Category: Op de werkvloer

  • Geen middelen? Bel-20 bedrijven geven 15,6% meer aan dividenden

    Er zijn heel wat middelen aanwezig in deze samenleving. Zoveel is duidelijk als we kijken naar de toplonen van de managers of naar de fenomenale winsten van de grote bedrijven. Alleen is het natuurlijk de vraag naar wie die rijkdom gaat. Dat het niet naar de arbeiders en hun gezinnen gaat, weten we al enige tijd. Iedere loonsverhoging is te veel gevraagd en economisch niet haalbaar.

    Om concurrentieel te zijn, volstaat het niet om nog flexibeler te werken en nog meer cadeaus aan het patronaat te laten geven door de regering. Bij Opel in Antwerpen zien we dat de regering naar voor komt met extra voorstellen op die vlakken: de flexibele arbeidsregeling in de automobielsector zou nog worden uitgebreid en de Antwerpse vestiging van Opel zou op nog meer “goodwill” van de regering kunnen rekenen. Wat is het resultaat van al die mooie beloften: in plaats van 80.000 wagens zouden er 120.000 in Antwerpen mogen worden geproduceerd. Met andere woorden: de helft van het personeel moet er weg.

    Waarom moeten de bedrijven zo concurrentieel zijn, kunnen we ons dan afvragen? Het antwoord is duidelijk: om de zakken van de topmanagers en de aandeelhouders verder te vullen. De bedrijven van de Bel-20 beurs (dit omvat 19 grote bedrijven in dit land) hebben vorig jaar hun dividend met 15,6% verhoogd. Dit betekent dat de aandeelhouders dus 15,6% extra kregen in 2006. Na de forse stijging van de bedrijfswinsten, was dit geen verrassing. Maar het geeft wel nogmaals aan wie met de geproduceerde rijkdom gaat lopen.

    De bedrijfswinsten van de Bel-20 bedrijven stegen met 38% waardoor er 6,3 miljard euro meer winst werd geboekt dan in 2005. Terwijl de winst per aandeel gemiddeld met 41% steeg, stegen de dividenden met ‘slechts’ 15%. Enkel Agfa-Gevaert verhoogde de dividenden niet.

    Daarbij moet uiteraard ook worden opgemerkt dat in veel gevallen de topmanagers naast hun toplonen ook nog eens over een mooi pakket aandelen beschikken en dus via de verhoging van de dividenden nogmaals langs de kassa passeren.

    Het is opvallend dat geen enkele traditionele politieke partij vandaag een duidelijke positie inneemt tegenover de dagelijkse plundering van de arbeiders en hun gezinnen. Terwijl wordt gesproken over transfers van noord naar zuid, vergeet men de belangrijkste transfer: die van de arbeiders naar de aandeelhouders, topmanagers en andere kapitalisten. Om rond dit punt op 10 juni een signaal te geven, is een stem op CAP bijzonder nuttig!

  • Syndicale vertegenwoordiging ook nodig in kleine bedrijven!

    Het Europees Hof van Justitie dreigt Belgie te veroordelen omdat ons land geen aanstalten maakt om de EU-richtlijn uit te voeren die werknemers recht geeft op (bedrijfs)informatie en -overleg. Ook in kleine bedrijven.

    Door een ABVV-delegee in een groot bedrijf

    Regels worden niet nageleefd

    België loopt nu al meer dan 2 jaar achter met het invoeren van de Europese richtlijn. In ondernemingen met meer dan 50 werknemers wordt om de 4 jaar een Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) verkozen en in bedrijven van meer dan 100 werknemers ook nog eens een Ondernemingsraad.

    Maar in KMO’s met minder dan 50 werknemers is er geen CPBW en geen Ondernemingsraad. Op die manier hebben meer dan 1 miljoen werknemers geen recht op zelfs maar de geringste financiële en economische situatie over het bedrijf waar men dagelijks werkt. De vakbonden willen dan ook dat er een vakbondsvertegenwoordiging komt in bedrijven vanaf 20 werknemers. In ons land werken meer dan 405.000 mensen in bedrijven met tussen 20 en 50 werknemers. Het gaat om een fundamenteel democratisch recht dat ook al deze werknemers hun vertegenwoordigers kunnen verkiezen of aanduiden.

    De Raad van State heeft trouwens op 19 februari 2007 geoordeeld dat de Wet van 1948 tot oprichting van de Ondernemingsraden, waarbij een KB de drempel op 100 werknemers legde in plaats van de in de wet voorziene 50 werknemers onwettelijk is. Enkel een wet en niet een KB had deze drempel mogen wijzigen. Eigenlijk ligt de lat voor de ondernemingsraden dus al 59 jaar te hoog!

    Veiligheid in gevaar

    Ook op gebied van de arbeidsveiligheid schort er duidelijk iets in de KMO’s. In 2005 vonden bijna 56% van alle dodelijke arbeidsongevallen plaats in een KMO. Daarbovenop komen ook nog eens 44% van alle arbeidsongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid. Vele KMO’s zijn werkzaam in sectoren met een verhoogd risico, o.a. de bouwsector. De vele rapporten van Inspectiediensten over werken in onveilige situaties en nalatigheid in KMO’s spreken voor zich.

    Voor veel arbeiders in KMO’s is werken in onveilige situaties en met onvoldoende persoonlijke beschermingsmiddelen een ‘gewoonte’ geworden. Ook de inzet van interim-krachten en onderaannnemers zonder enige vorm van syndicale controle, leidt tot situaties met een verhoogd risico op arbeidsongevallen.

    De vele ongevallen in KMO’s bewijzen dat wat patroons roemen als het ‘informeel overleg’ en de ‘familiale sfeer’ duidelijk niet werken op het gebied van de arbeidsveiligheid. De Welzijnswet van 1994 voorziet in een beleid inzake arbeidsveiligheid waarin een belangrijke rol is weggelegd voor het Comité en de syndicale delegatie. Een preventiebeleid dat enkel steunt op patronale willekeur en hier en daar wat informeel overleg leidt tot ongevallen.

    Syndicale vertegenwoordiging is nodig!

    De problemen in de KMO’s beperken zich niet tot de arbeidsveiligheid. De juridische diensten van de vakbonden hebben de handen vol met het behandelen van klachten van werknemers in de kleinere bedrijven. Meer dan 2/3 van alle procedures voor de arbeidsrechtbanken betreffen KMO’s. Het gaat daarbij vooral om problemen rond het niet naleven van loonbarema’s, uitbetaling en opname van overuren, vakantieplanning,… Vaak gaat het om problemen die in bedrijven met een syndicale vertegenwoordiging in het bedrijf zelf worden rechtgezet en opgelost.

    De vakbonden voeren een terechte strijd voor het invoeren van een syndicale vertegenwoordiging in bedrijven vanaf 20 werknemers. Deze strijd moet ook gekoppeld worden aan eisen rond een sluitende bescherming voor delegees. Vakbondsafgevaardigden in kleinere bedrijven zullen, meer nog dan hun collega afgevaardigden in grotere bedrijven, onder druk van de patroons komen te staan. Een sluitende bescherming voor afgevaardigden zowel in kleine als grote bedrijven moet een fundamentele eis en strijdpunt zijn voor de vakbonden.

  • De Post. Recordwinsten en record aantal interimmers

    Twee kleine berichten in verschillende kranten van de afgelopen dagen: De Post maakt meer winst en De Post zet drie keer meer interimmers in. De lijn van beide berichten is duidelijk: op de kap van de arbeidscondities worden de winsten opgedreven. Is De Post nog een openbare dienst gericht op dienstverlening, of tellen enkel de winsten?

    De definitieve resultaten voor 2006 werden nu pas bekend gemaakt. Eerder waren er reeds voorlopige cijfers. In 2006 stegen de inkomsten van de Post met 5% tot 2,23 miljard euro, de uiteindelijke nettowinst (na belastingen) bedroeg 96,1 miljoen euro. Daarvan werd voor 42,4 miljoen euro aan dividenden uitgekeerd: een deel ging naar de overheid en de helft naar het Deense postbedrijf. CVC-Deense Post ging dus met 20 miljoen euro lopen.

    Topmanager Johhny Thijs moest het doen met een voor topmanagers relatief beperkt loon: 0,9 miljoen euro. 900.000 euro of 36 miljoen oude Belgische Franken, dat komt overeen met 3 miljoen frank per maand. Niet slecht verdiend in een bedrijf waar het loon van een gewone postbode niet zelden slechts zo’n 1.200 euro per maand bedraagt…

    Hoe kan De Post haar winst opdrijven? Onder meer door te besparen op het personeel. Zo deed het vorig jaar steeds meer beroep op interimkrachten. In 2006 waren er iedere dag gemiddeld 826 interims aan de slag, tegenover 238 in 2004. Dit is dus meer dan een verdriedubbeling!

    De druk op het personeel met de verschillende hervormingen neemt enorm toe. Bovendien neemt De Post vaak tijdelijke krachten aan omdat dit goedkoper is. Er wordt met andere woorden aan het personeel gevraagd om harder en flexibeler te werken zodat de winsten verder kunnen worden opgedreven!

  • Opel-directie provoceert. Toekomst van Antwerpse vestiging meer dan ooit onzeker

    Ondanks alle goede resultaten van de Antwerpse Opel-vestiging, het opdrijven van de flexibiliteit (onder meer door een bijzonder flexibele arbeidstijd) en de vele cadeaus van diverse regeringen, is de toekomst van Opel-Antwerpen onzeker. De directie provoceert de arbeiders van de vestiging onder meer door kaderleden tewerk te stellen in de gebouwen van de patroonsfederatie Agoria.

    Provocaties tegenover de werknemers

    Deze morgen voerden leden van de vakbond BBTK actie aan de poorten van de patroonsfederatie Agoria in Berchem om er te protesteren tegen het feit dat de directie een deel van het kader van Opel had gevraagd om vanuit de gebouwen van de patroonsfederatie te werken. Dat is natuurlijk een provocatie tegenover het stakingspiket aan de Noorderlaan. Daar wordt iedere dag een lijst opgemaakt van bedienden die de fabriek wel binnen mogen, onder meer veiligheidspersoneel. Nu blijkt dus dat een ander deel van het kader bij de patroonsfederatie wordt tewerkgesteld…

    Deze nieuwe provocatie wijst erop dat het spel steeds harder wordt gespeeld. Jarenlang werden tal van toegevingen gedaan aan de directie in de hoop om met de Antwerpse vestiging op een goed blaadje te staan. Diezelfde directie reageert nu met de ene provocatie na de andere. Eerst was er de aankondiging dat er 1.400 jobs moesten verdwijnen, daarna volgde de melding dat er slechts één Chevrolet-model naar Antwerpen zou komen (goed voor 80.000 wagens per jaar in plaats van ruim 200.000) waardoor bovenop de 1.400 reeds aangekondigde ontslagen nog eens een gelijkaardig aantal zou volgen, dat werd gevolgd door een poging om de tijdelijke werknemers nu reeds af te danken. En nu is er dus de provocatie om het kader naar de zetel van de patroonsfederatie Agoria over te brengen.

    30,8 miljoen euro winst

    In Europa verkocht General Motors in de eerste drie maanden van 2007 een record aantal auto’s: 554.000. De nettowinst (in Europa) bedroeg 30,8 miljoen euro, of ruim 10 miljoen euro per maand. Die nettowinst lag echter een derde lager als vorig jaar, onder meer door herstructureringskosten. De beperktere winst, ondanks de grotere omzet, wordt toegeschreven aan de hoge materiaalkosten. De omzet steeg evenwel van 8,1 tot 8,5 miljard dollar. De cijfers over een daling van de winst op wereldvlak met 90% tot 46 miljoen euro is vooral aan de Amerikaanse hypotheekmarkt toe te schrijven.

    De stijgende omzet zou echter vooral het resultaat zijn van een groei in Oost-Europa. In het eerste kwartaal steeg de verkoop van de kleine Chevrolet met 128%. De productie zou sterker in Oost-Europa worden opgedreven, omdat de kosten daar lager liggen (in de Poolse Opel-fabriek in Gliwice bedragen de loonkosten slechts 20% van die in het Westen).

    Enkel een Chevroletmodel zou naar Antwerpen komen, maar dat gaat om slechts 80.000 wagens per jaar, wat onvoldoende is om een leefbare vestiging te behouden (zeker naar het einde van het model zou de discussie over een definitieve sluiting kunnen opduiken).

    Ook andere merken trekken naar het oosten: PSA Peugeot Citroën wil 4.800 arbeiders in Frankrijk afdanken en de productie in Tsjechië opdrijven. Renault zal de nieuwe Twingo in Slovenië produceren. Hyundai opent een nieuwe fabriek in Tsjechië. Chevrolet opende reeds een fabriek in Kazachstan en houdt de mogelijkheid van een Roemeense fabriek nog steeds open (wat zou betekenen dat Antwerpen wellicht ook naast de Chevrolet zou grijpen en volledig de deuren kan sluiten).

    Naar het voorbeeld van VW?

    Volkswagen boekte recordwinsten in het afgelopen jaar. Ook de vestiging in Vorst maakte winst: 111 miljoen euro winst in 2006. Toch moesten er duizenden arbeiders verdwijnen en kwam er een grote herstructurering. Die winsten volstonden immers niet voor de directie die op zoek was naar nog meer winst. Wellicht wil General Motors net zoals VW haar winsten de komende maanden opdrijven op de kap van de arbeiders.

    Strijd is nodig!

    De toon bij de vakbonden van Opel-Antwerpen is door de provocaties van de directie noodgedwongen aangepast. Er worden nu oproepen gedaan om te komen tot een nationale actiedag tegen sluitingen en afdankingen, en dit nog voor de verkiezingen. Ook wordt de staking verder gezet. Het stakingspiket aan de Noorderlaan blijft alvast staan en verdient ook uw steun. Aarzel niet om er een bezoekje te brengen, voor een drankje of een babbel kan je er bovendien terecht in de solidariteitsbus.

    De oproep voor een nationale actiedag is een nuttige oproep om de strijd open te trekken en ook een actieve betrokkenheid te bekomen van onder meer de arbeiders van onderaannemers, maar ook van andere bedrijven die dreigen met afdankingen of sluitingen. Vanuit een nationale actiedag kan de strijd begonnen worden voor het behoud van alle jobs!

  • Meer dan 100 jobs bedreigd in de Brusselse sociale sector

    Momenteel zijn er 97 organisaties in Brussel die afhankelijk zijn van het Stedenfonds. Dit is een budget dat vrijgemaakt werd om de leefbaarheid in Brussel te vergroten. Het gaat hier om organisaties en projecten die betrekking hebben op welzijn, gezondheid, onderwijs, jeugd, cultuur en sport. Het is belangrijk dat dit werk door de overheid wordt erkend en in die mate ondersteund, opdat het continu en kwaliteitsvol kan zijn. Maar net hier wringt het schoentje.

    Een LBC-militant in de sociale sector

    De Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC), één van de vele regeringen, deelregeringen en overkoepelende commissies die Brussel rijk is, heeft besloten om de middelen van het Stedenfonds te herbekijken. Net als in de meeste bedrijven staat ook bij de VGC herbekijken gelijk aan besparen. Mee onder druk van de Vlaamse Gemeenschap zal de verdeling van de middelen ingrijpend moeten veranderen.

    Concrete beslissingen over welke projecten en organisaties zullen opgedoekt worden of moeten veranderen, is er nog niet. Hierdoor leven tientallen organisaties en meer dan 200 werknemers al enkele maanden in onzekerheid. De VGC heeft de werkgevers zelfs opgeroepen om hun personeel “preventief” in opzeg te plaatsen. Op die manier hoeven er geen ontslagpremies uitbetaald te worden en is het uitgesloten om onderhandelingen te moeten starten met de vakbonden ivm naakte ontslagen. Het enige wat de werkgevers van de getroffen organisaties nu moeten doen, is wachten tot de opzegtermijn van hun werknemers erop zit.

    Dezelfde partijen die destijds de wet Renault opgesteld en goedgekeurd hebben, roepen de werkgevers van de Brusselse sociale sector vandaag op om hun personeel preventief in opzeg te plaatsen. Wat op vele plaatsen trouwens al gebeurd is. Het zijn dus dezelfde partijen die een wet goedkeurden die werkgevers verplicht overleg te plegen met de vakbonden in geval van sluiting en naakte ontslagen, die vandaag zelf de werkgevers oproepen om deze wet aan hun laars te lappen.

    Het gaat hier echter niet over 1 of 2 partijen, maar alle traditionele partijen zijn erbij betrokken. Van Groen! tot Vlaams Belang, allemaal hebben ze vertegenwoordigers in de Raad van de VGC. Van Vlaams Belang moet je niet verwachten dat ze oppositie gaan voeren tegen voorstellen om allochtone cultuurcentra te sluiten, tweetalig onderwijs af te bouwen en de (in hun ogen criminele) jeugd van de vergeten wijken aan hun lot over te laten. Het ware gelaat van Groen! kennen we ondertussen ook al. Zij mochten de vorige Vlaamse minister van welzijn leveren (Byttebier, nu overgens Groen!-vertegenwoordigster in de Raad van de VGC). Zij bracht destijds samen met haar collega Somers (VLD) de verklaring naar buiten dat “de wachtlijsten in de gehandicaptensector zo hoog waren omwille van de oneigenlijke gehandicapten die er in opgenomen zijn”. Zou zij in het kader van de problemen die er nu zijn in de Brusselse sociale sector ook spreken van het feit dat het grote aantal daklozen te wijten is aan de vele oneigenlijke thuislozen die zich onder hen bevinden?

    Op 10 juni zijn het weer verkiezingen en zal iedere politieker weer zijn mond vol hebben van de welvaartstaat, betere gezondheidszorg, meer welzijn, “een brok cultuur en veel sport zijn gezond voor lichaam en geest”,… Maar tegelijk zorgen ze er nu in Brussel voor dat een organistatie als Buurtsport al zijn zorgvuldige kennis en ervaring in rook ziet opgaan. Wie gaat er op jaarbasis de 15 sportkampen voor jongeren en volwassenen organiseren. En wie gaat de 4347 deelnemers aan de dagsport een nuttig alternatief geven? Buurtsport is zeker niet de enige bedreigde organisatie. Ook Schoolopbouwwerk Brussel dreigt in de problemen te komen. Momenteel zijn daar nog 16 personeelsleden in dienst die doorheen 49 scholen werken om meer dan 3200 gezinnen bij te staan bij de schoolse opvoeding van hun kinderen. Maar ook kleinere projecten zoals Vrienden van het Huizeke dreigen in de brokken te moeten delen. Zij hebben slechts twee werknemers, maar beschikken wel over meer dan 50 vrijwilligers. Wie gaat deze hulp aan thuislozen binnenkort coördineren?

    De vakbonden hebben dan ook zeer concrete eisen, maar beseffen tegelijk dat het niet makkelijk zal zijn, aangezien de grote verscheidenheid van organisaties. Er zijn meerdere kabinetten uit verschillende regeringen en commissies bij betrokken en elk schuiven ze de hete aardappel naar mekaar door en wachten ze af tot de ander iets onderneemt.

    Om tot een structurele oplossing te komen moeten de VGC, de sector en de sociale partners dringend onderhandelingen starten. Het gezamenlijk vakbondsfront is al klaar met een eisenbunel en wil dat deze voor het einde van mei besproken wordt. De hoofdlijnen in deze eisenbundel zijn de verankering van maatschappelijk nuttige projecten en de verhoging van de lonen. Het eerste dient een einde te maken aan de steeds terugkerende onzekerheid en in het tweede deel wordt voornamelijk de nadruk gelegd op het gelijkstellen van de barema’s met deze van de Vlaamse non-profit.

  • Opel gaat plat. Geen 1.400 maar 3.000 ontslagen?

    De maat was vol voor de arbeiders van Opel-Antwerpen. Nadat eerder reeds werd aangekondigd dat 1.400 jobs moeten verdwijnen in de Antwerpse vestiging, blijkt nu dat dit cijfer wel eens veel hoger zou kunnen liggen. Op een capaciteit van 250.000 wagens per jaar, zouden er vanaf 2010 slechts 80.000 worden toegekend aan Antwerpen. De conclusie is evident: 2 van de 3 ploegen zijn bedreigd.

    Op dit ogenblik zijn er discussies met de directie van General Motors in het Duitse Rüsselheim. Daar wordt gediscussieerd over de toekenning van bepaalde modellen aan de verschillende vestigingen. Op dit ogenblik is er slechts één model dat reeds naar Antwerpen zou komen: een Chevrolet-model waarvan 80.000 exemplaren per jaar zouden worden gemaakt.

    Dat is uiteraard onvoldoende om alle 3.700 overblijvende arbeiders werk te geven. Na de reeds aangekondigde 1.400 ontslagen zouden er nog eens 1.500 kunnen volgen indien de directie van GM bij dit ene model blijft voor Antwerpen. De volgende vraag die zal opkomen, is natuurlijk of een vestiging met 2.000 arbeiders die gericht is op één Chevrolet-model (dat bovendien niet de traditie van de Astra heeft) na dat ene model nog lang zou standhouden. De toekenning van slechts één model lijkt wat op een sluitingscenario…

    Gisteravond is de nachtploeg bij Opel in staking gegaan en de staking blijft duren. De woede onder de arbeiders is enorm groot. Na de eerste aankondiging van 1.400 jobs die moeten verdwijnen, stuurde de directie iedereen naar huis om spontane woede-utibarstingen te voorkomen. Het nieuws dat er op dit ogenblik slechts één model naar Antwerpen zou komen, was een nieuwe druppel die een reeds boordevol gevulde emmer van onzekerheid deed overlopen.

    De verdere onderhandelingen zijn gepland voor 3 mei. Tot dan blijft Opel plat liggen. Vandaag brengt het Comité voor een Andere Politiek een solidariteitsbezoek aan Opel.

    > Lees hier onze vorige artikels over Opel, maar ook VW.

  • Miljoenenfraude Antwerp Shiprepair bedreigt 630 jobs

    Soms gebeurt de plundering van middelen door een kleine toplaag ten koste van de arbeiders net iets openlijker. Antwerp Shiprepair is daar een voorbeeld van. Het scheepherstellingsbedrijf stevent af op een faillissement nadat het bedrijf voor 10 miljoen euro werd opgelicht door het topmanagement.

    De afgelopen weken was er veel te doen rond de rol van topmanagers die miljoenen verdien ten koste van de arbeiders. Ook bij de recente overnamediscussie van ABN Amro duikt dit gegeven opnieuw op. Het overnamebod van Barclays impliceert dat 13.000 jobs verloren gaan en nog eens 10.800 jobs naar lageloonlanden verdwijnen. Tegelijk kan topmanager Rijkman Groenink (een topmanager die “Rijkman” noemt, dat kan geen toeval zijn…) zijn aandelenopties uitoefenen en op die manier fenomenale winsten boeken door de overname. Het gaat om meer dan 10 miljoen euro dat hij er aan kan verdienen!

    Anderen zijn nog minder indirect in het leegroven van bedrijven op de kap van de arbeiders. Het scheepherstellingsbedrijf Antwerp Shiprepair wordt getroffen door een bijzonder opvallende fraude door de gedelegeerd bestuurders die momenteel in de cel zitten (op secreet waardoor ze geen contact met de buitenwereld mogen hebben). Die hebben het bedrijf voor 10 miljoen euro opgelicht, waardoor nu een faillissement dreigt. Naast de oplichting is er een schuld van 7 miljoen euro aan de belastingen en de RSZ.

    Volgens de krant De Tijd hebben twee topfiguren uit het bedrijf de afgelopen twee jaar systematisch geld versluisd naar een twintigtal andere bedrijfjes. Ze hebben Antwerp Shiprepair een put van 10 miljoen euro bezorgd. De toplui werden opgepakt en vervangen door een voorlopig bestuurder.

    Maar een mogelijk faillissement bedreigt 180 jobs op rechtstreekse wijze en 450 op onrechtstreekse wijze. 630 banen worden bedreigd door de fraude van de toplui van Shiprepair.

  • Ook wij willen hogere lonen!

    Wij & zij:

    Topmanagers Bel-20: + 22% in 2006

    Gewone arbeiders en bedienden moeten inleveren. 1.400 arbeiders op straat gezet bij OPEL

    In 2006 kregen de topmanagers van de Bel-20 bedrijven gemiddeld 2,3 miljoen euro loon. Dat staat nog naast de inkomsten uit dividenden van aandelen. Albert Frère van GBL kreeg met 5,5 miljoen euro het grootste loon (een stijging met 170%), maar die 5,5 miljoen zijn slechts een beperkt deel van zijn totale inkomen. De opbrengsten van de aandelen waren voor Frère veel belangrijker.

    Karel Mortier

    Zelfs VLD-minister Karel De Gucht moest in een vrije tribune in De Morgen erkennen: “De grote winnaars van de moderne wereldeconomie zijn de aandeelhouders en het leidinggevend kader van internationale ondernemingen.” De kloof tussen de inkomens van managers en werkenden neemt steeds verder toe. De Gucht heeft geen probleem met de hoge lonen op zich, alleen maken die hoge lonen het moeilijker voor de traditionele partijen om hun besparingsbeleid aan de bevolking te verkopen. De Gucht waarschuwde ervoor dat de hoge lonen van managers “populistische tendensen” in de kaart zouden kunnen spelen en de legitimiteit van het huidige economisch systeem ondermijnen.

    Terwijl geklaagd wordt over de hoge loonkosten en allerhande topmanagers pleiten voor loonmatiging en bijkomende lastenverlagingen ten koste van onze sociale zekerheid, kennen dezelfde topmanagers zichzelf riante loonsverhogingen en andere voordelen toe. Onze lonen moeten in naam van de concurrentie dalen of onze jobs verdwijnen zelfs. Tegelijk worden de toplonen opgetrokken, eveneens in naam van de “concurrentie” met toplonen in het buitenland.

    De traditionele partijen reageren hypocriet als ze zeggen bezorgd te zijn over de loonkloof. Ze zijn al jaren aan de macht en hebben er niets aan gedaan. Integendeel, ook in de openbare diensten kenden ze aan de eigen topmanagers dergelijke lonen toe. Door de vele patronale cadeaus aan de grote bedrijven, zijn de problemen enkel nog groter geworden. Zowel VLD als SP.a vonden het “onverantwoord” toen werd gepleit voor een hogere loonnorm voor de arbeiders. Als de vakbonden een eerlijker verdeling van de welvaart eisen, wordt dit “populisme” genoemd.

    De krokodillentranen van de traditionele partijen zullen niets veranderen. In Nederland is de discussie rond toplonen al langer bezig en er is nog niets veranderd. Integendeel, Wouter Bos (PvdA) stelde dat hij geen maatregelen kan nemen om bijvoorbeeld tot een zogenaamde “graaitaks” (op toplonen) te komen.

    Er is nood aan concrete initiatieven en acties zodat de neoliberale logica van besparingen op onze kap om de winsten en toplonen op te drijven, wordt doorbroken. Een andere politiek is nodig, maar de traditionele politici zullen deze niet bieden. Zij willen verder besparen. Na de aankondiging van de 1.400 bedreigde jobs bij Opel kwamen ze ons allemaal zeggen dat de regering inspanningen zal doen om meer flexibiliteit en patronale cadeaus aan te bieden aan de directie van General Motors.

    Een andere politiek zou de aanwezige middelen anders verdelen: in plaats van een obscene concentratie van rijkdom bij slechts enkelen, zouden de middelen verdeeld worden zodat we allen meer verdienen.

  • Lezersbrief. Is de post nog een overheidsdienst?

    Is de post nog een overheidsdienst? Veel mensen stellen zich vandaag deze pertinente vraag. De laatste tijd gebeurt er van alles in het beleid van de post die de mensen absoluut niet meer begrijpen. Meer en meer krijgt ment het gevoel dat de overheidsdiensten de weg opgaan van een commercieel winstbeleid.

    Lezersreactie door Georges De Clerck (Kortrijk) names het actiecomité ‘Ons Postje blijft’

    De sluiting van de wijkpostkantoren, ook rendabele, stuiten op een ongelooflijke weerstand bij de burger/gebruiker.

    De directie van de post wil het postkantoor in de Stasegemsestraat sluiten. Het actiecomité ‘Ons Postje blijft’ haalde in een korte tijd 4545 handtekeningen op. 99 % van de aangesproken mensen tekenden spontaan de petitie. De mensen (veelal ouderen, gehandicapten en minstbedeelden) vrezen voor het wegvallen van de dienstverlening in hun buurtpostkantoor.

    De directie van de post komt af met argumenten dat een ‘postpunt’ hun kantorennetwerk kan vervangen. Een postpunt kan zeker niet dezelfde universele dienstverlening verzekeren als een volwaardig postkantoor. Tijdens een actie van ‘Ons Postje Blijft’ stelden we een aantal vragen aan het ‘postpunt’. De uitslag was 30 % juiste antwoorden! Een ‘postpunt’ is dus zeker geen volwaardig alternatief! Wat men ook moge zeggen!

    Nu is men bezig met 277 postkantoren aan het sluiten. Na 10 juni (verkiezingen) komt er een tweede ronde! Men is gewaarschuwd!

    Hopelijk komt er meer verzet van de burger/gebruiker tegen deze antisociale beslissingen van de managers van de post.

    Tot slot, iedere overheidsdienst heeft een sociale rol te vervullen. Een goede dienstverlening is belangrijker dan winst. Waar halen ze winst? Bij het personeel en de gemeenschap. En dit willen we niet!

  • Het Duitse voorbeeld: langer werken voor een lager loon…

    Deutsche Telekom doet ook haar duit in het zakje om de aanvallen op onze lonen te voeren. In Duitsland stelde het telecombedrijf voor om de lonen van 50.000 arbeiders met 12% te verminderen in ruil voor werkzekerheid tot 2010. Topman René Obermann komt hiermee onder vuur te liggen van de vakbond Ver.di.

    René Obermann wil de winsten van Deutsche Telekom opnieuw opdrijven nadat het bedrijf vorig jaar minder winst maakte als in 2005. De winsten daalden van 5,6 tot 3,16 miljard euro. Daarom wil het bedrijf nu 50.000 van haar 160.000 Duitse werknemers in een aparte groep onderbrengen en daar de lonen aanpakken.

    Het bedrijf wil dat de 50.000 werknemers in kwestie 38 uur zouden werken in plaats van de huidige 34 uur. Dat zou niet gepaard gaan met een loonsverhoging, integendeel. De arbeiders zouden langer moeten werken en tegelijk minder verdienen!

    De vakbond Ver.di ging niet akkoord met het voorstel van de directie om gedurende 2,5 jaar een loonsverlaging van 12% te aanvaarden in ruil voor werkzekerheid in die periode. De directie stelde wel dat de vakbond bereid was om te praten over tijdelijke loonsverlagingen.

    Er wordt gedreigd met nieuwe stakingsacties tegen de plannen van de directie aangezien het ongenoegen onder de arbeiders groot is. De directie beweert dat het moet besparen om “competitief” te blijven. In 2006 haalde het bedrijf een omzet van 61,3 miljard euro, een lichte stijging tegenover 2005. Maar de winsten daalden.

    Daartoe moeten de arbeiders betalen. Topmanager Obermann stelde dat ook het management een inspanning zou leveren. Hij stelde dat hij zelf op eenzelfde loonniveau zal blijven. Met een loon van 1,7 miljoen euro in 2006 moet Obermann zich natuurlijk weinig zorgen maken…

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop