Foto’s door Dominique Buisson
De Europese actiedag had ook gevolgen in de provincie Namen. Ondanks de afwezigheid van een duidelijke stakingsoproep in de regio, waren er toch diverse acties. De stakingen en mobilisaties werden eerder spontaan georganiseerd. Het openbaar vervoer lag al gauw plat. Bij de TEC en de NMBS stonden er piketten en werd niet gewerkt. Ook een aantal regionale administraties werden getroffen.
Door Emily (Namen), foto’s door Nicolas M. (Namen)
De golf van afdankingen de afgelopen maanden woog op de mobilisatie. Ook het personeel van bedrijven als Kraft-Rhisnes waar een herstructurering plaats vindt, legde het werk neer. De opbouw van een krachtsverhouding vooraleer onderhandelingen worden gevoerd, is nog geen algemeen gedeelde strategie. Er werden in een aantal bedrijven pamfletten verdeeld, onder meer bij de steengroeven van Marche-les-Dames was dat het geval. Daar was er ook een werkonderbreking om het besparingsbeleid te bediscussiëren. Deze beweging is maar een eerste stap. We zullen verder moeten gaan met acties tegen de maatregelen die werkenden en werklozen treffen.
Het ABVV organiseerde met drie bussen een tocht langs de zetels van de vier gevestigde partijen in Namen. Een delegatie van vrijgestelden ging naar binnen, buiten gooiden de woedende betogers met rotte eieren naar de ramen en schreeuwden ze hun ongenoegen uit. Op hetzelfde ogenblik was er een kleine bijeenkomst van het ACV voor het Waalse parlement. Tegen het einde van de voormiddag kwamen zowat 350 mensen bijeen voor het stadhuis. Er waren toespraken en er volgde muziek.
Met de LSP-militanten kregen we goede reacties. We discussieerden, wisselden contactgegevens uit en verkochten een 20-tal kranten, waaronder heel wat aan steunprijs. Sommigen maken er een goede gewoonte van om bij iedere actie onze krant te kopen. De steun voor onze ideeën bleek onder meer toen een arbeider 20 euro gaf om onze krant te steunen.
Op 3 oktober staakte het spoorpersoneel tegen de hervormingsplannen van Magnette. Bij de media was het alle hens aan dek. Reportages van gedupeerde reizigers, werkgeversorganisaties die pleitten voor een minimale dienstverlening,… Het is vandaag inderdaad niet makkelijk om treinreiziger te zijn. Constante vertragingen, afgeschafte treinen en een gebrekkige dienstverlening in het algemeen. Maar deze staking was gericht tegen het beleid dat verantwoordelijk is voor de achteruitgang van de dienstverlening.
Artikel uit de novembereditie van ‘De Linkse Socialist’
In de media krijgen we te horen dat het enkel te doen is om het personeelsstatuut, maar het gaat om veel meer. Deze hervorming gaat over de toekomst van de dienstverlening en is vooral nodig zodat Infabel zijn diensten in de toekomst zal kunnen aanbieden aan andere private spoorbedrijven die de concurrentie kunnen aangaan met de NMBS, die zal achterblijven met een serieuze schuldenlast en onrendabele activiteiten. Zal een privatisering leiden tot lagere prijzen? In Groot-Brittannië betalen de reizigers voor een privaat treinticket tot tien keer meer dan in andere Europese landen. De overheidskosten zijn sinds de privatisering nog toegenomen. Het is niet verwonderlijk dat een meerderheid van de Britten een hernationalisatie van de spoorwegen wil!
Daar zwijgt het antistakingskamp uiteraard in alle talen over. Niet verwonderlijk als je weet dat dit kamp wordt aangevoerd door werkgeversorganisaties en neoliberale partijen. Voor de werkgevers zou een privatisering van het reizigersvervoer een extra opportuniteit zijn om winst te maken op de kap van de gemeenschap. En ook op de traditionele partijen moeten we niet rekenen voor een betere dienstverlening. De enige trein waar zij oog voor hebben, is de besparingstrein die ze over onze levensstandaard willen sturen. Iedere zwakheid of fout langs vakbondskant wordt uiteraard genadeloos uitgespeeld door het antistakingskamp. Kijk maar naar de golf van reacties na de (verdraaide) uitspraak van Jos Digneffe over de zogenaamde egoïstische reizigers.
De campagne tegen stakingsacties heeft onvermijdelijk een effect op een deel van de reizigers. Het is dan ook noodzakelijk om er op te antwoorden. Enkele weken voor de staking van 3 oktober was er een pamflettenactie van de spoorbonden om de reizigers te informeren over de gevolgen van de hervormingen. Dat is een belangrijke eerste stap, maar er is meer nodig. Er is een langdurige campagne naar de reizigers nodig om uiteindelijk tot een gezamenlijke strijd te komen.
Met ludieke acties zullen we de besparingsplannen bij het openbaar vervoer niet stoppen. Bij De Lijn voerden de vakbonden enkele dergelijke ‘reizigersvriendelijke’ acties. Dat leverde niets op. Hier en daar werd de druk te groot en kwamen er (heel) beperkte aanpassingen, zoals in Gent waar 500 reizigers betoogden tegen de besparingen bij De Lijn.
Er is nood aan een opbouwend actieplan om de strijd tegen de hervorming te organiseren. Met regelmatige informatie- en personeelsvergaderingen kan de basis gelegd worden voor een campagne naar personeel en reizigers. Binnen een actieplan kan bijvoorbeeld ook gewerkt worden aan een nationale betoging van personeel en reizigers voor meer, betere en goedkopere dienstverlening.
Maar we mogen het spoorpersoneel niet alleen laten vechten. Treinreizigers zijn evengoed arbeiders, jongeren, gepensioneerden,… die geraakt worden door het besparingsbeleid. Via hun eigen media en afgevaardigden kunnen de nationale vakbonden een campagne starten en duidelijk maken dat deze hervormingsplannen evengoed het gevolg zijn van het besparingsbeleid van de traditionele partijen. Het verzet tegen deze hervormingen bij de NMBS kan gekoppeld worden aan een algemene campagne en strijd tegen het besparingsbeleid en voor de uitbouw van sterke openbare diensten, waarbij gevochten wordt voor het behoud van elke job.
De schattingen van het aantal aanwezigen liepen traditioneel uiteen, het varieerde van 15.000 tot 25.000. Alleszins was er veel volk en een bereidheid om te strijden voor het behoud van jobs. De betoging trok van het centrum van Genk naar de site van C-Mine. Twintig jaar na de sluiting van de laatste Limburgse mijnen lijkt er nu een einde te komen aan de grootste tewerkstelling in de regio. We moeten ons echter niet neerleggen bij een uitvaartscenario.
De ‘Mars voor Toekomst’ bracht vooral duizenden gewone werkenden op de been. De media hadden meer aandacht voor de politici die er het ‘Limburg-gevoel’ mochten tentoonspreiden. Dezelfde liberale, sociaal-liberale, Vlaams-liberale of katholiek-liberale politici die gisteren nog pleitten voor aanvallen op de index en de lonen, kwamen nu hun ‘solidariteit’ betuigen met de getroffen arbeiders van Ford en onderaannemers. Het kwam vreemd over en versterkte eerder het ‘uitvaartgevoel’. Komiek Nigel Williams vroeg terecht aan wiens kant zij stonden. Als we hun liberaliseringen en Duitse modellen bekijken, weten we dat ze niet aan onze kant staan.
[box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]
[/box]
Het is logisch dat veel arbeiders vooral hopen op een uitgebreide afscheidspremie. Bij de onderaannemers wordt daar al veel minder op gerekend, zij dreigen ook uit die boot te vallen. De strijd tegen een multinational aangaan, lijkt niet evident. En bovendien is er effectief overproductiecapaciteit in de automobielsector. Als er de mogelijkheid van brugpensioen is, zullen velen dat met beide handen grijpen. Maar dat biedt uiteraard geen antwoord op de vraag wat de toekomst van de volgende generaties is. Als alle degelijke jobs verdwijnen, blijven voor jongeren alleen de tijdelijke onzekere en flexibele mini-jobs met mini-lonen over die worden afgewisseld met steeds langere periodes van werkloosheid.
Nochtans hoeven we niet te aanvaarden dat een industriële woestijn wordt aangelegd. Als Ford haar vestiging in Genk niet langer wenst te gebruiken, waarop wachten we dan om het bedrijf in publieke handen te nemen? Er is een performante fabriek met arbeiders die over een enorme know-how beschikken en al jarenlang aangetoond hebben dat ze bereid zijn om hard te werken. Laten we toe dat dit alles bij het grof vuil wordt gezet? Met een rouwkrans van de Limburgse burgemeesters er omheen? Of zullen we echt gaan voor een toekomst en dus voor het behoud van alle jobs zodat ook de volgende generaties een toekomst in de regio kunnen uitbouwen?
Mobiliteit is niet iets waar er morgen plots geen behoefte meer aan zal zijn. Zowel particulier als collectief vervoer zijn maatschappelijk erg belangrijke gegevens. De productie van betaalbare transportmiddelen, openbaar vervoer en het onderzoek naar milieuvriendelijke alternatieven kunnen perfect hun plaats vinden in de vestiging die Ford nu wil laten leegstaan in Genk. De eis van nationalisatie en reconversie van de site, zoals wij die naar voor brachten op de betoging, kon op een brede steun van de aanwezigen rekenen. De Mars voor de Toekomst toonde het potentieel van een brede strijdbeweging rond offensieve eisen. Het zal er echter op aankomen om deze strijd ook effectief te organiseren en in handen te nemen.
Op de betoging waren LSP en Rood! uiteraard van de partij, net zoals andere linkse partijen en groepen. We vormden een sterke delegatie die slogans riep en eisen naar voor schoof. In deze delegatie waren er heel wat jongeren van de Actief Linkse Studenten, maar ook syndicalisten. Nederlandstaligen en Franstaligen trokken samen op. Aan begin- en eindpunt waren er infostands. Onze militanten verkochten meer dan 100 exemplaren van ons maandblad en haalden ook zowat 250 euro strijdfonds op met politiek materiaal (vooral badges). Rood! had een affiche met de eis van de nationalisatie van Ford. Op de betoging benadrukten we ook het belang van de Europese actiedag op 14 november als mogelijkheid om strijd over taal- en nationale grenzen te verenigen en het perspectief van een echte Europese strijd te vestigen.
Duizenden mensen namen vandaag deel aan de betoging voor werk en tegen de sluiting van Ford in Genk. De aankondiging van die sluiting kwam er op een ogenblik dat een record aantal faillissementen werd aangekondigd in ons land en op een ogenblik dat tientallen bedrijven collectieve afdankingen aankondigden. We zullen samen in verzet moeten gaan tegen het jobverlies en tegen de besparingen die worden voorbereid of doorgevoerd. Elk voor zich, zijn we allemaal verloren! Tegen de multinationals en de markten pleiten wij voor de nationalisatie van bedrijven die afdanken. Neem deze bedrijven in publieke handen onder controle en beheer van de arbeiders en de gemeenschap! Sluiten en een sociale woestijn mag geen optie zijn. Na de geslaagde actiedag in Limburg volgt komende woensdag een Europese actiedag tegen de besparingen. We zullen onze strijd moeten organiseren en de verantwoordelijken voor de crisis aanpakken. Zoniet zullen ze ons laten opdraaien voor hun crisis!
Foto’s door Nico
Zowat 200 arbeiders van Ford Genk trokken vandaag naar Keulen om er te protesteren tegen de aangekondigde afdankingen. In Keulen vindt vandaag en morgen de Europese ondernemingsraad plaats. De directie van Ford weigerde een ontmoeting met de arbeiders. Met de leden van de ondernemingsraad was er wel een gesprek. De arbeiders werden echter vooral gecriminaliseerd met een schandalige repressie.
Voor poort 3 werden een paar banden in brand gestoken en gooiden de arbeiders met enkele voetzoekers. Dat zijn in België normale vormen van protest. Maar de politie van Keulen greep het aan om een massale operatie tegen de arbeiders in te zetten. Ze gebruikten de methoden die ze eerder toepasten tegen antifascisten die protesteren tegen optochten van neo-nazi’s.
Met enkele honderden manschappen en tientallen voertuigen en een politiehelikopter werd de buurt rond poort 3 afgezet alsook de toegangswegen. Het leek alsof er enkele zware criminelen waren ontsnapt. De indruk van relschoppers werd nog versterkt door bijhorende artikels in de gevestigde media die het hadden over amokmakers.
De betogers werden omsingeld voor poort 3 en urenlang vastgehouden. De officier van justitie gaf groen licht voor deze omsingeling en administratieve arrestaties. De directie verklaarde dat het geen strafrechtelijke vervolging van de betogers vroeg, maar de politieoperatie ging onverminderd door.
Er werden valse beschuldigingen geuit over vermeende schade aan materieel van de politie en over gewonde agenten, maar tegen de middag was het duidelijk dat het om uit de lucht gegrepen beschuldigingen ging. Maar desondanks bleven de Ford-arbeiders omsingeld.
Een lid van de ondernemingsraad stelde dat er geen sprake was van strafbare feiten en dat er een persbericht hierover zou komen. Maar er kwam ook kritiek op het feit dat de actie niet was doorgepraat met de vakbondsafvaardiging in Keulen. Intussen waren ook verantwoordelijken van de vakbond IG Metal ter plaatse. De arbeiders die nog steeds vast zaten, kregen drank en broodjes.
Met uitzondering van enkele collega’s uit Keulen die soms met een vakbondsvlak op het terrein kwamen aan de binnenkant van de poort, kwam er geen grote officiële solidariteitsverklaring of actie. Zowel de ondernemingsraad als de delegatie hielden zich afzijdig.
Het kan zijn dat er geen afspraken waren gemaakt tussen de Belgische en Duitse arbeiders, maar los daarvan mag een dergelijke criminalisering van arbeiders in actie niet aanvaard worden. De Belgische arbeiders werden op het einde allemaal afgevoerd, gefouilleerd, gefotografeerd en ze moesten hun vingerafdrukken nalaten.
Dit is een schandalige criminalisering van gerechtvaardigd arbeidersprotest. We moeten daar ten stelligste op reageren, ook vanuit syndicale hoek.
Daarnaast trekken militanten uit Keulen zondag ook naar de betoging in Genk, er vertrekken bussen om 9u30 om de collega’s in Genk te ondersteunen.
Claus Ludwig, een lid van onze Duitse zusterorganisatie, is gemeenteraadslid voor Die Linke in Keulen. Hij sprak zich uit tegen het politiegeweld en verklaart zich volledig solidair met de strijd van de arbeiders van Ford Genk en de onderaannemers voor het behoud van alle jobs.




Komende zondag is er in Genk een grote betoging tegen het sociale bloedbad dat de directie van Ford wil aanrichten in haar vestiging in Genk en bij de onderaannemers. De afgelopen dagen stonden er piketten aan de poorten van Ford en bij de onderaannemers, waar de getroffen arbeiders het met minder aandacht moeten stellen. Wij roepen op om aan de betoging van zondag deel te nemen om er geen begrafenisstoet van te maken maar het begin van een brede strijdbeweging die het verzet tegen alle afdankingen en besparingen eenmaakt.
Foto’s door Frederik (LSP-Limburg)
Woensdag 24 oktober 2012: niet alleen een zwarte dag voor de arbeiders van Ford, en voor de bewoners van Genk. Meer dan 10.000 jobs worden in één slag weggeveegd en duizenden gezinnen verliezen hun inkomen. Maar ook voor de huidige generatie jongeren die vandaag nog op school zitten is dit een drama. Zij zien in de slachting van duizenden jobs, niet alleen bij Ford, maar in tientallen bedrijven, hun toekomstige jobs verloren gaan.
De recordwinst van 20,2 miljard $ vorig jaar was voor deze multinational en haar aandeelhouders blijkbaar niet voldoende. Op de financiële markten anderzijds breekt het feest los. De aandeelhouders van Ford werden op twee dagen drie procent rijker. Ford legt de schuld van het faillissement bij de overcapaciteit op de Europese markt. Hoe kan het ook anders? Deze overcapaciteit wordt mede georganiseerd door de massale besparingswoede in Europa, die met hun “zelfmoordbegrotingen” de koopkracht van Europese gezinnen afbreekt en miljoenen mensen tot de armoede veroordeeld.
De sluiting is ook een ramp voor de Belgische economie en zal ruim 10 miljard € kosten. Dit zal ongetwijfeld leiden tot nog meer besparingen, o.a. op onderwijs en openbare dienstverlening die de ganse samenleving, en vooral jongeren, treffen. Vooral in de Limburgse regio betekent het dat iedere jongere die afstudeert de volgende jaren in een sociale woestijn terecht komt.
We mogen onze toekomst niet in handen laten van dit soort van op winst beluste multinationals. De Actief Linkse Studenten roept daarom op, met hun campagne “Jongeren in strijd voor werk”, voor de nationalisatie van FORD Genk, zonder enige schadevergoeding voor de multinational. Niet om die nadien weer voor een prikje te verkopen, maar om de fabriek om te schakelen naar nieuwe, sociaal nuttig en ecologisch verantwoorde producten. Zo kan iedere job behouden blijven en via een openbaar bedrijf een ecologisch en economisch verantwoorde en rationeel geplande mobiliteit ontwikkeld worden.
Kom mee met ALS betogen in Genk op zondag 11 november! Deze dag mag geen begrafenisstoet worden, maar een strijdbare mobilisatie voor een sociaal alternatief!
> http://www.facebook.com/events/495914063772427/
Bij haar bezoek aan ons land haalde IMF-topvrouw Lagarde uit naar de indexering van de lonen. Dat is ‘voorbijgestreefd’ aldus Lagarde. Het zou immers de concurrentiepositie van onze bedrijven ondermijnen en productie te duur maken. Dat is gemakkelijk gezegd door iemand die zelf 467.940 dollar per jaar verdient, daar geen belastingen op moet betalen en bovendien het loonzakje ieder jaar aangepast ziet aan de inflatie… Hypocrisie is het IMF niet vreemd.
Eerder liet het IMF zich al opvallen met een studies waaruit bleek dat een hard besparingsbeleid niet het beoogde effect heeft. Ook moest het IMF vaststellen dat de theorie dat overheidsinvesteringen averechts werken eigenlijk niet klopt. Dat alles leidde in geen enkel geval tot een bijsturing van de recepten van een hard besparingsbeleid die het IMF blijft voorschrijven.
Dergelijke hypocrisie valt ook aan de top van het IMF waar te nemen. Lagarde haalde uit naar de indexering van onze lonen en stelde dat de index ‘voorbijgestreefd’ is. Nochtans wordt haar eigen riante jaarloon – een pak hoger dan dat van ons – wel ieder jaar aangepast aan de stijgende prijzen. Iemand met een jaar loon van 467.940 dollar die daar geen belastingen op moet betalen (wegens diplomatieke status) en die bovendien elk jaar een aanpassing van het loon aan de stijgende prijzen krijgt, is niet bepaald goed geplaatst om te oordelen over de indexering van onze lonen.
Het jaarloon van Christine Lagarde lag eerder dit jaar al onder vuur toen ze pleitte voor hardere besparingen in Griekenland. Toen raakte bekend dat ze met haar jaarloon en bijkomende onkostenvergoedingen goed is voor een loon dat boven dat van de Amerikaanse president uitkomt. Dat ze zelf geen belastingen betaalt, maakt dat haar uitspraken over belastingontduiking door gewone werkenden in Griekenland evenzeer van hypocrisie getuigde.
Al diegenen die beweren dat een aanpassing van de lonen aan de stijgende prijzen een probleem is of die beweren dat een lagere werkloosheidsuitkering ertoe leidt dat werklozen sneller werk vinden, zouden vooraleer ze dergelijke uitspraken doen beter zelf eens aan een normaal loon leven of aan een werkloosheidsuitkering van 484 euro per maand als samenwonende. Dat zijn bedragen die mevrouw Lagarde en andere toplui eerder associëren met een avondje uit eten dan met een maandinkomen.
Het besparingsdiscours van het IMF is voorbijgestreefd en toont haar failliet aan in zuidelijk Europa. Als we deze hypocrieten laten doen, gaan we regelrecht van de ene sociale ramp naar de andere. Vanuit de ivoren torens van het establishment wordt onze levensstandaard onder vuur genomen en wordt een propagandacampagne gevoerd om al wie dat in vraag stelt als wereldvreemd te bestempelen. Laten we onze levensstandaard verder kelderen door hypocrieten zoals die van het IMF of gaan we met de meerderheid van de bevolking, de 99% wereldvreemden, de strijd hiertegen aan? Dat is de uitdaging en wat ons betreft is het antwoord op de vraag duidelijk.