Your cart is currently empty!
Category: Midden-Oosten en Noord-Afrika
-
Interview met een journalist. “Waarheid is een van de eerste slachtoffers in een oorlog”
Interview door Neta Most, Socialistische Strijdbeweging (ISA in Israël-Palestina).
De rechtse regering van Netanyahu, Ben-Gvir en Smotrich heeft sinds haar oprichting politieke vervolging en censuur toegepast. Met het uitbreken van de oorlog is deze tendens verscherpt onder de verbrede regering. De minister van Communicatie, Shlomo Deri, onderneemt stappen om “burgers die het nationale moreel ondermijnen” gevangen te zetten. Tegelijkertijd heeft Deri, samen met de procureur-generaal van de regering, stappen ondernomen om de zender Al-Jazeera in Israël te sluiten. Dit maakt deel uit van een poging om media te beperken en te censureren voor zover die niet meegaan in de propaganda van de regering over de oorlog.
De steun van de regering aan extreemrechtse elementen, vooral in tijden van oorlog, uit zich in publieke vervolging en bedreiging van stemmen die kritisch staan tegenover de oorlog, inclusief journalisten – Palestijnen en anderen – zoals de bedreigingen om de onafhankelijke journalist Israel Frey en zijn familie fysiek aan te vallen. Krantenredacties, uitgevers en eigenaren van de grote mediakanalen, die zelf nationalistische ophitsing en steun voor de oorlog laten horen, zijn niet goed geplaatst om journalisten te beschermen tegen de toenemende druk en politieke bedreigingen tegen sommigen van hen. Daarnaast heeft de sector de afgelopen jaren te maken gehad met een toenemende onzekerheid op het gebied van banen – waaronder ontslagen bij de ‘Yediot’-groep – wat op zichzelf al bijdraagt aan de druk op journalisten om zelfcensuur toe te passen. We hebben sterke journalistenorganisaties nodig om deze aanvallen te bestrijden.
We spraken met Ariel Gottlieb, lid van de Raad van Bestuur van de Unie van Journalisten in Israël (UJI), het Verenigd Comité van Journalisten bij Ynet en Yediot Ahronot, en lid van de Socialistische Strijdbeweging (ISA in Israël/Palestina), over deze ontwikkelingen, de rol van de georganiseerde arbeidersbeweging in de media tijdens de oorlog, evenals de ontslagen bij de ‘Yediot’ Groep. Ariel spreekt op persoonlijke titel.
Journalisten bevinden zich vaak in de frontlinie van de oorlog. We weten ook van specifieke journalisten met wie je samenwerkt en die zijn vermoord.
“Ja, een fotograaf van de Ynet redactie, Roee Idan, en zijn vrouw werden vermoord in de Kfar Aza Kibboets op de eerste dag van de oorlog. Zijn dochtertje is vermist. Andere journalisten hebben hun leven geriskeerd, vooral in de eerste dagen van de oorlog, en anderen werken gewoon de klok rond.”
“Nog eens vier journalisten werden gedood op de eerste dag van de oorlog tijdens de aanval van Hamas in het zuiden. Sindsdien zijn er 21 journalisten gedood in Gaza – meer dan het totale aantal journalisten dat sinds 2001 in Gaza is gedood. Een fotograaf van Reuters kwam ook om bij een bomaanslag in Libanon.”
Naast de directe fysieke dreiging heerst er nu ook een sfeer van nationalistische heksenjacht op werkplekken en scholen, vooral gericht tegen Arabisch-Palestijnse werknemers of studenten. Is deze vervolging voelbaar in de journalistiek?
“Zelfs als er geen fysieke aanval is tegen journalisten, hebben we wel te maken met verstoringen en pesterijen. De regering heeft opzettelijk een publieke sfeer gecreëerd die het journalisten erg moeilijk maakt om hun werk te doen, en creëert een trend van nauwlettend toezicht om ervoor te zorgen dat journalisten alleen rapporteren wat de officiële lijn is. We hebben deze dingen eerder gezien: tijdens eerdere oorlogsescalaties en tijdens de massale protestbeweging in Israël dit jaar. Maar nu gebeurt het natuurlijk op een veel hoger niveau.”
“Degenen die het hardst worden aangepakt zijn de buitenlandse media, vooral de Arabisch sprekende media die hier nog actief zijn. De UJI heeft een brief gestuurd naar de media-afdeling van de overheid, die ervoor moet zorgen dat buitenlandse media hun werk kunnen doen, met het verzoek om hun rechten te beschermen en hen te verdedigen.”
“De situatie is sterk geëscaleerd door de pogingen van minister van Communicatie Deri om de lokale afdeling van Al-Jazeera te sluiten.”
“Ik denk dat er daarnaast een veel bredere invloed is: journalisten denken twee keer na over wat ze schrijven, wat ze zeggen in de uitzending. Het is een soort zelfcensuur die voortvloeit uit het erkennen van de nieuwe situatie. Ik neem aan dat Palestijnse journalisten in Israël dit veel sterker voelen, net als joodse journalisten die kritischer staan tegenover de belangen van de Israëlische regering.”
“Om journalisten in staat te stellen op een eerlijkere manier verslag te doen van de oorlog, zonder zelfcensuur, hebben we sterke georganiseerde vakbonden nodig – in de eerste plaats om werkgelegenheid en rechten voor journalisten en andere mediawerkers te garanderen, en in deze context ook om de werkomgeving van journalisten te verdedigen tegen druk van de overheid.”
Als onderdeel van de intimidatie door de regering bedreigen extreemrechtse activisten ook de vrije pers. Onder andere ‘La Familia’ (extreemrechtse supporters van voetbalclub Beitar Jeruzalem) organiseerden op zaterdagavond 14 oktober een ‘protest’ met vuurwerk voor de woning van de onafhankelijke journalist Israel Frey. Hij werd gedwongen om met zijn vrouw en kinderen te vluchten en zich op een geheime locatie te verbergen. De UJI heeft nog geen commentaar gegeven op deze of andere journalistenvervolgingen. Is dit niet een kwestie waarover de vakbond een verklaring zou moeten afleggen?
“De vakbond heeft nog geen verklaring afgelegd, het bestuur bespreekt het en ik behoorde zeker tot degenen die voorstander waren van het publiceren van een publieke verklaring. De beschuldiging dat Frey werd vervolgd omdat hij Hamas steunde, is volstrekt onaanvaardbaar. Hij maakte gewoon een elementaire empathische opmerking over de tragedie waar kinderen van beide kanten mee te maken hebben.”
“Het is een zeer extreme situatie als je zelfs voor zo’n opmerking bedreigd kunt worden en vervolging kunt ervaren die je leven in gevaar brengt. Ik denk absoluut dat we een duidelijke verklaring van de UJI nodig hebben over dit specifieke geval, vooral omdat het een gevaarlijk precedent schept. Als we Frey nu niet proberen te beschermen, kunnen meer journalisten en hun families te maken krijgen met de dreiging van fysieke aanvallen door extreemrechtse activisten.”
“Als de vakbond geen verklaring opstelt, zoals het geval was bij andere controversiële politieke kwesties, dan kunnen we een verklaring opstellen die ondertekend is door enkele leden van het dagelijks bestuur om ervoor te zorgen dat er op zijn minst een duidelijk statement is, ook al is het niet onder de officiële naam van de vakbond. Hetzelfde geldt voor de Israëlische bombardementen op journalisten die gedood werden terwijl ze hun werk deden in Gaza en Libanon.”
Gaat de directie van ‘Yediot’, naast de verschillende bedreigingen tijdens deze oorlog, door met het consolidatieplan, dat bezuinigingen en ontslagen omvat, ondanks de oorlog?
“De werknemers werken nu een stuk harder dan voor de oorlog, of het nu werknemers in de frontlinie zijn of werknemers die het nieuws brengen of andere werknemers vervangen, iedereen werkt een stuk harder en er worden grotere offers van hen gevraagd. Maar de directie was niet bereid om dit te overwegen, zelfs niet op het basisniveau van uitstel van het plan.”
“In feite is een deel van het plan al uitgevoerd, omdat ze een plan van vermeend vrijwillig pensioen hebben geïnitieerd. Ik zeg vermeend omdat mensen niet weg willen, ze staan onder druk en krijgen onvoldoende compensatie.”
“Ze zijn druk blijven uitoefenen in gesprekken die ze hadden met werknemers, waar ze mensen aanmoedigden om te vertrekken, zelfs als het niet de moeite waard was. Veel mensen zijn onder druk vertrokken of staan op het punt te vertrekken.”
“Ze hadden voor de oorlog twee onderhandelingssessies met de vakbond gepland als voorbereiding op hoorzittingen over ontslagen. We hadden toen gevraagd om dit proces op te schorten totdat de situatie opgehelderd zou zijn. Ze stemden er zelfs niet mee in om het op te schorten en toen we zagen dat ze hoorzittingen via Zoom organiseerden in plaats van persoonlijk bijeen te komen, lieten we de arbeiders weten dat we besloten hadden om niet deel te nemen.”
Je zei eerder dat de aanvallen van zowel de overheid als extreemrechts de werkomgeving van journalisten schaden. Naast de officiële lijn die wordt gepresenteerd door de traditionele media en het fenomeen van de ‘dienstplichtige media’ die al vertekenen wat er gebeurt, passen journalisten zelfcensuur toe, vooral in oorlogstijd en met betrekking tot wat er gebeurt ‘aan de andere kant van het hek’.
“Correct. Het is waar in termen van wat er wordt gepresenteerd aan het Israëlische publiek, en in termen van wat er zal gebeuren als ze Al-Jazeera in Israël sluiten. Het betekent dat internationale Al-Jazeera kijkers geen toegang zullen hebben tot sommige aspecten van de impact van de oorlog op de Israëlische samenleving. In ieder geval is er een aanval op de mogelijkheid om een breder en eerlijker beeld van de feiten te krijgen. Dit toont opnieuw aan dat de waarheid het eerste slachtoffer is in een oorlog.”
Nog niet zo lang geleden was er een verklaring van de Palestijnse vakbonden die opriepen om een einde te maken aan de Israëlische bombardementen op Gaza. Die oproep was ook ondertekend door de Palestijnse journalistenvereniging. Is de UJI hierover benaderd?
“Ik ben me niet bewust van pogingen om ons te benaderen, als die er al zijn geweest, zijn ze waarschijnlijk naar de voorzitter of voorzitter van de vakbond gegaan, we hebben er geen bericht over ontvangen. In ieder geval kan het ontwikkelen van een gesprek en samenwerking tussen de UJI en andere vakbonden, op lokaal en internationaal niveau, alleen maar een positieve stap zijn, zeker als de Palestijnse journalistenvakbond erbij betrokken wordt.”
“Ik ben het zeker eens met de oproepen om in deze moeilijke crisis stelling te nemen en actie te voeren tegen de bomaanslagen. De UJI heeft een trend waarbij zelfs degenen die het eens zijn over verschillende politieke kwesties geen duidelijk officieel standpunt innemen vanuit de wil om alle journalisten te vertegenwoordigen, ook degenen die meer rechtse standpunten innemen. Ik denk dat we in deze situatie manieren moeten vinden om gewone leden een manier te bieden om politieke kwesties te bespreken en hun mening te uiten. Ik heb hetzelfde gezegd in verband met de discussie binnen de vakbond over de protestbeweging tegen de justitiële hervorming.”
“Het feit dat er meningsverschillen of verschillende meningen zijn, is geen reden om het uiten van meningen of het voeren van een gesprek uit de weg te gaan. Integendeel, het is juist de reden om dat gesprek te voeren en een standpunt in te nemen dat de belangen van de journalisten en van de arbeiders in het algemeen vertegenwoordigt, met betrekking tot politieke kwesties, zoals de oorlogskwestie, die een kritieke kwestie is voor de arbeiders die hier wonen.”
-
Politiek establishment kiest kant, die van oorlog en oorlogswinsten voor big business
Premier De Croo riep op om het conflict Israël-Palestina niet “te importeren.” Op hetzelfde ogenblik werd een Israëlische vlag op het Europees Parlement geprojecteerd en stelde N-VA-voorzitter De Wever dat er “maar één kant” kan gekozen worden, “die van Israël, tegen de duisternis.”
Artikel door Geert Cool uit maandblad De Linkse Socialist
Een tweet van minister Caroline Gennez (Vooruit) waarin ze pleitte voor het einde van het geweld en de start van onderhandelingen, beantwoordde Georges-Louis Bouchez (MR) met de stelling: “Not in my name.” Het Vlaams Belang pleitte voor het volledig stopzetten van elke ontwikkelingshulp aan Palestina. “Onze centen dreigen terecht te komen in de handen van terroristen.”
De brutaliteit van de wraakacties door het Israëlische regime dwongen De Croo om te wijzen op het internationaal recht en het internationaal oorlogsrecht. “Collectief de bevolking van Gaza straffen, kan niet.”
De Franse president Macron verbood pro-Palestijnse betogingen. Twee vakbondsleiders van CGT werden om 6 uur ’s ochtends door gemaskerde politie-agenten uit hun bed gelicht om urenlang verhoord te worden over een pro-Palestijns pamflet. In Berlijn zijn alle pro-Palestijnse betogingen verboden. De Belgische regering kondigde aan dat betogingen toegelaten zijn, maar niet mogen aanzetten tot haat of geweld. Dat de Belgische regering momenteel aan een preventief betogingsverbod werkt, moet ook in dit kader alarmbellen laten afgaan.
Het establishment kiest kant en probeert de keuze te beperken tussen het reactionaire Israëlische regime en het reactionaire Hamas. Opkomen voor de onderdrukte Palestijnse massa’s en de werkende klasse in Israël, van alle gemeenschappen, is een optie die voor hen niet tot de keuzemogelijkheden behoort, desnoods wordt zo’n onafhankelijke klassenpositie repressief afgeblokt met demonstratieverboden. Vragen stellen bij de 1000 gedode Palestijnse kinderen wordt onaanvaardbaar en op den duur zelfs voorgesteld als antisemitisch. Het is in dat kader dat Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) aankondigde dat Vrede vzw en GetBasic vzw, de structuur achter de website DeWereldMorgen, worden doorgelicht om de subsidies te stoppen of te verminderen.
Oorlog is voor big business erg lucratief. Sinds het uitbreken van het conflict in het Midden-Oosten is de waarde van grote wapenbedrijven met 30 miljard dollar gestegen. Testaankoop raadt beleggers aan om in wapenbedrijven te investeren… Technologische vooruitgang wordt gericht op de ontwikkeling van wapens, niet op het verbeteren van de levensomstandigheden van de bevolking. De aandeelhouders van Lockheed Martin kregen de afgelopen drie maanden 2,5 miljard dollar uitbetaald. De waarde van het bedrijf is sinds de aanval van Hamas met 10% gestegen. Ondertussen betalen werkenden en hun gezinnen ook hier een prijs, onder meer door de stijgende olieprijzen.
Werkenden, armen en onderdrukten moeten zich mobiliseren in solidariteit met de Palestijnse massa’s. Vakbonden kunnen arbeiders organiseren in een weigering om goederen en wapens te behandelen die door de Israëlische staat gebruikt worden voor de onderdrukking van de Palestijnen, zoals de Italiaanse havenarbeiders in Livorno die ten tijde van de Palestijnse Waardigheidsstaking in 2021 weigerden een schip vol wapens met bestemming Israël te laten inschepen. Een internationale solidariteitsbeweging moet actief opkomen voor massastrijd tegen de belegering en de bezetting. De onderdrukking van de Palestijnen toont uiteindelijk hoe onmenselijk het kapitalistisch systeem van imperialistische barbarij is. Er is socialistische strijd nodig tegen dit systeem en alle vormen van onderdrukking die er eigen aan zijn.
-
Israël/Palestina. Neen aan de nationalistische heksenjacht tegen studenten!
De academische instanties en studentenorganisaties voeren een heksenjacht op Palestijnse studenten en tegenstanders van de oorlog. Leden van de Socialistische Strijdbeweging (ISA in Israël-Palestina) hebben samen met de organisatie Academici voor Gelijkheid een protestbrief opgesteld tegen de vervolging van studenten en docenten. We roepen op tot georganiseerde strijd tegen deze repressie en voor het stoppen van de oorlog.
Door AV en TK (Socialistische Strijdbeweging, ISA in Israël-Palestina)
De oorlogscrisis – van het gruwelijke bloedbad in het zuiden van het land tot de bombardementen in Gaza en de dreiging van een bredere militaire escalatie in de regio – heeft een schok met verdriet en angst teweeggebracht. De nationale kloof binnen de gebieden van 1948 is enorm verdiept. Dit komt tot uiting op sociale media, waar er een opbod van nationalistische ophitsing is.
In deze context spelen de directies van academische instellingen en de leiders van verschillende studentenverenigingen momenteel een destructieve rol door een nationalistische heksenjacht aan te wakkeren. Vanuit hun politieke steun voor de militaire operaties onder leiding van de regering, rechtvaardigen ze op cynische en demagogische wijze een agressieve vervolging van studenten en docenten op basis van nationaliteit of verzet tegen de oorlog en nationale onderdrukking. Dit wordt voorgesteld als ‘vechten tegen terrorisme’.
Er zijn al honderden studenten en docenten op controlelijsten geplaatst. Dit doet denken aan de methoden van McCarthy in de VS tegen de linkerzijde. De eerste doelwitten zijn mensen van Arabisch-Palestijnse afkomst, maar er wordt meer algemeen geprobeerd om kritiek het zwijgen op te leggen. Kritiek op de realiteit van nationale onderdrukking en een door de regering geleide wraakactie waarbij een recordaantal slachtoffers valt in de Gazastrook, waaronder honderden kinderen en baby’s, wordt op die manier bestreden. De organisatoren van de oorlogszuchtige heksenjacht hebben een politieke agenda: het aanwakker van een nationale ‘verdeel-en-heers’ politiek en uiteindelijk het bestendigen van de onderliggende oorzaken van de oorlog.
Al op de tweede dag van de oorlog en het bloedbad in Zuid-Israël stuurde de rector van de universiteit van Haifa, Gur Alroey, een brief naar vier Palestijnse studenten en nadien nog eens twee anderen waarin hen meegedeeld werd dat ze meteen geschorst waren en uit de studentenhuisvesting van de universiteit weg moesten. Alroey stond nochtans bekend als iemand die om politieke redenen weigerde als reservist te dienen voor een regering “die van Israël een ondemocratisch land maakt.” De rector stelde dat de studenten berichten hadden gepubliceerd die “duidelijk steun betuigen aan het terrorisme van Hamas en de moord op onschuldigen.”
Als reactie hierop kwam er kritiek door 25 docenten die de beslissing willekeurig noemden. Ze vroegen de rector welk feitenonderzoek hij had gedaan om zo snel tot een conclusie te komen met een agressieve schorsing en uitzetting, terwijl de studenten niet eens het recht hadden om hun versie van de feiten te brengen.
Het optreden van de rector goot olie op het vuur en moedigde extreem-nationalistische studenten op verschillende campussen aan. Zij begonnen lijsten aan te leggen van studenten die volgens hen ‘de vijand steunen’ op sociale media. Er kwam druk op studentenverenigingen en directies om de politieke heksenjacht formeel te leiden. Bestuurders van universiteiten gingen daarop in en publiceerden brieven waarin ze studenten oproepen om de sociale media van hun medestudenten in de gaten te houden en elke uiting van ‘steun aan de vijand’ te melden.
Leiding van studentenvakbond steunt de vervolging
De leiding van de studentenvakbond rond de rechtse activist Elhanan Fellheimer speelt een actieve rol in de campagne van politieke vervolging. Eerder liet de studentenvakbond de studenten in de kou tijdens de ernstige economische crisis.
De studentenvakbond publiceerde een bericht om de vervolging aan te moedigen. Dit bericht werd duizenden keren gedeeld. Er stonden vijf voorbeelden bij van berichten op sociale media die worden beschouwd als ‘ondersteuning van terrorisme’. In geen van die berichten werd concreet steun betuigd aan een terreuraanslag of werd steun betuigd aan het kwetsen van burgers. Sommige berichten zijn uitdrukkelijk gericht tegen het kwetsen van baby’s en andere onschuldige burgers. Een ander bericht was toegevoegd omdat er een Palestijnse vlag op te zien was.
De studentenvakbond aan de universiteit van Haifa erkende dit publiekelijk: “De lat ligt lager dan ooit en we veroordelen elk gedrag dat kan worden geïnterpreteerd als een gedrag dat de Palestijnse natie aanmoedigt en terrorisme steunt. De vrijheid van meningsuiting is naar onze mening in deze periode minder belangrijk.” Rechts is bereid om elk excuus te gebruiken voor een nationalistische heksenjacht die elke kritiek op de oorlog het zwijgen oplegt. Zelfs de minste empathie met het lijden van de belegerde massa’s in Gaza terwijl ze gebombardeerd worden door de Israëlische staat, wordt als verdacht bestempeld.
Studentenvakbonden zijn bedoeld om studenten te vertegenwoordigen en hun rechten te beschermen. Het is erg dat ze actief deelnemen aan het leiden van een politieke vervolgingscampagne en studenten aanmoedigen om hun medestudenten te rapporteren. De heksenjacht is in de eerste plaats gericht op Palestijnse studenten. Joodse rechtse activisten promoten de eis om Palestijnse studenten te onderwerpen aan “loyaliteitstest”: als ze de oorlog in Gaza niet actief steunen, worden ze geclassificeerd als ‘aanhangers van terrorisme’.
Racistische ophitsing
Ondertussen hebben sommige Joodse studenten opgeroepen om Gaza, waar meer dan 2 miljoen mensen wonen, ‘plat te gooien’. Dit is in wezen een oproep tot acties van staatsterreur, waaronder collectieve bestraffing en massaslachting. Geen enkele academische instelling of studentenvereniging ondernam stappen tegen deze ophitsende stemmen.
Aan de Ben-Gurion Universiteit wijst het bestuur actief elke verantwoordelijkheid af voor racistische ophitsing op met de universiteit verbonden Facebookgroepen – zoals werd onthuld door Wattan Madi, een politieke activiste van “Hadash/al-Jabha” en gemeenteraadskandidate in Arraba. Ze werd opgehitst door rechtse activisten die beweerden dat ze een aanhanger van terrorisme was – in reactie op een post die ze publiceerde over een verkiezingsbijeenkomst van Hadash, nog voor de oorlog. Vorig jaar werd Madi het doelwit van een disciplinaire procedure onder druk van extreemrechts, alleen omdat ze een gedicht voorlas van de gerespecteerde Palestijnse dichter Mahmoud Darwish tijdens een Nakba herdenking.
De heksenjacht volgt dus op jaren van politieke vervolging van Palestijnse studenten. Madi’s zaak is slechts één voorbeeld van intimidatie en opruiing tegen Nakba herdenkingen aan universiteiten. Zelfs routinematige activiteiten op de campus worden steeds meer betwist. Vorig academische jaar werd een Arabische boekenbeurs geannuleerd door het bestuur van de universiteit van Tel Aviv.
Jarenlang hebben academische instellingen racistische en extreemrechtse elementen vrij spel gegeven op de campus. Dit geeft hen nu een duwtje in de rug om een verregaande politieke vervolgingscampagne te voeren, met als doel paniek en angst aan te wakkeren en een sfeer van toezicht en monddood maken te creëren. Het beleid van schorsing zonder onderzoek houdt een vermoeden van schuld in, tenzij het tegendeel bewezen is, wat rechtse activisten ook aanmoedigt om oude berichten te rapporteren en zelfs valse berichten te gebruiken om een ‘bewijs’ in kaart te zetten.
Academische directies gedragen zich hypocriet en racistisch. Het is ook duidelijk dat de heksenjacht niet stopt bij studenten. De jongerenafdeling van Likoed in Haifa bijvoorbeeld publiceerde een lijst van namen van personeelsleden die kritiek hadden geuit op de rector en riep op tot hun ontslag. Dit fenomeen stopt niet bij de academische wereld. Deze week nog kondigde de Israëlische minister van Communicatie, Shlomo Karhi, aan dat hij een aantal noodverordeningen wil die hem in staat moeten stellen burgers op te sluiten als ze berichten plaatsen die “het nationale moreel schaden.” De minister wil ook een verbod op Al Jazeera.
Organiseren tegen ‘verdeel en heers’ en voor een einde aan de oorlog
De politieke vervolgingen op de campussen zullen leiden tot meer racisme en discriminatie. Ze bedreigen de persoonlijke veiligheid en zekerheid van studenten, die steeds gecontroleerd worden. De vrije meningsuiting die nodig is voor academische activiteiten wordt ondergraven.
Zelfs de ‘Alliantie van Academici voor Israëlische Democratie’, een organisatie van de Israëlische democratische protestbeweging die de afgelopen dagen een scherpe bocht naar rechts maakte, erkende dit en publiceerde een verklaring tegen het volgen en controleren van studenten via sociale media.
Tegen de achtergrond van de verschrikkingen van de oorlog is het vooral belangrijk dat studenten en personeelsleden een duidelijk standpunt innemen tegen racisme en de heksenjacht, en dat ze erop staan dat ze het recht hebben om de regering te bekritiseren, samen met het recht om zich tegen de oorlog te verzetten.
Als eerste stap hebben leden van de Socialistische Strijdbeweging op de campus een protestbrief tegen politieke vervolging opgesteld, die vorige week maandag (16.10) door honderden mensen werd ondertekend en nadien verstuurd werd naar de Raad voor Hoger Onderwijs in Israël. Dit gebeurde in samenwerking met Academici voor Gelijkheid, een organisatie die ongeveer 800 personeelsleden vertegenwoordigt en die, samen met het Adalah Legal Centre, een hulplijn heeft opgezet voor studenten die politiek worden vervolgd of raciaal zijn gediscrimineerd.
Slechts een paar uur nadat de brief was verspreid, ontvingen we een reactie van het hoofd van de nationale studentenvakbond, die lid is van de Raad voor het Hoger Onderwijs. Fellheimer, die er consequent voor kiest om fondsen van de vakbond te investeren in het monddood maken van anti-regeringsstandpunten, gebruikte in zijn brief cynisch de herinnering aan de slachtoffers van het gruwelijke bloedbad in Zuid-Israël om niet te moeten antwoorden op de argumenten rond de zogenaamde voorbeelden van ‘steun aan terrorisme’ van de studentenvakbond.
In zijn antwoord beweerde hij dat vrijheid van meningsuiting “niet kan veranderen in vrijheid van opruiing,” waarbij hij uiteraard niets zei over de racistische en nationalistische opruiing door Joods-Israëliërs op sociale media, inclusief de commentaren die in reactie op de aankondiging van de vakbond werden geplaatst.
Daarnaast zette Fellheimer zich in om het verbod op het gebruik van de Palestijnse vlag te promoten. Dit verbod werd fel bestreden door de directies van academische instellingen tijdens de massabeweging tegen de justitiële hervorming, omdat het werd gezien als een “poging om van het universiteitsbestuur politieagenten, rechters en zelfs beulen te maken voor overtredingen die niets met de academische wereld te maken hebben.”
Om zich hiertegen te verzetten is het cruciaal dat studenten, docenten, onderzoekers en al wie op de campus werkt, zich organiseren tegen politieke vervolging en de oorlog. Daartoe moeten we bijeenkomsten organiseren om concreet de volgende stappen van de strijd te bespreken, waaronder het uitoefenen van druk op de vakbonden om het einde van de heksenjacht te eisen, en een oproep aan de vakbonden van academisch personeel om hun leden en andere werknemers en studenten te beschermen, ook specifiek tegen nationalistische politieke vervolging.
Tegenover de heksenjacht, extreemrechts en het uitbuiten van de gruwelen van de oorlog om een repressieve politieke agenda te bevorderen, moeten degenen die bezwaar maken tegen de oorlog en politieke vervolging zich duidelijk en luidkeels organiseren.
-
Stop de slachting van Gaza! Stop de aanhoudende oorlog!
De verrassingsaanval door Hamas op 7 oktober en de bloedige wraakacties door het Israëlische regime, plaatsen de situatie in Israël-Palestina opnieuw op de voorgrond. Het overschaduwt zelfs de oorlog in Oekraïne. Langs Israëlische zijde vielen er minstens 1400 doden en 3500 gewonden. Onder de dodelijke slachtoffers 70 Arabische bedoeïenen en jonge festivalgangers. Langs Palestijnse zijde liep de dodentol na tien dagen op tot meer dan 4.000 doden, waaronder meer dan 1.000 kinderen. Bij een explosie in het ziekenhuis van Gaza-stad op 17 oktober alleen vielen 500 doden. Hieronder een dossier uit de novembereditie van De Linkse Socialist (die vrijdag op papier uitkomt) op basis van een inleiding door Eric Byl op het Nationaal Comité van LSP.
Onze novembereditie komt vrijdag uit. Bommenregen over Gaza
Op 19 oktober stond de dodentol op minstens 4.000 in Gaza en 61 op de Westelijke Jordaanoever, naast 12.500 gewonden in Gaza. In amper zeven dagen werden volgens het Israëlisch leger 6000 bommen op Gaza gedropt. Een Amerikaanse militaire expert stelde in de Washington Post dat dit vergelijkbaar is met wat de VS op een heel jaar dropte op het ongeveer 2000 keer uitgestrektere Afghanistan, hoewel daar niet overal even intensief werd gebombardeerd. In de strijd tegen IS werden over heel Irak en Syrië maximum 5000 bommen per maand gedropt. Daarbij komt het afsluiten door Israël van het elektriciteitsnetwerk, de watervoorziening en de toevoer van brandstof en andere goederen.
Bij een grondinvasie zal het aantal doden en gewonden langs Palestijnse kant exponentieel oplopen. Het Israëlische regime gaf 1,1 miljoen inwoners van Gaza-stad het bevel om binnen de 24 uur te vluchten naar het zuiden van Gaza, dat eveneens gebombardeerd wordt. Hamas riep de bevolking op om niet te vertrekken. Zelfs de imperialistische bondgenoten van het Israëlische regime, zoals de EU, noemden het bevel onrealistisch.
Het Israëlische bevel doet onvermijdelijk denken aan de Nakba van 1948, toen de Palestijnen eveneens aangezet werden om het oorlogsgeweld te ontvluchten maar nadien nooit meer konden terugkeren. Een parlementslid van de rechtse regerende partij Likoed riep op tot een tweede Nakba, die de vorige “moet overschaduwen.” Een grondinvasie zou ook gelijkenissen hebben met de aanval op Beiroet in Libanon in 1982, met onder meer de slachtpartijen in het Palestijnse vluchtelingenkamp Shatila en de nabijgelegen wijk Sabra. Daarbij vielen tot 50.000 doden.
In amper zeven dagen werden volgens het Israëlisch leger 6000 bommen op Gaza gedropt. Een Amerikaanse militaire expert stelde in de Washington Post dat dit vergelijkbaar is met wat de VS op een heel jaar dropte op het ongeveer 2000 keer uitgestrektere Afghanistan, hoewel daar niet overal even intensief werd gebombardeerd.
Shockbeleid in Israël en complicaties hiervoor
De aanval door Hamas zorgde voor het grootste aantal slachtoffers in Israël sinds de creatie van de staat Israël. De illusie van een ijzeren muur waarachter een veilig en welvarend Israël wordt opgebouwd, is doorprikt. Plots heeft de bezetting ook aan Israëlische zijde een grote prijs. Het regime grijpt de schok aan voor een eigen versie van de shockdoctrine om haar macht te tonen en haar positie te herstellen. Defensieminister Yoav Galant zei: “We vechten tegen menselijke beesten” en “we zullen naargelang handelen.” Netanyahu zei: “We gaan Gaza tot puin herleiden.”
De aanval door Hamas kwam in een context van een legitimiteitscrisis van de Israëlische regering na 10 maanden van historisch verzet tegen de hervorming van het gerecht, een poging om justitie nog afhankelijker te maken van de regering. De escalatie vandaag doorkruist de massabeweging, versterkt reactionaire elementen in Israël en heeft de interne klassentegenstellingen niet verdiept maar verengd.
De versterking van de reactionaire elementen in Israël komt tot uiting in de vorming van een regering van nationale eenheid met Benny Gantz. Die regering van nationale eenheid beantwoordt aan de vrees van de heersende klasse en het VS-imperialisme voor een avonturistische politiek waarbij het Israëlische regime zichzelf overspeelt. Dat is ook de reden waarom Blinken ondanks uitdrukkelijke steun aan Israël niettemin waarschuwt ‘de regels’ na te leven. Er waren al massale solidariteitsbetogingen in onder meer Jordanië. Een grondoorlog zou in alle Arabische landen, Turkije en ook in Europa en elders tot massale mobilisaties leiden.
Bij het ter perse gaan stonden de grondtroepen klaar voor een invasie. Het is onduidelijk welk traject het Israëlische regime zal volgen. Directe controle over Gaza is net wat Israël in 2005 opgaf omdat het onhoudbaar werd. Een manoeuvre zoals in 2014, beperkter in doelstelling en omvang, is eveneens mogelijk. De regering wil geen concrete doelstelling vastleggen, maar dat kan leiden tot een verder verlies van vertrouwen.
Nu al worden ministers uitgescholden omdat ze de aanval van Hamas niet konden verhinderen, teveel troepen concentreerden op de Westelijke Jordaanoever om de kolonisten te beschermen en met hun juridische hervorming de alertheid van de staat ondermijnden. Dat velen in tijden van oorlog meegaan in nationale eenheid, betekent niet dat ze het beleid van de rechtse regering Netanyahu al vergeten zijn. Er zijn ook de voorbeelden van solidariteit van diegenen, vaak Bedoeïenen, die op gevaar van eigen leven jongeren weghaalden van het festival dat door Hamas werd aangevallen, of nog van de mensen die bloed geven voor de slachtoffers.
Dreiging van regionale uitbreiding
De dreiging van een regionale uitbreiding van de oorlog is reëel. Voorlopig blijft het nog bij schermutselingen met het Libanese Hezbollah, dat veel sterker en beter bewapend is dan Hamas en ook veel sterker is dan tijdens de Israëlisch-Libanese oorlog in 2006. De Westelijke Jordaanoever staat eveneens op ontploffen, zeker door de voortdurende pogroms door uiterst rechtse Israëlische groepen die al tientallen Palestijnen het leven hebben gekost. Israël bombardeerde ook de Syrische luchthavens van Damascus en Aleppo, om een versterking van Hezbollah door Iran tegen te gaan. Het is zelfs niet uitgesloten dat een escalatie kan culmineren in een Israëlische aanval op Iran zonder voorafgaande toestemming van de VS.
De voorbije decennia begon de steun aan Israël in het Westen af te brokkelen. In de Democratische partij in de VS begon sympathie voor de Palestijnen, zeker onder de jongere generaties, het te halen op de traditionele pro-Israël gezindheid. De brutale terroristische daad van Hamas heeft dit, voorlopig althans, gekeerd. Het is deel van de dynamiek van de Nieuwe Koude Oorlog. Heel het Westerse blok onder leiding van de VS grijpt dit aan om zich eenstemmig achter Israël te scharen. De VS stuurde vliegdekschepen om mogelijke inmenging van landen uit de regio af te schrikken en belooft extra wapenleveringen. Ook het VK stuurt oorlogsschepen. In Europa zijn overal Israëlische vlaggen te zien, Macron verbood betogingen ter ondersteuning van Palestina. Er werd zelfs overwogen om alle humanitaire hulp aan Gaza stop te zetten. Bij de NAVO werd de rode loper uitgerold voor de Israëlische defensieminister Galant. Met de integratie en coöptatie van Israël in het Westers blok probeert de VS haar prestigeverlies om militair tussen te komen in het Midden-Oosten te herstellen. Een directe confrontatie tussen de grootmachten, zoals die dreigde in de Yom Kippoer oorlog van 1973, is nu niet meteen aan de orde. Rusland haalt wel voordeel uit de oorlog omdat deze de aandacht van Oekraïne afleidt, maar zelfs retorische steun aan Hamas is voor Poetin te avontuurlijk. Dat kan evenwel veranderen als er een directe dreiging komt voor Assad.
Het Israëlische regime en het Westers imperialisme grijpen de historische gebeurtenissen ten volle aan. Maar de verschrikkelijke daad van Hamas doet niets af van de bezetting en de blokkade, noch van de onderliggende redenen die aan de basis liggen van deze gruwelijke gebeurtenissen.
Verrassingsdoorbraak vanuit grootste openluchtgevangenis ter wereld
Met bulldozers, moto’s, paraglijders en motorboten hebben militanten van Hamas op 7 oktober de afsluiting van de grootste openluchtgevangenis ter wereld doorbroken en het best uitgeruste leger van de regio verast. Al eerder had Hamas het leiderschap van Palestijns verzet tegen de bezetting opgeëist ten koste van de corrupte en met het Israëlische regime collaborerende Palestijnse Autoriteit en Fatah. Bij de vorige gewapende conflicten dit jaar in Gaza en Jenin, in mei en juni, bleef Hamas nog op de achtergrond, maar nu nam het zelf het initiatief voor een aanval die aanvankelijk elementen had van een partizanenstrijd, maar snel degenereerde in een willekeurige slachtpartij op een schaal die nooit eerder voorkwam in de strijd voor Palestijnse bevrijding.
Hamas wou de illusie creëren dat het Israëlisch leger niet meer ongestraft zou wegkomen met haar misdaden, dat het misschien geen militaire overwinning kon behalen, maar Israël toch pijn kon doen. Ondanks de gruwel heeft het ongetwijfeld de illusie gevoed dat er deze keer meer symmetrie zou zijn in het aantal slachtoffers en niet alweer 10-15 Palestijnse levens zouden genomen worden voor elk slachtoffer in Israël.
Le Monde schreef dat Hamas na 24 uur al haar doelstellingen had bereikt: een einde maken aan het gevoel van onaantastbaarheid en veiligheid in Israël en het pauzeren van het herstel van de normalisatie van Israëls relaties met Arabische landen (Marokko, Verenigde Arabische Emiraten, Soedan) dat de VS en Israël wilden bekronen met Saoedi-Arabië. De normalisering van de relaties met Saoedi-Arabië moest een tegenzet worden tegen het door China gefaciliteerde herstel van relaties tussen Saoedi-Arabië en Iran. Le Monde besloot dat de benadering van Hamas erin bestond om na de verrassingsaanval de tegenreactie gewoon uit te zitten.
De aanval van Hamas kan niet los gezien worden van de bezetting, de blokkade en het recordaantal gedode Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever, al 212 voor 7 oktober, het hoogste aantal sinds 2005. Maar methodes staan evenmin los van inhoud. Hamas staat voor een autocratisch regime, vergelijkbaar met dat van Iran. Dat werd recent nog gecontesteerd door massaprotest tegen de reactionaire onderdrukking van vrouwen, LGBTQI+ personen en democratische rechten in het algemeen. Reactionaire ideeën verklaren terroristische methodes die willekeurige slachtoffers viseren.
Wij zijn niet gekant tegen gewapende strijd, maar als hulpmiddel, niet ter vervanging van massastrijd en vooral niet in de plaats van politieke strijd. Dat kan enkel indien het gebeurt onder controle van democratische comités van massa-actie, naar het voorbeeld van deze in de eerste Intifada (1987-1993), met een programma gebaseerd op socialistische verandering en niet op het aanleunen bij reactionaire, autocratische kapitalistische regimes die hun eigen bevolking onderdrukken en uitbuiten.
De steun voor de aanslag van Hamas is helaas een reflectie van de zwakte van links, dat in plaats van een internationalistisch en onafhankelijk klassenstandpunt te verdedigen, ofwel kritiekloos meegaat in steun voor het Israëlische regime ofwel de terechte strijd voor zelfbeschikking in de handen laat van reactionaire krachten met reactionaire methodes. De steun voor de aanslag van Hamas is een uitdrukking van wanhoop, net zoals dit in 2002 het geval was met de zelfmoordaanslagen tijdens de tweede Intifada (2000-2005).
Tegen oorlog en (staats-)terreur: solidariteit
Het Israëlische regime mobiliseert op cynische wijze haar machtige militaire machine voor een bloedige collectieve afstraffing. Daarmee stelt het de volledige Palestijnse bevolking verantwoordelijk voor de aanval met willekeurige slachtoffers door Hamas.
Samen met het afkoppelen van elektriciteit, water en brandstof naar Gaza en het blokkeren van humanitaire hulp en goederen in een situatie van voortdurende bombardementen met ziekenhuizen zonder geneesmiddelen en met uitvallende generatoren, beroert dit niet alleen de internationale publieke opinie maar zal het naarmate de situatie vordert ook in Israël zelf afschuw opwekken. Door de grensovergang in Rafah dicht te houden, gijzelt het Israëlische regime met Egyptische medeplichtigheid heel de bevolking van Gaza. Voor beide machthebbers is het lot van de gijzelaars niet meer dan collateral damage, ook dat zal steeds meer afschuw opwekken.
Het Israëlische regime mobiliseert op cynische wijze haar machtige militaire machine voor een bloedige collectieve afstraffing. Daarmee stelt het de volledige Palestijnse bevolking verantwoordelijk voor de aanval met willekeurige slachtoffers door Hamas.
Onder Palestijnen domineert steun voor Hamas geïnspireerd door terecht verzet tegen de Israëlische bezetter en onder Israëli heerst de roep om wraak voor de verschrikkelijke willekeurige slachtpartij. Die kloof in het bewustzijn vereist een gevoelige benadering die rekening houdt met de geleden schade en trauma’s, een perspectief biedt op veiligheid en welvaart voor alle gemeenschappen en die het recht op zelfbeschikking erkent en invult op een manier die voor beide gemeenschappen aanvaardbaar en aantrekkelijk is.
Iedere kans om de cyclus van haat en geweld te doorbreken moeten we aangrijpen. Zo zijn onze leden actief betrokken bij het verzet op Israëlische campussen tegen pogingen van extreemrechts om al wie sympathie voor de Palestijnen uitdrukt van de campus te verwijderen. Zoals steeds in een oorlogssituatie neemt de levensduurte pijlsnel toe, net zoals de winsten van een aantal grote bedrijven, uiteraard in de wapenindustrie en alles wat met defensie te maken heeft, maar ook in de distributie en andere sectoren. Dit kan het inzicht versterken in wie baat heeft bij de oorlog en wie het gelag betaalt in beide gemeenschappen.
Oorlog is de verderzetting van politiek met andere middelen. Het stelt alle tegenstellingen op scherp. Zelfs het realiseren van directe, ook democratische eisen, vereist massale mobilisatie, in heel de regio maar ook internationaal omwille van de betrokkenheid van alle imperialistische grootmachten. We zijn categorisch: een duurzame oplossing zonder diepgaande socialistische verandering is onmogelijk. Ons programma is geen wenslijst, het vertrekt van de directe noden en koppelt dit aan actie gericht op massamobilisatie. Het formuleert eisen die objectief noodzakelijk zijn, maar die door geen enkel kapitalistisch regime uit vrije wil ingewilligd zullen worden, het toont in de praktijk de nood aan van socialistische verandering, niet ergens in een verre toekomst, maar als objectieve en directe noodzaak.
Een socialistisch antwoord
Stop de bombardementen op Gaza! Verzet tegen het grondoffensief en tegen regionale uitbreiding van het bloedbad! Tegen terrorisme, of het nu van de staat komt of niet. Solidariteit met alle getroffen gemeenschappen.
Stop de blokkade, de belegering, de kolonies en de bezetting. Voor een internationale mobilisatie en strijd over de gemeenschappen heen voor een wapenstilstand. Voor een snelle en allesomvattende ruil van gevangen en gijzelaars als deel van een onmiddellijk wapenbestand!
Tegen de inmenging van de grote imperialistische blokken die het bloedbad aangrijpen om hun posities te versterken. Geen enkel vertrouwen in de Israëlische regering van ‘nationale eenheid’ van rechts en Gantz die een zware verantwoordelijkheid dragen in de escalatie die tot de oorlog geleid heeft.
Handen af van onze democratische rechten. Oorlog doet de klassenverschillen niet verdwijnen maar verscherpt ze. De protestbeweging van stakingen en betogingen in Israël moet, uiteraard met extra veiligheidsmaatregelen, heropgebouwd worden in een consistente strijd voor democratie, gelijkheid, welvaart en persoonlijke veiligheid voor beide gemeenschappen. Het Westers imperialistisch blok heeft zich eenzijdig achter Israël geschaard en in heel wat landen worden pro-Palestijnse betogingen en standpunten verboden en vervolgd. Dat zal nog toenemen door de terroristische aanslagen in Arras in Frankrijk en in Brussel. Handen af van ons recht op protest!
Arbeiderseenheid tegen ‘verdeel en heers’. Neen aan de heksenjacht tegen wie zich tegen oorlog en nationale onderdrukking verzet op de werkvloer of op campussen. De arbeidersbeweging mag de oplopende frustraties niet overlaten aan elk individu afzonderlijk tot die wandelende tijdbommen worden, maar moet zelf de dialoog aangaan en collectieve oplossingen aanreiken. Daartoe zijn discussies, protestmeetings met alle gemeenschappen en solidariteitsbetogingen belangrijk als onderdeel van onze strijd voor fundamentele verandering.
Voor protestbetogingen en stakingen – zoals de staking voor waardigheid van mei ’21 – in de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem als onderdeel van een massastrijd, democratisch georganiseerd door verkozen comités voor nationale en sociale bevrijding. Steun aan veiligheidsmaatregelen en het organiseren van zelfverdediging tijdens betogingen tegen de oorlog, de bezetting en de kolonies. Voor democratisch verkozen verdedigingscomités in wijken en gemeenten.
Voor massale internationale mobilisatie tegen oorlog. Voor een internationale arbeidersboycot van goederen en wapens die door de Israëlische staat gebruikt worden voor de onderdrukking van de Palestijnen, zoals geëist wordt door Palestijnse vakbonden.
Voor een massaal plan van publieke investeringen in herstel en welvaart. Het is hartverscheurend om zien hoe in tijden van oorlog schijnbaar onuitputtelijke middelen gevonden en geconcentreerd kunnen worden op het punt van de aanval. De heropbouw van beide gemeenschappen, zowel materieel als inzake medische en mentale begeleiding, zal minstens een even grote concentratie en inzet van middelen vereisen. De kapitalisten en hun regeringen zullen dat niet toestaan. Het is onmogelijk zonder onteigening van de gigantische oorlogswinsten en de banksector en hun publieke overname onder democratische controle en beheer. Als die middelen onder democratisch toezicht en in publieke eigendom zouden ingezet worden om een gelijk bestaansrecht voor iedereen te garanderen en te kunnen leven in waardigheid binnen het raamwerk van een socialistische omvorming in de regio, dan zou een duurzame oplossing mogelijk zijn.
Voor massale strijdpartijen van de werkenden, de armen en de jongeren. De huidige situatie is het resultaat van het kapitalisme en imperialisme ten koste van een bijzonder hoge tol voor de arbeiders en armen. Wij zijn voor het opzetten van massale strijdpartijen in beide gemeenschappen die met elkaar samenwerken om protest en strijd te organiseren van de werkenden, de armen en de jongeren van alle gemeenschappen in een internationalistische en socialistische strijd.
Voor een onafhankelijk socialistisch Palestina met haar hoofdstad in Oost-Jeruzalem en een socialistische omvorming in Israël met garantie op gelijke rechten voor alle naties en minderheden. Voor een rechtvaardige oplossing voor de Palestijnse vluchtelingen via een overeenkomst die het historisch onrecht erkent en de mogelijkheid biedt voor wie dat wenst om terug te keren, gekoppeld aan de garantie op welvaart en gelijkheid voor iedereen. Het idee van ‘twee staten’ is utopisch onder het kapitalisme, het zou neerkomen op het creëren van een neokoloniale marionettenstaat voor de Palestijnen. Dit zou de fundamentele problemen van de Palestijnse massa’s niet oplossen. Een bi-nationale staat is eveneens utopisch in een kapitalistische context, een grote meerderheid van beide nationaliteiten wil de onafhankelijkheid niet opgeven in het kader van één staat en dit zou geen einde maken aan de angsten en verdenkingen. Om tot eengemaakte strijd voor socialistische verandering te komen, is het noodzakelijk om het recht op zelfbeschikking van alle bevolkingsgroepen te erkennen. Strijd kan verworvenheden afdwingen, maar socialistische verandering is nodig om de levensstandaard van zowel Palestijnen als Israëlische werkenden tot boven de best mogelijke voorwaarden onder het kapitalisme op te trekken. Enkel op deze basis kunnen volledige gelijke rechten op alle domeinen bekomen worden. Een rechtvaardige oplossing vereist een strijd die welvaart en gelijkheid in de regio garandeert en die opkomt voor directe dialoog en wederzijdse instemming, met inbegrip van de erkenning van de historische onrechtvaardigheden en een recht op terugkeer. Onder deze omstandigheden zou de wederzijdse afkeer en het nationale schisma afnemen en kan de basis gelegd worden voor een gezamenlijke socialistische staat.
-
Massaal protest tegen het bloedbad in Gaza
Zondag was er een bijzonder grote betoging in Brussel om te protesteren tegen het bloedbad in Gaza. Tienduizenden mensen uit alle hoeken van het land namen eraan deel. De organisatoren spraken over 25.000 deelnemers, mogelijk waren het er meer. Massaprotest is belangrijk om uiting te geven aan de woede over het bloedbad. Het biedt ook tegengewicht voor de gevestigde politici en de mainstream media die het oorlogsgeweld goedpraten en steunen. Hieronder het pamflet dat LSP op de betoging verdeelde gevolgd door enkele foto’s.
Stop het bloedbad! Voor een massabeweging tegen bezetting, belegering, armoede en kapitalisme
- Solidariteit met alle slachtoffers van oorlog, terreur en staatsterreur.
- Internationale mobilisaties tegen het bloedbad in Gaza.
- Stop de wapenleveringen aan Israël.
- Handen af van onze democratische rechten!
- Voor een massabeweging tegen bezetting, belegering, armoede en kapitalisme
De barbaarse wreedheid van de aanval van de Israëlische staat overtreft de eerdere bloedbaden in Gaza. Het aantal slachtoffers stijgt met het uur, dag na dag, nacht na nacht. Gebouwen worden met de grond gelijk gemaakt door het op drie na grootste leger ter wereld. Militaire uitrusting die deels wordt geleverd en betaald door de VS en de EU.
De grote imperialistische mogendheden hebben zich verenigd om het geweld van Netanyahu te steunen. Biden heeft 8 miljard dollar extra militaire hulp aan Israël beloofd bovenop de 3,8 miljard dollar die het land elk jaar geeft. Ondertussen dreigde de Europese Commissie aanvankelijk om alle Palestijnse hulp stop te zetten, maar daarop moesten ze terug komen. Europese banken, verzekeraars en investeerders investeren miljarden euro’s per jaar in wapens en andere apparatuur die gebruikt wordt om de bezetting te organiseren.
De enige manier om dit te stoppen is het opbouwen van een massabeweging wereldwijd tegen bezetting, imperialisme en terreur. Zo’n massabeweging kan enerzijds de strijd tegen de bezetting in de regio zelf steunen, maar tegelijkertijd ook haar pijlen richten op het imperialisme dat het bloedbad mee financiert. Vakbonden in Palestina roepen op om te stoppen met het leveren van wapens. Deze oproep zou ondersteund moeten worden door Europese vakbonden in de sector.
Voor een massabeweging tegen bezetting, belegering, armoede en kapitalisme
Acties die voortbouwen op die van de voorbije dagen zijn cruciaal. Wereldwijd is er woede en zijn er acties tegen de horror in Gaza. Tegelijkertijd zijn er pogingen om het protest de kop in te drukken. In Duitsland en Frankrijk werden betogingen verboden, werden studenten geschorst van school en syndicalisten opgepakt omdat ze zich uitspraken tegen de bezetting en het geweld van de Israëlische staat. In Duitsland is er zelfs een verbod op het dragen van de Kufiya.
Het toont welke kant het imperialisme kiest en dat we niet moeten en kunnen rekenen op diplomatieke oplossingen. Diplomatie betekent voor hen het verder zetten van hun belangen in de regio die samenvallen met het geopolitieke belang van de kapitalistische staat Israël en de repressieve regimes in de oliestaten errond.
De pogingen tot repressie van protest tonen net hoe veel schrik de heersende elites in Europa hebben van de potentiële kracht van een echte massale anti-oorlogsbeweging die van onderuit komt. En dat is niet onterecht: oorlogen eindigen doorgaans door uitputting, nederlagen en vernietiging, of door massaal protest dat een verderzetting ervan onmogelijk maakt. De Eerste Wereldoorlog eindigde door de revoluties in Rusland en Duitsland. De Amerikaanse troepen moesten zich uit Vietnam terugtrekken toen de militaire verliezen steeds meer gepaard gingen met anti-oorlogsverzet in eigen land die het volledige systeem bedreigde.
Zo’n anti-oorlogsbeweging opbouwen, vanop het lokale niveau tot op het internationale niveau op basis van acties, comités en massabetogingen is de enige manier voor de massale internationale solidariteit om te zetten in een wereldwijde druk op de Israëlische moordmachine in Gaza.
Palestijnse bevrijding
LSP/PSL en onze zusterorganisatie in Israël/Palestina, de Socialistische Strijdbeweging, staan volledig achter het recht van het Palestijnse volk om zich te verdedigen en te verzetten tegen de terreur van de Israëlische staat en de systematische, racistische onderdrukking waaronder zij leven, ook met wapens. Tegelijk kan en mag de gewapende strijd nooit ter vervanging dienen van de massa’s en vooral niet in de plaats van politieke strijd. Dat kan enkel als deze strijd democratisch georganiseerd en gecontroleerd wordt van onderaf, met de betrokkenheid van de massa’s werkende, arme en jonge mensen in democratische strijdcomités, georganiseerd aan beide zijden van de Groene Lijn, in steden, dorpen, werkplekken, scholen en universiteiten.
Brute, willekeurige moorden ook op arbeiders, ouderen en jongeren die een muziekfestival bijwonen, moeten volledig worden afgekeurd. Deze methoden zullen de Israëlische staat niet verslaan. Integendeel, de afkeer ervan onder gewone mensen in Israël en daarbuiten versterkt de positie van de onderdrukkers van de Palestijnen.
Het zou gebaseerd moeten zijn op de methoden van eerdere strijd van het volk van Palestina – stakingen en massademonstraties, zoals de Eerste Intifada in 1987 of de staking van Waardigheid in mei 2021, de laatste keer dat de Israëlische staat zijn terreur op Gaza richtte. De Israëlische bouwsector moest toegeven dat de staking bouwplaatsen lamlegde, met een geschat verlies van bijna 40 miljoen dollar op één dag, omdat slechts 150 van de 65.000 arbeiders kwamen werken. Tegen de nog grotere repressie op de Westelijke Jordaanoever sinds het begin van het jaar, hebben Palestijnen werkplekken, winkels en diensten gesloten tegen de pogroms door uiterst rechtse kolonisten en de wreedheden van het Israëlische leger. Dat is ook waar een dergelijke strijd botst met het politieke programma en de strategie van Hamas, dat voor deze nieuwe fase in de bezetting nog repressief optrad tegen protest in Gaza tegen de energiecrisis en de dure prijzen.
Revolutionaire socialistische verandering
Stakingen, betogingen en georganiseerde zelfverdediging, met oproepen tot internationale solidariteit, kunnen de beweging uit de wanhoop trekken. Een strijd voor Palestijnse nationale bevrijding moet gekoppeld worden aan revolutionaire systeemverandering in deze regio. De arbeidersklasse en de armen in de hele regio moeten zich verenigen in een strijd tegen de gemeenschappelijke vijand van het kapitalisme en het imperialisme. Zo kunnen ze de macht in hun collectieve handen nemen en de maatschappij omvormen. Dit geldt ook voor de Israëlisch-Joodse arbeidersklasse, die leeft onder een steeds autoritairder wordende staat die de democratische rechten beknot en die lijdt onder enorme ongelijkheid – met 21% van de bevolking die onder de armoedegrens leeft. Dit is een staat waarvan de systematische onderdrukking van de Palestijnen heeft geleid tot een vicieuze cirkel van conflicten, waardoor Israël de gevaarlijkste plek ter wereld is om jood te zijn.
De heerschappij van het imperialisme, onderdrukkende regimes zoals die van de Israëlische staat en de verschillende buurlanden, en het kapitalisme in deze regio in het algemeen, belooft een toekomst van alleen maar armoede, geweld en onderdrukking – en is niet in staat om tegemoet te komen aan nationale aspiraties en om de rechten van minderheden te garanderen. Er moet een einde komen aan hun heerschappij.
Dit betekent dat de enorme rijkdommen van de regio uit private handen worden genomen en onder publiek bezit en democratische controle worden gebracht. Het betekent de opbouw van een socialistisch Midden-Oosten gebaseerd op de democratische heerschappij van de arbeidersklasse en de arme massa’s.








-
Tragedie in Al-Ahli ziekenhuis in Gaza
Voor een wapenstilstand! Voor een volledig onafhankelijk onderzoek! Protest en strijd voor fundamentele oplossing!
De ramp in het ziekenhuis Al-Ahli Al-Ma’amadani in het centrum van Gaza stad is afschuwelijk. De enorme ontploffing op de binnenplaats van het ziekenhuis vond plaats op dinsdag 17 oktober, toen 5.000 mensen die voor hun leven vluchtten uit andere delen van de Gazastrook er dekking zochten naast een groot aantal gewonden, reddingswerkers en zorgpersoneel.
Door Michael Kurtzer en Yasha Marmer (Socialistische Strijdbeweging, ISA in Israël-Palestina)
Volgens schattingen op het moment van schrijven zijn er maar liefst 500 Palestijnse doden gevallen bij wat de dodelijkste gebeurtenis op de Gazastrook is sinds 2008. Zij komen bovenop het ontstellend aantal dodelijke slachtoffers in Gaza, ondertussen meer dan 4.100 sinds het begin van de wraakoorlog van de regering-Netanyahu na de verrassingsaanval van Hamas.
Context
Geen enkele onafhankelijke partij is er op dit moment in geslaagd om de directe bron van de ontploffing op de binnenplaats van het ziekenhuis definitief vast te stellen. De bewering van het Israëlische leger dat de bron een raket afgevuurd door de Palestijnse Islamitische Jihad was, is dus ook niet aangetoond. Een onafhankelijk onderzoek is noodzakelijk. Ondertussen is de context wel duidelijk: een politieke beslissing van de regering van Netanyahu, Ben Gvir en Ganz, gesteund door de legerleiding, om een ongekende aanval uit te voeren op de Gazastrook. De meer dan 2 miljoen inwoners van Gaza worden bovendien bewust onderworpen aan een rampzalige blokkade als onderdeel van een collectieve afstraffing die bestaat uit een massamoord met een bloedbad van ongekende omvang.
Volgens gegevens van de VN werden minstens 10 ziekenhuizen in Gaza geraakt sinds het begin van de oorlog. Door de ‘volledige’ blokkade draaien 20 van de 23 ziekenhuizen in de Gazastrook op gedeeltelijke capaciteit omwille van een voortdurend tekort aan water en elektriciteit. Er is geen elektriciteit voor de couveuses voor baby’s en duizenden gewonden kunnen niet behandeld worden als gevolg van de voortdurende bombardementen.
Het gebombardeerde Al-Ahli ziekenhuis verleende diensten aan duizenden inwoners die uit het noorden van de Gazastrook moesten vluchten na bedreigingen door het Israëlische leger. Er zijn berichten over tientallen mensen die gedood zijn door Israëlische bombardementen terwijl ze uit het noorden probeerden weg te geraken.
De propaganda van Israël
Netanyahu, zijn regering en de legertop wijzen op cynische wijze elke verantwoordelijkheid voor de gruwel af. Ze stellen: ‘Onze handen hebben dit bloed niet vergoten’. Drie dagen voor de aanval op het ziekenhuis, werd de Palestijnse Rode Sikkel door het Israëlisch leger gevraagd om het Al-Quds ziekenhuis in Gaza-stad te evacueren. Dit geeft aan dat medische faciliteiten op de Gazastrook wel degelijk een doelwit zijn.
Er zijn verschillende tegenstrijdige ‘officiële’ Israëlische versies van de ramp. Eerst had commentator Amit Segal het over een “officiële Israëlische bron” volgens wie “het ondubbelzinnig om een verkeerd afgevuurde raket van Hamas” ging. Tien minuten later verklaarde de woordvoerder van het Israëlische leger dat de verantwoordelijkheid bij de Islamitische Jihad lag. De haastige verandering van versies geeft op zijn minst aan dat er conclusies verspreid werden voordat er een grondig onderzoek plaatsvond. Bovendien gaf een woordvoerder van het Israëlische leger toe dat de luchtmacht aanvallen uitvoerde in het gebied rond de tijd van de ontploffing. De krant Washington Post verifieerde een video waarin een zoemend geluid te horen is voor de ontploffing, waarschijnlijk van een vliegtuig.
Enkele rechtse kapitalistische regeringen die het Israëlische regime steunen in de wraakoorlog zijn echter niet geneigd om de officiële propaganda over de ontploffing in het ziekenhuis zomaar te herhalen. Ook dat wijst erop dat er geen bevredigend bewijs is geleverd om de versie van het Israëlische leger te bevestigen. “Wacht op de feiten, rapporteer ze duidelijk en nauwkeurig,” drong de Britse minister van Buitenlandse Zaken James Cleverly aan. De Duitse kanselier Scholz riep op tot een grondig onderzoek en Europees Commissievoorzitster Ursula von der Leyen verklaarde dat de feiten moeten worden onderzocht.
Het is niet uitgesloten dat het drama een gevolg is van Israëlische bombardementen, noch dat het komt door een verkeerd afgevuurde raket. Socialisten verzetten zich tegen willekeurige raketbeschietingen. Slachtoffers van een militaire aanval en belegering hebben het recht op zelfverdediging, ook door middel van partizanenstrijd die georganiseerd wordt onder democratische controle van de gemeenschap met verkozen actiecomités. Dat is iets anders dan de wijze waarop de milities vandaag willekeurig raketten afvuren zonder enige verantwoording af te leggen aan de gemeenschap. Willekeurig raketvuur schaadt gewone mensen van alle gemeenschappen aan beide kanten van het hek. Het wordt zelfs cynisch gebruikt door het Israëlische establishment om steun te mobiliseren voor het bombarderen van Gaza.
Het onderzoek naar de ramp in het ziekenhuis moet volledig onafhankelijk gebeuren van de regering-Netanyahu, het leger en de Israëlische veiligheidsdiensten die er allemaal belang bij hebben om alle verantwoordelijkheid van zich af te schuiven. De goed geoliede propagandamachine van het Israëlische regime werd al vaak gebruikt om de verantwoordelijkheid voor misdaden tegen gewone mensen te ontkennen. Dat was in het verleden vaak het geval toen scholen of ziekenhuizen werden gebombardeerd, of ook nog toen de journaliste Shireen Abu Akleh vorig jaar in Jenin werd doodgeschoten.
Eén van de methoden om de verantwoordelijkheid te ontkennen, is door van gruweldaden geïsoleerde gebeurtenissen te maken. Is het echter mogelijk om de ontploffing in het ziekenhuis los te koppelen van het feit dat de Israëlische regering de Gazastrook aan een nooit geziene bommenregen onderwerpt?
In de eerste week van de oorlog meldde de Israëlische luchtmacht dat het 6000 bommen op Gaza had gegooid. In reactie hierop legde Marc Garlasco, een militair adviseur en voormalig onderzoeker van oorlogsmisdaden voor de VN, uit dat Israël “in minder dan een week wierp wat de VS in Afghanistan in een jaar wierpen, in een veel kleiner, veel dichter bevolkt gebied, waar fouten worden uitvergroot.” Volgens Garlasco werden er tijdens het meest intensieve jaar van de Amerikaanse oorlog in Afghanistan ongeveer 7.423 bommen gedropt.
Woede en protest in de hele wereld
De diepe schok en afschuw die gewone mensen voelen als reactie op de slachting in het ziekenhuis hebben al geleid tot solidariteitsprotesten in het hele Midden-Oosten en de wereld. Dinsdagavond waren er al indrukwekkende spontane protesten in Egypte, Jordanië, Turkije, Libië, Tunesië, Marokko, Libanon en andere plaatsen.
Hoewel de Palestijnse Autoriteit onder leiding van Fatah een dag van rouw afkondigde, terwijl solidariteitsprotesten werden georganiseerd in Jenin en Ramallah, schoten de politie-eenheden van de PA op demonstranten met gasgranaten en zelfs met scherpe munitie. Dat benadrukt nogmaals de rol van de PA als onderaannemer van de bezetting. Het protest dat dinsdagavond plaatsvond in Ramallah was het grootste sinds het begin van de oorlog. Tijdens de demonstratie riepen betogers onder andere “het volk wil de president omverwerpen”, een slogan gericht tegen de president van de Palestijnse Autoriteit, Mahmoud Abbas. Abbas wordt, samen met een aantal staatshoofden in de regio, gezien als iemand die vanaf het begin van de oorlog zijn mond heeft gehouden. Protesten hebben de koning van Jordanië er al toe aangezet om de top met Biden, die woensdag zou plaatsvinden met Abbas en de president van Egypte, El-Sisi, af te zeggen.
De geplande top, die samenviel met het bezoek van Biden aan Israël, was niet bedoeld om een onmiddellijke wapenstilstand te bevorderen, maar om het Amerikaanse imperialisme meer directe controle te geven over het beheer van de oorlogscrisis. Ondanks de verschillen en spanningen tussen de houding van het Witte Huis en het Netanyahu-regime, die ook impliciet waren in de toespraak van Biden, geeft het bezoek zelf steun aan het bombarderen van Gaza en zelfs aan de mogelijke landinvasie met duizenden soldaten. Zo’n invasie zou leiden tot een nog gruwelijker toename van het aantal slachtoffers en het gevaar van een bredere escalatie in de regio versterken.
Een massabeweging is nodig om dit te voorkomen. Het versterken van betogingen in het Midden-Oosten en wereldwijd, en aan beide zijden van de groene lijn, kan de regering Netanyahu-Ben Gvir-Ganz dwingen om de wraakoorlog te stoppen. Het moet duidelijk gezegd worden: stop de oorlog voor de bestendiging van de belegering, stop de bezetting en de onderdrukking van de Palestijnen. Stop de leugen van de ‘conflictbeheersing’! Voor een massale strijd aan beide kanten van de groene lijn voor een wapenstilstand, rehabilitatie van gemeenschappen aan beide kanten van het hek en voor een fundamentele oplossing die vertrekt van de garantie op het bestaansrecht, zelfbeschikking en een leven in waardigheid in het kader van een strijd voor socialistische verandering in de regio.
-
Stop het bloedvergieten en de oorlog – stop de slachting in Gaza!
De belegerde Palestijnen van Gaza – ‘s werelds grootste openluchtgevangenis, de thuisbasis van 2,3 miljoen onderdrukte mensen – worden opnieuw gebombardeerd door de racistische en koloniale Israëlische staat na de ongekende en willekeurige aanvallen van Hamas.
De barbaarse wreedheid van de aanval van de Israëlische staat zal de eerdere bloedbaden in Gaza overtreffen – het aantal slachtoffers stijgt met het uur terwijl gebouwen met de grond gelijk worden gemaakt door de militaire uitrusting van het op drie na grootste leger ter wereld, waarvan een deel wordt geleverd en betaald door de VS en de EU. Alle vluchtroutes zijn afgesloten – de Rafah grensovergang, de grens tussen Egypte en Gaza, werd gebombardeerd om dit te garanderen.
Deze acties worden gecombineerd met de walgelijke racistische retoriek van Israëlische regeringsvertegenwoordigers. Zoals een Israëlische minister, Yoav Galant, verklaarde: “We vechten tegen menselijke beesten.” Het Netanyahu-regime haalt de strop rond Gaza steeds strakker aan door alle medicijnen, water, brandstof, elektriciteit en voedsel dat de Gazastrook binnenkomt af te snijden. Dit is een onverhulde oorlogsmisdaad.
De grote imperialistische mogendheden hebben zich verenigd om de acties van Netanyahu te steunen. Biden heeft 8 miljard dollar extra militaire hulp aan Israël beloofd bovenop de 3,8 miljard dollar die het land elk jaar geeft. Ondertussen dreigde de Europese Commissie aanvankelijk om alle Palestijnse hulp stop te zetten. Deze week was er een verklaring van Commissie-voorzitter, Ursula von der Leyen, waarin ze de oorlog van Israël tegen Gaza impliciet steunde.
De Israëlische regering is vastbesloten om Gaza collectief te straffen voor de aanval van Hamas op Israëlische steden afgelopen weekend, waarbij honderden onschuldige burgers, Joodse en Palestijnse bedoeïenen, om het leven kwamen. De brute, willekeurige moorden op arbeiders en arme mensen, waaronder kinderen en ouderen, in steden, kibboetzes en jongeren die een muziekfestival bijwonen, moeten volledig worden bestreden. Deze methoden zullen de Israëlische staat niet verslaan; integendeel, de afkeer ervan onder gewone mensen in Israël en daarbuiten zal de positie van de onderdrukkers van de Palestijnen alleen maar versterken.
Solidariteit met de Palestijnen die het slachtoffer zijn van moorddadige bombardementen in Gaza en met de families van de slachtoffers uit alle gemeenschappen aan beide kanten van het hek!
Palestijnse bevrijding
LSP/PSL en onze zusterorganisatie in Israël/Palestina, de Socialistische Strijdbeweging, staan volledig achter het recht van het Palestijnse volk om zich gewapend te verdedigen en te verzetten tegen de terreur van de Israëlische staat en de systematische, racistische onderdrukking waaronder zij leven. Deze strijd moet democratisch georganiseerd en gecontroleerd worden van onderaf, met de betrokkenheid van de massa’s werkende, arme en jonge mensen in democratische strijdcomités, georganiseerd aan beide zijden van de Groene Lijn, in steden, dorpen, werkplekken, scholen en universiteiten.
Het zou gebaseerd moeten zijn op de methoden van eerdere strijd van het volk van Palestina – stakingen en massademonstraties, zoals de Eerste Intifada in 1987 of de Staking van Waardigheid in mei 2021, de laatste keer dat de Israëlische staat zijn terreur op Gaza richtte. De Israëlische bouwsector moest toegeven dat de staking bouwplaatsen lamlegde, met een geschat verlies van bijna 40 miljoen dollar op één dag, omdat slechts 150 van de 65.000 arbeiders kwamen werken. Tegen de nog grotere repressie op de Westelijke Jordaanoever sinds het begin van het jaar, hebben Palestijnen werkplekken, winkels en diensten gesloten tegen de kolonistenpogroms en de wreedheden van het Israëlische leger.
Revolutionaire socialistische verandering
Een strijd voor Palestijnse nationale bevrijding moet gekoppeld worden aan revolutionaire systeemverandering in deze regio, waarbij de arbeidersklasse en de armen in de hele regio zich verenigen in een strijd tegen de gemeenschappelijke vijand van kapitalisme en imperialisme. Ze moeten de macht in hun collectieve handen nemen en de maatschappij transformeren. Dit geldt ook voor de Israëlisch-Joodse arbeidersklasse, die leeft onder een steeds autoritairder wordende staat die de democratische rechten beknot en lijdt onder enorme ongelijkheid – met 21% van de bevolking die onder de armoedegrens leeft. Dit is een staat waarvan de systematische onderdrukking van de Palestijnen heeft geleid tot een vicieuze cirkel van conflicten, waardoor Israël de gevaarlijkste plek ter wereld is om jood te zijn.
De heerschappij van het imperialisme, onderdrukkende regimes zoals die van de Israëlische staat en de verschillende Arabische staten, en het kapitalisme in deze regio in het algemeen, belooft een toekomst van alleen maar armoede, geweld en onderdrukking – en is niet in staat om tegemoet te komen aan nationale aspiraties en om de rechten van minderheden te garanderen. Er moet een einde komen aan hun heerschappij.
Dit betekent dat de enorme rijkdommen van de regio uit private handen worden genomen en onder publiek bezit en democratische controle worden gebracht. Het betekent de opbouw van een socialistisch Midden-Oosten gebaseerd op de democratische heerschappij van de arbeidersklasse en de arme massa’s.
-
Te midden van normalisering van bezetting en belegering breekt nieuwe oorlog uit
De dramatische ontwikkelingen in Israël en de Gazastrook sinds dit weekend – met tot hiertoe meer dan duizend doden – schokken de wereld. Dit kan het begin zijn van verdere instabiliteit en escalatie van de oorlog. Hieronder een eerste vertaalde verklaring van het secretariaat van de Socialistische Strijdbeweging (ISA in Israël-Palestina), oorspronkelijk gepubliceerd in het Hebreeuws op zondag 8 oktober.
Fundamentele oplossing is nodig
- Solidariteit met degenen die hun dierbaren hebben verloren en met gewone mensen uit alle gemeenschappen, aan beide kanten van het hek, die geconfronteerd worden met de verschrikkingen van de oorlog
- De kern van het ‘falen’ : de arrogantie van het ‘conflictbeheersings’-beleid van de regering en de normalisering van de bezetting en belegering leiden tot oorlog
- Er is nood aan strijd om de verslechtering te stoppen en om een einde te maken aan de belegering, bezetting en armoede, als onderdeel van een strijd voor een fundamentele oplossing voor de eindeloze conflictrondes. Dit vergt socialistische verandering, op basis van het garanderen van gelijke rechten op bestaan, zelfbeschikking, waardigheid en welzijn
De oorlogscrisis die zaterdagochtend uitbrak, met een verrassingsaanval van Hamas van ongekende omvang (Operatie Al-Aqsa Vloed), die is voortgezet met een naar verwachting nog bloediger aanval van de regering-Netanyahu (die de officiële staat van oorlog heeft afgekondigd), blijft gruwelijke gebeurtenissen veroorzaken onder gemeenschappen aan beide kanten van het hek. Dit is op een schaal die alleen maar erger wordt voor de inwoners van de Gazastrook, die al gebukt gingen onder de Israëlisch-Egyptische belegering. Netanyahu beloofde “wraak” die de “stad van het kwaad in een stad van puin” zou veranderen.
Tegelijkertijd stijgt het dodental als gevolg van het bloedbad dat plaatsvond onder honderden inwoners van de steden en gemeenschappen in het zuiden van het land, en door willekeurig raketvuur, inclusief onder bedoeïenengemeenschappen die geen schuilplaatsen hebben. Ondertussen heeft de militaire escalatie zich uitgebreid naar de grens tussen Israël en Libanon, met raketbeschietingen van Hezbollah, wat een waarschuwing lijkt te zijn tegen een mogelijke Israëlische invasie in Gaza. De crisis kan zich wekenlang blijven ontwikkelen en zelfs ontaarden in een regionale oorlog.
Schok, verdriet en angst overheersen nu onder de bewoners van het zuidelijke district en andere districten van Israël, en niet alleen onder de Joodse bevolking, en in de Gazastrook nog meer, te midden van de bombardementen, terwijl de bewoners niet eens schuilkelders of raketwaarschuwingssystemen hebben. De Socialistische Strijdbeweging (ISA in Israël-Palestina) is solidair met de gewone mensen, met de familieleden van de doden en met de gewonden uit alle gemeenschappen, aan beide kanten van het hek, en met de ontvoerde burgers. Op het moment van schrijven, is het gerapporteerde aantal doden gestegen tot boven de 700 in het zuiden, uit verschillende nationale gemeenschappen, en 500 in de Gazastrook. Dit alles terwijl de regering Netanyahu brutale collectieve straffen promoot, waaronder het afsluiten van de elektriciteit en het tot puinhopen reduceren van gebouwen in Gaza. Dat komt neer op staatsterrorisme.
De ongekende schaal van ontvoeringen, van tientallen mannen en vrouwen naar de Gazastrook, had voor Hamas als doel om de reactie van het Israëlische regime in te dammen en om te dienen als onderhandelingsmiddel voor de vrijlating van Palestijnse gevangenen. De ontvoering van de burgers, waaronder kinderen en oudere vrouwen, moet veroordeeld worden: zij zijn niet verantwoordelijk voor het brute beleid van het Israëlische regime in de Gazastrook en tegenover de Palestijnen. Dit beleid, dat massale opsluiting omvat, met een militair proces of helemaal zonder proces, inclusief van kinderen en van Palestijnse inwoners die proberen te demonstreren en zich te verzetten tegen de militaire bezetting, is uiteraard wat de motivatie voor de ontvoeringen in de eerste plaats heeft aangewakkerd. Nu zou een militaire interventie in een poging om de gijzelaars te bevrijden een groot aantal doden met zich meebrengen. Van de regering moet worden geëist dat ze een snelle en alomvattende gevangenendeal toestaat in het kader van een staakt-het-vuren.
We roepen op tot een protest om de oorlog en het beleid van collectieve bestraffing en “verdeel en heers” te stoppen, om te weigeren deel te nemen aan een wraakaanval op de inwoners van Gaza, en om te strijden voor een diepgaande verandering in de realiteit van het leven in Gaza, inclusief het einde van de bezetting en belegering. Ook de oproepen tot een proteststaking en marsen van woede op de Westelijke Jordaanoever kunnen helpen bij het opbouwen van een noodzakelijke strijd om de status quo aan te vechten – de dictatuur van bezetting en belegering die aan hen is opgelegd – terwijl ze zich voorbereiden op zelfverdediging en bescherming van de Palestijnse demonstranten en inwoners.
De militaire escalatie in het nationale conflict kwam niet uit het niets. De zogenaamd ‘volledig rechtse’ regering onder leiding van Netanyahu, Ben Gvir en Smotrich opereerde met volle kracht, niet alleen tegen het massale verzet tegen het plan van een ‘legale staatsgreep’ waarmee de regering zichzelf wil versterken, maar ook om het beleid van de bezetting, belegering en de politiek van nederzettingen die aan miljoenen Palestijnen zijn opgelegd te verankeren. Dit gaat gepaard met een arrogante claim dat de “conflictbeheersing” onder controle was en een cynische bewering dat de regionale vrede wordt bevorderd door het normalisatieproces tussen Israël en Saoedi-Arabië onder het toekijkend oog van de VS.
De acute en wijdverspreide oorlogscrisis die zich nu heeft ontvouwd kwam na twee ronden van militaire escalatie sinds de vorming van de regering en na jaren waarin de frequentie van de conflictronden toenam als een uitdrukking van de toenemende instabiliteit van de bezetting en belegering. De huidige escalatie heeft uitzonderlijke kenmerken die een nieuwe fase van confrontatie markeren.
Verrassingsaanval van Hamas
Hamas, waarvan de Israëlische kapitalistische bezettingsregeringen tot op de dag van vandaag beweren dat het “afgeschrikt” is (onlangs nog verklaarde de nationale veiligheidsadviseur van Israël, Tzachi Hanegbi, dat “Hamas zeer, zeer terughoudend is”), doorbrak tijdelijk de grenzen van de militaire blokkade met een troepenmacht van vele honderden gewapende mannen, sommigen zelfs over zee en met paragliders. Deze troepen namen het hoofdkwartier van de Gazadivisie van het Israëlische leger over, namen militaire voertuigen in beslag en barricadeerden zichzelf in een politiebureau in de zuidelijke stad Sderot. Daarnaast namen ze, naast elementen van partizanenoorlog tegen militaire troepen, een aantal Israëlische gemeenschappen gedurende lange uren (tot meer dan een dag) over en namen ondertussen ook hun toevlucht tot terroristische daden: lukrake moorden op burgers, waaronder deelnemers aan een muziekfestival, en het ontvoeren van tientallen burgers.
Binnen enkele uren bereikte Hamas zijn politieke doelen, toen het, naast een toonbeeld van geweld, erin slaagde om een complicerende factor toe te voegen voor de “normalisatie” tussen Israël en het Saudische regime, en voor de Palestijnse Autoriteit. Hoewel dit niet de eerste inval is van de militaire vleugel van Hamas voorbij het hek rond de Gazastrook, is het wel de grootste militaire aanval die Hamas tot nu toe heeft uitgevoerd, met een ongekend niveau van vaardigheid en durf, die gepaard ging met een retoriek die de operatie als een bevrijdingsmaatregel zag.
In de eerste uren maakten nogal wat inwoners van de Gazastrook gebruik van de tijdelijke onderbreking van het beleg om het hek over te steken en, al was het maar voor even, met een gevoel van verrukking buiten het grootste gevangenkamp ter wereld te wandelen. Voor veel inwoners van Gaza en veel Palestijnen is het een teken van kracht tegen de macht die hen gevangen houdt als ze door het belegeringshek kunnen stappen. Het is een teken van kracht tegen een beleid dat hun leven vertrapt en hun nationale onafhankelijkheid ontzegt en elke mogelijkheid beperkt om toegang te krijgen tot het gebied waar hun familie vandaan kwam. Dit alles wekt sympathie op voor de strijdkrachten van Hamas, die in deze context gezien worden als een beschermingsmacht.
Aan de andere kant kan het Israëlische regime cynisch gebruik maken van de massale schade onder Israëlische burgers om de mythe te voeden dat de blokkade van de Gazastrook een ‘defensief’ beleid is. Het zal ‘legitimiteit’ mobiliseren voor het doden en vernietigen op grote schaal in de Gazastrook. De twee miljoen inwoners van de Gazastrook leven in omstandigheden van extreme armoede en nood, waarbij 63% lijdt onder voedselonzekerheid, zonder schoon water, zonder basisinfrastructuur en zonder bewegingsvrijheid. Het Israëlische regime buit existentiële en veiligheidszorgen onder de Joodse arbeidersklasse politiek uit om onder meer onderdrukking en aanvallen op Palestijnen te promoten. Tegelijk creëerden de dagelijkse aanvallen en de verwoesting en het verdriet als gevolg van de Israëlische bombardementen de politieke mogelijkheden voor Hamas. Ze konden gebruik maken van een stemming van wanhoop onder delen van de Palestijnse bevolking, om zelfs voor reactionaire acties van willekeurige aanvallen op de burgerbevolking steun te vinden.
Aangezien de bloedige balans tussen Israëlische en Palestijnse slachtoffers er vaak een is van extreme asymmetrie – met tientallen Palestijnse doden voor elke Israëlische dode – kunnen de zeldzame momenten waarop een enigszins ‘gelijkere’ numerieke balans wordt weergegeven, op zichzelf de wanhopige steun voor Hamas versterken. Het kan de indruk wekken dat het in staat is om “een prijs te vragen”, om wraak te nemen, of zelfs om afschrikking op te bouwen, of een militaire macht die de bezetting en belegering kan verslaan.
De Hamasleiding weet dat ze zeker niet in staat is om de sterkste militaire macht in de regio militair te verslaan. Zoals typisch is voor een macht met een rechts, pro-kapitalistisch politiek programma – dat politieke onderdrukking, aanvallen op de arbeiders en armen, onderdrukking van vrouwen en LGBTQ personen en religieuze dwang toepast – vertrouwden de leiders van Hamas door de jaren heen op hun afhankelijkheid van de genade van regimes in de regio en imperialistische machten, en zelfs op afspraken van “coëxistentie” met Israël. Hamas streeft echter naar een perceptie van overwinning door middel van een militaire uitdaging – in tegenstelling tot de Palestijnse Autoriteit en de Arabische regimes – in een patroon dat lijkt op dat van Hezbollah. Die laatste liet in 2006 de grenzen van de regionale macht van Israël zien en dreigde in het verleden Israëlische gemeenschappen over te nemen zoals Hamas nu heeft gedaan.
Dreigen met een ‘beslissende militaire overwinning’
De regering-Netanyahu, die beweerde bewezen te hebben in staat dat ze de agenda in het nationale conflict volledig kan dicteren en elk verzet kan ‘afschrikken’, is nu geconfronteerd met een dramatisch (zij het gedeeltelijk) verlies van controle over de gebeurtenissen en probeert het initiatief terug te winnen met militaire middelen. Er wordt gedreigd met een langdurige en verreikende aanval op de Gazastrook – in wezen om de bestaande orde van bezetting en belegering, die de aanleiding vormde voor de huidige crisis, te beschermen.
Minister van Defensie Galant dreigt om “de nek van Hamas te breken.” Dit was in feite vergelijkbaar met Netanyahu’s dreigement tijdens de verkiezingscampagne van 2009 om een zogenaamde “beslissende militaire overwinning” te behalen. Zelfs daarvoor hebben Israëlische regeringen Hamas-leiders vermoord en Hamas-troepen aangevallen. Maar tussen de bloedvergieten en het “herstel van afschrikking” is de relatieve militaire capaciteit van Hamas, hoewel beperkt, zodanig toegenomen en ontwikkeld dat het Israëlische regime gedwongen is om er meer rekening mee te houden, terwijl het standaard vertrouwt op zijn ‘afspraken’ met de Hamasregering in de Gazastrook om de bestaande orde te behouden en te handhaven. Een poging van het Israëlische regime om Hamas militair te verslaan, dreigt niet alleen Hamas uit te schakelen maar ook op grotere schaal destabiliserende gevolgen te veroorzaken. Dat is waarom de regering-Netanyahu vagere termen gebruikt.
De mobilisatie van de Israëlische gevestigde partijen uit de “oppositie”, die zich inzetten voor politieke steun aan het beleid en de militaire operaties onder leiding van de bende van Netanyahu en Ben Gvir, benadrukt hun verantwoordelijkheid voor de huidige situatie. De voorstellen van Lapid en Gantz om opnieuw in de regering te stappen met Netanyahu onder het mom van de oorlogscrisis – Lapid wil de ministers van extreemrechts vervangen, terwijl Gantz bereid is hen in de regeringscoalitie op te nemen – bewijzen op zichzelf dat de verschillen tussen de partijen over kernpunten uiteindelijk klein zijn.
Netanyahu, wiens regering tot de huidige crisis steunde op een uitgesproken minderheid van het Israëlische publiek, greep de kans om een brede coalitiedeal te promoten met de partijen van Lapid en Gantz, zonder te breken met de extreemrechtse partijen. Dit komt overeen met het belang van de heersende klasse om te proberen de ‘avontuurlijke’ invloed van de extreemrechtse ministers in reactie op deze gebeurtenissen te beperken. Het is ook in overeenstemming met de druk die de laatste tijd vanuit Washington is gekomen om een normalisatiedeal met het Saoedische regime mogelijk te maken. Netanyahu is echter bang om zich te ontdoen van Ben Gvir en Smotrich, omdat hij met hen concurreert om een vergelijkbare basis van steun.
De kern van de “mislukking”: het gevoerde beleid
De vraag “wie heeft het eerste schot gelost” in de dynamiek die tot de huidige escalatie heeft geleid, kan verschillende antwoorden oproepen gezien de voortdurende escalatie van de nationale spanningen. Deze vraag gaat in ieder geval voorbij aan de fundamentele oorzaken van oorlog. Ook de vraag naar het “falen van de inlichtingendienst” van het Israëlische leger, 50 jaar na de oorlog van 1973, leidt af van het belangrijkste punt: het fundament van de crisis is de handhaving van de bestaande orde waarin het Israëlische kapitalisme, met de sterkste militaire macht in de regio, bezetting en annexatie oplegt en miljoenen Palestijnen hun basisrechten ontzegt, waaronder het recht op zelfbeschikking. De politieke steun van kapitalistische regeringen uit het westerse imperialistische blok voor de militaire acties van de regering Netanyahu biedt nu speelruimte voor de voortzetting van het bloedbad en illustreert een fundamentele verdediging van de status quo van de bezetting. De persoonlijke veiligheid van gewone mensen aan beide kanten van het hek interesseert hen niet alleen niet, maar wordt door hen geschaad.
Al sinds de vorige regering Bennet-Lapid is het aantal Palestijnse doden sterk toegenomen en werden de records van 20 jaar geleden gebroken. Palestijnse huizen op de Westelijke Jordaanoever werden in versneld tempo verwoest; aanvallen door de staat en kolonisten gericht op het ontwortelen van Palestijnse gemeenschappen gingen door, samen met een toename van religieus-nationalistische provocaties door joodse rechtse elementen die een religieuze oorlog met staatssponsoring rond de Al-Aqsa moskee promoten. De economische crisis verergerde de snelkookpan van het leven onder de bezetting. De regering Netanyahu-Ben Gvir heeft zich echter nog harder verzet tegen elke concessie aan de Palestijnen en geprobeerd elk idee van Palestijnse onafhankelijkheid te begraven.
Met de ontwikkeling van populaire protestacties en gewapende conflicten, probeerden de leiders van Hamas en de Islamitische Jihad, onder toezicht van Hezbollah en Iran, om zichzelf voor te doen als effectiever in de confrontatie tegen de bezetting dan Fatah en de Palestijnse Autoriteit. Die laatste verkeert in een acute legitimiteitscrisis door haar feitelijke rol als onderaannemer van de bezetter. Tegenover de nieuwe regering van Netanyahu in Israël kondigden Hamas en de Islamitische Jihad dit jaar aan dat ze als één front zouden optreden in de confrontatie met Israël, ook al verkoos de leiding van Hamas om geen rechtstreeks conflict met Israël aan te gaan bij het oplaaien van de Gazastrook in mei en de invallen in juli op de Westelijke Jordaanoever. Twee weken geleden, op 24 september, kondigden de leiders van Hamas, de Islamitische Jihad en het ‘Volksfront’ tijdens een bijeenkomst in Beiroet echter aan dat ze hun onderlinge coördinatie zouden versterken om de acties als antwoord op de agressie van het bezettingsregime op te voeren.
De crisis in de Gazastrook en de protesten aan het hek
Deze aankondiging kwam midden in een nieuwe reeks Palestijnse protesten aan het hek van Gaza, die werden beantwoord met militaire repressie. Het Israëlische regime vreesde dat de protesten uit de hand zouden lopen. Een ontwikkeling in de richting van een massale strijd vormt een fundamenteler risico voor het regime dan rondes van militaire confrontaties, vooral gezien het toegenomen vermogen van een massabeweging om weerklank en sympathie op te roepen op regionaal en mondiaal niveau, en zelfs om arbeiders en jongeren in de Joodse bevolking te beïnvloeden. Maar in het algemeen vreesde het Israëlische regime destabilisatie en de ontwikkeling van conflicten in andere gebieden, wat Riyad onder druk zou zetten tegen een normalisatiedeal.
Een dergelijke angst voor destabilisatie heeft er de afgelopen maanden ook keer op keer toe geleid dat de hoofden van het militair-veiligheidsapparaat, in coördinatie met Netanyahu en Gallant, ingrepen om de extreemrechtse vleugel in bedwang te houden, in het bijzonder met de pogingen van Ben Gvir om de omstandigheden van Palestijnse gevangenen verder te verslechteren. Op 29 september werd in de Libanese krant Al-Akhbar gemeld dat de Israëlische regering, met Egyptisch-Qataarse bemiddeling, blijkbaar akkoord ging met een “terugkeer naar eerdere afspraken”, met een hernieuwde symbolische verhoging van de Qatarese hulpfondsen voor Gaza, evenals de quota van arbeiders uit de Gazastrook die Israël binnenkomen, de uitbreiding van het visgebied aan de kust van Gaza, en export- en importquota. Blijkbaar werden de Israëlische strijdkrachten hierop omgeleid van de Gazastrook naar de Westelijke Jordaanoever, wat het voor Hamas gemakkelijker maakte om haar plan uit te voeren met het element van militaire verrassing.
Terwijl de door Fatah geleide Palestijnse Autoriteit heeft aangegeven bereid te zijn om mee te werken aan de Israëlisch-Saoedische normalisering, heeft de Saoedische kroonprins Bin Salman laten weten dat zolang niets hem in de weg staat, de voorwaarden van de Israëlische concessies aan de Palestijnen geen breekpunt zullen zijn. Deze insinuatie, samen met de dieper wordende crisis in de Gazastrook, ondanks de ogenschijnlijke afspraken, deed de weegschaal blijkbaar doorslaan voor de Hamasleiding om op een ongekende schaal militair in te grijpen in een poging om de druk op Israël te verhogen door “de vergelijking te veranderen.” Dit was bedoeld om aan te tonen dat het in staat was om met militaire middelen een hogere prijs te vragen, inclusief het verstoren van het normalisatieproces, en om zo een valse politieke indruk te wekken van een stap voorwaarts in de strijd om het beleg en de bezetting te overwinnen.
Strijd opbouwen voor een uitweg
Het is belangrijk om te benadrukken dat tegenover een belegering, bezetting en een mogelijke militaire invasie, bewoners het recht hebben om aanvallen te bestrijden en zich te organiseren om zichzelf te verdedigen, inclusief door middel van partizanenstrijd. Veel Palestijnen moeten blij zijn geweest om de symbolische vernietiging van een aantal Israëlische militaire voertuigen te zien, gezien de verwoesting en het leed en verdriet waar ze al jaren mee te maken hebben in de Gazastrook. Maar er is een verschil tussen zulk verzet – dat zich op de meest heilzame manier kan ontwikkelen als het deel uitmaakt van een strategie om een massale strijd op te bouwen die nu nodig is, en onder de democratische controle van verkozen actiecomités (wat niet verenigbaar is met het politieke programma en de strategie van Hamas) – en het lukraak schieten op en verwonden van de burgerbevolking, in het bijzonder werkende en arme vrouwen en mannen uit om het even welke nationale gemeenschap. De militaire aanvallen van Hamas op arbeiders en armen bevorderen niet alleen niet de bevrijding van de blokkade en nationale onderdrukking, maar worden politiek gebruikt als een excuus voor het Israëlische establishment om steun te mobiliseren voor nog barbaarsere aanvallen tegen Palestijnen die onder belegering en bezetting staan.
Minister van ‘Nationale Veiligheid’ Ben Gvir kondigde een “noodtoestand in het thuisfront” af, die de bevoegdheden van de politie in de publieke sfeer uitbreidt. Dit kan ook worden gebruikt om de politieke vervolging in het algemeen en tegen Arabisch-Palestijnse activisten in het bijzonder te vergroten. Op de achtergrond zijn er berichten over extreemrechtse activisten die de crisis willen aangrijpen om het nationale schisma verder aan te wakkeren en aanvallen tegen de Arabisch-Palestijnse gemeenschap te bevorderen. Het is noodzakelijk om een gemeenschapsoverschrijdende strijd te organiseren tegen de pogingen van extreemrechts om racistische aanvallen en nationalistische botsingen in de straten van steden te bevorderen, en tegen de regering die deze elementen routinematig koestert en hen meer politieke zekerheid geeft door al haar beleid.
Het feit dat de regering Netanyahu tot aan de huidige crisis het hoofd heeft moeten bieden aan een massabeweging, impliceert het potentieel om later ook een brede protestreactie te ontwikkelen met kritiek op het falen en de verantwoordelijkheid voor deze oorlog. Maar de officiële ‘oppositie’ en de pro-establishment, zelfbenoemde leiders van de massabeweging die handelen namens kapitalisten en generaals die cynisch profiteren van de massastrijd tegen de “legale staatsgreep”, hebben zich aangesloten bij de politieke steun voor de regering en het bombarderen van de inwoners van Gaza, en opgeroepen tot het stopzetten van de demonstraties.
Het is noodzakelijk om nu protest en strijd te bevorderen om de noodzakelijke richting aan te geven om het bloedbad te stoppen en de problemen op te lossen die tot de oorlog hebben geleid. Na de ervaring van de gebeurtenissen in mei 2021 zijn nu daden van protest en strijd nodig – zoals de Palestijnse “waardigheidsstaking” destijds, solidariteitsdemonstraties tussen gemeenschappen op werkplekken en scholen, protestacties, bijeenkomsten van vakbonden om stelling te nemen – tegen de militaire escalatie, tegen de bombardementen in Gaza, tegen de “verdeel en heers” en tegen de voortzetting van de belegering en bezetting. Gezien het beleid van nationale onderdrukking, oorlogsmisdaden en ongelijkheid dat door kapitalistische rechtse regeringen wordt gepromoot, is het noodzakelijk om de horizon van een uitweg op de agenda te zetten, voor de oplossing van de fundamentele problemen, in de context van een strijd voor socialistische verandering in de regio, op basis van het garanderen van gelijke rechten op bestaan, op zelfbeschikking en op een leven met waardigheid en welzijn.
-
Aardbeving in Marokko: gebrek aan infrastructuur is dodelijk
Om 23u11 lokale tijd op vrijdag 8 september werd de regio Marrakesh-Safi in Marokko getroffen door een verschrikkelijke aardbeving met een kracht van 6,8 op de schaal van Richter. De stad Marrakesh, op 70 kilometer van het epicentrum, kwam er nog goed uit. Veel dorpen in het Atlasgebergte daarentegen werden volledig verwoest. Er vielen bijna 3.000 doden en dubbel zoveel gewonden. De materiële schade wordt geschat op 10 miljard euro, oftewel 8% van het BBP van het land.
door Arno (Luik)
De omvang van de gevolgen van de ramp, zowel het aantal doden en gewonden als de materiële schade, wordt al te gemakkelijk toegeschreven aan het tragische toeval. De natuur zou ons eraan herinneren hoe klein en kwetsbaar we zijn, waarbij we niets konden doen om dit te voorkomen. Dat klopt slechts gedeeltelijk.
Naar aanleiding van de aardbevingen in Turkije begin dit jaar, zei Carmia Schoeman, een master in geologie van aardverschuivingen en lid van de Zuid-Afrikaanse afdeling van ISA: “In de studie van geologische gevaren hebben we een gezegde, namelijk dat het niet de aardbevingen zijn die mensen doden, maar de gebouwen.”
In de getroffen gebieden werden de regels en normen voor gebouwen niet nageleefd, waardoor de kwetsbaarheid voor aardbevingen groter werd. De gevolgen hiervan zijn dodelijk voor de bevolking. Nochtans had deze regio al vaker te maken met zware aardbevingen, onder meer in 1960 en 2004. De Afrikaanse en Euraziatische tektonische platen botsen in het Atlasgebergte. Heel wat dorpen in dit gebergte werden zwaar getroffen omdat ze in het epicentrum van de beving lagen. Grote delen waren onbereikbaar voor de hulpverlening door het gebrek aan goede wegen.
Ongelijkheid verergert gevolgen van ramp
De zwaarst getroffen regio’s zijn ook de armste. Het BBP per hoofd van de bevolking bedraagt in de regio Marrakech-Safi slechts de helft van het nationaal gemiddelde. De bevolking bestaat voornamelijk uit arme boeren die zelfvoorzienend zijn. De meesten zijn niet verzekerd. Er is een fonds om de gevolgen van natuurrampen op te vangen, het FLCN (Fonds de Lutte contre les effets des Catastrophes Naturelles). Dat fonds bestaat sinds 2020 en is volgens de Wereldbank niet in staat om meer dan 100 miljoen euro per jaar uit te betalen. Bovendien zijn er voor uitbetalingen administratieve procedures nodig die onmogelijk uit te voeren zijn in afgelegen dorpen waar de staat nauwelijks aanwezig is.
De ramp is van een andere omvang, maar de problemen inzake verzekeringen doen denken aan de schade door de overstromingen in België in de zomer van 2021 en de onwil van de verzekeringsmaatschappijen om de slachtoffers te vergoeden. De aardbeving was niet het gevolg was van klimaatverandering, maar de vreselijke overstromingen in Libië herinneren ons eraan dat het aantal natuurrampen de komende jaren zal toenemen. Dit vergroot de noodzaak om stevige infrastructuur op te bouwen met het oog op de gevaren die zich aankondigen.
De huidige omstandigheden laten dit echter niet toe. Marokko is dan wel de vierde grootste economie van het Afrikaanse continent en de tweede grootste investeerder, het is ook het meest ongelijke land van Noord-Afrika. De drie rijkste miljardairs van het land waren volgens Oxfam in 2018 4,5 miljard dollar waard en de toename van hun rijkdom in één jaar is gelijk aan de consumptie van de 375.000 armste Marokkanen in dezelfde periode.
Dit alles is mee het gevolg van een mondiaal economisch beleid dat overgeleverd is aan de grillen van de markt. Er is in het bijzonder de impact van de structurele aanpassingsplannen uit de jaren 1970 en 1980. In het kader van de schuldencrisis legden de ontwikkelde kapitalistische landen via het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank strenge financiële regels op aan landen met hoge schulden. Zo werd nadruk gelegd op de privatisering van grote delen van de economie, waaronder het transport.
Protest
In 2011 kende Marokko net als vele andere landen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten een krachtige golf van protest tegen het regime. De ’20 februari-beweging’ reageerde in het bijzonder tegen de massale werkloosheid onder jongeren en de situatie van algemene sociaaleconomische wanhoop. De beweging werd neergeslagen, maar wakkerde een sfeer van verzet aan. In 2016 kwam dit opnieuw tot uiting in het protest in de Rif. Deze massabewegingen toonden dat grote delen van de bevolking bereid zijn om te strijden tegen het dictatoriale regime van koning Mohamed VI, die de plundering van het land door de Marokkaanse en de imperialistische elites mee helpt organiseren. De repressieve macht van het regime en het gebrek aan politieke organisatie om de beweging tot een overwinning te brengen, zorgden ervoor dat de beweging stopte. Maar de geest van protest is nog steeds sterk aanwezig in Marokko.
De gevolgen van de aardbeving en het antwoord van het regime hierop versterken de woede. Het is meer dan ooit nodig om de werkenden en hun gezinnen te organiseren rond een programma dat breekt met het huidige systeem en dat opkomt voor massale publieke investeringen in de noden van de bevolking, waaronder bescherming tegen nieuwe rampen zoals aardbevingen.
-
“Vrouw, leven, vrijheid”. Eén jaar na moord op Jina Amini gaat de strijd door!
Een jaar is verstreken sinds de brute moord op Jina Amini door toedoen van de Iraanse ‘zedenpolitie’. Deze moord bracht een van de meest radicale en verstrekkende protestgolven tegen geweld, onderdrukking en dictatuur op gang in de geschiedenis van Iran.
Vrouwen en jongeren stonden vooraan. Dit inspireerde niet alleen een brede groep werkenden in Iran, maar miljoenen mensen in de hele wereld. Vandaag heeft de Iraanse staat de repressie opgevoerd in een wanhopige poging om te voorkomen dat de massa’s opnieuw op straat komen. Ondanks de arrestaties, executies en intimidatie zijn de mensen echter niet gestopt met protesteren.
De moedige feministe, arbeidersjournaliste en activiste Sepideh Qolian schreef in een brief over de verschrikkingen van haar gevangenschap: “De echo’s van ‘Vrouw, Leven, Vrijheid’ kunnen zelfs door de dikke muren van de Evin gevangenis heen gehoord worden.”
Geen weg terug
Er waren aanhoudende en nieuwe uitbarstingen van straatprotest, onder meer in Koerdistan, Khuzestan, Sistan en Beloetsjistan. Daarnaast waren er in het voorjaar stakingen van arbeiders in meer dan honderd werkplaatsen. Ze eisten hogere lonen. Gepensioneerden protesteren tegen de ondraaglijke gevolgen van de economische crisis. Het is slechts een kwestie van tijd tot de revolutionaire beweging weer opstaat en naar het voorbeeld van Rosa Luxemburg uitroept: “Ik was, ik ben, ik zal zijn.” Bij intimidatie door de zedenpolitie reageren vrouwen steeds meer door verbaal en fysiek terug te vechten. Arrestaties en intimidatie door de staatstroepen worden nu regelmatig beantwoord met spontaan terugvechten, waarbij vrouwen en mannen zich in groep verzamelen om de arrestatie te stoppen.
De moedige opstand onder leiding van jonge vrouwen en mannen die Iran op de drempel van een revolutie bracht, zal door de massa’s niet worden vergeten. Integendeel, het dient als basis voor een nieuwe golf van de beweging – die opnieuw in opstand komt om de vrijlating van alle politieke gevangenen te eisen, het einde van het politiegeweld en de onderdrukking en de omverwerping van het hele regime. De moellahs hebben duidelijk gemaakt dat ze geen concessies zullen doen aan de beweging. Alle draden van de Iraanse staat en economie komen in hun handen samen en ze zullen hun macht en rijkdom niet vrijwillig opgeven. Het omverwerpen van het regime van de moellahs zal alleen mogelijk zijn met de pure kracht van de georganiseerde massa’s – alle onderdrukten en vooral de arbeidersklasse, met haar macht om de hele economie tot stilstand te brengen.
Voor onafhankelijke actie door de arbeidersklasse en onderdrukten
We hebben een glimp gezien van de potentiële kracht van de arbeidersklasse, armen en onderdrukten om hun lot in eigen handen te nemen – met de heldhaftige strijd van de arbeiders van Haft Tappeh, met leraren die staken, met oliearbeiders die de strijd aangaan. De massa’s zelf zijn de enige macht die over het land moeten beslissen. Reza Pahlavi en alle krachten die zich achter hem en zijn agenda hebben geschaard, vertegenwoordigen deze massa’s niet. Ze vertegenwoordigen de rijkdom en macht van het imperialisme, ze zetten de eisen van minderheden opzij en vormen een bedreiging voor de beweging. Om de beweging verder te verspreiden en opnieuw op te bouwen, moeten we ervoor zorgen dat zij niet de enige georganiseerde oppositie tegen het islamitische regime zijn. De brede alliantie en het ‘handvest’ dat in februari gevormd werd door enkele onafhankelijke arbeiders- en studentenorganisaties laat zien welke stappen nodig zijn: gecoördineerde en georganiseerde actie van onderaf op basis van een gemeenschappelijk programma en eisen.
De strijd voor ‘Vrouw, Leven, Vrijheid’ internationaal opbouwen
Bouw aan echte internationale solidariteit van onderaf met de bevolking van Iran: protesteer op straat, eis van onze vakbonden dat ze standpunt innemen, bouw aan solidariteitsgroepen in ballingschap en verzet je tegen elke vorm van imperialistische interventie. De heersende klassen en regeringen van de westerse landen hebben de grondstoffen geroofd en de hele regio in oorlog en vernietiging gedreven. De wedloop naar winst is hun enige belang, of het nu in de vorm van sancties is die vooral de armsten treffen of in de vorm van rotte deals met de moellahs. Deze regeringen praten schijnheilig over solidariteit met de vrouwen in Iran, maar controleren tegelijkertijd zelf de lichamen van vrouwen door abortusverboden, aanvallen op vrouwen- en queerrechten en racistisch beleid zoals een verbod op de hijab.
Onze bondgenoten zijn de massa’s die in Syrië tegen het reactionaire regime protesteren, de studenten en vrouwen in Afghanistan die heldhaftig de strijd tegen de Taliban voortzetten. Het zijn de massa’s die in Israël en Palestina protesteren tegen de dreiging van extreemrechts en religieuze fundamentalisten. Het zijn de jongeren en de arbeidersklasse in Frankrijk die protesteren tegen politiegeweld en racisme, maar ook tegen economische tegenspoed en armoede. Het zijn vrouwen, jongeren en mensen uit de arbeidersklasse die overal lijden onder de eindeloze vormen van onderdrukking en uitbuiting – van gendergerelateerd geweld, over racistische moorden door de politie, tot oorlog en klimaatrampen. Het kapitalisme is een internationaal systeem dat de hele wereld naar destructie en horror drijft – inclusief het in stand houden van reactionaire regimes zoals in Iran.
Daarom betekent internationale solidariteit dat we overal waar we zijn de strijd aangaan, om ervoor te zorgen dat de roep om ‘Vrouw, Leven en Vrijheid’ werkelijkheid wordt. Om een einde te maken aan seksisme, racisme, queerfobie en het systeem erachter. Om volledige gelijkheid te eisen op elk niveau van de samenleving, inclusief de strijd tegen de superrijken die de werkende massa’s beroven en uitbuiten, gedreven door het systeem van winst en onmenselijkheid.
De voorbije maanden was er een opmerkelijk verhaal over een jong meisje. In haar schoolklas deed ze haar verplichte hijab af en de leraar dreigde haar daarvoor van school te trappen. Toen hij haar naam vroeg, antwoordde ze: ‘Ik ben Jina Amini’. Alle andere leerlingen stonden op en zeiden: ‘Wij zijn ook Jina Amini’. Dit is geen uitzonderlijke situatie, het is een dagelijkse strijd tegen een van de meest repressieve dictaturen ter wereld. Deze moed en solidariteit geeft ons een immense inspiratie om te strijden voor onze rechten, om ons nu te organiseren en een internationale, socialistisch-feministische kracht op te bouwen.
Bouw de strijd voor:
- Een onmiddellijk einde aan de bloedige onderdrukking: Laat alle politieke gevangenen, vakbondsleden en studenten vrij, geef alle anti-regime arbeiders die ontslagen zijn hun job terug en vecht terug tegen de politie, het leger, de Revolutionaire Garde en alle staatstroepen;
- Breid de strijd voor volledige gelijkheid en vrijheid voor vrouwen en LGBTQIA+ personen op elk niveau uit. Schaf alle discriminerende wetten af en vecht tegen elke vorm van gendergerelateerd geweld en onderdrukking;
- Strijdbare en democratisch georganiseerde structuren opbouwen op het werk, in scholen en buurten om weerstand te bieden aan de onderdrukking en om het noodzakelijke programma voor de beweging te bespreken;
- Verzet je tegen elke vorm van imperialisme, zowel van de VS, China als Rusland. Bouw aan onafhankelijke arbeidersorganisaties om te strijden voor een alternatief voor het regime;
- Strijd voor echte democratie. Bouw aan een revolutionaire grondwetgevende vergadering door arbeidersraden, met uitsluiting van alle krachten die betrokken waren bij onderdrukking en uitbuiting om het regime te vervangen door een democratische socialistische arbeidersrepubliek met volledige rechten, inclusief het recht op zelfbeschikking, voor alle nationale en etnische groepen.
- Bouw internationale solidariteit op met de arbeidersklasse en socialistische feministen: Organiseer je samen met ROSA en ISA om deze strijd te helpen opbouwen! Voor een internationale strijd die het rotte kapitalistische systeem dat racisme, seksisme, imperialisme en oorlog aanstuurt, vervangt door een gelijkwaardige, welvarende en vreedzame socialistische samenleving!