Category: Op de werkvloer

  • Tecteo (Luik). Directie niet opgezet met LSP-pamflet

    Gisterenochtend verdeelden LSP-leden een pamflet aan enkele vestigingen van de intercommunale Tecteo in Luik en Ans. Er waren tal van reacties, waaronder ook enkele verbazingwekkende. Bij Tecteo ligt al enige tijd een fors besparingsplan op tafel: de directie wil 22 miljoen euro besparen op de kap van de arbeiders.

    Verslag door Jean Peltier

    Ons pamflet legde uit dat het plan dat voorligt een grote sociale achteruitgang betekent voor de arbeiders van Tecteo. Bovendien is het evident dat directies van andere intercommunales deze aanval zouden zien als een uitnodiging om hetzelfde te doen. Het pamflet – waarvan je een vertaling hieronder kan lezen – eindigde met de nood aan verzet tegen dit onaanvaardbare plan.

    We kregen heel wat respons op dit pamflet. Verschillende en arbeiders en syndicale militanten belden ons om ons te bedanken voor dit pamflet en voor het feit dat we de situatie bij Tecteo opvolgen. Velen kwamen op onze site alle artikels over Tecteo lezen.

    Niet iedereen was even opgezet met ons pamflet. De directie van Tecteo zag zich verplicht om te reageren met een bericht dat via intranet naar alle personeelsleden werd verstuurd. Hieronder vind je de tekst van dat bericht.

    “Bericht aan het personeel.

    “Er is vastgesteld dat er op woensdag 26 augustus 2009 voor de sociale zetel een pamflet werd uitgedeeld door een extreem-linkse politieke partij met daarin lasterlijke beweringen tegenover onder meer de algemene directie.

    “De informatie in dit pamflet is leugenachtig, verzonnen en schadelijk voor het imago van onze intercommunale. De directie kan zich enkel maar verbazen over gebruikte methode en betreurt ten stelligste dit initiatief dat puur politiek is.

    “Om de werknemers van onze intercommunale objectief te informeren over het nieuwe arbeidsreglement en de sectoriële context waarin Tecteo evolueert, zal een persoonlijk informatiemoment worden georganiseerd in de loop van 31 augustus tot 4 september.”

    Deze reactie is opvallend gezien het feit dat ons pamflet enkel een vaststelling maakte van de geplande besparingen en de gevolgen hiervan op de inkomens en het statuut van het personeel. Mogelijk was de directie vooral geschokt door het stukje waarin we de vraag stelden wat de opoffering van de heer Moreau, directeur van de intercommunale, zou zijn. Daarin wijzen we erop dat de directeur van Tecteo tal van mandaten heeft in de regio en bij de PS waarbij hij over een meer dan comfortabel inkomen beschikt.

    Iedereen wacht alleszins vol ongeduld op de “objectieve informatie” over de geplande besparingen. Zal de directie daarbij overigens de ruimte geven aan de syndicale delegaties om de belangen van de werknemers te verdedigen? Dat zal immers nodig zijn tegenover de politiek van sociale afbraak die de directie voorstelt.


    Neen aan het plan-Moreau

    Pamflet van LSP-Luik

    Op 13 augustus keurde de raad van bestuur van Tecteo een plan goed waarmee het 22 miljoen euro wil besparen op de kap van de werknemers en dat ondanks jullie verzet, zoals uitgedrukt op de vergadering van het ACV en door de delegatie van het ACOD.

    Dit plan is een enorme sociale achteruitgang voor de arbeiders van Tecteo. Als alle maatregelen opgeteld worden – 38 uren werken in de plaats van 36, het optrekken van de leeftijd waarop verlof voorafgaand aan het pensioen mogelijk is van 58 naar 60 jaar, aanpassing van de loonschalen op het einde van de loopbaan (waarbij loonsverhogingen worden beperkt), afschaffing van premies, invoering van een jaarlijkse evaluatie waarbij premies kunnen worden ingetrokken – dan komen we al snel tot een gemiddeld loonsverlies van 4.400 euro bruto per jaar per werknemer!

    Naast het grote loonverlies wil de directie ook het statuut van de benoemde persoonsleden ter discussie stellen, onder meer via de jaarlijkse evaluaties en de mogelijkheid om mensen af te danken op basis van negatieve evaluaties.

    Dit plan is catastrofaal voor de werknemers van Tecteo. Maar niet enkel voor jullie. Hiermee wordt ook een boodschap gegeven aan andere patroons, in de eerste plaats bij de intercommunales en nadien in alle openbare diensten en ook in de privébedrijven. Morgen kunnen zij aan hun personeel zeggen: “Kijk maar naar Tecteo, een overheidsbedrijf met sterke vakbonden, daar was het personeel redelijk en werden toegevingen aanvaard. Om concurrentieel te blijven, vragen we jullie ook om meer te werken voor minder loon.”

    Eind juli werd vastberaden gereageerd met een staking en een optocht door de stad. Vandaag is er ook een reactie nodig.

    We willen jullie uiteraard niet zeggen wat jullie moeten doen, maar om dit onaanvaardbare plan tegen te houden zal er volgens ons meer nodig zijn dan persberichten en symbolische acties. Een echte mobilisatie door de syndicale delegaties zou de heer Moreau en co wel eens kunnen doen nadenken, zeker indien de mobilisatie:

    – de directie pijn doet in de portemonnee, onder meer door echte stakingsacties;

    – oproept tot solidariteit bij andere arbeiders in de regio aangezien het plan van Tecteo ongetwijfeld zal dienen als voorbeeld voor gelijkaardige besparingsmaatregelen elders;

    – publiekelijk ingaat tegen die managers en aandeelhouders die beweren “socialist” te zijn, maar zich even grof gedragen als de patroons in de privé.

    En u, meneer Moreau, waar zijn uw opofferingen?

    Moreau gebruikt alle mogelijke middelen om zijn geplande aanval op de inkomens door te voeren. Intussen zorgt hij goed voor zichzelf. Moreau is goed voor 70.000 euro bruto per maand. Hij verdient op zijn eentje evenveel als de halve Waalse regering samen. Hij heeft 16 mandaten, waaronder die van waarnemend burgemeester van Ans, directeur van Tecteo en haar filialen (waaronder internetbedrijf Voo), directeur van het Congrespaleis van Luik, bestuurder bij het Luikse gasbedrijf ALG, de Luikse intercommunale voor het water CILE,… Naast zijn vergoedingen zijn er ook de voordelen in natura. Je mag er van op aan dat hij niet zal besparen op de eigen premies en zitpenningen. Met dergelijke bedragen wordt het moeilijk om het verschil te zien tussen een PS-voorzitter van een intercommunale en een MR-patroon in de privé.


    Lees ook

    • Tecteo. Woede neemt toe, nood aan mobilisatieplan (20 augustus)
    • Staking bij Tecteo in Luik omdat 20 miljoen euro op de kap van de arbeiders wordt bespaard (3 juli)
  • Zwartwerk bij De Lijn: twee maten en gewichten

    Verschillende kranten kopten op maandag 10 augustus: “Handel in diensten bij De Lijn”, “zwartwerk bij De Lijn”, “Chauffeurs tot 20 uur achter het stuur bij De Lijn”. De directie en bevoegd minister Hilde Crevits reageerden verbolgen en geschokt op de ontdekkingen van de arbeidsinspectie in Gentbrugge. Ze hadden het over onverantwoorde chauffeurs en Crevits wilde meteen een onderzoek in alle stelplaatsen.

    Door een buschauffeur

    Door de extreme flexibiliteit die chauffeurs aan de dag moeten leggen, is er voor chauffeurs de mogelijkheid om diensten te wisselen. Alhoewel de directie er officieel niets van weet, wordt het wel steeds doorgegeven aan de oversten en vormt het daar geen probleem. In een aantal stelplaatsen krijgt een chauffeur maar enkele dagen verlof per jaar, waardoor het niet verwonderlijk is dat een handel in diensten wordt opgezet.

    De directie heeft daar nog steeds controle op: iedere chauffeur moet zich bij het begin en het einde van de dienst aan- of afmelden en een eindedienstkaart afdrukken. Bij het nakijken van die kaarten kan de directie meteen zien wie wanneer heeft gewerkt. Nu doet de directie evenwel alsof haar neus bloedt. Voorheen kwam het de directie goed uit: de problemen om alle diensten georganiseerd te krijgen werd opgevangen door de chauffeurs zelf, de diensten werden verzekerd en officieel wist de directie van niets.

    Nu worden de chauffeurs aan de schandpaal genageld omdat ze naast hun reguliere dienst nog extra diensten in “het zwart” deden en hiermee de rij- en rusttijden met de voeten traden. Nochtans worden chauffeurs regelmatig gevraagd door hun oversten om datzelfde te doen.

    De jarenlange besparingen op alle mogelijke kosten (de directie ziet ook de chauffeurs als een “kost”) en vooral op het aantal reservechauffeurs, is er in veel stelplaatsen geen buffer om onvoorziene omstandigheden op te vangen. Dat is het geval bij ziekte of zelfs bij minder onvoorziene omstandigheden als evenementen in het Sportpaleis of Rock Werchter. Op zo’n ogenblik wordt aan de chauffeurs gevraagd om na of voor hun dienst een extra dienst te verrichten. Dan vormen de rij- en rusttijden geen probleem. Twee maten en twee gewichten bij De Lijn!

    Als de directie dit “zwartwerk” wil vermijden, zal het in de eerste plaats moeten kijken naar de beloning en het aantal chauffeurs. Bij de CAO 2009-2010 weigerden de directie en minister Van Brempt om een ernstige toegeving te doen aan het personeel. Het is niet verwonderlijk dat een aantal chauffeurs dan maar zelf naar mogelijkheden zoekt om het loon te compenseren. Verder moet worden geïnvesteerd in (reserve)chauffeurs zodat ziekte, verlof en dergelijke kunnen worden opgevangen. Dat zou niet alleen de arbeidsomstandigheden maar de dienstverlening ten goede komen.

    Vandaag wordt de zwarte piet doorgeschoven naar de chauffeurs. Alsof zij verantwoordelijk zijn voor het gebrek aan degelijke arbeidsomstandigheden en lonen. Dat is een gemakkelijkheidsoplossing van een directie en een Vlaamse regering die weigeren om echt te investeren in openbaar vervoer met degelijke jobs en een optimale dienstverlening voor de bevolking.

  • Tecteo. Woede neemt toe, nood aan mobilisatieplan

    “Behoud van ons statuut en onze loopbaan”. Dat was de centrale slogan op een spandoek waarmee de leden van de raad van bestuur van Tecteo werden onthaald op 13 augustus. De raad van bestuur moest stemmen over een plan waarmee 20 miljoen euro zou worden bespaard op de kap van het personeel. Achter het spandoek een honderdtal personeelsleden van hoofdzakelijk het ACV. Die vakbond sprak zich uit tegen de aanvallen op het personeelsstatuut en de arrogantie van de directie van de intercommunale die wordt gecontroleerd door de PS.

    Door Jean Peltier

    De directie wil dat het personeel voortaan twee uur per week langer werkt. Tegenover de overgang van 36 naar 38 uur staat geen enkele loonscompensatie. De leeftijd waarop verlof voorafgaand aan het pensioen mogelijk is wordt opgetrokken van 58 naar 60 jaar. De schalen op het einde van de loopbaan worden aangepast om loonsverhogingen te vermijden. Premies worden afgeschaft. Er komt een jaarlijkse evaluatie waarbij twee negatieve evaluaties kunnen leiden tot het niet-toekennen van de eindejaarspremie. Dat zijn de voorstellen waarmee de directie van Tecteo naar haar personeel stapte. Tecteo is een Luikse intercommunale die onder meer actief is op het vlak van het beheer van de elektriciteitsdistributie.

    Deze voorstellen zorgden eerder reeds voor een grote woede onder het personeel dat een weeklang staakte begin juli (zie ons artikel van 3 juli). Hierna volgde een voorakkoord waarin de voorstellen grotendeels werden overgenomen en dat aanvaard werd door de vakbonden. Het personeel kon dit niet appreciëren en op vergaderingen van de christelijke (CSC) en de liberale (SLFP) bonden stemde een meerderheid tegen het voorakkoord. Bij de socialistische vakbond was pas een consultatie van de leden voorzien op 7 september, maar de bond zag zich verplicht om nu reeds aan te kondigen dat ze tegen de plannen is.

    Het ACV nam haar verantwoordelijkheid voor acties en zette een “verwelkomingspiket” op aan de raad van bestuur. “Deze maatregelen stellen het statuut van het personeel op onaanvaardbare wijze in vraag”, stelde ACV-delegee Jean-Marie Kaddes. “Het ongenoegen onder het personeel is groot, het is jammer dat het ACOD zich niet bij de actie heeft aangesloten. Wat ons betreft, is dit niet het einde van het verhaal. Zelfs indien de raad van bestuur het plan goedkeurt, zullen de acties verder gaan. We zullen zowel naar het gerecht stappen als op de werkvloer verder actie voeren om de toepassing van deze maatregelen te verhinderen.”

    Woede aan het piket

    Onder de betogers is er effectief een grote woede. Een militant legt uit wat de omvang van de besparingen is voor het personeel: “Gemiddeld zullen we allemaal 4.400 euro bruto per jaar verliezen. Dat is heel veel en het zal iedereen raken, zeker diegenen met de laagste lonen. Voor de directie zijn dit slechts cijfers om te besparen. Het feit dat we van 36 naar 38 uur zouden gaan per week komt overeen met een daling van de loonmassa met 6%. Het afschaffen van een reeks premies en de aanpassingen van de loonschalen moeten 1,8 miljard euro opbrengen. Ze proberen echt alle mogelijkheden om te besparen op onze kap. ER wordt bespaard op de deelnamepremies, de hospitalisatieverzekering, de maaltijdcheques,… Ook op de overuren wordt bespaard: deze overuren zouden niet meer uitbetaald worden maar moeten worden opgenomen via recuperatie op een ogenblik dat het de directie uitkomt. Er werd zelfs beslist om de jaarlijkse premie aan de gepensioneerde personeelsleden af te schaffen. Zij zullen gemiddeld 750 euro netto per jaar verliezen.”

    Een ander personeelslid benadrukt de willekeur die steeds meer heerst: “De aanwervingsexamens zijn afgeschaft. Dat liet voorheen toe om een reservepool te hebben waaruit mensen werden aangeworven of een promotie konden krijgen als een verantwoordelijk vertrok. Vandaag is het de directie die alle beslissingen neemt over het aanwerven en de promoties.”

    De aanvallen zijn des te erger als je weet wie de beslissingen neemt. “Stéphane Moreau zal zelf niet in zijn eigen zakken zitten”, stelt een militant die wijst op het inkomen en de mandaten van de directeur van Tecteo. “Hij verdient 70.000 euro bruto per maand. Hij verdient evenveel als de helft van de Waalse regering. Hij heeft 16 mandaten, waaronder de functie van waarnemend burgemeester van Ans, directeur van Tecteo en haar filialen (waaronder internetbedrijf Voo), directeur van het Congrespaleis van Luik, bestuurder bij het Luikse Gasbedrijf ALG, de Luikse intercommunale voor het water CILE, zelfs bij de brandweer is hij bestuurder. Naast zijn vergoedingen zijn er ook de voordelen in natura. Je mag er van op aan dat hij niet zal besparen op de eigen premies en zitpenningen.”

    “Dat soort figuren noemt zichzelf dan socialistisch. Dat wil niets zeggen, ze gedragen zich op exact dezelfde manier als de patroons in de privé.” Deze mening hoorden we meermaals op het piket.

    Nood aan een mobilisatieplan

    De woede onder het personeel bleek heel sterk op het piket. Dit bleek ook toen ’s nachts de banden van een 40-tal auto’s van Tecteo in Sprimont werden leeg gelaten. “Ik zeg niet dat dit een goede zaak is, maar ik begrijp hun wanhoop”, verklaarde de voorzitter van de ACOD-delegatie hierover. “Alle personeelsleden zijn gedegouteerd. Ze vinden het erg dat de directie met alle mogelijke middelen een project wil doorvoeren dat wordt verworpen door de arbeiders.” Dat klopt, maar de vakbonden moeten iets doen met de woede en de wanhoop onder het personeel. Waarom werd het voorakkoord door de vakbonden aanvaard waarbij alle acties werden afgeblazen? Waarom voorzag het ACOD pas op 7 september een vergadering van haar leden terwijl de raad van bestuur die over het project zou beslissen al eerder bijeenkwam. Het ACV diende op dinsdag reeds een stakingsaanzegging in, maar het ACOD reageerde daar niet op en kondigde niets aan om haar leden te mobiliseren.

    Het is nog altijd mogelijk om het besparingsplan tegen te houden. Maar dan zal er wel nood zijn aan een actieplan waarmee het personeel wordt gemobiliseerd. Het actieplan moet verder gaan dan persberichten en symbolische acties. De beste manier om de directie tot toegevingen te dwingen, is door haar te raken waar het pijn doet: in de portemonnee. Dat kan onder meer door echte stakingsacties. Verder moet opgeroepen worden tot solidariteit bij andere arbeiders in de regio. Indien het plan bij Tecteo er door geraakt, zullen andere intercommunales ongetwijfeld volgen. Het is ook noodzakelijk dat alle vakbonden zich publiekelijk uitspreken tegen de managers en aandeelhouders die beweren “socialistisch” te zijn, maar geen haar beter zijn dan de patroons in de privé.

  • Bridgestone. Na een lange staking wordt het werk hervat

    Afgelopen vrijdag keurde een algemene vergadering het voorstel tot akkoord tussen bonden en directie bij Bridgestone goed met 63 stemmen voor, 47 tegen en één onthouding op 111 aanwezigen. Het akkoord voorziet een externe herklassering van de 8 ontslagen werknemers in bedrijven in de regio waarbij de lonen ongeveer dezelfde moeten bedragen als voorheen bij Bridgestone en waarbij bovendien een vertrekpremie wordt betaald.

    Artikel door Ben (Henegouwen)

    Het akkoord voorziet ook in de omzetting van een groot aantal tijdelijke contracten in overeenkomsten voor onbepaalde duur. Er is ook een soort van “werkzekerheidsgarantie” voor de 132 overblijvende arbeiders en een belofte van de directie om geen herstructureringen meer door te voeren. Tenslotte stellen de bonden voor om tegen 15 september een voorstel van CAO 90 te doen waarmee een nettopremie zou worden ingevoerd op basis van een productiedoelstelling.

    Er is uiteraard wel enige twijfel mogelijk over het nut van een nieuwe werkzekerheidsgarantie als je weet dat er voorheen al een dergelijke garantie bestond die evenwel niet werd nageleefd door de directie van Bridgestone. Maar al bij al is dit akkoord lichtjes beter dan het vorige voorstel. Het is enkel wat verrassend dat de bonden akkoord gaan met een voorstel om het arbeidsritme op te drijven in ruil voor enkele premies.

    Welke balans?

    De directie heeft een aantal toegevingen moeten doen. De reden daarvoor is de solidariteit en de moed van de arbeiders van Bridgestone die een enorme strijdbaarheid aan de dag hebben gelegd en een verzet toonden dat we al lang niet meer hadden gezien in de regio. Met 58 dagen staking werd dit een van de langste in de regio Bergen-Borinage. Iedere arbeider van Bridgestone kan dan ook met opgeheven hoofd terug aan het werk, de directie moet zeker niet denken dat de krachtsverhoudingen in haar voordeel zijn.

    Tegelijk zal de werkhervatting moeilijk zijn, wat altijd het geval is bij dergelijke conflicten. Op zo’n ogenblik moeten we de rangen sluiten. Conflicten als deze zijn zeldzaam en laten ons toe om de nood van collectieve strijd voorop te plaatsen als enige methode die overwinningen oplevert. Als we de nodige lessen uit deze strijd trekken, kunnen we er heel wat uit leren voor gelijkaardige conflicten. Het is dus nuttig om een balans op te maken.

    Het beste is om een balans van de staking zo breed mogelijk te bediscussiëren. De afwezigheid van een regelmatige personeelsvergadering en van een stakingscomité maakt dat niet makkelijker. Het is nochtans makkelijker om personeelsvergaderingen te houden zodat alle arbeiders kunnen deelnemen. Om de tactieken en manoeuvres van de directie te kunnen tegengaan, is het nuttig om een groep arbeiders rond de delegees te organiseren zodat de concrete organisatie van de staking en het nemen van initiatieven makkelijker zou verlopen. Zo zou er vanuit zo’n comité het initiatief kunnen zijn genomen om arbeiders thuis te gaan bezoeken om hen te informeren en na te gaan of de financiële of familiale situatie niet te moeilijk wordt. Met dergelijke initiatieven zou de cohesie onder de arbeiders worden versterkt, het zou goed zijn voor diegenen die vaak aan het piket stonden maar ook voor de anderen om zich deel te voelen van de beweging.

    Op het piket was er het gevoel dat een staking niet wordt gewonnen binnen de 10m² voor de fabriek. Er werd heel wat gediscussieerd over de noodzaak om de steun voor het conflict te populariseren en te verbreden. De militanten van LSP hadden dat idee in hun achterhoofd toen ze er alles aan deden wat mogelijk was om de solidariteit te versterken. We namen volop deel aan het steuncomité, we verdeelden pamfletten en probeerden de staking bekend te maken op de plaatsen waar wij regelmatig aanwezig zijn. We riepen delegaties en syndicalisten die we kennen op om solidariteitsmoties te stemmen of deel te nemen aan het piket.

    Begin dit jaar was er een strijd bij Bekaert in Hemiksem. Het was interessant om te zien hoe de solidariteit bij andere bedrijven daar werd georganiseerd, wij waren er alvast van onder de indruk. Er werden pamfletten verdeeld aan bedrijven in de regio en arbeiders trokken er naar naburige bedrijven om er hun situatie te bediscussiëren met collega’s. Dat zou ook een interessante optie geweest zijn bij Bridgestone. Er waren enorme mogelijkheden om een brede steun te organiseren in de bedrijven in de regio, er kwamen heel wat delegees, arbeiders en bewoners hun solidariteit en steun betuigen. De vakbond of een stakerscomité hadden misschien een verdeling van pamfletten en gesprekken met syndicale delegaties in de buurt kunnen organiseren om zo de steun te versterken. De eis van een regionale solidariteitsstaking van 24uur was misschien moeilijk haalbaar in volle vakantieperiode, maar een regionale solidariteitsbetoging was toch mogelijk geweest.

    Nood aan een politieke stem

    Als we lessen trekken uit dit conflict moeten we zeker wijzen op een isolement van de strijd op syndicaal vlak. We weten ook dat een syndicale delegatie zonder enige politieke stem weinig kans maakt op succes. De traditionele politieke partners van de vakbonden zijn evenwel niet bereid om te strijden voor iedere job. PS en CDH doen veel grote verklaringen, maar in de praktijk zitten zij achter alle aanvallen op de arbeiders. Het ABVV en ACV moeten hun banden met de traditionele partijen doorknippen. Om ons eisen ook op politiek niveau naar voor te brengen, hebben we nood aan een nieuwe arbeiderspartij. Een partij die wordt opgezet door en voor de arbeiders en die zich opwerpt tot politieke stembuis van de syndicale eisen.

  • Syndicale rechten ook in ons land steeds meer met de voeten getreden

    Het Internationaal Vakverbond publiceerde een verslag over de syndicale rechten in 2008. De internationale vakbondskoepel trekt daarbij aan de alarmbel. In tal van landen is het nog steeds levensbedreigend om syndicaal actief te zijn. Maar ook in landen als België is er een toename van het aantal aanvallen op het recht om syndicale actie te voeren.

    Door Simon Hupkens

    Als het over syndicale rechten gaat, wordt vaak gedacht aan de neokoloniale wereld. Dat is deels terecht. Ook nu weer verwijst het Internationaal Vakverbond naar de vele aanvallen op het recht om zich te organiseren, inmenging van regeringen in syndicale activiteiten en ontslagen omwille van vakbondsactiviteiten. En dat zijn dan nog maar lichte aanvallen op de syndicale rechten. In Colombia werden 49 activisten vermoord omwille van hun syndicale activiteiten. In Guatemala vielen 9 doden. Ook elders zijn er doden gevallen onder arbeiders die opkwamen voor hun rechten.

    In België gaan de aanvallen gelukkig niet zo ver, maar het Internationaal Vakverbond acht het wel nodig om te wijzen op enkele zorgwekkende evoluties. Het Belgische patronaat organiseert zich steeds beter om stakingen onmogelijk te maken. Ondanks het informele akkoord uit 2002 (het zogenaamde “herenakkoord”) om niet naar de rechters te stappen bij collectieve conflicten, zijn er toch steeds meer gerechtelijke procedures tegen stakers. De vakbonden kwamen hun verbintenissen uit het herenakkoord na, het patronaat niet.

    In 2008 waren er verschillende gerechtelijke procedures die erop gericht waren om stakersposten onmogelijk te maken. Procedures op eenzijdig verzoekschrift werden ingezet om dwangsommen te kunnen opleggen aan al wie deelnam aan een stakerspost. Daarbij werden gerechtsdeurwaarders ingezet en bij Carrefour ook de politie. Voor het eerst in jaren werd een stakingspiket door de politie fysiek aangevallen. Na Carrefour volgden anderen: Cytec, UCB, Elia,… In oktober 2008 was er een heuse golf van gerechtelijke procedures van het patronaat om stakersposten onmogelijk te maken (en stakingen dus te verbieden).

    Daarmee heeft het Belgische gerecht het stakingsrecht met de voeten getreden en gaat het in tegen onder meer Europese regels inzake syndicale rechten.

    Het rapport haalt ook uit naar de vele gevallen van delegees die worden afgedankt wegens hun syndicale activiteiten. Ondanks de bescherming van delegees wordt toch regelmatig tot ontslag overgegaan. Vaak zelfs zonder de procedure te respecteren. Daartegen wordt door het gerecht minder doortastend opgetreden.

    Misschien nog één frappant recent voorbeeld van een inbreuk op de syndicale rechten in ons land. Bij IAC (Italian Automotive Center, de distributeur van Fiat in ons land) werd het bedrijf geherstructureerd. De 90 werknemers werden verdeeld in twee “zelfstandige” bedrijfseenheden. Eén daarvan met 24 werknemers werd met sluiten bedreigd. “Toevallig” betrof het de bedrijfseenheid waar de 12 beschermde syndicale militanten in werden ondergebracht. Toen de arbeiders in actie gingen tegen deze poging om de syndicale werking weg te herstructureren, riep de directie plots die acties in als “dringende reden” om de arbeiders af te danken.

    De economische crisis zal leiden tot patronale druk op de syndicale rechten. De angst voor jobverlies zal een rol spelen in het tegenhouden van mobilisaties. Maar om onze syndicale rechten te verdedigen, is het nodig om ons te organiseren en te mobiliseren. Solidariteit is het beste wapen tegen het agressieve patronaat. Die solidariteit moet worden georganiseerd bij iedere inbreuk op onze syndicale rechten.

  • Een toekomst voor Opel Antwerpen is mogelijk!

    Donkere wolken pakken zich samen boven Opel Antwerpen. Waar iedereen al lange tijd voor vreesde lijkt nu bewaarheid te worden: de overblijvende kandidaat overnemers voor Opel, de Oostenrijks-Canadees-Russische toeleverancier Magna en de in Brussel gevestigde holding RHJ International, willen de fabriek sluiten in de periode maart/april van volgend jaar, wanneer de laatste Opel Astra in Antwerpen van de band zal rollen. De 2700 Opel-werknemers en de duizenden arbeiders en bedienden in de onderaannemingen gaan moeilijke tijden tegemoet. Maar moet het echt zover komen?

    Jan Vlegels, LSP Antwerpen

    Kandidaat overnemers plannen nieuwe winsten op basis van sociaal bloedblad

    Dat er wereldwijd te veel auto’s geproduceerd worden in vergelijking met de vraag, staat als een paal boven water. Dat probleem begon zich al te manifesteren tijdens de crisis van de jaren ’70, maar tot vóór de huidige crisis kon men de winsten blijven verhogen door de productiviteit op te drijven (lees: langere werkweken, werken met onderaannemingen, herstructureringen …), de consument toegang te verlenen tot goedkope leningen en te investeren in financiële activiteiten in plaats van reële productie. Het uitbreken van de financiële crisis in de zomer van 2008, waarbij de schuldzeepbel tot ontploffing kwam, heeft dit kaartenhuisje in elkaar doen stuiken.

    De enorme daling van de vraag naar auto’s in de wereld doet de grote autoconcerns snoeien in de productie, met honderdduizenden ontslagen tot gevolg. De afnemende vraag naar auto’s staat echter in schril contrast met de voor miljoenen mensen ontoereikende vervoersmogelijkheden, en de uitdagingen om vervoer en transport milieuvriendelijker te maken. Door de enorme stijging van de kloof tussen rijk en arm gedurende de afgelopen 30 jaar van neoliberalisme is steeds meer rijkdom in handen van steeds minder mensen beland, met een dalende koopkracht voor de grote meerderheid tot gevolg. De wereldwijde gigantische ontslagrondes kunnen dan wel tijdelijk terug voor winst zorgen door het aanbod beter af te stellen op de vraag, maar op middellange en lange termijn versterken ze enkel de dalende tendens van de vraag.

    Het is net de drang naar winst op korte termijn die investeerders als Magna en RHJ International drijven wanneer ze als aasgieren boven Opel cirkelen. Met minstens 1,5 miljard euro steun van de Duitse overheid, 11.600 ontslagen (op een totaal van 55.000 Opel-werknemers) en een loonoffer van 1,25 miljard euro ziet Magna het wel zitten de 308 miljoen euro op te hoesten die nodig is om Opel Antwerpen te sluiten. Het moet hen toelaten om op kap van de ontslagen werknemers en de belastingbetaler snel terug ‘aandeelhouderswaarde’ te creëren. Maar ze hebben nog geen gewonnen spel. GM ziet meer in de andere kandidaat: de plannen verschillen niet zo erg, maar RHJ International zou bereid zijn om in 2014, wanneer Opel terug winst maakt, het merk opnieuw aan GM door te verkopen. Overigens, de derde kandidaat BAIC, een Chinese autobouwer, was eerder al afgevallen omdat het een belangrijke concurrent van GM te sterk zou maken. Of hoe de kapitalisten de crisis in de autosector, die voor honderdduizenden gezinnen barre ellende met zich mee brengt, tot een lucratief handeltje herleiden.

    Politiek gelobby van vakbondsleiders is maat voor niets

    Ondertussen wordt het failliet van de strategie van de vakbondsleiding en de Vlaamse regering pijnlijk duidelijk. Door in te zetten op de productiviteit van de Antwerpse vestiging, die naar verluidt gemakkelijk de vergelijking met de fabriek in Bochum (Duitsland) kan doorstaan, hoopten ze de kandidaat overnemers ervan te kunnen overtuigen om Opel Antwerpen open te houden. Of anders gesteld: het plan was om de Belgische arbeiders uit te spelen tegen hun Duitse collega’s, om vervolgens ten koste van de Duitse arbeiders de Antwerpse fabriek draaiende te houden. Vlaams minister-president Kris Peeters en de leiding van de metaalcentrales in beide vakbonden bleken net iets te veel in de verhaaltjes van Verhofstadt en co over het “eengemaakte en solidaire Europa” te geloven, want in tijden van crisis is het vooral elk land voor zich. Duitsland dreef haar beloofde steun stelselmatig op, opdat de kandidaat overnemers de ‘noodzakelijke ontslagen’ in de Duitse fabrieken tot het minimum zouden beperken, ongeacht wat dit voor de niet-Duitse Opel fabrieken ook moge betekenen.

    Terwijl deze koers voor een ex-UNIZO topman en huidig aanvoerder van een neoliberale regering nog steek houdt, is ze voor de syndicale organisaties des te schrijnender. De vakbondsleiding richt haar pijlen op politiek lobbywerk bij de diverse betrokken regeringen en aandeelhouders en hoopt op die manier het jobverlies te kunnen spreiden over de verschillende Europese vestigingen van Opel. Op 17 juli stelden de vertegenwoordigers van de syndicale delegaties van de Opel fabriek in Het Laatste Nieuws dat ze “het volste vertrouwen hebben in de Vlaamse regering”. Dezelfde misplaatste naïviteit werd door de vakbondsleiding en toenmalig Belgisch premier Dehaene aan de dag gelegd bij de verkiezingsbelofte van de later Franse premier Jospin dat hij zich tegen de sluiting van Renault Vilvoorde zou kanten. Een maand na de verkiezingen volgde de koude douche en viel het doek over de Renault fabriek in Vilvoorde zonder noemenswaardig protest van de Franse premier.

    In de discussie over de toewijzing van de productie van de nieuwe Opel Zafira stelde de lokale vakbondsleiding van de Antwerpse Opel fabriek dat “zij die 18% goedkoper kunnen bouwen dan in Bochum”. Dit opbod aan ‘productiviteitsbeloftes’ van de vakbondsleidingen is exact waar het patronaat op aanstuurt. Door de productiviteit centraal te stellen leg je de bal steeds in het kamp van de patroon en uiteindelijk koop je er niets voor. Op 10 jaar tijd is Opel Antwerpen van 8000 arbeiders naar 2700 teruggevallen, en degenen die mochten blijven werden steeds gedwongen tot harder werken en inleveringen, allemaal in functie van de productiviteit. Maar zoveel jaar later blijkt dat niet te volstaan en moet de fabriek alsnog sluiten. Het gevecht dat moet gevoerd worden is niet de slag met de arbeider uit de buitenlandse vestiging over de productiviteit, maar de strijd met de patroon over de bestemming van de winst (de werknemer of de aandeelhouder) en, uiteindelijk, de controle over de productie. De vakbonden zouden in geen geval akkoord mogen gaan met jobverlies en eisen als arbeidsduur en werkdruk vermindering zouden in elke eisenbundel vermeld moeten staan. Maar gelet op de laatste poging van de vakbondsleiding om via de ondernemingsraad als mede-eigenaar een woordje te kunnen meespreken in het overnameproces van de Europese dochter van General Motors, zonder beroep te doen op de krachtsverhouding aan de basis, is er niet echt iets dat er op wijst dat op korte termijn de strategie zal veranderen.

    Enkel nationalisatie onder arbeiderscontrole biedt toekomst voor Opel Antwerpen

    Het is duidelijk dat beide kandidaat overnemers geen oplossingen te bieden hebben voor de overproductie in de sector, en bovendien willen ze de kosten van de crisis afschuiven op de gemeenschap. En dat terwijl er grote uitdagingen wachten op vlak van oplossingen voor het fileleed, de kostprijs van mobiliteit (zeker nu vele gezinnen het met veel minder moeten doen), ecologie … Er is een dringende nood aan massale investeringen in openbaar vervoer, het ontwikkelen van milieuvriendelijke wagens en een oplossing voor de grote werkdruk in de autosector. Maar zolang het winstmotief de centrale drijfveer blijft in de discussie over de toekomst van de mobiliteitssector zullen wij met z’n allen in de kou blijven staan.

    Opel Antwerpen heeft het potentieel om een symbooldossier te worden. Een regering die opkomt voor de belangen van de werkenden, werklozen en hun gezinnen zou het bedrijf nationaliseren (zonder vergoeding van de aandeelhouders, tenzij op basis van bewezen behoeften) en haar toekomst kunnen kaderen in een algemeen mobiliteits- en transportplan. Met de 500 miljoen euro steun die de Vlaamse regering aan de nieuwe overnemer heeft beloofd, zouden de nodige reconversiekosten om transportmiddelen te bouwen die ingezet kunnen worden in het openbaar vervoer, op zijn minst gedeeltelijk gedekt zijn. Ze zou een kenniscentrum voor milieuvriendelijke autotechnologie rond het bedrijf opbouwen, bijvoorbeeld door de bestaande onderzoekscentra van onze universiteiten en hoge scholen verder uit te bouwen. En er zou een voorbeeld gesteld worden naar het buitenland toe om de werkweek te verkorten, de werkdruk te verlagen en de lonen terug naar een degelijk peil op te trekken. Al deze maatregelen zouden ongetwijfeld heel wat werkgelegenheid creëren en bovendien een veel besproken en inspirerend voorbeeld kunnen worden onder arbeiders in de autosector wereldwijd.

    Een voorwaarde voor een succesvolle nationalisering is het invoeren van reële arbeiderscontrole en -beheer. Onder andere de vakbonden zouden een belangrijke rol kunnen spelen om de werknemers te organiseren, op een democratische manier arbeidersvertegenwoordigers te laten verkiezen, die vervolgens mee kunnen beslissen hoe en op welke wijze de fabriek een nuttige functie in de samenleving kan vervullen. Allerlei betrokkenen uit de samenleving zoals representatieve organisaties van gebruikers van openbaar vervoer, werknemers van De Lijn en de NMBS, vakbonden, wetenschappers… zouden moeten betrokken worden in de discussie over de toekomst van de fabriek. Nieuwe democratische organisaties dienen gecreëerd te worden opdat het debat in alle lagen in de bevolking kan gevoerd worden.

    Vakbondsleiding moet strategie van stervensbegeleiding opgeven en voor strijdsyndicalisme kiezen

    Om een dergelijk scenario realiteit te doen worden zal een strijd van onderuit, met de werknemers van Opel Antwerpen, onderaannemers en andere bedrijven binnen en buiten de sector noodzakelijk zijn. Deze strijd belangt ons immers in wezen allemaal aan: het zou een voorbeeld kunnen stellen van hoe arbeiders door middel van strijd paal en perk kunnen stellen aan de pogingen van het kapitaal om de kosten van de crisis op hen af te schuiven. Het zou bovendien de discussie openen over hoe een andere samenleving, een socialistische samenleving, er zou uitzien. Het uitbreiden van de strijd over de landsgrenzen naar buitenlandse vestigingen van Opel en andere autoconstructeurs zal nodig zijn om uiteindelijk tot een leefbare toekomst voor de sector te komen.

    De vakbonden, als vertegenwoordigers van de belangen van de arbeiders, dienen in deze strijd het voortouw te nemen. Ze zouden het plan ter nationalisering van de fabriek ter discussie kunnen voorleggen aan de werknemers. Hiervoor is het noodzakelijk om personeelsvergaderingen te organiseren, waarbij ook de arbeiders van de onderaannemingen betrokken worden. Er moet ook een strategie op internationaal vlak komen. Een vergadering van alle vakbondsafgevaardigden over alle vestigingen van Opel over de toekomst van het bedrijf zou een goede start zijn. Een plan ter verhoging van de druk op de nationale regeringen, waarbij acties gradueel worden opgedreven, steeds in overleg met de basis, is onontbeerlijk. Op basis van een strijd voor een genationaliseerd bedrijf kan internationale solidariteit over de vestigingen in andere Europese landen groeien en concrete vormen aannemen. Kortom, enkel een strijdbare opstelling, waarbij vakbondsleiders de basis maximaal betrekken in de discussies over het verloop van de strijd, biedt zekerheid op een toekomst voor Opel Antwerpen en de gehele sector!

  • Solidariteit met de arbeiders van Bridgestone Frameries

    Al sinds 11 juni zijn de 140 arbeiders bij Bridgestone Aircraft Tyres in Frameries, gespecialiseerd in vulkanisatie van vliegtuigbanden, in staking.

    Ze reageren daarmee tegen de brutale afdanking van 8 arbeiders waaronder de hoofddelegee van het ABVV/FGTB. De directie probeert dit ontslag te verantwoorden door haar beslissing om het bandenmagazijn te delocaliseren naar een firma in Zeebrugge. Ze beroept zich op technische en veiligheidsredenen, maar kan geen enkele audit, geen document van non-conformiteit, geen enkele rechtvaardiging of bewijs van de noodzakelijkheid om het magazijn te sluiten, voorleggen.

    Met deze beslissing blaast de directie bovendien eenzijdig de collectieve arbeidsovereenkomst op voor de jaren 2007 -2009. In artikel 1 bepaalt die, onder de titel “werkzekerheid”, dat het bedrijf alles in het werk zal stellen om ontslagen om economische en technische redenen te vermijden. “Indien zich toch problemen zouden voordoen, zal beroep worden gedaan op tijdelijke werkloosheid, indien mogelijk per shift.”

    Bridgestone is geen bedrijf in moeilijkheden. Het controleert 50% van de markt van banden voor vliegmaatschappijen in Europa, Afrika en het Midden-Oosten. De site in Frameries boekte in 2008 een nettowinst na belastingen van maar liefst 5,2 miljoen euro, waarvan trouwens de helft werd uitgekeerd aan de aandeelhouders. Het bedrijf ontving meer dan een miljard euro van de overheid, 591.941 € via de notionele interest, 358.559 € inzake lastenverlaging en nog eens 189.997 voor vorming.

    Voor de ontslagen arbeiders voorziet de directie een vergoeding van

    • 1 maand loon voor wie minder dan 10 jaar ancienniteit heeft
    • 1,5 maand loon voor wie tussen de 10 en 20 jaar dienst heeft
    • 2 maand loon voor diegenen met meer dan 20 jaar dienst

    … bovenop de vooropzeg van 28 tot 210 dagen, afhankelijk van de ancienniteit

    De directie beweert alle mogelijkheden te hebben uitgeput om de 8 naar de productie te reclasseren. Ze zou daar “helaas” niet in geslaagd zijn. Er zijn nochtans 24 arbeiders die in aanmerking komen voor vervroegde pensionering en binnen de 12 maand lopen maar liefst 15 contracten van beperkte duur ten einde. Men had beroep kunnen doen op tijdskrediet of zoals de bedrijfs-CAO voorziet op tijdelijke werkloosheid.

    Maar daar was het de directie niet om te doen. Die wou een staking provoceren om de krachtsverhoudingen in het bedrijf te keren en de arbeiders op hun knieën opnieuw aan het werk te krijgen. Naar verluid zou een zwarte lijst van nog minstens 30 arbeiders circuleren. De directie had wellicht niet verwacht dat de solidariteit zo lang stand zou houden.

    Deze week heeft de directie alle arbeiders aangeschreven met een dreigement om opnieuw aan de slag te gaan. Na 6 weken staking wil ze peilen hoeveel arbeiders danig in de problemen komen dat ze opnieuw aan de slag willen. Als die peiling 20-30 werkwilligen oplevert zal ze het offensief inzetten met éénzijdige verzoekschriften en dwangsommen om het pikket te laten verwijderen.

    De stakers eisen

    1. annulering van alle 8 ontslagen
    2. de heropname van de arbeiders in de productie
    3. het nakomen van de collectieve arbeidsovereenkomst van de sector
    4. dat de contracten van beperkte duur omgezet worden in contracten van onbeperkte duur

    Je kan de staking steunen aan het pikket, route de Bavay, 7080 Frameries, bij de autosnelweg of door te storten op het rekeningnummer 035-7064230-52 of door onderstaande solidariteitsmotie op te sturen.

    Voorbeeld solidariteismotie

    Door te sturen naar Ben of Lucas die ze persoonlijk zullen afgeven

    Solidariteitsmotie met de arbeiders van Bridgestone Aircraft Tyre – Frameries

    Jullie strijd is onze strijd

    Voor de heropname van de 8 ontslagen arbeiders

    Respect voor de CAO

    Omzetting van de contracten van beperkte duur in contracten van onbeperkte duur

    Als Bridgestone hiermee wegkomt zullen andere bedrijven volgen

    Solidariteit vanwege: [plaats hier je naam, functie]

  • Automobiel in crisis. Neergang van iconen van het kapitalisme

    Op 24 juni hield LSP-Antwerpen een meeting over de automobielsector. Een 30-tal aanwezigen luisterden naar Thomas, voormalige tijdelijke arbeider bij Opel-Antwerpen, en Brett Hoven, arbeider bij Ford in Minneapolis (VS). Dit artikel is gebaseerd op deze toespraken.

    De crisis slaat bijzonder hard toe in de automobielsector. General Motors, 77 jaar lang het grootste autobedrijf ter wereld, moest worden overgenomen door de Amerikaanse overheid.

    De afgelopen decennia waren automobielbedrijven iconen van het kapitalisme. Met het “Fordisme” deed de lopende band haar intrede in het productieproces. Met het “Toyotisme” werd de arbeids- en productieorganisatie gekenmerkt door een grotere flexibiliteit met uitbestedingen, onderaannemers, flexibele arbeidsuren en just-in-time productie. Het gebruik van termen als Fordisme en Toyotisme waren een uitdrukking van het belang van de automobielsector in het kapitalisme.

    Overproductie

    De crisis die vandaag toeslaat in de automobielsector is niet nieuw. De afgelopen tien jaar zijn er in ons land 11.000 directe jobs in de sector verloren gegaan, naast wellicht evenveel onrechtstreekse jobs. De economische crisis versnelt de fundamentele overproductiecrisis in de sector. Met steeds minder arbeiders kunnen steeds meer wagens worden geproduceerd.

    Zelfs toen er in de VS jaarlijks 17 miljoen wagens werden verkocht, was er overproductie en gingen de automobielbedrijven over tot herstructureringen en ontslagen. Voor dit jaar wordt verwacht dat de verkoop rond 10 miljoen wagens zal liggen. Bovendien zijn de automobielbedrijven door de financiële crisis beperkt in hun zoektocht naar andere winstgevende activiteiten op de financiële markten.

    Dat vormde de basis voor het faillissement van Chrysler en GM en hun overname door de overheid. De gemeenschapsmiddelen die in de sector worden gepompt, zullen niet dienen om jobs te redden maar wel om een sociaal bloedbad aan te richten. Deze bedrijven werden eerst leeg gemolken, waarna de overheden (en de vakbonden) de brokken mogen lijmen.

    Ook in ons land is er een overproductie. Voor de crisis werd slechts 75% van de productiecapaciteit benut, met de crisis is dat al gedaald tot 60%. Het opdrijven van de flexibiliteit en de productiviteit in de sector wordt niet aangegrepen om minder lang te werken en evenveel te produceren, maar wel om met minder arbeiders evenveel of zelfs meer te produceren.


    Heeft Opel-Antwerpen nog een toekomst?

    Het overnamebod van Magna omvat het plan om 2.500 jobs in Duitsland te schrappen, naast 8.500 in de rest van Europa. Met Sberbank beschikt Magna over een invloedrijke Russische partner. De arbeiders in Rusland en Oost-Europa hoeven wellicht niets te vrezen. De ontslagen zullen allemaal vallen bij de bijna 20.000 arbeiders in Spanje, Groot-Brittannië, België, Zweden en Frankrijk. Nu de Astra ten einde loopt, komt Antwerpen zeker in aanmerking voor een sluiting.

    In de discussie over de ontslagen mogen we ons niet laten vangen aan onderlinge concurrentie tussen de arbeiders van verschillende vestigingen. Het jobverlies afwenden op anderen biedt geen antwoord op de overproductiecrisis. Er is nood aan solidariteit van onderuit om op te komen tegen ieder jobverlies. Uiteraard zou een dergelijk verzet tegen jobverlies moeten gepaard gaan met alternatieven zowel op het vlak van wat er wordt geproduceerd als op het vlak van hoe er wordt gewerkt. Dit omvat een offensief programma inzake uitbreiding van openbaar vervoer en alternatieve mobiliteit naast eisen als een radicale arbeidsduurvermindering zonder loonsverlies en het behoud van het brugpensioen.

    Tijdens de Grote Depressie in de jaren 1930 kwam de Amerikaanse vakbond AFL reeds op voor de 30-urenweek, vijf werkdagen van zes uur (1). Die eis van 65 jaar geleden gaat verder dan wat vandaag wordt geëist, terwijl de productiviteit toch fors is opgevoerd. Een radicale arbeidsduurvermindering tot een 32-urenweek zonder loonsverlies zou het beschikbare werk verdelen in de plaats van het werklozenleger te laten aangroeien. Daarnaast is het behoud van het brugpensioen noodzakelijk als antwoord op de snel toenemende jongerenwerkloosheid.

    Een vakbondsstrategie tegenover de plannen voor sociale bloedbaden in de automobielsector moet ingaan tegen de logica van jobverlies en afdankingen. Indien GM-Europa de vestiging in Antwerpen zou sluiten, moet gepleit worden voor een nationalisatie, gekoppeld aan een vernieuwend mobiliteitsplan dat ook rekening houdt met ecologische behoeften. Hierbij kan het noodzakelijk zijn om personeel uit de automobielsector op andere vlakken in te zetten, bijvoorbeeld bij het openbaar vervoer.

    Noot

    1. “Voor de vermindering der werkuren”, De Belgische vakbeweging 20 januari 1933. Het Amsab heeft een aantal oude vakbondsbladen online beschikbaar gemaakt op www.amsab.be

    Nationaliseren om jobs te redden

    De nationalisaties die vandaag plaatsvinden, dienen om sociale bloedbaden aan te richten waarbij volledige lokale gemeenschappen hard worden getroffen. In vroegere automobielcentra in de VS, zoals Detroit of Flint, zijn volledige wijken in spooksteden veranderd. De gemeenschapsmiddelen die nu worden ingezet, zullen de sociale woestijn die het liberalisme achter zich laat enkel vergroten.

    Waarom zouden de arbeiders de crisis moeten betalen? Wij werken hard en verrichten in de automobielsector vaak monotoon werk. Een beetje besparen op ons loon zal de sluitingen niet tegenhouden. De vele toegevingen op het vlak van flexibiliteit en lonen de afgelopen jaren hebben dat aangetoond.

    Om onze jobs te redden, is er nood aan een offensief programma dat vertrekt van de reële behoeften van de samenleving en de arbeiders in de sector. Naast een arbeidsduurvermindering is er nood aan plannen voor een alternatieve productie met bijvoorbeeld meer nadruk op openbaar vervoer en groene technologie. Een omvorming van de volledige mobiliteitssector is nodig om jobs te redden, maar ook omwille van de ecologische noden.

    Met de bestaande technologie is een snelle omvorming van de sector mogelijk. Dat werd – onder andere historische omstandigheden en met andere doelstellingen – reeds aangetoond. Toen de VS betrokken raakte in de Tweede Wereldoorlog werd de automobielsector op enkele maanden tijd omgevormd om tanks en legermaterieel te produceren.

    Om dit mogelijk te maken, zal er nood zijn aan een planmatige manier van werken. Dit botst met de kortzichtige winsthonger van private investeerders die vandaag de sector blijven domineren, zelfs waar er overheidsovernames waren. De overname van GM en Chrysler door de Amerikaanse overheid en de vakbonden had aangegrepen moeten worden om van deze bedrijven publieke ondernemingen te maken. Daarbij had een publieke raad van beheer de aanwezige kennis en technische mogelijkheden kunnen aanwenden om te werken aan veilig en milieuvriendelijk transport en mobiliteit.

    Een nationalisatie onder gemeenschapscontrole laat de controle over het aanwenden van de gemeenschapsmiddelen niet over aan private bestuurders, maar aan raden van arbeiders van de fabriek en de gemeenschap. Er is nood aan een nationale en zelfs internationale planning van wat nodig is op het vlak van mobiliteit, jobs, ecologie,… De nood aan goedkope en degelijke mobiliteit voor iedereen en de nood aan degelijke arbeidscondities moeten daarbij centraal staan.

    De nationalisatie van de automobielsector is verbonden aan een bredere discussie over de noden van de arbeiders en hun gezinnen, waaronder de nood aan mobiliteit en transport. Terwijl er vandaag enerzijds overproductie is, worden een aantal noden op het vlak van mobiliteit niet ingelost wegens de hoge kosten voor transport (zowel openbaar vervoer als privé). De bestaande automobielfabrieken kunnen gebruikt worden in het kader van een nationaal mobiliteits- en transportplan. Het kapitalisme houdt vandaag een verdere ontwikkeling van de mensheid tegen, iedere verbetering van de productie wordt vandaag ingezet tegen de arbeiders en tegen de gemeenschap. Dit zal niet zomaar tot stand komen, het zal het resultaat moeten zijn van arbeidersstrijd die vertrekt vanop de werkvloer.

    Wie strijdt kan verliezen, maar wie de strijd niet aangaat is reeds op voorhand verloren. In de automobielsector, jarenlang een icoon van het kapitalisme, botst iedere strijd voor het behoud van jobs en voor een toekomst al snel met de logica van het kapitalisme.

    Een planmatige aanpak op het vlak van mobiliteit zal niet mogelijk zijn onder het kapitalisme, we zullen moeten opkomen voor een socialistische samenleving.

  • Staking bij Bridgestone in Frameries

    140 van de 180 werknemers van Bridgestone in Frameriers zijn al bijna een maand in staking om te protesteren tegen het ontslag van acht van hun werkmakkers. Die werden op straat gezet met de sluiting van de winkel van vliegtuigbanden. Er was geen enkele reden voor deze ontslagen: het bedrijf doet het goed met in 2008 een netto winst na belastingen van 5 miljoen euro.

    Door Ben (Henegouwen)

    Er bestaan heel wat vragen over de ontslagen. Eerst en vooral zijn er natuurlijk mogelijkheden om werknemers elders in het bedrijf een andere job te geven, er zijn een aantal arbeiders die eventueel op brugpensioen zouden kunnen. Een niet onbelangrijk gegeven: onder de acht bevindt zich de hoofddelegee. Wil de directie de strijdbaarheid van de arbeiders testen? Voor de directie is dat wellicht nog belangrijker dan elders aangezien er in Bridgestone een strijdbare traditie is bij de vakbonden.

    De strijdbare opstelling van de arbeiders van Bridgestone is algemeen gekend in de regio. Er werd ook volop deelgenomen aan de nationale acties voor koopkracht en werk de afgelopen jaren. Twee jaar geleden slaagden de arbeiders van Bridgestone er met een staking in om een loonsverhoging te bekomen. Bij de acties vandaag is er een grote solidariteit van arbeiders uit andere bedrijven in de regio. De directie lijkt voet bij stuk te willen houden en is niet bereid om een duimbreed toe te geven. De vastberadenheid van de arbeiders en de arrogantie van de directie zorgen ervoor dat dit conflict mogelijk nog enkele weken zal blijven duren.

    Er is een steuncomité opgezet voor de stakers en de Linkse Socialistische Partij ondersteunt dit initiatief uiteraard. We willen alles in het werk stellen om de staking te ondersteunen en de solidariteit met de arbeiders te versterken.

    > Solidariteitsgroep op facebook

  • ABVV: staking bij Saint Gobain sinds 2 juli

    Het ABVV verstuurde een persbericht over de stakingsacties bij Saint Gobain Glass en Saint Gobain Sekurit in Auvelais (provincie Namen). De directie van het bedrijf wil 215 arbeiders aan de deur zetten wegens de economische crisis. Tegelijk worden de aandeelhouders rijkelijk beloond: 1 miljard werd aan hen uitgekeerd… Het argument van de crisis geldt niet voor iedereen.


    Herstructureringen bij Saint Gobain Glass en Saint Gobain Sekurit in Auvelais

    Werknemers in staking sinds 2 juli

    Persbericht ABVV

    Op 9 februari heeft Saint-Gobain op buitengewone ondernemingsraden het ontslag aangekondigd van 140 werknemers op Saint-Gobain Glass en 101 werknemers op Saint-Gobain Sekurit. De multinationale onderneming gebruikt de crisis als voorwendsel om te herstructureren. Honderden werknemers worden ontslagen maar ondertussen wordt er wel 1 miljard uitgekeerd aan de aandeelhouders.

    Na verschillende moeilijke onderhandelingen hebben wij van de directie nieuwe organisatieschema’s verkregen met 215 werknemers minder in plaats van 241. Tegelijk werd een nieuwe en meer flexibele werkorganisatie overeengekomen die het voortbestaan van de twee fabrieken veilig stelt.

    De constructieve houding van de vakbondsvertegenwoordigers ten aanzien van het sociaal plan wordt niet beloond. De directie wil vergoedingen toekennen die veel lager liggen dan vroeger, zowel voor wie met brugpensioen gaat of vrijwillig vertrekt, als voor de interne mutaties.

    Dit gebrek aan respect voor werknemers die jarenlang het beste van zichzelf hebben gegeven voor de onderneming is onaanvaardbaar. Hun inspanningen hebben de aandeelhouders royale dividenden opgeleverd. Het hek is helemaal van de dam als dan ook nog een of andere Franse directeur helemaal naast de werknemers en hun vertegenwoordigers kijkt en het sociaal overleg met de voeten treedt. Wie zich bekommert om de economische toekomst van dergelijke ondernemingen moet ook oog hebben voor het menselijke kapitaal.

    De situatie zit helemaal vast omdat de directie geen oren heeft naar een sociale regeling van de herstructurering. Op 16 juni werd een stakingsaanzegging ingediend die verliep op 1 juli.

    Een poging tot verzoening mislukte.

    Sinds 2 juli zijn de werknemers van Saint-Gobain Glass en Saint-Gobain Sekurit in staking. Zij gaan tot de finish.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop