Tag: coronavirus

  • Kunnen we nog van dit soort pandemieën verwachten?

    Meer dan de helft van de mensheid zit in lockdown als gevolg van de huidige pandemie, die volgt op kleinere maar niettemin dodelijke epidemieën zoals het Zika-virus in Latijns-Amerika (2016), Ebola in West-Afrika in 2013, het Middle East Respiratory Syndrome (MERS) sinds 2012 en Severe Acute Respiratory Syndrome (SARS) in 2002-2003. Moeten we ons voorbereiden op nieuwe pandemieën?

    De Wereldgezondheidsorganisatie waarschuwde in september 2019: “Het risico van een wereldwijde pandemie neemt toe en de wereld is er niet klaar voor.” De WHO baseerde zich op de ervaring met de Spaanse griep van 1918 en bevestigde dat de noodzakelijke elementen voor het ontstaan van een wereldwijde pandemie aanwezig waren:

    • een zeer besmettelijke, variabele en virulente virale stam;
    • massale verplaatsingen over de hele wereld op dezelfde manier als in de nasleep van de Eerste Wereldoorlog;
    • een slechte hygiënische, voedings- en medische omgeving die bevorderlijk is voor de dood door complicaties als gevolg van infecties.

    Maar net als de rapporten van klimaatwetenschappers zijn deze studie en de praktische conclusies ervan (inclusief de vraag naar enorme investeringen in de gezondheidszorg) genegeerd.

    Een steeds groter risico

    Covid-19 is een “zoönotische ziekte”, die wordt overgedragen van dieren op mensen. Andere voorbeelden van zo’n ziektes zijn tuberculose, hondsdolheid, toxoplasmose, malaria … Volgens het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) heeft 60% van de infectieziekten bij de mens deze oorsprong. Maar dit cijfer stijgt tot 75% voor “opkomende” ziekten: ebola, hiv, vogelgriep, SARS, Zika, enz. Dit is vooral te wijten aan de vernietiging van de biodiversiteit en de ecosystemen, aldus het UNEP in 2016. Dit is in het bijzonder zo in tropische gebieden die worden vernietigd om plaats te maken voor intensieve industriële monoculturen of intensieve industriële veeteelt. Daarbij komt nog het smelten van Permafrost als gevolg van de klimaatverandering, wat de zorgwekkende kwestie van de reactivering van fossiele virussen en bacteriën, die momenteel in de bevroren ondergrond zitten, oproept.

    Alles wijst erop dat de frequentie van het ontstaan van nieuwe besmettelijke agentia zal toenemen, met het risico van terugkerende pandemieën. Aan de andere kant is luchtvervuiling een verzwarende factor voor aandoeningen van de luchtwegen. De verspreiding van Covid-19 zou sterk zijn bevorderd door de luchtvervuiling en meer bepaald door fijn stof dat zeer aanwezig is in de vervuilde gebieden van Wuhan, maar ook in Noord-Italië.

    De conclusie die zich opdringt, is dat we het functioneren van onze gezondheidszorg, wetenschappelijk onderzoek, internationale samenwerking en, meer fundamenteel, de economische productiewijze, volledig moeten herbekijken. Dit vereist de omverwerping van het kapitalistische systeem.

  • Covid-19 crisis verscherpt ongelijkheid en repressief migratiebeleid

    Actie op 7 mei aan de Financietoren in Brussel. Foto: Collectif Krasnyi

    Het kapitalisme kan niet voldoen aan de behoeften van migrerende werkenden en hun gezinnen

    Het neoliberaal beleid van de afgelopen 30 jaar heeft geleid tot een nooit geziene ongelijkheid. De pandemie maakt daar geen einde aan, maar verscherpt integendeel de bestaande tekorten en tegenstellingen. De Covid-19 crisis toont het onvermogen van dit systeem om tegemoet te komen aan de noden van de armsten, migranten en hun gezinnen.

    Dossier door Pietro (Brussel)

    Op woensdag 7 mei, midden de pandemie in Malta, werden een vijftigtal schipbreukelingen teruggeduwd toen hun boot al in de zone onder jurisdictie van deze EU-lidstaat was binnengevaren. (1) Uit een gedetailleerd onderzoek van de New York Times (2) blijkt dat de Maltese regering drie private boten charterde om migranten op de Middellandse Zee te onderscheppen en terug te sturen naar Libië, ondanks de wereldwijde gezondheidscrisis. Deze operatie begon al in april.

    De Maltese regering waarschuwde dat ze niet langer kon garanderen dat schipbreukelingen zouden gered worden of dat ze op het land zouden mogen komen. Het argument daarvoor was dat alle middelen nodig waren voor de strijd tegen Covid-19. Zo ziet het Europese migratiebeleid er dus uit in tijden van corona.

    Dodelijk beleid van de EU

    De EU-lidstaten hebben op 27 maart besloten hun militaire schepen in het kader van de operatie ‘Sophia’ in de Middellandse Zee minstens tijdelijk terug te trekken. Sinds 2015 hebben deze boten het leven van zo’n 45.000 migranten gered.

    Door de toename van infecties in Afrika en het Midden-Oosten zullen migranten hun land blijven verlaten. Dit brengt het risico met zich mee op besmettingen in de enorme vluchtelingenkampen. In die kampen zitten mensen onder vaak erbarmelijke omstandigheden samengepakt, zonder basishygiëne of medische hulp. Een cijfer om dit te illustreren: in de Griekse kampen zitten momenteel meer dan 40.000 migranten, terwijl ze officieel slechts plaats hebben voor 7.000 personen. Bijna een derde van de mensen in de kampen is minderjarig, aldus de UNHCR.

    Hoewel de Europese leiders weigeren te investeren in het veiligstellen en regulariseren van het leven van de migrantenbevolking, is er geen gebrek aan concrete regelingen om te voorkomen dat migranten de Europese Unie bereiken. Hun idee is om de praktijk van terugduwen (of “push back”) van asielzoekers te verbreden, onder meer door gebruik te maken van privébedrijven.

    In plaats van de bescherming van migranten tijdens de gezondheidscrisis te eisen, vormen de inperkingsmaatregelen die door de Covid 19-pandemie zijn opgelegd een nieuw voorwendsel om niet alleen de EU-grenzen verder af te sluiten, maar ook om tienduizenden migranten in Europa op te sluiten in kampen die ongezond zijn en de ontwikkeling van de epidemie kunnen bevorderen.

    De autoriteiten dwingen de opsluiting van vluchtelingen in kampen in Griekenland af, met name in de overvolle “hotspot” van Moria op het eiland Lesbos, terwijl de Italiaanse en Maltese havens gesloten zijn en er in het centrale deel van de Middellandse Zee nog maar één reddingsboot actief is. Het aantal scheepswrakken en bijhorende doden neemt toe.

    Het kapitalistische systeem – met zijn oorlogen, zijn uitbuiting en zijn vernietiging van de natuur, die onder andere tot gevolg heeft dat wereldwijde pandemieën zoals die van COVID-19 worden versterkt – dwingt miljoenen mensen om hun land te ontvluchten.

    Racisme als wapen tegen COVID

    Van bij het begin van deze gezondheidscrisis was er racistische propaganda. Het leidde tot geweld tegen Chinezen of andere ‘Aziatische’ mensen in Frankrijk, Duitsland, Italië, Groot-Brittannië, Rusland, de VS en elders.

    Extreemrechts valt nu migranten en vluchtelingen aan met Covid-19 als excuus, vooral in Griekenland. Binnenkort zal het ongetwijfeld gevolgd worden door traditionele partijen, met inbegrip van zogenaamde ‘progressieve’ sociaaldemocratische en groene partijen. Ze zullen proberen om nog meer racistische migratieregels in te voeren, muren te bouwen en het principe van Fort Europa te versterken. Dit alles met het argument dat het nodig is om ons te ‘beschermen’ tegen het virus. Zonder reactie van de arbeidersbeweging kunnen zelfs linkse mensen en werkenden het gevoel krijgen dat ze geen andere keuze hebben dan de genomen maatregelen te accepteren, ook al vinden ze de genomen maatregelen niet prettig.

    Het virus zelf is nochtans ‘antiracistisch’: het houdt geen rekening met geslacht, religie of nationaliteit. Maatregelen op basis van dergelijke kenmerken zijn daarom in het beste geval nutteloos. Degenen die het virus gebruiken om verdeeldheid te creëren, verhinderen ons om samen te werken en om de verspreiding van het virus en de crisis te stoppen. Deze pandemie toont het onvermogen van de heersende klassen en hun beheer van de samenleving.

    Geen enkele grenscontrole kan voorkomen dat vluchtelingen het land binnenkomen, laat staan dat er een virus kan verspreid worden. “Je kan een virus niet ommuren,” zei Larry Gostin, professor in de wereldwijde gezondheidswetgeving aan de Georgetown Universiteit. De reden waarom mensen bang zijn voor migranten en vluchtelingen is het onvermogen van de heersende klasse om ernstige maatregelen te nemen tegen Covid-19. De enorme ongelijkheden die door dit systeem worden gecreëerd, onder meer door het onmenselijke migratiebeleid en het totale gebrek aan overheidsinvesteringen in de gezondheidszorg, illustreren dat de heersende klassen de werkenden, met inbegrip van vluchtelingen en werkenden zonder papieren, zullen laten betalen voor de crisis.

    Maar noch vluchtelingen, noch arbeiders zijn verantwoordelijk voor oorlog, klimaatverandering en armoede en het wanbeheer van de pandemie – de meest voorkomende redenen waarom mensen vluchten.

    De hypocrisie van de Europese regeringen, Portugal en Italië

    Het idee van een mogelijke “regularisatie” om de staten in staat te stellen de gevolgen van de gezondheidscrisis op te vangen, wint geleidelijk aan terrein in Europa.

    De Italiaanse minister van Landbouw pleitte dinsdag 14 april voor de regularisatie van 600.000 illegale immigranten om de economie, die zwaar is getroffen door de epidemie, weer op gang te brengen. De Vijf Sterren Beweging verzette zich hier onmiddellijk tegen en zei dat dit niet het moment was om een ‘aanzuigeffect’ te organiseren. De werkgeversfederaties zelf, met name in de grote agrosector, erkennen dat migratie een noodzakelijk antwoord is op de economische behoeften van de regio’s.

    In Frankrijk stuurden 104 parlementsleden van 10 partijen enkele dagen geleden een brief naar premier Edouard Philippe waarin ze opriepen tot de regularisatie van mensen zonder papieren in het licht van de Covid-19 pandemie.

    Op zaterdag 28 maart kondigden de Portugese autoriteiten ook de tijdelijke regularisatie aan van migranten die in afwachting zijn van een verblijfsvergunning. Het doel is om solidariteit te tonen met de meest behoeftigen in een noodsituatie, wat in ieder geval de manier is waarop de regering de uitzonderlijke regularisatiemaatregel rechtvaardigde. Ook al moet de maatregel op het gebied van de volksgezondheid worden toegejuicht, hij is helemaal niet voldoende. De realiteit is dat dit soort maatregelen het werkelijke doel van de heersende klasse aan het licht brengt: het gebruik van goedkope migrantenarbeid tijdens de crisis om te voorzien in de behoeften als gevolg van het tekort aan arbeidskrachten in sectoren met een tekort. Dit is met name het geval voor Brazilianen die vaak in de toeristische sector werken, die volledig tot stilstand is gekomen, of voor Aziatische landarbeiders in het zuiden van het land. Het is duidelijk dat de houding van de heersende klasse er altijd in bestaat om de winst boven de belangen van de bevolking te stellen.

    En in België…

    In België is er een ongekende gezondheids- en sociale crisis. De bevolking is bijna in quarantaine geplaatst om de verspreiding van het coronavirus te voorkomen. Inperkingsmaatregelen zijn niet in staat om de kwetsbare bevolkingsgroepen te beschermen waarvan de blootstelling aan het virus dramatisch kan zijn, waaronder ouderen, zieken, de meest kwetsbaren … Tot de meest kwetsbaren die momenteel in de steek worden gelaten, behoren vluchtelingen die in het bijzonder te lijden hebben onder deze inperking. Hen buiten de wet laten is een misdaad tegen de menselijkheid. Een misdaad die we moeten bestrijden voor het welzijn van iedereen!

    Er zijn tien jaar verstreken sinds de laatste grote sociale bewegingen van mensen zonder papieren in België. Tien jaar lang hebben opeenvolgende regeringen een onmenselijk beleid gevoerd, waardoor honderdduizenden mensen als ‘illegaal’ op ons grondgebied zijn achtergebleven. Een blik op het verleden onthult het bittere falen van het huidige model, in termen van menselijkheid en efficiëntie! De les is dat we alleen door het organiseren van een consistente krachtsverhouding en een alliantie tussen de verschillende collectieven van mensen zonder papieren, vakbonden en de hele onderdrukte bevolking de regularisatie van alle mensen zonder papieren kunnen winnen.

    De heersende klasse heeft de duidelijke politieke wil om zoveel mogelijk werkenden ‘illegaal’ te laten zijn, wat het beleid van sociale dumping versterkt en de werkomstandigheden van alle werknemers naar beneden trekt. Het doel was om goedkope arbeidskrachten te voorzien voor sectoren zoals catering, logistiek, schoonmaak, bouw …

    De wereldwijde crisis van het kapitalisme in het tijdperk van de pandemie treft ook veel vrouwen zonder papieren in de zorg voor anderen. De overgrote meerderheid van de vrouwen zonder papieren in België vult de leegte op die is ontstaan door tientallen jaren van besparingen op de openbare diensten en de zorg voor anderen. Bovendien kan met deze crisis de meerderheid van de mensen zonder papieren niet meer werken en is al het geld dat elke week naar hun familie thuis wordt gestuurd, stopgezet. Dit zal een enorme impact hebben in de landen van de neokoloniale wereld, waar het merendeel van de jobs zich in de informele economie bevindt, terwijl een groot deel van de bevolking gewoon overleeft met geld dat uit het buitenland wordt opgestuurd.

    Dit alles schetst een afschuwelijk beeld van de impact van de coronacrisis in België. En wanneer de werkloosheid in de volgende periode explodeert, zal er een enorme concurrentie zijn op de zwarte arbeidsmarkt, die de lonen onder druk zal zetten door steeds meer Belgen te laten concurreren met werkenden zonder papieren. Dit is een echte sociale tijdbom.

    Reeds in volledige lockdown werd op 20 april 2020 een actie gelanceerd door een groep activisten zonder papieren (verspreid door het netwerk Migrant Libre). Ze wilden de aandacht van het publiek op de eis van regularisatie vestigen. Vervolgens hebben de vakbondsorganisaties ABVV-CSC en de verenigingen voor migrantenondersteuning aan Franstalige maar ook Nederlandstalige zijde (die gegroepeerd zijn in een breder platform IK BEN SOLIDAIR) op maandag 4 mei een campagne gelanceerd op de sociale netwerken: “Tegen het virus, regularisatie nu!”

    Dit is een goede stap op weg naar een breed draagvlak, maar we zullen verder moeten gaan in het opbouwen van een krachtsverhouding en solidariteitsacties.

    Tot hiertoe hebben onze argumenten de overheden nog niet overtuigd. In de Kamercommissie was minister voor Asiel en Migratie Maggie De Block (Open VLD) niet enthousiast over het voorstel. “Illegaal verblijvende mensen werden verondersteld het land te hebben verlaten, vaak lang geleden. De huidige gezondheidscrisis is op zich geen reden om hun verblijf te regulariseren, zelfs niet tijdelijk.” Ze voegde daaraan toe: “Op dit moment worden aanvragen voor een verblijfsvergunning nog steeds per geval behandeld, dat wil zeggen op individuele basis. Er is geen initiatief gepland voor een collectieve regularisatie van personen die illegaal in België verblijven.” (3)

    Volgens Le Soir staat heel de federale coalitie van MR, VLD en CD&V negatief tegenover het idee van een tijdelijke regularisatie, onder meer omdat N-VA klaar staat om zich volop op kwesties rond asiel en migratie te gooien. Traditionele partijen en de volmachtenregering ontkennen hardnekkig de positieve impact die een regularisatie zou hebben op de aanpak van de gezondheidscrisis en de financiering van de sociale zekerheid. Het zou 58 miljoen euro per week opbrengen als alle werkenden zonder papieren in het reguliere circuit zouden terechtkomen. In tijden van budgettaire tekorten is het onbegrijpelijk dat hier geen rekening mee wordt gehouden. De regering wil het geld niet halen waar het zit, bij de aandeelhouders en de rijken, maar is zelfs niet bereid om de gemeenschappelijke fondsen van de arbeidersbeweging te financieren. Dit alles omdat ze nu eenmaal de lage lonen willen behouden.

    Volgens de schattingen van het Federaal Expertisecentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) waren er in 2015 tussen de 85.000 en 160.000 mensen zonder papieren in België. Dit betekent dat mogelijk tienduizenden mensen onder de radar van de Covid-19 testen zullen vallen, wat de effectiviteit van de exit-strategie ondermijnt.

    Ons programma

    In dit verband moeten de marxisten en de arbeidersbeweging een programma voor migranten en vluchtelingen verdedigen. Als eerste stap moet het geld dat wordt gebruikt om grote bedrijven zoals luchtvaartmaatschappijen en het leger te subsidiëren, onmiddellijk worden gebruikt om migranten te beschermen.

    We willen de oorzaken bestrijden die mensen op de vlucht drijven. Oorlogen, imperialistische interventies, de uitbuiting van mensen en de natuur: dat is wat zoveel mensen ertoe aanzet om te vluchten voor geweld, ellende en rampen.

    Fatsoenlijke jobs, massale overheidsinvesteringen in sociale woningbouw, onderwijs en zorg … zijn nodig. Maar dit vereist een breuk met de winstlogica van het kapitalisme, waar de concentratie van rijkdom onder een kleine elite ellende en groeiende gezondheidsrisico’s voor de rest van de bevolking betekent. Vorig jaar nog riep de NAVO haar lidstaten op om 2% van hun budget aan defensie te besteden. Om dichter bij dit cijfer te komen heeft onze regering 3 miljard euro gereserveerd voor nieuwe gevechtsvliegtuigen. Ze zaaien ellende en wijzen met hun beschuldigende vingers naar de slachtoffers.

    In de huidige context van de crisis van het kapitalisme hebben we voor elke hervorming een revolutionaire strijd nodig.  De regularisatie zal een massale strijd vergen van de meerderheid van de arbeiders zonder papieren, verbonden met de organisaties van de arbeidersbeweging en brede lagen van de bevolking. Het zal ook strijd voor gelijke lonen vereisen, waarbij werkenden zonder papieren in elke sector hetzelfde loon krijgen als ander personeel. Er moet ook bescherming zijn van werkenden zonder papieren die klacht indienen tegen hun werkgever, waarbij sociale inspectie wordt uitgevoerd zonder dat er politie bij te pas komt om werkenden zonder papieren te arresteren.

    Deze eisen moeten worden gekoppeld aan een aanhoudende strijd voor de eenheid van alle werkenden tegen het besparingsbeleid en tegen racisme, voor een samenleving die vrij is van alle ongelijkheden. We moeten ons verzetten tegen dit systeem dat ellende en uitbuiting voortbrengt en dat gebaseerd is op oorlog en neokoloniale plundering, waardoor zoveel mensen gedwongen worden hun regio te ontvluchten met gevaar voor eigen leven.

    Het is een leugen om te zeggen dat er niet genoeg middelen zijn om de mensen een goede toekomst en goede levensomstandigheden te bieden – ongeacht hun afkomst. Wat er in werkelijkheid gebeurt is dat de grote aandeelhouders en grote bazen de schatkist van de gemeenschap, de rijkdom die door ons zweet wordt gecreëerd, plunderen om alleen kruimels achter te laten. Ze vullen hun zakken en leiden de aandacht daarvan af door te roepen dat vluchtelingen van ons afpakken wat er overschiet. Zoals de slogan het zegt: ‘Het probleem is de bankier, niet de migrant.’

    De enige realistische manier om uit de vluchtelingencrisis te komen is een eengemaakte strijd van alle werkenden, los van hun afkomst, geslacht of seksuele geaardheid, om de sleutelsectoren van de economie uit de handen van de kapitalistische elite te halen. Op deze manier wordt het mogelijk om de middelen te hebben om een einde te maken aan oorlogen, ellende en milieuvernietiging. Alleen de oprichting van een nieuwe maatschappij, een democratische socialistische maatschappij, zal het mogelijk maken om te komen tot een wereld waarin de vrijheid van verkeer reëel is en vrij van de logica van uitbuiting.

    • Onmiddellijke regularisatie van alle mensen zonder papieren.
    • Oprichting van een beweging ter verdediging van vluchtelingen tegen het geweld en de intimidatie van extreemrechts.
    • Maak een einde aan alle moorddadige aanvallen op vluchtelingen die de Europese grenzen op het continent en op zee naderen.
    • De opschorting van de registratie van vluchtelingen en versnelde processen voor regularisatie invoeren.
    • Onmiddellijke verstrekking van voedsel, kleding, onderdak en medische diensten, massale screening van alle vluchtelingen die aan de grenzen zijn gestrand.
    • Meer asielbureaus oprichten zodat alle asielaanvragen snel kunnen worden behandeld, zodat de vluchtelingen de status van vluchteling of een andere juridische status kunnen krijgen en ongehinderd naar het land van hun keuze kunnen reizen.
    • Het ontmantelen van de racistische en onmenselijke overeenkomst tussen Turkije en de EU, evenals de Dublin III-overeenkomst, zodat vluchtelingen in alle lidstaten van de EU asiel kunnen aanvragen.
    • Een evenredige verdeling van de vluchtelingen in de EU toepassen.
    • De EU is rijk genoeg om een dergelijk beleid te financieren en kan geld bijeenbrengen door de rijken en de multinationals te belasten, maar wat niet bestaat is de politieke wil van de politiekers van de bazen om dit te doen.
    • Voor een massaal plan van overheidsinvesteringen: sociale huisvesting, degelijk en gratis onderwijs, echte fatsoenlijke jobs met een minimumloon van 14 euro per uur en tests voor iedereen.
    • Afschaffing van een onmenselijk detentie- en massa-uitzettingsbeleid, alle migranten moeten volledige wettelijke rechten hebben.
    • Laten we de oorzaken bestrijden die mensen ertoe aanzetten te vluchten: oorlog, terrorisme, uitbuiting en milieuvernietiging. In deze context is de niet-betaling van schulden een cruciale eis.
    • Laten we een alternatief voor het kapitalisme verdedigen: een socialistische samenleving waarin de behoeften van de meerderheid van de bevolking voorgaan boven de winsten van een handjevol mensen. Dit kan door middel van nationalisatie onder democratische controle en beheer van de belangrijkste sectoren van de economie.

     

    Verwijzingen

    1. https://www.mediapart.fr/journal/france/070520/malte-enrole-des-chalutiers-prives-pour-repousser-des-migrants?utm_source=20200507&utm_medium=email&utm_campaign=QUOTIDIENNE&utm_content=&utm_term=&xtor=EREC-83-[QUOTIDIENNE]-20200507&M_BT=1740178511094
    2. https://www.nytimes.com/2020/04/30/world/europe/migrants-malta.html
    3. https://plus.lesoir.be/297882/article/2020-04-29/le-front-commun-syndical-appelle-regulariser-temporairement-les-sans-papiers
  • Ierland: scholieren dwingen opschorting examens af

    Foto: Pixabay

    Na een periode van lockdown zonder lessen, is het niet evident om examens te organiseren. Jongeren staan onder enorme druk. Bij ons beslissen de scholen zelf als ze al dan niet examens houden. In Ierland was er massale druk van jongeren die er uiteindelijk toe heeft geleid dat de eindexamens zijn afgelast. Hieronder een artikel over hoe dat werd bekomen.

    Door Myriam Poizat, Socialist Party (ISA in Ierland)

    Hoe de afschaffing van de examens werd afgedwongen

    Uit de officiële verslagen zal wellicht blijken dat de annulering van de eindexamens (Leaving Cert examens op het einde van wat bij ons het middelbaar onderwijs is) te wijten was aan logistieke problemen rond het organiseren van examens in een pandemie. Ongetwijfeld zou de overheid het moeilijk hebben gehad om in de examenzalen voldoende bescherming te voorzien naast extra personeel. Deze obstakels waren van bij het begin duidelijk. Toch werd pas op het laatste moment beslist om geen eindexamens te organiseren. Waarom? Een belangrijke factor in de beslissing was ongetwijfeld de druk van de scholieren, maar ook van de ouders en leerkrachten. Zij spraken zich uit over zowel het verlies aan schooltijd als over de onmenselijke beslissing om de eindexamens (door de staat georganiseerd) te laten plaatsvinden op een ogenblik dat de pandemie grote druk zet op de geestelijke gezondheid van jongeren.

    Het was van bij het begin van de pandemie duidelijk dat de regering de examens niet wilde afzeggen. Vanuit een minachting rond het welzijn van de jongeren werd vastgehouden aan de organisatie van de eindexamens. Het maakte dat jongeren meer dan twee maand in een onzekere situatie vol spanning zaten.

    Het was een samenloop van zowel logistieke problemen (die groter werden naarmate de examens dichterbij kwamen) en het verzet van de jongeren, die maakte dat de examens uiteindelijk werden afgeschaft. Het verzet van de jongeren begon zich te organiseren rond kwesties als de toenemende geestelijke gezondheidscrisis en de bescherming van jongeren en personeel (inclusief mondmaskers, handschoenen …). De regering werd bang van hoe dit verzet zou ontwikkelen. Een online peiling onder bijna 25.000 jongeren gaf aan dat 79% voorstander was van het schrappen van de examens. Maar er waren ook eerste stappen van actieve organisatie. Zo hield parlementslid Mick Barry van de Socialist Party samen met Socialist Students een online meeting met 2500 aanwezigen, waarbij 1500 jongeren zich inschreven om deel te nemen aan een campagne die tijdens deze meeting werd voorgesteld om de druk op de regering op te voeren. De eerste actie van die campagne was zeer belangrijk: de hashtags #cancelthelc en #canceltheleavingcert werden trending in Ierland. Een dag later werden de examens geannuleerd. Als we ons organiseren en vechten, kunnen we winnen!

    Verzet tegen elke vorm van discriminatie en onnodige druk op jongeren

    De nieuwe regeling is echter geen oplossing. Ten eerste zijn de scholieren die zich aan het voorbereiden waren om de eindexamens later af te leggen, volledig aan hun lot overgelaten. Het werd hen zelfs verboden om de leerkrachten en scholen te contacteren. Ten tweede is er een voorstel tot ‘plan B’ op basis van “verwachte resultaten”, wat zeer nauw aansluit bij het Britse conservatieve model van een voorspellend beoordelingssysteem dat jongeren uit de werkende klasse discrimineert.

    Toen de examens geannuleerd werden, kondigde het ministerie van onderwijs aan dat de resultaten zullen berekend worden op basis van voorspelling, “aangepast aan de verwachte verdeling per school.” Deze ‘aanpassing’ moet net als het voorspellend beoordelingssysteem verworpen worden. Een studie uit 2016 van Gill Wyness van University College London toont aan dat het systeem van “voorspelde cijfers onnauwkeurig is. Slechts 16% van de kandidaten haalde het hoogste A-niveau dat ze volgens de voorspellingen zouden halen.” De studie bevestigde dat jongeren uit gezinnen met een laag inkomen meer kans hebben om een lagere voorspelling te krijgen en dat het profiel van de school in het bijzonder discriminerend is voor jongeren uit de werkende klasse. Daarnaast zijn jongeren uit de werkende klasse het meest vatbaar voor problemen rond geestelijke gezondheid, moeilijke gezinssituaties en zelfs met studentenjobs om nu al te sparen om naar de universiteit te kunnen. Dat alles heeft een impact op de voorspelde resultaten, die een verkeerd beeld geven van de reële capaciteiten. Dit wijst overigens op een probleem met het traditionele systeem van eindexamens dat gebaseerd is op het volproppen van kennis in plaats van op onderwijs gericht op het verwerven van vaardigheden.

    Er mag geen onnodige druk op scholieren gezet worden. De Socialist Party en parlementslid Mick Barry verzetten zich tegen het voorspellende beoordelingssysteem. Niemand mag dit jaar gebuisd worden. Iedereen moet de mogelijkheid hebben om door te gaan.

    Stop de ongelijkheid in het onderwijs

    De gezondheidscrisis vergroot de ongelijkheid tussen zowel de laatstejaarsscholieren als die van het vijfde middelbaar die ook in deze moeilijke omstandigheden geacht worden een groot deel leerstof te verwerken. Voor sommigen komt dit bovenop een druk huishouden, geen toegang tot goede apparaten met snel internet, geen toegang tot interactie in de klas, geen opbouw van verbale vaardigheden, mogelijk ook ouders die in de essentiële sectoren werken of familieleden die getroffen zijn door het virus. Dat zijn slechts enkele redenen die maken dat jongeren, zeker die uit de werkende klasse, in de problemen kunnen komen.

    Die ongelijkheden zijn niet plots ontstaan door Covid-19. Ze maken deel uit van het onderwijssysteem. In plaats van de nieuwsgierige en intelligente jeugd te koesteren, legt het stelsel de nadruk op waarden als productiviteit en concurrentie. In plaats van te worden gevraagd om intelligentie en vaardigheden te ontwikkelen die nuttig zijn voor het betreden van het actieve leven, zijn scholieren verplicht om een 18 maanden durend curriculum in een reeks van geheugentests te herkauwen. Dit betekent dat het systeem de voorkeur geeft aan studenten uit stabiele gezinnen die over rustige studieruimtes beschikken, zich desnoods privéonderwijs kunnen veroorloven en niet noodzakelijk deeltijds hoeven te werken om hun gezin te onderhouden of te sparen voor de universiteit.

    Niet alleen komt niet iedereen op gelijke voet in de examens terecht, de volgepropte examenperiode legt ook een grote druk op de mentale gezondheid van jongeren. Onderzoek uit 2019 meldde dat 75% van de scholieren “extreme stress” ervaart als direct resultaat van de examens, waarbij 28% lijdt aan depressie.

    De eindexamens en het bijhorende puntensysteem helpen een neoliberale agenda bestendigen, waarbij alles gericht is op winstgevendheid op korte termijn in plaats van te investeren in noodzakelijke openbare diensten zoals onderwijs. Ierland kent de op één na laagste uitgaven voor onderwijs in de EU als percentage van het BBP. De scholieren worden tegen elkaar opgezet in een strijd voor toegang tot schaarse plaatsen in het hoger onderwijs.

    Er is nood aan massale publieke investeringen in onderwijs. De stressvolle verouderde eindexamens moeten verdwijnen. In plaats van een belasting op grote bedrijven, zoals Apple, te weigeren, zou dit geld net kunnen gebruikt worden om te investeren in onderwijs. Dat zou het mogelijk maken om meer personeel aan te werven, de grootte van de klassen te verminderen, inschrijvingsgelden te schrappen en studenten die moeilijk rondkomen van een studiebeurs te voorzien .

    Jonge mensen kunnen zich organiseren en verandering afdwingen

    De overheid negeert het welzijn van de scholieren en was niet bereid om toegevingen te doen aan de jongeren of om meer middelen te investeren in onderwijs. Jongeren moeten opkomen voor meer inspraak. De overwinning rond de afschaffing van de eindexamens dit jaar, of eerdere overwinningen van de werkende klasse tegen de waterbelasting of voor de intrekking van het verbod op abortus, tonen aan dat als we ons organiseren en de strijd aangaan, het mogelijk is om zaken af te dwingen. Hetzelfde zal nodig zijn in de strijd voor een alternatief op de eindexamens.

    Naar internationale maatstaven kent het Ierse onderwijssysteem een erg repressieve en onderdrukkende traditie. De strijd voor de afschaffing van de eindexamens moet worden gekoppeld aan de strijd om een einde te maken aan alle vormen van ongelijkheid en onderdrukking, voor een scheiding van kerk en staat, voor democratisch beheer van de scholen door leerkrachten, ouders en scholieren. Dit maakt deel uit van onze strijd voor een socialistisch alternatief, een samenleving waarin de werkenden en de gemeenschap op basis van een democratische planning de beschikbare middelen inzetten met het oog op de noden en behoeften van de meerderheid van de bevolking. Zo’n systeem zou niet de nadruk leggen op concurrentie en directe productiviteit, maar zou nieuwsgierigheid aanmoedigen en leerplannen opstellen gebaseerd op de aspiraties van jongeren in plaats van op de eisen van de kapitalistische klasse.

  • Epidemie van huiselijk geweld tijdens de pandemie

    Tijdens de pandemie is er een toename van geweld binnen het gezin. De strijd tegen geweld op vrouwen is nog lang niet gestreden. Op 1 mei sprak Brune op de meeting van LSP hierover. Bekijk deze video opnieuw. Op 1 juni houden we een nieuwe online meeting onder de titel: ‘Waarom treft elke crisis vrouwen 2x harder’

  • Apocalyptische toestanden in Rusland, het nieuwe epicentrum van Covid-19

    Het Rode Plein in Moskou ligt er verlaten bij. Foto: Pixabay

    Binnenkort zal Rusland het op één na hoogste aantal bevestigde Covid-19 gevallen ter wereld hebben, na de VS. Er zijn reeds meer dan 260.000 gevallen. Het aantal stijgt momenteel met 10.000 tot 12.000 per dag. Het epicentrum ligt in Moskou, een stad met 15 miljoen inwoners. De officiële dodentol is nog relatief laag in vergelijking met andere landen. Volgens de minister van Volksgezondheid komt dit door de “uitzonderlijk nauwkeurige” registratie in Rusland. Dat wordt echter betwist.

    Verslag door Rob Jones vanuit Moskou

    Velen betwijfelen de juistheid van deze cijfers. Zelfs de burgemeester van Moskou, Sergei Sobyanin, die is aangesteld om toezicht te houden op het nationale antwoord op de crisis, zegt dat er alleen al in Moskou ongeveer 300.000 mensen besmet zijn. RosStat, het bureau voor statistiek, meldt dat de stijging van het sterftecijfer in Moskou in april ten opzichte van het gemiddelde in een normale aprilmaand bijna drie keer zo groot is als het aantal gerapporteerde Coronavirus-doden. In een ander rapport wordt gesuggereerd dat in Moskou 60% van de mensen die met het Coronavirus sterven, volgens de officiële gegevens aan een andere ziekte is overleden. De hoofdstad heeft in ieder geval een relatief modern gezondheids- en monitoringsysteem. In andere delen van het land zal de informatie verre van volledig zijn.

    Op 27 april organiseerden honderden oliearbeiders in de Verre Noordelijke Republiek Jakoetië een spontaan protest tegen hun werkgever, de reus GasProm. Ze deden dit omdat ze zonder bescherming moesten werken voordat ze naar hun familie terugkeerden. Met tegenzin stemde het management ermee in om hen te testen: 3.500 arbeiders testten positief! Het management beweerde toen dat de resultaten slechts voorlopig waren, en dat er uiteindelijk slechts 600 effectief besmet waren. Meer dan twee weken later zijn er nog steeds slechts iets meer dan 600 gevallen officieel geregistreerd in de hele republiek.

    Apocalyps in de Kaukasus

    In de Zuidelijke Republiek Ingoesjetië, een van de armste en dichtstbevolkte gebieden van Rusland, zijn er volgens de officiële statistieken 1.372 gevallen. Eén van de eerste mensen die er stierf aan de ziekte was de Hoofdmoefti. De lokale overheid is zo in diskrediet door corruptie dat niemand geloof hecht aan de waarschuwingen voor de gevaren van de ziekte.

    In de naburige Republiek Tsjetsjenië, verbood dictator Ramzan Kadyrev bij de eerste tekenen van het virus reizen van en naar de rest van Rusland. Als reactie daarop organiseerde het federale leger ‘manoeuvres’ in de buurt van de grens om hem te waarschuwen niet te ver te gaan. Kadyrev heeft gedreigd iedereen neer te schieten die de quarantaine van het coronavirus schendt.

    Uit Dagestan, de grootste van de Noord-Kaukasische republieken met een bevolking van bijna drie miljoen inwoners, schetst een rapport van de mediabron Meduza een apocalyptisch beeld. Officieel zijn er 3.095 mensen besmet, maar er zijn slechts 25.000 tests beschikbaar. Op het moment van schrijven wordt beweerd dat er in de Republiek slechts 26 doden zijn gevallen, maar de artsen melden dat er alleen al onder hun collega-artsen meer dan 25 doden vielen.

    In een aantal van de talrijke bergdorpjes, waar de bevolking voornamelijk bejaard is en er meestal geen medische diensten zijn, is volgens lokale deskundigen vaak tussen een derde en de helft van de bevolking ziek. Een dokter stuurde een video-oproep naar het hoofd van de republiek waarin hij tussen hoestbuien door meldde dat er normaal gesproken 15 begrafenissen per jaar plaatsvinden in zijn dorp, maar in maart en april werden er 12 mensen begraven. In een andere stad met 21.000 inwoners werd door een plaatselijke arts geschat dat een derde van de bevolking besmet was. In de stad Makhachkala melden ziekenhuisartsen dat slechts 20-30% van het medisch personeel aan het werk is, en mensen die bellen voor een ambulance krijgen te horen dat er een wachttijd van 24 uur is. Eén patiënt kreeg te horen dat er 400 mensen in de rij stonden!

    Besparingen op zorg

    Er zijn een aanzienlijk aantal VIP’s, van zangers en acteurs, tot de premier, het adjunct-hoofd van het kabinet van de president en nu de woordvoerder van president Poetin, die positief werden getest. Ze kregen allemaal een eersteklas behandeling in de ziekenhuizen van Moskou.

    Voor een groot deel van de bevolking ziet de zorg er helemaal anders uit. Sinds 2012 is het Russische gezondheidssysteem verwoest door besparingen. Honderden ziekenhuizen zijn ‘geoptimaliseerd’ – dat wil zeggen: gesloten – en het aantal ziekenhuizen dat in de publieke gezondheidszorg werkt is bijna gehalveerd. Alleen al in Moskou zijn sinds 2012 2.200 van de 4.800 bedden voor besmettelijke patiënten verdwenen. Een volledig ziekenhuis voor besmettelijke patiënten met 570 plaatsen werd in 2015 gesloten, wat de beslissing om met spoed een nieuw ziekenhuis voor 500 Covid-19 patiënten te bouwen een ongelooflijke geldverspilling maakt.

    Om personeel te voorzien om met het virus om te gaan, worden er nu tweede en derdejaarsstudenten geneeskunde uitgestuurd om lange diensten te draaien zonder loon. In het beruchte Kommunarko ziekenhuis in Moskou praten de studenten over shiften van 24 uur. Eén student zorgt met één professionele verpleegkundige voor 60 patiënten!

    Er zijn veel meldingen van medisch personeel dat weigert te werken. In de Baltische enclave Kaliningrad zouden minstens 350 medewerkers geweigerd hebben om in zulke gevaarlijke omstandigheden te werken. Het verplegend personeel van Kommunarko klaagt ook dat ze ontslag hebben genomen na niet betaald te zijn. De hoofddokter, die zelf de ziekte opliep, ontkende dat dit het geval was. Maar het blijkt om interim-personeel te gaan dat niet was uitbetaald door het uitzendkantoor.

    De sociale netwerken staan vol met protest van zorgpersoneel dat klaagt over de werkomstandigheden, maar ook over het feit dat Poetin zijn beloften niet nakomt. In een televisietoespraak zei hij dat personeel dat met Covid-19 patiënten werkt een bonus zou krijgen van 300 tot 1.000 euro. De regionale autoriteiten hebben slechts 20% van dit geld uitbetaald. Artsen die zich na de behandeling van patiënten moesten isoleren, kregen geen bonus en verloren een deel van hun loon. Een dokter die normaal 450 euro per maand verdient, kreeg slechts 180 euro na twee weken quarantaine. Anderen zeggen dat ze slechts 10 euro extra kregen, niet eens voldoende om op de zwarte markt degelijke chirurgische mondmaskers te kopen om zich te beschermen.

    Het kan nog erger: twee ziekenhuizen en twee zorgcentra zijn in vlammen opgegaan. In minstens drie van deze gevallen werd de brand veroorzaakt door beademingsmachines die in allerijl in een Russische fabriek werden gemaakt ter vervanging van oudere Duitse modellen waarvoor er door de sancties geen vervangingsstukken konden aangeschaft worden. Bij de branden vielen tien doden.

    Het regime in crisis

    Al voor het virus begon de steun voor Poetin weg te ebben. De economie begon weer in een neerwaartse spiraal terecht te komen. Om zijn heerschappij met nog eens twaalf jaar te verlengen, stelde het Kremlin voor om de grondwet te wijzigen. Dit zou op 22 april worden voorgelegd in een “volksstemming”. Het plan was om de stemming zo snel mogelijk te houden, om de ‘kroning’ van de leider-voor-het-leven mogelijk te maken, voordat de economische ineenstorting te duidelijk werd.

    Maar in plaats van een ‘kroning’ kwam het coronavirus. Wekenlang beweerde het establishment dat dit geen invloed zou hebben op Rusland. Terwijl het virus in Italië woekerde, berichtte de Russische staatstelevisie over hoe erg de crisis in Europa was, maar ook dat Rusland deze ‘aanval vanuit het buitenland’ wel de baas zou kunnen. Toen het virus zich in Rusland begon te verspreiden, deed het Kremlin alsof het land immuun was.

    Bazen ontzegden hun personeel het recht om van thuis te werken, omdat het virus toch maar ‘denkbeeldig’ was. Op aandringen van het Kremlin bleef het leger de militaire parade ter gelegenheid van de 75ste verjaardag van het einde van de oorlog uitvoeren, met als gevolg dat minstens 400 soldaten besmet raakten. Ook na de invoering van het isolementregime weigerde de kerk de noodzaak van sociale distantie te erkennen. Zelfs met Pasen, op 19 april in Rusland, hielden ze nog erediensten. Aartspriester Smirnov, berucht om zijn reactionair seksisme, omschreef het virus als “een uiterst nuttig fenomeen: degenen die hun leven geven, helpen anderen om belangrijke christelijke kwaliteiten te begrijpen.” Nadien werd hij zelf in het ziekenhuis opgenomen met het virus. Enkele collega’s hadden niet het geluk om tot in het ziekenhuis te geraken: verschillende hooggeplaatste kerkleiders zijn gestorven. Een aantal kerken deden dienst als broeihaard voor de verspreiding van het virus.

    Poetin kondigt week ‘zonder werk’ aan

    Uiteindelijk heeft het Kremlin gehandeld, door in feite niet te handelen. Op televisie kondigde Poetin aan dat er vanaf 28 maart een “week zonder werk” zou zijn waarin alle werknemers, behalve de essentiële, op betaalde vakantie zouden gaan, waarbij de staat de bazen enige financiële steun zou bieden.

    Veelzeggend genoeg kondigde hij ook aan dat elk van de 85 regionale hoofden van Rusland verantwoordelijk zou zijn voor de strijd tegen het virus in hun regio. Na twintig jaar lang alle macht in zijn handen te hebben geconcentreerd, delegeerde hij plotseling de aanpak van een van de ergste crises waar Rusland mee te maken heeft aan mensen die tot dan toe waren opgeleid om zijn bevelen gewoon op te volgen.

    Er is natuurlijk een argument om in zo’n groot land een verschillende regionale aanpak te hebben. Maar dit heeft het wantrouwen tussen de regio’s alleen maar aangewakkerd. Moskou, een ‘staat binnen de staat’ zet de toon met de meest krachtige maatregelen. De regio Moskou heeft zich erbij aangesloten – samen zijn deze twee regio’s goed voor een gebied en een bevolking die overeenkomt met anderhalf keer België. Iedereen die ouder is dan 65 jaar, moet zich thuis isoleren. Alleen essentiële werkenden moesten aan de slag blijven en iedereen die om het huis wilde verlaten, moest daar telkens een QR-code voor aanvragen. Die code werd slechts om een klein aantal redenen uitgevaardigd. Sommige regio’s kopieerden deze maatregelen, andere namen nauwelijks actie. De ‘week zonder werk’ werd uiteindelijk verlengd en eindigde op 12 mei, de dag waarop het aantal nieuwe infecties een recordhoogte bereikte.

    Bij de aankondiging van het einde van de ‘week zonder werk’ werd het opnieuw aan de regionale verantwoordelijken overgelaten om te beslissen wat het beste was voor hun regio. Moskou heeft de beperkingen verlengd tot eind mei, hoewel alle grote werkplekken weer aan het werk gaan.

    Regionaal separatisme in opgang

    In veel landen heeft het begin van de Covid-19 crisis geleid tot een zekere groei van de steun aan de regering. In Rusland is dat niet het geval: de ratings van Poetin zijn verder gedaald, deels door de schijnbare passiviteit van het Kremlin, maar ook uit angst voor de dreigende economische crisis. De Russische Centrale Bank voorspelt dat het BBP dit jaar met 6% zal dalen en beschikt niet over dezelfde middelen, vooral gezien de dramatische daling van de olieprijs, om de economie in te redden zoals in 2007-2008.

    De spanningen tussen de regio’s zijn aanzienlijk toegenomen. Het hoofd van de Krim, dat in 2014 door Rusland is overgenomen en sindsdien wordt behandeld als een juweel in de kroon van Poetin, heeft de Moskovieten publiekelijk gewaarschuwd om te stoppen met het bezoeken van het Zwarte-Zeegebied. Dichter bij huis zijn er meldingen van auto’s met nummerplaten uit Moskou die met stenen bekogeld worden als ze naar naburige regio’s reizen. Veel regio’s voerden een quarantaine van twee weken in voor iedereen die vanuit Moskou reist.

    Vrijheden onder vuur

    Hoewel velen de noodzaak van beperkende maatregelen aanvaarden om de verspreiding van de ziekte te beperken, heeft Rusland het gebruikt om de oppositie verder aan banden te leggen en het toezicht te intensiveren. Sinds 2018 heeft Rusland, in ieder geval in Moskou en Sint-Petersburg, een netwerk voor gezichtsherkenning geïnstalleerd. Het gaat om een systeem van eigen makelij. Het is al gebruikt om activisten te identificeren die deelnemen aan straatprotesten.

    Covid-19 heeft de autoriteiten het excuus gegeven om het toezicht op te voeren – iedereen die zijn huis verlaat zonder de verplichte QR-code kan verwachten dat hij wordt opgepakt, niet zo vaak door de politie, maar wel op basis van camerabeelden waarbij een flinke boete volgt. Ze waarschuwen nu dat het surveillancesysteem na afloop van de crisis zal blijven bestaan en dat de bevoegdheden van de politie al zijn uitgebreid, zodat elke auto kan worden gestopt en doorzocht.

    Net als bij andere aspecten van de crisis kwam de Russische bureaucratische incompetentie als een boemerang terug. Op de eerste dag dat de QR-codes werden gebruikt, controleerde de politie iedereen die de metrostations binnenkwam. Het resultaat was dat er een grote menigte ontstond waarbij er geen enkele aanzet tot social distancing was. Ook dit speelde mee in de verdere verspreiding van het virus.

    De Doema heeft een nieuwe wet aangenomen die de verspreiding van “nepnieuws” over het virus verbiedt. Hoge boetes of een gevangenisstraf van 5 jaar staan tegenover journalisten of anderen die beweren dat het sterftecijfer hoger is, of dat er niet genoeg beschermingsmateriaal is. Onder hen activisten van de “Alliantie van dokters” en andere zorgwerkers die hebben geklaagd over het gebrek aan beschermingsmateriaal. Er is echter geen enkele actie ondernomen tegen bazen, priesters en generaals die verantwoordelijk zijn voor het organiseren van evenementen waar duizenden mensen besmet raakten.

    Een terugkeer naar de normale gang van zaken?

    Op 11 mei kondigde Poetin op televisie het einde van de “week zonder werk” aan: “Het is in ons aller belang dat de economie snel weer normaal wordt.” Maar niets zal nog zijn wat het was. Het is duidelijk dat de ziekte in Rusland nog niet is overwonnen: het aantal infecties en sterfgevallen blijft toenemen. En daarna dreigt, zoals elders, mogelijk een tweede en zelfs derde golf van besmettingen.

    Dit gaat gepaard met een verdere beperking van de persoonlijke vrijheden en de democratische rechten. Aan 65-plussers wordt nog steeds gevraagd om thuis te blijven. De laatste plannen om te stemmen over de grondwetswijzigingen voorzien in een stemming per post.

    De economie stevent af op een verdere ineenstorting, die vrijwel zeker erger is dan in 2007-2008. Zelfs de officiële werkloosheidscijfers zijn de afgelopen twee maanden met driekwart miljoen gestegen – in een land waar de meesten zich niet eens registreren omdat er geen echte werkloosheidsuitkering kan worden aangevraagd. In republieken als Ingoesjetië en Dagestan bedraagt de werkloosheid al 20-30%. In heel Rusland zal de reële levensstandaard, die de afgelopen vijf jaar gestaag is gedaald, opnieuw een harde klap krijgen.

    Het imago van president Poetin als een sterke man en redder van de natie heeft een zware klap gekregen. Politieke commentatoren wijzen erop dat er in veel landen een versterkt nationaal gevoel was vanuit het idee dat we ‘allemaal in hetzelfde bootje zitten’. Maar Poetin verkwanselde die mogelijkheid toen hij de verantwoordelijkheid voor het crisisbeheer aan de regio’s delegeerde. Hij ziet er nu volgens een commentator uit als een “oude, zieke wolf.”

    Lessen trekken

    Na de crisis van 2007-2008 in Rusland hebben in 2009 meer dan 5,5 miljoen mensen deelgenomen aan 30.000 verschillende protesten. De protesten doofden uit in 2013, na een golf van ernstige repressie en de nationalistische golf na de gebeurtenissen in Oekraïne, waaronder de overname van de Krim. In de afgelopen twee tot drie jaar was er onder jongeren een duidelijke verschuiving naar links. Dat blijkt onder meer uit het succes van de “Virusvakbond”, die eind maart door Socialistisch Alternatief ( ISA in Rusland) is opgericht en die al honderden vragen om hulp kreeg van werkenden. Het toont het potentieel voor strijdbare vakbonden en een sterke socialistische beweging in Rusland.

     

  • MIVB-personeel heeft gelijk: als het werk onveilig is, leg je het beter neer!

    Foto: Wikimedia Commons

    MIVB-directie en Brusselse regering: een terugkeer naar het ‘normale’ is niet mogelijk zolang de Covid-19 dreiging reëel blijft

    Met het opengaan van meer bedrijven en winkels deze week en een gedeeltelijke heropstart van de scholen volgende week moet ook het openbaar vervoer opnieuw opgedreven worden. Hierdoor komen veel van de al bestaande problemen bij het openbaar vervoer terug naar boven. Gecombineerd met de covid-19 pandemie zorgt dit voor onaanvaardbare situaties voor personeel en passagiers.

    De drukte op bussen, trams en metro’s neemt al enkele weken langzaam terug toe. Vaak werd het aangewezen aantal passagiers reeds overschreden. Volgende week gaan ook de scholen gedeeltelijk terug open. De MIVB wou daarom terug naar haar originele dienstregeling. Dit geeft echter geen enkele garantie op het vermijden van overvolle bussen, trams of metro’s.

    Daarnaast komt ook het wisselen op de lijn terug. Tijdens de alternatieve dienst was iedere wissel in een stelplaats waarbij een nieuwe tram genomen werd, zonder een andere collega te zien. Hierdoor was er tijd en ruimte om de tram degelijk te ontsmetten. Door aan de halte te wisselen, moet de chauffeur samen met de reizigers op de mogelijk overvolle perrons wachten en/of meerijden naar de stelplaats met een mogelijk overvolle bus, tram of metro. Bovendien gebeurt de wissel dan direct, met weinig tijd om de stuurpost te ontsmetten.

    Niet verwonderlijk dus dat een deel van het personeel deze omstandigheden als onveilig beschouwt en zich op het herroepingsrecht baseert. Dat is een recht dat in Frankrijk vaak toegepast wordt, maar ook bij ons is er de verplichting van de werkgever om veilige arbeidsomstandigheden aan te bieden en kan een werkende in een gevaarlijke situatie het werk weigeren zonder daar enig nadeel van te ondervinden. Bij een ernstig en dreigend gevaar mag een werkende dus zijn werkplek verlaten. De directie van de MIVB weigert dit echter te erkennen en zet de werknemers op ongewettigd afwezig. Omdat de vakbonden deze actie weigeren te erkennen, zet dit de deur open voor individuele tuchtmaatregelen. Dat is schandalig! Deze houding is onverantwoord zowel van de directie als van de vakbondsleiding. De vakbondsverantwoordelijken zouden de actie beter wel erkennen en elk voorstel van akkoord eerst aan het personeel voorleggen zodat de basis erover kan stemmen.

    Dit zijn natuurlijk niet de enige twistpunten die er bestaan: naast de onmiddellijke veiligheid van het personeel is er ook vraag naar een betere werk privé balans. In de aangepaste dienstregeling waren er geen gesplitste shiften, ook deze komen nu terug. Dit is iets waar veel werknemers al lang van af willen. De MIVB had van deze crisis gebruik kunnen maken om dit te doen en zo het aantal trajecten van en naar het werk te beperken. Met gesplitste diensten in de ochtend- en avondspits moet een personeelslid twee keer van en naar het werk op een dag. Ook dat is een extra verplaatsing die risico’s met zich meebrengt. Wie ver woont, blijft tussen de shiften op de depot. Dat is eveneens een risico.

    Opnieuw is het duidelijk dat veilige en degelijke werkomstandigheden voor personeel van het openbaar vervoer geen prioriteit zijn onder het kapitalisme. Ook voor de reizigers is veilig openbaar vervoer onmogelijk in de heersende besparingslogica. In New York, één van de hardst getroffen steden wereldwijd, denken wetenschappers dat de metro een belangrijke verspreider van covid-19 was.

    De belangen van de reizigers en het personeel centraal stellen, veronderstelt massaal investeren in openbaar vervoer. Net als in andere essentiële sectoren is er nood aan meer middelen en vereist een veilige werkomgeving eigenlijk ook meer personeel. Een normaal aantal reizigers in veilige omstandigheden vervoeren vereist eigenlijk meer ritten en bovendien toezicht op het maximaal aantal reizigers. Daarnaast zouden gratis mondmaskers kunnen verdeeld worden en moet er extra personeel bijkomen om voertuigen en metrostations te ontsmetten. Extra ritten en extra personeel organiseren, kan misschien niet evident lijken. Maar er zit personeel met know-how uit de vervoersector werkloos thuis (bijvoorbeeld touringcars). Waarom de tekorten en de mogelijkheden niet op elkaar afstemmen? Dat vereist natuurlijk een meer globale planning van de economie.

    Hiervoor zullen we ons moeten organiseren in strijdbare vakbonden waar de leden samen beslissen over welke eisen nodig zijn en welke tactieken gebruikt worden om deze te bekomen. Deze covid-19 crisis heeft geen einde gemaakt aan de klassentegenstellingen, we moeten dus ook de strijd voor de belangen van onze klasse verderzetten. In tegenstelling tot wat de traditionele media ons willen doen geloven, zitten we niet allemaal in hetzelfde schuitje.

  • Surrealistisch gepruts rond mondmaskers en bescherming

    Foto: Pixabay

    Gebrek aan planning leidt tot lijdensweg. Kapitalisme is inefficiënt voor onze gezondheid.

    Hoeveel ministers heb je nodig om een mondmasker te voorzien? Moest het niet zo tragisch zijn, het zou het begin van een goede mop kunnen zijn. Helemaal surrealistisch wordt het als de realiteit het niveau van een tragische grap overstijgt. Bijvoorbeeld met een bestelling van filters die niet op de bestelde mondmaskers passen. Helaas gebeurt dat allemaal op de kap van onze gezondheid.

    Exact twee maand geleden werden de eerste strengere maatregelen opgelegd nadat duidelijk werd dat Covid-19 niet stopt aan landsgrenzen rond China of Italië. Op 12 maart gingen de woonzorgcentra op slot. Twee maanden en ruim 8500 doden later is er nog steeds onvoldoende beschermingsmateriaal. Ook met vijf ministers van mondmaskers lukt het niet om iedereen van een degelijk mondmasker te voorzien.

    Afgelopen weekend was er het bericht dat een onderzoek van de UAntwerpen onder 1216 verpleegkundigen, zorgkundigen en verzorgenden aangaf dat een kwart van het zorgpersoneel onvoldoende beschermingsmateriaal heeft. Het ontbreekt aan mondmaskers, gezichtsbescherming en ander beschermingsmateriaal. Hoeft het verwondering te wekken dat wellicht een duizendtal besmettingen in ziekenhuizen gebeurden? In de woonzorgcentra, die onder meer door commercialisering los staan van andere onderdelen van de zorgsector, is het bilan bijzonder negatief. Daar gaven 18% van de ondervraagden aan dat er nu een tekort aan zuurstof is.

    Terwijl het zorgpersoneel nog onvoldoende toegang heeft tot beschermend materiaal, vond de regering wel de ruimte om een akkoord te sluiten met supermarkten om de commerciële verkoop van chirurgische mondmaskers toe te laten. Volgens de regering zijn er voldoende mondmaskers onderweg om de commerciële verkoop toe te laten. Voor het zorgpersoneel dat op zijn tandvlees zit, is dit nogmaals een slag in het gezicht: blijkbaar zijn er nog voorraden chirurgische mondmaskers voorhanden in ons land, maar de regering eist die niet op om ingezet te worden in de zorg. In plaats van de maskers op te eisen, gaf de regering toe aan de chantage van de commerciële spelers.

    Overigens is er in België de capaciteit om een grote hoeveelheid chirurgische mondmaskers te produceren. Het textielbedrijf Ontex kondigde aan dat het vanaf september in Eeklo tot 80 miljoen mondmaskers per jaar kan produceren. Ook hier gaat het om een privaat initiatief met commerciële doeleinden. Ook hier is er geen enkel initiatief van de overheid. Het opeisen van productielijnen en een planmatige aanpak van de productie van beschermingsmateriaal, was geen onderdeel van het regeringsbeleid. Dat is de reden waarom er na twee maanden nog altijd tekorten zijn. Een gebrek aan planning leidt tot een calvarietocht.

    Dat was zo bij het begin van de lockdown, en het is ook zo met de exit-strategie. Dit doet het gevaar van een tweede golf van besmettingen toenemen. Het maakt dat een nieuwe lockdown daarbij mogelijk wordt. Het gebrek aan voorbereiding en planning van de exit, gaat immers gepaard met een probleem inzake controle van de werkenden op de beschermingsmaatregelen. Er is de neiging van werkgevers om controle door vertegenwoordigers van de arbeidersbeweging op preventie en bescherming op het werk af te bouwen, bijvoorbeeld door Comités Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) niet te laten plaatsvinden of niet actief te betrekken in de beschermingsmaatregelen. Er is ook de onderbezetting van de inspectie Toezicht en Welzijn op het Werk: slechts 141 van de 177 functies zijn ingevuld. Op de regering kunnen we niet rekenen, op de bazen evenmin. Werkenden moeten zelf initiatief nemen en de veiligheid op de werkplaats controleren en maatregelen afdwingen. Onveilig werken, betekent het werk neerleggen.

    Op het establishment kunnen we niet rekenen om onze bescherming te organiseren. De logica van het kapitalisme maakt efficiënt optreden moeilijker. Het probleem zit in het systeem ingebakken. Hoog tijd voor een ander systeem waarin de noden van de meerderheid van de bevolking het centrale vertrekpunt van elke discussie zijn. Opkomen voor zo’n socialistisch alternatief is niet iets voor een verre toekomst, het is onderdeel van de strijd voor de bescherming van onze gezondheid en onze toekomst.

  • Na de quarantaine: grote betoging voor de zorg

    De huidige gezondheidsramp is niet uit de lucht komen vallen! In 2017 werd 900 miljoen euro bespaard op de zorgsector in ons land en 7 miljoen euro op ouderzorg, terwijl de sociale zekerheid 5,8 miljard euro per jaar verloor door fiscale cadeaus aan de grote bedrijven. Er is maar één conclusie mogelijk: besparingen zijn dodelijk.

    Artikel door Luna uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    In Brussel alleen betekende deze besparing een verlies van 200 tot 250 voltijdse equivalenten. Lage lonen, moeilijke en gespreide werkuren en een hoge werkdruk zijn de norm geworden in de zorgsector. Voor de pandemie was de job al onaantrekkelijk en waren er op alle gebieden tekorten. De voorbije jaren kwamen er op de werkvloer geen extra handen bij, er kwamen enkel meer managers. Nu komen we gemiddeld aan één verpleegkundige per 9,4 patiënten terwijl dit minder dan 8 zou moeten zijn. In ‘normale’ tijden was zorg steeds meer bandwerk.

    Covid-19 heeft alle zwaktes in het zorgsysteem aan de oppervlakte gebracht en heeft de al zware werkomstandigheden nog moeilijker gemaakt. Het tekort aan essentieel beschermingsmateriaal en tests brengen het personeel, hun familie en de rest van de patiënten in gevaar. Op dit ogenblik is officieel ongeveer 4% van het personeel besmet, maar de werkelijkheid is veel dramatischer.

    De regering kwam veel te laat met maatregelen die bovendien ontoereikend waren. Dit komt omdat de belangen van het personeel en de zorgsector niet centraal staan in het huidige beleid. De directies van ziekenhuizen beslisten om de ondernemingsraden en Comités voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) op te schorten, waardoor het personeel niet betrokken werd bij discussies over de bescherming op de werkvloer. Ondertussen werkt het zorgpersoneel soms shiften van 12 uur per dag. Er wordt zelfs gesproken over de mogelijkheid om mensen die symptomen hebben te laten werken of nog over de mogelijkheid om gebruikte mondmaskers opnieuw te steriliseren. Er wordt gesproken over het zorgpersoneel als ‘helden’, maar ze gaan gebukt onder een beleid dat jarenlang geen respect toonde en zelfs in volle crisis onvoldoende bescherming biedt. Dit is wat er gebeurt als gezondheidszorg een handelswaar wordt.

    In crisissituaties is er nood aan solidariteit. Die komt altijd van onderaf, van gewone mensen. Als deze gezondheidscrisis voorbij is, bevinden we ons nog steeds in de crisis van het kapitalisme. We weten het allemaal: ze zullen proberen om ons te laten betalen met mogelijk opnieuw besparingen.

    Alle rechten zijn door strijd afgedwongen. Op dit ogenblik is het moeilijk om actie te voeren in de zorgsector. Nu gaat alle aandacht terecht naar de zorg. Maar we moeten wel nadenken hoe we antwoorden op de vele tekorten en hoe we de brede sympathie voor het zorgpersoneel omzetten in een actieve strijd voor meer middelen. De actiegroep La Santé en Lutte (De Zorg in Actie) roept nu al op tot een grote zorgbetoging zodra de gezondheidssituatie dit toelaat, wellicht in september. Laten we ervoor zorgen dat deze betoging de eerste grote betoging wordt waarmee we onze eisen verdedigen.

    De bazen en hun politieke staf zullen ons zeggen dat dit niet het moment is om eisen te stellen, maar dat we net de broekriem moeten aanhalen. Er zal ons verteld worden dat we moeten wachten tot zowel de gezondheidscrisis als de economische crisis achter de rug liggen. We weten echter heel goed dat periodes van economische groei vooral gebruikt worden om de winsten te vergroten, niet om de werkenden te belonen. We moeten ons zo snel mogelijk organiseren met algemene vergaderingen op de werkvloer. Er is een offensief nodig rond de eis van meer middelen voor zorg, betere arbeids- en loonvoorwaarden voor het personeel en een gezondheidszorg die niet als handelswaar wordt gezien. Dat botst op het kapitalisme. Een ander systeem is nodig: een democratisch socialistische samenleving.

  • Covid-19 duwt Latijns-Amerika verder richting afgrond

    Analyse door Alan Rivas, Socialist Alternative (VS)

    “Met achtergelaten lijken op voetpaden, in rolstoelen, verpakt in kartonnen doodskisten en met honderden opgestapeld in mortuaria, is het duidelijk dat Ecuador heel hard geraakt is door Covid-19.” (New York Times 24 april).

    De Covid-19 pandemie bezorgt de arbeidersklasse en de armen in heel Latijns-Amerika een vreselijke lijdensweg met pijn en dood. De regio lijdt onder de pandemie, die zich hier nog in een beginstadium bevindt en in heel wat landen wellicht nog zal verergeren. Dit komt bovenop een economische situatie van zwakke grondstoffenprijzen, massale kapitaalvlucht, een record aan handelsschulden, de ineenstorting van de oliemarkt en het stilvallen van het toerisme. Covid-19 duwt miljoenen werkenden in de armoede en is nefast voor de levensomstandigheden in de regio.

    De Financial Times en de strategen van het internationale kapitalisme worden gedwongen om een realistisch, grimmig beeld te geven van de menselijke catastrofe en de nachtmerrie die zich ontvouwt. Het IMF voorspelde in april dat het BBP op het continent dit jaar met 5,2% zou dalen, wat erger is dan in sub-Sahara Afrika, het Midden-Oosten of Zuid-Azië.

    De Economische Commissie voor Latijns-Amerika en het Caribisch gebied van de VN (ECLAC) voorspelde dat het armoedecijfer in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied tegen het einde van het jaar zal stijgen tot 34,7%, het hoogste niveau sinds 2007. Naar verwachting zullen 16 miljoen mensen in extreme armoede terechtkomen als gevolg van deze crisis (Financial Times). Dat zijn mogelijk nog onderschattingen. Latijns-Amerika is nu al de meest ongelijke regio ter wereld in termen van inkomen en voor verschillende landen komt de verwachte sterke toename van de armoede bovenop zeven jaar economische crisis.

    Al voordat het coronavirus door Latijns-Amerika en het Caribisch gebied trok, was het kapitalisme in de regio al een kwakkelend bestaan beschoren. Met lage grondstoffenprijzen en een enorme schuldenlast was de economische groei erg beperkt: gemiddeld 0,7% per jaar gedurende de laatste zes jaar.

    “De sociale crisis die vorig jaar explodeerde, is een teken van de enorme ongelijkheid die onze regio blijft overweldigen. Deze crisis zou die problemen kunnen verergeren,” waarschuwde Alicia Barcena, hoofd van ECLAS. De nieuwe crisis komt slechts maanden na een golf van explosieve straatprotesten in de hele regio. Daarbij werd geprotesteerd tegen besparingen, ongelijkheid en ontoereikende gezondheids-, welzijns- en onderwijssystemen. De bewegingen deden de heersende regimes in landen als Chili, Ecuador, Bolivia en Colombia en Puerto Rico en Haïti wankelen.

    De werkelijke gevolgen van de nieuwe crisis zijn moeilijk volledig in te schatten. Bijna de helft van de werkenden in Latijns-Amerika is actief in de informele economie, met onzeker werk en onzekere lonen in het dagelijks leven. Er zijn geen betrouwbare gegevens over hun verdiensten of zelfs maar over het feit of ze überhaupt werken.

    Bezorgd om de sociale en politieke gevolgen van de crisis hebben enkele van de grootste economieën een aantal nieuwe of uitgebreide hulpprogramma’s voor de armste delen van hun bevolking aangekondigd. Maar maatregelen op korte termijn die een klein bedrag aan gederfde inkomsten vervangen, zijn ontoereikend voor een groot deel van de bevolking. Die bevolking wordt immers geconfronteerd met de gecombineerde effecten van de economische crisis en de quarantaines.

    “Het gaat niet alleen om het compenseren van het inkomensverlies,” zei Nora Lustig, professor Latijns-Amerikaanse economie, aan de Tulane Universiteit, in een interview met de Miami Herald. De professor wees op de verschrikkelijke levensomstandigheden en het gebrek aan faciliteiten in uitgestrekte sloppenwijken, favelas: “De armen zijn vatbaarder voor infecties en hoge sterftecijfers. Hoe kunnen mensen hun handen veilig wassen in sloppenwijken?”

    Verwoestende effecten in Brazilië en Ecuador

    Ecuador is, samen met Brazilië, het zwaarst getroffen door het coronavirus met duizenden doden, in wat een van de ergste uitbraken in de wereld is, die de rampzalige cijfers van Spanje of Italië evenaart.

    De New York Times documenteerde de gevolgen van de uitbraak en waarschuwde dat het dodental van Covid-19 in Ecuador 15 keer zo hoog kan zijn als het officiële cijfer, waarbij de nadruk lag op de schade die het virus kan aanrichten in landen die vastzitten aan armoede en de falende gezondheidszorgsystemen. Medische teams brachten verslag uit over honderden dode lichamen die uit woningen en overvolle ziekenhuismuren in Guayaquil werden verwijderd. In sommige gebieden werden de lichamen achtergelaten op straat of bij de ingangen van de begraafplaats. Er is sprake van een totale ineenstorting van het zorgsysteem, onder meer omdat ziekenhuispersoneel besmet raakt, wat leidt tot een enorm tekort aan personeel.

    De ramp waarmee het Ecuadoraanse volk wordt geconfronteerd, is een direct gevolg van de criminele nalatigheid van de heersende klasse en de regering van Moreno. Zij hadden massale besparingen op de financiering van de gezondheidszorg opgelegd – als onderdeel van de besparingen die door het IMF en de internationale banken werden geëist. In feite is het een criminele daad, zo werd gemeld dat Moreno eind maart, toen een van de ergste uitbraken ter wereld plaatsvond, een betaling van 320 miljoen dollar heeft gedaan om internationale schulden af te lossen!

    In Brazilië is het rechtse regime van Jair Bolsonaro een crisisperiode ingegaan, waarbij het campagne voerde tegen de quarantaine en wetgeving pushte om de economie te heropenen, zonder rekening te houden met de mogelijkheid van een nog grotere ramp.

    Eind april vielen er officieel meer dan 5.000 doden. De gezondheidsdiensten waarschuwen dat het werkelijke aantal twaalf keer zo groot is, met honderdduizenden besmettingen. De aantallen groeien sneller dan in Spanje in dezelfde fase van de besmetting, aldus het Covid-19 Observatorium. Net als in Ecuador drijft de pandemie een reeds verzwakt gezondheidssysteem naar een totale ineenstorting. De zwaarste slachtoffers vallen in de dichte stedelijke gebieden van de industriële staten São Paulo, Rio Grande do Sul en Minas Gerais, die al verwoest zijn door de diepe economische crisis die in 2017 begon. Volgens de Wereldbank is de prognose voor de Braziliaanse economie om in 2020 verder te krimpen met 4,4%.

    Economie: van vertraging naar ramp

    De Wereldbank overdrijft niet als het de situatie in de regio omschrijft als een overgang van “glansloos naar rampzalig.” De prognose voor Venezuela – de grootste olieproducent van de regio, die geconfronteerd wordt met een ineenstorting van de olieprijs en onmenselijke sancties van het Amerikaanse imperialistische regime – is een economische ineenstorting van nog eens 18% dit jaar. De ECLAC gaat ervan uit dat de economieën van Argentinië en Ecuador, die beide gebukt gaan onder enorme schulden aan het internationale imperialisme, naar verwachting met 6,5% zullen krimpen.

    Toen het coronavirus toesloeg, herstelde Haïti zich nog van de politieke onrust van vorig jaar: voortdurende protesten tegen het corrupte regime van Jovenel Moise, waarbij tientallen doden en honderden gewonden vielen en bedrijven wekenlang werden stilgelegd. Sinds maart is het land op slot, en het VN-agentschap voorspelt dat de armste natie op het halfrond een verdere economische ineenstorting van 3,1% zal meemaken.

    Begin april zijn de ministers van Financiën van de G20 – de grootste economieën ter wereld – overeengekomen om de inning van de schulden van de armste en minst ontwikkelde landen ter wereld tot het einde van het jaar stop te zetten. Die stap zal naar verwachting zo’n 20 miljard dollar vrijmaken, die anders naar de betaling van schulden zou gaan.

    Ook is het Internationaal Monetair Fonds begonnen met het aanbieden van noodleningen onder de marktprijs, waardoor sommige landen de gezondheidsdiensten kunnen versterken of hulppakketten aanbieden om werknemers in dienst te houden. Maar in de overgrote meerderheid van de landen stapelt dit eenvoudigweg meer schulden op aan de internationale financiers, bovenop de bestaande onhoudbare verplichtingen.

    Uit gegevens van de Wereldbank blijkt dat de buitenlandse schuld van landen met een laag en gemiddeld inkomen tussen 2000 en 2018 is verdubbeld. Al vóór de pandemie werden landen als Argentinië geconfronteerd met structurele economische crises, die grotendeels verband hielden met hun buitenlandse schuld. In oktober 2019 waarschuwde het IMF dat verschillende landen daadwerkelijk in gebreke bleven of een groot risico liepen om hun massale schuldenlast niet te kunnen aflossen.

    De pandemie heeft de economische crisis verergerd. Het is een crisis die zich al over de hele wereld en vooral in Midden- en Zuid-Amerika ontwikkelde en die werd veroorzaakt door een daling van de grondstoffenprijzen (grondstoffen) en de export. Volgens Bloomberg News zijn de prijzen van de belangrijkste exportgrondstoffen in 2020 met 27% gedaald.

    Om de buitenlandse schulden te kunnen blijven afbetalen, hebben de regeringen in heel Zuid-Amerika een streng besparings- en privatiseringsbeleid gevoerd, ook op zorg, onderwijs en openbare diensten is er fors bespaard. Het heeft er bovendien tot geleid dat de lonen en pensioenen tot op het bot zijn gedaald. Volgens een recent rapport van CADTM gaven de landen met de grootste schuldenlast 7,8% van hun BBP uit aan de aflossing van hun buitenlandse schuld en slechts een schamele 1,8% aan de openbare gezondheidszorg.

    Nieuwe sociale explosies in aantocht

    De economische crisis zal ernstige politieke gevolgen hebben en tot nieuwe sociale explosies leiden. Wanhoop, onzekerheid en woede en het ontbreken van een duidelijk alternatief van de arbeidersbeweging, zorgen voor een giftige cocktail met onvoorspelbare gevolgen.

    Op plaatsen als Haïti, Colombia, Venezuela en Bolivia zijn er al bijna rellen geweest – vaak tegen de veiligheidsmaatregelen in. In El Salvador en Honduras dreigen armoede en ontwrichting te escaleren tot chaos omdat criminele bendes de corrupte heersende regimes uitdagen.

    Het wordt steeds duidelijker dat het Latijns-Amerikaanse kapitalisme op weg is naar de afgrond. De kapitalistische klasse en hun politieke vertegenwoordigers zullen proberen de crisis van hun systeem en hun criminele beleid af te wentelen op de kap van de arbeidersklasse en de armen in de hele regio.

    Wat de heersende elites in Latijns-Amerika zorgen baart, is de recente herinnering aan oktober en november 2019, toen een golf van opstanden explodeerde en zich als een lopend vuurtje over de regio dreigde te verspreiden.

    Het protest brak in Ecuador uit met een opstand van de arbeiders en de inheemse bevolking tegen de opgelegde besparingen. Chili volgde met een heroïsche massale opstand van arbeiders en jongeren tegen de regering van Piñera en het kapitalistische systeem. In november was de Colombiaanse arbeidersklasse in beweging met een massale algemene staking. Dit werd gevolgd door de prachtige beweging van de Puerto Ricaanse arbeidersklasse dat het Rossello-regime ten val bracht en de opstand in Haïti tegen het corrupte regime van Jovenel Moise.

    Terwijl deze bewegingen nu naar de achtergrond zijn verdwenen, sudderen ze onder de oppervlakte verder en kunnen ze opnieuw uitbarsten.

    In Argentinië heeft de nieuwe regering van Alberto Fernandez snel maatregelen genomen tegen Covid-19, waaronder verplichte sociale afstand en opschorting van de scholen. Het lijkt erop dat dit bijdroeg aan het afvlakken van de curve van het aantal besmettingen. Dit heeft de populariteit van Fernández vergroot. Maar 40% van de Argentijnse bevolking leeft in armoede of ‘extreme armoede’ als gevolg van de besparingen, de crisis en de buitenlandse schuld. De heersende klasse wordt geconfronteerd met een toenemende radicalisering die vijf algemene stakingen tegen de vorige Macri regering en een enorme vrouwenbeweging voor gelijkheid en voor abortusrechten heeft gekend. De kwestie van de schuld zal ook terugkomen als het IMF terugbetalingen eist en nieuwe kredieten koppelt aan voorwaarden van besparingen en privatiseringen.

    In werkelijkheid bestaan de middelen wel degelijk om de crisis aan te pakken waarmee de massa’s in heel Latijns-Amerika, misschien wel een van de rijkste gebieden ter wereld, worden geconfronteerd. Een einde maken aan de plundering van het continent en de onteigening van de immense rijkdom van de kapitalistische klassen is nu een kwestie van leven of dood voor miljoenen mensen. Op die manier kunnen de middelen worden ingezet voor de financiering van de hulpdiensten, testfaciliteiten, medisch personeel en de benodigde uitrusting. Er moet een einde komen aan de plundering van de regio door multinationals en banken en de binnenlandse heersende kapitalistische klassen.

    Op een ogenblik dat de regio enorme investeringen nodig heeft om de gecombineerde crisis van de pandemie en de economische ineenstorting aan te pakken, vindt er een kolossale kapitaalvlucht plaats met miljarden dollars die wegtrekken naar de grote imperialistische centra. Dit is geen ‘vergissing’. Het is een voorbeeld van hoe het hele systeem werkt. Het illustreert het falen van de ‘vrije markt’ en het kapitalisme om de huidige noodsituatie aan te pakken.

    Net als in het geval van de ontwikkelende milieuramp, illustreert deze pandemie de noodzaak van een radicale herziening van de manier waarop de menselijke samenleving wordt georganiseerd. Wat nodig is, is een democratische socialistische economie gebaseerd op publieke eigendom van de belangrijkste productiemiddelen en die democratisch gepland wordt om te voldoen aan de behoeften van de grote meerderheid van de bevolking, in tegenstelling tot de belangen van een kleine elite.

  • Video. Brandweerman/ambulancier Pablo op de 1 mei-meeting van LSP

    Tijdens de online 1 mei-meeting van LSP gaven we het woord aan gewone werkenden. Eén van hen was Pablo Nyns, brandweerman en ambulancier in Brussel. Hij sprak over de situatie in de zorgsector en riep op tot deelname aan de betoging voor meer middelen voor de zorg, een betoging die er komt zodra de gezondheidssituatie het toelaat.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop