Category: Op de werkvloer

  • Sociale verkiezingen: Bart, kandidaat voor BBTK in AZ Sint Maria

    Begin mei zijn er sociale verkiezingen in honderden bedrijven. Duizenden werkenden zijn kandidaat. We stelden enkelen van hen volgende vragen.

    1. Welke thema’s en eisen staan vooraan in jouw bedrijf of sector en hoe kunnen die eisen gerealiseerd worden? 
    2. Wat vind jij belangrijk bij de organisatie van de vakbonden op de werkvloer en hoe maak je van de vakbond een instrument van strijd? 
    3. Hoe kan je die vakbondswerking politiseren en versterken?

    Bart Van der Biest, kandidaat voor BBTK-SETCa in het ziekenhuis AZ Sint-Maria

    “In de zorgsector zijn de groeiende personeelstekorten door de toxische combinatie van hyperflexibiliteit en werkdruk één van de belangrijkste problemen. Daarnaast zijn er ook de hervormingen in de zorg met o.a. nieuwe zorgberoepen die zogezegd het probleem van het tekort aan verpleegkundigen willen oplossen maar in realiteit enkel de problemen nog verder dreigen te vergroten. VOKA en de Vlaamse regering hebben hun slag thuisgehaald door de vervanging van de opleiding HBO5 verpleegkunde door de opleiding tot “basisverpleegkundige” dat in tegenstelling tot de naam in realiteit slechts een verpleegassistent is of een goedkopere-nét-niet-verpleegkundige die men echter wél wil integreren in de verpleegkundige normen. Het beleid en sommige belangengroepen misbruiken de complexiteit van het dossier om de werkvloer, het onderwijs en het brede publiek zand in de ogen te strooien.

    “Men kan ernstige vraagtekens zetten bij de houding van  sommige vakbondsapparaten … Bij BBTK-SETCa werd de druk van onderuit echter te groot: na ruim twee jaar lang de discussies  ‘binnenshuis’ te houden, heeft men dan toch eind februari dit jaar publiekelijk een duidelijk standpunt ingenomen: wij verwerpen de hervormingen in de verpleegkunde. Het verschil in houding van nationale vakbondsapparaten  tegenover Maggie De Block en Frank Vandenbroucke kan niet groter zijn. De loyauteit tegenover “bevriende politieke partners” vormt wel degelijk een rem op het organiseren van het noodzakelijke verzet tegen rampzalige hervormingen. Kritische en strijdbare vakbondsafgevaardigden dienen zich hiervan bewust te zijn. Indien je hier geen rekening mee houdt, kan dit leiden tot frustratie, demoralisatie en tenslotte totale desillusie.

    “Uiteraard is het ook noodzakelijk om niet enkel “neen” te zeggen vanuit syndicale hoek maar ook om een positief en mobiliserend antwoord te formuleren op de toenemende problemen in de sector. Op het congres van BBTK-SETCa Social Profit in juni vorig jaar werd de 32-urenweek zonder loonverlies en compenserende aanwervingen aangenomen als speerpunt voor de sector. Door de aanhoudende rechtse propaganda lijkt dit op het eerste zicht van de pot gerukt, maar bij een ernstige analyse van de problemen in de sector in combinatie met  de nodige data blijkt collectieve arbeidsduurvermindering echter de enige logische conclusie te zijn.”

  • Sociale verkiezingen: Wouter, kandidaat voor BBTK bij CAW

    Begin mei zijn er sociale verkiezingen in honderden bedrijven. Duizenden werkenden zijn kandidaat. We stelden enkelen van hen volgende vragen.

    1. Welke thema’s en eisen staan vooraan in jouw bedrijf of sector en hoe kunnen die eisen gerealiseerd worden? 
    2. Wat vind jij belangrijk bij de organisatie van de vakbonden op de werkvloer en hoe maak je van de vakbond een instrument van strijd? 
    3. Hoe kan je die vakbondswerking politiseren en versterken?

    Wouter, kandidaat voor BBTK bij CAW

    1/ “We zetten ons in voor meer middelen. Dat betekent meer personeel om de wachtlijsten weg te werken. Door de ene na de andere crisis van het systeem namen de vragen naar hulp in het welzijnswerk toe. Daarnaast strijden we voor hogere lonen. In onze sector werken bijvoorbeeld veel meer vrouwen dan mannen. De lage lonen in onze sector verklaren een deel van de loonkloof. Die willen we dichten: de strijd tegen onderdrukking is een strijd van alle werkenden! Een derde speerpunt is de 30-urenweek zonder loonverlies (met bijkomende aanwervingen) zodat de verhouding werk-privé meer haalbaar wordt en gedwongen deeltijds werken collega’s financieel niet in de problemen duwt. We nemen deel aan acties in onze sector en in de bredere beweging om dit te winnen. We bundelen ook de krachten tussen verschillende deelsectoren en over vakbondsgrenzen heen, o.a. via groepen zoals Sociaal Werkers in Actie! Het zal erop aankomen om meer controle te krijgen op de economie om de nodige middelen af te dwingen, dus solidariteit met alle werkenden is cruciaal!” 

    2/ “Als kandidaat stelde ik bij de vorige verkiezingen voor om maandelijks te communiceren met het personeel via berichtgeving en wanneer nodig personeelsvergaderingen te voorzien. We hebben dit de afgelopen vier jaar ingevoerd, waardoor steeds meer collega’s betrokken zijn in dit syndicaal werk: sommigen werden afgevaardigde, anderen spelen een rol als militant. Veel collega’s informeren ons over wat er op de werkvloer gebeurt. En er is een steeds grotere groep die staakt en betoogt om de eisen die we stellen af te dwingen. We willen hier verder aan bouwen.” 

    3/ “Door collega’s veel meer te informeren kunnen we de verbanden uitleggen tussen grote winsten van bedrijven die weinig belast worden en de tekorten in het welzijnswerk. Bij de vorming van de vorige Vlaamse regering gaf deze 5 miljoen euro aan INEOS voor het aanwerven van personeel en ‘ecologische’ productie, terwijl hetzelfde bedrag bespaard werd bij de Centra Algemeen Welzijnswerk (CAW). Die geldstroom is duidelijk. Wetende dat het de werkenden zijn die rijkdom produceren en de ongelijkheid verder toeneemt, is dit wraakroepend. Meer en meer collega’s beseffen dat het kapitalistisch systeem geen oplossing biedt. We proberen uit te leggen dat er mogelijkheden zijn om met dit systeem te breken. Onze eisen winnen, kan een eerste stap zijn in die richting!”

  • Sociale verkiezingen: Luna, kandidate voor het ACV in een Brussels ziekenhuis

    Begin mei zijn er sociale verkiezingen in honderden bedrijven. Duizenden werkenden zijn kandidaat. We stelden enkelen van hen volgende vragen.

    1. Welke thema’s en eisen staan vooraan in jouw bedrijf of sector en hoe kunnen die eisen gerealiseerd worden? 
    2. Wat vind jij belangrijk bij de organisatie van de vakbonden op de werkvloer en hoe maak je van de vakbond een instrument van strijd? 
    3. Hoe kan je die vakbondswerking politiseren en versterken?

    Luna, kandidate voor het ACV in een Brussels ziekenhuis

    1/ “Als verpleegkundige zal ik blijven strijden tegen de besparingen en het tekort aan middelen in de sector. Die leiden tot een gezondheidszorg op twee snelheden, met betere zorg voor wie dit kan betalen. Daarnaast zorgt het tekort aan middelen ook voor een groeiend personeelstekort. Hogere lonen voor het zorgpersoneel en meer middelen voor de ziekenhuizen en de zorg in het algemeen, moeten maatschappelijke prioriteiten zijn.”

    2/ “Het is belangrijk om een goede taakverdeling te hebben binnen het vakbondsteam. Dit bevordert de betrokkenheid van nieuwe leden en het zorgt voor een evenwichtige werking binnen de delegatie. Aanwezigheid op het terrein is essentieel, net als weten hoe je specifieke eisen in de sector kunt koppelen aan meer algemene eisen.”

    3/ “De vakbond moet niet alleen een onderhandelingsinstrument binnen het bedrijf zijn. De inzet in deze periode is erg groot. Het kapitalistisch systeem staat langs alle kanten onder druk en het is belangrijk om je bewust te zijn van de kracht die de arbeidersklasse heeft om de regels van het spel te veranderen. Politieke discussies binnen de vakbonden zijn dan ook essentieel.”

  • Mythe van volledige tewerkstelling: vals argument tegen arbeidsduurvermindering

    Maandag stelde arbeidsmarktexpert Jan Denys in De Morgen dat het hele arbeidsmarktbeleid moet herzien worden omdat we in de richting van volledige tewerkstelling gaan. Vakbondsafgevaardigde Tim uit Gent weerlegt de stelling over volledige tewerkstelling.

    Het punt met dit soort uitspraken is dat ze gewoon feitelijk onjuist zijn. Het aantal uitkeringsgerechtigde werklozen is inderdaad gedaald: tussen 2009 en 2023 ging dit aantal in Vlaanderen van 195.327 naar 109.800 vandaag. Het totale aantal werklozen daalde echter veel minder, in dezelfde periode ging het van 251.605 mensen naar 211.275 vandaag. Dat cijfers is trouwens behoorlijk conjunctureel: 2009 was een hoogtepunt, een jaar eerder ging het immers slechts om 200.217, dat is dus minder dan in 2024.

    Met andere woorden: de voorbije 15 jaar zijn er qua werkloosheid wel stevige ups en downs geweest naargelang hoe de economie er voor staat, maar er is geen substantieel verschil. Dat is er wél bij het aantal mensen dat nog een uitkering krijgt. Dat aantal zakte spectaculair, onder meer door de asociale jacht op werklozen.

    In de periode 2008-2023 steeg het aantal langdurig zieken tegelijkertijd van 249.631 naar 466.810, een stijging van 87%, bijna een verdubbeling! Heel wat van die langdurig zieken rapporteren een rechtstreekse link met het werk. Met andere woorden: de moordende productiviteit in Vlaanderen drijft mensen in ziekte en ellende.

    Daarom dat voorstellen om de arbeidsduur te verlagen wél werken. De vakbonden in de zorgsector vragen al sinds enige tijd de invoering van een 30-urige werkweek, met behoud van loon én bijkomende aanwervingen. Eigenlijk verandert er voor de huidige personeelsleden erg weinig qua werkuren: een ruime meerderheid werkt immers deeltijds. Ze zouden er wel, in tegenstelling tot nu, een degelijk loon voor ontvangen, wat vele uittreders in de sector zal overtuigen terug te keren naar de sector.

    Ook in de rest van de economie is dat zo: een gemiddelde Belgische werknemer heeft vandaag een arbeidsovereenkomst voor 32,8 uur. Dat zou dus ook de norm moeten zijn bij het bepalen van het werkelijke aantal werkuren.

    Desondanks pleit een ‘expert’ zoals Jan Denys tegen maatregelen tot arbeidsduurvermindering. Hij wil dat werkenden langer én meer werken dan nu. Net die recepten die de voorbije 15 jaar tot recordhoogtes hebben gezorgd in de ziektestatistieken.

    We moeten juist het tegendeel doen. Het voorstel van de 32-urige werkweek waarmee de PS onlangs naar buiten kwam is niet nieuw, het is een aloude vakbondseis. Ze vertrekt van de vaststelling dat de productiviteit de voorbije jaren sterk is gestegen – we produceren meer rijkdom met minder arbeidsuren – maar dat de lonen niet zijn meegestegen. Het invoeren van een 32-urige werkweek met behoud van loon en bijkomende aanwervingen betekent in de praktijk voor de meeste mensen een loonsverhoging, voor anderen een welkome verlaging van hun arbeidsstress.

    Wie gaat dat betalen, zullen rechtse economen clichématig vragen. Wel: de winsten van de Belgische bedrijven stegen de voorbije jaren van 38,7 naar 44,1% (2013-2020). “Maar dat zijn vooral de grote multinationals”. Ja: de 1% grootste bedrijven deed nog beter met een winstvoet van 45,6%, en de overige 99% haalde “slechts” gemiddeld 42% winst. Maar laten we de solidariteit daar dan eens spelen: laat de grootste bedrijven met hun vette winsten de kosten voor de KMO’s betalen. Zou dat niet intelligenter zijn dan het altijd te zoeken bij de werkenden?

  • Sociale verkiezingen: Luc, kandidaat voor ACOD bij De Lijn in Antwerpen

    Begin mei zijn er sociale verkiezingen in honderden bedrijven. Duizenden werkenden zijn kandidaat. We stelden enkelen van hen volgende vragen.

    1. Welke thema’s en eisen staan vooraan in jouw bedrijf of sector en hoe kunnen die eisen gerealiseerd worden? 
    2. Wat vind jij belangrijk bij de organisatie van de vakbonden op de werkvloer en hoe maak je van de vakbond een instrument van strijd? 
    3. Hoe kan je die vakbondswerking politiseren en versterken?

    Luc, kandidaat voor ACOD bij De Lijn in Antwerpen

    1/ “De Lijn en het openbaar vervoer in het algemeen lijden enorm onder de gevolgen van 15 jaar besparingsbeleid.  Dit terwijl openbaar vervoer cruciaal is als deel van de oplossing van de klimaatcrisis.  We hebben een enorme investering en uitbreiding nodig. Andere thema’s zijn de strijd tegen de privatisering, maar ook voor werkbaar werk. Bus- en tramchauffeurs zijn hyperflexibel. Ze starten of eindigen hun shiften op de meest onmogelijke uren, hebben onderbroken shiften …  De Lijn wil nog verder gaan in die flexibilisering onder het mom van productiviteitsverhogende maatregelen. Ze willen zelfs flexijobs invoeren! Arbeidsduurvermindering met bijvoorbeeld een 32-urenweek zonder loonverlies kan hier een antwoord zijn of het afschaffen van het laagste loonbarema bij techniek als het om lonen gaat. Om echt stappen vooruit te zetten, zal er strijd nodig zijn. We moeten leren zelf eisen en een plan naar voren te schuiven en uiteraard de hand te reiken aan de reizigers.” 

    2/ “Misschien wel het belangrijkste is het betrekken van zoveel mogelijk collega’s. Momenteel hebben wij een enorm grote doorstroom en is het een uitdaging om alle nieuwe collega’s het belang van een sterke vakbond uit te leggen. Dat betrekken proberen we ook te doen door simpelweg al verslagen (liefst van het gemeenschappelijk vakbondsfront) van ons werk in de overlegorganen te delen, maar evengoed door te werken met o.a. whatsappgroepen en een sterke aanwezigheid op de werkvloer. Algemene vergaderingen organiseren is een uitdaging, aangezien we allemaal in onze bus of tram zitten, maar zeker op actiedagen proberen we dit wel te doen om met iedereen de situatie te bespreken.”

     3/ “Bij een overheidsbedrijf als De Lijn is het moeilijk om vakbond en politiek te scheiden, aangezien het wel heel duidelijk is dat we van politieke beslissingen en keuzes afhangen. Tegelijk kan het de illusie wekken dat we beter samenwerken met partijen die aan het beleid deelnemen om op die manier toch iets te veranderen. Vaak wordt er gewezen naar ‘de politiek’ die voor oplossingen moet zorgen, waarbij we maar ‘juist’ moeten stemmen. We mogen ons hier niet aan laten vangen. Om stappen vooruit te zetten, moeten we zelf strijd voeren en eisen verdedigen die ‘politiek’ zijn, zoals een nood- en investeringsplan voor openbaar vervoer of arbeidsduurvermindering naar een 32u/week.”

  • Sociale verkiezingen: Peter, kandidaat in een IT-bedrijf

    Begin mei zijn er sociale verkiezingen in honderden bedrijven. Duizenden werkenden zijn kandidaat. We stelden enkelen van hen volgende vragen.

    1. Welke thema’s en eisen staan vooraan in jouw bedrijf of sector en hoe kunnen die eisen gerealiseerd worden? 
    2. Wat vind jij belangrijk bij de organisatie van de vakbonden op de werkvloer en hoe maak je van de vakbond een instrument van strijd? 
    3. Hoe kan je die vakbondswerking politiseren en versterken?

    Peter, kandidaat voor de BBTK in een IT-bedrijf

    1/ “Ik werk bij een IT-bedrijf en bij ons willen we de volgende centrale eisen naar voren brengen in de campagne: behoud van jobs in  België tegen de trend in van outsourcing, wat naast jobverlies dikwijls kwaliteitsproblemen met zich meebrengt; een indexering van de voordelen van de werknemers (lump sum thuiswerk, budget voor gsm, bureaumateriaal, bijdrage aan het internetabonnement …); voor sommige teams het optrekken van het budget voor de nu elektrische bedrijfswagens (die veel duurder zijn dan andere wagens. 

    “Een sterk BBTK kan meer gewicht in de schaal werpen hiervoor. De technologiesector kende de laatste 15 jaar meer groei dan de hele economie. Als we deze eisen rond jobbehoud en voordelen willen realiseren zullen we solidair en strijdbaar moeten zijn. We hebben de laatste jaren gelukkig wel een traditie van personeelsvergaderingen ingevoerd in het bedrijf.”

    2/ “Je moet een klankbord zijn van de wensen en verzuchtingen van je collega’s en consequent hun belangen verdedigen. Het is belangrijk dat mensen zien dat je soms op de rem durft te gaan staan met de vakbonden en dat je je als afgevaardigde uitspreekt tegen bepaalde voorstellen. Het is een permanent werk van discussie en bewustmaking rond hoe onze belangen als loontrekkenden te verdedigen. Personeelsvergaderingen zijn zeker een uitgelezen instrument voor het betrekken van personeel en om stappen in de richting van meer syndicale democratie te zetten. Maar je hebt ook consequente en strijdbare vakbonden nodig om reëel een impact te hebben om jobs te behouden en de lonen en arbeidscondities te verbeteren.” 

    3/ “Politiseren is een grote uitdaging omdat de algemene depolitisering – ook van veel vakbonden – mensen naar het pure bedrijfsniveau trekt. Syndicale strijd is altijd ook politiek, anders strijden we met een hand op onze rug. We moeten strijdpartijen opbouwen als syndicalisten. De PVDA levert goed werk in het parlement om de besparingen aan te klagen en een klassenbewustzijn te creëren. Maar doordat ze een erg strikte scheiding maakt tussen politiek en het syndicale en de vakbondsleidingen ontziet, is haar syndicale rol veel beperkter dan wat die zou kunnen zijn als ze haar eigen en andere strijdbare syndicalisten daadwerkelijk zou proberen te organiseren rond eisen en condities op de werkplaats.”

  • Sociale verkiezingen: Julien, kandidaat in een farmabedrijf

    Begin mei zijn er sociale verkiezingen in honderden bedrijven. Duizenden werkenden zijn kandidaat. We stelden enkelen van hen volgende vragen.

    1. Welke thema’s en eisen staan vooraan in jouw bedrijf of sector en hoe kunnen die eisen gerealiseerd worden? 
    2. Wat vind jij belangrijk bij de organisatie van de vakbonden op de werkvloer en hoe maak je van de vakbond een instrument van strijd? 
    3. Hoe kan je die vakbondswerking politiseren en versterken?

    Julien, kandidaat voor het ABVV in een groot farmaceutisch bedrijf

    1/ “In de industrie is werkdruk een groot probleem. Op basis van een advies van McKinsey heeft het management een reeks projecten geïmplementeerd om de productiviteit met 15% te verhogen. Naast deze projecten wordt er drastisch minder personeel aangeworven. Dit zorgt voor veel ontevredenheid op de werkvloer. Om tegen de strategie van het bedrijf in te gaan, hebben we een ambitieus strijdplan nodig dat alle afdelingen mobiliseert: productie, laboratoria, verpakking, onderhoud, enz.”

    2/ “In contact blijven met de collega’s is cruciaal. Vergaderingen met het management en zijn verschillende lagen kunnen erg tijdrovend zijn en worden door het management ook gebruikt om afgevaardigden te beïnvloeden. Het is noodzakelijk om in gesprek te blijven met collega’s door bijvoorbeeld naar de ruimtes te gaan waar ze tijdens hun pauzes bijeenkomen. Dit maakt het mogelijk om komende mobilisaties uit te leggen, maar ook om te praten over wat er in andere gebouwen gebeurt en de problemen die zich daar voordoen. Dit geeft werknemers een beter beeld van de situatie in het volledige bedrijf en maakt duidelijk dat de problemen waar zij mee te maken hebben dezelfde zijn als die van collega’s in andere afdelingen.”

    3/ “De strijd beperken tot het niveau van de werkplek komt enkel de directie ten goede. De automatische indexering van de lonen is een historische verwezenlijking van de Belgische arbeidersbeweging. De bazen hebben dit drastisch beperkt door een reeks aanpassingen, maar ook door de loonwet van 1996 die een rem zet op onze lonen. Voor de periode 2023-24 zijn er slechts in een handvol bedrijven, voornamelijk in de industrie, schuchtere overschrijdingen van de loonnorm. We zouden veel meer kunnen afdwingen als we in heel het land collectief de strijd tegen de loonwet aangaan.”

    “We stevenen af op een periode van zware besparingen in heel Europa, en natuurlijk ook in België. Onze openbare diensten zullen nog meer onder druk staan. Die maken deel uit van onze koopkracht. Meer publieke middelen voor de openbare diensten in functie van de behoeften zou ons in staat stellen om sociale woningen te bouwen en het aantal crèches, scholen, ziekenhuizen, enz. te verhogen. Het geld hiervoor moeten we zoeken in de zakken van het patronaat.”

  • Staking bij AVJ in Luik levert resultaat op. Interview met twee personeelsleden

    Na vier weken staking heeft het personeel van AVJ (Aide aux activités de vie journalière, dienst voor hulpverlening bij activiteiten in het dagelijks leven) in Luik een overwinning behaald. De geplande ontslagen zijn ingetrokken, de externe consultant is aan de deur gezet en de raad van bestuur en de manager zijn geschorst en vervangen door een voorlopige bewindvoerder. We spraken vlak voor deze overwinning werd behaald met BBTK-afgevaardigde Aurore en haar collega Anne-Françoise. 

    door Jonas (Luik)

    Wat doet jullie organisatie?

    Anne-Françoise: “We zorgen voor volwassenen met een lichamelijke handicap die zelfstandig thuis wonen. Ze kunnen ons op elk moment van de dag bellen om hen te helpen wanneer ze geen andere diensten tot hun beschikking hebben. Koken of schoonmaken doen we niet, dat is niet onze verantwoordelijkheid. Er zijn echter onvoldoende huishoudhulpen waardoor veel van onze mensen vooral op ons rekenen.”

    Aurore: “We worden gesubsidieerd door het AVIQ (Agence wallone pour une Vie de Qualité). De raad van bestuur van de vzw is onze werkgever (voorzitter, vice-voorzitter en een paar anderen die gebruiker van de dienst zijn). Het bestuur moet voor 30% bestaan uit mensen met een beperking uit onze eigen werking. De voorzitter heeft overal controle over en staat erg dicht bij de directeur en de externe consultant die aangesteld werd.”

    Wat is het probleem met de directeur?

    Anne-François: “Voor 2022 was hij afwezig wegens een burn-out. Toen hij terugkwam, keerde hij zich tegen de vakbondsafgevaardigden. Alle communicatie verliep via e-mail, sms of per brief. Gedurende een jaar nam hij nooit deel aan vergaderingen, omdat hij zich niet in staat voelde om vergaderingen met 25 lokale afdelingen van AVJ’s te leiden. In juni 2023 werd daarom een externe consultant ingehuurd, wat erg duur is. Die moest de ‘sociale dialoog hernieuwen’. De consultant zou met het personeel spreken. Maar hij deed dit op een erg confronterende wijze. Er vielen 36 afdankingen en meer dan twintig collega’s kregen waarschuwingen. Bij ons eerste gesprek, zette hij ons meteen terug aan de deur. Voor een vergadering met de vakbondsafgevaardigden waren er enkele collega’s meegekomen om ons te steunen. De consultant vroeg ons meteen om te vertrekken omdat hij niet met ons wilde praten.”

    Wie heeft de uiteindelijke beslissingsbevoegdheid? 

    Aurore: “Dat zal waarschijnlijk de minister zijn. De AViQ is hier twee keer geweest. De eerste keer ging het goed, de gebruikers van de dienst gaven zeer goede adviezen. De tweede keer liep het uit de hand omdat de voorzitter, die zelf een gebruiker is, zich scherp uitsprak tegen de staking en de andere gebruikers opstookte tegen onze acties. Dat maakt het moeilijk, het drijft een wig tussen het personeel en de gebruikers van de dienst. Er werden vier klachten ingediend.” 

    Het onderliggende probleem is een personeelstekort?

    Aurore: “Tot nu toe slaagden we erin om diensten te wisselen tussen collega’s, omdat sommigen kinderen hebben. We willen natuurlijk dat de gebruikers geholpen worden. Maar nu wilden ze ook onze onderlinge regelingen om diensten te wisselen afschaffen. Vroeger was er geen directeur, maar een coördinator. Die volgde echter een opleiding tot manager met bijhorend loon. Dan kwam er nog een externe consultant die beweerde dat er teveel zieken zijn en dat sommige collega’s ‘gemaksziekten’ veinzen. Ik ging door het lint, wat geeft die consultant het recht om zich als een dokter te gedragen?!”

    Anne-Françoise: “We kregen zelfs eens een papier waarop stond dat de ‘valse zieken’ eruit moesten gehaald worden. Zieke collega’s werden niet meer vervangen. Daarop moeten we de gebruikers vertellen dat het team niet compleet is en de hulpverlening dus in het gedrang komt.”

    Aurore: “De consultant wacht bewust tot ik weg ben om belangrijke informatie aan collega’s te geven zodat ik als vakbondsafgevaardigde niet meteen op de hoogte ben. Ik ben echter in de eerste plaats een hulpverlener en ik ben delegee voor als er problemen zijn.”

    Kort na het afnemen van dit interview bereikte ons het nieuws dat de stakers na vier weken hun eisen binnenhaalden. Strijd loont!

  • Gaza. Zorgpersoneel Brugmann-ziekenhuis solidair

    Vandaag houdt de vakbond ACOD LRB aan het Brugmann ziekenhuis in Brussel een solidariteitsactie om de aanvallen op ziekenhuizen en zorgpersoneel in Gaza aan te klagen.

    Er werd verzameld voor het ziekenhuis voor een solidariteitsfoto en toespraken. In de oproep hiervoor stelde ACOD: “De aanhoudende aanvallen op de medische faciliteiten van Gaza in de afgelopen weken hebben een ondraaglijk niveau van wreedheid bereikt. Verschillende officiële rapporten geven aan dat ziekenhuizen, toevluchtsoorden en eerstehulpposten voor gewonden en zieken, doelbewust onder vuur worden genomen, wat heeft geleid tot verlies van mensenlevens onder de burgerbevolking en het medisch personeel dat ondanks alles onvermoeibaar doorgaat met zijn werk. Deze onaanvaardbare aanval op het recht op gezondheid is een aanval op onze gemeenschappelijke menselijkheid en een flagrante schending van het internationaal recht.”

    De vakbond voegde eraan toe: “ACOD is van mening dat het nu noodzakelijk is dat de internationale gemeenschap onmiddellijk en resoluut actie onderneemt om een einde te maken aan deze wreedheden. Voor ons staat zwijgen gelijk aan medeplichtigheid aan deze barbaarse daden. Het is dus tijd om ons actief in te zetten voor een onmiddellijk staakt-het-vuren en een einde aan de belegering van Gaza! Als vakbond die zich inzet voor de strijd voor rechtvaardigheid, voor de soevereiniteit van volkeren en voor respect voor mensenrechten, staan wij schouder aan schouder met het Palestijnse volk in hun zoektocht naar vrijheid, waardigheid en vrede.”

  • Werken tot 67 jaar? Onmogelijk! Getuigenis door een verpleegkundige

    In maart 2020, toen de COVID-pandemie België trof, kon iedereen (journalisten, politici, redacteurs, enz.) niet genoeg woorden vinden om de toewijding, bekwaamheid en opofferingsgezindheid te prijzen van het zorgpersoneel dat in de frontlinie stond. Artsen, verpleegkundigen en in het algemeen al het zorgpersoneel werden als helden beschouwd, een beetje zoals de New Yorkse brandweerlieden na de aanslagen op de WTC-torens op 11 september 2001.

    door Francine Dekoninck, gepensioneerd verpleegkundige

    Vier jaar later is deze golf van medeleven gesmolten als sneeuw voor de zon: verpleegkundigen zijn teruggevallen in de sombere dagelijkse realiteit van het steeds meer moeten doen met steeds minder personeel.

    De verpleegkundigen in de ziekenhuizen voelen zich in de steek gelaten. Een beetje zoals de infanteristen van 14-18, die uit de loopgraven moesten springen en rennen voordat ze werden neergemaaid door de machinegeweren van de vijand. Velen verlaten het beroep binnen de vijf jaar. Absenteïsme, burn-out, ontslag, heroriëntering, het personeel is schaars. Ziekenhuizen in België hebben een tekort van meer dan 2000 verpleegkundigen. Dit tekort heeft een averechts effect op stagiairs. Velen moeten meer doen om het personeelstekort op te vangen. Bovendien is de studieduur na het secundair onderwijs verhoogd van drie naar vier jaar!

    Het moeilijkste zal niet het behalen van het diploma of het tekenen van het eerste contract zijn. Nee, het moeilijkste is om je witte jas niet op te geven na een paar jaar dienst. Het is niet gemakkelijk om de vlam brandend te houden tegenover de dagelijkse realiteit op de werkvloer. Het is moeilijk om dagelijks geconfronteerd te worden met lichamelijke of geestelijke ziekten en een voortdurend gebrek aan middelen. De zorg voor vrouwen, mannen en kinderen met te weinig middelen (ook al leven we in een rijk land!) geeft je aan het eind van de dag het bittere gevoel dat je maar de helft van je werk hebt gedaan.

    Naast overuren, nachtwerk, de steeds toenemende administratieve lasten en het loon (dat niet erg hoog is!), worden jonge mensen vaak geconfronteerd met ontgoocheling.

    Degenen die besloten hebben om de pensioenleeftijd te verhogen tot 67 jaar – zelfs voor zware beroepen – zijn duidelijk niet bezorgd om onze gezondheid!

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop