Category: Autosector

  • De ontslagregeling bij politici en die van de Opel-arbeiders: een confrontatie…

    Naar aanleiding van het akkoord bij Opel over de ontslagpremies voor de arbeiders riepen de officiële woordvoerders van het patronaat moord en brand. De informele spreekbuizen, politici van de traditionele partijen en de media, zorgden voor de nodige back-up.

    Artikel overgenomen vanop marxisten.blogspot.com

    De pas klaargestoomde CD&V-politicus en voormalig ‘captain of industry’ van Volvo Gent, Peter Leyman, sprak zelfs over een akkoord dat ‘grensde aan het immorele.’ Indien dit heerschap garant staat voor de sociaal-economische dossiers bij de CD&V, kunnen de ACV-vakbondsbureaucraten al stevig in hun haar beginnen krabben… We hebben de heer Leyman echter nog nooit horen klagen over de riante ontslagvergoedingen die zowel topmanagers als politici voor zichzelf uit de brand slepen. Eerst oompje en dan oompjes kinderen natuurlijk.

    “Parlementsleden hebben recht op een minimumvergoeding die overeenkomt met hun parlementaire wedde voor twaalf maanden. Een soortgelijke regeling geldt voor ministers, en de regelingen van de zeven parlementen in dit land zijn in 2002 eenvormig gemaakt.Ongeacht of iemand een dag of zes jaar parlementslid (of minister) is geweest, hij of zij krijgt een uittredingsvergoeding van twaalf maanden. Vanaf het zevende jaar lidmaatschap van een parlement of een regering komt daar twee maanden ontslagvergoeding bovenop, en zo groeit de vergoeding aan met twee maanden wedde per gepresteerd dienstjaar.Na twaalf jaar parlementslid of minister te zijn geweest, bedraagt de uittredingsvergoeding dus 24 maanden. Het maximumbedrag voor de uittredingsvergoeding is vastgelegd op 48 maanden (vier jaar), na 24 jaar parlementslid of minister te zijn geweest.” (Het Nieuwsblad, 20/05/2003)

    Een niet-herverkozen parlementslid met 24 jaar dienst krijgt dus een uitstapvergoeding van 4 jaar loon. Als we weten dat het loon van een parlementslid een kleine 103.800 Euro per jaar bedraagt, komen we uit op een gouden handdruk van zo een slordige 415.200 Euro. Dit is met andere woorden nét niet het drievoudige van de maximale ‘oprotpremie’ bij Opel dat 144.000 Euro bruto bedraagt (vanaf 25 jaar anciënniteit) Een aalmoes als dank om 24 jaar lang de ontberingen van het parlementair fluweel te doorstaan… Een regelrechte schande! De zitpenningen in de raden van bestuur van grote ondernemingen waar ex-politici traditioneel terechtkomen (zoals Dehaene bij Inbev, Willy Claes bij Carrefour,…) bieden echter nog een beetje troost voor deze arme schaapjes die sowieso al 12 stielen en 13 mandaten cumuleren.

    De woordvoerders van VBO, UNIZO en Agoria zien hun vrees betreffende het VW-scenario realiteit worden… De hoge ontslagpremies bij VW moesten kost wat kost een unicum blijven maar het Opel-verhaal bewijst eerder het tegendeel: het dreigt een precedent te vormen!

    Hoge ontslagvergoedingen voor de arbeiders dreigen de doelstelling van herstructureringen en massale ontslagen aan te tasten, namelijk het nog verder opdrijven van de woekerwinsten. “Take the money and run,” is dan ook veruit het verstandigste dat je als arbeider kan doen (bij het uitblijven van een veralgemeend offensief vanuit de arbeidersbeweging) als het alternatief bij blijven een lager loon, langer werken en slechtere werkomstandigheden betekent en de werkonzekerheid in de praktijk niet opgeheven wordt.

    Het patronaat zal dus naar andere manieren (de dreiging met volledige sluiting zoals ook het geval bij Carrefour) moeten zoeken om de arbeiders te laten inleveren in het licht van een (toekomstig) tekort aan geschoolde arbeidskrachten.

    Maar wees niet bevreesd: Open VLD pleit al voor een ‘Tweede Generatiepact’ om de ‘foutjes’ in de toepassing van het eerste pact toe te rijden. En uiteraard pakken de KMO-boeren van VOKA (het netwerk van Vlaamse ondernemingen) met nog een straffer voorstel uit. Ze eisen niets minder dan dat de afschaffing van het brugpensioen opgenomen wordt in het volgende federaal regeerakkoord.

    Met al deze informatie in het achterhoofd is het misschien interessant te vermelden dat Karel Gacoms (ABVV-metaal, gekend van de acties van Renault-Vilvoorde) 4 maand geleden stelde: “De acties tegen het Generatiepact zijn volgens mij de laatste geweest van de arbeidersklasse.” (http://aff.skynetblogs.be/archive-day/20070224) Zelfs religieuze fanaten durven zich niet zo categoriek uitspreken.

    Het is niet de eerste keer dat de arbeidersklasse voortijdig begraven wordt. Ondertussen weten we dat zulke berichten meestal de wereld ingestuurd worden op momenten dat stakingen of sociale spanningen in de lucht hangen (zoals in de periode voor de staking tegen het globaal plan en die tegen het generatiepact) De toekomstige neoliberale aanvallen zullen echter de arbeiders dwingen om terug collectief in beweging te komen. De diverse stakingsacties van de laatste maanden hebben alvast bewezen dat de drempel tot actie op de werkvloer serieus verlaagd is.

  • Vertrekpremies Opel lokken kritiek uit bij werkgevers

    Terwijl de werkgeversfederaties reeds dromen van een algemene daling van de ontslagpremies, werden ze brutaal gewekt door de aankondiging dat Opel vertrekpremies tot 144.000 euro zal betalen. Opel volgt het voorbeeld van Volkswagen dat hoge oprotpremies betaalde om het personeelsbestand af te bouwen. CD&V’er Peter Leyman stelde alvast dat de hoge premies “bijna immoreel” zijn.

    Als Leyman stelt dat deze premies “bijna immoreel” zijn, bedoelt hij wellicht dat het voor gewone arbeiders immoreel is om een dergelijke vertrekpremie te krijgen. Onder zijn eigen voormalige collega’s in het patronaat zal dat wel anders liggen. Daar moeten hoge premies betaald worden om “concurrentieel” te zijn met topmanagers in de VS.

    Bij Opel werd van bij het begin gesteld dat de premies van Volkswagen als norm zouden worden genomen. Die premies kregen reeds heel wat kritiek van het patronaat en een aantal partijen. In Opel komt er een brugpensioen op 50 jaar met behoud van 82 tot 89% van het nettoloon en met premies tot 144.000 euro (voor wie 25 jaar anciënniteit heeft). 1.079 arbeiders komen in aanmerking voor de maximale premie van 144.000 euro, maar er worden slechts 750 vrijwillige vertrekkers gezocht.

    Dat is het resultaat van een akkoord tussen de directie en de vakbonden. Bij Opel moeten ruim 2.000 arbeiders het bedrijf verlaten. De eerste aankondiging van 1.400 ontslagen bleek immers slechts een voorbode te zijn voor een nog hardere herstructurering die ervoor zorgt dat de Opel-vestiging bijna gehalveerd wordt. Wat dit zal betekenen voor de toekomst van Opel-Antwerpen op langere termijn, blijft onzeker.

    De onzekerheid van de afgelopen weken en maanden heeft reeds geleid tot verschillende acties en spontane stakingen. Nu het bedrag van de vertrekpremies is bekend gemaakt, zou het wel eens kunnen stormlopen om te kunnen vertrekken. Er wordt gevreesd voor de toekomst van het bedrijf maar ook voor het werkritme en de omstandigheden na de afdankingen. Het wantrouwen in de directie was bijzonder groot en de kans is reëel dat dit tot uiting komt bij het aantal inschrijvingen om vrijwillig te vertrekken. Wellicht daarom wordt het vrijwillig vertrek beperkt tot oudere werknemers. Met 1.079 kanshebbers voor zo’n 750 vertrekpremies, zou het nog moeten lukken. De jongere werknemers die vertrekken, zullen mogelijk buiten de regeling vallen. Het aantal vertrekpremies zal nog afhangen van het aantal arbeiders dat op brugpensioen gaat. 1.160 arbeiders komen daarvoor in aanmerking, maar er moeten in totaal 1.861 jobs verdwijnen.

    De vertrekpremies hebben heel wat kritiek los geweekt. De patroonsfederatie VBO stelde “heel ongerust” te zijn. “Als werkgevers tegen dit soort hoge kosten aankijken bij herstructureringen, dan wordt de drempel voor nieuwe investeringen wel erg hoog”, stelde VBO-voorzitter Thomaes. Het blijft opvallend hoe het patronaat er in slaagt om bij herstructureringen meteen ook over “nieuwe investeringen” te spreken. 2.000 arbeiders op straat zetten, moet volgens het VBO blijkbaar zo gemakkelijk mogelijk kunnen.

    Op politiek vlak waren er reacties over het niet toepassen van de ideeën van het Generatiepact (N-VA) of het bestempelen van de premies als “bijna immoreel” (CD&V). Het is duidelijk dat een rooms-blauwe regering niet bepaald aan de kant van de arbeiders zal staan!

    Over die hoge bruto vertrekpremies stelden de delegees terecht: “Hoelang doe je met dat bedrag als je het moet bijpassen bij je werkloosheidsuitkering? Die mensen zijn wel hun job kwijt.” Bovendien gaat het telkens om oudere werknemers (die voorrang krijgen bij het vertrek).

    Wij zijn het absoluut niet eens met bijvoorbeeld de commentaar in De Standaard waar wordt gesteld dat dit een voorbeeld is van “graaicultuur van de vakbonden”. Integendeel! Om de winsten te vergroten, behandelen multinationals als General Motors hun arbeiders als oud vuil. Een winstgevende fabriek wordt gehalveerd en de toekomst ervan wordt gehypothekeerd. En dat allemaal voor de eigen winsten. Dat is pas een graaicultuur die bovendien ten koste gaat van het werk van 1.861 arbeiders.

    Tenslotte willen we nog opmerken dat een bruto premie van 144.000 euro overeenkomt met iets meer dan een weekloon van Albert Frère. Er zijn 38 vertrekpremies nodig om aan diens jaarloon te komen. En dan zijn de opbrengsten uit dividenden en aandelen nog niet meegerekend voor Albert Frère. Termen als "graaicultuur" nu voor de ontslagen Opel-arbeiders gebruiken, getuigt van slechte wil of een totaal gebrek aan proportie. De premies liggen effectief hoog en dat is op zich goed voor de vertrekkers. Maar ze zijn intussen wel hun job kwijt alsook hun werkzekerheid.

    Cartoon vanop marxisten.blogspot.com

  • Onzekerheid bij Opel leidt opnieuw tot staking

    De vorige staking was amper afgelopen of er werd reeds opnieuw overgegaan tot het neerleggen van het werk. Gisteravond legde de late ploeg het werk neer en ook de andere ploegen volgden. Aanleiding is een gebrek aan informatie en duidelijkheid vanwege de directie. Daar wordt wellicht gehoopt dat de aanhoudende onzekerheid reeds leidt tot een belangrijke afvloeiing.

    Vanuit de arbeiders waren er heel wat vragen en er werd een vragenlijst opgemaakt voor de directie. Daarin werd gevraagd naar een reactie op een aantal geruchten (zoals onder meer over de verkoop van de press-shop). De directie weigerde te antwoorden en zet haar eigen communicatie-strategie verder: geen of amper officiële verklaringen maar wel veel geruchten. De bedoeling van die strategie is duidelijk: een aantal arbeiders reeds op voorhand wegjagen omwille van de onzekerheid. Dat is een goedkope manier van afdanken.

    Het sociaal overleg over de herstructurering zal intussen opgestart worden. Het blijft afwachten of General Motors met een degelijke som voor de dag zal komen voor de opzeggingsvergoedingen. Een deel van de afvloeiingen zouden bovendien via een brugpensioen moeten gebeuren. Wat zal de houding zijn van de volgende regering inzake de verplichte tewerkstelling van bruggepensioneerden? Zoals het er nu uitziet, kan de druk opgedreven worden om oudere “werklozen” (bruggepensioneerden worden formeel gezien als werklozen, behalve voor de werkloosheidscijfers natuurlijk) opnieuw aan het werk te krijgen.

    De staking die nu opnieuw begonnen is bij Opel in Antwerpen is een nieuwe uitdrukking van een enorme woede onder de arbeiders. Jarenlang is er hard gewerkt en werd de Antwerpse vestiging één van de meest productieve in heel de groep. Dat is het werk van de arbeiders. Nu worden ze bedankt voor bewezen diensten en bij het oud huisvuil gezet. Hoeveel oud huisvuil er zal zijn, blijft inmiddels onduidelijk.

    Het kan zijn dat de actuele staking enige tijd zal duren. De woede is opnieuw overgelopen en het wantrouwen tegenover de directie zakt steeds verder tot nieuwe dieptepunten. Indien er geen actieplan naar voor wordt gebracht, zal de wanhoop domineren. In plaats van iedere week of om de twee weken tot een spontane actie te komen, zou een actieplan ook perspectieven kunnen naar voor brengen om de strijd te voeren voor het behoud van alle jobs.

  • Sociaal bloedbad bij Opel erger dan eerst aangekondigd

    Nadat de directie de afgelopen dagen allerhande geruchten liet verspreiden en alle communicatie aan de vakbonden overliet (die dan spijtig genoeg verschillende posities innamen), wordt nu wel duidelijkheid gecreëerd. De directie komt terug op haar eerdere aankondiging dat 1.400 jobs moeten verdwijnen. Het zijn er namelijk meer: 2.200. Hierdoor zouden nog zo’n 2.400 arbeiders overblijven. De fabriek wordt dus gehalveerd.

    De onduidelijkheid over de toekomst van Opel zorgde reeds voor heel wat ongenoegen onder de arbeiders. De afgelopen dagen waren er verschillende spontane acties en leek het voor de vakbonden moeilijk om de situatie nog onder controle te houden. Daarbij was het opvallend dat er onderlinge twisten waren over de impact van de beslissingen van de directie. Het ACV stelde dat 120.000 wagens op jaarbasis een halvering van het personeelsbestand betekent en had het over mogelijk 2.400 jobs die verdwijnen, ABVV’er Rudi Kennes vond het vertrouwen in de directie terug en stelde dat het voor 90% zeker is dat er nog een derde model komt.

    Feit blijft echter dat er zowat een halvering van GM-Antwerpen komt. Nadat de directie vorige week voor alle communicatie naar de vakbonden verwees, werd nu toch een beslissing meegedeeld. Naast de tijdelijke arbeiders die al deels verdwenen zijn, moeten er nog eens 1.681 arbeiders en 180 bedienden weg. Tegen het zomerreces zal de nachtploeg op halve krachten draaien. Daarna volgen de andere ploegen: na de zomer volgt de tweede shift, begin volgend jaar de derde shift. Hierdoor zou de halvering van het aantal arbeiders realiteit moeten worden.

    Op dit ogenblik is enkel zekerheid over 2 modellen die goed zijn voor 125.000 exemplaren op jaarbasis (althans in een optimistisch scenario). Voor het derde model is er nog steeds geen zekerheid. In feite bevestigen deze cijfers wat reeds kon afgeleid worden uit vorige mededelingen. Toen was sprake van 120.000 auto’s, het blijken er nu 5.000 meer te zijn. Maar dat zal het verschil niet maken. We blijven met een realiteit dat een fabriek die 250.000 auto’s per jaar aankan, op de helft van haar capaciteit zal draaien.

    Wat dit zal betekenen op langere termijn, blijft onduidelijk. De toekomst van GM-Antwerpen lijkt absoluut niet verzekerd te zijn. Er wordt bovendien nu reeds begonnen met het afdanken van de tijdelijke werknemers die vooral in de nachtploeg werken. Vorige week was er een uitbarsting in die ploeg (onder meer omwille van de aanhoudende onzekerheid) waarbij een aantal wagens werden vernield. Dat werd aangegrepen om de versnelde afbouw van de nachtploeg naar voor te brengen. Alleen lijkt het er op dat dit zal betekenen dat de tijdelijken zonder enige vergoeding zullen moeten vertrekken.

    Zolang GM het bij een dergelijke beperkte productie in Antwerpen houdt, is de toekomst van de fabriek absoluut onzeker. De mogelijkheid van nieuwe afdankingen (bijvoorbeeld bij een tegenvallende verkoop van de modellen die naar Antwerpen komen, of bij een discussie over nieuwe modellen) blijft reëel. Antwerpen zal als grote fabriek die slechts op de helft van haar mogelijkheden draait immers een makkelijk doelwit worden voor verdere besparingen en zelfs een eventuele sluiting.

  • Behoud van drie shiften bij Opel?

    De voorzitter van de Europese Ondernemingsraad van General Motors, Klaus Franz, stelt dat er wel degelijk drie shiften zullen blijven bij Opel in Antwerpen. Eerder werd daartoe gevreesd omdat de geplande productie dermate laag zal liggen in Antwerpen. Een vermindering van de productie tot 150.000 wagens (in het beste geval) zal immers leiden tot heel wat ontslagen.

    Op dit ogenblik kan Opel-Antwerpen makkelijk 250.000 auto’s per jaar aan met 4.600 arbeiders. Het ACV stelde terecht dat het bezorgd was om het voortbestaan van de drie shiften omdat een productie van 150.000 auto’s (op dit ogenblik zijn er enkel 120.000 zeker) een ernstige beperking van de productie inhoudt. De 1.400 geplande ontslagen zullen daartoe niet volstaan. Mogelijk volgen er nogmaals 1.000 extra jobs die moeten verdwijnen.

    De voorzitter van de Europese Ondernemingsraad van GM stelt echter dat de drie shiften zullen blijven bestaan. Reden: “Overal in de wereld draaien competitieve fabrieken in de auto-industrie op drie shiften. Dat zal ook zo zijn in Antwerpen. Voor drie ploegen heb je minder machines nodig dan voor twee ploegen. Bovendien hebben de machines ook minder capaciteit nodig.”

    Als er nog zo’n 2.200 arbeiders overblijven in Antwerpen, is het echter maar de vraag of drie shiften nog haalbaar zijn. Er zou gepland worden om de drie ploegen te halveren. Er wordt begonnen met de nachtploeg die in de zomer reeds gehalveerd wordt, onder meer door het snel afdanken van de tijdelijken in de nachtploeg. Tegen het einde van het jaar volgt een tweede ploeg en dan nog de derde ploeg. Het ACV heeft het over een scenario met 2.400 jobs die verdwijnen, in de veronderstelling dat er 120.000 wagens worden geproduceerd (met twee modellen). De komst van een derde model wordt pas eind 2009 zeker. Rudi Kennes (ABVV) lijkt echter zijn vertrouwen in de directie teruggevonden te hebben en stelt dat hij 90% zeker is dat het derde model er komt. Hierdoor zouden enkel de nachtploeg en nog één andere ploeg gehalveerd worden.

    De komst van een derde model is absoluut niet zeker. De directie stelt dat het op langere termijn zoekt naar extra volume om te produceren in Antwerpen. Die zoektocht kan nog alle kanten uitgaan. Met 120.000 auto’s per jaar en een halvering van het personeelsbestand zal de vraag op termijn op tafel liggen over het overleven van de fabriek. De moderne en ruime vestiging van GM-Antwerpen wordt onderbenut indien er slechts 120.000 auto’s worden gemaakt. Zal dat nog als efficiënt worden gezien als er nieuwe discussies ontstaan in de GM-groep over herstructureringen? Zal Antwerpen dan niet vooraan staan als er over sluiten wordt gesproken?

    Dat zijn open vragen en het is niet de bedoeling om “onrust te stoken”, zoals Kennes aan het ACV verwijt. Het is de directie die met haar plannen onrust stookt. Deze plannen zorgen immers voor onzekerheid en leiden tot terechte vragen over het voortbestaan van GM-Antwerpen. We denken dat het fout is om nu onderlinge verwijten tussen de vakbonden te lanceren. De oorzaken van de onzekerheid en van het sociale bloedbad liggen niet bij de andere vakbonden, maar bij de directie.

  • Opel: geen vertrouwen in directie na vele provocaties

    Ondanks alle goede resultaten van de Antwerpse Opel-vestiging, het opdrijven van de flexibiliteit (onder meer door een bijzonder flexibele arbeidstijd) en de vele cadeaus van diverse regeringen, blijft de toekomst van Opel-Antwerpen onzeker. De directie provoceerde de arbeiders van de vestiging en kon maar met magere voorstellen over de brug komen. Na een verdeelde stemming in een referendum werd zonder vertrouwen in de directie terug aan de slag gegaan.

    Geert Cool, 1e opvolger op de CAP-Senaatslijst

    Provocaties tegenover de arbeiders

    De provocaties van de directie waren opvallend. Nadat ze eerder zowat alles verkocht kreeg aan de syndicale leidingen, hoopte de directie wellicht dat ze ook nu ongestoord kon provoceren. Eerder werd bij de aankondiging dat 1.400 jobs zouden verdwijnen niet gestaakt. De directie zag er een vrijgeleide in om ongemeen hard verder te gaan. Zwakheid zet immers aan tot agressie.

    Naast de 1.400 jobs die moesten verdwijnen, zouden ook duizenden andere jobs bedreigd worden en is het voortbestaan van de fabriek absoluut nog niet verzekerd. Enkel één Chevroletmodel zou naar Antwerpen komen, goed voor 80.000 wagens per jaar (op een capaciteit van 250.000). Dat onaanvaardbare voorstel leidde tot een staking.

    Hierop probeerde de directie stoemelings de tijdelijken af te danken. Vooral in de nachtploeg zitten heel wat tijdelijke arbeiders, die zodra ze een vast contract krijgen makkelijker kunnen overstappen naar andere ploegen. De poging van de directie om de tijdelijken aan de deur te zetten, werd gelukkig verijdeld.

    Daarna liet de directie een deel van het kader van Opel werken vanuit de gebouwen van de patroonsfederatie Agoria in Berchem. Daarmee wou de directie natuurlijk het stakingspiket aan de Noorderlaan breken.

    Waar bleef die nationale actiedag?

    Na een referendum zijn de arbeiders van Opel terug aan de slag gegaan. Het werd een bijzonder nipte score: 50,39% van de 3.735 deelnemende arbeiders stemde voor de hervatting van het werk. De stemming kwam er na de belofte van een tweede model en mogelijk vanaf 2009 een derde model (dat weliswaar bij een andere GM-vestiging in Europa zou worden weggehaald).

    Samen zou dat echter slechts goed zijn voor 120.000 wagens per jaar (met twee modellen) tot 150-160.000 (drie modellen). Dat betekent dus nog steeds dat zowat de helft van de capaciteit niet meer zou benut worden. Op de infosessies rond de voorstellen van de directie was er heel wat ongenoegen. Zeker bij de nachtploeg waren er ronduit vijandige reacties.

    Het ontbrak aan voorstellen om de strijd verder uit te bouwen. De syndicale leiding kwam de voorstellen van de directie “zo objectief mogelijk” brengen. Van de ordewoorden rond een nationale actiedag (zoals naar voor werd gebracht op 1 mei) was niet veel meer te horen. Neen, een verderzetting van de staking na 10 mei zou betekenen dat nog minstens twee weken hetzelfde type actie zou worden gevoerd. Dat heeft natuurlijk zware financiële gevolgen voor de arbeiders. Dat verklaart het verdeelde resultaat bij de stemming: geen vertrouwen in de directie, maar ook geen vertrouwen in de syndicale leiding om iets aan te vangen met het ongenoegen en de woede.

    Moest er na de eerste oproepen rond een nationale actiedag effectief werk van gemaakt zijn, zou dit wellicht een impact gehad hebben op het resultaat van dit referendum. Het zou ervoor gezorgd hebben dat de band met VW-Vorst makkelijker kon worden gelegd, maar evenzeer de broodnodige banden met onderaannemers zoals Johnson Control, waar opnieuw jobs verdwijnen. Een actiedag tegen alle afdankingen had solidariteitsbanden kunnen opbouwen over verschillende sectoren heen en had de recordwinsten kunnen plaatsen tegenover de vele aanvallen op onze jobs, arbeidscondities, lonen,… Een nationale actiedag vlak voor de verkiezingen zou ook een politieke impact hebben. Of was men daar net bang van?

    Hoe verder?

    Op korte termijn is het duidelijk dat er weinig zal nodig zijn om een druppel te vinden die de emmer opnieuw doet overlopen onder het personeel. De directie had dit overigens goed begrepen na het referendum van 10 mei. Ze liet de productie slechts enkele dagen later terug opstarten zodat spontane acties werden vermeden. Toen de directie op 16 mei aankondigde dat er geen loon zou betaald worden voor de dag dat de eerste infosessies over de plannen van Opel doorgingen, barstte de bom opnieuw. Het niet nakomen van eerdere beloften van de directie legde de fabriek plat.

    De woede blijft groot en de vrees voor een sluitingsscenario blijft reëel. Jaarlijks 120.000 wagens produceren, is onvoldoende voor een grote en moderne fabriek zoals de Opel-vestiging aan de Noorderlaan. Het is een terugkeer naar het niveau van voor de verhuis van de vestiging naar haar actuele terreinen. Bovendien wordt gesteld dat de productiekosten met 1.000 euro per wagen moeten dalen. Nieuwe besparingen zullen dus volgen.

    Het feit dat het idee voor een nationale actiedag als verdere stap in een actieplan verdween, is wellicht de belangrijkste gemiste kans. Aan de stakingspiketten was er een strijdbaarheid aanwezig (ook al bleef dit te vaak opgedeeld tussen de verschillende vakbonden). Strijdbaarheid op zich volstaat echter niet, het moet samengaan met een degelijk actieplan om te strijden voor het behoud van alle jobs!

  • CAP aan het piket: heel veel waardering voor onze solidariteit

    Tijdens de staking in de Opel-vesting aan de Noorderlaan stond de solidariteitsbus constant aan het piket. Enkel voor de 1 mei-optocht werd een uitzondering gemaakt. Hiermee werd een praktische bijdrage geleverd voor de stakers. Heel wat arbeiders van Opel hebben de CAP-militanten uitdrukkelijk bedankt voor hun inzet en aanwezigheid. We spraken hierover met Thomas B., een jong LSP-lid uit Antwerpen.

    “Na 1 mei was ik bijna constant aan het piket. Het was belangrijk om daar aanwezig te zijn, ook op de momenten dat er weinig volk was, om zo aan te tonen dat de arbeiders niet alleen stonden in hun strijd. Na de 1 mei-optocht trok ik met de bus mee naar de Noorderlaan en dan bleef ik er tot het weekend. Na het weekend bleef ik er tot aan de infosessies. Ik was aanwezig op de infosessies van de drie ploegen waar de voorstellen van de directie werden naar voor gebracht.

    “De reacties op de solidariteitsbus waren heel positief. De arbeiders waren blij dat we er waren om onze steun te tonen. Bovendien was die bus handig om even te zitten en te babbelen. Even binnen kunnen zitten, kwam wel eens van pas voor wie lang aan het stakingspiket stond.

    “Aanvankelijk was er niet zo veel volk aan het piket en was er een verslagen sfeer. Er was meer het idee dat het piket moest bemand worden omdat dit nu eenmaal moest. Naarmate de directie haar provocaties opdreef, werd de sfeer strijdbaarder. Iedereen besefte dat het aantal voorgestelde auto’s te weinig was. Dat dit niet kan.

    “Het piket was niet zo sterk georganiseerd, de delegees waren gevraagd om elk hun shift te bemannen. Maar zelfs dat werd niet volledig opgevolgd. Het waren meer de provocaties van de directie die ervoor zorgden dat er een levendig piket tot stand kwam. Jammer genoeg was er wel een sterke opdeling tussen de verschillende vakbonden. Het ABVV kwam geregeld terug op het feit dat het ACV op 7 oktober 2005 niet meestaakte tegen het Generatiepact. Ook opvallend was dat er bij het ACLVB wel wat strijdbare militanten zaten. Na het referendum heeft ABVV-delegee Rudi Kennes zijn verkiezingsmateriaal voor SP.a verspreid (stickers met de slogan “Ja”). Dat kwam cynisch over.

    “Voor de komende maanden denk ik dat er bij het kleinste probleem rap terug acties kunnen losbarsten. Zeker in de nachtploeg, waar er een ruime meerderheid voor een verderzetting van de staking had gestemd, kan de bom snel barsten…”

  • Arvin Meritor. 150 jobs bedreigd bij VW-onderaannemer

    Het werk bij Arvin Meritor werd op 14 mei hervat na een stemming op een algemene personeelsvergadering. De staking was verantwoordelijk voor het platleggen van de activiteiten op de site van VW-Vorst. Arvin Meritor is immers één van de belangrijkste onderaannemers van VW.

    Eric Byl, 17de op de Oostvlaamse Kamerlijst

    De staking brak uit toen werd aangekondigd dat het bedrijf de deuren zou sluiten op 20 juli. Die beslissing volgt op een vermindering van de productie na de massale afdankingen bij VW. Door de sluiting komen 150 arbeiders op straat te staan.

    De discussies tussen de syndicale delegatie en de directie hebben geen resultaten opgeleverd. De arbeiders kwamen uit de onderhandelingen zonder iets concreet in handen te hebben. Hun eerste eis is natuurlijk het behoud van de jobs. Er werden een aantal pistes voorgesteld door de syndicale delegatie. Zo werd gewezen op de mogelijkheid om de arbeiders over te laten nemen door Audi zodra dat bedrijf de productie van Arvin Meritor overneemt.

    De directie wees die optie uitdrukkelijk af. Bij VW is er immers weinig interesse, de directie daar verkiest interimarbeiders of onderaannemers boven stabiele contracten.

    Er werd ook geen akkoord bereikt tussen directie en vakbonden over het niveau van de ontslagpremies. De syndicale delegatie eiste een premie van 100 euro per gewerkte dag, de directie wou slechts 40 euro toekennen.

    De staking werd beëindigd, maar de strijd niet. Vakbonden en arbeiders discussiëren over acties om druk te zetten op de directie en om een oplossing te vinden voor de 150 arbeiders van Arvin Meritor.

  • Opel: totaal gebrek aan vertrouwen in de directie

    Na de vele provocaties van de Opel-directies, zit het vertrouwen van de arbeiders bij GM-Antwerpen onder het vriespunt. Dat kwam ook tot uiting in het referendum dat vandaag plaats vond. 50,39% stemde voor een hervatting van het werk. Er is dus geen meerderheid voor een verderzetting van de staking, maar er is eveneens duidelijk geen vertrouwen in de beloften van de directie.

    De arbeiders kregen al een paar keer af te rekenen met valse beloften en provocaties van de directie: eerst zou er slechts één model van Chevrolet naar Antwerpen komen, dan volgde een poging om de tijdelijken nu al aan de deur te zetten, nadien liet het de bedienden van bij Agoria werken, dan zou er toch nog een tweede model naar Antwerpen komen maar het blijft bij 120.000 wagens per jaar. Allemaal redenen om weinig vertrouwen te hebben in de directie van Opel.

    Ondanks afspraken op syndicaal vlak om besparingen internationaal over verschillende vestigingen te verdelen, is het duidelijk dat de Astra definitief weg lijkt te zijn uit Antwerpen. Er waren solidariteitsacties in andere vestigingen in Europa, maar symbolische acties volstaan niet tegenover een bijzonder arrogant patronaat.

    In Antwerpen zouden nu dus twee modellen worden geproduceerd en mogelijk zou er vanaf 2009 een derde model volgen dat weliswaar bij een andere GM-vestiging in Europa zou worden weggehaald. Maar over dat model is er nog geen informatie.

    De woede onder de arbeiders is groot en het vertrouwen in de directie erg klein. Dit bleek reeds op de infosessies waar de nieuwste voorstellen van de directie werden aangebracht. Bij de infosessie van de nachtploeg waren er ronduit vijandige reacties. Daar zitten de meeste tijdelijken (die eens ze een vast contract krijgen makkelijker naar de vroege of late shift kunnen overstappen) en die hebben uiteraard heel wat te verliezen. Maar de woede is niet beperkt tot één ploeg of één vakbond. De opdeling tussen de verschillende bonden is vrij uitgesproken bij Opel, maar het stemgedrag van de arbeiders oversteeg die tegenstellingen.

    Een nipte meerderheid van 50,39% stemde voor een werkhervatting. Dit betekent dat van de 3.735 arbeiders die stemden, zowat de helft voor een verderzetting van de staking koos. En dat ondanks het feit dat er geen actieplan op tafel lag, het idee van een nationale actiedag leek afgevoerd te zijn, er werd gesteld dat een staking nog minstens twee extra weken zou duren (wat een harde financiële inspanning zou vergen van de arbeiders),… De directie deed er nog een schepje bovenop door in de aanloop naar het referendum 4 uur loon per shift uit te betalen met de uitdrukkelijke mededeling dat dit bij een verderzetting van de staking uiteraard zou ophouden. In die omstandigheden stemde 50% ervoor om verder te stemmen en stemden velen die voor een werkhervatting kozen met de neus dichtgeknepen.

    Moest er na de eerste oproepen rond een nationale actiedag (die oproep werd op 1 mei gelanceerd) effectief werk van gemaakt zijn, zou dit wellicht een impact gehad hebben op het resultaat van dit referendum. Maar los daarvan stelt zich sowieso een probleem voor de directie en zelfs voor de vakbondsleiding. Een 50/50 verhouding in een referendum betekent dat er absoluut geen enthousiasme is om terug aan de slag te gaan en dat het minste probleem een druppel zal vormen die de emmer opnieuw doet overlopen. De directie heeft dat goed begrepen en stuurde de arbeiders naar huis om de productie pas op te starten met de weekendploeg. Op deze manier wil de directie wellicht vermijden dat het aanwezige ongenoegen wordt georganiseerd op de werkvloer.

    De woede blijft groot en de vrees voor een sluitingsscenario blijft reëel. Jaarlijks 120.000 wagens produceren, is onvoldoende voor een grote en moderne fabriek zoals de Opel-vestiging aan de Noorderlaan. Het is een terugkeer naar het niveau van voor de verhuis van de vestiging naar haar actuele terreinen.

  • Opel: dit is nog steeds onvoldoende!

    De directie heeft een beetje toegegeven aan de arbeiders. Althans zo probeerde men ons te doen geloven bij de aankondiging dat Opel-Antwerpen toch twee modellen zou mogen bouwen met de mogelijkheid van een derde model in 2009. Enige probleem: het gaat nog steeds om slechts 120.000 wagens terwijl de huidige capaciteit 250.000 wagens bedraagt.

    De eerdere aankondiging dat slechts 80.000 Chevrolets (mogelijk) in Antwerpen zouden worden gebouwd, leidde reeds tot woedende reacties onder de arbeiders. Een staking was toen onafwendbaar en er verschenen berichten over ideeën zoals dat van een nationale actiedag, wat zeker en vast een stap vooruit zou betekenen. Een dergelijke nationale actiedag zou het mogelijk maken om sterkere banden te smeden met onderaannemers van Opel (bijvoorbeeld het voor de tweede keer getroffen Johnson Control in Geel) en zelfs met die van VW (waar onderaannemer Arvin Meritor de deuren wil sluiten).

    Die oproep voor een nationale actiedag blijft een optie die zeker moet worden opgenomen. De “toegevingen” van de directie van Opel gaan immers niet ver genoeg. Een tweede model is goed, maar bij dat tweede model gaat het om amper 40.000 wagens per jaar. Aan 120.000 auto’s per jaar moet zowat de helft van de 5.000 arbeiders weg. Dat is de realiteit.

    Daarnaast is er slechts een “mogelijkheid” van een derde model. En dat model zou eveneens slechts 30.000 tot 60.000 auto’s produceren. Hierdoor komen we aan 150.000 tot 180.000 auto’s, of de afdanking van wellicht zo’n 1.500 arbeiders zoals aanvankelijk reeds werd vooropgesteld. Maar dat is dus nog niet zeker.

    Er zou onderzocht worden of een drieploegensysteem haalbaar is. Mogelijk wordt naar een afgeslankte productie gegaan en kunnen drie ploegen in dat geval te veel zijn, alleen is een volcontinue productie natuurlijk goedkoper. Volgens de vakbonden zou de directie het voortbestaan van de drie ploegen garanderen, maar volledig zeker is dat niet.

    Het is belangrijk dat de staking nu wordt verder gezet. De nachtploeg ging gisteravond niet aan het werk en ook vandaag ligt de fabriek verder plat. Dat komt volgens de vakbonden door een “gebrek aan vertrouwen in de directie”. Dat is uiteraard evident. Na de eerdere aankondigingen van de directie zou het naïef zijn om nu wel te geloven dat er geen sluitingsscenario komt. Als er nu terug aan het werk wordt gegaan, is een nieuwe staking bij nieuwe aankondigingen van de directie moeilijker.

    Uiteindelijk komt er een referendum op donderdag om te beslissen over de verderzetting van de staking. De directie ging pas akkoord met het organiseren van een dergelijk referendum toen gedreigd werd met de bezetting van het bedrijf. Bovendien zal de directie per shift vier uur loon betalen tot aan het referendum. Dat is natuurlijk een poging om de uitslag van het referendum te beïnvloeden en te bekomen dat de arbeiders terug aan het werk gaan.

    Om tot een verderzetting van de staking te komen, is het belangrijk om de eerder gedane oproep tot een nationale actiedag nu reeds te concretiseren. Met een perspectief van strijd en van een actieplan, kan het vertrouwen in de eigen kracht van de arbeiders voldoende gesterkt worden om in het referendum een duidelijk signaal te geven over de verderzetting van de staking!

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop