Covid-19 duwt Latijns-Amerika verder richting afgrond

Analyse door Alan Rivas, Socialist Alternative (VS)

“Met achtergelaten lijken op voetpaden, in rolstoelen, verpakt in kartonnen doodskisten en met honderden opgestapeld in mortuaria, is het duidelijk dat Ecuador heel hard geraakt is door Covid-19.” (New York Times 24 april).

De Covid-19 pandemie bezorgt de arbeidersklasse en de armen in heel Latijns-Amerika een vreselijke lijdensweg met pijn en dood. De regio lijdt onder de pandemie, die zich hier nog in een beginstadium bevindt en in heel wat landen wellicht nog zal verergeren. Dit komt bovenop een economische situatie van zwakke grondstoffenprijzen, massale kapitaalvlucht, een record aan handelsschulden, de ineenstorting van de oliemarkt en het stilvallen van het toerisme. Covid-19 duwt miljoenen werkenden in de armoede en is nefast voor de levensomstandigheden in de regio.

De Financial Times en de strategen van het internationale kapitalisme worden gedwongen om een realistisch, grimmig beeld te geven van de menselijke catastrofe en de nachtmerrie die zich ontvouwt. Het IMF voorspelde in april dat het BBP op het continent dit jaar met 5,2% zou dalen, wat erger is dan in sub-Sahara Afrika, het Midden-Oosten of Zuid-Azië.

De Economische Commissie voor Latijns-Amerika en het Caribisch gebied van de VN (ECLAC) voorspelde dat het armoedecijfer in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied tegen het einde van het jaar zal stijgen tot 34,7%, het hoogste niveau sinds 2007. Naar verwachting zullen 16 miljoen mensen in extreme armoede terechtkomen als gevolg van deze crisis (Financial Times). Dat zijn mogelijk nog onderschattingen. Latijns-Amerika is nu al de meest ongelijke regio ter wereld in termen van inkomen en voor verschillende landen komt de verwachte sterke toename van de armoede bovenop zeven jaar economische crisis.

Al voordat het coronavirus door Latijns-Amerika en het Caribisch gebied trok, was het kapitalisme in de regio al een kwakkelend bestaan beschoren. Met lage grondstoffenprijzen en een enorme schuldenlast was de economische groei erg beperkt: gemiddeld 0,7% per jaar gedurende de laatste zes jaar.

“De sociale crisis die vorig jaar explodeerde, is een teken van de enorme ongelijkheid die onze regio blijft overweldigen. Deze crisis zou die problemen kunnen verergeren,” waarschuwde Alicia Barcena, hoofd van ECLAS. De nieuwe crisis komt slechts maanden na een golf van explosieve straatprotesten in de hele regio. Daarbij werd geprotesteerd tegen besparingen, ongelijkheid en ontoereikende gezondheids-, welzijns- en onderwijssystemen. De bewegingen deden de heersende regimes in landen als Chili, Ecuador, Bolivia en Colombia en Puerto Rico en Haïti wankelen.

De werkelijke gevolgen van de nieuwe crisis zijn moeilijk volledig in te schatten. Bijna de helft van de werkenden in Latijns-Amerika is actief in de informele economie, met onzeker werk en onzekere lonen in het dagelijks leven. Er zijn geen betrouwbare gegevens over hun verdiensten of zelfs maar over het feit of ze überhaupt werken.

Bezorgd om de sociale en politieke gevolgen van de crisis hebben enkele van de grootste economieën een aantal nieuwe of uitgebreide hulpprogramma’s voor de armste delen van hun bevolking aangekondigd. Maar maatregelen op korte termijn die een klein bedrag aan gederfde inkomsten vervangen, zijn ontoereikend voor een groot deel van de bevolking. Die bevolking wordt immers geconfronteerd met de gecombineerde effecten van de economische crisis en de quarantaines.

“Het gaat niet alleen om het compenseren van het inkomensverlies,” zei Nora Lustig, professor Latijns-Amerikaanse economie, aan de Tulane Universiteit, in een interview met de Miami Herald. De professor wees op de verschrikkelijke levensomstandigheden en het gebrek aan faciliteiten in uitgestrekte sloppenwijken, favelas: “De armen zijn vatbaarder voor infecties en hoge sterftecijfers. Hoe kunnen mensen hun handen veilig wassen in sloppenwijken?”

Verwoestende effecten in Brazilië en Ecuador

Ecuador is, samen met Brazilië, het zwaarst getroffen door het coronavirus met duizenden doden, in wat een van de ergste uitbraken in de wereld is, die de rampzalige cijfers van Spanje of Italië evenaart.

De New York Times documenteerde de gevolgen van de uitbraak en waarschuwde dat het dodental van Covid-19 in Ecuador 15 keer zo hoog kan zijn als het officiële cijfer, waarbij de nadruk lag op de schade die het virus kan aanrichten in landen die vastzitten aan armoede en de falende gezondheidszorgsystemen. Medische teams brachten verslag uit over honderden dode lichamen die uit woningen en overvolle ziekenhuismuren in Guayaquil werden verwijderd. In sommige gebieden werden de lichamen achtergelaten op straat of bij de ingangen van de begraafplaats. Er is sprake van een totale ineenstorting van het zorgsysteem, onder meer omdat ziekenhuispersoneel besmet raakt, wat leidt tot een enorm tekort aan personeel.

De ramp waarmee het Ecuadoraanse volk wordt geconfronteerd, is een direct gevolg van de criminele nalatigheid van de heersende klasse en de regering van Moreno. Zij hadden massale besparingen op de financiering van de gezondheidszorg opgelegd – als onderdeel van de besparingen die door het IMF en de internationale banken werden geëist. In feite is het een criminele daad, zo werd gemeld dat Moreno eind maart, toen een van de ergste uitbraken ter wereld plaatsvond, een betaling van 320 miljoen dollar heeft gedaan om internationale schulden af te lossen!

In Brazilië is het rechtse regime van Jair Bolsonaro een crisisperiode ingegaan, waarbij het campagne voerde tegen de quarantaine en wetgeving pushte om de economie te heropenen, zonder rekening te houden met de mogelijkheid van een nog grotere ramp.

Eind april vielen er officieel meer dan 5.000 doden. De gezondheidsdiensten waarschuwen dat het werkelijke aantal twaalf keer zo groot is, met honderdduizenden besmettingen. De aantallen groeien sneller dan in Spanje in dezelfde fase van de besmetting, aldus het Covid-19 Observatorium. Net als in Ecuador drijft de pandemie een reeds verzwakt gezondheidssysteem naar een totale ineenstorting. De zwaarste slachtoffers vallen in de dichte stedelijke gebieden van de industriële staten São Paulo, Rio Grande do Sul en Minas Gerais, die al verwoest zijn door de diepe economische crisis die in 2017 begon. Volgens de Wereldbank is de prognose voor de Braziliaanse economie om in 2020 verder te krimpen met 4,4%.

Economie: van vertraging naar ramp

De Wereldbank overdrijft niet als het de situatie in de regio omschrijft als een overgang van “glansloos naar rampzalig.” De prognose voor Venezuela – de grootste olieproducent van de regio, die geconfronteerd wordt met een ineenstorting van de olieprijs en onmenselijke sancties van het Amerikaanse imperialistische regime – is een economische ineenstorting van nog eens 18% dit jaar. De ECLAC gaat ervan uit dat de economieën van Argentinië en Ecuador, die beide gebukt gaan onder enorme schulden aan het internationale imperialisme, naar verwachting met 6,5% zullen krimpen.

Toen het coronavirus toesloeg, herstelde Haïti zich nog van de politieke onrust van vorig jaar: voortdurende protesten tegen het corrupte regime van Jovenel Moise, waarbij tientallen doden en honderden gewonden vielen en bedrijven wekenlang werden stilgelegd. Sinds maart is het land op slot, en het VN-agentschap voorspelt dat de armste natie op het halfrond een verdere economische ineenstorting van 3,1% zal meemaken.

Begin april zijn de ministers van Financiën van de G20 – de grootste economieën ter wereld – overeengekomen om de inning van de schulden van de armste en minst ontwikkelde landen ter wereld tot het einde van het jaar stop te zetten. Die stap zal naar verwachting zo’n 20 miljard dollar vrijmaken, die anders naar de betaling van schulden zou gaan.

Ook is het Internationaal Monetair Fonds begonnen met het aanbieden van noodleningen onder de marktprijs, waardoor sommige landen de gezondheidsdiensten kunnen versterken of hulppakketten aanbieden om werknemers in dienst te houden. Maar in de overgrote meerderheid van de landen stapelt dit eenvoudigweg meer schulden op aan de internationale financiers, bovenop de bestaande onhoudbare verplichtingen.

Uit gegevens van de Wereldbank blijkt dat de buitenlandse schuld van landen met een laag en gemiddeld inkomen tussen 2000 en 2018 is verdubbeld. Al vóór de pandemie werden landen als Argentinië geconfronteerd met structurele economische crises, die grotendeels verband hielden met hun buitenlandse schuld. In oktober 2019 waarschuwde het IMF dat verschillende landen daadwerkelijk in gebreke bleven of een groot risico liepen om hun massale schuldenlast niet te kunnen aflossen.

De pandemie heeft de economische crisis verergerd. Het is een crisis die zich al over de hele wereld en vooral in Midden- en Zuid-Amerika ontwikkelde en die werd veroorzaakt door een daling van de grondstoffenprijzen (grondstoffen) en de export. Volgens Bloomberg News zijn de prijzen van de belangrijkste exportgrondstoffen in 2020 met 27% gedaald.

Om de buitenlandse schulden te kunnen blijven afbetalen, hebben de regeringen in heel Zuid-Amerika een streng besparings- en privatiseringsbeleid gevoerd, ook op zorg, onderwijs en openbare diensten is er fors bespaard. Het heeft er bovendien tot geleid dat de lonen en pensioenen tot op het bot zijn gedaald. Volgens een recent rapport van CADTM gaven de landen met de grootste schuldenlast 7,8% van hun BBP uit aan de aflossing van hun buitenlandse schuld en slechts een schamele 1,8% aan de openbare gezondheidszorg.

Nieuwe sociale explosies in aantocht

De economische crisis zal ernstige politieke gevolgen hebben en tot nieuwe sociale explosies leiden. Wanhoop, onzekerheid en woede en het ontbreken van een duidelijk alternatief van de arbeidersbeweging, zorgen voor een giftige cocktail met onvoorspelbare gevolgen.

Op plaatsen als Haïti, Colombia, Venezuela en Bolivia zijn er al bijna rellen geweest – vaak tegen de veiligheidsmaatregelen in. In El Salvador en Honduras dreigen armoede en ontwrichting te escaleren tot chaos omdat criminele bendes de corrupte heersende regimes uitdagen.

Het wordt steeds duidelijker dat het Latijns-Amerikaanse kapitalisme op weg is naar de afgrond. De kapitalistische klasse en hun politieke vertegenwoordigers zullen proberen de crisis van hun systeem en hun criminele beleid af te wentelen op de kap van de arbeidersklasse en de armen in de hele regio.

Wat de heersende elites in Latijns-Amerika zorgen baart, is de recente herinnering aan oktober en november 2019, toen een golf van opstanden explodeerde en zich als een lopend vuurtje over de regio dreigde te verspreiden.

Het protest brak in Ecuador uit met een opstand van de arbeiders en de inheemse bevolking tegen de opgelegde besparingen. Chili volgde met een heroïsche massale opstand van arbeiders en jongeren tegen de regering van Piñera en het kapitalistische systeem. In november was de Colombiaanse arbeidersklasse in beweging met een massale algemene staking. Dit werd gevolgd door de prachtige beweging van de Puerto Ricaanse arbeidersklasse dat het Rossello-regime ten val bracht en de opstand in Haïti tegen het corrupte regime van Jovenel Moise.

Terwijl deze bewegingen nu naar de achtergrond zijn verdwenen, sudderen ze onder de oppervlakte verder en kunnen ze opnieuw uitbarsten.

In Argentinië heeft de nieuwe regering van Alberto Fernandez snel maatregelen genomen tegen Covid-19, waaronder verplichte sociale afstand en opschorting van de scholen. Het lijkt erop dat dit bijdroeg aan het afvlakken van de curve van het aantal besmettingen. Dit heeft de populariteit van Fernández vergroot. Maar 40% van de Argentijnse bevolking leeft in armoede of ‘extreme armoede’ als gevolg van de besparingen, de crisis en de buitenlandse schuld. De heersende klasse wordt geconfronteerd met een toenemende radicalisering die vijf algemene stakingen tegen de vorige Macri regering en een enorme vrouwenbeweging voor gelijkheid en voor abortusrechten heeft gekend. De kwestie van de schuld zal ook terugkomen als het IMF terugbetalingen eist en nieuwe kredieten koppelt aan voorwaarden van besparingen en privatiseringen.

In werkelijkheid bestaan de middelen wel degelijk om de crisis aan te pakken waarmee de massa’s in heel Latijns-Amerika, misschien wel een van de rijkste gebieden ter wereld, worden geconfronteerd. Een einde maken aan de plundering van het continent en de onteigening van de immense rijkdom van de kapitalistische klassen is nu een kwestie van leven of dood voor miljoenen mensen. Op die manier kunnen de middelen worden ingezet voor de financiering van de hulpdiensten, testfaciliteiten, medisch personeel en de benodigde uitrusting. Er moet een einde komen aan de plundering van de regio door multinationals en banken en de binnenlandse heersende kapitalistische klassen.

Op een ogenblik dat de regio enorme investeringen nodig heeft om de gecombineerde crisis van de pandemie en de economische ineenstorting aan te pakken, vindt er een kolossale kapitaalvlucht plaats met miljarden dollars die wegtrekken naar de grote imperialistische centra. Dit is geen ‘vergissing’. Het is een voorbeeld van hoe het hele systeem werkt. Het illustreert het falen van de ‘vrije markt’ en het kapitalisme om de huidige noodsituatie aan te pakken.

Net als in het geval van de ontwikkelende milieuramp, illustreert deze pandemie de noodzaak van een radicale herziening van de manier waarop de menselijke samenleving wordt georganiseerd. Wat nodig is, is een democratische socialistische economie gebaseerd op publieke eigendom van de belangrijkste productiemiddelen en die democratisch gepland wordt om te voldoen aan de behoeften van de grote meerderheid van de bevolking, in tegenstelling tot de belangen van een kleine elite.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop