Category: Op de werkvloer

  • Woedend zorgpersoneel neemt Brusselse straten in: meer middelen voor zorg nu!

    Duizenden mensen uit de zorgsector betoogden vandaag in Brussel. Het zit hoog bij dat personeel: de voorbije maanden werd keihard gewerkt en stond de sector onder enorme druk. Een groeiend aantal collega’s kan niet meer. Er kwamen beloften van extra middelen voor de zorg, maar die volstaan niet en bereiken slechts met mondjesmaat de werkvloer.

    Op de werkvloer weerklinkt de roep om meer middelen voor zorg vandaag bijzonder luid. De betoging was daar een uitdrukking van. Er werden tot 2.000 deelnemers verwacht, maar het waren er minstens 6.000. Dat dit onvoorzien veel was, bleek ook uit het feit dat de betoging van het voorziene parkoers afweek. Betogers blokkeerden even de kleine ring, waarbij ze van automobilisten die in de file vastzaten heel veel steun kregen. Aan de Wetstraat stonden agenten achter friese ruiters. Toen de betoging aangevoerd door brandweerlieden voor hen stonden, namen enkele agenten uit respect hun helm af.

    De directe aanleiding voor de betoging is het voorstel om wie zich niet vaccineert af te danken. Alle helpende handen zijn nodig, klinkt het onder het personeel zelf. In plaats van werk te maken van meer investeringen in zorg, richt de regering zich tegen een deel van het personeel en dreigt ze hiermee de sector nog meer onder druk te zetten. Dat ervaart een groot deel van het zorgpersoneel als een mes in de rug.

    Op de actie waren er veel zelfgemaakte bordjes van mensen die het niet gewoon zijn om aan syndicale acties deel te nemen. Velen maken duidelijk dat ze geen probleem hebben met het vaccin, maar wel met sancties tegen collega’s die niet gevaccineerd zijn. “Vaccin: ja, sancties: neen”, was de mening van heel wat betogers, zelfs indien er hier en daar verwarring was over het nut van het vaccin.

    De betoging toonde een enorme woede onder het zorgpersoneel. Twee jaar na het begin van de pandemie kreunt de sector nog steeds onder de tekorten. Het personeel heeft nu al maandenlang een tandje bijgestoken. Hoeveel langer houdt het dit nog vol? Een ernstige aanpak van de gezondheidscrisis start met een massaal publiek investeringsplan in de zorg om de sector aantrekkelijker te maken, dat wil zeggen werkbaar werk aan degelijke lonen en met voldoende collega’s en goede infrastructuur. Investeren in de zorgsector is noodzakelijk voor de gezondheid van iedereen.

    [embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/RwQnMTaqaPnGKZTV9]

  • [Foto’s] Duizenden syndicalisten betogen voor recht op collectieve actie en voor meer koopkracht


    Enkele duizenden mensen betoogden maandag na een oproep van ABVV en ACV. De betoging was gericht op de verdediging van onze syndicale vrijheden en voor onze koopkracht. De arbeidersbeweging moet offensief handelen. Onder de betogers was er heel wat steun voor het idee dat er meer nodig is, een ernstig actieplan. Heel wat van de discussies die onze militanten hadden, gingen over het antwoord van links op de gezondheidscrisis.

    Foto’s: Nico en Simon

    [embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/9Lfxijhf9xyd9RrF6]

  • Geen sociale vooruitgang zonder recht op collectieve actie

    Het sociale ongenoegen is groot. Bij de noodcentrale 112 trekt het personeel aan de alarmbel. Het zorgpersoneel zit er volledig door. Personeel van de dienstencheques betoogde in Brussel. Pakjesbedrijven gebruiken slavenarbeid en zwartwerk. In zowat alle sectoren was er protest of de dreiging van protest nodig om zelfs maar de erg minimale loonsverhoging van 0,4% te bekomen. Eerder ontplofte het ongenoegen opnieuw bij Lidl. Zelfs bij de politie waren er acties, waaronder wegblokkades, wegens het uitblijven van loonsverhogingen. Om onze dalende koopkracht te stoppen, is strijd nodig. Het recht op collectieve actie, zonder het risico om daarbij boetes of veroordelingen op te lopen, is daar essentieel voor. We zullen onze rechten verdedigen door ze actief te gebruiken.

    door een spoorwegarbeider

    Vakbondsacties zijn niet crimineel

    In 2018 werd de voorzitter van het Antwerpse ABVV Bruno Verlaeckt veroordeeld voor het organiseren van een piket met blokkade tijdens een nationale actiedag. Vervolgens werden 17 ABVV-vakbondsleden in Luik veroordeeld tot voorwaardelijke gevangenisstraffen met geldboetes omdat ze aanwezig waren bij een wegversperring tijdens de grote stakingsbewegingen van 2015. Ze werden al “de 17 van de brug van Cheratte” genoemd. In hoger beroep werd de veroordeling niet ingetrokken, maar zelfs nog opgetrokken met hogere boetes.

    Deze veroordelingen zijn niet willekeurig. Het toont hoe we de afgelopen jaren een nieuwe periode van sociale conflicten zijn ingegaan. Justitie wordt gebruikt om het sociaal protest te stoppen. Dit gaat heel ver: in Gent kregen vakbondsmilitanten zelfs voor het uitdelen van pamfletten een GAS-boete! Vakbondsverantwoordelijken die veroordeeld worden omdat ze op de openbare weg staan tijdens een collectieve actie, dat gaat wel heel ver. Zoals het ABVV opmerkt, werd “hun aanwezigheid bij een actie op de openbare weg aangewend om hen te veroordelen wegens ‘kwaadwillige belemmering van het verkeer’ (Artikel 406 Strafwetboek).” Deze rechtspraak maakt het mogelijk om alle sociale bewegingen te veroordelen als die gebruik maken van actiemethoden als betogingen, zitacties of bijeenkomsten op de openbare weg.

    Een recht bestaat maar voor zover het gebruikt wordt

    De Belgische kapitalistische klasse is bijzonder goed georganiseerd wanneer het erom gaat haar juridische instrumenten in te zetten om de vakbonden te verzwakken. Dat zagen we al met de stelselmatige toename van het aantal deurwaarders aan piketten en nu met de veroordelingen van verantwoordelijken. Desnoods grijpen ze hiervoor terug naar 19e eeuwse regels, zoals het artikel over het kwaadwillig belemmeren van het verkeer. Evengoed worden er nieuwe regels opgemaakt, zoals die inzake de minimumdienst bij het spoor (zie hiernaast), Belgocontrol of in de gevangenissen. Als werkgevers en hun rechters spreken over een zogenaamd ‘nieuw evenwicht’ in het stakingsrecht, bedoelen ze dat ze dit recht van elke inhoud willen ontdoen.

    CEO’s, aandeelhouders en hun politieke vertegenwoordigers moeten geen actie voeren om bediend te worden. In de salons van de macht worden hun portemonnees en andere belangen gediend. Voor hen rollen alle autoriteiten de rode loper uit. Protest ertegen wordt daarentegen aan banden gelegd: de overheden willen de regels bepalen over hoe en wanneer we tegen hen mogen protesteren. Dat is uiteraard niet ‘evenwichtig’, het is een ondemocratische beperking van het recht op collectieve actie.

    De verschillende regeringen spreken graag over sociaal overleg, toch als ze hun onpopulaire voorstellen door onze strot willen rammen. Sociale vooruitgang was steeds het resultaat van krachtsverhoudingen in de samenleving. Die bouwen we op door ons te organiseren, te mobiliseren en desnoods te staken. Stakingen zijn onmisbaar om tot verandering te komen.

    Een recht bestaat slechts voor zover het wordt gebruikt. Anders blijft het een abstract concept op een stukje papier. Om onze collega’s te mobiliseren en hen ervan te overtuigen het stakingsrecht te verdedigen, moeten wij het instrument van de staking gebruiken om overwinningen te behalen. Het actieplan van het najaar van 2014 was bijvoorbeeld een groot succes, met een grote vakbondsbetoging (de grootste sinds 1986) en een provinciale stakingsreeks die momentum opbouwde naar de monumentale nationale algemene staking van 15 december. Helaas was er hierna twijfel en verdeeldheid onder de vakbondsleiders, waardoor de regering-Michel het initiatief terug in handen kon nemen. Maar het toonde het potentieel.

    Meer koopkracht door meer loon!

    De vakbonden kondigen acties aan tegen de explosie van prijsstijgingen, tegen de loonwet van 1996 die loonsverhogingen blokkeert en voor het recht om hiervoor actie te voeren. Om van de acties een succes te maken, worden de leden best zoveel mogelijk betrokken en is er een ernstig actieplan nodig. Telkens halverwege stoppen, ondermijnt de acties. Doorzetten zal in de praktijk duidelijk maken waarom ons stakingsrecht zo belangrijk is.

    Als de burgerij het stakingsrecht aanvalt, wil het de capaciteit van verzet door de werkende klasse verzwakken. Tegelijk geven de bazen aan dat ze geen toegevingen willen doen. Traditioneel worden stakingen en betogingen gebruikt om druk te zetten zodat er via onderhandelingen zaken behaald worden. Dit wordt steeds moeilijker. Voor degelijke arbeidsvoorwaarden en ons deel van de door ons geproduceerde koek, volstaat het niet om druk uit te oefenen: we moeten ons richten tegen het volledige systeem. 

    Op 22 november was er in Gent een actie tegen de ‘vergassing van protest’ naar aanleiding van GAS-boetes voor syndicalisten die pamfletten uitdeelden. De actie werd gesteund door de drie vakbonden en heel veel organisaties, waaronder Campagne ROSA die ook al GAS-boetes kreeg voor protestacties. Op 6 december is er een nationale actiedag in gemeenschappelijk vakbondsfront gepland voor meer koopkracht en voor het recht op protest. Dat is een goede zaak.

    Er is nood aan een nationale informatie- en actiecampagne om onze vakbondsrechten te verdedigen. We kunnen niet vertrouwen op de traditionele media om onze standpunten uit te leggen. Dit zijn dezelfde media die de stakers van de brug van Cheratte met laster en beschuldigingen in een kwaad daglicht stelden. We zullen zelf moeten informeren met algemene vergaderingen waar elke volgende stap wordt besproken en gestemd.

  • Grootste loonstijging in tien jaar? Helaas niet… Door ondermijning index gaan werkenden erop achteruit

    Het is een vette titel op de voorpagina van De Standaard vandaag: “Grootste loonstijging in tien jaar.” Heeft de strijd tegen de schandalige loonnorm van slechts 0,4% dan toch opgeleverd? Neen, nog niet. Vooraleer het zo ver is, zal er nog harde strijd nodig zijn. Onze reële lonen stijgen helemaal niet. Alles wordt duurder en onze lonen volgen nadien in beperktere mate.

    De journalisten van De Standaard, nochtans zelf in loondienst, bekijken de kwestie louter vanuit het oogpunt van de bazen. Die zien hun ‘loonkosten’ stijgen. In januari zouden heel wat bedrijven 3,5% meer moeten betalen. De Tijd titelt dat de bedrijven hun ‘loonlasten’ met 7,5 miljard euro zien stijgen. De gevestigde media waarschuwen voor de concurrentiepositie van de bedrijven en stellen meteen de index zelf in vraag. Eerder waren er uit VOKA-kringen al oproepen voor een nieuwe indexsprong: het overslaan van een aanpassing van de lonen aan de stijgende levensduurte.

    De prijzen liggen vandaag 5,64% hoger dan een jaar geleden. Die cijfers werden gisteren op Statbel gepubliceerd. De inflatie bereikt het hoogste niveau sinds juli 2008 en gaat richting het niveau van begin jaren 1980. Deze stijging is in grote mate toe te schrijven aan de energieprijzen. Voor energie is er een inflatie van 46,5%, voor aardgas gaat het zelfs om 116%! Alleen al deze maand werd aardgas 24,3% duurder en elektriciteit 12,6%.

    Terwijl de inflatie 5,64% bedraagt, is de gezondheidsindex met ‘slechts’ 4,81% gestegen. Er zit dus al bijna een vol procent verschil tussen de het cijfer van reële prijsstijgingen en dat van de index. De afgelopen maanden werden er meermaals cijfers gepubliceerd van de inflatie voor de armste lagen van de bevolking. Daaruit bleek dat de prijsstijgingen vandaag des te harder aankomen bij wie het niet breed heeft. Dat spreekt voor zich: energie, maar ook huisvesting, nemen een grotere hap uit het budget van de armste lagen van de bevolking en worden fors duurder.

    De bazen zeggen dat ze ‘recht tegen een muur rijden’ met de stijgingen van de loonkosten. Ze verwijzen naar de buurlanden waar de lonen minder beschermd zijn tegen prijsstijgingen. Als de werkenden er daar meer op achteruit gaan, is dat slecht voor ‘onze’ concurrentiepositie. Dat is hoe een ‘race to the bottom’, een spiraal van dalende koopkracht, er in de praktijk uitziet: als we gratis werken, is de concurrentiepositie van de baas bijzonder goed. Alleen komt dan de vraag wie nog de geproduceerde goederen en diensten zal kopen… Een ander argument dat ze aanhalen, is dat van de zogenaamde loon-prijsspiraal waarbij stijgende lonen zouden leiden tot nog meer prijsstijgingen en aldus een spiraal zouden opwekken. Dat vertrekt van een erg eenzijdige kijk op hoe prijzen bepaald worden en uiteraard vanuit het idee dat de winsten voor de bazen zelf een factor zijn die buiten elke beschouwing moet gelaten worden. (Lees meer hierover)

    Ondertussen blijft de vaststelling dat onze reële lonen achteruitgaan. Zelfs voor het aalmoes van 0,4% opslag bovenop de gezondheidsindex was er in heel wat sectoren strijd of zelfs een stakingsdreiging nodig. Die 0,4% zijn we dit jaar al volledig kwijt met het verschil tussen de reële inflatie en de gezondheidsindex. Als we de bazen laten doen, zullen ze verder in onze zakken zitten om die van hun aandeelhouders te vullen. De arbeidersbeweging moet de strijd voor onze koopkracht en lonen organiseren. De syndicale actiedag van 6 december is bijzonder noodzakelijk als antwoord op een beleid dat sinterklaas speelt voor de grote bedrijven en de werkende klasse de zwartepiet doorschuift.

  • Regering en spoordirectie kiezen voor verrotting in plaats van klimaatambitie

    Het zit hoog bij het spoorpersoneel. Door de jarenlange tekorten en het opvoeren van de flexibiliteit wordt het kookpunt bereikt. De directie slaagt er niet in om de arbeidsregeling volgens de wettelijke voorwaarden te organiseren. Duizenden mensen hebben achterstallige rust- en compensatiedagen. De directie weet dat het onmogelijk is om die beloofde rust effectief toe te kennen en wil die na controle door de sociale inspectie uitbetalen. We willen geen geld maar de rust waar we recht op hebben, denken veel spoormensen. 

    Artikel uit maandblad De Linkse Socialist

    Verrottingsstrategie

    Reizigers zijn slecht gezind als ze op de trein horen dat er vertraging is. Dat slaat soms in woede over als er sprake is van stelselmatige vertragingen en afschaffingen. Bij het personeel is dat niet anders bij de boodschap dat er vertragingen en afschaffingen van vrije dagen zijn. Dat komt bovenop soms erg hectische werkuren. Zo staan treinbegeleiders enkele maanden per jaar ‘buiten reeks’ waarbij ze vaak pas een dag op voorhand weten of en wanneer ze moeten werken, met de mogelijkheid om bijvoorbeeld om 4 uur ’s ochtends te moeten starten. Dergelijke flexibiliteit is nefast voor elk sociaal leven. De fundamentele reden hiervoor is het personeelstekort, waardoor een ernstige werkplanning onmogelijk is.

    Bij de NMBS, nochtans in publieke handen, is het blijkbaar te veel gevraagd om de wettelijke bepalingen inzake werkduur en rust na te komen. Eenzijdig de afspraken over arbeidstijd niet nakomen – wat de directie doet – is schandalig. De opeenvolgende regeringen en de politiek aangestelde directie staan met de billen bloot nu dit ook door de sociale inspectie is bevestigd. 

    Onder het personeel is er een uitbarsting van woede. Als er nu geen strategie en actieplan wordt besproken onder alle collega’s om samen sterker te staan tegen de directie en de regering, wanneer dan wel? De vaststellingen van de sociale inspectie kunnen bovendien aangegrepen worden om een bredere steun onder reizigers en de gemeenschap in het algemeen op te bouwen.

    Het spoorpersoneel wil de rustdagen kunnen opnemen. Dat zegt veel over de woede en de onhoudbare werkdruk. Het feit dat de NMBS-directie meteen aan uitbetalen denkt, geeft aan dat een oplossing op langere termijn daar niet op de agenda staat. Extra personeel voorzien om het overeengekomen werkritme effectief toe te passen, wordt niet overwogen. Dat vraagt uiteraard tijd, maar het is de enige echte optie en niet toevallig een eis die al jarenlang gesteld wordt door het personeel. Als iedereen vandaag de rustdagen zou opnemen waar men recht op heeft, zouden er een tijdlang amper treinen rijden.

    Klimaatambitie is nodig

    Als de reizigers niet meer hinder van de verrottingsstrategie van directie en regering ondervinden, komt dat door de enorme inzet van de spoormannen- en vrouwen. Toch worden frustraties over hinder vaak net tegen die mensen geuit, zelfs in het coronajaar 2020 was er amper een afname van het aantal gevallen van agressie. Het wordt hoog tijd om daar verandering in te brengen. 

    Politici beweren op te komen voor het klimaat, maar zijn al jarenlang verantwoordelijk voor een beleid dat bewust niet voldoende investeert in openbaar vervoer. Groepen die zich verzetten tegen het gebrek aan middelen, zoals vakbonden en gebruikersorganisaties, komen vaak niet verder dan het beperken van de schade. Er is meer ambitie nodig: een echte herwaardering van het spoor en het openbaar vervoer in het algemeen. Dat is noodzakelijk als antwoord op uitdagingen zoals klimaatverandering, fileproblemen en verkeersdoden. 

    Het openbaar vervoer centraal stellen in het mobiliteitsbeleid staat haaks op het overlaten ervan aan private bedrijven. Er zijn massale investeringen nodig in infrastructuur, materieel en personeel. Enkel de overheid is daartoe in staat. Daartoe moeten de spoorwegen volledig in publieke handen komen in één bedrijf met een door het personeel en reizigers verkozen raad van bestuur. Alle medische diensten, onderhoud en schoonmaak, IT … moeten opnieuw door de NMBS zelf uitgevoerd worden. 

    Er zijn drastisch meer middelen nodig zodat er voldoende personeel is voor de huidige dienstverlening, met de mogelijkheid om beloofde rust effectief te kunnen opnemen. Dan zou men ook menselijke werkroosters kunnen plannen. Bijkomende aanwervingen zijn ook noodzakelijk om een arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met daling van de werkdruk mogelijk te maken. Na jaren van stagnatie moeten de loonbarema’s eindelijk herzien worden: een verhoging van de lonen met 1 euro per uur extra en een minimumloon van 14 euro per uur zouden daarbij goede eisen zijn.  

    Vervolgens is er een plan nodig om het openbaar vervoer opnieuw uit te bouwen. Meer en betere dienstverlening betekent voldoende materieel, infrastructuur en personeel. Tegen de achtergrond van een klimaatcrisis is gratis openbaar vervoer noodzakelijk. Dit mag niet ten koste van het personeel gaan: toezicht in stations en op de treinen blijft noodzakelijk. 

    Deze en andere alternatieve voorstellen zullen dode letter blijven zonder organisatie van de personeelsleden. Daarom is er nood aan strijdbare en democratische vakbonden met voldoende middelen en inspraak van onderuit. Personeel en reizigers hebben dezelfde belangen, ze moeten samen opkomen voor wat nodig is: personeel dat aan normale voorwaarden kan werken, meer collega’s en meer dienstverlening zodat het openbaar vervoer kan uitbreiden.

     

    Verrotting in cijfers

    • In de jaren 1930 waren er in België 5.125 kilometer spoorlijnen met 1.500 stations. Nu zijn dat nog 3.600 kilometer en 554 stations en haltes. Vooruitgang is anders. 
    • De afgelopen vijf jaar gingen er 5.000 arbeidsplaatsen verloren en was er een productiviteitsstijging met 20%. Na 3 miljard euro besparingen onder de regeringen van Di Rupo en Michel volgde er hoop dat een groene minister voor meer middelen zou zorgen. Dat is niet het geval. Bij Infrabel zijn er beperkte investeringen in infrastructuur, maar wordt tegelijk 94 miljoen bespaard op de werkingsmiddelen in de periode 2021-2024.
    • De NMBS bleef in de media wel heel vaag over de achterstallige rust- en compensatiedagen. Hier zijn de exacte cijfers: er zijn 8.027 spoorbedienden die samen 110.000 achterstallige rust- en compensatiedagen opgestapeld hebben. Dat is een gemiddelde van 13, maar er zijn grote verschillen waarbij velen meerdere tientallen dagen niet konden opnemen.

     

    Het einde van het stakingsrecht?

    De NMBS leeft de wettelijke regels inzake werkorganisatie niet na. De vakbond OVS startte een alarmbelprocedure op om daartegen te protesteren. Zo’n procedure is verplicht alvorens het tot een staking kan komen. De werkgever, tegen wiens beleid geprotesteerd wordt, kan deze procedure verwerpen en het recht op protest ontnemen. De alarmbelprocedure van de OVS werd om vage redenen van tafel geveegd. 

    De andere vakbonden mogen dit niet aanvaarden: die weigering op zich zou voorwerp moeten zijn van nieuwe alarmbelprocedures. Als de directie die blijft verwerpen, moet overwogen worden om zonder alarmbelprocedure tot stakingsacties over te gaan. Een directie die zelf de wettelijke bepalingen inzake arbeidsregeling niet nakomt is niet goed geplaatst om anderen de les te spellen inzake het naleven van regels. 

    Het is begrijpelijk dat het getreuzel van de vakbondsleiders en de mogelijkheid van sancties bij spontane acties voor twijfel onder het personeel zorgen. Protestacties buiten de werkuren kunnen de druk op de directie opvoeren en aarzelende vakbondsleiders ertoe aanzetten om de strijd ernstig te voeren.

     

    Ecologische crisis maakt een radicale reorganisatie van alle transport nodig

    Vervoer is, na de industrie, de meest vervuilende sector. Je hoeft geen ingenieur te zijn om te concluderen dat het deel moet uitmaken van een serieus antwoord op de klimaatcrisis. 

    PS-voorzitter Magnette sprak zich uit voor gratis openbaar vervoer, ook voor de treinen. Volgens Magnette zou dit 700 miljoen euro per jaar kosten. Dat is het bedrag dat de verkoop van biljetten opbrengt voor de NMBS en dat dus moet gecompenseerd worden. Dat zou op zich echter niet volstaan voor de ecologische schok die nodig is: om een groot aantal nieuwe reizigers aan te trekken, is er onvermijdelijk nood aan meer infrastructuur en personeel. Momenteel worden slechts 11% van de verplaatsingen met het openbaar vervoer gedaan, tegenover 61% met de auto, 14% te voet en 12% met de fiets. Het gebruik van het openbaar vervoer moet dominant worden. Dat kan enkel met gratis en degelijk openbaar vervoer.

    Om nieuwe gebruikers aan te trekken, moet er voldoende aanbod zijn en moet het interessant zijn om voor openbaar vervoer te kiezen. Gratis aanbod en de ontwikkeling ervan zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. 

    Voor een grootschalige herinrichting van de infrastructuur van het openbaar vervoer zijn er veel middelen nodig. Het gaat om investeringen van zo’n omvang dat alleen de overheden ze kunnen opbrengen, zoals dit ook het geval was in de 19e eeuw toen de netwerken uitgerold werden. De private sector zal ons niet helpen, die is enkel geïnteresseerd in winsten voor de aandeelhouders. Voor een ernstige planning moeten de verschillende delen van het openbaar vervoer samenwerken. De splitsing tussen NMBS en Infrabel, onder Paul Magnette, ging daar regelrecht tegen in. 

    De groene minister van mobiliteit Gilkinet verklaarde in de media dat hij meer treinen wil. Op hetzelfde ogenblik kondigde Infrabel aan dat het mogelijk vijf spoorlijnen moet sluiten wegens een gebrek aan middelen. We moeten niet vertrekken van wat aanvaardbaar is in dit systeem, maar van wat nodig is voor de uitdagingen waar we voor staan. Zonder grote investeringen zullen we er niet komen. 

    Er is nood aan een goed doordacht en gefinancierd plan. Met als doel dat binnen een paar jaar de overgrote meerderheid van de verplaatsingen van de mensen veilig, betrouwbaar en comfortabel met het openbaar vervoer wordt afgelegd. Het geld dat nodig is voor dit project vereist een massale heroriëntatie van de middelen naar de ontwikkeling van minder vervuilend vervoer. En een rationele planning van de productie die niet verenigbaar is met de markteconomie. De grote aankondigingen van Magnette en Gilkinet in de media zijn daar ver van verwijderd.

  • Ondanks recordwinsten kijkt ArcelorMittal naar de gemeenschap voor vergroening

    ArcelorMittal is de grootste staalproducent ter wereld. Het bedrijf doet het uitstekend. In het tweede kwartaal van 2021 werd internationaal een nettowinst van 4 miljard dollar winst geboekt. In de Gentse vestiging wordt een grote investering in groen staal gedaan. Daarvoor worden niet de eigen winsten aangesproken: ArcelorMittal kijkt naar de Europese, Belgische en Vlaamse overheden. Naar de belastingbetaler dus.

    door Thomas (Gent)

    Op kosten van de gemeenschap

    De investering van 1,1 miljard euro in de Gentse vestiging, beter bekend als Sidmar, is goed voor een vermindering van de Vlaamse CO2-uitstoot met 4%. Het bedrijf stelt zich ambitieuze doelen: tegen 2035 een vermindering van de uitstoot met 35% en tegen 2050 wil het volledig klimaatneutraal zijn. De totale investering hiertoe zou 10 miljard dollar bedragen tegen 2030. Van de 1,1 miljard voor ArcelorMittal Gent komt slechts 350 miljoen euro van het bedrijf zelf. De Vlaamse overheid geeft 350 miljoen euro en de Europese Investeringsbank 400 miljoen. Er was amper debat over die grote bijdrage van de Vlaamse overheid. 

    Het is niet uitzonderlijk dat zo’n groot bedrijf langs de kassa van de gemeenschap passeert. In 2021 krijgt het voor 450 miljoen euro emissierechten van de overheid en nog een compensatie voor “indirecte emissiekosten” ter waarde van 13 miljoen euro (in 2020). Er zijn stevige kortingen op de energiefactuur: voor 43 miljoen euro per jaar. Als kers op de taart is er 4 miljoen euro strategische ecologische steun. Oh ja, hadden we al gezegd dat ArcelorMittal zelf al jaren amper belastingen betaalt?

    Er is dus sprake van groene investeringen die vooral door de gemeenschap betaald worden en die het bedrijf moeten klaarstomen om ook onder toekomstige strengere milieuregels recordwinsten te blijven boeken.

    Personeel profiteert niet mee

    De aandeelhouders kregen na de aankondiging van de winstcijfers in het tweede kwartaal meteen 100 miljoen euro aan dividenden. Voor de cijfers van het tweede kwartaal bekend werden gemaakt, gingen analisten uit van een rendement voor de aandeelhouders van 1,5% dit jaar. Voor het personeel in Gent kan er geen 1,5% opslag van af. Het werd voor de winstcijfers beloond met een pakje friet of een hamburger. 

    De werkdruk in de fabriek ligt erg hoog. Dit leidde begin oktober tot spontane acties, waarbij ook werd aangeklaagd dat de aandeelhouders weglopen met het grote geld terwijl het personeel het met een pakje friet of een hamburger moest stellen. De actie zette druk op de directie die in het kader van de tweejaarlijkse cao-onderhandelingen een loonsverhoging van 1% voorstelde en een coronapremie van 500 euro. Voor een groot deel van het personeel volstaat dit niet: er moet werkbaar werk komen. Van de 73,5% die stemde over het voorstel van cao stemde 75,5% tegen. Dat is een duidelijk signaal. 

    Een echte groene conversie van de industrie moet gepaard gaan met degelijke loon- en arbeidsvoorwaarden. Om dat te bekomen, kunnen we niet rekenen op de goede wil van multinationals die enkel oog hebben voor de aandeelhouders en daarvoor het eigen personeel uitpersen en de gemeenschap laten betalen voor vergroening van de productie. Nadat de gemeenschap heeft opgedraaid voor de lasten van de investeringen, wordt het tijd dat ze ook kan genieten van de lusten van de winsten zodat deze geïnvesteerd worden in zowel het personeel als het klimaat. Dit zal niet zomaar gebeuren: we moeten een krachtsverhouding opbouwen en opkomen voor een breuk met het kapitalistisch privébezit van de productiemiddelen.

  • Personeel Klein Kasteeltje is het beu: “Het is onmogelijk om menselijke opvang te bieden”

    Het personeel van het Klein Kasteeltje is de hoge werkdruk en overbevolking beu. Het kwam tot enkele stakingen. Er is een nieuwe toename van het aantal asielzoekers, de opvangplaatsen zitten allemaal vol. Staatssecretaris Sammy Mahdi (CD&V) beloofde 5400 extra plaatsen, maar daar komt niets van in huis. Er kwamen 1500 extra plaatsen, waarvan er 400 wegvielen door de overstromingen in Wallonië. Mahdi beweert dat het niet mogelijk is om snel meer te doen.

    Onder meer in Afghanistan is de situatie rampzalig, waardoor er meer vluchtelingen zijn. Het ziet er bovendien niet naar uit dat dit snel zal veranderen: tegen eind deze maand dreigt de helft van de Afghaanse bevolking aan een acuut voedselgebrek te leiden. Naast de evacuaties uit Afghanistan zijn er ook veel asielaanvragen van Syriërs. Het Commissariaat Generaal voor Vluchtelingen en Staatlozen heeft een achterstand van 11.000 dossiers opgebouwd.

    Het personeel van het Klein Kasteeltje, waar veel asielzoekers aankloppen, is het grondig beu. Het is onmogelijk om menselijke opvang te bieden, zeggen ze. Dit is een humanitaire crisis waarvoor de bevoegde staatssecretaris doof en blind blijft. Naast de eerdere stakingsacties is er nu ook een open brief die verspreid wordt. Hieronder kan je die lezen.

     

    Dit is geen migratiecrisis. Er is een opvangcrisis, er is een humanitaire crisis. Aan de mensen die hun aanvraag voor internationale bescherming willen indienen, wordt het recht op opvang en informatie ontzegd. De geschiedenis herhaalt zich en dit is dé crisis te veel.

    Er is een beperking van het aantal mensen die opgevangen wordt op basis van een onwettige en categoriale discriminatie. Er is een gebrek aan menselijkheid en aan kwalitatieve alternatieven. De grondrechten worden niet nageleefd, waarden die we als land hebben ondertekend. Dit moet beter. De situatie is schrijnend, zowel voor de mensen die asiel aanvragen, als voor de werknemers.

    Het is momenteel onmogelijk om menselijke opvang te bieden. Er is geen respect voor het asielrecht, geen respect voor de waardigheid van de verzoekers om Internationale Bescherming en geen respect voor de werklast en bezorgdheden van de werknemers.

    Welke waarde heeft een mensenleven? Er is een wanbeleid, een politiek spel dat onschuldige mensen aan hun lot overlaat. Het is onze taak als burgers, als mensen, om het onrecht dat we zien aan te kaarten en te delen.

    Wij hopen op jullie solidariteit. Alleen samen is verandering mogelijk.

  • Historische staking bij Lidl dwingt toegevingen af

    “Er zijn te weinig handen voor het vele werk.” Zo vatte een Lidl-medewerker het samen op een stakingspost voor de winkel in Geraardsbergen. Aan de Lidl van Deurne Zuid interviewden we BBTK-delegee Dylan die zei: “De malaise was nooit zo groot.” Een stakingsgolf overspoelde Lidl van 13 tot en met 18 oktober. Op het hoogtepunt van de acties waren er meer dan 200 van de 300 winkels dicht.

    Het is nochtans niet zo dat er een lange en sterke traditie van strijdbare vakbonden is bij Lidl. De arrogante en schandalige opstelling van de directie liet het personeel echter geen andere keuze. Winkel na winkel ging dicht, overal waren er goed bijgewoonde stakingspiketten. Dit was de sterkste staking ooit bij Lidl.

    De staking volgde op die van 2018. Toen werd een week gestaakt voor meer personeel. Het resultaat was de belofte dat er maatregelen zouden komen en in afwachting daarvan kreeg elke winkel 42 uur extra werktijd per week. De maatregelen kwamen er niet en amper bekomen van de coronaperiode wilde de directie die 42 uur terug afbouwen. Dat kwam bovenop een dagelijks gebrek aan respect voor het personeel, dat tijdens de gezondheidscrisis nochtans als helden gezien werd.

    Tegen deze achtergrond was er een heuse opstand van Lidl-personeel. De directie bleef echter koppig en stuurde zelfs deurwaarders naar stakersposten. Uiteindelijk moest de directie toegeven: de 42 uur extra per winkel blijven. Er komt bovendien nog 14 uur extra bij voor alle winkels en winkels in moeilijkheden (met een groot aantal zieken, groot personeelsverloop of onderbezetting) krijgen nog meer uren. Verder belooft Lidl de vliegende ploeg uit te breiden van 140 naar 243 mensen (223 VTE’s).

    Andere elementen worden opnieuw naar de onderhandelingstafel verwezen. Dat gaat onder meer over de meting van de arbeidstijd, maar ook de kwestie van flexibiliteit. Tegen maart 2022 moet er daarover een globaal akkoord zijn. Of dat er komt, is nog maar de vraag. De Lidl-directie heeft de afgelopen jaren aangetoond dat ze niet geneigd is woord te houden. Een belangrijk pijnpunt blijft ondertussen dat er om de flexibiliteit te verhogen vooral met deeltijdse contracten wordt gewerkt. De lage lonen zorgen eveneens voor ongenoegen. Op de actiedagen tegen de loonnorm van 0,4% en de loonwet van 1996 was er telkens een sterke deelname van Lidl-personeel. De eis van een minimumloon van 14 euro per uur leeft sterk, zeker omdat ook het inkomen van de top van Lidl bekend is. Eigenaar Dieter Schwarz keert zichzelf 1 miljard euro per jaar uit.

    Het personeel komt versterkt uit deze stakingsbeweging. Nooit eerder gingen zoveel winkels dicht en waren er zoveel stakers. Aan het piket in Deurne merkte BBTK-delegee Dylan terecht op: “Misschien moeten we met heel de sector reageren. Bij Delhaize worden steeds meer aspecten van de organisatie bij Lidl overgenomen. Er is de komst van Jumbo, waar het helemaal het wilde westen is. Er is de franchisering die druk zet op de lonen en arbeidsvoorwaarden. We moeten daar meer op inspelen door met heel de sector te reageren en eisen naar voren te schuiven.”

  • Waarom hogere lonen helemaal niet onverantwoord zijn

    Door op 24 september in Brussel 15.000 werknemers op de been te brengen, heeft het ABVV duidelijk gemaakt hoe groot de woede is over de wet van ‘96. Die loonwet blokkeert onze lonen terwijl de prijzen stijgen, net als de dividenden die aan de aandeelhouders worden uitgekeerd. Het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) legt ons arrogant uit dat loonsverhogingen de inflatie zouden versterken en uiteindelijk jobs kosten. Wat is er aan van die patronale argumentatie? 

    door Julien (Brussel)

    “Wat als…”

    De voorbije jaren kwamen veel werknemers in actie tegen armoede. Er waren acties voor een hoger minimumloon van minstens 14 euro per uur, een leefbaar minimumpensioen, tegen de besparingen en tegen het Interprofessioneel Akkoord (IPA) met de schandalige loonnorm van 0,4%. Om die loonnorm te breken, moet ook de loonwet van 1996 weg. Toen eind maart gestaakt werd tegen de loonnorm publiceerde de werkgeversorganisatie VBO een artikel onder de titel: “Wat als… we de loonnorm loslaten?” De bazen kwamen met een doembeeld van jobverlies, verminderde koopkracht, minder private investeringen en dus nog minder banen. Volgens hen zijn wij hebzuchtig … Over hebzucht kennen ze in die kringen wel iets, maar daar hebben onze looneisen niets mee te maken.

    Gevestigde economen zijn gewoon om alleen te kijken naar wat hen uitkomt. De bazen zien ons als ‘loonkosten’. De honderdduizenden werkenden die zich tegen de loonnorm verzetten, zouden onverantwoordelijk zijn omdat ze alleen aan hun loon denken zonder te beseffen wat er op het spel staat. Het argument is niet nieuw. In de jaren 1860 gingen Europese arbeiders massaal in staking tegen de lage lonen. De International Working Men’s Association, de Eerste Internationale, voerde het debat over hogere minimumlonen en antwoordde op de misvatting dat hogere lonen alleen maar zouden leiden tot hogere prijzen, lagere lonen elders en banenverlies. 

    Karl Marx reageerde in 1865 in zijn brochure ‘Loon, Prijs en Winst’. Zijn prijsstijgingen het gevolg van loonsverhogingen? “Het dogma dat ‘het arbeidsloon de warenprijzen bepaalt’, kom erop neer dat ‘waarde bepaald wordt door waarde’, en deze tautologie betekent dat wij in feite in het geheel niets over de waarde weten.” Hij concludeert: “Een algemene stijging van het loonpeil zou een daling van de algemene winstvoet tot resultaat hebben, zonder evenwel, in het algemeen gesproken, de warenprijzen te beïnvloeden.”

    Bepalen de lonen de prijs van waren?

    Volgens Marx wordt de waarde van een waar bepaald door de arbeidstijd die sociaal noodzakelijk is om het te produceren. “Sociaal noodzakelijk” betekent dat er rekening wordt gehouden met de gemiddelde arbeidstijd voor een waar en niet die van elke waar, anders zou bijvoorbeeld een trui die langzamer wordt gemaakt meer kosten. In ruil voor de productie van deze waren ontvangt de werknemer een loon. Het loon dat wij ontvangen wordt niet berekend op basis van wat wij produceren, maar alleen op basis van onze arbeidskracht. De eerste vraag die kapitalisten zich stellen is: hoeveel hebben arbeiders nodig om in leven te blijven om de volgende dag weer aan het werk te gaan? Doorheen organisatie en strijd in bedrijven, sectoren, regio’s en landen hebben werknemers hogere lonen afgedwongen. 

    Kapitalisten verkopen de producten van onze arbeid. Wanneer de lonen, grondstoffen, energie … betaald zijn, houden zij wat men de meerwaarde noemt over. Als er geen meerwaarde zou zijn, zouden kapitalisten er geen belang bij hebben om aandeelhouder te zijn. De meerwaarde is het verschil tussen het product van de arbeid en wat de kapitalist hiervoor moest betalen. Het gaat dus om onbetaalde arbeid. Anders gezegd: het zijn niet de kapitalisten die ons uit vriendelijkheid betalen. Wij zijn het allen die de kapitalisten betalen in die zin dat zij zich de door ons geproduceerde rijkdom toe-eigenen. Het fundamentele probleem is dat de uitwisseling tussen arbeiders en kapitalisten ongelijk is, aangezien arbeiders niet voor alle geproduceerde waarde worden betaald. Dat is de basis voor de galopperende ongelijkheid in onze samenleving. Het zorgt er tevens voor dat de werkenden niet in staat zijn om de door hen geproduceerde waarde volledig te consumeren, wat tot crisissen leidt. 

    De strijd om loonsverhoging is in essentie een strijd om het aandeel dat de kapitalisten zich toe-eigenen. Dit is de basis van de klassenstrijd. De kapitalist probeert de meerwaarde te verhogen door de uitbuiting op te voeren met lagere lonen of hogere productiviteit. Kapitalisten zijn eigenlijk economische parasieten. Ze worden niet rijk door er hard voor te werken, maar door ons er hard voor te laten werken. 

    Zo bedroeg de jaarlijkse toegevoegde waarde van de Belgische farmaceutische sector bijvoorbeeld bijna 15 miljard euro (in 2017). Samen met de indirecte banen vertegenwoordigt de sector 120.000 mensen in het land. Na aftrek van de kosten van grondstoffen, energie, gebouwen enzovoort, zou elke werknemer in de sector meer dan 10.000 euro per maand verdienen als hij werd betaald voor wat hij of zij produceert. Onnodig te zeggen, dat dit niet het geval is… De geproduceerde waarde gaat niet enkel naar de werknemers (via directe en indirecte lonen), een groot deel verdwijnt in de zakken van de aandeelhouders. De strijd voor loonsverhogingen komt neer op de vraag wie welk deel van de geproduceerde waarde krijgt. Welk deel gaat naar de werkenden die de waarde creëren en welk deel naar de eigenaars van de productiemiddelen?

    Voor alle duidelijkheid: we vragen niet dat de werknemers in de sector 10.000 euro per maand op hun bankrekening gestort krijgen. Dat eist niemand. De werkende klasse vocht voor sociale zekerheid om solidariteit te financieren. De werkende klasse draagt ook bij aan de gemeenschap. We komen op voor meer middelen voor openbare diensten, zorg, onderwijs, kinderdagverblijven, openbaar vervoer … Als we loonsverhogingen eisen, vragen we dat een groter deel van de door ons gecreëerde rijkdom naar de werkende klasse gaat. 

    Loonsverhogingen leiden enkel tot inflatie indien de kapitalisten hun winsten willen veiligstellen en de prijzen verhogen om wat ze ons langs de ene kant aan loonsverhoging moeten toekennen langs de andere kant meteen terug af te pakken met hogere prijzen. Het gaat om profiteurs die geen productieve rol spelen. Uiteindelijk strijden we voor een samenleving waarin de sleutelsectoren van de economie in handen van de werkende klasse zijn zodat de rijkdom gecollectiviseerd wordt en planmatig kan ingezet worden voor sociale behoeften. Sectoren met een hoge toegevoegde waarde, zoals de industrie, kunnen dan gebruikt worden om sectoren met een lagere toegevoegde waarde te financieren. 

    De argumenten van het VBO gaan niet over het beschermen van banen of onze koopkracht, maar over het beschermen van de kapitalisten bij het zich toe-eigenen van de door ons geproduceerde waarde. Zij zijn de enigen die hebzuchtig zijn.

    Wij creëren de rijkdom

    Het is in het belang van de werknemers dat de wet van 1996 wordt afgeschaft en dat de loonindexering en de sociale zekerheid worden versterkt. Het VBO en hun vrienden vragen ons wie dit gaat betalen? Als we het ons niet kunnen veroorloven, is dat omdat de kapitalisten vandaag steeds meer van de vruchten van onze arbeid nemen. Wij zijn degenen die de rijkdom creëren, we moeten er ook zelf over kunnen beschikken! Daartoe moeten we de middelen uit de zakken van de bazen halen. In het tweede kwartaal van dit jaar zijn de dividenden van beursgenoteerde bedrijven in België met 160% gestegen. We kunnen ons ook het cynisme herinneren waarmee Jeff Bezos de werknemers van Amazon bedankte voor het betalen van zijn ruimtereis. Al die miljarden waar de kapitalisten zich mee volproppen, zijn door de arbeiders geproduceerd en moeten naar hen gaan. Dan zouden we genoeg hebben om een einde te maken aan armoede. 

    De strijd tegen de wet van 1996 en voor het volledige herstel van de index moet worden gezien in de context van de opbouw van een krachtsverhouding tegen het kapitalisme zelf. LSP komt op voor een samenleving waarin degenen die rijkdom produceren, deze ook beheren en controleren. Dat betekent een democratische socialistische samenleving. Door het kapitalisme omver te werpen, zou het leven niet langer een overlevingsstrijd zijn.

     

    [button link=”https://nl.marxisme.be/product/marx-loon-prijs-en-winst/” type=”big” color=”red”] => Bestel ‘Loon, prijs en winst’ van Marx via onze webwinkel[/button]

  • 17 Luikse ABVV’ers in hoger beroep veroordeeld met hogere boetes

    ABVV houdt personeelsvergaderingen om stakingsdag voor te bereiden

    Ongeveer 200 mensen kwamen vandaag samen op de Place Saint Lambert in Luik. Er was een oproep van het ABVV voor een actie in het kader van de vervolging wegens de bezetting van de brug van Cheratte. 17 vakbondsleden, waaronder huidig ABVV-voorzitter Thierry Bodson, werden eerder door de strafrechter veroordeeld tot voorwaardelijke gevangenisstraffen van 15 dagen tot een maand en geldboetes van enkele honderden euro’s. Ze werden gestraft omdat ze deelnamen aan een wegblokkade tijdens de staking van 19 oktober 2015. Vandaag besliste het Hof van Beroep om de schandelijke uitspraak te bevestigen.

    Het arrest stelt dat er sprake is van kwaadwillige belemmering van het verkeer, zoals bepaald in artikel 406 van het Strafwetboek. Dat is hetzelfde artikel dat ingeroepen werd om de Antwerpse ABVV-voorzitter Bruno Verlaeckt in 2019 te veroordelen. In beide gevallen waren het de vakbondsleiders die de zwaarste straffen kregen. Het doel is duidelijk: de mogelijkheid van vakbondsactie beperken. Het ABVV kondigde aan in cassatie te gaan en de zaak aanhangig te maken voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg.

    Tijdens de solidariteitsactie herinnerde Thierry Bodson eraan dat mobilisatie op straat essentieel is om tot verandering te komen. Dit zal niet anders zijn om de toepassing van artikel 406 tegen collectieve acties te stoppen en onze vakbondsrechten te beschermen.

    Een aanval op één van ons, is een aanval op ons allen

    Thierry Bodson deelde mee dat het Federaal Comité van het ABVV, dat vanmorgen in Luik bijeenkwam, oproept om morgen in alle ondernemingen personeelsvergaderingen te organiseren om de werknemers te informeren over en bewust te maken van de democratische en syndicale kwesties die in deze gerechtelijke beslissing aan de orde zijn. Die personeelsvergaderingen moeten ook een actiedag voorbereiden met een stakingsaankondiging van 24 uur. De datum en de details hiervan worden binnenkort meegedeeld.  Zoals het ABVV opmerkt: alle sociale bewegingen moeten zich zorgen maken over deze uitspraak.

    Het is uitstekend dat er meteen wordt gereageerd en opgeroepen tot actie. Hopelijk wordt dit het begin van een ernstige nationale campagne ter verdediging van het recht om collectieve actie te voeren en om onze vakbondsvrijheden te verdedigen. We moeten ervoor zorgen dat dit effectief het geval is. We zouden vandaag verder gestaan hebben indien er meteen na de veroordeling van de Antwerpse kameraden in 2019 of na de veroordeling van de Luikse vakbondsleden in eerste aanleg in december vorig jaar zo’n campagne was opgezet.

    Tenslotte nog een woord van Silvio Marra, voormalig ABVV-delegee bij de Forges de Clabecq, die samen met 12 andere kameraden door de procureur van Nijvel beschuldigd werd van feiten die zich voordeden tijdens de strijd tegen de sluiting van de Forges de Clabecq (1997). Ter herinnering: alle verdachten in dit belangrijke proces werden in 2002 vrijgesproken. Hij zei ons vorig jaar na de veroordeling van de 17 vakbondsmensen: “Eerst en vooral kunnen we niet aanvaarden dat de politie, de openbare aanklagers en de rechtbanken zich moeien met sociale conflicten. Dit proces is een gelegenheid om het debat over het recht van werkenden om het niet eens te zijn met hun baas nieuw leven in te blazen. De patroons hebben maar één ding voor ogen: de uitbuiting van de werkenden opvoeren om meer winst te maken. Het stakingsrecht is geen recht dat ergens beschreven is in een ‘burgerlijk wetboek’ of in weet-ik-veel-welk wetboek. Het stakingsrecht bestaat omdat er sociale klassen met tegengestelde belangen zijn. Dit is het recht om kapitalistische uitbuiting aan te vechten. Het kan alleen leven in de harten van de duizenden syndicale afgevaardigden die verkozen zijn in de bedrijven en onder de drie miljoen vakbondsleden, als zij doorheen discussies en de ervaring van sociale strijd hun bewustzijn ontwikkelen. Als de werkende klasse haar kracht ontdekt en gebruikt, zullen rechtbanken, openbare aanklagers en repressieve krachten niet veel gewicht in de schaal leggen.”

     

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop