Category: Op de werkvloer

  • Duferco, NMLK: vechten voor iedere job!

    Afgelopen donderdag werd bij de staalbedrijven NLMK en Duferco een herstructurering aangekondigd. Het plan voorziet in het afvloeien van zowat de helft van de personeelsleden, het gaat om 601 jobs die bedreigd zijn. De arbeiders gingen over tot spontane werkonderbrekingen om te protesteren tegen deze beslissing, maar er kwam vooralsnog geen offensief actieplan. In de komende dagen volgen er onderhandelingen met de directie en ook een algemene personeelsvergadering.

    Door Pierre (Namen)

    Terwijl de politici ons enkele maanden geleden nog wilden laten geloven dat de Belgische economie op weg naar herstel was en dat de moeilijkste momenten achter de rug lagen, weten we intussen wel beter. De afgelopen weken regende het aankondigingen van collectieve afdankingen. De lijst wordt lang en blijft aangroeien: Ford Genk, HP, Photohall,… Daar komen nu ook NLMK en Duferco bij. Geen enkele sector en geen enkele regio blijft gespaard.

    De gevolgen blijven niet beperkt tot de directe ontslagen, er komen een pak jobs bij onderaannemers bij alsook bij handelszaken in de regio. Bovendien zorgt elk jobverlies ook voor minder inkomsten voor de lokale, regionale en federale autoriteiten. De gemeenschap moet hierdoor besparen. Het is een vicieuze cirkel waarop de politici geen enkel antwoord hebben.

    De afdankingen worden gerechtvaardigd door de ineenstorting van de vraag op de kapitalistische markten. Als de bedrijven grote winsten maken, dan verdwijnt dat geld in de zakken van de aandeelhouders. Als ze verliezen maken, wordt bij de gemeenschap aangeklopt. Als de winsten dreigen te dalen, worden arbeiders afgedankt en wordt de schuld naar hen doorgeschoven. “Te hoge loonkosten” worden dan ingeroepen, over de hoge productiviteit van de Belgische arbeiders wordt doorgaans zedig gezwegen in patronale kringen. Iedere gelegenheid wordt aangegrepen om verder te besparen op onze levensstandaard.

    De enige oplossing is een democratisch geplande economie waar de winsthonger van een kleine minderheid wordt uitgeschakeld en niet langer de levensstandaard van duizenden anderen naar beneden kan trekken. We zullen dit niet van vandaag op morgen bekomen en al zeker niet met de partijen die vandaag aan de macht zijn. We moeten bouwen aan een krachtsverhouding om het behoud van alle jobs te eisen en dit koppelen aan de eis van de nationalisatie van bedrijven die tot collectieve afdankingen overgaan. Deze strijd moeten we verbinden met alle arbeiders wiens toekomst onder vuur wordt genomen. Op de betoging van de arbeiders van Ford Genk op 11 november kunnen de arbeiders van verschillende getroffen bedrijven bijeen komen. En waarom wordt van de Europese actiedag van 14 november geen gebruik gemaakt om te gaan naar een echte Europese algemene staking?

  • Strijd organiseren tegen jobverlies en besparingen

    Ford, Duferco, Arcelor Mittal, Dow Chemical,… en duizenden andere jobs:

    Ieder voor zich zijn we allemaal verloren

    Het nieuws dat Ford Genk de boeken sluit, sloeg in als een bom. Voor de verkiezingen werd beloofd dat de nieuwe Mondeo in Genk geproduceerd zou worden! “Een hele stad op straat”, verwoordde een arbeidster aan het piket de impact van de aangekondigde sluiting.

    Artikel door Els Deschoemacker uit de novembereditie van ‘De Linkse Socialist’ (die volgende week verschijnt)

    Het slechte nieuws bleef niet tot Ford Genk en onderaannemers beperkt. Er volgden honderden aangekondigde afdankingen bij Dow Chemical, Duferco en NLMK, 300 contractuele jobs bij Volvo Cars die niet hernieuwd worden,… Sinds september vielen bij collectieve afdankingen al meer dan 16.000 slachtoffers!

    “Toen de mijnen dichtgingen, konden we nog op zoek naar een andere job. Waar moeten we die vandaag gaan zoeken?!” is de terechte vrees bij vele arbeiders van Ford Genk. De vertraging van de Belgische en Europese economie belooft geen beterschap.

    Voor de duizenden arbeiders en hun gezinnen die op straat komen te staan, is de aankondiging van Ford een drama. Voor de politici en werkgeversorganisaties is het een opportuniteit om nogmaals een aanval op onze levensstandaard te eisen. “Never waste a good crisis”, denken ze.

    “Tijd om onze ondernemers terug in de armen te sluiten in plaats van erop te schieten. Maatregelen om de Belgische concurrentiepositie te verbeteren als een indexsprong en een 40-urenweek moeten er nu komen,” was de ongezouten mening van de Limburgse werkgeversorganisatie VKW. Vrij vertaald: stop de kritiek op de Ford-directie want als die moet afdanken is het de schuld van de arbeiders die niet genoeg op hun levensstandaard hebben ingeleverd.

    Ze noemen het een relanceplan, maar de plannen van de werkgevers om verder te snijden in de lonen van wie nog werk heeft en die werkenden langer te laten werken, is een recept voor een verdere verdieping van de crisis.

    Wat meer crisis betekent, zien we in de rest van Europa. Besparingsplannen in Zuid-Europa worden ‘zelfmoordbegrotingen’ genoemd omdat ieder perspectief of hoop op beterschap afwezig is. De besparingen en aanvallen op onze lonen, pensioenen, gezondheidszorg,… ondermijnen de koopkracht in die mate dat de economie verder de dieperik induikt.

    De Belgische regering gaat nu dezelfde weg op. Dit jaar werd al voor 13 miljard euro aan maatregelen genomen. Bij de begrotingscontrole komt er nog eens minimum 800 miljoen euro bij voor dit jaar. Volgend jaar volgt 4,5 miljard euro en in 2014 nog eens 8 miljard euro!

    Elke besparing, loondaling of job die verloren gaat in het ene land, is een extra argument geworden om hetzelfde te doen in het andere. Als we dit toelaten, organiseren we onze eigen ondergang. Deze vicieuze cirkel moet doorbroken worden, zoniet gaat de levensstandaard van iedereen onderuit.

    De betoging van 11 november in Genk kan een begin zijn van een actieplan om de hele gemeenschap te mobiliseren in een strijd om de fabriek open te houden en de tewerkstelling in eigen streek te behouden. Deze betoging mag alleszins geen begrafenisoptocht worden.

    Betogen zal echter niet volstaan. We zullen de strijd ook verder in handen moeten nemen. Daarbij kunnen we niet rekenen op onze regeringen, noch op de Vlaamse noch op de federale. Zij staan voor een beheer van het kapitalisme met inbegrip van een verarming van de meerderheid van de bevolking. Bij Opel hebben we gezien dat de regeringen in woorden steun geven, maar niet met daden.

    Als Ford weigert om de afdankingen in te trekken, moet het genationaliseerd worden om de levensstandaard van de arbeiders te behouden en de kennis en vaardigheden in de vestigingen waar ze werken te benutten. Willen we dat deze fabriek genationaliseerd wordt om onze jobs te redden, dan zullen we het zelf moeten doen. Sluiting is geen optie! Dat zou moeten gelden voor iedere job die ze vandaag willen slachten. Alleen staan we nergens, samen staan we sterker.

    Dit is het belang van 14 november, de Europese actiedag met gecoördineerde algemene stakingen in Zuid-Europese landen. Dit moment moet ook in België worden aangegrepen om de hele arbeidersklasse te mobiliseren. De gecoördineerde aanval van het Europese kapitaal op onze levensstandaard vereist een gecoördineerd antwoord van de Europese werkenden.

    Het gaat om onze fabrieken, onze tewerkstelling, onze toekomst. Dit kunnen we niet overlaten aan de kapitalisten. Tijd voor een socialistische oplossing!

  • Indexsprong. Hoe het woord ‘solidariteit’ misbruikt wordt voor een asociale maatregel

    De afgelopen dagen werd het patronale offensief tegen onze levensstandaard opnieuw via alle mediakanalen opgevoerd. Daarbij kwam er de bereidwillige steun van onder meer minister van Financiën Vanackere (CD&V). Een van de centrale voorstelling is een indexsprong of aanpassing van de index. In welke mate een ondermijning van onze levensstandaard tot economische vooruitgang zou leiden, wordt niet ernstig uitgelegd.

    De discussie begon al bij de aangekondigde sluiting van Ford Genk. Terwijl de directie van Ford erkende dat de lonen geen argument waren om de Genkse vestiging te sluiten, besloten patronale organisaties en politici dat de loonkost het centrale probleem was. Dat dit wel erg cynisch is, blijkt net bij Ford Genk waar eerder een looninlevering van 12% werd aanvaard. Het patronale voorstel van inleveringen om de ‘concurrentiekracht’ te vergroten, werd hier toegepast. En het heeft niet bepaald extra jobs opgeleverd…

    Nochtans is dat het centrale argument dat ook door neoliberale economen wordt verdedigd. Zo kwam de neoliberalen Ivan Van de Cloot en Joep Konings met een studie waarin ze becijferen dat een indexsprong op lange termijn tot 10.000 nieuwe jobs zou opleveren. De media springen gretig op de kar: “Indexsprong kan Ford Genk goedmaken”, schrijven ze. De Standaard voegt er in een edito aan toe dat een indexsprong “relatief pijnloos” is en bovendien een vorm van “solidariteit”.

    De redenering is dat inleveren op onze levensstandaard de consumptie wel ondermijnt, maar tegelijk de concurrentiepositie verbetert en daarmee nieuwe jobs oplevert. Dat er in alle buurlanden over dezelfde maatregelen wordt gediscussieerd, maakt dat er een heuse neerwaartse spiraal bezig is die bovendien het effect van dergelijke maatregelen meteen uitwist. Van de Cloot en Konings moeten erkennen dat bij gelijkaardige maatregelen in de buurlanden de relatieve concurrentiepositie niet verandert. Maar Konings is vastberaden: “Loonmatiging levert meer jobs op dan ze vernietigt”. Dat hij dat maar eens in Genk gaat uitleggen. Hij voegt er overigens aan toe dat het idee dat koopkracht goed is voor tewerkstelling een linkse mythe is. Blijkbaar is het een ‘linkse mythe’ als gedacht wordt dat wat geproduceerd wordt ook ergens een afzetmarkt moet vinden.

    Het ziet er naar uit dat het drama bij Ford Genk wordt misbruikt om nieuwe neoliberale maatregelen te nemen die onze levensstandaard ondermijnen. Als Ford beslist om Genk te sluiten, heeft dat nochtans veeleer te maken met de overproductiecapaciteit en strategische plannen waarbij de directie ervan uitgaat dat een eventuele daling in de verkoop in België vrij snel zal afvlakken en verdwijnen.

    Ook de politici zijn op de kar van de aanval op onze levensstandaard gesprongen. SP.a-minister Vande Lanotte was er als de kippen bij om te stellen dat de loonkosten het centrale probleem voor Ford waren. Minister Vanackere (CD&V) stelde dat er bij de begroting taboes moeten sneuvelen, waaronder mogelijk ook een indexsprong. Dit zijn dan de politieke partners van de vakbonden in de regering. Het ACV stelde dat en indexsprong onbespreekbaar is, maar de ACW’er Vanackere is duidelijk niet dezelfde mening toegedaan. Met zulke politieke ‘partners’ heb je geen politieke vijanden nodig.

    Hoe zal een daling van onze levensstandaard en van die van onze collega’s in de buurlanden leiden tot economische groei? In Zuid-Europa zien we tot wat een neerwaartse spiraal leidt en dat de modellen van Konings en Van de Cloot niet werken. In een lezersbrief in De Morgen vroeg de Antwerpse ABVV-voorzitter Verlaeckt terecht: “Kunnen zij die vandaag krijsen dat we niet meer concurrentieel zijn dan ook de moed aan de dag leggen om te zeggen waar we naartoe moeten? Naar Litouwse en Oekraïense lonen? Naar Chinese arbeidsomstandigheden? Kunnen zij dan ook duidelijk stellen dat elke besparing op de (bruto) loonkost een gat slaat in onze sociale zekerheid, waarvan werkgevers zich bedienen om tijdelijke werkloosheid en brugpensioenen in te voeren in hun eigen bedrijf terwijl hun federaties en koepels er actie tegen voeren?”

    Een collectieve verarming – want dat is wat een indexsprong concreet betekent: een daling van onze reële lonen – is een asociale maatregel die er enkel op gericht is om de zakken van de grote aandeelhouders verder te vullen. Er is nood aan consequent verzet tegen dergelijke voorstellen. Naar aanleiding van de aangekondigde sluiting van Ford Genk, de begrotingsdiscussie en het opstarten van de discussie rond een IPA valt het op dat het patronaat en haar politieke vertegenwoordigers klaar staat met haar propagandacampagne. Waar blijft het duidelijke syndicale antwoord daarop?

  • Ford. Nationalisatie en reconversie van de vestiging!

    Ford. Geen rouwplechtigheid maar actieplan

    Woensdag 24 oktober 2012: een zwarte dag voor de arbeiders van Ford, voor de bewoners van Genk en de omliggende steden en voor alle werknemers van het land. In een videoboodschap meldt de directie dat ze de vestiging in Genk eind 2013 dicht gooit en de productie van de Mondeo naar Valencia verhuist.

    Dossier door Eric Byl

    Bij de 3.996 arbeiders en 268 bedienden van Ford Genk is de verslagenheid en ingehouden woede groot. Sommigen barsten in tranen uit. Ze zien van de ene dag op de andere hun toekomst in rook opgaan. Minstens evenveel werknemers bij de talloze onderaannemers worden eveneens getroffen. Op de financiële markten breekt het feest los. Aandeelhouders worden op twee dagen tijd alweer drie procent rijker. Politici, patroons en andere specialisten, die nog nooit aan een productielijn stonden, hebben hun analyse al klaar. De multinational boekte vorig jaar een recordwinst van 20,2 miljard $, maar die moet niet worden aangepakt, integendeel, de competitiviteit moet nog opgedreven worden. Daarvoor willen ze alle werknemers een tweede keer pakken, deze keer via hun indirect loon, de zogenaamde loonlasten.

    Afscheidspremie en brugpensioen

    Het is niet gemakkelijk om in te gaan tegen herstructureringen en sluitingen. De moordende concurrentie heeft de sector met overcapaciteit opgezadeld. Door de economische crisis en de besparingsplannen die overal in Europa worden toegepast, krimpt de markt nog. Nu België haar besparingsregering heeft, is ook hier het hek van de dam. Begrijpelijk dat velen in die omstandigheden hopen op een zo hoog mogelijke afscheidspremie. Voorlopig spreekt men van 77.000 € bruto, netto zal daar minder dan de helft van overblijven. Werknemers in onderaanneming mogen zelfs dat op hun buik schrijven.

    De arbeiders hebben al eens 12% ingeleverd en bovendien werd het arbeidsritme de voorbije jaren opgedreven tot een haast ondraaglijk tempo. Lezen, rekenen, dineren en contracten tekenen, hou je gemakkelijk vol tot je 65ste en later, maar twintig, dertig jaar productie, dat laat zich voelen. Als de regering ondanks het verzet van De Croo instemt met brugpensioen, zullen velen dat begrijpelijk met beide handen grijpen.

    Sluiten is geen optie

    Dit zijn niet meer de gouden jaren, toen je nog gemakkelijk in het bedrijf om de hoek terecht kon. De afscheidspremie zal snel verteerd zijn en wie niet aan een volle loopbaan geraakt, staat op zijn 65ste een zeer onaangename verassing te wachten. Waar nu nog aan een andere job geraken? De crisis is overal, in heel België, in heel Europa en wereldwijd. Onder die omstandigheden kan en mag sluiten geen optie zijn.

    Sluiting zou niet alleen voor de 10.000 gebroodroofde gezinnen een drama zijn. Het zou de Belgische economie ruim 10 miljard € kosten, hoofdzakelijk aan verlies van sociale bijdragen en belastingsinkomsten en aan extra uitgaven voor uitkeringen. Het zou ongetwijfeld leiden tot nog meer besparingen op onderwijs en openbare dienstverlening. In de getroffen gemeenten zou het de stadsfinanciën onderuit halen met dramatische gevolgen voor het gemeentepersoneel en de sociale voorzieningen. Het zou Limburg opnieuw herleiden tot een sociale woestijn.

    De toekomst van de gemeenschap niet overlaten aan multinationals

    Juridisch mag de multinational dan wel eigenaar zijn van de vestiging, in werkelijkheid werd ze opgebouwd door opeenvolgende generaties werknemers. Daarbij flink geholpen met overheidssteun uit onze sociale bijdragen en belastingen van de Belgische bevolking. Jarenlang hebben de aandeelhouders mooie winsten geïncasseerd. We zien nu waartoe de overdracht van rijkdom van de gemeenschap naar een handvol private aandeelhouders leidt.

    We mogen de toekomst van de vestiging en de gemeenschap niet overlaten aan op winst beluste multinationals. Politici laten krokodillentranen. Ze gooien de armen in de lucht alsof ze machteloos zijn. In werkelijkheid ontbreekt het hen aan politieke wil. Samen met de media hebben ze de begrafenis al in scène gezet. Waarom Ford niet voor de keuze stellen: de vestiging open houden met behoud van alle jobs of inbeslagname van de installaties en de terreinen.

    Een ecologisch en sociaal verantwoord alternatief

    De financiële sector had het al aangetoond. De autosector bevestigt: de vrije markt kan geen stabiele werk- en leefomgeving garanderen. We kunnen meer produceren dan we ooit voor mogelijk hielden, maar dat leidt enkel tot overcapaciteit en het dichtslibben van onze wegen. Het tijdperk waarin een autobedrijf slechts op één vaste matrijs functioneerde, ligt al lang achter de rug. Met beperkte aanpassingen en herprogrammatie kan men in Genk de productie gemakkelijk omschakelen naar nieuwe, sociaal nuttige en ecologisch verantwoorde producten.

    Waarom een performante vestiging bij de vuilnis zetten? We beschikken over de kennis om ecologisch verantwoorde vervoersmiddelen te ontwikkelen en de mobiliteitsknoop te ontwarren. Waarom die niet inzetten nu die installaties vrij komen en we over ervaren werknemers beschikken om eindelijk een openbaar bedrijf te creëren voor de ontwikkeling van een ecologisch verantwoorde en rationeel geplande mobiliteit? De tijd van de omschakeling zouden we kunnen overbruggen met welverdiende brugpensioenen en tijdelijke werkloosheid, zoals dat nu al het geval was bij Ford, maar dit keer aangevuld met een extra premie.

    Massamanifestatie op 11 november: nationaliseren om jobs te redden!

    We weten dat dit ingaat tegen de globale trend van privatiseren. Gemakkelijk zal het niet zijn. Het zal forse krachtsverhoudingen vereisen om de overheid daartoe te dwingen. De arbeiders hebben het bedrijf afgesloten, ze posten shift per shift. Talloze discussies en een goede organisatie zullen nodig zijn om iedereen telkens weer te overtuigen niet af te haken. Maar we staan niet alleen. De arbeiders van de onderaannemers zitten in hetzelfde schuitje. Bovendien rolt een golf van herstructureringen en sluitingen over Limburg, over België en over heel Europa.

    Geen enkele arbeider voelt zich vandaag veilig. Dat is de reden waarom we de publieke opinie mee hebben. Die kracht mobiliseren, in de bedrijven, in de scholen en universiteiten en in de wijken is de uitdaging voor de massamanifestatie op 11 november. Laat er ons deze keer geen begrafenisstoet van maken, maar een hefboom naar de volgende mobilisatie! Elke mobilisatie vereist niet alleen een gedetailleerd en democratisch bediscussieerd actieplan, maar ook een perspectief, een doelstelling die in overeenstemming is met de gevraagde inspanning.

    Wij denken dat enkel de nationalisatie van de vestiging om jobs te redden daaraan voldoet. In tegenstelling tot een sociaal plan, biedt het zowel aan de arbeiders van Ford, als die van de onderaannemers en aan de hele gemeenschap een aantrekkelijke toekomst. Het zou het enthousiasme opwekken van de talloze arbeiders overal in het land, die eveneens met herstructureringen en sluitingen geconfronteerd worden. Ford heeft ons geleerd dat we daarbij geen behoefte hebben aan een directie die enkel uit is op rentabiliteit om de zakken van de aandeelhouders te vullen, maar dat de arbeiders zelf beter het beheer in handen nemen in functie van de tewerkstelling en de behoeften van heel de gemeenschap.

    Europese algemene staking op 14 november

    Van de huidige politici moeten we niets verwachten. ‘Nationalisaties’, dat mag niet van Europa, tenzij het is om verliezen te socialiseren en winsten te privatiseren. Maar ook in Europa staan we niet alleen. Op 14 november is een internationale actiedag gepland. In Spanje en Portugal – mogelijk ook in Griekenland, Malta en Cyprus – zal dat gepaard gaan met een algemene staking. In Frankrijk en Italië roepen de vakbonden mee op, andere zullen wellicht volgen. Het ABVV-gewest van Luik roept eveneens op voor een 24-urenstaking op 14 november, net als ACOD-LRB Brussel. Er is geen enkele zinnige reden waarom ook de andere Belgische vakbonden zich hierbij niet zouden aansluiten.

    Ford is maar een van de vele voorbeelden die aantonen dat de vrije markt niet werkt. We kunnen de neergaande spiraal stoppen, maar enkel als we een aantrekkelijk rationeel gepland alternatief op de chaos van de markt aanbieden. In dit tijdperk van kapitalistische crisis stelt iedere concrete strijd automatisch de nood aan een democratische socialistische maatschappij, maar die kan slechts aan geloofwaardigheid winnen als ze ook antwoorden aanreikt voor de strijd die we vandaag voeren.

  • Staking bij Bpost in Woluwe levert resultaat op

    Op maandag 22 oktober ging het personeel van Bpost in Woluwe in staking. Elders waren er verspreid ook diverse acties. De aanleiding was een nieuwe maatregel in het kader van de georoute waardoor in Woluwe maar liefst 8 rondes zouden verdwijnen, het ging om 20% van het totaal.

    De aanhoudende besparingsplannen hebben het aantal personeelsleden al zwaar naar beneden gehaald. De arbeidsvoorwaarden van de postbodes liggen al jarenlang onder vuur, facteurs in vaste dienst worden stilaan een minderheid.

    De stakingsactie in Woluwe leverde resultaat op. Na drie dagen staken waren er onderhandelingen waarbij de directie terugkwam op het plan om 8 jobs te schrappen. Het behoud van alle rondes wordt gegarandeerd. De vastberaden stakingsactie gedurende drie dagen speelde een belangrijke rol in het bekomen van dat resultaat. Ook was het belangrijk dat er solidariteit kwam van de bureaus in Elsene en Laken.

    Het is mogelijk om overwinningen te behalen. Daartoe moet de basis in elk bureau en elke depot worden georganiseerd en zijn er ook discussies nodig over hoe we deze strijd in handen kunnen nemen. De directie van Bpost is bijzonder ver kunnen gaan in het opleggen van besparingen omdat het verzet zich steeds beperkte tot één bureau of één regio. Gezamenlijke strijd op basis van een democratisch opgemaakt en bediscussieerd actieplan kan die neerwaartse spiraal doorbreken en ombuigen.

  • Ook Britse vestigingen van Ford getroffen. Handen af van onze jobs!

    Het Britse National Shop Stewards Network (NSSN, netwerk van strijdbare delegees) is volkomen solidair met de arbeiders van Ford nadat het bedrijf aankondigde dat twee Britse vestigingen worden gesloten en tot 2.000 arbeiders tegen de zomer hun job zullen kwijt zijn. De vakbonden moeten de strijd hiertegen aangaan, liefst op een gecoördineerde manier met ook de arbeiders van Ford in Genk.

    Oproep door Rob Williams, voorzitter NSSN en voormalig hoofddelegee bij Ford/Visteon

    De aankondiging van jobverlies in Groot-Brittannië komt vlak na de bekendmaking dat Ford in Genk sluit en daar 4.300 jobs op de helling zet. Het sluiten van de Transit-productie in Southampton en de koetswerkfabriek in Dagenham, waar onderdelen voor de Transit werden gemaakt. Met deze sluitingen en afdankingen is de toekomst van Ford in Groot-Brittannië erg onzeker, het bedrijf wordt erg klein en kwetsbaar voor een volledige sluiting of aanval op de arbeidsvoorwaarden en lonen. In 2000 waren er nog 52.000 Ford-arbeiders in Groot-Brittannië, na deze afdankingen zouden het er nog 11.000 zijn. Dit is de beloning voor de vele inspanningen van de Ford-arbeiders de afgelopen jaren – er werden indirecte jobs uitbesteed en er kwam een aanpassing van de pensioenrechten voor beginnende arbeiders.

    Deze aankondiging maakt duidelijk dat geen enkele arbeider zeker is, niet in de automobielsector en ook niet in andere sectoren. Met alle jobs bij onderaannemers en verwante sectoren meegerekend kan dit bloedbad oplopen tot 20.000 jobs. De vakbonden Unite en GMB moeten de arbeiders van Ford en de onderaannemers bijeenbrengen om samen in verzet te gaan. Het is niet evident om sluitingen en afdankingen tegen te houden, maar we kunnen het jobverlies wel degelijk stoppen als er een ernstige en vastberaden strijd wordt georganiseerd. Dit jaar werden al overwinningen behaald door leden van Unite in de bouwsector en bij de Londense bussen. Deze overwinningen geven aan dat de patronale plannen kunnen gestopt worden.

    De vakbonden moeten deze aangekondigde sluiting aangrijpen voor een nationale strijd. Er moet onmiddellijk een bijeenkomst komen van alle delegees bij de Ford-vestigingen om gezamenlijke acties te organiseren, waaronder een nationale stakingsactie.

    De acties, zowel officiële of onofficiële, moeten gecoördineerd worden met de arbeiders van Genk en andere Europese vestigingen. Er moet dringend een bijeenkomst komen van de vakbondsvertegenwoordigers in de Europese ondernemeringsraad met afgevaardigden van alle vestigingen. Dat kan in de arbeiders in Southampton en Dagenham het vertrouwen geven om tegen de sluitingen in te gaan, ook met bezettingsacties.

    In Southampton zou een oproep doorheen de stad om solidariteit te betuigen kunnen leiden tot een optocht met duizenden deelnemers.

    Op de grote vakbondsbetoging van 20 oktober (een betoging met 150.000 aanwezigen), pleitte het NSSN voor een algemene 24-urenstaking tegen de besparingspolitiek van de regering. De dreiging om Ford-vestigingen te sluiten toont eens te meer aan dat de vakbondsleiding alle arbeiders moet verenigen, zowel in de private en publieke sector, om alle jobs, lonen en pensioenen te verdedigen.

    Als Ford weigert om de afdankingen in te trekken, moet het genationaliseerd worden om de levensstandaard van de arbeiders te behouden en de kennis en vaardigheden in de vestigingen waar ze werken te benutten.

    Met alle arbeiders van Ford samen

    De Ford-arbeiders die hun job niet verliezen, dreigen zware gevolgen te dragen als gevolg van het pensioentekort van 2 miljard pond. Hoe zal een bedrijf dat zo klein wordt en de afdankingen toeschrijft aan verliezen erin slagen om overeind te blijven en het gat in de pensioenkas te vullen? We mogen niet vergeten hoe de voormalige onderdelenfabrieken van Visteon (ex-Ford) in 2009 werden gesloten waarbij 600 arbeiders werden afgedankt. Zowat 3.000 arbeiders van Visteon halen Ford voor de rechter om hun volledige pensioenrechten op te eisen. Ford zal wellicht snel geneigd zijn om de financiële problemen volledig van de baan te halen door de productie volledig te stoppen. De arbeiders van Visteon kregen de maximale wettelijke opzegvergoeding van 9.000 pond per persoon en ook bijkomende voordelen. Dat was enkel omdat ze ervoor gestreden hebben met bezettingen en andere acties.

    Het onmiddellijk opzetten van ernstige nationale en zelfs internationale acties zou de arbeiders in de twee Britse Ford-vestigingen vertrouwen geven en meteen aan Ford duidelijk maken dat we de strijd voor het behoud van jobs en pensioenrechten ernstig aangaan.

    Solidariteit met de Ford-arbeiders!

  • 11 november. Nationale betoging voor werk in Genk

    Op zondag 11 november komt er een nationale betoging voor werk in Genk. De verslagenheid na de aankondiging van de afdankingen door Ford slaat stilaan om in georganiseerde woede. De brede solidariteit – onder meer tijdens de wedstrijd van Racing Genk – toont hoevelen meeleven met de arbeiders van Ford. Als volgende stap wordt nu gegaan naar een betoging. Gesterkt door een massale aanwezigheid kan dit het begin vormen van een strijd voor het behoud van alle jobs.

    Enkele foto’s vanop het piket bij Ford vandaag

  • VOKA slaat de bal weer eens totaal mis

    Bij zowat alles dat in actualiteit gebeurt, komt de patroonsfederatie VOKA met hetzelfde grijs gedraaide plaatje van “hoge loonkosten”. Nu werd dit boven gehaald naar aanleiding van het sociale bloedbad in Limburg en de sluiting van Ford Genk, waar de loonkosten op geen enkel ogenblik als argument werden gebruikt. Wellicht had VOKA het bericht even goed kunnen verspreiden als reactie op de controverse rond het koningsboek van een Franstalige journalist of als reactie op de coalitiebesprekingen in Aalst?

    Jo Libeer van VOKA verklaarde na de aankondiging van Ford dat het de Genkse vestiging sluit: “Om de concurrentieslag met het buitenland te kunnen winnen, moeten de loonkosten voor bedrijven drastisch naar beneden.” Nochtans liggen de loonkosten in Genk lager dan in Duitsland, een vaststelling die vreemd genoeg niet leidt tot de eis om de lonen op te trekken naar het Duitse niveau. De concurrentie met de buurlanden wordt enkel als argument gebruikt indien de lonen er lager liggen. > De lonen vormden geen argument in de beslissing van Ford om de vestiging in Genk te sluiten. Dat was ingegeven door de algemene overproductiecapaciteit in de sector en de poging om een aantal regionale productie-eenheden te behouden in de buurt van de afzetmarkt. Als die markt kleiner is, wordt het financieel moeilijk om de volledige productiecapaciteit overeind te houden. Dat is het ABC van de kapitalistische logica die Jo Libeer toch niet volledig vreemd zou moeten zijn.

    Wat Libeer blijkbaar ook niet wil beseffen, is dat zijn voorstel bij Ford Genk al werd doorgevoerd. Er werd door het personeel al drastisch toegegeven op de lonen in de hoop dat dit de productie zou behouden. Er werd ingestemd met een achteruitgang van 12%. Hoeveel meer wil Libeer? Alleszins heeft die inlevering het personeel niets opgeleverd nu de directie toch tot de sluiting van de fabriek besloten heeft.

    Zelfs professor De Grauwe reageerde verbolgen op de uitspraak van Libeer. “Voka misbruikt drama bij Ford Genk om versleten plaat te draaien. Loonkosten hebben nauwelijks iets te maken met sluiting”, twitterde hij.

    Een alternatief op de sluiting heeft Voka uiteraard niet. Er werd enkel gepleit voor een speciale tewerkstellingscel. Libeer: “We geloven in de kansen van deze mensen op de arbeidsmarkt, aangezien er nog altijd veel vraag is naar ervaren medewerkers met technische knowhow. De ervaring van eerdere grote saneringen leert dat anderhalf jaar na de sluiting twee derde van de getroffen werknemers toch al weer aan de slag was.”

    Blijkbaar ontbreekt het Libeer ook aan feitenkennis. Bij Opel in Antwerpen zat anderhalf jaar na de sluiting vier op de tien nog steeds zonder werk. Dat bleek uit cijfers die begin deze zomer – anderhalf jaar na de sluiting – bekend werden gemaakt. Concreet hadden toen 1.525 mensen een andere job, 1.046 anderen niet. Hoe uit dat cijfer wordt besloten dat “twee derden” terug aan de slag was, is ons niet helemaal duidelijk. Bovendien ging het bij Opel in Antwerpen om afdankingen in een regio waar toch nog een belangrijke industriële activiteit is, wat in Genk veel minder het geval is.

    Het VBO moest erkennen dat de dalende vraag naar nieuwe auto’s een belangrijke rol speelde. Maar er werd ook direct aan gekoppeld dat de loonkosten, arbeidsorganisatie, fiscaliteit en rechtszekerheid een probleem zouden vormen. Zelfs Horeca Vlaanderen maakte van de gelegenheid gebruik om in een persbericht een lastenverlaging te vragen.

    Het lijkt er sterk op dat de werkgeversorganisaties steeds opnieuw hetzelfde persbericht versturen, los van de economische realiteit. Ze mogen anders in Genk aan de poorten van Ford eens komen uitleggen wat het resultaat van de harde aanvallen op de Zuid-Europese levensstandaard was inzake de aankoop van nieuwe wagens in dat zuiden van Europa. De aanvallen en afdankingen trekken de levensstandaard verder naar beneden en zullen ongetwijfeld ook de verkoop van nieuwe wagens verder naar beneden trekken. Met de logica van het patronaat gaan we regelrecht op weg naar nog meer sociale afbraak.

  • Verslagenheid en woede aan de poorten van Ford. Enkele foto’s

    Het nieuws van de sluiting van Ford Genk sloeg gisteren in als een bom bij de vele arbeiders, familieleden en sympathisanten die zich voor de poorten van de fabriek hadden verzameld. De directie kondigde aan dat Genk dicht moet en wees erop dat dit gezien de situatie op de automarkt noodzakelijk was. Als we de markten laten doen, eindigen we allemaal in een sociale woestenij. De verslagenheid en woede zijn groot. Het zal er nu op aankomen om dat te organiseren voor het behoud van alle jobs en een maatschappelijk nuttige productie in Genk.

    Foto’s door Els

    p>

  • Sociaal bloedbad in Limburg

    PDF van een extra bijlage bij ons maandblad

    De boodschap van de directie van Ford was eenvoudig maar hard: 10.000 arbeiders en hun gezinnen staan vanaf 2014 op straat. Ford Genk sluit en vervoegt het rijtje sociale drama’s dat eerder in de autosector plaatsvonden: Renault-Vilvoorde, VW-Vorst, Opel-Antwerpen en nu dus ook Ford-Genk. Dit is een drama voor Limburg waar Ford de grootste werkgever was. De winstlogica leidt tot sociale woestenij. We mogen ons hier niet bij neerleggen. Wie vecht, kan verliezen. Wie niet vecht, is op voorhand verloren.

    Het nieuws dat Ford Genk in 2014 de deuren sluit kwam niet volledig als een donderslag bij heldere hemel, er waren eerder al geruchten en ook de afgelopen dagen was het duidelijk dat er slecht nieuws zat aan te komen. Eind september stelde de directie nog dat de nieuwe Mondeo, Galaxy en S-Max wellicht naar Genk zouden komen. Maar de crisis in de automobielsector is zo diepgaand dat het nu toch tot een sluiting komt. Was de aankondiging eind september slechts bedoeld om de lokale verkiezingen van 14 oktober te overbruggen?

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Andere artikels:

    [/box]

    Een sluiting van Ford Genk is een sociaal drama. Er werken 3.996 arbeiders en 268 bedienden bij Ford en bij de toeleveranciers nog eens meer dan 5.000. Alles samen gaat het om 10.000 jobs. Eerder had het personeel al enorme toegevingen gedaan om de productie in Genk te houden, zo werd 12% op het loon ingeleverd. Dat heeft niet mogen baten, de dalende verkoop van auto’s in Europa (van 15 miljoen in 2007 tot naar schatting 12,4 miljoen dit jaar) en de wereldwijde crisis met bijhorende daling van de verkoop leidt tot sociale drama’s.

    Voor de autobedrijven is het sluiten van vestigingen de enige optie om de overproductiecapaciteit af te bouwen en de winstgevendheid te herstellen. Er wordt niet vertrokken van de belangen van de werkende bevolking maar enkel van de winsten. Dat er in een sociale woestenij nog minder auto’s zullen verkocht worden, kan de directie van Ford niet schelen. Zolang het bedrijf maar een stapje voor staat op de concurrenten.

    De Vlaamse regering heeft bij Opel in Antwerpen al aangetoond dat ze geen verschil kan maken. Behalve extra middelen voorzien voor de directie en verdere toegevingen van de arbeiders te beloven, komt de regering niet. Het drama in Genk dreigt nog groter te zijn dan bij Opel Antwerpen, onder meer door de grotere omvang van Ford Genk en het feit dat er in de regio rond Genk weinig andere industriële activiteit van enige omvang is.

    Kris Peeters greep het drama meteen aan om zijn bezorgdheid te uiten over de hoge energie- en loonkosten. Dat zijn nochtans niet de problemen die bij Ford Genk een rol spelen, de productie in Genk is niet duurder dan in Duitsland. Het probleem ligt bij de overproductiecapaciteit. Als Peeters het sociale drama in Limburg nu aangrijpt om alle lonen en arbeidsvoorwaarden verder aan te pakken, dan is dit een voorbeeld van cynische neoliberale schokdoctrine: het aangrijpen van een ramp om meer neoliberale maatregelen door te drukken.

    Met antwoorden als wat extra middelen voor de Limburgse Reconversiemaatschappij (LRM) zullen we er niet komen. Na de sluiting van de mijnen in de jaren 1980 zorgde enkel Ford Genk voor een lichtpunt in Limburg. Vijftien jaar geleden werkten er bij Ford nog 13.000 arbeiders, vandaag nog iets meer dan 4.000. Extra middelen voor de LRM zouden weinig verschil maken, iedereen weet dat de reconversie na de sluiting van de mijnen is mislukt. Zullen we dat gewoon nog eens herhalen?

    Kan er niets gedaan worden bij dit sociaal drama? Als we het initiatief overlaten aan Kris Peeters en co zal er effectief niets gedaan worden. Dat hebben we bij Opel al gemerkt. Maar waarom zouden we het initiatief aan anderen overlaten? De arbeidersbeweging moet zelf een vuist maken en de strijd aangaan. De schok onder het personeel mag niet tot verlamming leiden, de woede moet georganiseerd worden in collectief verzet in het kader van de volledige arbeidersbeweging.

    Daarbij mogen we ons niet laten vangen aan de verdeel-en-heerspolitiek waarbij verschillende vestigingen tegen elkaar worden opgezet. Zo laten we ons één voor één allemaal afslachten. Er is een gezamenlijke strategie nodig om de strijd voor het behoud van alle jobs te organiseren en kans op succes te bieden. Er zal steeds nood blijven aan transport en vervoer. Om aan die noden te voorzien, pleiten wij voor de volledige nationalisatie van de automobielsector.

    Als opstap om de productie in publieke handen te nemen, mogen we niet toelaten dat Ford de fabriek kan leeghalen. Als Ford uit Genk weg wil, is dat haar zaak. Maar alles wat in Genk wordt gemaakt, behoort aan de arbeiders van die fabriek toe. Een bezetting van de vestiging kan vermijden dat Ford zomaar gaat lopen met de productie en de machines. Een bezetting combineren met een actieve solidariteitscampagne in de regio en vanuit de volledige arbeidersbeweging kan de krachtsverhouding van de Ford-arbeiders versterken om de vestiging uiteindelijk in publieke handen te nemen.

    Een nationalisatie moet niet dienen om de verliezen te socialiseren en de winsten na het sociale bloedbad terug te privatiseren. Dat is in de praktijk het beleid dat momenteel in de VS wordt gevoerd en waar de automobielsector stilaan een lageloonsector is geworden zonder enige sociale rechten voor de arbeiders. Neen, wij willen de sector in publieke handen brengen om de kennis en mogelijkheden die in de bedrijven aanwezig zijn aan te wenden om te komen tot veilig en milieuvriendelijk transport en vervoer.

    Een nationalisatie zou gepaard kunnen gaan met arbeidsduurvermindering zonder loonverlies. En het zou het onhoudbare werkritme, steeds opgedreven om de productiviteit te vergroten, tot menselijke proporties terug te brengen. Ook moeten er middelen voorzien worden voor onderzoek naar alternatieve vormen van mobiliteit met nadruk op openbaar vervoer en milieuvriendelijke alternatieven. Vandaag zorgt de overproductie ervoor dat niet in alternatieven wordt geïnvesteerd, er is enkel een logica van afbraak.

    Bij een nationalisatie mogen we de controle over de sector niet overlaten aan diegenen die vanuit het patronaat of de regering verantwoordelijk zijn voor de kapitalistische crisis. Nationalisatie moet onder arbeiderscontrole om jobs te redden en te werken aan oplossingen voor de mobiliteit van ons allemaal in de toekomst.

    Na de schok en de verontwaardiging moeten we de woede in strijd omzetten. Samen kunnen we de strijd winnen. Een garantie op succes is er niet, maar wat is het alternatief? Ons één voor één laten afslachten tot de jongeren helemaal geen degelijke job meer kunnen vinden? Wie niet strijdt, is op voorhand verloren.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop