Category: Op de werkvloer

  • Onderwijsbetoging op 20 april. Stop de besparingen!

    MANIFESTATIE 20 april om 15u aan het ministerie van onderwijs in Brussel. (Koning Albert 2-laan 15, dichtbij het Noordstation)

    Stop de besparingen in het onderwijs! Optrekken van de onderwijsuitgaven tot 7 procent van het BBP nu !

    Een nationale vakbondsecretaris verklaarde in de pers hoe pijnlijk het is om vast te stellen dat besparingen in het onderwijs telkens door SPA ministers doorgevoerd worden. Nadat de vakbonden eerst aarzelden en nauwelijks protesteerden tegen de door Vandenbroucke aangekondigde besparingen, wordt eindelijk actie georganiseerd tegen de voor het onderwijs nefaste politiek.

    Pamflet van LSP en ALS

    Voor een pdf-versie van dit pamflet, klik hier

    Het leerplichtonderwijs

    Vandenbroucke besliste in het najaar van 2004 om op personeelskosten te besparen door het niet meetellen van 7000 leerlingen uit het secundair onderwijs voor de omkadering; de herberekening van de lesuren voor het volwassenenonderwijs en een inperking van de vervangingspool. Daardoor werden meer dan duizend ambten niet ingevuld.

    Er wordt bespaard op de werkingsmiddelen van de CLB’s en bij het ondersteunend personeel wordt 5% van de jobs geschrapt.

    Hoger onderwijs

    Sinds de invoering van de enveloppefinanciering in het hoger onderwijs (1991 voor de universiteiten, 1994 voor de hogescholen) kreunen ook de instellingen voor hoger onderwijs door de onderfinanciering. Bij de hogescholen leidde dit tot een verlies van meer dan 400 banen. Aan de universiteiten steeg de tewerkstelling globaal met meer dan 3000 eenheden maar dit komt volledig op het conto van de onderzoeksmiddelen. De financiering van het onderwijs aan de universiteiten vermindert net zoals bij de hogescholen jaar na jaar waardoor het aandeel van onderwijzend personeel aan de universiteiten daalde van 34% in 1992 tot 26,3% in 2003 terwijl het aantal studenten in dezelfde periode met 4,5% gestegen is.

    Tussen 1992 en 2003 steeg de tewerkstelling in het Vlaams onderwijs met meer dan 14000 eenheden. Positief zou u denken ware het niet dat het aantal vastbenoemde personeelsleden constant daalt en de stijgende tewerkstelling volledig op rekening komt van tijdelijke personeelsleden die minder zicht krijgen op een vaste job en makkelijk weggesaneerd kunnen worden. De onderwijsuitgaven zijn wel gestegen met gemiddeld 2% op jaarbasis in constante prijzen wat de Vlaamse regeringen steeds in de verf zetten. Maar de maatschappelijke rijkdom is ook gestegen en de economische groei lag gemiddeld hoger dan de stijging van de onderwijsuitgaven. De stijging van de onderwijsuitgaven is lager dan de algemene welvaartstijging en bedraagt circa 5,3% van het Bruto Binnenlands Product. In Frankrijk, Denemarken en Zweden is dit meer dan 6%. De Vlaamse uitgaven liggen zelfs 0,2% lager dan het OESO-gemiddelde.

    CAO’S

    Zowel CAO VII voor het leerplichtonderwijs als CAO I voor het hoger onderwijs zitten vol voor interpretatie vatbare beloften. Op het vlak van het optrekken van het vakantiegeld wordt nu aanvaard dat dit gefaseerd dient te gebeuren zonder verdere specificaties. Er wordt gesproken over een financiële injectie voor de hogescholen maar over het bedrag blijft men vaag. Enkel het gewoon basisonderwijs krijgt een concrete verhoging van het budget ter waarde van 8 miljoen euro. Het argument van de overheid dat er geen geld is, werd door de vakbondsleidingen overgenomen op de militantenvergaderingen om de bijna inhoudsloze Cao’s door de basis te laten aanvaarden. Op diverse vergaderingen van de ACOD werd herinnerd aan de eis goedgekeurd door het congres in mei 2004 om te eisen dat de onderwijsuitgaven opgetrokken moeten worden tot 7% van het BBP. Dit werd telkens verworpen met het argument dat het beter is om voor weinig te kiezen nu er geen geld is in plaats van te eindigen met niets. Ondertussen heeft de non-profit actie gevoerd en getoond dat ze van de federale regering – die beweerde dat er geen geld is – 471 miljoen euro kon afdwingen. Op Vlaams niveau wordt verder actie gevoerd voor gelijke eisen voor het personeel dat tewerkgesteld met middelen van de Vlaamse overheid. De non-profit toont wat mogelijk is wanneer de vakbonden vastberaden zijn en strijd voeren.

    Conclusie

    Ondanks de extra’s merken we dat uitgaven in het onderwijs de groei van de maatschappelijke rijkdom niet volgen terwijl de taken die door de maatschappij aan de onderwijssector opgelegd worden alsmaar stijgen. Een studie van het HIVA toonde aan dat het onderwijzend personeel zijn job graag doet maar dat hij zijn job als zwaar en belastend ervaart. Leerkrachten staan veelal alleen en een goede omkadering zowel op niveau van de hele scholengemeenschap als ondersteuning door gespecialiseerd personeel (kinderverzorgsters, ICT-coördinatoren, e.d.m.) zijn geen overbodige luxe maar een must. Het algemeen schoolklimaat is eveneens belangrijk voor een goede onderwijsomgeving en wordt niet bevorderd in aftandse en slecht uitgeruste gebouwen die niet voldoende onderhouden worden. Besparingen op het ondersteunend personeel hebben enkel tot gevolg dat de stress voor het onderwijzend personeel nog meer toeneemt.

    Actieplan is nodig!

    Alle betrokkenen – personeel, scholieren en studenten – voelen meer en meer de gevolgen van de ontoereikende onderwijsmiddelen aan. De overheid is kampioen in het tegen elkaar uitspelen van de diverse onderwijssectoren. Gemeenschaps- versus Vrij Onderwijs; hogescholen tegen universiteiten; door deze verdeel- en heerspolitiek slaagt men er sinds 25 jaar in om besparingen door te voeren. Wanneer we eisen dat de onderwijsmiddelen opgetrokken worden tot 7% van het BBP betekent dit niet meer dat het herstellen van de uitgaven op het niveau van 1980. Het optrekken van de middelen tot 7% is de enige manier om het verlies aan jobs in de hogescholen om te buigen; de universiteiten de nodige middelen te geven om hun onderwijsopdrachten naar behoren uit te voeren; de sociale sector voor het hoger onderwijs uit te bouwen i.p.v. te saneren; de tijdelijken statutair aan te stellen; de nodige extra ondersteuning en omkadering te voorzien in het leerplichtonderwijs en de gerechtvaardigde looneisen (o.a. vakantiegeld) in te willigen.

    De LSP militanten in het onderwijs en de Aktief Linkse Studenten roepen de onderwijsvakbonden op om dringend werk te maken van het verenigen van alle betrokkenen om een actieplan op te stellen met als centrale eis : optrekken van de onderwijsmiddelen tot 7% van het BBP nu! Bij het opstellen van deze actieplannen moeten alle perso-neelsleden betrokken worden. Dit kan door over de vakbondsgrenzen heen actievergaderingen te organiseren in de scholen. Wij stellen voor om te starten met een actiedag per provincie ter voorbereiding van een algemene 24-urenstaking.

  • Patronale agressie bij AIS Genk: Patroon rijdt in op stakingspiket

    Deze morgen was er aan het bedrijf AIS in Genk een actie van het ABVV ter ondersteuning van de arbeiders van AIS die al drie weken staken. Die staking kwam er nadat een werknemer was ontslagen omdat hij het had aangedurfd om bij de patroon te gaan klagen over het gebrek aan veiligheid en de slechte arbeidsomstandigheden. Blijkbaar viel deze actie niet in goede aarde bij de patroon, die deze middag zonder veel aarzelen op het piket inreed.

    Luc Wendelen, deze morgen aanwezig op het stakingspiket bij AIS

    De arbeiders van de KMO Algemene Industriële Schilderwerken Genk, waar 12 arbeiders werken, zijn deze week aan hun derde stakingsweek begonnen. Een arbeider die met klachten over de veiligheid naar de vakbond stapte, werd ontslagen waarop de collega’s in staking gingen.

    De arbeiders klagen onder meer over het gebrek aan geschikt veiligheidsmateriaal (maskers, handschoenen,…) wat voor een industrieel schildersbedrijf geen overbodige luxe is. In de werkplaats is geen verwarming en in dezelfde container waar de arbeiders eten, douchen en naar de WC gaan, blijft ook de werkkledij hangen met de geur van verf en solventen.

    De werknemers eisen dat de ontslagen arbeider terug in dienst wordt genomen, de veiligheidsomstandigheden verbeteren en de sectorale CAO wordt toegepast (wat onder meer een mobiliteitsvergoeding en premies voor ongezond werk zou betekenen).

    Nadat de staking begon, is de patroon direct naar de rechtbank in Tongeren gestapt om een éénzijdig verzoekschrift in te dienen om werkwilligen te laten werken. De rechtbank heeft op zijn verzoek een bevelschrift uitgevaardigd waardoor de werkwilligen de toegang tot het bedrijf niet mag worden ontzegd, afgedwongen met dwangsommen van 750€. De vakbond heeft hierop beroep aangetekend, maar na 14 dagen is er nog steeds niets uit de bus gekomen. Dit maakt weer eens duidelijk wiens belangen het gerecht verdedigt. Na AGC Automotive is dit de 2e keer op korte tijd dat dit middel ingezet wordt. Nochtans werd er in 2002 een ‘herenakkoord’ gesloten tussen vakbonden en patroons, waarin de patroons beloofden om niet naar de rechtbank te stappen tijdens een conflict. Met dit éénzijdig verzoekschrift werd alleen de versie van de patroon gehoord. Dit is een frontale aanval op het stakingsrecht.

    Maar de patroon hield het hier niet bij. Toen er een personeelsvergadering kwam in de vestiging in Herentals, waar 45 arbeiders werken, werden de arbeiders persoonlijk bedreigd. Zo stelde de ploegbaas op de werf op BASF, waar 25 arbeiders aan de slag zijn, dat iedereen die naar die vergadering zou gaan, op staande voet zou worden ontslagen.

    Als reactie hierop is er een oproep gekomen vanuit de Algemene Centrale Limburg (ABVV) om vandaag actie te voeren tegen deze aanval op het stakingsrecht en voor de noodzaak van vakbondsvertegenwoordiging in KMO’s. Een 50-tal militanten uit Limburg, maar ook een delegatie van militanten die strijd hebben gevoerd bij AGC Automotive waren aanwezig.

    Toen de actie opgeheven werd, kwam de bedrijfsleider met zijn auto aangereden en vond er blijkbaar niet beter op dan op het piket in te rijden dat de doorgang blokkeerde, waardoor 4 militanten gewond raakten.

    We zullen hierover zo snel mogelijk een uitgebreid verslag publiceren alsook een interview dat we deden met stakers bij AIS.

  • CCOD organiseert stakingsacties in Antwerpse crèches

    In de stedelijke kinderdagverblijven in Antwerpen voerde het personeel de afgelopen dagen actie. Maandag werd gestaakt door de CCOD als protest tegen de opgedreven flexibilisering waarbij niet tegemoet gekomen werd aan de door de vakbond gevraagde bijsturingen, onder meer op vlak van financiële vergoedingen. De ACOD steunde de acties niet en sprak van een "plat opportunistische houding" bij de CCOD.

    Het stadsbestuur en schepen Robert Voorhamme (SP.A) willen een grotere flexibiliteit bij de kinderopvang, onder meer met meer avondopvang en opvang op zaterdag. De CCOD verzet zich niet tegen een uitbreiding van de dienstverlening, maar vraagt tegemoetkomingen omdat een grotere flexibiliteit sterk weegt op het personeel.

    Vreemd genoeg reageerde de ACOD bijzonder negatief op de opmerkingen van de CCOD. De ACOD stelde zelfs dat de acties het gevaar met zich meebrengen van een privatisering van de stedelijke kinderopvang. De rode vakbond stelde zich volgens de Gazet van Antwerpen "opvallend welwillend" op tegenover schepen Voorhamme (die een verleden heeft in het ABVV). Guy Lauwers van de ACOD stelde dat de acties van de christelijke vakbond een "plat opportunistische houding" weerspiegelen die "ingegeven is door eigen en politiek belang".

    De christelijke vakbond daarentegen wijst erop dat het stadsbestuur onvoldoende aandacht heeft voor de zachte sector en wijst erop dat in andere sectoren wel een dubbele zaterdagtoeslag wordt betaald, terwijl dit voor de ‘witte sector’ blijkbaar niet kan.

    De kwestie van de zaterdagvergoedingen is een belangrijk gegeven, zo werd eerder maandenlang actie gevoerd bij de bibliotheken naar aanleiding van de zaterdagregeling daar. Die acties werden geleid door ACOD-delegees die een uitstekende rol speelden in het conflict. Het is vreemd dat dit in de sector van de kinderdagverblijven en de peutertuinen niet kan. Van de 36 kinderdagverblijven was er maandag slechts één open, de stakingsactie van de CCOD kreeg dus een enorme respons aan de basis.

    Het zou een enorme versterking van de strijd betekenen indien ook de ACOD zich aansluit bij het ongenoegen aan de basis en de acties mee ondersteunt. Daartoe zal het wel moeten ingaan tegen de "rode" schepen Voorhamme in plaats van alle pijlen te richten op de collega’s van de andere vakbond. Het personeel vraagt een betere compensatie en meer maatregelen om de werkdruk te verlichten. Die eisen zijn gerechtvaardigd en noodzakelijk om een betere dienstverlening te kunnen bereiken.

  • Exclusief. MIVB wil frontale aanval op stakingsrecht. LSP publiceert geheim ontwerpakkoord

    De afgelopen maanden werd geregeld actie gevoerd bij de Brusselse vervoersmaatschappij MIVB. De directie wil nu blijkbaar een frontale aanval inzetten op het stakingsrecht en liet daartoe een ontwerpakkoord schrijven voor een CAO waardoor het stakingsrecht enorm beperkt zou worden. Via een "gunstige wind" kwam dit geheim ontwerp bij LSP terecht. Deze morgen verdeelden we een pamflet aan de MIVB en nu publiceren we ook de volledige tekst van het ontwerp.

    LSP-pamflet en kopie van het ontwerpakkoord

    OPGELET! stakingsrecht bedreigd!

    Voor de pdf-versie van het LSP-pamflet, klik op de afbeelding hieronder:

    Aan de arbeiders van de MIVB. Tussen oktober 2004 en 10 januari 2005, hebben velen van jullie verschillende dagen gestaakt om de arbeidscondities te verbeteren (gebrek aan personeel, materiaal in slechte staat, te korte rittijden,…). Ondanks de meningsverschillen tussen de vakbonden, hebben jullie een aantal verbeteringen kunnen afdwingen: de rittijden van sommige lijnen zijn bijvoorbeeld verlengd.

    We moeten helaas vaststellen dat men na verloop van tijd, beetje bij beetje terugkeert naar de situatie van voorheen.

    Ontwerpakkoord over conflictregeling

    Via een "gunstige wind" hebben we de hand kunnen leggen op een ontwerpakkoord, gedateerd 17/12/2004 (dus tijdens de stakingsbeweging in december vorig jaar), tussen de MIVB-directie en de secretarissen van de 3 bonden (Vonck, Naniot en Dreesen). Dit ontwerp is een regelrechte bedreiging van het stakingsrecht aan de MIVB. We lichten de belangrijkste punten ervan toe.

    Oprichting permanent "verzoeningsbureau"

    Punt 4 van het akkoord voorziet de oprichting van een bijzonder "verzoeningsbureau" voor de MIVB. Dat "verzoeningsbureau" (bestaande uit 7 vakbondsvertegenwoordigers, 7 van de directie en 1 bemiddelaar) moet vergaderen VOOR en TIJDENS een staking.

    Opmerkingen van LSP: Dat is nieuw. Gewoonlijk kan elke partij tijdens een staking beroep doen op een bemiddelaar van het Ministerie van Arbeid. Er bestaat geen enkele wettelijke verplichting om een permanent "verzoeningsbureau", speciaal voor de MIVB, op te richten.

    Vergadering van dit "verzoeningsbureau" voor iedere stakingsaanzegging

    Punt 5 van het akkoord voorziet dat EERST het "verzoeningsbureau" moet vergaderen vooraleer een vakbond een stakingsaanzegging mag indienen. Dat bureau kan éénvoudig per fax (artikel 8) samengeroepen worden. Een stakingsaanzegging moet aangetekend gericht worden aan de werkgever en het "verzoeningsbureau".

    Opmerkingen van LSP: Een vakbond is niet verplicht een verzoeningsprocedure te volgen om een stakingsaanzegging in te dienen. Een stakingsaanzegging gebeurt per aangetekende brief aan de werkgever om hem te verwittigen, maar nooit aan een "verzoeningsbureau" aangezien de bemiddelaars van het Ministerie van Arbeid niet permanent tussenkomen, maar "à la carte" en op vraag van één van de betrokken partijen.

    Men ziet onmiddellijk dat dit "verzoeningsbureau" stakingsaanzeggingen moet verhinderen en de zaken op de lange baan moet schuiven.

    Geen stakersvergoeding zonder vergadering "verzoeningsbureau"

    Artikel 10.1 van het ontwerpakkoord verdient integraal geciteerd te worden:

    "elke acrtie die uitbreekt of gebeurt waarbij één of meerdere, in onderhavige overeenkomst beschreven procedureregels niet wordt nageleefd is een wilde staking en wordt bijgevolg niet door de vakbondsorganisaties erkend; in het geval van een wilde staking verbinden de ondertekenende vakbondsorganisaties zich ertoe onmiddellijk te bevestigen dat de staking niet erkend is en hun leden op te roepen het werk onmiddellijk te hervatten."

    Opmerkingen van LSP: Alles wordt duidelijk! Indien de vakbonden dergelijk akkoord tekenen, zetten ze zich vast (en beperken ze vooral het stakingsrecht van de arbeiders): indien EEN regel van de procedure niet nageleefd wordt, wordt de staking beschouwd als wilde staking en niet vergoed door de vakbond. Bovendien moet het werk onmiddellijk hervat worden.

    Het komt een (paritair) "verzoeningsbureau" niet toe een staking te erkennen, maar de algemene vergadering van delegees van elke vakbond beslist al dan niet te staken of een staking te erkennen.

    Denkt u dat Flaush bereid is niemand te ontslaan of te sanctioneren zonder eerst een "verzoeningsbureau" te passeren?

    Paragraaf 10.1 is zuivere patronale propaganda waarbij een spontane staking (zonder voorafgaande aanzegging) wordt voorgesteld als een "wilde" staking. In werkelijkheid is een zogenaamde "wilde" staking er één die door geen enkele vakbond erkend wordt (het volstaat dat één vakbond een staking erkent en beslist een stakersvergoeding uit te betalen opdat een staking niet meer "wild" is). Enkel vakbonden kunnen een staking erkennen, niet de bemiddelaar … en nog veel minder de werkgever.

    Spontane beweging

    Het ontwerpakkoord voorziet ook, in artikel 10.2, dat een "spontane beweging" niet als wild wordt beschouwd ("een werkonderbreking beperkt in de tijd van een beperkt aantal personeelsleden ingevolge een onvoorziene, externe gebeurtenis. Bijvoorbeeld: agressie").

    Opmerkingen van LSP: deze paragraaf is een rookgordijn om dit anti-stakingsakkoord te verdoezelen. Vooreerst wordt hier gesproken over een BEPERKTE beweging in tijd en in aantal. Het lijkt een toegeving aan de arbeiders als deze spontane bewegingen niet als "wilde stakingen" worden beschouwd. In werkelijkheid kunnen noch de werkgever, noch de vakbondssecretarissen dergelijke acties ontstaan uit verontwaardiging van de arbeiders tegen houden.

    Merk ook op dat in deze paragraaf de MIVB de agressies voorstelt als "onvoorspelbaar", dus iets waar de directie niets mee te maken heeft. De wet voorziet nochtans dat de werkgever preventieve maatregelen moet nemen om ongevallen te voorkomen. Men kan uiteraard niet alles voorzien, maar om agressies tegen te gaan moet de MIVB preventieve maatregelen nemen (bijvoorbeeld door een extra personeelslid aan boord van de voertuigen op kritieke plaatsen en uren).

    Sancties tegen de vakbondsafgevaardigden

    Het ontwerp voorziet dat wanneer een vakbond de procedure niet naleeft, haar delegees gestraft worden door het aantal kredieturen waarop sommigen recht heb-ben (vooral 1ste delegees) om hun vakbondstaken uit te voeren, te verminderen.

    Opmerkingen van LSP: Dit ontwerp voorziet niet enkel een stok om de arbeiders mee te slaan (niet betaling van de stakersvergoeding indien de procedures van het "verzoeningsbureau" niet worden nageleefd), maar ook tegen de afgevaardigden (vermindering kredieturen).

    Kredieturen zijn geen gunst van de werkgever, maar een wettelijke verplichting voorzien in het Nationaal Akkoord nr 5 betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging. De afgevaardigden beschikken over de VEREISTE TIJD EN FACILITEITEN om hun taak iuit te voeren (artikel 21 van het Nationaal Akkoord nr 5).

    Sancties tegen de stakers

    Artikel 12 van het ontwerp voorziet "elke stakingsdag, AL DAN NIET ERKEND, maakt geen voorwerp uit van een loonbetaling, onder voorbehoud van andere sancties die de werkgever zou kunnen treffen, gaande tot AFDANKING."

    Opmerkingen van LSP: Het is niet nodig een akkoord op te stellen om te weten het loon niet wordt uitbetaald als men staakt. Dat is trouwens geen "sanctie". Net zomin als een loon een "vergoeding" is, maar het bedrag dat de werkgever moet betalen in ruil voor de geleverde arbeid. Als geen arbeid geleverd wordt, wordt geen loon uitbetaald.

    Onaanvaardbaar is dat een ontwerpakkoord (te tekenen door de vakbonden) een staking, erkend of niet, verbindt aan sancties, gaande tot afdanking! STAKING IS EEN RECHT dat de arbeiders via strijd hebben afgedwongen.

    Besluit

    Dit ontwerpakkoord moet integraal de vuilbak in. Indien het aanvaard wordt (zelfs nog maar gedeeltelijk) is het afgelopen met het stakingsrecht.

    Dit ontwerp had uitstekend thuis gehoord in het Spanje van voor de jaren ’70, ten tijde van Franco, toen een paritair corporatistisch systeem conflicten regelde in de veronderstelling dat patroons en arbeiders gelijklopende belangen hadden.

    De arbeiders weten heel goed dat ze niet dezelfde belangen hebben als Flaush. Zij willen goede arbeidscondities aan aanvaardbare lonen, hij wil zoveel mogelijk voertuigen laten rijden met zo weinig mogelijk personeel. Dat zijn geen gelijklopende belangen, maar tegengestelde. Het is juist daarom dat de arbeiders, georganiseerd in vakbonden, zelf moeten kunnen beslissen over staking (wanneer, waarom, hoe lang) en niet een "paritair verzoeningsbureau".

    Wat te doen?

    De arbeiders van de MIVB werden niet ingelicht over dit ontwerpakkoord, de meerderheid van de vakbondsafgevaardigden evenmin. Enkel de secretarissen, de vrijgestelden en enkele 1ste delegees zijn op de hoogte.

    De vakbondssecretarissen moeten dat maar eens uitleggen. Ze moeten onder andere volgende vragen beantwoorden:

    – Hoe komt het dat ze tot vandaag hierover niets gelost hebben en dat jullie dit nieuws via een pamflet van LSP moeten vernemen?

    – Waarom hebben ze gezwegen over dit ontwerpakkoord?

    – Vinden ze het normaal een akkoord te tekenen dat de arbeiders verhindert te staken?

    – Vinden ze het normaal dat staking een aanleiding kan zijn tot sancties tegen arbeiders (eventueel afdanking) en delegees (kredieturen)?

    – Vinden ze het normaal hun AKKOORD TE GEVEN in een gemeenschappelijke tekst met de patroon over sancties?

    Vraag uw delegee om uitleg. De vrijgestelden moeten rekenschap afleggen. Er moeten hierover algemene vergaderingen van de vakbonden worden georganiseerd waarop we een VERTROUWENSTEMMING (of eerder wantrouwen) eisen over de vakbondssecretarissen.

    LSP en de vakbonden

    De Linkse Socialistische Partij is voorstander van sterke vakbonden die democratisch functioneren en volledig onafhankelijk zijn van de patroon en de staat.

    – EENHEID: neen aan het sectarisme tussen vakbonden! De arbeiders hebben éénheid nodig

    – VAKBONDSDÉMOCRATIE: In een bedrijf beslist de directie. In een vakbond moet het omgekeerde gelden: de basis beslist en de secretarissen zijn er enkel om uit te voeren wat de basis beslist heeft. De vakbondssecretarissen en de delegees moeten in dienst staan van de arbeiders. De vakbondsvergaderingen moeten open staan voor alle leden. In die vergaderingen, na democratische discussie waarin iedereen zich heeft kunnen uitdrukken, wordt gestemd om aan te duiden aan de secretaris wat van hem verwacht wordt. De vakbondssecretarissen, de vrijgestelden en de delegees moeten verkozen worden door alle leden.

    – GEEN POSTJESJAGERIJ: om arrivisten die enkel "carrière" willen maken in de vakbond weg te houden, mag het loon van de secretarissen en de vrijgestelden niet meer bedragen dan het gemiddelde loon van een MIVB-arbeider. Het is niet normaal dat secretarissen en vrijgestelden betaald worden als kaders.

    – VAKBONDSVRIJHEID: stop de sancties tegen stakers en delegees! Nationaal Akkoord nr 5 bevat heel wat punten waaraan de MIVB haar laars lapt (het recht op de nodige tijd en faciliteiten voor de delegees, een vakbondslokaal, personeelsvergaderingen op de werkplaats tijdens de werkuren).

  • Vlaamse non profit. Geen akkoord op maat van begroting, maar op maat van patiënten en personeel

    Betoging Vlaamse Non Profit. 15 april, 10u Martelarenplein, Brussel

    In december 2003 werd de nieuwe eisenbundel van de non-profit voorgesteld aan de militanten van het gemeenschappelijk vakbondsfront. 20.000 werknemers uit verscheidene sectoren van de non-profit werkten mee aan dit eisenplatform. 14 maanden later was er eindelijk een akkoord op federaal vlak. De gewestelijke sectoren blijven echter nog steeds in de kou staan.

    Pamflet Polsslag, actieblad van strijdsyndicalisten in ACV en ABVV

    Voor een PDF-versie van dit pamflet, klik op de afbeelding hieronder:

    De originele eisenbundel is omvangrijk en bevat dringende eisen zoals 25.000 extra jobs, uitbreiding van de 45+ regeling, een 36-urenweek, verhoging van de koopkracht (door betere verloning van de onregelmatige prestaties, een 13de maand, …), meer middelen voor opleiding, betere pensioenregeling, verlaging van de grens voor het oprichten van een vakbondsafvaardiging en het tegengaan van de commercialisering van de sector. Allemaal eisen die het mogelijk moeten maken om in een minder begoede sector als de non-profit betere loon- en arbeidsvoorwaarden te creëren.

    Het federaal akkoord dat gesloten werd op 7 maart bevat zeker goede zaken (gelijkschakeling van arbeiders- naar bediendenstatuut, uitbreiding 45+ regeling), maar veel van de oorspronkelijke eisen komen er niet of in afgeroomde vorm in terug. De 13de maand werd een premie, enkel de onregelmatige prestaties voor nachten op zon- en feestdagen worden opgetrokken (van 50 naar 56%), er werden 7.230 extra voltijdse jobs gecreëerd en enkele onderdelen van het akkoord moeten nog via CAO worden bekrachtigd. Enkele dagen na het sluiten van het akkoord werd minister Demotte bovendien reeds teruggefloten door Reynders en Vande Lanotte die stelden dat hij zijn boekje te buiten ging door 100 miljoen euro extra te beloven.

    Gewestelijke sectoren blijven op hun honger zitten

    De sectoren die onder de bevoegdheid van de gewesten vallen hebben nog geen akkoord en blijven achter de oorspronkelijke eisenbundel staan. Langs de kant van de regeringen blijft het echter muisstil. Zowel op Waals, Brussels als Vlaams vlak. De Vlaamse regering blijft maar uitvluchten uitvinden om de onderhandelingen uit te stellen. In het begin wilde men wachten tot na de verkiezingen, daarna was er zogezegd nog geen mandaat om te onderhandelen en nu wil men wachten tot na de begrotingsonderhandelingen.

    Het blijft echter niet bij een weigering tot onderhandelen. Alle traditionele partijen hebben het afgelopen jaar hun duit in het zakje gedaan wat betreft de aanvallen op de non-profit. Somers (VLD) en Byttebier (GROEN!) beweerden dat de wachtlijsten in de gehandicaptenzorg te wijten zouden zijn aan de oneigenlijke gehandicapten die op deze lijst staan. SP.a minister Vandenbroucke kondigde een loonstop aan voor het onderwijs en de non-profit voor een periode van twee jaar. Vervotte (CD&V) was er als de kippen bij om dit voorstel te steunen. Freya Van den Bossche (SP.a) weigerde te onderhandelen met een sector in staking.

    Breek met de traditionele partijen!

    De reeds verwaterde, maar nog steeds aanwezige link tussen de vak-bonden en de partijen van deze politici, SP.a en CD&V, brengt de werknemers geen stap vooruit, ook de werknemers van de non-profit niet. Daarom vinden wij dat er een volledige breuk moet komen tussen de vakonden en deze partijen. De aanvallen op de werklozen, jongeren en arbeiders blijven immers maar doorgaan. Kijk maar naar de afbouw van het onderwijs, het plan van de post om tegen 2009 600 kantoren te sluiten, de afschaffing van het brugpensioen onder het mom van de vergrijzing, stakingen bij Splintex, MIVB en vele anderen. Het zijn slechts enkele voorbeelden.

    Maar ja, ondertussen moet toch iedereen al weten dat er geen geld is? Onzin, want terwijl wij inleveren zijn er anderen die met de buit gaan lopen. Zowel de winsten als de lonen van managers stegen nooit eerder op een manier als deze die we vandaag zien. Recente cijfers van het rechtse weekblad Trends tonen aan dat de 30.000 grootste bedrijven in België hun gezamenlijke winst verdubbelden in 2003 tot maar liefst 27,8 miljard euro. Dit is zo’n 300.000 oude Belgische frank per actieve inwoner. In de farmaceutische sector maakte Jansen Pharma in 2003 een nettowinst van 355 miljoen euro, of 100.000 euro (4 miljoen BEF) per werknemer… Er is dus wel geld voor recordwinsten en hoge managerslonen, maar niet voor de non-profit, de post, onderwijs en vele anderen.

    Het is duidelijk dat er nood is aan een nieuwe brede arbeiderspartij. Een partij die opkomt voor de noden en behoeften van de ganse bevolking en dus ook voor deze van de non-profit. Deze partij moet groeien uit de basis van de vakverenigingen, want de vakbondsleidingen hebben de kapitalistische afbraaklogica reeds aanvaard. Ze beperken zich tot het ‘sociaal’ begeleiden van de herstructureringen. Als strijdsyndicalisten binnen de non-profit willen we meehelpen aan de uitbouw van zo’n nieuwe arbeiderspartij. Een partij die openstaat voor iedereen die wil vechten tegen de sociale afbraak en die zich verzet tegen iedere verdeling van de arbeiders, of het nu is op basis van racisme, seksisme of geloof. Een partij die de strijd aanbindt tegen het imperialisme en vecht tegen de vernietigingen van het milieu. Sluit je bij ons aan of contacteer ons: polsslagnonprofit@yahoo.co.uk

  • Splintex: lessen uit de strijd trekken

    Interview met Gustave Dache

    Om het geheugen op te frissen: op 2 januari vernemen de 840 arbeiders van de glasfabriek AGC Automotive, ex-Splintex (Fleurus), dat een herstructureringsplan 284 jobs zou kosten. De arbeiders gaan daarop spontaan in actie. Deze staking, die langer dan 100 dagen duurde, toonde de immense vastberadenheid van de arbeiders. Ze toonde ook de ongelooflijke agressie van het patronaat, daarin bijgestaan door haar trouwe medewerkers bij het gerecht, de politie en de media. Deze strijd heeft door haar duur, de vastberadenheid van de stakende arbeiders en de agressie van de patroons het kader van dit ene bedrijf overstegen. De staking stelt ook vele vragen naar de rol en de strategie van het syndicale apparaat. Waarom was het niet mogelijk om meer te verkrijgen, gezien de besliste strijd van de arbeiders? Het instrument van de regionale staking, in dit conflict naar voor geschoven door Gustave Dache en LSP-MAS, en opgenomen door vele arbeiders, werd nooit gerealiseerd door de vakbonden.

    Vincent Devaux

    Doorheen dit interview met Gustave Dache, bekend oud-syndicalist uit de regio van Charleroi, willen we de eerste stappen zetten in de analyse van het conflict. We zullen er later echter zeker nog op terugkomen op een meer diepgaande manier. Het is voor de hele arbeidersbeweging in België van belang om de noodzakelijke lessen uit deze staking te trekken. Dit met de bedoeling om duidelijke perspectieven voor toekomstige strijdbewegingen aan te brengen, noodzakelijke methodes van strijd voor de arbeidersbeweging voor de komende periode.

    Gustave Dache speelde een rol in de ontwikkeling van dit conflict. Hij besteedde zijn tijd en energie om de arbeiders van Splintex in deze strijd te kunnen bijstaan. Daarbij baseerde hij zich op zijn eigen ervaring als delegee, maar ook op de beste tradities van de arbeidersbeweging. In het verleden nam Gustave deel aan de befaamde staking van ’60-’61. In die tijd was hij lokaal (Gilly), regionaal en nationaal verantwoordelijke voor de Jeunes Gardes Socialistes (JGS, jongerenorganisatie van de Belgische Socialistische Partij). Hij was ook syndicaal militant in het glasbedrijf Glaverbel. Vervolgens werd hij delegee bij de Metaal, bij Caterpillar. Later nam Gustave nog deel aan verschillende andere strijdbewegingen, in het bijzonder die rond de Forges de Clabecq, met onder meer Roberto D’Orazio en Silvio Marra.

    Nederlaag

    V.D.: Moeten we spreken van een nederlaag of een overwinning bij Splintex?

    G.D.: We moeten de zaken bij hun naam noemen: we hebben te maken met een nederlaag. Zelfs al was er maar één ontslag gevallen, dan nog zou het een nederlaag zijn geweest. Op dit moment moeten we hier de lessen uit trekken en de verantwoordelijkheden nagaan. Ik weet dat meer en meer syndicale verantwoordelijken de neiging hebben om nederlagen als "overwinningen" te laten passeren, zeker wanneer ze zelf onder vuur liggen. Dit verhindert echter niet dat we de realiteit onder ogen moeten zien. Als we tenminste willen vermijden dat klaarblijkelijke nederlagen zich in de toekomst herhalen.

    In het geval van AGC-Fleurus gaat het om een nederlaag voor de hele arbeidersbeweging. Natuurlijk moet de strijdbaarheid van de arbeiders bij AGC zeker niet in twijfel worden getrokken. Integendeel. Die was een waardige opvolger van de strijdbaarheid van de arbeidersklasse die we de laatste jaren tijdens een aantal andere conflicten zagen ontwikkelen. In het bijzonder doorheen de confliten bij Renault en Clabecq. Het is niet langs de kant van de arbeiders dat we de oorzaken voor deze nederlaag moeten zoeken. We moeten ze zoeken bij het reformistische syndicale apparaat en de partijen die zich zogenaamd "links" noemen.

    V.D.: Denk je dat de vakbond op de interprofessionele vergadering alles heeft gedaan wat ze moest doen?

    G.D.: Eerst moeten we de vraag stellen: wat bedoelen we met interprofessionele actie? Volgens mij dient dit om alle krachten van de verschillende centrales te bundelen en zo te wegen op alle sociale conflicten. Tegenover de multinationals is het idee van corporatisme – het verdedigen van enkel het "eigen" bedrijf – reeds lang een vervlogen illusie. In het geval van Splintex werd het conflict vergrendeld door de Algemene Centrale, met de medeplichtigheid van het hele syndicale apparaat. En dit in naam van de autonomie van de centrales, om er zeker van te zijn dat de strijd beperkt zou blijven tot Fleurus. Ondanks, overigens, de wil van de arbeiders om de strijd uit te breiden.

    Interprofessionele 24 urenstaking

    V.D.: Wat had men op interprofessioneel vlak dan wel moeten doen?

    G.D.: De mogelijke effecten van de uitkomst van het conflict op de hele arbeidersklasse dwongen ertoe om alle syndicale krachten in te zetten. Dit om een antwoord te bieden aan de agressieve politiek van het patronaat. 5 weken voor het einde van het conflict heb ik op de inter-professionele bijeenkomst in Charleroi voorgesteld om een 24-urenstaking te houden, met het oog op de vorming van een krachtsverhouding in het voordeel van de arbeiders. In de dagen die daarop volgden hebben meerdere arbeiders van Splintex dit ook voorgesteld op de personeelsvergaderingen van AGC-Fleurus. Ook daar werd dit voorstel echter genegeerd door de syndicale delegatie.

    Dit idee van een 24-urenstaking was geen doel op zich, maar had het begin kunnen zijn van meer uitgebreide acties. Ik geloof niet, wat sommige kameraden eronder verstonden, dat die 24-urenstaking het ultieme reddende middel was. De geschiedenis van de arbeidersbeweging leert ons echter dat de patroons maar één taal verstaan: de taal van de actie. En die 24 uren dienden als een beginpunt te worden gezien. Een betoging organiseren in Fleurus voor AGC na 3 maanden van staking als doel op zich en met occasionele dankberichten gaf de indruk van een eerste klas begrafenis.

    V.D.: Kan je een beeld geven van de gevolgen van deze nederlaag?

    G.D.: Ondanks enkele financiële verbeteringen en de prepensioenen is heel het patronaal plan gepasseerd. Met alle gevolgen vandien voor diegenen die niet werden ontslagen. Bijvoorbeeld de overgang van 3 naar 5 ploegen, de veranderingen van post. Je moet er ook mee rekening houden dat de arbeiders verslagen teruggaan naar het bedrijf en verzwakt werden door de vernietiging van een deel van de meest strijdbare basis en een deel van de leden van de syndicale delegatie. Die laatste moet nu verder werken in een moeilijke situatie. Des te meer aangezien een akkoord van sociale vrede werd getekend en gerespecteerd moet worden en het aantal syndicale delegees fors werd verminderd.

    PS: tegen de arbeiders

    V.D.: Wat was de rol van de PS in dit conflict?

    G.D.: De PS stond zeker niet aan de kant van de arbeiders. Integendeel. Met het ‘comité d’alerte’ (1) zijn ze samengekomen om de directeur te laten bevrijden zodat hij zou kunnen onderhandelen. Toen de directie echter weigerde om te onderhandelen, hebben ze hen zeker niet gedwongen om te onderhandelen. Jean-Claude Van Cauwenberg (minister-president van de Waalse regering, nvdr) beschouwde de staking bij Splintex letterlijk als een zwarte vlek voor Wallonië. Minister van Werk Freya Van den Bossche liet zelfs de tussenkomst van robocops toe. De minister van Justitie loste geen woord over de dwangsommen tegen de staking. Na al die stellingnamen van de kant van politici van PS en SP.a moeten we ervan uitgaan dat ze de onbekwame heelmeesters zijn van een ziek kapitalisme.

    (1) Het ‘alertheidscomité’, waarvan het doel was spontane conflicten te vermijden, werd opgericht op initiatief van PS-kopstuk Elio Di Rupo, in de periode dat hij informateur was voor de vorming van de regering. Het comité is samengesteld uit de Waalse Minister van Economie en Werk – J.C. Marcourt – en syndicale en patronale vertegenwoordigers

    V.D.: Wat was de houding van de pers in dit conflict?

    G.D.: De pers heeft in het algemeen tendentieuze informatie gegeven over het conflict. Zoals gewoonlijk heeft ze de patronale argumenten naar voor gebracht, waarbij ze zover ging om de arbeiders zwart te maken. Bovendien kwam ze voornamelijk met de dreiging van een sluiting van het bedrijf naar voor en de gevolgen dat dit kon hebben voor een regio die al hard getroffen was.

    V.D.: De dreiging van een sluiting, was die reëel?

    G.D.: In alle belangrijke conflicten, komt die dreiging voortdurend terug, om zo te wegen op de strijdbaarheid van de arbeiders. De syndicale apparaten zijn snel onder de indruk van dit soort argumenten, die meestal enkel bestaan uit een dreigement. Als een patroon wil sluiten, dreigt hij immers niet: hij sluit gewoon. Bij Renault waren er geen dreigementen, ze hebben het bedrijf gesloten. Als de arbeiders zich laten intimideren door die bedreigingen met sluiting, zou er nooit nog een strijd plaatsvinden voor het behoud van jobs. We zouden 100 jaar teruggeworpen worden. De arbeiders zijn altijd geneigd om de strijd te voeren, onafhankelijk van elk dreigement.

    Elementen voor strijdsyndicalisme

    V.D.: Kan je dan een aantal methodes voor de ontwikkeling van een strijdsyndicalisme aanbrengen?

    G.D.: Allereerst, het eerste wat je moet doen in een conflict, is het verkiezen van een groot stakingscomité, verkozen op een algemene vergadering. Met als enig doel de overwinning van de staking. Dit comité moet zijn samengesteld uit de meest strijdbare arbeiders, de meest toegewijden aan hun klasse. Daar kunnen syndicale delegees bij zijn, maar ze moeten hierin een kleine minderheid zijn.

    Er zou dagelijks een algemene vergadering moeten zijn met een verslag aan het geheel van de arbeiders. Waarbij de algemene vergadering het enige beslissingsorgaan is.

    Het stakingscomité moet, wanneer het conflict een belangrijke omvang aanneemt en het duidelijk is dat het gaat om een kwestie van krachtsverhoudingen, niet aarzelen om het ordewoord van een bedrijfsbezetting te lanceren. Op die manier moet een krachtsverhouding in het voordeel van de stakende arbeiders worden gecreëerd.

  • Handen af van ons brugpensioen!

    Vakbonden moeten niet over achteruitgang onderhandelen, maar het verzet organiseren!

    De standpunten over de pensioenen liggen zodanig ver uiteen dat de geplande onderhandelingen op 10 maart niet konden van start gaan. Het patronaat haalt de vergrijzing en de lage activiteitsgraad aan om o.a. de afschaffing van het brugpensioen te bepleiten. De vakbonden stellen terecht dat de lage participatiegraad enkel kan worden opgelost met meer jobs. De arbeiders mogen in geen geval worden gedwongen langer te werken op een moment dat meer dan 600.000 werklozen, waaronder veel jongeren, een job zoeken. De regering wil de pensioenen afbouwen, maar zit met een heilige schrik voor mogelijk massale bewegingen.

    Anja Deschoemacker

    Voor die bewegingen heeft ACV-voorzitter Luc Cortebeeck de regering gewaarschuwd. Elke afbouw van het brugpensioen, zal leiden tot “zware acties”, mogelijk zelfs een “algemene staking” (De Standaard, 10/03). De vakbonden hebben alternatieve voorstellen. Ze zien het opkrikken van de werkgelegenheid onder vooral jongeren als dé manier om de sociale zekerheid te behouden. Wie, behalve het patronaat, kan daar nu iets tegenin brengen? Daarnaast willen ze echter het eindeloopbaandebat ook koppelen aan de alternatieve financiering van de sociale zekerheid, door de invoering van een algemene sociale bijdrage (ook op niet-arbeidsinkomens).

    En daar gaan we een gevaarlijke richting uit. Alternatieve financiering van de sociale zekerheid komt neer op het aanvaarden van de uitholling van het systeem door het verlagen van de zogenaamde patronale bijdragen. Veranderingen aanbrengen in het huidige stelsel van sociale zekerheid zal een moeizame procedure van onderhandelingen vergen waarin de vakbonden betrokken zijn. Een rechtse regering kan echter naar believen de ASB (algemene sociale bijdrage) optrekken of doen dalen. Het onderhandelen over een ASB kan op het eerste gezicht een oplossing betekenen, maar kan op langere termijn leiden tot het afschaffen van de sociale zekerheid als het solidariteitsstelsel met verworven rechten dat we vandaag kennen. Zo halen regering en patronaat toch de buit binnen.

    De sociale zekerheid is een verworvenheid van strijd, waarbij opeenvolgende gevechten van de arbeidersklasse steeds verdergaande rechten hebben afgedwongen. Sinds de val van de Muur staat dit stelsel onder steeds grotere druk. Maar de sociale zekerheid heeft een breed draagvlak in de maatschappij en er is een grote actiebereidheid tegen iedere aanval.

    De vakbonden moeten die actiebereidheid en de brede steun in de publieke opinie voor een weigering van afbraak mobiliseren en het patronaat de oude afspraken, verworvenheden en rechten in het kader van de sociale zekerheid doen respecteren. Het zijn niet de arbeiders die eisen om minder aan de sociale zekerheid bij te dragen, maar de patroons. In feite leggen ze daarmee een stevige verlaging van het loon op. En dat moeten we in alle geval resoluut weigeren. Geen verlenging van de arbeidstijd, noch van de loopbaan, maar de afschaffing van alle nepstatuten en het dwingen van het patronaat om vaste en voltijdse jobs aan te bieden! Geen aanvaarding van de liberalisering van de post en het spoor en een brede werkcreatie in bestaande en nog op te zetten openbare diensten! Geen “softe”, maar tegelijkertijd slechtbetaalde jobs voor ouderen (zoals vrouwen vandaag), maar een arbeidsduurvermindering zonder loonsverlies. Voor een einde van de uitputtende superflexibiliteit die maakt dat enkel superfitte jonge mannen nog aan een goedbetaalde (maar uitputtende) job geraken!

  • Non-profit dwingt 100 miljoen af… maar meer is nodig en lag binnen handbereik

    Balans van een historische beweging

    Na een historische staking van 12 dagen keurden de vakbonden van de non-profit op 7 maart het voorakkoord voor de federale gezondheidsdiensten goed. Hoewel dat akkoord veraf staat van de oorspronkelijke eisenbundel, is het de eerste keer sedert lang dat de verworven rechten niet enkel behouden bleven, maar werden uitgebreid. Dit heeft zijn effect niet gemist. Sindsdien is de voedingssector in het offensief, gaan de Vlaamse ministeries in actie tegen de aanwervingsstop en ontwaken zelfs de onderwijsbonden.

    Eric Byl

    Gedurende 14 maanden voer-den de bonden van de non-profit actie. In december 2003 stelden ze, na raadpleging van 15.000 personeelsleden, een gezamenlijk eisenplatform op voor heel de sector. Daarin werd onder meer gepleit voor 25.000 extra banen, een 36-urenweek, een volledige 13e maand, verlenging van de 45+ CAO en brugpensioen op 57 jaar. Aan het geheel hing een prijskaartje van 3,7 miljard euro.

    Die eisen waren niet eens zo enorm. 25.000 extra banen in een sector met 460.000 personeelsleden is een verhoging van het personeelsbestand met hooguit 5%. De regering heeft de mond vol over vergrijzing om ons langer te laten werken. Ze houdt er echter geen rekening mee als bijkomende middelen worden gevraagd door de sector.

    De winstcijfers van de bedrijven zijn fors toegenomen door het opdrijven van de flexibiliteit en ongezond werk. Dat levert meer ziektekosten op. De patroons en de regering strijken graag de winsten op, maar willen de gezondheidsfactuur die daarmee gepaard gaat niet ophoesten. Een steeds kleinere groep staat in voor een steeds groter werkvolume. Personeelsleden raken uitgeblust en oververmoeid. De regering beseft dat ook, vandaar het eindeloopbaansysteem dat voorziet in extra dagen verlof voor +45-jarigen. Brugpensioen op 57 jaar en de uitbreiding van de eindeloopbaan-regeling naar alle personeelsleden zijn geen overbodige luxe.

    Een studie van het HIVA toonde aan dat de lonen in de non-profit gemiddeld 10,5% lager liggen dan lonen voor vergelijkbare functies in andere sectoren. Een volledige 13e maand zou deze achterstand deels compenseren. Pas na 13 maanden actie was de regering bereid te praten. Intussen hadden de vakbonden hun eisen flink afgezwakt. Geen sprake meer van de 36-urenweek. Het eisenplatform waarmee ze naar de onderhandelingstafel trokken bedroeg nog maar 520 miljoen euro. Minder dan de 700 miljoen euro die Belgacom dit jaar wil uitkeren aan de aandeelhouders, of evenveel als de federale regering heeft uitgetrokken om risicokapi-taal aan de fiscus te onttrekken.

    Maar zelfs dat was nog teveel voor de regering. Die wou slechts met 375 miljoen euro over 5 jaar tijd over de brug komen. Dit werd op 22 februari door de vakbonden verworpen. Bij BBTK/ Setca werden de militanten nauwelijks geraadpleegd. In de beroepscomités verklaarden de secretarissen achteraf dat de LBC het akkoord wel zou aanvaarden en dat het dus geen zin had om te staken. Bovendien stelde de sociaal-democratische fractie binnen BBTK/ Setca het voor alsof de LBC enkel staakte omdat CD&V en CDh niet in de regering zitten. De LBC staakt nochtans ook in de Vlaamse sectoren, ondanks een CD&V-minister voor Welzijn afkomstig uit de LBC. Resultaat: 66% van BBTK/Setca stemde voor werkhervatting. Zelfs het liberale ACLVB stemde op haar belangengroep non-profit met 75% het voorakkoord weg. De LBC raadpleegde 350 militanten en delegees op haar Staten-Generaal. Daar stemden slechts 2 aanwezigen voor het voorakkoord.

    "Staking tot de finish"

    Nadat de LBC het regeringsvoorstel had verworpen, verklaarde Walter Cornelis dat de maat vol was. Hij riep een “staking tot de finish” uit vanaf 24 februari. Niet enkel syndicalisten, maar zowat alle personeel was enthousiast om eindelijk eens een strijd aan te gaan die de vakbondsleiding niet zomaar halverwege zou uitverkopen. In het begin van de acties, vanaf de ge-zamenlijke militantenconcentratie in de Magdalenazaal in december 2003, beperkte de mobilisatie zich doorgaans tot de delegees aangedikt met een “vaste” groep betogers.

    Dat veranderde vanaf 24 februari. Voor het eerst werden bredere lagen van het personeel betrokken. In sommige ziekenhuizen werden personeelsvergaderingen georganiseerd, ook voor de opgeëisten, elders werden stakerscomités opgezet. Mensen zullen zich maar echt betrokken voelen als ze mee kunnen beslissen. SP.a-minister voor Werk, Freya Vanden Bossche, wou niet onderhandelen onder druk van een staking, maar de snelle uitbreiding ervan dwong Miss “Mooi en meedogenloos” tot inkeer. Terwijl de acties en stakingen uitbreidden, het bewustzijn en de strijdbaarheid toenamen en er nog steeds werknemers aansloten die eerder niet betrokken waren… overlegde de regering met de vakbonden een nieuw voorakkoord ten belope van 471 miljoen euro.

    Daarin onder meer een opwaardering van arbeiderscontracten naar bediendencontracten; een forse uitbreiding van de eindeloopbaanregeling; een lichte verhoging van de “aantrekkelijkheidspremie” van 300 euro naar 400 euro; een povere toename van de vergoeding voor onregelmatige prestaties van 50% naar 56% en een toeslag voor het middenkader. Inzake tewerkstelling: een verhoging van de normen voor de verzorging en verpleging, goed voor 3.432 voltijdse betrekkingen (VTE) in de ziekenhuizen. In de ROB/RVT 2.613 VTE, 80 in de thuisverpleging, 205 in geestelijke gezondheidszorg en 900 voor het opvangen van de eindeloopbaanregeling. Totaal: 7230 VTE.

    Het is duidelijk dat de regering met spoed tot een akkoord wou komen. In die mate zelfs dat ze zaken heeft toegezegd die eigenlijk pas kunnen als ook de werkgevers hun handtekening zetten. Beco-privé, een organisatie van werkgevers in Wallonië en Brussel, heeft alvast laten weten op zijn minst met 5 punten uit het voorakkoord, en niet de minste, problemen te hebben. Tijdens de onderhandelingen vandaag (25 maart) op het kabinet van de werkgevers, zag het er niet naar uit dat ze het akkoord zouden aanvaarden.

    De “finish” lag veel dichter dan de verwachtingen

    Veel werknemers, geënthousiasmeerd door de harde opstelling van de LBC, waren ontgoocheld dat de acties plots gestopt werden zonder het advies in te winnen van die bredere lagen die in beweging waren gekomen. Velen ervaarden het bijna unaniem aannemen van het akkoord door de LBC als “onbegrijpelijk”, en in sommige gevallen regelrecht “verraad”. Vooral de verpleegkundigen voelden zich in de kou gezet. Het was duidelijk dat de LBC-top onder druk van haar basis illusies had gecreëerd die ze nooit van plan was te realiseren. De desillusie in de BBTK-top was al vanaf 22 februari een feit en keerde zich naar een grotere strijdbaarheid en kritische opstelling tegenover de eigen vakbondsleiding.

    Paradoxaal was Cornelis in staat het huidige akkoord te verkopen juist door de grote autoriteit die hij verworven had met de harde taal over het vorige voorakkoord op 22 februari. Bij de LBC werd het akkoord gestemd in een Staten-Generaal: een grote meeting van 500 delegees en militanten met open micro waar eenieder één stem heeft. Bij de BBTK werd beslist door het federaal comité, dat vooral bestaat uit secretarissen en vrijgestelden, enkele afdelingen uitgezonderd – waaronder Brussel-Halle-Vilvoorde, dat dan ook tegenstemde. De stemming gebeurde per afdeling en werd niet proportioneel overgebracht, maar volgens het principe “the winner takes it all”.

    Die bewuste maandag 7 maart moest, onder druk van de regering, het akkoord met alle mogelijke middelen worden goedgekeurd. De stemming was dan ook een voorbeeld van subtiele en minder subtiele manipulatie. Bij de BBTK kwam de tekst (die toch vrij lang en gedetailleerd is) pas in handen van de afgevaardigden bij het begin van de vergadering: onmogelijk dus om dit op een ernstige manier te bediscussiëren.

    De LBC deed nog beter: daar kregen de militanten de tekst pas nadat de stemming had plaatsgegrepen (met het excuus dat men het akkoord nog aan het copiëren was). Men was aangewezen op de powerpointpresentatie en het commentaar van de vakbondsleiding.

    In vergelijking met veel andere sectoren is het akkoord van de non-profit een forse stap vooruit. Als we echter kijken naar de noden van de sector en de snelheid waarmee de regering – zodra de staking menens werd – moest toegeven, was meer niet alleen nodig, maar zeker ook mogelijk geweest. LSP-sympathisanten in de non-profit publiceren een bedrijfsblad “Polsslag”. Wij zijn zowel actief in LBC als in BBTK en ACOD. Wil je mee vechten voor strijdbare en democratische vakbonden: contacteer ons.

  • Merkwaardig bondgenootschap tegen stakende cipiers

    Ook vandaag blijven de cipiers in verschillende gevangenissen in het land actie voeren. Naar aanleiding van een uitspraak over de aanpak van een opstand in de gevangenis van Ittre, kwam het ongenoegen van het personeel over haar statuut opnieuw naar boven. De acties van de cipiers worden niet overal positief onthaald. Zowel de politievakbond NSPV als het ‘Collectief voor Gevangenen’ spreken zich uit tegen de stakingsacties.

    De directe aanleiding voor de stakingsacties wordt gevormd door een uitspraak van de Raad van State over de aanpak van een opstand van gevangenen in Ittre. Dit vormde slechts een nieuwe druppel die de emmer bij het personeel deed overlopen waarbij nu het volledige statuut van het personeel opnieuw ter discussie wordt gesteld bij de acties.

    In het interview met een werkneemster uit het gevangeniswezen dat we gisteren publiceerden, kwam tot uitdrukking dat het conflict onder meer gaat over: een herziening van het statuut, meer opleiding, gratis juridische ondersteuning bij zaken die te maken hebben met het ambt (= werk), bijkomende aanwerving van sociaal assistenten en aankoop van eerste hulpmateriaal.

    De politievakbond NSPV keert zich tegen de staking omdat politiemensen de taken van de cipiers moeten overnemen en daarbij vaststellen dat dit een bijzonder zwaar takenpakket is. Hierdoor blijft er amper tijd over voor de normale politietaken. In plaats van zich solidair te verklaren met de werknemers van het gevangeniswezen, wordt ingegaan tegen de staking. Dat lijkt ons niet bepaald overeen te stemmen met het concept van een ‘vakbond’.

    Aan de andere kant wordt de NSPV in haar verzet tegen de staking gesteund door het ‘Collectief voor Gevangenen’ dat komende zaterdag zelfs acties wil opzetten tegen de staking. Zij menen dat de acties van het personeel de belangen van de gedetineerden schaden. Het feit dat het personeel opkomt voor een betere opleiding en betere werkomstandigheden, lijkt dit collectief ontgaan te zijn. Het feit dat ook de gedetineerden beter af zijn met beter omkaderd en gemotiveerd personeel in de gevangenissen, zal voor dit Collectief niet belangrijk zijn?

    Het is merkwaardig dat de staking van het gevangenispersoneel tot dergelijke negatieve reacties leidt vanuit toch wel uiteenlopende hoeken. Zowel de NSPV als het Collectief voor Gevangenen blinken uit in kortzichtigheid. LSP ondersteunt het personeel van het gevangeniswezen in haar strijd voor een beter statuut en betere (en veiliger) werkomstandigheden.

  • Cipiers voeren actie. Algemeen ongenoegen onder personeel.

    In februari spraken we met Denise, die reeds 20 jaar binnen het gevangeniswezen werkt en al lange tijd syndicaal actief is. Zij had het over het enorme ongenoegen en de acties van het gevangenispersoneel. Naar aanleiding van de acties vandaag spraken we opnieuw met haar.

    Er zijn terug acties in de gevangenissen, wat is de aanleiding?

    Denise: Ja, de katalysator van de acties zijn de problemen in de gevangenis van Ittre en een uitspraak van de Raad van State omtrent de behandeling van gedetineerden. De Raad van State besliste immers om een aantal maatregelen tegenover gedetineerden die deelnamen aan een opstand in de gevangenis van Ittre teniet te doen. Maar, in tegenstelling tot wat de pers laat uitschijnen, zijn het niet enkel die problemen die de oorzaak zijn van de stakingen en acties.

    Wat dan wel?

    Denise: Na het sociaal akkoord van eind december dacht de top van Justitie en gevangeniswezen dat ze op haar twee oren konden slapen, dat alles vlotjes ging verlopen. Niks is minder waar. De tegenstellingen binnen het penitentiair systeem (= gevangenissysteem) blijven aanwezig. Het falen van dit systeem wordt duidelijker. De eerste tekens krijg je onder de gedetineerden en dan onder het personeel.

    Zo is er onrust onder de gedetineerden in Merksplas aangezien de maatregelen van de wet-Dupont over de rechten van gedetineerden, een loze hoop gecreëerd hebben op verandering. De gebrekkige opvolging van de dossiers in de gevangenissen en het mondiger worden van de gedetineerden zorgen daar voor moeilijkheden.

    De cipiers die vandaag het voortouw nemen bij de acties hebben een breder eisenpakket dan enkel de uitspraak van de Raad van State over de maatregelen tegenover gedetineerden die betrokken waren bij een opstand in de gevangenis van Ittre. De eisen van de bewaarders van Ittre zijn onder andere: een herziening van het statuut, meer opleiding, gratis juridische ondersteuning bij zaken die te maken hebben met het ambt (= werk), bijkomende aanwerving van sociaal assistenten en aankoop van eerste hulpmateriaal.

    Op de koop toe zie je in de gevangenis van Ittre een duidelijke breuk tussen de directie van de instelling en het personeel. Dat is een probleem in meerdere instellingen en het verklaart ook waarom het personeel van alle instellingen – over de taalgrens heen – onmiddellijk haar solidariteit heeft getoond.

    Wat is de reactie van minister van Justitie Onkelinx?

    Denise (lacht): Die zit met het spreekwoordelijke ei. Onkelinx had aan de directeur-generaal van de strafinstellingen gevraagd een vergadering bijeen te roepen in Ittre om de sociale dialoog met het personeel in de gevangenis te behouden. Na drie uur onderhandelingen zit het conflict nog muurvast en eist het personeel de aanwezigheid van een kabinetsmedewerker van Onkelinx. Als die een oplossing zal kunnen bieden is erg betwijfelbaar.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop