Zo luid De Wever toetert over al wie tegen onderdrukking ingaat, zo stil zwijgt hij over het gegraai van zijn eigen partijmakkers. En hij komt daar nog mee weg ook. Waar blijven de kritische vragen aan de N-VA-voorzitter over de pensioenextra’s van Siegfried Bracke? Zowel de arrogantie van Siegfried Bracke die meent dat het wettelijk plafond van 7.813 euro per maand niet geldt voor zijn pensioen als de oorverdovende stilte hierover vanwege zijn partij spreken boekdelen.
Destijds werd Bracke binnengehaald als ‘wit konijn’. Als journalist was hij alom bekend en werd hij gezien als ‘betrouwbaar’. Een uitstapje naar de politiek vlak voor zijn pensioen leek Bracke wel wat. Hij koos ongetwijfeld voor N-VA omdat die partij aan de winnende hand was en een gebrek aan bestuurservaring had. De ambitie was groot: het ego van Bracke zag zichzelf al in een ministerpost plaats vatten. In 2010 haalde Bracke veel stemmen, maar de zeepbel werd reeds met de gemeenteraadsverkiezingen van 2012 doorprikt. Toen N-VA in 2014 een rechtse regering kon vormen, werd Bracke geen minister maar Kamervoorzitter. Dat werd opgelegd in het kader van de regeringsvorming, eerder verloor Bracke een stemming in het parlement toen hij zich kandidaat stelde. Het was een troostprijs die Bracke persoonlijk voordeel opleverde: een parlementsvoorzitter verdient evenveel als een minister. Discussies over zijn gegraai – Bracke combineerde de politiek met een betaalde ‘adviseursfunctie’ bij Telenet – maakten zijn positie onmogelijk. In 2018 was hij niet langer lijsttrekker in Gent en in de parlementsverkiezingen van 2019 raakte hij niet herkozen waarna hij ook als gemeenteraadslid opstapte.
De ophef over de pensioenextra van ongeveer 3000 euro bruto per maand bovenop het wettelijk pensioenplafond van 7.813 euro voor oud-voorzitters van de Kamer toont wat de ‘kracht van de verandering’ van N-VA eigenlijk betekent. Siegfried Bracke weigerde om het bedrag boven het wettelijke maximum in te leveren. Waar zijn liberale collega oud-Kamervoorzitter Herman De Croo dat wel deed en alle media afdweilt vol zelfbeklag, begon Bracke een juridische procedure om zijn extra te behouden.
N-VA-voorzitter De Wever is ondertussen te druk bezig met het counteren van de “vergiftiging door het wokisme” om woorden vuil te maken aan de hebzucht van zijn partijgenoten. De strijd tegen woke is volgens De Wever nodig om het vertrouwen te herwinnen om “de beslissingen te nemen die zich opdringen om onze democratie en onze welvaart te borgen.” Over Bracke deed hij slechts één keer een uitspraak, namelijk toen de pensioendiscussie in maart op de agenda kwam. De Wever hield het op de voorzichtige stelling dat indien de pensioenbonus niet legaal was, Bracke deze moest terugbetalen.
De Wever en zijn partij proberen afstand te houden van het schandalenparkoers van Bracke. Een plaats op de lijst zal er niet meer inzitten in 2024. Nochtans was de politieke loopbaan van Bracke een product van de machtshonger van de N-VA. De Wever haalde hem binnen vanuit het idee dat dit zijn partij meer ‘respectabiliteit’ kon geven. Het tegendeel is waar gebleken. Het is niet vanuit een misrekening of een persoonlijk falen, maar omdat N-VA voor haar personeel en ideeën steeds kijkt naar het establishment en woordvoerders van de winstbelangen van de grote bedrijven.
Het feit dat N-VA als eerste staat te springen om de pensioenen aan te vallen en eerder aan de basis lag van de verhoging van de pensioenleeftijd tot 67 jaar, zorgt voor extra zout in de wonde van Bracke. Ons willen ze laten werken tot we erbij neervallen om vervolgens op een armoedig pensioentje amper te kunnen overleven. Voor zichzelf gelden andere regels: Bracke vertrok op 66 jaar en meent dat ruim 10.000 euro bruto in de maand voor hem een redelijk pensioenbedrag is. Zonder de aanvallen op onze pensioenen de voorbije jaren was Bracke er wellicht mee weg gekomen. Omdat de arbeidersbeweging de strijd voor degelijke pensioenen op de politieke agenda heeft geplaatst, en zo onder meer het puntenpensioen kon tegenhouden, is er ook een grotere gevoeligheid voor de pensioenprivileges van diegenen die ons op droog zaad willen zetten.
Winkelkarretje blijft onbetaalbaar… en het einde is nog niet in zicht
Voeding is de tweede grootste uitgavenpost van gezinnen, na wonen. De stijging van de voedingsprijzen in de winkels blijft zeer hoog: +18,3% op een jaar tijd, na een stijging met +7,4% in het jaar ervoor volgens cijfers van Test Aankoop. Volgens de Grote Peiling (11 juni) besparen 63% van de Belgen op hun boodschappen. Dit gebeurt door over te schakelen op producten van een huismerk, diepvriesgroenten in plaats van vers, kleinere porties en soms door een van de dagelijkse maaltijden over te slaan. Ondertussen neemt het aantal gebruikers van voedselbanken in recordtempo toe tot meer dan 200.000 per maand vorig jaar.
door Boris Malarme
Niet onze lonen, maar hun winsten drijven inflatie aan
De afgelopen maanden ging het publieke en politieke debat steeds meer over de oorzaken van de prijsstijgingen. Voorheen werd het voorgesteld als louter een gevolg van stijgende kosten voor de voedingsindustrie. Dit standpunt van werkgeversfederatie Fevia wordt betwist. De consensus groeit, ook onder burgerlijke economen en politici, dat de stijgende winstmarges van grote bedrijven een belangrijke rol spelen in de inflatie. Dit fenomeen staat bekend als ‘greedflation’ of ‘graaiflatie’, een fenomeen dat inherent is aan het kapitalistisch systeem.
Volgens de Europese Centrale Bank (ECB) is momenteel 60% van de inflatie in de eurozone te wijten aan stijgende bedrijfswinsten. Tussen 2019 en 2022 ging het om een derde. De algemene inflatie in de eurozone is door de dalende energieprijzen afgenomen tot het laagste niveau sinds juli 2021, maar de onderliggende inflatie blijft stijgen. In sectoren zoals landbouw, energie, bouw, industrie en diensten namen de winsten veel sneller toe dan de loonkosten. De bedrijven beschermen zich hiermee tegen looneisen als compensatie voor de daling van de reële koopkracht in een context van groeiend diskrediet voor het kapitalisme.
In de strijd voor koopkracht van juni tot november 2022 verdedigde LSP het idee van een ‘operatie Waarheid’ om te reageren op de leugens van de werkgevers. Die benadrukten toen het gevaar van een zogenaamde loon-prijsspiraal, waarbij de prijzen zouden stijgen omwille van de lonen. Ondertussen is het voor iedereen duidelijk dat dit een leugen was. Bovendien moeten alle economen erkennen dat de automatische indexatie van de lonen en uitkeringen de voornaamste reden is waarom de groeicijfers in België beter zijn dan in de buurlanden. De vakbonden zouden dit kunnen aangrijpen voor een massale informatiecampagne op de werkplaatsen en in de wijken om de arbeidersbeweging en de publieke opinie voor te bereiden op het opstellen van een actieplan op maat van de inzet. Het is immers een illusie om te vertrouwen op de sociaaldemocratie om na de verkiezingen de wet van 1996 te herzien, een wet die onze lonen nog jarenlang dreigt te bevriezen.
De agrovoedingsindustrie reguleren of nationaliseren?
Volgens de VN zijn de wereldprijzen voor landbouwproducten sinds het hoogtepunt in maart 2022 met meer dan 20% gedaald. Net als in andere sectoren speelden de crisisprofiteurs van bij het begin een grote rol. Volgens Greenpeace deelden 20 grote agribusinessbedrijven in 2020 en 2021 54,5 miljard dollar uit aan hun aandeelhouders. De dalende prijzen voor tarwe, energie en zeevracht hebben sindsdien de prijsstijgingen niet getemperd. De winsten nemen een groter deel van de inflatie voor hun rekening. Zo boekte Unilever, dat 400 merken bezit, in 2022 een omzetgroei van 14,5% ondanks een daling van het verkochte volume met 2,1%. Het bedrijf verkocht minder producten, maar aan een veel hogere prijs. Resultaat: 8 miljard dollar winst, een stijging met 25%. Hetzelfde zien we bij Coca Cola, goed voor 500 merken. Ondanks enorme winsten in 2022 verhoogde het bedrijf in het eerste kwartaal van 2023 zijn prijzen met gemiddeld 11%.
In Frankrijk raakte het debat over graaiflatie in de prijzen van voedingswaren in een stroomversnelling na een studie van een denktank uit de kringen van France Insoumise. Hieruit bleek dat dat hogere winsten de belangrijkste rol speelden in de prijsstijgingen na maart 2022. Politici van France Insoumise grepen dit aan om te pleiten voor prijscontroles of nog voor het herstel van de automatische loonindexering. Hierop hield de Franse minister van Economie Bruno Le Maire overleg met 75 grote voedingsbedrijven die beloofden om op 1 juli de prijs van honderden producten te verlagen. De supermarktprijzen in Frankrijk waren overigens al lager dan die in België.
Het debat over de hoge prijzen is vanuit Frankrijk overgewaaid naar ons land. Een jaar voor de verkiezingen hoopt minister van Economie Pierre-Yves Dermagne (PS) een gelijkaardige trofee binnen te halen. Hij dreigde ermee om voedselproducenten die hun prijzen niet verlagen tegen midden juli publiek aan te klagen. Er wordt een rapport verwacht over prijsstijgingen en winsten in de sector in vergelijking met de buurlanden. De PS wil dat een dergelijke vergelijking de basis vormt voor onderhandelingen over de prijzen in de sector. Zonder akkoord kan de overheid dan ingrijpen om de prijzen van bepaalde basisproducten vast te leggen. Uiteraard wil de rechterzijde binnen Vivaldi daar niet van weten. Rechts staat op het standpunt van de Nederlandse regering die weigert om in te grijpen. In het beste geval wil rechts onderhandelen met werkgeversfederatie Fevia.
Het idee om de markt te reguleren door de prijzen vast te stellen, wordt ook geopperd door de PVDA. Het ABVV stelt een belasting op overwinsten voor naar het voorbeeld van de energiebelasting, omdat dit “bedrijven misschien zal doen nadenken vooraleer ze hun marges en prijzen optrekken.” Om te concluderen: “In elk geval komt het aan op regulering. Spontaan komt het niet goed.” Het tegenargument van rechts is dat prijscontroles op de markt onvermijdelijk gevolgen hebben op andere gebieden. De kapitalistische concurrentie vindt bovendien steeds manieren om regels te omzeilen. De realiteit is dat je niet kan controleren wat je niet bezit. Dat is waarom de hoge energieprijzen vorig jaar het debat aanwakkerden over de nationalisatie van de energiesector onder democratische controle. Deze kwestie van nationalisatie en democratische arbeiderscontrole over de voedingsproductie moet eveneens aan de orde worden gesteld als een centrale eis in de strijd tegen de hoge kosten van levensonderhoud.
Het arrest in de Reuzegom-zaak werd op 26 mei uitgesproken. De 18 verdachten kregen elk een boete tot 400 euro en een werkstraf van 200 tot 300 uur. Ze zullen geen strafblad hebben. Het arrest toont de arrogantie van de heersende klasse, de staat en het rechtssysteem. De woede over de uitspraak was erg groot. Het werd algemeen gezien als een voorbeeld van klassenjustitie met een extra racistisch element. Wat zou de straf geweest zijn indien het om jongeren uit Molenbeek ging en niet uit de Vlaamse high society? De zonen van advocaten, magistraten en ondernemers konden gebruik maken van enorme financiële middelen en netwerken om te profiteren van de beste advocaten. Uiteindelijk gingen ze in de praktijk vrijuit.
door Constantin (Luik)
Moord
De feiten waren nochtans bijzonder ernstig. In 2018 werd Sanda Dia, een jonge student uit Antwerpen, zoon van een arbeider van Mauritaanse afkomst, gemarteld en vervolgens vermoord door leden van de elitaire studentenkring Reuzegom aan de KULeuven, als onderdeel van een doopactiviteit. Naast het uitschelden, intimideren, besproeien met ijskoud water en urine, dwongen de folteraars hem om een waanzinnige hoeveelheid alcohol te drinken, zonder hem te laten hydrateren, in het bijzonder door de kraan in zijn kamer dicht te tapen. Vervolgens dwongen ze hem om dierenvoer, een muis in een blender, levende vis en visolie in te slikken. Daarna stopten ze hem urenlang in een put met ijskoud water. Dit alles duurde dagen.
Op de avond van 5 december besloten ze om hem naar het ziekenhuis te brengen. Sanda’s lichaamstemperatuur was 10° lager dan normaal. Na een hartstilstand en een verblijf op de intensive care stierf Sanda Dia op 7 december aan een overdosis natrium. Ondertussen waren de Reuzegommers bezig met alle bewijsmateriaal op te kuisen. Achter de schermen werd dit georganiseerd door een voormalige voorzitter van Reuzegom die vandaag als parlementair medewerker voor N-VA werkt.
Dubbele standaarden
De minachting van het Hof van Beroep in Antwerpen doet denken aan de moord op de kleine Mawda, een 2-jarig migrantenmeisje dat in 2018 werd gedood door geweervuur van de politie. De geüniformeerde moordenaar had geschoten op een busje met vluchtende migranten die niemands leven bedreigden. De politieagent kwam er vanaf met een voorwaardelijke gevangenisstraf van een jaar en een boete van 400 euro, terwijl de bestuurder van het busje werd veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf…
Er was ook de dood van de 19-jarige Adil, die in 2020 om het leven kwam nadat hij met geweld was aangereden door een combi. De zaak wordt nog steeds onderzocht, maar uit een onderzoek van Amnesty International bleek dat de helft van de politieagenten die deelnamen aan het onderzoek toegaf dat er sprake was van een systematisch probleem van etnische profilering en “dubieuze praktijken” bij de politie.
In een minder dramatische maar even symptomatische zaak werd Jeff Hoeyberghs uiteindelijk grotendeels vrijgesproken voor zijn seksistische opmerkingen op een lezing van de extreemrechtse studentengroep KVHV aan de Universiteit Gent. De rechter oordeelde dat het publiekelijk verklaren dat “vrouwen de privileges van mannelijke bescherming en geld willen, maar niet langer hun benen willen openen” of “dat je een vrouw niet als gelijke kunt behandelen zonder haar slaaf te worden” onderdeel zijn van de vrije meningsuiting en geen haatzaaiende uitspraken zijn.
Tijdens het sociaal conflict bij Delhaize braken deurwaarders en politie-agenten piketten op. Er werden dwangsommen van 1000 euro opgelegd. Deurwaarders gingen naar de huizen van vakbondsleden om hen een straatverbod op te leggen. Een waterkanon werd buiten een verzoeningsvergadering geplaatst. Vakbondsleden werden geboeid afgevoerd. Een rechter overschreed zijn territoriale bevoegdheid door acties in het hele land te verbieden. Een andere vond het recht om handel te voeren belangrijker dan het stakingsrecht. De politie hield “preventief” auto’s van vakbondsleden tegen zodat de inzittenden geen actie konden voeren. Ondertussen bereidt de federale regering (met sociaaldemocraten en groenen) de wet-Van Quickenborne voor waarmee het mogelijk wordt om een betogingsverbod op te leggen. Je kan veroordeeld worden als je een vuurtje stookt aan een piket of als je een ei naar een gevel gooit. Nog voor de invoering van deze wet werd ABVV-voorzitter Bodson in 2021 samen met anderen veroordeeld tot twee maanden voorwaardelijke gevangenisstraf wegens deelname aan een collectieve actie.
Ons beschermt ons
Dit alles is niet het resultaat van omstandigheden, maar van een systeem. In tegenstelling tot wat ze ons willen doen geloven, is het rechtssysteem verre van neutraal. Het maakt deel uit van een staatsapparaat dat gebaseerd is op het veiligstellen van de belangen van de heersende klasse. Zelfs als dat betekent dat seksisme, racisme en alle andere vormen van onderdrukking worden geminimaliseerd of zelfs gerechtvaardigd. Fundamenteel stigmatiseert en straft het de onderdrukten en beschermt het de uitbuiters.
De bijzonder vernederende en gevaarlijke rituelen van de studentenkring Reuzegom helpen deze dynamiek in stand te houden: het is een opleiding van het toekomstige establishment om hard te zijn tegenover ondergeschikten, om dwang, vernedering, geweld en discriminatie als methode te hanteren. Het is een leerschool voor machtsmisbruik, ontworpen om de studenten van de elite voor te bereiden om hun rol zonder scrupules uit te oefenen binnen de instellingen van het kapitalisme, in staatsstructuren of in bedrijven.
De verantwoordelijken voor de dood van Sanda Dia en anderen uit die kringen zien sociale bloedbaden als slechts een kwestie van statistiek. Gevoeligheid tonen, zou een teken van zwakte zijn. Dit zijn de mensen die werknemers tot het uiterste drijven, zoals we zagen bij France Telecom (nu Orange) waar er in 2008-09 maar liefst 35 werknemers zelfmoord pleegden als gevolg van de werkdruk. Tijdens het proces tegen de managers van het bedrijf werd verwezen naar een incident bij Volkswagen in België. Een werknemer had op een werklijn een geweer boven gehaald en zichzelf voor de ogen van zijn collega’s doodgeschoten. “Zelfmoord op het werk, is een signaal. Maar bij Volkswagen koos de directie ervoor om de vloer zo snel mogelijk te laten schoonmaken en de band terug op te starten.” De verantwoordelijken voor dergelijke tragedies hoeven zich geen zorgen te maken.
Om tot gerechtigheid te komen, is er een krachtsverhouding nodig door middel van niet aflatende sociale strijd. De politieagent die verantwoordelijk was voor de dood van George Floyd in de Verenigde Staten, Derek Chauvin, werd uiteindelijk veroordeeld tot 22 jaar gevangenisstraf. Zonder Black Lives Matter, de grootste sociale beweging in de Amerikaanse geschiedenis, was dit nooit gebeurd. Dit is het soort druk dat nodig is.
We verwelkomen de mobilisaties die tot nu toe plaatsvonden. Het mag niet bij eenmalig spontaan protest blijven. Ons protest staat sterker als het gestructureerd en verbreed wordt, onder meer in eenheid met de strijd van het personeel van Delhaize, vakbondsleden, slachtoffers van racisme en seksisme … Dit zal Sanda Dia helaas niet terug brengen, maar we kunnen tenminste opkomen voor gerechtigheid. We kunnen ons organiseren voor een samenleving waarin discriminatie, racisme, seksisme, LGBTQIA+fobie en klassenuitbuiting niet langer aanwezig zijn en dus geen geweld, onrecht en dood veroorzaken.
De kapitalistische staat, een instrument van overheersing
De staat heeft niet altijd bestaan. Er was een tijd dat er geen staat was, en de staat ontstond pas toen de mensheid een permanent geërfd overschot kreeg.
Dit gaf aanleiding tot de verdeling van de maatschappij in verschillende sociale klassen, de onderdrukking van vrouwen en het bestaan van een specifiek gewapend orgaan om de heerschappij van de uitbuitende minderheid over de uitgebuite meerderheid te garanderen. We hebben het over de neolithische revolutie, ruwweg 10.000 jaar geleden. Maar voordat de eerste vormen van uitbuiting van de ene mens door de andere ontstonden, beleefde de mensheid meer dan 100.000 jaar collectieve organisatie zonder staat.
De staat is een machine die ontworpen is om de overheersing van de ene sociale klasse over de andere te handhaven. De vorm ervan is in de loop der tijd veranderd als gevolg van sociale strijd, maar vandaag is het in wezen niets meer dan een instrument dat de eigenaren van het kapitaal, een kleine minderheid van de bevolking, helpt om de arbeiders, die enkel kunnen leven door hun arbeidskracht te verkopen, uit te buiten en aan hun genade over te leveren.
Het doel van onze sociale strijd moet zijn om deze machine volledig te slopen en te vervangen door een arbeidersdemocratie die ervoor zorgt dat de maatschappelijk geproduceerde rijkdom wordt gebruikt voor het welzijn van iedereen en die deze stand van zaken zal beschermen met dezelfde energie die nodig was om de kapitalistische staat te vernietigen. Dit opent het vooruitzicht op een wereld die volledig vrij is van uitbuiting en onderdrukking, waarin ook de democratische arbeidersstaat uiteindelijk kan afsterven. We sluiten dan terug aan bij het begin van de mensheid, met een wereld gebaseerd op samenwerking in plaats van concurrentie.
Leestip: ‘Staat en revolutie’ door Lenin. Beschikbaar via onze webshop voor 15 euro (verzendingskosten inbegrepen)
Het Vlaams Belang wil na 2024 minstens op lokaal vlak besturen. Het speelt handig in op ongenoegen dat het beleid van de traditionele partijen veroorzaakt, richt zich op specifieke bevolkingsgroepen en probeert tegelijk de eigen partijmachine klaar te stomen. Waar het VB zich aan het brede publiek voorstelt als ‘volks’ en pogingen doet om zich ‘sociaal’ voor te doen, bereidt het zich op machtsdeelname voor door parlementsleden en partijtoppers naar dure managementopleidingen te sturen. De cocktail die extreemrechts biedt is een gevaar voor minderheden in de eerste plaats, maar ook voor de belangen van de hele werkende klasse in het algemeen. Hoe kunnen we het VB afblokken?
Sterktes en zwaktes
Er is een reservoir aan ongenoegen waar extreemrechts met populistische campagnes op inspeelt. Na jaren van asociaal beleid gericht op de winstbelangen van een kleine minderheid is de ongelijkheid bijzonder groot. Een groeiend aantal mensen valt uit de boot. Volgens Statbel loopt 18,7% van de Belgische bevolking risico op armoede of sociale uitsluiting. Die afbraakpolitiek zet tegelijk druk op de middengroepen die hun beperkte en vaak fragiele vooruitgang van de afgelopen decennia dreigen te verliezen. Dat gebeurt niet enkel door een aantasting van de koopkracht, maar versnelt ook door de afbouw van alle openbare dienstverlening, wat zeker in kleinere steden en op het platteland een issue is.
Dat is waar het VB op inspeelt. Ze scoren daar niet alleen mee in de peilingen. Ze misbruiken de woede over sociale ellende ook om verdeeldheid en discriminatie te zaaien met hun militante anti-woke opstelling, wat eigenlijk niets anders is dan een campagne tegen al wie zich verzet tegen discriminatie. Zo voeden ze bewust de antifeministische terugslag. Ze leiden de aandacht af van de echte oorzaken: de winstbelangen van het kapitalisme en zetten jongeren en werkenden tegen elkaar op. Zo wordt het oude racisme, seksisme en LGBTQIA+fobie in een nieuw jasje gestopt.
De doorbraak op het platteland gaat gepaard met een erg zichtbare campagne onder de noemer ‘Red onze boeren’. Dit gebeurt met affiches zonder partijlogo, maar het zet de deur open. Toen dierenrechten populair bleken te zijn, stelde het VB zich in 2019 voor als ‘partij voor de dieren’. Het VB probeert aanwezig te zijn op diverse protesten, van landbouwers over politie-agenten tot acties tegen coronamaatregelen.
Bij een poging tot aanwezigheid op een zorgbetoging op 13 juni liep Van Grieken een blauwtje op. De georganiseerde arbeidersbeweging blijft gelukkig een no-go-zone voor de extreemrechtse haat. Tegelijk probeert het VB de ruimte voor haar tegenstanders te beperken, vandaar ook de provocatieve meeting in het centrum van Brussel eind mei.
De afkeer van het gevoerde beleid van alle pro-kapitalistische partijen maakt dat het VB electoraal slapend rijk wordt. Het gebrek aan antwoorden is de belangrijkste zwakte van extreemrechts. Waar het aan de macht komt, voert het een asociaal beleid. Meloni zette in Italië meteen het mes in de werkloosheidsuitkeringen. Extreemrechts in Finland bespaart op gezondheidszorg. In België stemt het VB steevast tegen sociale voorstellen rond pensioenen of lonen en graaien de eigen parlementsleden ondertussen gretig mee. Het is geen toeval dat het VB met het oog op deelname aan onderhandelingen en bestuur enkele parlementsleden en partijmedewerkers dure opleidingen bij de Vlerick Business School en de Antwerp Management School laat volgen…
Uitdaging 2024
Voor het VB is de centrale uitdaging om in 2024 het cordon sanitaire te doorbreken. Het VB wil na de parlementsverkiezingen van juni 2024 minstens onderhandelen over een Vlaamse regering en kondigde daartoe aan bereid te zijn om toegevingen te doen op communautair vlak. In 2019 was ‘Vlaamse onafhankelijkheid’ voor slechts 8% van de VB-kiezers belangrijk, hierop kan dus gemakkelijker toegegeven worden. Een regeringsdeelname is echter weinig waarschijnlijk, het zou N-VA in een onmogelijke positie plaatsen op federaal vlak.
Met een goede score in juni 2024 wil het VB sterker uit de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 2024 komen. Waar het VB in de jaren 1990 vooral in de grote steden scoorde, is dit vandaag verplaatst naar het platteland en de centrumsteden. Op heel wat van deze plaatsen heeft het VB amper een lokale werking, laat staan kopstukken voor machtsdeelname. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 brachten de media verhalen over tientallen VB-kandidaten die openlijk neonazistische sympathieën toonden. Wie wil daarmee in zee gaan? In enkele gemeenten waar de partij al langer actief is, maakt ze meer kans.
Er is de Denderstreek met het gevaar van een absolute meerderheid in Ninove, maar ook goede scores in onder meer Aalst. Daarnaast de groene rand rond Antwerpen met Schoten waar VB-voorzitter Van Grieken opkomt, maar ook onder meer Schilde met Marijke Dillen. In kleinere steden als Turnhout en Lier en een reeks andere gemeenten zijn er eveneens mogelijkheden, zeker nu het lokale gebrek aan middelen politieke onrust en instabiliteit creëert. Daarnaast is er het fenomeen dat veel lokale afdelingen van Open Vld en CD&V met lokale lijsten zonder verwijzing naar de partij opkomen, wat meer ruimte geeft om het cordon te breken.
De kans dat het VB in oktober 2024 aan de macht komt op lokaal vlak is bijgevolg erg reëel.
Welke antifascistische strategie?
Elke vooruitgang van extreemrechts is een gevaar voor mensen van kleur, LGBTQIA+ personen en al wie er andere meningen op nahoudt. Het vormt een bedreiging voor de arbeidersbeweging aangezien het alle vormen van verdeeldheid versterkt. Machtsdeelname vormt uiteraard een extra groot gevaar, het biedt ruimte voor aanvallen op de arbeidersbeweging doorheen asociaal beleid en repressie. Het geeft de straatvechters het zelfvertrouwen om zich niet tot online haat te beperken.
Extreemrechts stoppen zal niet gebeuren door de pro-kapitalistische partijen die verantwoordelijk zijn voor het beleid dat een groeiende voedingsbodem voor het VB creëert en ook niet door onze strategie op hen te richten. Zo dreigen we immers in het bad van het establishment getrokken te worden. De arbeidersbeweging moet op haar eigen terrein de strijd aangaan, dat betekent in de strijd voor sociale bescherming en rechten. Het is enkel daar dat antwoorden op de tekorten en het ongenoegen te vinden zijn. De hoge prijzen voor onder meer voeding en wonen, de oprukkende flexibilisering en bijhorende werkdruk, de tekorten aan diensten … moeten daarin centraal staan.
Het ontmaskeren van het asociaal karakter van extreemrechts gebeurt des te sterker als het gekoppeld wordt aan actieve strijd voor sociale vooruitgang op zowel syndicaal als politiek vlak. Het uitbouwen van een krachtsverhouding is daarbij essentieel en vereist vakbondsstrijd die zich niet beperkt tot stoom aflaten en de verdere opbouw van een politiek verlengstuk voor de arbeidersbeweging.
De vooruitgang van de PVDA is daarbij erg belangrijk en één van de factoren die vandaag maakt dat extreemrechts langs Franstalige kant niet van de grond komt. Tegelijk brengt een grotere PVDA meer verantwoordelijkheden mee, zowel in de organisatie van strijd als in het afdwingen van maatregelen die reële stappen vooruit betekenen voor de werkenden en hun gezinnen. De druk voor linkse regeringen die breken met de afbraakpolitiek langs Franstalige kant neemt toe. Als er regeringen met de PVDA komen die onvoldoende verschil maken, kan dit alsnog de deur openen voor extreemrechts. Stemmen winnen zal niet volstaan, er is een krachtsverhouding nodig gekoppeld aan een programma dat zich niet beperkt tot wat mogelijk is binnen de winstlogica van het kapitalisme, maar dat gericht is op maatschappijverandering om af te dwingen wat nodig is. Dat is de benadering waarmee wij in 2024 campagne voor de PVDA zullen voeren.
Actief antifascisme zorgt ervoor dat de militante achterban van extreemrechts niet zomaar ‘sociaal aanvaardbaar’ wordt. Een socialistisch programma is nodig om de groeiende passieve steun voor extreemrechts te ondermijnen en het ongenoegen te richten op een veel efficiëntere manier om tegen het systeem in te gaan, met name door arbeidersstrijd voor socialistische verandering. Dat is de methode waarmee wij in de jaren 1990 met Blokbuster het verzet tegen het VB hielpen organiseren, het is ook de benadering van Campagne ROSA en van al onze inspanningen voor een socialistisch alternatief. Het kapitalisme is een systeem in verval met de bijhorende politieke uitdrukkingen hiervan. Om extreemrechts te stoppen, moeten we ons tegen het hele systeem richten.
De pensioenhervorming van de regering-De Croo is een directe aanval op de pensioenen van de ambtenaren. Dat zijn de enige Belgische pensioenen die in de buurt van het Europees gemiddelde komen. Die moeten dus naar beneden volgens de regering, in plaats van de lage pensioenen op te trekken. Daarnaast wordt met een ‘pensioenbonus’ uitgepakt: wie langer werkt, krijgt een deel van de besparing zelf uitbetaald. Wat met wie niet meer kan op die leeftijd? Het is een oproep om te werken tot je erbij neervalt. Tot slot wordt voor het eerst een minimum aantal effectieve werkjaren opgelegd om recht te hebben op een minimumpensioen. Wie daar niet aan geraakt, komt in diepere armoede terecht. Er is niets links aan deze pensioenhervorming. Toch omschrijft extreemrechts het als ‘donkerrood’. De aanvallen gaan voor rechts en extreemrechts allemaal niet ver genoeg!
In het Vragenuurtje in De Kamer pleitte N-VA voor het koppelen van een malus aan de bonus. Anders gezegd: wie niet langer werkt, moet daarvoor boeten. Hoe asociaal kan je zijn?! Ellen Samyn van het Vlaams Belang bracht ook kritiek op de pensioenhervorming: er moet meer bespaard worden op de pensioenen om te voldoen aan de eisen van de Europese Commissie en het VB pleit voor maatregelen om de werkgelegenheidsgraad fors op te trekken. Dat wordt verborgen achter een communautaire uithaal, met name dat dit vooral voor de Walen nodig zou zijn. Maar ondertussen maakt het VB duidelijk dat het volledig binnen de lijntjes van het eenheidsdenken van de winstbelangen van de grote bedrijven kleurt. De pensioenen zijn niet ‘onbetaalbaar’ omdat ze te hoog zijn of omdat we ‘te vroeg’ op pensioen gaan en ‘niet genoeg werken’. Neen, de sociale zekerheid wordt geplunderd door de vele cadeaus aan de grote bedrijven die dienen om de winstmarges op peil te houden. De werkgevers staan nu al klaar met de roep voor meer dergelijke cadeaus. Extreemrechts loopt hen daarbij als schoothondjes achterna.
VB-Kamerlid Reccino Van Lommel stelde op de website van zijn partij dat de “magere pensioenhervorming” een vorm van slecht bestuur is, onder meer omdat de maatregelen mogelijk niet volstaan om de eerste schijf van het beloofde Europese herstelfonds uitbetaald te krijgen. Dat het schandalig is dat de EU aanvallen op de werkende bevolking eist in ruil voor middelen uit het herstelfonds, merkt extreemrechts niet eens op. Als deze aanvallen op het ambtenarenpensioen als “mager” worden omschreven, dan weet je wat het VB voor al wie in de publieke sector werkt in petto heeft…
De beperking van de perequatie van ambtenarenpensioenen, die nog met maximaal 0,3% per jaar mogen stijgen, is volgens VB-Kamerlid Ellen Samyn “veel te weinig” en bovendien eist ze dat de beperking ook geldt voor ambtenaren die nu reeds op pensioen zijn. Het gaat nog verder: het VB pleit voor het gelijktrekken van de pensioenen van ambtenaren, werknemers en zelfstandigen, maar dan niet op het hogere niveau van de ambtenaren. Neen, extreemrechts wil het ambtenarenpensioen frontaal aanvallen door het te herleiden tot de bijzonder lage pensioenen van werknemers. Dat probeert het te verkopen als solidariteit, terwijl echte solidariteit natuurlijk betekent samen strijden voor een gelijktrekking van de pensioenen op het hoogste niveau.
Bij de verkiezingen in 2019 liet het VB uitschijnen dat het rond pensioenen een ‘linkser’ standpunt innam waarbij het zich uitsprak tegen de verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar en voor een minimumpensioen van 1500 euro. De addertjes onder het extreemrechtse gras waren echter zo groot dat je amper nog het gras kon zien. Zo wil het VB de pensioenleeftijd koppelen aan het aantal gewerkte jaren en uren. Enkel wie 40 jaar voltijds werkt, zou recht hebben op een minimumpensioen. Voor de anderen wil extreemrechts een puntenstelsel waarbij het pensioenbedrag afhankelijk is van het aantal effectief gewerkte uren (gelijkstellingen worden dus niet meegerekend!). Het aantal gewerkte uren, dat in 2019 op 66.000 (of 40 jaar) werd geschat, wil het VB jaarlijks aanpassen naargelang de gestegen levensduurte. Voor de hoogste ambtenarenpensioenen wil het VB de indexering afschaffen. Tot slot verklaarde extreemrechts zich voorstander van het veralgemenen van de tweede pijler, anders gezegd: een veralgemening van een gedeeltelijke privatisering van de pensioenen in handen van pensioenfondsen.
Het is niet verwonderlijk dat het VB vandaag vindt dat de pensioenhervorming niet ver genoeg gaat. Daarbij vertrekt extreemrechts niet van de belangen van de werkenden en hun gezinnen, maar van de budgettaire eisen die gedicteerd worden door de winstbelangen van de grote bedrijven. Het VB beweert op te komen voor het ‘eigen volk’, maar beperkt zich tot de rijkste toplaag ervan. Het pleit voor extra besparingen op de pensioenen, zelfs indien die al bijzonder laag zijn in België. Het geld zoeken waar het zit, doet het VB uiteraard niet. Verder dan wat foeteren over Walen en vluchtelingen, komen ze niet ter rechterzijde. Hierdoor blijven ze daar blind voor de miljardentransfers van de sociale zekerheid en de begroting naar de grote bedrijven en hun aandeelhouders. Ongetwijfeld leerden hun vertegenwoordigers die naar de Vlerick Business School gestuurd werden om te leren ‘besturen’ dat de winsten en dividenden nu eenmaal heilig zijn.
Trap niet in de val van extreemrechts dat zich sociaal voordoet, maar ons langer wil laten werken en bovendien de pensioenen verder naar beneden wil trekken! Leefbare pensioenen zijn nodig, wat betekent dat het minimumpensioen omhoog moet en voor iedereen moet gelden. Het minimum van 1500 euro is achterhaald door de inflatie en kan beter opgetrokken worden naar 1700 euro. Om dit alles te betalen, moet het geld gezocht worden waar het zit: niet bij de gepensioneerden zelf, niet bij de werkenden of de zieken, maar bij de grote bedrijven die de afgelopen jaren miljardenwinsten boekten en steeds meer fiscale cadeaus kregen. Die miljardenstroom aanpakken zou pas een pensioenhervorming zijn…
‘Het wokisme, dat nieuwe totalitarisme waarvan we de naam niet mogen uitspreken’.
Het studiecentrum van de MR, het Centre Jean Gol, was op de Brusselse Pride aanwezig met een stand. Daarop lag een nieuwe brochure onder de zichzelf tegensprekende titel: ‘Le wokisme: ce nouveau totalitarisme dont on ne peut prononcer le nom’ (‘Het wokisme, dat nieuwe totalitarisme waarvan we de naam niet mogen uitspreken’). De Franstalige liberalen vinden het nodig om de alarmbel te luiden voor de wereldwijde strijd tegen seksisme, racisme en andere vormen van discriminatie.
door Sile (Brussel)
De tekst merkt op dat de strijd tegen onderdrukking gebaseerd is op een onderscheid tussen onderdrukkers en onderdrukten en daarom uiteindelijk leidt tot verdeeldheid. “We hebben alles te verliezen en absoluut niets te winnen,” aldus het Centre Jean Gol. Het is een verdraaiing van de slotconclusie van Marx en Engels in Het Communistisch Manifest: “De arbeiders hebben niets te verliezen dan hun ketenen. Ze hebben een wereld te winnen.” De auteurs van de brochure zien marxisme en wokisme als twee kanten van dezelfde medaille die van het kapitalisme het ultieme kwaad maakt.
De brochure ligt in de lijn van het boek van Bart De Wever, ‘Over woke’, dat we in de aprileditie van deze krant bespraken. De tekst is geredigeerd door Nadia Geerts, voormalige Ecolo-activiste en nu bestuurslid van het Centre Jean Gol. Ze erkent dat het wokisme geen gestructureerde beweging is, maar stelt het voor als een “cataclysme” (catastrofe) die het hart van de democratie treft. En dan moet het ergste nog komen.
Aan het begin van de brochure wordt sarcastisch en spottend gedaan over het genderen van personen en over safe spaces. Pas later in de tekst is er een poging om de emotionele uithaal ook om te zetten in een argument. Geerts heeft het over een “cultuur van schaamte” die volgde op #MeToo en Black Lives Matter. Daarmee wil ze angst en woede opwekken bij de lezer, om vervolgens te beweren dat de golf van wokisme zal leiden tot de creatie van een nieuwe samenleving, een nieuwe religie of een nieuwe totalitaire staat, naargelang welk deel van de brochure je leest. Op Twitter had Nadia Geerts het over een vorm van ‘inquisitie’.
Een karikatuur
Om deze bewering tot leven te laten komen, was het nodig om een karikatuur van radicaal links te verzinnen en vervolgens die karikatuur aan te vallen door de echte eisen van onderdrukte groepen te reduceren tot secundaire kwesties. De brochure stelt bijvoorbeeld dat #MeToo ervoor gezorgd heeft dat iemand die een seksistische opmerking maakt nu even hard gestraft wordt als een verkrachter. Dat is nonsens. Kijk maar naar Jeff Hoeyberghs die grotendeels vrijgesproken werd voor zijn seksistische uitspraken op een extreemrechtse meeting aan de UGent. Hij kwam weg met uitspraken als “vrouwen willen de privileges van mannelijke bescherming en geld, maar ze willen niet langer hun benen openen.” Voor Geerts is niet de verkrachtingscultuur waarin vrouwen als een object worden voorgesteld problematisch, maar de zogenaamde ‘schaamtecultuur’. Verkrachtingscultuur leidt niet automatisch steeds tot seksueel geweld, maar vormt wel een aanzet tot ernstige misdrijven.
Het zal niemand verbazen dat J.K. Rowling erbij gesleurd wordt. De brochure stelt de vraag waarom die schrijfster wordt aangevallen omdat ze simpelweg zegt dat “biologische sekse een realiteit is.” In werkelijkheid ging Rowling veel verder: ze stelde dat transgender vrouwen geen vrouwen zijn en ze stelde hen voor als potentiële seksuele roofdieren. Het is overigens opmerkelijk dat het voor Rowling ingeroepen absolute recht op vrije meningsuiting niet wordt erkend voor slachtoffers van discriminatie die praten over hun “subjectieve” ervaringen. Die slachtoffers moeten zwijgen om het woord te laten aan “specialisten.”
De tekst komt het dichtst in de buurt van een coherent argument wanneer een van de zwakke punten van de beweging tegen onderdrukking aan de orde wordt gesteld: de neiging om te veel nadruk te leggen op het idee dat individuen zichzelf moeten bevrijden van hun vooroordelen. Het klopt dat deze nadruk vaak voorbijgaat aan het belang van collectieve actie enerzijds, en aan de noodzaak om het hele systeem te veranderen anderzijds.
Een van de meest verontrustende aspecten van de tekst is de categorisering van verschillende vormen van onderdrukking op basis van hun vermeende legitimiteit. Zo worden vrouwen die het slachtoffer zijn van huiselijk geweld gezien als echte slachtoffers, terwijl slachtoffers van “kwetsende ideeën” (waaronder vermoedelijk homofobe en transfobe opmerkingen) wel twee keer moeten nadenken voordat ze beweren ergens slachtoffer van te zijn. Deze classificatie van verschillende ‘soorten slachtoffers’ illustreert het echte doel van de tekst: onderdrukte groepen verdelen en ze tegen elkaar opzetten. Dit is geen verrassing voor het onderzoekscentrum van een rechtse partij die er alle belang bij heeft om de aandacht af te leiden van de impact van haar asociale beleid.
Een onschuldige tekst?
Is dit soort retoriek gevaarlijk? Daar bestaat geen twijfel over. Op 22 mei viel in Tours, Frankrijk, een 17-jarige katholieke middelbare scholier gewapend met een explosieve fles een LGBTIA+ centrum aan omdat hij “genoeg had van de genderideologie.” Gelukkig kende de Pride in Tours op 17 juni een recordopkomst. Massale strijd blijft ons beste wapen om het verdelende discours van rechts te bestrijden en om iets te doen aan de zwakheden in de beweging tegen onderdrukking, zwaktes die optimaal benut worden door rechts.
Volgens de Grote Peiling wil een grote meerderheid geen tweede uitgave van de Vivaldi-coalitie na 2024. De partij van premier De Croo zakt in dezelfde peiling tot 8,3%. Het toekennen van inreisvisa aan een Iraanse delegatie zorgde voor nieuwe hoogspanning in de regering na het ontslag van Sarah Schlitz (Ecolo). Om de meubels te redden, probeert De Croo angstvallig om nog twee grote hervormingen op de agenda te zetten: een fiscale hervorming en een pensioenhervorming. Beiden liggen echter bijzonder moeilijk.
Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) trekt samen met De Croo de onderhandelingen voor een fiscale hervorming. CD&V wil na het debacle met Wouter Beke in de Vlaamse regering en de weinig elegante aftocht van voorzitter Coens op het nippertje toch iets binnenhalen. Het is echter niet duidelijk hoe de partij enthousiasme kan opwekken met een fiscale hervorming waarbij de BTW op heel wat producten zou stijgen terwijl het winkelkarretje al onbetaalbaar is. Zit Van Peteghem zo vast in het wereldje van managers dat hij een aanslag op onze koopkracht met 1,2 miljard euro BTW-verhogingen als een politieke trofee ziet? Het afschaffen van BTW op basisproducten zoals groenten, fruit en openbaar vervoer volstaat niet om die verhogingen elders te compenseren. Het voorstel om een deel van de financiering van de hervorming af te wentelen op de deelstaten lijkt eveneens erg moeilijk haalbaar. In het beste geval maakt enkel een fors afgeslankt voorstel kans om de schijn van een akkoord te wekken.
Rond de pensioenen wil de rechtervleugel van de regering (MR, Open Vld en CD&V) erg ver gaan, maar dat is quasi onmogelijk voor de PS die al onder druk staat van een toenemende steun voor de PVDA in de peilingen. Dat een grote meerderheid van de Belgische bevolking het niet ziet zitten om tot 67 jaar te werken, toont de gevoeligheid van het onderwerp. De PS wordt wellicht liefst niet teveel herinnerd aan het feit dat ze haar verzet tegen de verhoogde pensioenleeftijd opgaf bij de vorming van Vivaldi. Sociale onrust, zelfs indien het niet op de schaal van het Franse pensioenprotest is, kan de PS missen als kiespijn.
De pandemie en het tijdelijk loslaten van het besparingsbeleid om een ergere economische neergang te voorkomen, creëerden ruimte voor Vivaldi. Nu er een terugkeer is ingezet naar besparingen op alle niveaus, draait deze regering vierkant. Het grootste probleem voor de Belgische burgerij is dat alternatieven zoals een rechtse regering of een coalitie van PS en N-VA evenmin voldoende stemmen halen om stabiliteit te brengen. Maakt de onbestuurbaarheid van de afgelopen jaren straks een terugkeer?
Dit artikel komt uit de zomereditie van maandblad De Linkse Socialist
Met de verkiezingen van 2019 verdrievoudigde het Vlaams Belang zijn electorale score in vergelijking met 2014. Dit succes was grotendeels gebaseerd op afkeer van de traditionele partijen en een schijnbaar linkser sociaaleconomisch programma. In werkelijkheid zijn de prioriteiten van de extreemrechtse partij nooit veranderd en haar hele praktijk getuigt van een onwankelbare trouw aan antisociale aanvallen. Maar als deze leugen niet ontmaskerd wordt door de sociale strijd, dreigt het succes van 2014 zich alleen maar te herhalen. In de peilingen is het Vlaams Belang de grootste partij in Vlaanderen.
Bij de vorige verkiezingen leek het Vlaams Belang te pleiten voor het terugbrengen van de wettelijke pensioenleeftijd naar 65 jaar of het vastleggen van de duur van een volledige loopbaan op 40 in plaats van 45 jaar. De partij pleitte ook voor een verlaging van de btw op energie van 21% naar 6%. In de praktijk spreekt ze enkel haar steun uit voor loonbevriezing en andere asociale maatregelen. Toch lijkt alles erop te wijzen dat het VB op dezelfde misleidende weg verder zal gaan. Het VB staat daarin niet alleen: dit is ook de aanpak achter het electorale succes van Le Pen’s Rassemblement National en Meloni’s Fratelli D’Italia. Tegelijkertijd blijven ze banden onderhouden met meer openlijk gewelddadige groepen zoals Schild & Vrienden.
Aan Franstalige kant is extreemrechts nauwelijks georganiseerd, voornamelijk vanwege een krachtige arbeidersbeweging die systematisch terugvecht tegen elke poging van extreemrechts om voet aan de grond te krijgen. Het andere belangrijke element, dat van recentere datum is, is het bestaan van een links electoraal alternatief in de vorm van de PVDA.
Sociale strijd tegen het asociaal beleid
Welke krachten bouwen best de antifascistische beweging uit? Dit is een centrale vraag. Gezien de omvang van het gevaar is de verleiding groot om een zo breed mogelijk profiel aan te nemen. Maar eerlijk is eerlijk: de laatste dertig jaar hebben de zogenaamde “democratische” partijen een groot deel van het 70-puntenprogramma van het Vlaams Blok, de vroegere naam van het Vlaams Belang, overgenomen en uitgevoerd. Dit programma werd gepubliceerd in 1992 en aangepast in 1996: “Immigratie: de oplossingen. 70 voorstellen ter oplossing van het vreemdelingenprobleem.” Het vermeldde onder meer de oprichting van een Staatssecretariaat voor Vreemdelingenzaken (dit is er), de uitbreiding van gesloten centra voor vreemdelingen (dit is er en er komen er nog), collectieve uitwijzingen (gebeurt steeds meer) en een strengere toegang tot de nationaliteit.
PS en ECOLO steunen dan wel moties in Wallonië om steden “antifascistisch” te verklaren (zoals voor Bergen, Charleroi, Namen en Luik), maar deze partijen hebben deelgenomen aan regeringen waarvan het beleid het racisme van het Vlaams Belang meer aanvaardbaar heeft gemaakt. De huidige federale regering heeft opnieuw beslist om de uitwijzingsprocedures te versnellen, uitwijzingsbesluiten sneller uit te voeren, en om nieuwe beperkingen op te leggen aan gezinshereniging. Dat allemaal terwijl ze opnieuw de deur dichtgooit voor elke collectieve regularisatie.
En dat is nog niet alles. Dit zijn ook de partijen die verantwoordelijk zijn voor asociaal beleid dat steeds meer mensen tot wanhoop en paniek drijft, waardoor ze ten prooi kunnen vallen aan de retoriek van extreemrechts.
Consequent antifascisme is onlosmakelijk verbonden met fel verzet tegen asociaal beleid en degenen die dit beleid uitvoeren. Niemand vertrouwt op pyromanen om een brand te blussen, en antifascisme is daarop geen uitzondering. Een gedurfd programma voor sociale verandering is een van de pijlers van de strijd tegen extreemrechts.
Een andere pijler is de democratische organisatie om eenheid in strijd te creëren met respect voor de verschillende politieke stromingen en manieren om hun mening te uiten. Zo kunnen we een zo breed mogelijke beweging opbouwen, door nieuwe lagen van de samenleving te bereiken en zonder in een ‘radicaal’ onderonsje te blijven steken. Massale actie is de beste manier om niet alleen het vertrouwen van extreemrechts te breken, maar ook om de middelen te krijgen die we nodig hebben om een toekomst voor iedereen te garanderen, zodat niemand zich van vijand vergist. In onze ogen betekent dit het omverwerpen van het kapitalisme en het opbouwen van een echt democratische socialistische samenleving, waarin werkenden en jongeren de belangrijkste productiemiddelen bezitten en beslissen hoe ze worden gebruikt.
Dit artikel komt uit de zomereditie van maandblad ‘De Linkse Socialist’
Alexander De Croo kroont zichzelf tot voorzitter-premier. In zijn partij geldt het motto ‘Alles voor ik, niets voor een ander’. Alleen is dat ‘alles’ stilaan niet zo heel veel meer. Het donkerblauwe triumviraat van De Croo, Lachaert en Van Quickenborne heeft zichzelf uit elkaar gespeeld. Na een clash van liberale ego’s trekt Open Vld straks in de praktijk als Lijst-De Croo naar de kiezer.
De neergang van de klassieke traditionele partijen is al langer bezig. Tijdelijke oplevingen gebaseerd op doorgaans inhoudsloze reclamecampagnes brengen daar geen fundamentele verandering in, maar zijn zelf uitdrukkingen van die neergang. Het centrum loopt leeg omdat er geen maatschappelijke steun is voor een status quo. Dat speelt mee in de neergang van CD&V, waar crisismanager Coens in allerijl werd vervangen door een meer mediagenieke figuur. Dit lijkt vooralsnog geen kentering te brengen in de val van de ooit zo machtige katholieke partij. Vooruit lijkt een uitzondering te zijn met hernieuwde groei in de peilingen. Moest er echter iets aan zijn van de aantijgingen tegen kopstuk Rousseau, blijft er daar straks wellicht niets van over en zou Vooruit volop meedoen in de race to the bottom waarin CD&V en Open Vld vandaag de toon zetten.
Deze crisis van het status quo is niet zozeer een persoonskwestie, maar een uitdrukking van een enorm en groeiend wantrouwen in het volledige systeem. De afgelopen jaren protesteerden jongeren tegen het gebrek aan klimaatbeleid, maar de traditionele politici durven ook nu nog een ‘pauze’ voorstellen in een ontoereikend beleid. Er was protest en een grote woede over het duidelijke geval van klassenjustitie in de Reuzegom-zaak waarin de Vlaamse elite haar eigen zonen beschermde. De laag van de bevolking die uit de boot valt, neemt toe. Propaganda en gespin kunnen dat niet veranderen. De Europese armoede-indicator stelt vast dat 18% van de Belgische bevolking een armoederisico kent. Wie het iets beter heeft, gaat vaak gebukt onder een onmogelijke werkdruk en botst ook steeds meer op wachtlijsten en tekorten. Stijgende prijzen in de winkel, onbetaalbaar wonen, gebrekkige openbare diensten … zetten de toon. En dan krijgen we straks nog extra besparingen op ons dak?!
De pandemie en bijhorende crisis zorgden er in 2020 voor dat er alsnog een regering kon gevormd worden. Er was een ernstige crisis voor nodig en een verandering van beleid, waarbij de strakke begrotingsteugels werden losgelaten. Het was in deze context dat de Vivaldi-regering kon gevormd worden en een zekere populariteit genoot. Nu is er een terugkeer naar besparingen op alle niveaus, wat leidt tot frustraties en politieke onrust op alle niveaus. De N-VA wil wel garen spinnen bij de crisis in de federale regering, maar botst meteen op de vaststelling dat het in de Vlaamse regering niet veel beter is.
De exit van Lachaert maakt dat De Croo er alleen voor staat. Als voorzitter trok hij in 2010 de stekker uit de regering-Leterme waarna zijn partij afgestraft werd. Nu lijkt hij de stekker uit zijn partij te trekken. Met amper iets meer dan 8% in de peilingen is er van een ‘kanseliersbonus’ geen sprake. Tot hiertoe stelde Open Vld dat dit zou veranderen eens De Croo in de campagne kwam. Door de exit van Lachaert komt dat moment wel erg vroeg op een jaar voor de verkiezingen. Het gebeurt op een manier die niet getuigt van kracht of vertrouwen. Bovendien is er weinig animo voor de regering van De Croo die bijna letterlijk vechtend over straat rolt.
Marxisten moeten niet huilen of in dit geval lachen, maar begrijpen. In het tijdperk van wanorde smelt de autoriteit van de gevestigde instellingen als sneeuw voor de zon. Dit leidt tot grote verschuivingen op het politieke toneel. Het gaat gepaard met een groeiende invraagstelling van het systeem. De antwoorden op deze invraagstelling zijn nog erg diffuus en soms uitdrukkelijk contraproductief, met een groei van extreemrechts en allerhande vooroordelen. Voor marxisten komt het erop aan om de woede te richten op de kern van het systeem: het kapitalisme met zijn private eigendom van productiemiddelen die maakt dat de ongebreidelde hebzucht van de winstbelangen alles domineert. De arbeidersbeweging kan daar een einde aan maken en bouwen aan een socialistisch alternatief waarin de noden van de bevolking centraal staan.
Met 11000 werkenden uit de zorgsector werd op 13 juni in Brussel gemanifesteerd voor verlaging van de werkdruk, meer personeel en hogere lonen. Het Vlaams Belang probeerde op die betoging, georganiseerd door de vakbonden, tussen te komen met eigen spandoeken en pamfletten. Ze werden door de politie verwijderd uit de betoging.
Door een verpleegkundige
We aanvaarden geen Vlaams Belang in onze zorgbetoging!
Het Vlaams Belang heeft een lang verleden van openlijke vijandigheid tegenover de vakbonden en werkenden. Het is dus evident dat ze voor zorgverleners niet welkom zijn op syndicale acties. Bovendien steunen ze in het parlement besparingen en willen ze systematisch een belangrijk deel van de werkende klasse uitsluiten van zorg en hulp. Onder het mom van aandacht voor ‘onze zorg’, kwamen ze de hele arbeidersbeweging en de vakbonden provoceren.
Zoals steeds leiden ze de aandacht af van het eigenlijke probleem. Het nieuws dat in teken moest staan van het zorgpersoneel en de tekorten in de sector, werd overschaduwd door het filmpje waarin Tom Van Grieken een slag krijgt van een politieagent. Dit gebeurde nadat hijzelf en zijn medestanders de politie duwden en belaagden. Ze voeren een mediacampagne om zich als slachtoffer voor te stellen en zich verder ‘aanvaardbaar’ te maken voor de verkiezingen van 2024.
Ons protest probeert alle werkenden te verenigen. Maar dus niet een Vlaams Belang dat de tekorten wil verdelen door werkenden aan te vallen. Wij staan voor de eenheid van alle werkenden. Samen sterk, betekent ook ingaan tegen verdeeldheid en dus tegen racisme en extreemrechts.
Hun afbraak staat haaks op de reële noden
Vlaams Belang probeert zich via een schijnbaar sociale retoriek als bondgenoot van het zorgpersoneel op te stellen, terwijl niets minder waar is. In hun programma staat een onafhankelijk Vlaanderen centraal: het verder regionaliseren van de zorg gaat voor hen gepaard met verder besparen en uitsluiting van heel wat mensen die niet als Vlaming beschouwd worden. Het zijn in het bijzonder de geregionaliseerde diensten zoals woonzorgcentra, kinderdagverblijven … die het meeste te maken krijgen met een tekort aan personeel en middelen, waar de kwaliteit van de zorg enorm onder lijdt.
Wat de zorgsector echt nodig heeft, is een massale investering in infrastructuur en personeel. We willen gratis kwalitatieve en toegankelijke zorg voor iedereen, zonder wachtlijsten. We willen personeel dat niet uitgeput is, door een collectieve arbeidsduurvermindering met behoud van loon en compenserende aanwervingen. We willen voldoende, goed opgeleid personeel waarbij het behoud van de autonome functie van HBO5 verpleegkundige cruciaal is.
Hiervoor zullen we het geld moeten halen waar het zit: bij de grote bedrijven en hun aandeelhouders! Bijvoorbeeld bij de farma-industrie die de afgelopen jaren de grootste winsten ooit boekten. Dus niet bij mensen die het zelf moeilijk hebben, zoals mensen die migreren en uitkeringsgerechtigden. De beweging komt op voor een strijd om meer middelen en niet voor een herverdeling van de tekorten!
Sociale strijd gaat gepaard met massaal verzet tegen extreemrechts!
De politie kwam nu tussen, maar we moeten er niet op rekenen dat dit zal blijven gebeuren. Vaak wordt de politie tegen stakingen en betogingen gebruikt, denk maar aan de repressie bij de staking van het Delhaize-personeel. Justitie en politie verdedigden er de belangen van de grote bedrijven. Het is belangrijk dat de beweging een programma ontwikkelt dat antwoordt op de oorzaak van de problemen en geen ruimte laat voor de reële afbraak door Vlaams Belang en andere rechtse krachten.
We kunnen ons eraan verwachten dat provocaties door rechts vaker zullen voorvallen. Ze winnen aan vertrouwen omdat de tekorten op dit ogenblik niet worden opgelost. De sociale strijd verder ontwikkelen, een breuk maken met het kapitalisme en de economie ten dienste van werkenden organiseren kan die voedingsbodem wegnemen.
We mogen het niet overlaten aan de politie, we moeten de beweging tegen extreemrechts verder opbouwen via sociale strijd. Dat betekent ook goed georganiseerde eigen ordediensten als onderdeel van de betoging. Solidariteit over sectoren heen is hiervoor cruciaal: zowel de sociale strijd voor een uitgebouwde zorg als extreemrechts stoppen belangt ‘ons’ allen aan!