra duit in het zakje mogen doen, is eraan voor de moeite. De ex-rector van de KUL pleit voor de verhoging (verdubbeling) van het inschrijvingsgeld. Daarmee zou Vlaanderen dan dezelfde weg opgaan van onze buurlanden waar het inschrijvingsgeld jaar na jaar stijgt en in Engeland ondertussen tot 13.000 (jawel dertienduizend) euro bedraagt. Anderen pleiten ervoor om het aantal studenten te beperken. Wie niet slaagt voor een toelatingsexamen komt er niet in. Maar in het verleden hebben dergelijke systemen al bestaan en bewezen dat ze vooral extra financiële hinderpalen opwerpen voor jongeren uit gewone gezinnen. Wie veel geld heeft, koopt zich wel een plaats aan de unief en in ruil voor de gulle sponsoring krijgt de papa dan een gebouw naar hem genoemd. U denkt dat we overdrijven? Wel ga dan eens kijken in de VS.

    De ALS zullen in de komende week verder campagne voeren tegen de besparingen en roepen de studenten op om de vakbonden te vervoegen in hun protesten tegen besparingen en voor meer middelen.

    Hoe de strijd organiseren?

    Hoewel we het alleen maar kunnen toejuichen dat de vakbonden actie voeren, stellen sommigen zich toch wel vragen bij de aanpak zowel inhoudelijk als qua tactiek. Inhoudelijk zegt het pamflet dat de vakbonden uitdelen aan de hogescholen heel weinig. Er wordt enkel gesproken over de professionele bacheloropleiding terwijl de problemen zich voor doen in het hele hoger onderwijs. En er wordt niet gesproken over de besparingen in de onderzoeksector die de universiteiten zwaar treft.

    Over het nieuwe financieringsmodel dat sinds 2008 in voege is in het Vlaams hoger onderwijs spreekt men niet. Nochtans is het dat model, dat aan de basis ligt van de steeds hoger wordende werkdruk in het hoger onderwijs. Sinds 2008 worden de instellingen gefinancierd op basis van hun output en niet langer op basis van het aantal ingeschreven studenten. Dit mechanisme dwingt de universiteiten en hogescholen om steeds meer studenten te laten afstuderen, steeds meer artikels te publiceren en steeds meer onderzoeksprojecten binnen te halen. Maar omdat het totale budget gelijk blijft en enkel herverdeeld wordt op basis van het aandeel in de output, zien we dat iedereen meer presteert maar dat enkel diegenen die boven het gemiddelde zitten worden beloond en de anderen zelfs financieel worden afgestraft. Elke docent is een concurrent geworden van zijn collega. Bevorderingen gaan immers naar diegene met de meeste output. Waarom zou je nog samenwerken, als je daar eigenlijk voor wordt gestraft?

    Qua tactiek hebben we toch ook wel onze bedenkingen. Er wordt nergens een gemeenschappelijk (voor hogescholen en universiteiten) eisenplatform aangeboden. Door eenzijdig te focussen op de professionele bachelors dreigt men het personeel in het hoger onderwijs te verdelen, in plaats van samen ten strijde te trekken voor meer middelen.De overheid is altijd kampioen geweest om hogescholen en universiteiten tegen elkaar uit te spelen. Vakbonden mogen niet in die val trappen.

    Tenslotte is de aanpak ook voor discussie vatbaar. Op dit moment geven de vakbonden de indruk op een rommelige manier actie te voeren in gespreide slagorde. Er zijn nauwelijks personeelsvergaderingen geweest om de problematiek aan te kaarten en het personeel op te roepen tot actie. Het lijkt alsof de actie wordt beperkt tot enkele afgevaardigden. Er wordt ook geen oproep gedaan naar de studenten om de docenten concreet te steunen. Nochtans is dat de manier om de overheid tot andere gedachten te dwingen. In Frankrijk kent men een lange traditie van gemeenschappelijke strijd tussen studenten en personeel en bereikt men veel betere resultaten dan met de beperkte symbolische acties in Vlaanderen.

  • Vier patronale leugens doorprikt

    De bazen komen steevast met dezelfde argumenten en voorstellen af. Ze hebben het over de te hoge loonkosten, de noodzaak van lastenverlagingen, het feit dat we allemaal langer moeten werken of de noodzaak van besparingen. Leugens die vaak herhaald worden, blijven wel eens hangen. Daarom wordt de patronale leugenschijf grijs gedraaid. In dit dossier weerleggen we vier mythes die centraal staan in de retoriek van de werkgevers.

    Artikel uit de septembereditie van ‘De Linkse Socialist’

    1. “Hoge loonkosten ondermijnen de concurrentiepositie”

    Dit argument wordt steeds opnieuw boven gehaald om iedere loonsverhoging te stoppen en om de indexering van de lonen in vraag te stellen. Er werd zelfs een wet gemaakt om de evolutie van de loonkosten te vergelijken met deze van de buurlanden. Het argument van het patronaat is eenvoudig: als we de economie in stand willen houden, moeten de lonen (of alleszins de loonkosten) naar beneden. Dit recept wordt ook wel eens het ‘Duitse model’ genoemd.

    Fons Verplaetse, eregouverneur van de Nationale Bank, haalde deze zomer in Knack deze mythe onderuit. Hij vergeleek de ontwikkeling van de uurloonkosten in de privésector in België met die in Duitsland, Frankrijk en Nederland. Hij baseerde zich daarvoor op de Technische Verslagen van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB), een bron waarvan de patroons de objectiviteit niet zullen betwisten. Bovendien gebruikte hij telkens driejaarlijkse gemiddelden om toevallige ontwikkelingen uit te zuiveren. Hij deed dat voor de periode sinds 1997. Die bevindingen vergeleek hij met de evolutie van het marktaandeel van België in de uitvoer. Daarvoor baseerde hij zich op het gemiddelde van de cijfers van de Oeso en van Eurostat. “Iedereen denkt spontaan dat onze uitvoerprestaties zwaar zullen achteruitgaan als onze loonkosten feller stijgen dan in die buurlanden, maar uit objectieve cijfers blijkt het tegendeel”, besluit hij.

    Tussen 1999 en 2004 nam het loonkostenverschil met de buurlanden met 0,7% af, maar vanaf 2001 verloor ons land ook steeds meer marktaandeel (2,4%). Vanaf 2004 stijgen de loonkosten in vergelijking met onze buurlanden met 4,2%, maar daalt het verlies aan marktaandeel tot 0,5%. Verplaetse: “De cijfers tonen dus duidelijk aan dat er zeker geen positief verband bestaat tussen de loonkosten en het verlies aan marktaandeel.” Volgens Verplaetse is het verlies aan marktaandeel te verklaren door een complex geheel van elementen, met onder meer de verkoopprijsstrategie en meer structurele elementen als onderzoek en ontwikkeling, innovatie en ondernemerschap.

    Het verlagen van de lonen leidt tot het krimpen van de eigen markt. Gezien export gemakkelijker is naar landen waaruit men zelf importeert, ondermijnt dit ook de eigen exportpositie. Het verminderen van de lonen heeft enkel tot doel om het eigenbelang op korte termijn van een handvol rijken te dienen.

    2. “De belastingdruk is veel te hoog”

    Dit argument wordt gebruikt om lastenverlagingen voor werkgevers te eisen. Er wordt meteen aan toegevoegd dat belastingsverlagingen voor de bedrijven zouden leiden tot meer werkgelegenheid. In werkelijkheid blijken de werkgevers bijzonder weinig belastingen te betalen en hebben deze verminderingen niet geleid tot nieuwe jobs.

    Miljardair Warren Buffet vond het opmerkelijk dat hij en zijn vrienden amper belastingen moeten betalen. De Amerikaanse lastenverlagingen zijn vooral na 2000 ingevoerd. Buffet stelt vast dat er tussen 1980 en 2000 40 miljoen jobs bijkwamen, “en je weet wat er daarna gebeurd is: lagere belastingvoeten en nog veel lagere banengroei.”

    Grote bedrijven in ons land betalen steeds minder belastingen, sommigen stellen dat ons land een belastingparadijs is geworden. Het ACV wees er op dat het reële belastingtarief voor bedrijven op tien jaar tijd bijna gehalveerd is: van 19,9% in 2001 tot amper 11,8% in 2009. Een van de belangrijkste redenen is de notionele intrestaftrek. In 2009 maakten de bedrijven 93,956 miljard euro winst voor belasting. Indien het tarief van 2001 zou zijn betaald, dan had de overheid 7,6 miljard euro extra inkomsten gehad. Het ACV spreekt van een “massieve fiscale aderlating”.

    Maatregelen als de notionele intrestaftrek hebben niet geleid tot de creatie van nieuwe jobs. Er is geen significant verschil tussen het aantal nieuwe jobs voor en na de invoering van deze gunstmaatregel voor grote bedrijven. Bij de 20 bedrijven die in 2008 het meeste voordeel haalden uit de notionele intrestaftrek (deze bedrijven waren goed voor een derde van de notionele intrestaftrek of 5,6 miljard euro) werkten in 2008 242 werknemers meer dan in 2007. Zonder GSK Biologics was er een daling met 347 jobs.

    3. “We moeten nu eenmaal langer werken”

    In een aantal buurlanden wordt de pensioenleeftijd opgetrokken tot 67 jaar. Ook bij ons pleit het patronaat daarvoor. Het argument is eenvoudig: we leven nu eenmaal langer. Dat valt niet te weerleggen, maar het is niet het enige element waarmee rekening mee moet worden gehouden.

    Zo is er de stijgende productiviteit van werkenden waardoor we meer produceren in de periode dat we werken. Dit element wordt door het patronaat systematisch uit het debat gehouden. Tussen 1964 en 2002 ging het om een stijging met 215%. Dat leidt tot een sterke stijging van de werkdruk en de stress, waardoor het voor velen niet evident is om langer dan 60 of 65 te werken.

    Bovendien is er een afname van het pensioenbedrag in verhouding tot de lonen. Een gemiddeld pensioen bedraagt nog slechts 60% van het laatst verdiende loon. Een op de vier gepensioneerden leeft zelfs onder de armoedegrens. De daling van het wettelijk pensioen en de verdere productiviteitsstijgingen van de werkenden zorgen ervoor dat het totale budget voor pensioenen tegenover het bbp (bruto binnenlands product) de komende jaren niet zal toenemen.

    Het is opvallend dat het patronaat enerzijds pleit voor het optrekken van de uitstapleeftijd, maar anderzijds wel vooraan staat om regelingen van brugpensioen toe te passen bij herstructureringen. Het gaat de werkgevers niet zozeer om de pensioenleeftijd, maar wel om het verder afbouwen van het wettelijk pensioen en de sociale zekerheid.

    4. “De overheid heeft boven haar stand geleefd en moet besparen”

    De torenhoge overheidsschuld wordt door de werkgevers aangegrepen om op te roepen tot forse besparingen. De recente toename van de staatsschulden zijn echter het gevolg van de overname van private schulden door de gemeenschap. Nadat ze hun eigen schulden op de gemeenschap hebben afgewenteld, eisen de patroons en bankiers dat de gemeenschap deze schulden snel afbetaalt. Het winstbejag gaat hand in hand met arrogantie tegenover de werkende bevolking.

    Want laat er geen onduidelijkheid over bestaan wie volgens de werkgevers voor de schulden moet opdraaien. VBO-topman Leysen verklaarde al bij het begin van de crisis: “Ons verwachtingspatroon van systematische welvaartsstijgingen in het Westen zullen we moeten bijsturen. Ons gestel is daar psychologisch en financieel niet op gebouwd. Een aanpassingsproces dringt zich op.” Vrij vertaald: de levensstandaard van de gewone werkmens moet drastisch naar beneden aangepast worden.

    Het harde besparingsbeleid leidt tot nog meer economische problemen. Dat moeten nu ook gerenommeerde neoliberalen erkennen. Marc De Vos van de denktank Itinera is zo iemand. In een column in Knack heeft hij over de optie van harde besparingen: “Drastisch saneren en hervormen met de revolver van Europa en de financiële markten tegen de slaap, is dan de boodschap. Dat blijkt maar moeilijk te werken. Enerzijds lijkt de remedie erger dan de kwaal, in die zin dat ze de economie de dieperik in stampt, waardoor een land als Griekenland in een uitzichtloze spiraal van steeds meer schuld terecht komt. Anderzijds kan de bevolking zelf niet blijven slikken zonder toekomstperspectief, getuige de straatprotesten. En zonder medewerking van de bevolking kan geen enkel hervormingsprogramma slagen.”

    Terwijl de rechterzijde en de werkgevers contrahervormingen en besparingen eisen, is de relatief goede economische positie van ons land volgens de Financial Times toe te schrijven aan het feit dat hier geen zwaar besparingsbeleid wordt gevoerd. Daar wil de rechterzijde verandering in brengen door naast het Ierse model van lastenverlagingen, het Duitse model van lage lonen en het Franse model van pensioenhervormingen ook het Britse model van harde besparingen te volgen. Misschien moet De Wever eens nagaan waarom de economieën van de landen die hij als model naar voor schuift, een voor een onderuit schuiven.

  • Van Heck Interpièces en Audi Brussels: delegees op de slachtbank

    De afgelopen weken werden opnieuw delegees afgedankt. Naarmate de sociale verkiezingen van 2012 dichterbij komen, is het goedkoper om lastige delegees aan de deur te zetten. De opzegvergoeding wordt immers mee bepaald door de duur van de termijn als delegee. Bij Van Heck Interpièces in Vilvoorde en Audi Brussels werden twee delegees aan de deur gezet.

    Van Heck Interpièces is een bedrijf dat als tussenschakel tussen autofabrikanten en garagehouders optreedt. De christelijke vakbond LBC klaagt aan dat het personeelsbeleid bij Van Heck Interpièces op “angst en repressie” is gebaseerd. Eind augustus werd de hoofdafgevaardigde van LBC afgedankt met betaling van een verbrekingsvergoeding. Hiermee wilde de directie gebruik maken van de ‘soldenperiode’ waarin het goedkoper is om zich van delegees te ontdoen. Het doel is niet enkel om één strijdbare delegee uit de weg te ruimen, maar uiteraard om de volledige vakbondswerking van de kaart te vegen. Wie zal immers nog zijn/haar nek durven uit te steken als het tot ontslag leidt?

    De vakbonden organiseerden begin september een personeelsvergadering bij Van Heck Interpièces. LBC berichtte daarover op haar website: “De directie intimideerde personeelsleden om te voorkomen dat ze aan de vergadering zouden deelnemen. Slechts een handjevol bedienden waagde het naar de bijeenkomst af te zakken. Gelukkig lieten meer arbeiders zich ook zien op de vergadering. De deelnemers aarzelden zichtbaar om vrijuit te spreken over de zeer slechte sfeer in de onderneming. Op de vergadering waren er ook enkele ‘teamcoaches’ die in de zak zaten van de directie. Hun aanwezigheid was niet bepaald bevorderlijk voor een open discussie.”

    De sociale onrust bij het bedrijf kan op ieder ogenblik tot uitbarsten te komen. Als het zo ver komt, zal de directie een hoge prijs betalen voor haar harde opstelling.

    Ook bij Audi Brussels werd een delegee afgedankt. Daar gaat het om een BBTK-delegee die “het vertrouwen van de directie” was verloren. Ook hier wil de directie zich van een delegee ontdoen door uitbetaling van de verbrekingsvergoeding. Dergelijke praktijken vinden niet enkel plaats in kleine bedrijven met een halsstarrige directie, maar ook in grote bedrijven.

    Bij BRC en Clariant werd deze zomer aangetoond dat verzet tegen het afdanken van delegees mogelijk is en loont. In beide gevallen was er een vastberaden mobilisatie aan de bedrijfspoorten. Er werd ook telkens geprobeerd om de discussie open te trekken en solidariteit te organiseren. In het geval van BRC gebeurde dat ook op internationaal vlak. Telkens moest de directie terugkomen op de beslissing om syndicale afgevaardigden af te danken.

    Naar aanleiding van de ontslagen bij Van Heck Interpièces en Audi Brussels wordt vandaag en vrijdag actie gevoerd. Dat is een goede stap, maar waarom het protest niet verenigen? Het gaat om delegees van verschillende vakbonden, maar de problematiek is dezelfde. De campagnes rond beide zaken verenigen, kan een goede stap zijn om een nationale campagne tegen het afdanken van delegees op te zetten en om bijzonder offensief te reageren op iedere werkgever die van de ‘soldenperiode’ voor delegees gebruik wil maken om de vakbondswerking te breken.

    Komende vrijdag wordt vanaf 7u30 aan Van Heck Interpièces (Havendoklaan 14, Vilvoorde) actie gevoerd. Rond het ontslag van de BBTK-delegee bij Audi is er vandaag een actie en is er een internetpetitie.

  • VBO nodigt veroordeelde architect van Duitse model uit

    De werkgeversfederatie haalt Peter Hartz naar ons land om een uiteenzetting te geven over het Duitse model van lage lonen en vervolging van de werklozen. Op 21 september zal de veroordeelde ex-topman van Volkswagen een key-note spreker zijn op het VBO-forum. Hartz was niet alleen de architect van het asociale Duitse model, zelf kwam hij in opspraak omdat hij leden van de ondernemingsraad omkocht met plezierreisjes en prostituees. Kortom, een uitstekende spreker voor de Belgische ondernemers.

    Zelf volgen we de uitnodigingen van het VBO niet bepaald, maar de website apache.be wees op het feit dat Hartz een centrale spreker is op het geplande VBO-Forum. Het VBO reageerde op het bewuste artikel met de stelling dat Hartz “louter en alleen gastspreker is omdat hij de geestelijke vader is van de arbeidsmarkthervormingen in Duitsland”. En die hervormingen ziet het VBO als een voorbeeld voor België. Inzake de veroordeling van Hartz beperkt het VBO zich tot de melding dat: “Het Duitse gerecht zijn werk gedaan heeft”.

    Het VBO is een weinig verrassende aanhanger van het Duitse model van lage lonen en repressieve vervolging van werklozen. Hartz gaf zijn naam aan de plannen ‘Hartz IV’ waartegen tien jaar geleden maandenlang werd betoogd. Door deze hervorming, doorgevoerd door een sociaal-democratische kanselier, Gerhard Schröder, moeten werklozen rondkomen met amper 350 euro per maand (in 2009 opgetrokken tot 364 eur). Werklozen moeten om het even welke job aanvaarden, ze krijgen daarvoor vaak slechts 1 euro per uur bovenop de werkloosheidsuitkering. Dergelijk beleid van lage lonen en ondermijning van de levensstandaard is wat het VBO ook in ons land wil.

    In de aankondiging van de toespraak door Hartz stelt het VBO dat Duitsland “sterk presteert op het vlak van economische groei, concurrentiekracht, export en innovatie, én op het gebied van werkgelegenheid”. Er wordt aan toegevoegd: “hun aandeel ‘working poor’ ligt onder het West-Europese gemiddelde”. Dat laatste was ook een argument van VBO-topman Timmermans in een reactie op Günther Walraff die het Duitse model bekritiseerde met de stelling “we worden stilaan een onderontwikkeld land”.

    Het klopt: het aantal werkende armen ligt niet boven het Europese gemiddelde. Maar dankzij de hervormingen van het Duitse model dat het VBO zo aanprijst, is het aantal werkende armen wel van 4,8% tot 6,8% gestegen. De kloof tussen de rijkste en armste Duitsers nam spectaculair toe in dezelfde periode en intussen is 15% van de Duitse bevolking arm. Tussen 2005 en 2009 nam het aantal personen met risico op armoede toe met 2.630.000, een stijging met 26,4%, tot 12,6 miljoen. Het VBO vraagt zich af hoe dat ook in ons land kan gerealiseerd worden.

    Tegen de hervormingen van Hartz en Schröder werd begin deze eeuw wekenlang betoogd. Er waren massale ‘maandagbetogingen’ en ook nationale acties. Werklozen kwamen op straat, maar ook werkenden betoogden omdat ze wisten dat de aanval op de werklozen alle arbeids- en loonsvoorwaarden onder druk zou zetten. Dat was een correcte vaststelling: tussen 2000 en 2009 zijn de reële lonen in Duitsland effectief met 4,5% gedaald. Het protest in Duitsland kreeg destijds jammer genoeg geen volledige syndicale ondersteuning. De vakbondsleiding organiseerde het verzet niet, waardoor het uiteindelijk uitdoofde. Maar intussen is het resultaat wel dat de vakbonden steeds meer ondermijnd worden.

    Peter Hartz was samen met Schröder de architect van het besparingsbeleid. Hartz was voorheen human-resources verantwoordelijke bij Volkswagen. Daarbij werden leden van de ondernemingsraad omgekocht met plezierreisjes en luxe-prostituees. Ook verantwoordelijken van de vakbond lieten zich omkopen door Hartz en co. Vakbondsman Klaus Volkert, de voorzitter van de ondernemingsraad, werd tot twee jaar cel veroordeeld omdat hij smeergeld en voordelen in natura van de directie aanvaardde. Ook Peter Hartz werd veroordeeld, hij kreeg een boete van meer dan een half miljoen euro opgelegd en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee jaar wegens omkoping en corruptie. Hartz gaf zijn schuld toe waardoor hij niet in de gevangenis moest.

    Nu komt deze veroordeelde crimineel de Belgische ondernemers ideeën geven hoe ze hun werknemers harder kunnen uitbuiten. De centrale lessen van Hartz lijken daarbij te zijn: pak de zwaksten aan door hen in armoede en wanhoop onder te duwen en pak daarnaast de gewone werkenden aan door diegenen die hen zouden moeten vertegenwoordigen om te kopen en mee in het besparingsbad te trekken.

    Misschien kunnen de vakbonden het bezoek van Hartz aangrijpen om actievoerders die de maandagbetogingen tegen Hartz IV animeerden naar ons land te halen en om het ‘Duitse model’ op een actieve en offensieve wijze te bestrijden?

  • Is de teloorgang van het openbaar ziekenhuis en het ambtenarenstatuut in Vlaanderen onomkeerbaar ?

    Analyse door de actieblog Polsslag

    Naar aanleiding van de aanhoudende perikelen in het Aalsterse ASZ (het openbare gedeelte verbonden met het OCMW) werpen we eens een blik op het sluipende privatiseringsproces van de openbare ziekenhuissector dat al vrij ver gevorderd is in Vlaanderen. In de Non/Social Profit spreekt men vaak over de commercialisering van de private ziekenhuissector maar over de teloorgang van de openbare ziekenhuizen en daarmee samenhangend het uitdovend ambtenarenstatuut hoort men al veel minder. De synergie van openbare en private sector in de ziekenhuizen zorgt voor heel wat syndicale kopzorgen aangezien dit dikwijls gepaard gaat met de afbraak van de verworvenheden van het personeel.

    Kwantitatieve verschuivingen in de laatste 30 jaar

    De afgelopen 30 jaar is het ziekenhuislandschap in Vlaanderen en België drastisch veranderd. Schaalvergroting is aan de orde van de dag waardoor het sympathieke wijkziekenhuis enkel nog in de herinnering bestaat. De cijfers spreken voor zich. In 1980 telde ons land nog 521 ziekenhuizen met in totaal 92 436 bedden. Tegen 2000 was dit al meer dan gehalveerd tot 223 ziekenhuizen en een afname van het totaal aantal bedden met meer dan 20 000 tot 72 304. In 2008 waren er nog 207 ziekenhuizen met in totaal 70 084 bedden. We moeten echter voor de volledigheid ook vermelden dat het aantal bedden in de rusthuizen (ROB en RVT) meer dan vertienvoudigde van 12 203 in 1990 naar 129 775 in 2008 (bron: Health Systems in Transition, volume 12 nr 5 2010, KCE)

    De grote ziekenhuisgroepen peuzelen als volleerde immobiliën-haaien de kleine ziekenhuizen op en verdelen de buit (gebouwen, bedden, personeel). De meest frappante voorbeelden vinden we in het Brusselse met o.a. het ter ziele gegane Frans Hospitaal en het uitkleden van St.-Etienne door het St.Jan ziekenhuis. De ziekenhuisbedden die hierbij “vrijkwamen” verhuisden in ruil voor harde valuta van Brussel naar Vlaanderen en Wallonië.

    En kwalitatieve verschuivingen?

    De overwegend katholieke privé-ziekenhuizen hebben zich ondertussen ontdaan van de laatste caritatieve zweem onder het mom van modernisering. Nu zijn “marktconformiteit”, “benchmarking”, “productie”, “concurrentie” de nieuwe wonderwoorden. Tegelijkertijd zien we de evolutie van zuiver openbare naar hybride ziekenhuizen, d.w.z. ziekenhuizen met zowel een openbare als een private component door verzelfstandiging en fusies met private ziekenhuizen. Een bijproduct van de huidige evolutie in de ganse ziekenhuissector is de reeds genoemde lucratieve handel in ziekenhuisbedden. Dit is een typisch Belgische manier om het moratorium op het aantal ziekenhuisbedden te interpreteren …

    In Vlaanderen is er strikt gezien nog wel geteld 1 openbaar ziekenhuis: het Stedelijk Ziekehuis Roeselare. De Vereniging van Openbare Verzorgingsinstellingen (VOV), de Verso-federatie voor openbare ziekenhuizen, is verleden jaar opgegaan in ICURO, de Vlaamse koepel van ziekenhuizen met publieke partners. Vlaanderen telt nu 22 ziekenhuizen met een publieke partner in de raad van bestuur, meestal het plaatselijk OCMW. Zij tellen samen 22.600 werknemers en 11.300 bedden. Van die 22.600 werknemers is een slinkende minderheid van 8000 vast benoemd/ statutair.

    Het is een bewuste politiek in Vlaanderen om de openbare ziekenhuizen en de statutairen naar de geschiedenisboekjes te verwijzen. Er worden zelden of nooit nog vaste werknemers statutair benoemd aangezien de lonen van de werknemers van privé en publieke sector gelijkgeschakeld zijn. De allerlaatste benoemingsronde in het ASZ verliep allesbehalve eerlijk maar daar moeten we geen tekeningetje bij maken. Tot de laatste vast benoemden hoorden uiteraard directieleden en personeelsleden “met connecties.” “Eerst oompje en dan oompjes kinderen,” lijkt de nieuwe slagzin van de directie in het ASZ.

    De langdurige en moedige staking in het ASZ in 2009 was ontegensprekelijk historisch te noemen in de “stakingsarme ziekenhuissector.” De problematiek van het einde van de vaste benoemingen en daarmee gekoppeld de teloorgang van het openbaar ziekenhuis in Vlaanderen, dient door de vakbonden beantwoord te worden met een actieplan op nationaal vlak. In het Engels zegt men: “United we stand, divided we fall.” Het proces van sluipende privatisering door verzelfstandiging en fusies met privéziekenhuizen is te vergelijken met het dominospel: de dominostenen vallen één na één (denken we maar aan ZNA in Antwerpen, Turnhout, …) wat het voor de werkgevers gemakkelijker maakt om hun zin door te drukken. Het ziet er naar uit dat de “last man standing” het UZ Gent zal zijn … (zie verder)

    Als je weet dat een meerderheid van de vast benoemden in Vlaamse openbare ziekenhuizen boven de 50 jaar is, kunnen we stellen dat indien de evolutie niet gekeerd wordt, binnen 10 jaar de last post geblazen wordt over het ambtenarenstatuut in de ziekenhuissector. In werkgeverstaal zegt men: “De groep van de vast benoemden dooft uit.”

    Er is echter 1 uitzondering op de regel dat zoals het Gallische dorpje in de Asterix-strips met succes weerstand biedt: het UZ in Gent. In 2008 konden de vakbonden in het Gentse UZ de automatische statutarisering afdwingen. Op 1 januari 2009 kon men in het UZ de volgende cijfers voorleggen: 4143 statutairen tegenover 798 contractuelen. Een snelle rekenaar ziet dat het UZ in Gent meer dan de helft van het totaal statutairen in Vlaanderen voor zijn rekening neemt.

    Zowel werkgevers als de vakbonden zijn vragende partij voor een harmonisering van de arbeidsvoorwaarden voor de werknemers afkomstig van de openbare en de private sector … maar dan wel in tegengestelde richting. De werkgevers willen de verworvenheden van de openbare sector afbreken en gelijk stellen met de private sector terwijl de vakbonden voorstander zijn van een harmonisering naar boven toe in plaats van naar beneden. De strijd van de werknemers van de openbare sector voor het behoud van de statutarisering en andere voordelen is in die zin ook een strijd voor de werknemers van de privésector.

    Eenheid in actie van vakbonden in openbare en private sector meer dan ooit nodig!

    We moeten spijtig genoeg vaststellen dat er op de communicatie tussen de vakbonden van de openbare en de privé-ziekenhuizen (in het ABVV bijvoorbeeld tussen enerzijds ACOD en anderzijds BBTK en Algemene Centrale) de nodige ruis zit, om het eufemistisch uit te drukken. Bij de herhaaldelijke mobilisaties van de federale sectoren van de gezondheidszorg (de witte woede) in het laatste anderhalf jaar was het zoeken met een vergrootglas naar delegaties van het ACOD. Bij het ACV lijkt de communicatie tussen de vakbondscentrales van de privé en openbare sector vlotter te lopen. Het gaat echter om hetzelfde budget voor een (meerjaren)akkoord waarvan zowel de openbare als de private sector elk hun deel van de koek krijgen. Via onder andere het netwerk van Polsslag bestaat er overleg tussen basismilitanten van de privé en de publieke sector en dit werkt verhelderend.

    Gezien het verschil tussen de “openbare” ziekenhuizen en de privé-ziekenhuizen zich steeds meer afspeelt op het niveau van de punten en komma’s, kunnen militanten van beide sectoren van elkaar leren. Dat de directie van het ASZ wat betreft verloning zich niet concurrentieel met de rest van ziekenhuisdirecties waant, is daar een uiting van. Dat het anders kan, bewijzen nochtans de Vlaamse sectoren van de Social/Non Profit waar ACOD, BBTK en Algemene Centrale samen vergaderen en mobiliseren naar acties. Voor 1 keer kunnen de vakbonden in de ziekenhuissector een voorbeeld nemen aan de werkgevers: ICURO en Zorgnet Vlaanderen (private koepel met katholieke oorsprong) doen 90 procent van hun activiteiten samen of via een taakverdeling. Zorgnet en ICURO verdelen de waar te nemen mandaten in officiële organen, en nemen daar ook de belangenverdediging van elkaars leden op.

    Werkgevers slaan de communautaire trom …

    In maart 2011 kwam de afgevaardigd bestuurder van ICURO met onheilspellend nieuws naar buiten. De Standaard titelde:”Pensioenbom onder openbare ziekenhuizen.” Die tijdbom zou 2,7 miljard Euro bedragen voor de uitbetaling van de pensioenen in de komende 25 jaar. Het officieus moratorium op vaste benoemingen in Vlaanderen zorgt er logischerwijze voor dat er veel minder geld gestort wordt in de kas voor de lokale openbare besturen (RSZPPO) Nu dragen er nog ongeveer 8000 mensen bij tot die kas maar dit aantal zal uiteindelijk uitdoven indien er geen nieuwe benoemingen komen.

    Hypothetisch gezien moet nadat de “allerlaatste vastbenoemde” op pensioen is, nog heel wat jaren pensioenen uitbetaald worden terwijl de pensioenkas geen inkomsten meer heeft uit bijdragen van statutairen. De oplossing die voor de hand ligt en door de vakbonden verdedigd wordt, namelijk terug heel wat mensen vast benoemen zodat de pensioenkas terug meer inkomsten krijgt, lijkt onbespreekbaar voor de werkgevers. Dit duidt eerder op een politiek-ideologische keuze dan op een berekening van het kostenplaatje.

    ICURO en Zorgnet zijn ook boos op minister Onkelinx omdat 90% van het budget dat voorzien werd in het mini-akkoord 2011 van de federale gezondheidsdiensten om het aantal vaste benoemingen op peil te houden of zelfs te verhogen, naar Wallonië gaat. Het totaalbudget voor dit luik in het akkoord bedraagt 7,5 miljoen Euro terwijl de meerkost van de pensioenen in Vlaanderen voor de jaren 2012 tot 2014 op 20 miljoen euro geschat wordt. Het is maar logisch dat als men weigert over te gaan tot vaste benoemingen, men hier ook geen geld voor krijgt. “Eigen schuld, dikke bult,” is hier eerder op zijn plaats. Uiteraard moeten we ook rekening houden dat historisch gezien de openbare ziekenhuizen beter vertegenwoordigd zijn in Wallonië (42 privé tegenover 25 openbare) en Brussel terwijl in Vlaanderen sprake is van een absoluut overwicht van de privé-ziekenhuizen (90 privé tegenover 22 openbare)

    Nog een interessant artikel over deze materie op wittewoede.be (website LBC Non Profit):Eerste kleine stap in lange weg naar harmonisatie loon- en arbeidsvoorwaarden in AZ Turnhout

  • Auto 5. Haal rechters en deurwaarders weg uit sociale conflicten

    Bij Auto 5 wordt actie gevoerd tegen het ontslag van vier werknemers, waaronder een delegee. Een man die berispt werd wegens pesterijen op het werk werd nadien afgedankt en tegelijk werden ook drie anderen afgedankt. Het is een poging van de directie om de algemene afkeer tegenover pesters op het werk aan te grijpen om meteen ook een delegee af te danken. Tegenover de acties die hierop volgden, toonde de directie nogmaals haar asociale karakter.

    De vakbondsafgevaardigde in Waterloo werd afgedankt nadat hij had bemiddeld in het pestdossier. De vakbond waartoe de delegee behoort, de Franstalige bediendenbond CNE (tegenhanger van LBC), stelde meteen dat er geen plaats is voor pesterijen op het werk. De vakbondsafgevaardigde werd enkel ingelicht over het probleem en de waarschuwing aan het adres van de pester.

    Aanvankelijk beperkte de directie zich tot een berisping. Maar op 24 augustus, bijna twee maanden na de waarschuwing, volgde plots het ontslag van vier werknemers, waaronder de delegee die op de hoogte was gebracht van de waarschuwing. Het doel is duidelijk: pesten op het werk wordt niet aanvaard door brede lagen van de bevolking. Door het ontslag van de delegee te verbinden met dat van de pester, worden beiden in hetzelfde kamp geduwd.

    CNE en LBC reageerden met acties bij Auto 5, zo bleven zaterdag een twintigtal vestigingen van de keten in Wallonië en Brussel dicht. Langs Nederlandstalige kant werd eveneens actie gevoerd met een pamflet. De directie reageerde met een eenzijdig verzoekschrift en deurwaarders om de piketten te breken. Het ging nochtans vooral om piketten die de bezoekers wilden informeren, niet om piketten die de vestigingen van het bedrijf afsloten.

    De directie van Auto 5 ondermijnt op deze manier ieder recht van collectieve actie van het personeel. Daartoe kan het gebruik maken van een gerechtelijke opstelling waarbij het stakingsrecht steeds minder wordt erkend. Eenzijdige verzoekschriften van patroons worden doorgaans klakkeloos overgenomen waardoor deurwaarders worden ingezet die meteen ook gebruik maken van de politie. Op deze manier wordt de politie ingezet als private militie van het patronaat die daartoe op de instemming van het gerecht kan rekenen. Een normale procedure waarbij ook het standpunt van de vakbonden aan bod komt, wordt niet gevolgd. Waarom zou het patronaat dat doen als de rechters instemmen met eenzijdige verzoekschriften?

    Rechters en deurwaarders hebben niets te zoeken in een collectief geschil. Werknemers hebben het recht om collectieve acties te ondernemen en er is ook een stakingsrecht. Het stakingsrecht beperkt zich niet tot het neerleggen van het werk, maar omvat ook het organiseren van een staking. De nieuwe aanval van Auto 5 op het stakingsrecht is een zoveelste ontkenning van het recht op collectieve actie in ons land. Daartoe kon het rekenen op de bereidwillige medewerking van rechters in Bergen, Charleroi, Doornik, Luik, Brussel en Nijvel die schermden met grote dwangsommen.

    Het wordt tijd dat de vakbonden hiertegen in het offensief gaan. De juridische middelen waarover het patronaat beschikt, zijn van twijfelachtig allooi. Maar het verschil tussen gelijk hebben en gelijk krijgen, wordt gemaakt op basis van mobilisatie en strijd. Dat zagen we eerder bij de afdanking van delegees bij BRC en Clariant waar op basis van vastberaden en aanhoudende mobilisatie overwinningen werden geboekt. Als dat lukt in de strijd tegen het afdanken van delegees, moet het ook lukken in de strijd tegen de onaanvaardbare inmengingen van rechters en deurwaarders in sociale conflicten. Er is een actieplan nodig om de druk op te voeren en de solidariteit van de volledige arbeidersbeweging te organiseren om het recht op collectieve actie te vrijwaren.

    Lees ook:

    • Gezamenlijk verzet nodig voor het stakingsrecht (artikel uit 2008 over het stakingsrecht)
  • Auto 5. Syndicale actie tegen afdanking delegee

    De afgelopen dagen werd actie gevoerd bij Auto 5. Aanleiding is het ontslag van een vakbondsafgevaardigde in Waterloo. Dit weekend bleven de deuren van Auto 5 op heel wat plaatsen gesloten, elders werd een pamflet verdeeld. De directie ging in het kader van een pest-dossier over tot het ontslag van een pester alsook twee collega’s en een vakbondsafgevaardigde. Die laatste had niets te maken met het gepest, de directie maakte enkel gebruik van het gevoelige pest-dossier om een delegee aan de deur te zetten. We publiceren het standpunt van LBC dat ook in pamfletvorm werd verspreid.

    Standpunt van LBC


    GEEN PLAATS VOOR PESTERS

    Toen in december 2010 een nieuwe medewerker in de Auto 5-vestiging van Waterloo aan de slag ging, werd al snel duidelijk dat het contact met de andere medewerkers niet goed verliep. Er werd slecht gecommuniceerd, adviezen werden niet opgevolgd en de nieuwkomer sloot zich af van de groep. Op een bepaald moment liet een collega een plastic fles ontploffen in de buurt van de slapende medewerker. Zoiets valt in géén geval goed te praten. De LBC-NVK verwerpt elke vorm van pestgedrag.

    De directie lichtte een CNE-afgevaardigde in Waterloo in juli 2011 in over het probleem en besloot de pester een zware waarschuwing te geven. Daarmee was het dossier afgesloten. Maar op 24 augustus 2011 werden de pester, twee collega’s en de vakbondsafgevaardigde plotseling aan de deur gezet.

    MISBRUIK

    Hoewel wij elke vorm van pesterij veroordelen, vrezen wij dat de directie van Auto 5 dit pestdossier aangrijpt om zich van een bekwame vakbondsafgevaardige te ontdoen. Deze afgevaardigde bemiddelde alleen maar mee in het pestdossier.

    Volgens de wettelijk voorgeschreven procedure moet de arbeidsrechtbank vooraf de dringende redenen erkennen wanneer een onderneming een afgevaardigde wil ontslaan. Dat gebeurde hier niet. Auto 5 keerde meteen de beschermingsvergoeding uit. Zo vermijdt de directie dat een rechter zich over de zaak kan uitspreken.

    Auto 5 betaalt dus meteen een flinke schadevergoeding terwijl er bij een gewettigd ontslag om dringende reden helemaal niets moet worden betaald. Waarom heeft de directie al dat geld over om de tussenkomst van een rechter te vermijden? Staat ze misschien toch niet zo sterk in haar schoenen?

    SOLIDARITEIT

    Meteen na de aankondiging van de ontslagen kwam er een golf van solidariteit op gang. Zeven centra van de keten Auto 5 sloten spontaan de deuren op 24 augustus. Volgens de directie heerste er een slechte sfeer. Zij spreekt van een ‘klimaat van zware gewelddaden’. In de pers werd zelfs geschreven over een ‘maffia-achtig klimaat’. Als dat zo zou zijn, hoe kan er dan zoveel solidariteit ontstaan?

    Het is ongehoord dat een vakbondsafgevaardigde aan de deur gezet wordt terwijl hij er alles aan deed om, samen met de directie, de spanningen op de werkvloer op te lossen.

    ONAANVAARDBAAR

    De LBC-NVK kan niet instemmen met de ontslagen in deze zaak omdat er al sancties werden getroffen in juli. Daarom steunen wij CNE in zijn vraag om alle werknemers opnieuw in dienst te nemen en juichen we elke actie hierrond toe.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop