Opel: totaal gebrek aan vertrouwen in de directie

Na de vele provocaties van de Opel-directies, zit het vertrouwen van de arbeiders bij GM-Antwerpen onder het vriespunt. Dat kwam ook tot uiting in het referendum dat vandaag plaats vond. 50,39% stemde voor een hervatting van het werk. Er is dus geen meerderheid voor een verderzetting van de staking, maar er is eveneens duidelijk geen vertrouwen in de beloften van de directie.

De arbeiders kregen al een paar keer af te rekenen met valse beloften en provocaties van de directie: eerst zou er slechts één model van Chevrolet naar Antwerpen komen, dan volgde een poging om de tijdelijken nu al aan de deur te zetten, nadien liet het de bedienden van bij Agoria werken, dan zou er toch nog een tweede model naar Antwerpen komen maar het blijft bij 120.000 wagens per jaar. Allemaal redenen om weinig vertrouwen te hebben in de directie van Opel.

Ondanks afspraken op syndicaal vlak om besparingen internationaal over verschillende vestigingen te verdelen, is het duidelijk dat de Astra definitief weg lijkt te zijn uit Antwerpen. Er waren solidariteitsacties in andere vestigingen in Europa, maar symbolische acties volstaan niet tegenover een bijzonder arrogant patronaat.

In Antwerpen zouden nu dus twee modellen worden geproduceerd en mogelijk zou er vanaf 2009 een derde model volgen dat weliswaar bij een andere GM-vestiging in Europa zou worden weggehaald. Maar over dat model is er nog geen informatie.

De woede onder de arbeiders is groot en het vertrouwen in de directie erg klein. Dit bleek reeds op de infosessies waar de nieuwste voorstellen van de directie werden aangebracht. Bij de infosessie van de nachtploeg waren er ronduit vijandige reacties. Daar zitten de meeste tijdelijken (die eens ze een vast contract krijgen makkelijker naar de vroege of late shift kunnen overstappen) en die hebben uiteraard heel wat te verliezen. Maar de woede is niet beperkt tot één ploeg of één vakbond. De opdeling tussen de verschillende bonden is vrij uitgesproken bij Opel, maar het stemgedrag van de arbeiders oversteeg die tegenstellingen.

Een nipte meerderheid van 50,39% stemde voor een werkhervatting. Dit betekent dat van de 3.735 arbeiders die stemden, zowat de helft voor een verderzetting van de staking koos. En dat ondanks het feit dat er geen actieplan op tafel lag, het idee van een nationale actiedag leek afgevoerd te zijn, er werd gesteld dat een staking nog minstens twee extra weken zou duren (wat een harde financiële inspanning zou vergen van de arbeiders),… De directie deed er nog een schepje bovenop door in de aanloop naar het referendum 4 uur loon per shift uit te betalen met de uitdrukkelijke mededeling dat dit bij een verderzetting van de staking uiteraard zou ophouden. In die omstandigheden stemde 50% ervoor om verder te stemmen en stemden velen die voor een werkhervatting kozen met de neus dichtgeknepen.

Moest er na de eerste oproepen rond een nationale actiedag (die oproep werd op 1 mei gelanceerd) effectief werk van gemaakt zijn, zou dit wellicht een impact gehad hebben op het resultaat van dit referendum. Maar los daarvan stelt zich sowieso een probleem voor de directie en zelfs voor de vakbondsleiding. Een 50/50 verhouding in een referendum betekent dat er absoluut geen enthousiasme is om terug aan de slag te gaan en dat het minste probleem een druppel zal vormen die de emmer opnieuw doet overlopen. De directie heeft dat goed begrepen en stuurde de arbeiders naar huis om de productie pas op te starten met de weekendploeg. Op deze manier wil de directie wellicht vermijden dat het aanwezige ongenoegen wordt georganiseerd op de werkvloer.

De woede blijft groot en de vrees voor een sluitingsscenario blijft reëel. Jaarlijks 120.000 wagens produceren, is onvoldoende voor een grote en moderne fabriek zoals de Opel-vestiging aan de Noorderlaan. Het is een terugkeer naar het niveau van voor de verhuis van de vestiging naar haar actuele terreinen.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop