Category: Op de werkvloer

  • Liberalisering leidt postdiensten naar het wilde westen

    Begin maart was er in het Europese parlement een bijeenkomst van postmensen uit heel Europa. De bijeenkomst werd mee georganiseerd door het linkse socialistische parlementslid Joe Higgins van de Ierse Socialist Party. Het doel was om de ervaringen van de volledige liberalisering van de postmarkt tegen 2011 te bespreken. Er werd ook gediscussieerd over het verdedigen van de dienstverlening en arbeidsvoorwaarden.

    Artikel door Finghin Kelly, medewerker van Joe Higgins, uit de aprileditie van De Linkse Socialist

    De Europese postmarkt is groot: in 2007 was deze sector in de EU goed voor een omzet van 94 miljard euro. De liberalisering heeft als doel om de private sector een graantje daarvan te laten meepikken. Aangezien winst maken hun enige doel is, betekent dit besparen op personeel en dienstverlening. Joe Higgins stelde op de bijeenkomst: “De reden waarom er wordt geprivatiseerd, is het feit dat er heel wat winst kan worden gemaakt.”

    Aanval op personeel

    De postdiensten in de EU tellen alles samen 1,4 miljoen arbeiders. Geen enkele van de nieuwe private bedrijven die op de markt komen, betaalt een loon op het niveau van de bestaande publieke bedrijven. Een onderzoek van de internationale vakbondsfederatie UNI becijferde dat de lonen gemiddeld 20% lager zijn.

    Een Nederlandse postman gaf een voorbeeld van de volledig geliberaliseerde arbeidsvoorwaarden in de nieuwe postbedrijven: “Dat zijn echte cowboys, ze betalen hun personeel per stuk en niet per uur. Als je er niet in slaagt om alles gedaan te krijgen, dan verdien je minder. Dit leidt tot erg lage lonen.” Het bestaan van dergelijke bedrijven zet ook de lonen bij TNT onder druk. In de plaats van de beloofde loonsverhoging van 0,7% eist de directie nu 25% inleveringen de komende twee jaar.

    François, een Brusselse postman had het over de gevolgen van de liberaliseringen voor het personeel. “In 1991 waren er nog 43.000 postmensen in België, nu zijn dat er minder dan 30.000.” De arbeidsvoorwaarden worden ondermijnd: “Jongeren werken nu met tijdelijke contracten van zes maanden en met slechtere voorwaarden. Dat betekent niet dat wie al langer bij De Post werkt, wel veel verdient. Ik kom bruto aan 25.000 euro per jaar na 37 jaar dienst. Vergelijk dat maar eens met de topmanager die goed is voor 800.000-900.000 euro per jaar. Die verdient per jaar meer dan wat ik in al die jaren al verdiend heb!” Een postman uit Duitsland stelde dat private bedrijven 50-60% minder betalen dan de vroegere overheidsdienst. Postmensen zijn er afhankelijk van sociale bijstand om te overleven.

    Aanval op dienstverlening

    De liberaliseringen ondermijnen ook de dienstverlening. Minder winstgevende diensten zoals postbezorging in afgelegen gebieden komen onder druk te staan. Ook worden in Europa duizenden postkantoren gesloten, met gevolgen voor de werkgelegenheid maar ook op sociaal vlak. “Postkantoren en postbezorging spelen een belangrijke sociale rol”, stelde Joe Higgins. In Frankrijk zijn er van de 17.000 postkantoren in het verleden al 8.000 gesloten en de directie wil naar slechts 3.600 kantoren gaan.

    “De postbezorging verliest haar sociale kant. We moeten steeds sneller de post bezorgen en alle handelingen worden getimed. Zo krijgen we 9 seconden om een helm op te zetten. Hoe kan het postpersoneel nog met het publiek in contact komen en zeker met de ouderen, als we onder dat soort druk moeten werken”, vroeg François.

    Zelfs de zogenaamde minimale universele dienstverlening wordt niet gegarandeerd. Een Duitse vakbondsmilitant: “De universele dienstverlening wordt binnen een half jaar herbekeken, mogelijk zal postbezorging in bepaalde gebieden niet langer worden gegarandeerd.”

    De private bedrijven concentreren zich op de meest winstgevende elementen, de rest moet de overheid maar doen. De privé krijgt de lusten, de gemeenschap de lasten. In Finland heeft dit er al toe geleid dat het overheidsbedrijf niet langer 30-80 miljoen euro winst maakt zoals in het verleden, maar dat de gemeenschap 150 miljoen euro moet bijleggen om privébedrijven op het platteland te laten functioneren.

    Verzet nodig

    Joe Higgins had het ook over het verzet tegen de liberaliseringen: “Het liberaliseringsproces is ver gevorderd. De volledige vakbeweging had van meet af aan de strijd moeten aangaan tegen liberaliseringen en privatiseringen. We hadden nooit mogen toelaten dat het zo ver kwam als vandaag het geval is. Jammer genoeg zijn de vakbondsleidingen mee gestapt in de liberaliseringslogica. We moeten nu nagaan hoe we de strijd kunnen aangaan om de arbeidsvoorwaarden en de dienstverlening te garanderen. De postdiensten moeten terug in publiek bezit komen met een democratische controle door het personeel en de gemeenschap.”

    De eis van de internationale vakbondsfederatie UNI voor een “moratorium op de doorvoering van liberaliseringen” werd te licht bevonden. Een Griekse postman: “Mijn land ligt onder vuur, de arbeiders en het postpersoneel liggen onder vuur. De richtlijnen zijn verbonden met het algemene beleid van de EU: een neoliberaal beleid. Een tijdelijk moratorium volstaat niet als antwoord daarop.” Op 14 april houdt UNI een actie aan het Europese parlement. LSP zal daar aanwezig zijn.

    Er is nood aan een georganiseerd verzet door de vakbonden en een coördinatie van het ongenoegen en verzet om op die basis samen te strijden tegen de gevolgen van de liberaliseringen en voor het vestigen van publieke postdiensten doorheen Europa. Terry Kelleher, een postman uit Ierland en gemeenteraadslid voor de Socialist Party, vatte samen: “De vakbonden staan overal sterk in de postdiensten. Nu moeten ze ook actie ondernemen om de vakbondsleden, de dienstverlening en de werkgelegenheid te verdedigen. We moeten aan de basis acties voorbereiden, maar deze moeten gecoördineerd worden op nationaal en Europees vlak. We moeten allemaal samen strijden, dat is waar vakbondswerking voor zou moeten staan.”

  • Schandalige patronale lock-out bij Godiva in Koekelberg

    Het personeel van chocoladefabrikant Godiva verzet zich al vijf weken tegen een herstructureringsplan waarmee de directie de verpakkingsafdeling in Koekelberg wil sluiten. De directie wil dat werk in onderaanneming geven om te besparen op de kosten en 90 van de 360 werknemers aan de deur te zetten.

    Verslag en foto’s door Boris

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Nood aan jongerenmarsen voor werk

    Volgens de Nationale Bank verdwenen in 2009 67.000 jobs in ons land en zal 2010 tot twee keer zo erg zijn. Dit jaar zullen we de kaap van 750.000 werklozen overschrijden, aldus een studie van het Instituut voor Duurzame Ontwikkeling. Dat zijn drieste recordcijfers.

    LSP steunt het idee van lokale jongerenmarsen voor werk en wil daarbij samenwerken met iedereen die dat wenst (organisaties en individuen). Daartoe stellen we voor om mobilisatiecomités op te zetten in de bedrijven, wijken en scholen om te bouwen naar een geslaagde en strijdbare lokale betoging.

    Onze eisen daarbij zijn:

    • Stop de jacht op de werklozen. Pak de werkloosheid aan, niet de werklozen!
    • Verdedig elke job, geen racisme. Nationalisatie van bedrijven die overgaan tot collectieve ontslagen!
    • Stop de onzekere minicontracten. Degelijke jobs voor iedereen met een minimumloon van 1500 euro netto!
    • Meer publieke middelen voor onderwijs: 7% van het bbp!
    • Verdeel het beschikbare werk: 32 urenweek zonder loonsverlies en met bijkomende aanwervingen!

    [/box]

    De arbeiders stonden woensdagochtend voor gesloten deuren. Ze werden daarvan niet verwittigd. Deze week moest slechts de helft van het personeel werken omwille van de Paasvakantie. Voor de directie telt enkel de winst en daarom had ze gedreigd met een lock-out vanaf komende maandag. Daarmee wou het reageren op de syndicale acties: stakingen, betogingen en langzaam aan acties op de werkvloer. De directie heeft haar dreigement vroeger uitgevoerd dan voorzien.

    Een honderdtal arbeiders van zowel de rode als de groene vakbonden protesteerden gisterenochtend voor de poorten van het bedrijf. Ze willen aantonen dat ze zich niet laten doen door de patronale intimidaties. Er werden slogans geroepen tegen de patroon – “Patroons zijn dieven en fraudeurs” – en oproepen om allemaal samen de strijd aan te gaan.

    De directie wil de acties van het personeel criminaliseren. In een persbericht stelde ze: “Gezien de escalatie die leidt tot geweld in de acties van het personeel in Brussel, hebben we geen andere keuze dan er onmiddellijk en tijdelijk de productie te stoppen.” De aanleiding voor de “escalatie” is het feit dat de directie 90 personeelsleden zomaar op straat wil gooien om de winsten te verhogen. Als het personeel daartegen in actie komt om de jobs te verdedigen, dan vindt de directie dat blijkbaar gevaarlijk en zelfs gewelddadig.

    De directie wil het verzet breken met een lock-out waarmee het tegelijk ook het stakingsrecht wil breken. Dit is niet de eerste provocatie van de directie. Er was al een procedure toen werd geweigerd om de lonen uit te betalen na een langzaam aan actie van het personeel (we publiceerden hierover een Franstalige video).

    In 2008 werd Godiva een filiaal dat volledig in handen was van Yildez, het moederbedrijf van de Turkse groep Ulker. Dat is een van de grootste voedingsbedrijven ter wereld en het produceert koekjes, chocolade, drank en andere producten. De groep Ulker realiseerde in 2008 met 30.000 werknemers een zakencijfer van 10,9 miljard euro. Sinds de overname van Godiva werd bekend gemaakt dat Ulker de kosten wereldwijd met 24 miljoen euro wil verminderen, uiteraard ten koste van het personeel. In 2010 wil de directie nog eens 10 miljoen euro besparen en daartoe moet de verpakkingsafdeling in Brussel weg.

    De acties van het personeel toonden de vastberadenheid. Ook bij Bayer en Inbev zagen we eerder hoe een vastberaden verzet tegen de dreiging van ontslagen of aanvallen op de lonen en arbeidsvoorwaarden, heeft geleid tot het intrekken van de plannen. Bij Inbev werden de vestigingen geblokkeerd en was er solidariteit doorheen het volledige bedrijf, zelfs tot in Sao Paolo in Brazilië.

    Ook bij Godiva is solidariteit nodig. 75% van de arbeiders van Godiva wonen in Brussel, velen in de buurt van de Basiliek van Koekelberg (de buurt waar Godiva is gevestigd). Dit is vlakbij enkele wijken waar de werkloosheidsgraad oploopt tot 70% onder de jongeren. Een nieuw sociaal drama bij Godiva zal die situatie enkel erger maken. LSP-Brussel en de campagne “jongeren voor werk” zijn in Koekelberg een solidariteitscampagne gestart met de arbeiders van Godiva.

  • Godiva: solidariteit organiseren!

    Net als bij Bayer en Inbev is het ook bij Godiva mogelijk om de directie haar plan te laten intrekken

    Sinds enkele weken probeert de directie van Godiva haar personeel in Koekelberg een herstructurering door het strot te rammen. Het doel is om 87 werklieden en 3 bedienden uit de verpakkingsafdeling aan de deur te zetten. Iedere vorm van onderhandeling wordt vakkundig vermeden, alternatieven voor het sociale bloedbad botsen op dovemansoren.

    Verslag van aan het piket bij Godiva op 8.4 door Nicolas (Brussel)

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Lees ook:

    • Schandalige patronale lock-out bij Godiva in Koekelberg
    • Fotoreportage vanop het piket bij Godiva
    • Godiva – solidariteitscampagne in Koekelberg

    Als we er de media op nalezen, valt het op dat (waar er al aandacht is voor dit conflict) de visie van de directie overal aan bod komt. De directie omschrijft de vestiging in Koekelberg als een bedrijf dat wordt gegijzeld door de arbeiders. De acties van het personeel zouden de toekomst van de vestiging bedreigen.

    De acties van het personeel zijn nochtans meer dan gerechtvaardigd. De afgelopen vijf weken werden al twee stakingsdagen gehouden. Er werden ook vertragingsacties gehouden op de werkvloer. Sinds een week worden alle leveringen naar buiten uit en de toevoer van grondstoffen geblokkeerd. Dinsdag kwam de politie naar het bedrijf en werd de identiteit gecontroleerd van een aantal arbeiders die vooraan staan bij de acties. Er is sprake van een heuse criminalisering vanwege de directie.

    Sinds woensdag wordt nog een stap verder gegaan en heeft de directie eenzijdig de poorten gesloten. Met deze lock-out wordt het de arbeiders onmogelijk gemaakt om te werken. Het doel is een aanval op het stakingsrecht en op de mogelijkheid van collectieve actie. Een lock-out georganiseerd door een directeur in een of ander bureautje heeft overigens niets gemeen met een staking die wordt gedragen door de meerderheid van het personeel. Een lock-out is geen collectieve actie, eerder een individuele wanhoopsdaad.

    Sinds woensdagochtend staat het personeel voor de deuren van de fabriek in Koekelberg om te protesteren tegen de lock-out en om te vermijden dat de directie de gelegenheid aangrijpt om de aanwezige stocks leeg te halen.

    Deze morgen aan het piket hoorden we de andere kant van het verhaal. De arbeiders zeggen ons dat de vakbonden sinds de aankondiging van het herstructureringsplan steeds “de dialoog hebben opgezocht”, maar “de directie hield voet bij stuk en blokte iedere onderhandeling af.” “De directie respecteert niet eens de procedure die wordt voorzien door de wet Renault. Sinds de aankondiging van het herstructureringsplan, zoekt de directie steeds de confrontatie op. De arbeiders worden het mes op de keel gezet met een reeks van individuele intimidaties. Dat blijkt nu opnieuw met het stopzetten van de productie door een lock-out.”

    “Vandaag wil de directie ons met dit plan laten betalen voor haar fouten, problemen en de schulden van het bedrijf. Zij willen hun winsten opdrijven op onze kap door steeds meer productie in onderaanneming te plaatsen.” Godiva is geen alleenstaand geval. Ook elders zien we dat de winsten van een minderheid centraal staan en ten koste gaan van de belangen van de meerderheid van de bevolking, de werkenden. De strijd van het personeel bij Godiva mag dan ook niet geïsoleerd blijven.

    Deze morgen namen onze militanten het initiatief om in de wijk rond het bedrijf een solidariteitscampagne te voeren. We verdeelden bij buurtbewoners en winkeliers affiches met de slogan “Alle jobs verdedigen. Solidariteit met de arbeiders van Godiva”. Wij nodigen iedereen uit om die campagne te ondersteunen.

    De arbeiders van Godiva hebben 24 uur op 24 een piket geplaatst voor het bedrijf. Aarzel niet om hen een bezoekje te brengen om je solidariteit te betuigen. Bij Inbev hebben we gezien dat arbeiders in strijd de steun en solidariteit van de bevolking kunnen organiseren en dat dit effect heeft. Dat speelde bij Inbev samen met de internationale solidariteit een belangrijke rol.

    Drie kwart van de arbeiders van Godiva wonen in Brussel. In een aantal wijken rond Godiva loopt de jongerenwerkloosheid op tot 70%. Veel jongeren die wel werk vinden, komen in een onzekere werksituatie met een tijdelijk en superflexibel contract. Ook bij Godiva is dat overigens het geval – tussen augustus en december worden er ieder jaar jongeren aangeworven om de grotere vraag naar chocolade in de eindejaarsperiode en rond Valentijn op te vangen. Na de feesten worden die jongeren bij het restafval gezet.

    Het zou nuttig zijn om de solidariteit te versterken en bijvoorbeeld te gaan naar een solidariteitsbetoging in Koekelberg. Dat zou nuttig zijn voor een mobilisatie in andere bedrijven van de voedingssector maar ook om de lokale wijkbewoners te mobiliseren. Alle jobs verdedigen, solidariteit met de arbeiders van Godiva!

    Wat kan je doen?

    • Het piket een bezoek brengen. Dat kan 24/24u. Adres: Jetsesteenweg 1081, Koekelberg. Metro: Simonis
    • Onze affiche voor je raam hangen of op je auto
    • De solidariteitscampagne financieel ondersteunen: 001-2260393-78 met melding ‘solidariteit Godiva’. Meer info over de solidariteitscampagne kan je krijgen via info@socialisme.be

    [/box]

  • De loonnorm voor de topmanagers in 2009 bedroeg 23,4%…

    Onze lonen mogen niet stijgen omdat dit de concurrentiepositie van de bedrijven zou ondermijnen. De lonen van de topmanagers daarentegen moeten stijgen om concurrentieel te zijn tegenover andere topmanagers. 2009 was voor hen alvast een goed jaar. Hier geen gevolgen van de wereldwijde crisis die ook in ons land tienduizenden in de werkloosheid heeft geduwd.

    De bekendmaking van de lonen van de managers van de Bel-20 bedrijven komt aan als een schok. Soms zeggen cijfers meer dan uitgebreide analyses of standpunten. Gisteren protesteerde het ACW nog tegen de groeiende inkomensongelijkheid. Vandaag wordt die ongelijkheid in enkele veelzeggende cijfers aangetoond.

    De best betaalde topmanagers in 2009 was niemand minder dan Carlos Brito van AB Inbev. Die kreeg een mooie bonus van 6,14 miljoen euro waardoor hij aan een totaal van 7,37 miljoen euro kwam. Dat dit overeenkomt met ruim 200 gewone arbeiders met een bruto maandloon van 2500 euro, versterkt enkel het cynisme van de intussen ingetrokken besparingsplannen waarbij zowat 300 personeelsleden moesten vertrekken. Als Inbev wil besparen, moet het misschien eens aan de 7,37 miljoen euro van Brito denken.

    De tweede op de lijst is Albert Frère (GBL), een van de rijkste Belgen die blijkbaar nooit genoeg heeft. In 2009 kreeg hij van GBL 3,9 miljoen euro. De arme Frère moest inleveren in vergelijking met 2008, toen kreeg hij nog 4,3 miljoen euro en was hij de nummer 1. Het gemiddelde loon van een topmanager van een Bel-20 bedrijf was 2,27 miljoen euro, dat is 23,4% meer dan in 2008. Toen werd 16% ingeleverd als gevolg van de crisis, maar voor de managers is de crisis intussen voorbij.

    De top 10 van de best betaalde managers ziet er als volgt uit:

    1. Carlos Brito (AB Inbev): 7.374.412 euro
    2. Albert Frère (GBL): 3.929.987
    3. Roch Doliveux (UCB): 3.395.027
    4. Gérard Mestrallet (GDF Suez): 3.338.493
    5. Pierre-Olivier Beckers (Dehlaize): 3.040.00
    6. Didier Bellens (Belgacom): 2.403.386
    7. Gilles Samyn (CNP): 1.850.787
    8. Duco Sickinghe (Telenet): 1.561.759
    9. Jef Colruyt (Colruyt): 1.527.600
    10. Christian Jourquin (Solvay): 1.515.806

    Bekaert-manager Bert De Graeve valt net buiten de top 10. De 15 managers waarvan de lonen bekend werden gemaakt, zijn samen goed voor 34,14 miljoen euro. Deze 15 verdienen evenveel als 1.000 gewone arbeiders (aan een brutomaandloon van 2500 euro met een dertiende maand en vakantiegeld) of als 4.000 mensen die van een leefloon afhankelijk zijn.

    Voor zichzelf leggen de managers geen loonnorm op, voor hun personeel kan de loonnorm niet laag genoeg zijn. Misschien moeten de vakbonden bij de interprofessionele onderhandelingen in het najaar ook maar eens een loonnorm conform het niveau van de managers eisen?


    > Hier vind je een handig overzicht op de website van L’Echo

  • Acties bij Carrefour gaan verder – nieuwe plan directie volstaat niet

    In het paasweekend werd Carrefour getroffen door een omvangrijke staking. Van de 117 winkels in eigen beheer, bleven er 38 dicht. Zowel vrijdag als gisteren werd eveneens gestaakt in een beperkt aantal vestigingen. De woordvoerder van Carrefour verklaarde begrip te hebben voor de acties in de bedreigde winkels, maar niet in de andere vestigingen. Hij benadrukte tevens dat er zowat 600 Carrefour-winkels openbleven, plots hoorden de 508 franchisewinkels er opnieuw bij voor de directie.

    Carrefour wil 21 winkels sluiten, waarvan 14 hypermarkten. Het feit dat de staking van afgelopen zaterdag zich niet beperkte tot deze winkels was belangrijk. Indien Carrefour er in slaagt om de geplande herstructurering door te voeren, zal dit niet alleen gevolgen hebben voor het personeel dat moet verdwijnen. Ook wie blijft, zal er slechter aan toe zijn met een aanval op de lonen en arbeidsvoorwaarden. Dit maakt deel uit van de nooit stoppende neerwaartse spiraal als het gaat om lonen en arbeidsvoorwaarden.

    Een overstap naar een goedkoper paritair comité zal de lonen onder druk zetten bij Carrefour, maar ook bij de “concurrenten”. Wat zal de reactie van Colruyt of Aldi zijn op de dalende lonen bij Carrefour? Deze bedrijven staan nu al bekend om hun bespaarwoede – bij Colruyt zijn er zelfs 100 “werkvereenvoudigers” die erop toezien dat geen “onnodige” kosten worden gemaakt (zo zijn er geen deksels meer op toiletten in Colruytgebouwen – een WC-bril volstaat en een deksel is een nodeloze kost). Dat geldt zowel voor de infrastructuur als voor het personeel.

    Bij Carrefour wil de directie de winkels in ons land saneren. Het oudere personeel moet weg wegens te duur en teveel georganiseerd in vakbonden. Van de meer dan 600 winkels zijn er nog amper 117 in eigen beheer. De rest is overgenomen door franchisehouders die elk tot eigen specifieke besparingen overgaan om de winsten op te drijven – verdeel en heers noemen we dat.

    De directie voert de druk op het personeel op. Topman Lavinay klaagde over de dalende omzet als gevolg van de onzekerheid bij personeel en klanten. De Tijd schreef hierover “Het water staat Carrefour aan de lippen” om vervolgens te melden dat het nieuwe voorstel van de directie “een laatste poging” was om de vakbonden mee in bad te trekken met de besparingen. De directie kondigde namelijk aan dat er negen van de 21 met sluiting bedreigde winkels zouden kunnen openblijven indien ze worden overgenomen door de groep Mestdagh of omgevormd tot winkels in franchise. Dit zou 650 jobs kunnen redden.

    De patronale druk werd ook versterkt met het eerder opgedoken argument van een mogelijk vertrek van Carrefour uit ons land. In Portugal vertrekt Carrefour effectief – daar wordt de keten Minipreço te koop gezet en werden eerder 12 hypermarkten en 8 tankstations verkocht. In ons land zijn we zeker nog niet zo ver. Een verkoop van Carrefour is niet uitgesloten – de mogelijkheid dat het Franse bedrijf destijds GB heeft opgekocht om het vervolgens duurder te kunnen doorverkopen, wordt door velen als reëel ingeschat. De geplande sanering dient dan om de verkoopprijs verder op te drijven door de winstmaximalisatie te versterken. Was het plan om slechts 12 winkels te sluiten de oorspronkelijke bedoeling van de directie?

    Er is een nieuw overleg gepland op 12 april. Intussen worden nieuwe acties gepland, maar blijft dit wat afhankelijk van winkel tot winkel. Het zal er op aankomen om het protest een te maken en uit te breiden naar alle personeel en klanten. Samen staan we sterk in het verzet tegen de arrogante directie van Carrefour.

    Enkele foto’s van het piket in Mechelen-Noord afgelopen zaterdag

  • Hoe een werkmens tegenover de crisis staat…

    Voor patroon is crisis “net plezant” – Een reactie door één van zijn arbeider

    Gelezen in Trends van 11 maart laatstleden: een opvallende kop van een artikel: "De crisis is net plezant." Op het eerste gezicht denk je aan een uitspraak van een of andere grappenmaker ofwel iemand die het cynisch bedoelt, want je lacht toch niet met de miserie van een ander?

    Reactie door een arbeider van de ECHO-groep

    Maar nee, bij verdere lectuur blijkt dit SERIEUS bedoeld te zijn; het gaat om een uitspraak van een COO die binnenkort CEO zal worden van het bedrijf ECHO Houthalen, een producent van betonnen vloerelementen.

    Voor de analfabeten onder ons die niet weten wat die ‘dure’ termen betekenen: COO staat voor “chief operational officer” en CEO voor “chief executive officer”. En daarmee is de toon gezet van het artikel: eigenwaan en zelfoverschatting geven de teneur aan.

    Op het moment dat u dit leest had al een nieuwe productie-eenheid moeten opgestart zijn te Genk. Of zoals men het plastisch uitdrukt: “marktaandeel blijven veroveren als de economie op haar gat ligt”. Dit moet allemaal kunnen want “in Belgie verwachten we eind dit jaar al een opflakkering.”

    Mooi, maar wat niet in het artikel staat: die Genkse eenheid (waar een investering van 20 a 25 miljoen euro mee gemoeid is) zal ten spoedigste op volle toeren moeten gaan draaien of dat innovatieve geoptimaliseerde productie-apparaat sleurt de rest van de groep mee naar beneden. Want de vooruitzichten (“forecasts” met alweer een ‘duur ‘ woord) laten een heel ander beeld zien dan een ‘opflakkering’ , in die mate dat degenen die de echte cijfers onder ogen hebben stilaan klamme handjes beginnen te krijgen.

    En dan hebben we het nog niet over de concurrentie die ook niet stilzit en – o toeval ! – eveneens een nieuwe productie-eenheid AL OPERATIONEEL HEEFT, met – alweer toeval zeker? – hetzelfde soort voorgespannen vloerelementen voor hetzelfde marktsegment en … hetzelfde afzetgebied. Als twee honden vechten om een been (dat dan nog kleiner wordt ook)… dan loopt niet de derde ermee heen , maar gaat iemand anders de prijs moeten betalen. Twee keer raden wie.

    Het antwoord kunnen we zo lezen: “onlangs hebben we bijvoorbeeld een herstructurering moeten doorvoeren waarbij uiteindelijk twee naakte ontslagen zijn gevallen. Aanvankelijk vond ik dat NIET GENOEG” (nadruk zelf aangebracht). Geen woord over de andere ontslagen op Echo (brugpensioen …). Deze situatie is overigens al voorbij gestreeft: op Trilco (een dochter) vielen in november VORIG JAAR al 4 “naakte” ontslagen.

    Dat alles toch niet zo simpel is, blijkt uit het feit dat men met twee externe adviseurs werkt (kwestie van ” begeleiding te hebben in de strategievorming in lijn met de corporate governance – regels" – u volgt toch nog?)

    Op het eind van het artikel wordt het pas echt interessant als het gaat over de visie over ondernemerschap en de relatie werknemer – werkgever. Een bloemlezing: “van de ondernemers wordt heel veel flexibiliteit gevraagd. Maar als wij op onze beurt flexibiliteit verlangen van de werknemers dan is dat blijkbaar te veel gevraagd”, of nog over het eenheidsstatuut: “als de vakbonden krjigen wat ze willen – het beste van de twee werelden – dan betekent dat een serieuze opdoffer voor de Belgische ondernemers . Dan wordt het voor ons onbetaalbaar.” En nog: “In België denken de werknemers dat ze zo veel mogelijk moeten krijgen door zo weinig mogelijk te werken”. Daar heb ik nog niet veel van gemerkt. Van het onderwijs heeft de topman geen hoge dunk: “Je diploma krijg je toch, wat je ook doet." Bovendien zijn jongeren verwend, een goed loon volstaat niet. “Als ze het niet graag doen, doen ze het niet,” klaagt de ondernemer. Bovendien ligt de lat te hoog: “ze beseffen niet wat ze zeggen.” Dat komt dan van een topman die ervan uitgaat dat het voor het werkvolk alleen om het geld te doen is terwijl de werkenden liever lui dan moe zouden zijn – “zoveel mogelijk verdienen voor zo weinig mogelijk werken.” Over de eigen toplonen wordt zedig gezwegen.

    De politici krijgen ook een veeg uit de pan. “De overheid kijkt niet op een miljard meer of minder; het interesseert hen blijkbaar niet." Dat is niet verwonderlijk, want die politici zijn “allemaal interimmers, over een paar jaar zitter er alweer allemaal andere.” Dat het om liberale politici gaat die de meningen van de ondernemer delen en evenzeer pleiten voor meer flexibiliteit en interimarbeid, lijkt de COO (en toekomstige CEO) te ontgaan.

    Het grootste venijn zit zoals wel meer gebeurt, in de staart. Het slot van het artikel maakt duidelijk wat de COO wil doen: “We gaan het anders moeten aanpakken, efficiënter worden. Het nadeel is natuurlijk dat het arbeidsplaatsen kost." Daar maakten wij arbeiders ons al geen illusies meer over: wij gaan de prijs moeten betalen en niemand anders. Jobverlies bij onze makkers, meer flexibiliteit,… het dient allemaal om het voor de portefeuille van de bazen “plezant” te maken.

  • Studie CPS bevestigt hoge werkdruk treinbestuurders

    Studie CPS bevestigt hoge werkdruk treinbestuurders

    Zelfs na de ramp van Buizingen bleef de spoorwegtop ontkennen dat de hoge werkdruk nefast is voor de veiligheid. Descheemaecker ontkende zelfs de toename op zich. Meer nog, een dag na dit drama zei hij doodleuk op Ter Zake dat we nog flexibeler zullen moeten werken.

    Artikel vanop libreparcours.blogspot.com

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Ter illustratie

    Een treinbestuurder mag maximum 7 opeenvolgende dagen werken. Tussen twee diensten moet er minimum 14 uren interval zitten. Dit kan teruggebracht worden naar 12u in uitzonderlijke gevallen van bestuurders die in een reeks zitten of bij specifieke gevallen van overmacht. Bij "uitslapen" wordt dat amper 8 uur.

    Bijvoorbeeld: een internationale goederenbestuurder kan om 23.00 zijn dienst aanvatten en om 07.00 op zijn eindbestemming in het buitenland aankomen. Slechts 8 uur later kan hij alweer ingezet worden, om 15.00 dus. In die 8 uur moet hij zich ook nog verplaatsen van en naar het hotel, eten, slapen, zich wassen…

    Een slecht gekozen term dus, van ‘uitslapen’ is er absoluut geen sprake. Bovendien doet hij eerst een ‘nacht’ en acht uur later al een ‘late’. In één etmaal gaat hij van het ene uiterste in het andere en verzet hij twee shiften.
    [/box]

    Onderzoek: treinbestuurders meer recuperatietijd nodig

    Op woensdag 31 maart 2010 kwam de Bijzondere Commissie Spoorwegveiligheid opnieuw samen. Ditmaal werd o.a. CPS (Corporate Prevention Services) gehoord. Dit orgaan werd in 1968 door de NMBS opgericht als interne geneeskundige dienst. Vandaag is het een externe preventiedienst.

    CPS lichtte een onderzoek naar de psychosociale belasting van treinbestuurders toe. Wat in het oog springt, is dat machinisten meer tijd nodig hebben om te recupereren na een werkdag. De impact van de flexibele werkuren op het bioritme is enorm. Dit herstellen duurt lang. Eén derde (35%) van de bestuurders heeft na een dienst extra tijd nodig om te bekomen. Dat is meer dan bij andere beroepscategorieën.

    De betrokkenen hadden hiervoor geen studie nodig en eisen al jaren een ‘humanisering’ van de diensten, zeg maar ‘ontbeestelijking’. Toch is het fijn dat dit nu ook erkend wordt door een onafhankelijke instantie.

    Louter vrijblijvend advies

    CPS stelt dat er meer aandacht moet zijn voor de ‘herstelbehoefte’ in de preventieve actieplannen. De verschillende Comités Preventie en Bescherming op het Werk hebben een jaaractieplan met prioriteiten. ‘Slaaphygiëne’ is er één van. Er wordt echter enkel gekeken naar de individuele discipline, niet naar de uiterst onregelmatige arbeidsregimes of de werkdruk.

    Het CPS geeft slechts advies. Het is onwaarschijnlijk dat de directie die het probleem ontkent nu plots wel gevolg zal geven aan deze bevindingen. Het komt er op aan om deze conclusies in de veiligheidscomités te vertalen naar concrete maatregelen. Een uitdaging voor de afgevaardigden van ACOD Spoor en ACV Transcom. Maar ook voor hun organisaties, want met het lief te vragen zullen we weinig bekomen.

  • 89 ontslagen en 142 tijdelijken weg bij Schering-Plough (Heist-Op-Den-Berg) en Sentipharm (Boortmeerbeek)

    Op 11 maart werden alle werknemers van Schering-Plough en Sentipharm samengeroepen voor een verslag van een speciale ondernemingsraad. Schering-Plough is een farmaceutisch bedrijf in Heist-O/D-Berg en Sentipharm is het bijbehorende distributiebedrijf in Boortmeerbeek. Beiden maken sinds kort deel uit van de Merck-groep.

    Door een werknemer van de Merck-groep

    In dit verslag werden door de directie verscheidene redenen gegeven voor de kostenbesparingen die momenteel gaande zijn in de hele farmaceutische industrie. Deze redenen zijn: het vervallen van patenten, concurrentie van generische geneesmiddelen, strengere overheidseisen en lagere verkoopsvolumes wegens de economische crisis.

    Verder bleek volgens de directie uit een vergelijkende studie dat Schering-Plough slecht scoorde op verschillende vlakken: de loonkosten zijn te hoog, de productiviteit is te laag en de kost per product is te hoog. Hierdoor heeft de directie besloten om tegen 2012 een kostenbesparing door te voeren van 26,8 miljoen euro. Concreet zal dit leiden tot het ontslag van 89 werknemers met een vast contract en het niet verlengen van 142 tijdelijke contracten.

    De ware reden voor deze ontslagen ligt dieper. In 2009 werd Schering-Plough overgenomen door Merck voor een kostprijs van 41 miljard euro. Als resultaat van deze overname werd bekendgemaakt dat wereldwijd 15.000 werknemers zouden moeten afvloeien. Om dit te bereiken speelt de Merck-directie al zijn plants tegen elkaar uit om te kijken wie de meeste inspanning wilt doen. M.a.w. wie zoveel mogelijk wil produceren met zo weinig mogelijk middelen.

    Het is mijn vaste geloof dat Schering-Plough Heist-O/D-Berg en Sentipharm Boortmeerbeek tot de beste bedrijven binnen de groep behoren. Binnen Schering-Plough werd Heist altijd als één van de topsites aangeduid. Buiten de VS is dit de grootste productiesite van Schering over heel de wereld. Het is ook treffend dat vlak voor dit nieuws door de topman van Merck aan Yves Leterme werd verkondigd dat Heist één van de beste sites ter wereld is. Ik geloof dus dat de aandeelhouders van Merck zo snel mogelijk hun kapitaal van de overname willen terugverdienen op de rug van de werknemers.

    Binnen Schering-Plough Heist werken momenteel 965 personen en bij Sentipharm 124 personen, waardoor het de grootste werkgever in deze regio is. Het vertrekken van 231 werknemers betekent een verminderen van de werknemers met 25%. Toch wordt van de overblijvende werknemers verwacht dat zij meer gaan produceren. Dit is een onlogische situatie. Vooral gezien de werkdruk in sommige afdelingen al vrij hoog was. Ik vrees dan ook dat de werkdruk voor sommigen onmogelijk hoog zal worden en dat de kwaliteit van onze producten daardoor zal dalen.

    Het klopt ook niet met de trend van de voorbije jaren waarbij het aantal werknemers steeds steeg. In 2000 waren er nog maar 424 werknemers, tegen 2009 waren dit er 1132. Men kan dan ook al opmerken dat er tussen 2009 en de aankondiging van de besparingen reeds 40 werknemers “afgevloeid” zijn. Het aantal geproduceerde eenheden op deze site is de laatste 15 jaar verdubbeld. Men kan dus moeilijk zeggen dat het bedrijf niet rendabel is, of dat de werknemers niet hard genoeg werken.

    Door het collectieve ontslag valt ons bedrijf onder de wet Renault. Momenteel is de informatieronde van directie en vakbonden nog steeds aan de gang. Alle werknemers zitten in de grootste onzekerheid over hun toekomst wat de stress op het werk en thuis zienderogen verhoogt. Als deze situatie nog maanden blijft aanslepen, zal de emotionele druk voor sommige mensen teveel worden.

    Dit is het zoveelste bedrijf dat het excuus van de economische crisis gebruikt om besparingen op de kap van het personeel door te voeren.

  • Website syndicale vrijheden

    Er is een vernieuwde website rond syndicale vrijheden en het stakingsrecht opgezet door delegees en militanten. Het doel van de website is om de bescherming van delegees en de verdediging van het stakingsrecht te versterken. Vandaag wordt teveel slechts geval per geval gereageerd, zonder enig eengemaakt en duidelijk offensief voor de verdediging van onze rechten. De website inzake syndicale vrijheden biedt informatie aan en tevens een platform – een syndicaal pact – dat kan worden ondertekend. LSP juicht dit initiatief toe.

    Voorstellingstekst van de website

    >> syndicaal-pact-syndical.be

    Dagelijks staan delegees in de bres voor de verdediging van tewerkstelling, koopkracht, sociale rechten en openbare dienstverlening. Het is niet nieuw dat patroons proberen die “lastige” delegees opzij te schuiven., de economische crisis heeft dit echter wel versterk. Gespecialiseerde advocatenbureaus worden onder de arm genomen om delegees af te danken. Een strategie die VOKA recent gebruikte door op Zaventem een handleiding uit te delen om stakingen te breken.

    Vakbondswerk is veelal vrijwilligerswerk. Op onze arbeidsplaats trachten wij als afgevaardigde dagelijks onze collega’s bij te staan of te beschermen. Maar ook buiten het eigen bedrijf binden wij de strijd aan met het onrecht rondom ons. Veelal in onze vrije tijd, voor en na de uren. De rechten van onze collega’s beschermen, daar doen wij het voor. Daarom zijn wij delegee geworden.

    Daar waar strijd gevoerd wordt door een syndicale afvaardiging, probeert men onze syndicale vrijheden te breken. Daar moet solidariteit centraal tegenover komen te staan want een delegee die wordt ontslagen, of een staking die men tracht te breken, is een probleem van ons allemaal.

    Al jaren zijn wij binnen de vakbonden op zoek naar methodes om ons tegen deze aanvallen te verweren. Juristen leveren hier baanbrekend werk, maar ook zij zeggen steeds weer hetzelfde als er wordt gevraagd wat te doen. ” Het is door strijd dat jullie het recht van de syndicale vrijheden moeten opeisen”.

    En die strijd zullen wij samen moeten voeren!

    Het hart van de vakbond zijn de militanten die zich dag in dag uit inzetten voor anderen. Laat hen dan ook niet in de kou staan wanneer zij problemen hebben en zorg ervoor dat ze hun collega’s kunnen blijven verdedigen.

    De vakbondsstructuren zijn zich wel bewust van de ernst van deze problematiek maar we merken toch dat de hoogdringendheid slechts wordt ingezien wanneer een afdeling of gewest echt in de feiten wordt geconfronteerd met een aanval op de syndicale vrijheden en het dus nog steeds een beetje een “ieder voor zich”verhaal blijft en het te laat is voor een collectieve reactie.

    Daarom stellen wij op de volgende twee bladzijden stellen wij een “inter-syndicaal pact” voor, over de grenzen van vakbonden, gewesten of verbonden en centrales heen

    Als je dit willen ondersteunen dan vragen wij je om dit te laten weten via het mail adres van de syndicalevrijheden@gmail.com

    Wij willen dan ook vragen om dit pact door te sturen naar iedereen die jullie kennen binnen de syndicale wereld. En breng dit pact ter discussie binnen jullie bestuursorganen.

  • Onderhoudspersoneel Sidmar staakt

    Bij ArcelorMittal (Sidmar) in de Gentse haven werd door een honderdtal personeelsleden van de onderhoudsdienst gestaakt. Bij Sidmar verdwijnen tegen 2011 een duizendtal jobs via natuurlijke afvloeiingen. In 2009 verdwenen er al 500 jobs. Nu de productie opnieuw op een hoger ritme draait, brengt dat problemen mee voor het personeel. Bij het onderhoudspersoneel werd daarom het werk neergelegd als protest tegen de grote werkdruk.

    Door een arbeider

    In veel grote bedrijven is er als gevolg van de crisis geen of slechts een kleine stock aanwezig. Ook bij Sidmar in Gent is dat het geval. Waar er een hele tijd amper werk was en ploegen hun shift moesten invullen met nutteloos kuiswerk, is er nu een grote werkdruk bij de arbeiders in de staalproductie.

    Het slechte management van Sidmar heeft ook andere gevolgen. Als er weinig wordt geproduceerd, is er ook minder onderhoud nodig. De onderhoudsploegen draaien op minimumbezetting. Het feit dat een deel van het onderhoudswerk is uitbesteed aan externe bedrijven en de beperking van de veiligheidsopleiding zijn daarbij elementen die storend zijn voor het onderhoudspersoneel. Woensdagnacht leidde dat tot een staking die ook op donderdag werd verder gezet.

    Deze staking werd niet gevolgd door het productiepersoneel. Maar ook daar zijn er problemen. Bij Sidmar wil het management slechts 80% van het personeel met vaste contracten te werk stellen. Hierdoor zijn er veel interimmers en werden al mensen afgedankt. Sommigen zien hun contract niet verlengd worden, maar worden nadien wel terug aangeworven met een interim-contract. Zo’n contract brengt natuurlijk veel onzekerheid mee voor zowel de arbeider die met zo’n contract werkt als de ploeg, van de ene dag op de andere kan een vierde van je ploeg worden afgedankt. Dat zou de werkdruk uiteraard doen toenemen.

    De onzekerheid op de werkvloer is groot, ondanks een relatief grote vraag naar producten (er wordt ook voor bvb Opel Antwerpen nog heel wat gewerkt). Deze onzekerheid is het resultaat van het wanbeleid van de managers die enkel op winstmaximalisatie uit zijn. Een planmatige aanpak van de economie zou overproductie en onderproductie vermijden en zou voor werkzekerheid zorgen in de plaats van de twijfel en onzekerheid onder het personeel te laten woekeren.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop