Category: Sociaal

  • Dossier. Transfobie: waar komt het vandaan en hoe ertegen vechten?

    In 2023 werkten enkele leden van Campagne ROSA en LSP aan een brochure over transfobie. We publiceren de tekst ervan in twee delen.

    Inleiding

    Jaren van strijd door LGBTQI+ personen hebben geleid tot een aanzienlijke toename van de zichtbaarheid en representatie van holebi’s en trans personen. Documentaires zoals “M/V/X” en “Bo van Spilbeeck”, evenals films zoals “Girl” van Lukas Dhont, doorbreken het taboe rond trans* onderwerpen. Bekende rolmodellen zoals Sam Bettens en Petra de Sutter hebben vele mensen geholpen bij hun transitie. De toenemende aandacht voor trans personen is op zich een positieve ontwikkelingen vertaalt zich ook in een groeiend aantal mensen dat hulp zoekt. Tegelijkertijd wordt het doorbreken van het taboe in het huidige systeem – dat gebaseerd is op ongelijkheid en vooroordelen – , ook aangegrepen door conservatieve en rechtse groepen om transfobe ideeën te promoten. Denk maar aan het idee dat transgender zijn een “hype” is, alsof het slechts een modetrend betreft.

    Dankzij de inzet van LGBTQI+ personen, hebben we in België een progressieve wetgeving. Toch lijkt geweld tegen LGBTQI+ personen in de samenleving niet af te nemen. Een recente studie toonde aan dat één op drie LGBTI-personen in de voorbije twee jaar slachtoffer is geworden van fysiek geweld. In deze brochure willen we nadenken over de oorsprong van dit geweld en welke strijd nodig is om effectieve verandering teweeg te brengen.

    De wereld wordt vandaag de dag geconfronteerd met een opeenstapeling van crises: de klimaatcrisis, de energiecrisis, inflatie, oorlog, enzovoort. In deze context zien we een reactionaire tendens opkomen die verworven rechten, zoals vrouwenrechten, ter discussie stelt. De Verenigde Staten zijn een voorbeeld waar onze rechten onder druk komen te staan. Er is een specifieke aanval op transgender atleten en op transzorg bij minderjarigen. In 2023 zijn er een recordaantal wetten aangenomen die het aanbieden van transgenderzorg aan minderjarigen verbieden, waarbij in twee staten zelfs de leeftijd van meerderjarigheid op 26 jaar is gesteld. Ook in Vlaanderen proberen een aantal mensen het debat rond transgenderzorg op gang te brengen, waarbij ze transzorg voor minderjarigen als onverantwoord proberen voor te stellen. Men probeert “genderideologie” als het grote probleem te framen en zo de aandacht af te leiden van de werkelijke problemen in de samenleving.

    Conservatieven stellen zich op als de verdedigers van het traditionele gezin en genderrollen, en het bestaan van trans personen op zich wordt al als een aanval gezien op die (binaire) rigide genderrollen (die verondersteld worden biologisch bepaald te zijn). In werkelijkheid verdedigen die partijen een kapitalistische maatschappij gebaseerd op ongelijkheid en waarvan het nucleaire gezin een intrinsiek deel uitmaakt. Deze traditionele genderrollen dragen ook bij aan het feit dat voornamelijk vrouwen onbetaald zorgwerk doen. In een maatschappij vol crisis en onzekerheid, kan transfobe retoriek bij sommigen op bijval rekenen. Vandaar het belang om met de PRIDE tegen deze verdeeldheid in te gaan en de ware problemen bloot te leggen.

    Door te begrijpen waar transfobie vandaan komt en hoe dit door de geschiedenis heen is geëvolueerd, kunnen we beter begrijpen waarom transfobie vandaag de dag nog steeds aanwezig is en waarom de strijd tegen transfobie ook een strijd tegen het kapitalistisch systeem moet zijn. LGBTQI+ fobie, racisme en seksisme zijn allemaal manieren om ons te verdelen en houden een ongelijke samenleving in stand. Met Campagne ROSA komen we op voor een samenleving zonder discriminatie en haat, daarom strijden we voor een socialistische samenleving.

    Enkele basisbegrippen

    In dit hoofdstuk spreken we over transgender personen. Hieronder verstaan we alle personen die het gevoel hebben dat hun genderidentiteit (“Wie ben ik?”) niet of onvoldoende overeenkomt met hun geslacht toegekend bij de geboorte. Onder de transgenderparaplu vallen ook mensen die zich als non-binair, agender, bigender of genderfluïde identificeren. In deze tekst refereren we naar deze brede groep door de term trans* te gebruiken.

    De term ‘genderidentiteit’ verwijst naar het innerlijke gevoel zich man, vrouw, (afwisselend) beiden, of geen van beiden te voelen. Het is iemands innerlijke en individuele ervaring van gender, wat wel of niet kan overeenstemmen met het toegewezen geslacht bij de geboorte (transgenderinfo.be).

    Sommige transgender personen ervaren genderdysforie: een negatief gevoel of onbehagen veroorzaakt door de incongruentie tussen genderidentiteit en geslacht.

    Niet alle trans* personen ondergaan een sociale en/of medische transitie. Bij een medische transitie worden stappen gezet om het lichaam meer conform de genderidentiteit te maken (bv. via hormoonbehandeling en/of operaties). Bij een sociale transitie worden stappen gezet om door de sociale omgeving erkend te worden in de ervaren genderidentiteit (bv. Coming-out, naamswijziging, andere kledij).

    Wat is gender?

    Filosoof en Youtubester Contrapoints over Gender en taal[1]: “De natuur is op het vlak van geslacht, gender en geaardheid veel minder binair dan mensen denken, maar net een spectrum. Hoewel het biologisch geslacht volgens veel mensen duidelijk “binair” is (man versus vrouw), is dit niet in realiteit. Zo’n 1,7% tot 3% van de mensen wordt naar schatting geboren met een intersekse variatie. Deze personen zijn geboren met fysieke geslachtskenmerken die niet volledig passen binnen de normen gesteld door de medische wereld en/of de gangbare socioculturele opvatting van de omgeving waarbinnen het kind wordt geboren.

    Maar onze taal is niet aangepast om op een spectrummanier te denken. Een voorbeeld: iemand van 10 jaar noemen we een jongen, een 30-jarige een man. Ergens daartussen wordt de jongen een man, maar er is geen duidelijke dag waarop deze verandering plaatsvindt. Net zoals in de evolutie als je miljoenen jaren terugkeert een konijn van een ander dier zal afstammen, is dit exacte moment niet vast te pinnen.

    Zelfstandige naamwoorden hebben vaak een binaire functie in onze grammatica. We hebben geen woorden om iemand te beschrijven die slechts een klein beetje man, redelijk man, of bijna-maar-nog-niet-helemaal een man is. Dit zijn regels van de taal, maar die corresponderen niet met natuurlijke wetten. Zo zijn er in onze Nederlandse taal slechts twee termen algemeen bekend om onze genderidentiteit te beschrijven: man of vrouw.”

    Essentialistische visie: “Ik ben een man in een vrouwenlichaam.”

    Volgens een essentialistische visie is gender iets natuurlijk en gegeven, bepaald door je biologie en los van de context of omstandigheden. Bijvoorbeeld het idee dat gender zich ergens diep in jou bevindt, bv. in je hersenen, een “mannenbrein” en “vrouwenbrein”.

    Toegepast op trans* zijn wordt deze visie vaak verwoord als het idee dat er ergens vroeg in het leven iets fout is gegaan waardoor er een mismatch is tussen iemands gender (‘brein’) en biologisch geslacht (‘lichaam’). Hieruit volgt dan dat aangezien het géén keuze is, de behandeling ook een recht zou moeten zijn en terugbetaald worden.

    Problemen met essentialistische visie

    Er zijn echter een aantal problemen met deze essentialistische visie. Voor iedereen, trans* of niet, is onze genderidentiteit en -expressie sociaal geconstrueerd in relatie tot onze materiële omstandigheden en daarom ook enigszins fluïde. Er is een zekere mate van fluïditeit omdat onze identiteit gevormd wordt binnen een bepaalde materiële en historische context, waarin de kapitalistische productiewijze en de bijhorende klassenverhoudingen een rol spelen.

    De kapitalistische productiewijze steunt op een binaire genderindeling en het kerngezin, en beperkt daarmee de mogelijkheden van genderrollen en –identiteiten die we kunnen ervaren. Hierdoor is iedereen op zekere wijze vervreemd van zichzelf.

    Het probleem met essentialistische visies is dat ze dominante ideeën in een bepaalde periode zien als “altijd zo geweest” en negeren dat dit beïnvloed wordt door de materiële condities (door de manier van produceren en de manier waarop arbeid zélf gereproduceerd wordt). Als dit verandert, dan zullen ideeën in de samenleving over gender ook veranderen. Dit illustreert Feinberg in zijn historisch materialistische studie van gender doorheen de geschiedenis en in verschillende culturen. Zie het volgende stuk in deze brochure.

    Zoals Contrapoints schrijft: de concepten mannelijkheid en vrouwelijkheid zijn sociaal geconstrueerd en de invulling hangt af van de historische en culturele context. Antropologen, sociologen en geschiedkundigen zullen beamen dat er net zoveel mannelijkheden en vrouwelijkheden zijn als dat er verschillende culturen bestaan. Maar wat betekent het dan écht om man of vrouw te zijn? En wat is gender dan écht? Dat zijn vragen waarop geen finaal antwoord mogelijk is. Elke definitie van gender moet afhankelijk zijn van de context.

    Zo kun je in de strijd voor abortusrechten vertrekken van een eerder biologische kijk: iedereen met een baarmoeder zou het recht op abortus moeten hebben (vrouwen, non-binaire personen, sommige trans mannen, …. Maar als je spreekt over hoe vrouwen behandeld worden in de publieke ruimte (bv. openbare wc’s), dan gaat het net over hoe mensen zichzelf uiten in deze publieke ruimte (e.g. een transgender vrouw valt hier onder de groep “vrouwen”).

    Rechten op papier vertalen zich niet automatisch in vrijheid op straat

    Vandaag heeft België een zeer progressieve wetgeving omtrent trans* personen vergeleken met veel andere landen, maar toch is het leven voor heel wat trans* personen ook hier verre van rooskleurig. Ongeveer 16% van de transgender personen ziet zich genoodzaakt te verhuizen omwille van negatieve reacties in hun omgeving. Ongeveer 40% van de trans* personen in Vlaanderen heeft ooit een zelfdodingspoging ondernomen. Factoren die hier een grote rol in spelen zijn het ervaren van transfoob geweld, de reactie van de omgeving na de coming-out en het al dan niet zoeken van psychische hulp (Van Damme, 2016).

    Transfoob geweld kan veel verschillende vormen aannemen: verbaal en psychisch geweld, materieel geweld (bv. in een auto kerven), fysiek geweld en seksueel geweld. Een bevraging bij Belgische transgender personen vond dat 80% van de participanten geweld omwille van hun transgender status had meegemaakt.

    Negatieve commentaren (44%) en verbaal geweld (27%) komen het vaakst voor, 7% had ook fysiek geweld meegemaakt. De trigger voor het geweld was vaak het ontdekken van de transgender achtergrond of identiteit, en/of het uiterlijk. Uit onderzoek blijkt dat geweld vooral gericht is op personen bij wie de genderexpressie niet in lijn ligt met de maatschappelijke verwachtingen. Daarnaast blijft het voor een grote groep transgender personen niet bij eenmalige feiten.[2]

    Dit geweld heeft een enorme impact op het welzijn van trans* personen. Extern geweld hangt direct samen met een verhoogde kans op een zelfdodingspoging na het incident. Geweld dat samenhangt met iemands identiteit heeft een grotere impact dan geweld dat daar niet aan gerelateerd is. Geweld leidt ook tot gevoelens van onveiligheid en het vermijden van bepaalde plaatsen, wat sociale isolatie en depressieve gevoelens kan versterken. Geweld, en andere vormen van minderheidsstress zoals discriminatie en uitsluiting, kunnen ook geïnternaliseerd worden. Hierdoor nemen mensen transfobe ideeën als waar aan en zien ze zichzelf bijvoorbeeld als minderwaardig.

    Volgens het minderheidsstressmodel kunnen externe factoren in de samenleving, zoals discriminatie en uitsluiting, leiden tot interne stressfactoren, zoals geïnternaliseerde transfobie, het verbergen van je identiteit/expressie en negatieve verwachtingen. Onderzoek toont aan dat deze factoren het mentale welzijn verder ondermijnen. Wanneer het mentale welzijn onder druk staat, missen transgender personen kansen op zelfontplooiing en ontwikkeling, bijvoorbeeld door schooluitval en problemen op het werk. Het is cruciaal om deze negatieve spiraal te doorbreken en te streven naar een samenleving waarin transgender personen zich veilig, geaccepteerd en gewaardeerd voelen, zonder angst voor geweld en discriminatie

    ledere volwassene die dat wil in België sinds 2018 naar de gemeente kan stappen om gratis de eigen naam en geslacht op de identiteitskaart te laten wijzigen, zonder dat er hier voorwaarden aan gekoppeld zijn? Voor deze wetswijziging was men in België nog verplicht om sterilisatie te ondergaan. Dit is exact 100 jaar nadat dezelfde progressieve wetgeving goedgekeurd werd in Sovjet Rusland na de Russische Revolutie in 1917. Spijtig genoeg zijn de meeste verworvenheden voor LGBTQI+ personen later terug afgeschaft onder het stalinisme.

    Transgender op de werkvloer

    De keuze om zichzelf te zijn, impliceert vandaag voor veel trans* personen een ‘keuze’ om in armoede te belanden of meer risico daarop te lopen. Zo blijkt uit een recente studie van Stepstone dat 4 op de 10 Belgische trans* werknemers hun job hebben (moeten) verlaten doordat de omgeving onvriendelijk of zelfs vijandig was. Een stijgend aantal trans* personen (65%) rapporteert ook discriminatie omwille van het trans” zijn. De belangrijkste gebieden waarop men gediscrimineerd wordt, zijn tijdens de rekrutering en het sollicitatiegesprek en bij ontslag of opzeg. Deze trans* onvriendelijke realiteit op de Belgisch arbeidsmarkt maakt het moeilijker voor trans* personen om een job te vinden en te behouden. Discriminatie kan onder andere gelinkt zijn met rigide ideeën over hoe mannen of vrouwen er zouden moeten uitzien en vooroordelen over trans* personen en het transitieproces (bv. dat men door operaties jaren uit zal zijn).

    Zo zijn er werkgevers die vragen stellen over wanneer de transitie “afgerond” zal zijn of bewust interimcontracten aanbieden als ze weten dat men in de toekomst nog operaties wenst. Dezelfde mechanismen zorgen er ook voor dat trans* personen vaak moeilijker een woning kunnen huren of kopen op de krappe woningmarkt. Hoe minder woningen er beschikbaar zijn, hoe meer ruimte aan de verhuurder of verkoper om een selectie te maken en zich te laten leiden door vooroordelen. Zo is het vaak gemakkelijker voor een heterokoppel waarvan beiden een vast arbeidscontract kunnen voorleggen om een woning te vinden, dan voor een alleenstaande ouder of iemand die van een uitkering leeft.

    Naast discriminatie op de huurdersmarkt en arbeidsmarkt, treffen de besparingen op publieke diensten trans* personen extra hard. Voorbeelden hiervan zijn besparingen op uitkeringen, besparingen in de gezondheidszorg en het tekort aan sociale woningen.

    De tekorten in de gezondheidszorg en socio-culturele sector staan haaks op de noden. Steeds meer mensen vinden de weg naar de (gespecialiseerde) hulpverlening. In de jaren negentig waren er ‘amper’ 17 meldingen per jaar in het genderteam van het UZ Gent[3]. In 2010, 2011 en 2012 waren er gemiddeld 77 nieuwe aanmeldingen. Intussen staan er meer dan 1500 mensen op de wachtlijst van het genderteam van het UZ Gent. Het aantal middelen voor transgenderzorg en opleiding van zorgverleners is niet even sterk gestegen als het aantal nieuwe aanmeldingen. Dit leidt tot enorm lange wachttijden, momenteel anderhalf tot twee jaar voor een eerste afspraak, voor kinderen, jongeren en volwassenen.[4]

    Voor wie, vaak na een lang individueel proces, eindelijk de stap zet naar hulpverlening, is deze wachttijd een onnodige extra psychologische beproeving. Kinderen en jongeren kunnen niet starten met medische stappen zonder voorafgaand traject in een genderteam. Het lange wachten zet bij jongeren, maar ook bij volwassen, een “on hold” op hun ontwikkeling als mens, zowel op sociaal, relationeel, emotioneel als seksueel vlak. Veel trans* personen bloeien (verder) open nadat ze een aantal stappen in hun sociale en/of medische transitie gezet hebben.

  • Een marxistische analyse van degrowth. System change! Welk ander systeem als antwoord op de klimaaturgentie?

    Op 3 december is er een nieuwe klimaatbetoging naar aanleiding van de klimaattop COP28 in Dubai. Een goed moment om naar de eisen van de beweging voor klimaatrechtvaardigheid te kijken. Eén van de voorstellen die naar voren komt, is die van degrowth. Ontgroeien en minder consumeren, is dat. We spraken hierover met Alain Mandiki, LSP-activist en syndicalist.

    Interview door Constantin (Luik) uit maandblad De Linkse Socialist

    We zijn ondertussen toe aan de 28ste klimaattop van de VN, maar er lijkt niets te veranderen. Hoe komt dit?

    “Het nieuwste rapport van UNEP (United Nations Environment Programme) laat zien dat we afstevenen op een opwarming van de aarde tot 3°C, terwijl de afspraken van Parijs als doel hadden om de opwarming te beperken tot bij voorkeur 1,5°C en maximaal 2°C boven het pre-industriële niveau. Bovendien is er, ondanks alle beloften van de industrie om koolstofneutraliteit te bereiken tegen 2050, een toename van investeringen in de fossiele brandstoffensector.” 

    “Dit alles illustreert het falen van de heersende klasse om het klimaatprobleem via de opeenvolgende COP’s te beheersen. Ondertussen wordt de koude oorlog tussen de VS en China intensiever. Dat leidt tot een proces van deglobalisering en het dwingt elke nationale burgerij om haar eigen belangen voorop te stellen en zich aan te sluiten bij het imperialistisch blok dat de bescherming van die belangen het best garandeert. Deze nieuwe situatie heeft de neiging om de ruimte voor nieuwe multilaterale overeenkomsten sterk te beperken, terwijl de reeds bestaande overeenkomsten hun volledige ontoereikendheid hebben bewezen.” 

    En hoe staat het met de klimaatbeweging? 

    “De beweging van 2019 bracht enkele indrukwekkende mobilisaties die het klimaat zeker en vast op de agenda zetten. Niemand kan er nog omheen. Grote oliebedrijven als Total proberen zichzelf een ‘groener’ imago aan te meten, onder meer door mechanismen van koolstofcompensatie – die in zekere zin een vorm van koloniale verhoudingen bevatten – en door campagnes van greenwashing.”

    “Als we echter kijken naar het traject van de opwarming van de aarde en de gegevens hierover analyseren, moeten we erkennen dat de mobilisaties er niet fundamenteel in geslaagd zijn om de lijnen te verleggen. Dit is een van de lessen van de beweging: massamobilisatie op zich is niet genoeg om de situatie te veranderen in de mate die nodig is.”  

    “De beweging is nu haar draai aan het zoeken. Er is een zekere radicalisering rond meer activistische groepen, zoals Code Rouge of Extinction Rebellion. Aan de andere kant probeert de beweging uitwegen te vinden via meer institutionele inspanningen, zoals de rechtszaken tegen regeringen die soms leiden tot veroordelingen wegens klimaatinactiviteit. Verenigingen laten zich kritisch uit over wetgevende initiatieven zoals de ‘natuurherstelwet’. De institutionele oplossingen blijven vrij beperkt en bieden geen oplossing voor de urgentie van de situatie. De radicalisering van een deel van de beweging en de zoektocht naar institutionele oplossingen illustreren dat de beweging oplossingen in alle richtingen zoekt.” 

    “De beweging is niet meer dezelfde als tien jaar geleden. Er wordt gezocht naar verbinding. Termen als ‘ecofeminisme’ of ‘dekoloniale ecologie’ en slogans als ‘einde van de maand, einde van de wereld: zelfde strijd’ illustreren dit. Er is een groeiend begrip dat het volledige systeem verantwoordelijk is voor de klimaatsituatie. Er is tegelijk echter geen duidelijk begrip van hoe dit systeem werkt. Wij willen de discussie over het karakter van het kapitalistisch systeem helpen verdiepen.”

    Het concept ‘degrowth’ ontstond in de jaren 1970. Het kwam voort uit een deel van de ecologiebeweging en komt op voor minder productie van materiële goederen en voor minder consumptie. De afgelopen jaren werd het begrip overgenomen door een deel van de klimaatbeweging. Hoe zie jij dat?

    “Het is een illustratie naar de zoektocht naar antwoorden. Ook hier evolueert de beweging. Tien jaar geleden was een van de slogans ‘meer banden, minder goederen’ (‘Plus de liens, moins de biens’). Dat drukte een idealistische kritiek uit op de consumptiemaatschappij en de impact van productie op de natuur. Vandaag is de kritiek van degrowth radicaler. Het is niet alleen een kritiek op consumentisme en productivisme, maar op het volledige systeem. Dat is een positieve ontwikkeling.”

    “We moeten echter voorzichtig zijn aangezien degrowth als concept een theoretisch containerbegrip is. Het wordt gebruikt door het hele politieke spectrum, van extreemrechts over spiritualistische groepen en de ‘deep ecology’ trend tot linkse antikapitalisten als Kohei Saito en Jason Hickel. Die laatsten hebben een algemene kritiek op het kapitalisme.”

    “Degrowth brengt een kritiek op het volledige systeem, maar de vaagheid van het concept verhindert ons om de mechanismen van het systeem volledig te begrijpen en daarom ook om er effectief tegen in te gaan. Marxisten bekritiseren de productiewijze op basis van een begrip van het functioneren ervan.” 

    “Het kapitalisme is volgens ons een systeem dat fundamenteel schadelijk is voor de mensheid, de natuur en de relatie tussen beiden. In dit systeem is de productie niet gericht op sociale behoeften, maar op de accumulatie van kapitaal in handen van een kleine minderheid. Dat is waarom het kapitalisme een grote accumulatie van goederen voortbrengt. Het systeem verandert alles in waren. Handelswaar is vooral een kristallisatie van een sociale relatie van uitbuiting. Vanaf zijn ontstaan heeft het kapitalisme er alles aan gedaan om de mens en de natuur te onderwerpen. Het afbakenen en toe-eigenen van grond door grootgrondbezitters leidde tot de tegenstelling tussen stad en platteland, maar ook tot destructieve handelsrelaties voor de volkeren van landen die onderworpen waren aan het juk van slavernij en koloniale overheersing, waar de monocultuur voor de export het model was. Het is dit wetenschappelijke begrip van het kapitalisme dat we in de beweging willen brengen.”

    Het marxisme legt veel nadruk op de noodzaak om de productiekrachten te ontwikkelen. Als we kijken naar de ecologische balans van ‘socialistische’ landen in het verleden, is het begrijpelijk dat sommigen zich vragen wat de relevantie van een marxistische analyse rond klimaat is. Is degrowth ook niet een kritiek op het marxisme?

    “De ervaring van het Oostblok, eigenlijk van de stalinistische karikatuur van socialisme, heeft een hele generatie weggeleid van het marxisme. Ze zagen immers enkel de dogmatische en verwrongen karikatuur. In de Sovjet-Unie waren er heel wat ecologische rampen. De kernramp in Tsjernobyl is er maar één voorbeeld van. Veel rivieren en meren werden vervuild. Bureaucratische planning hield geen rekening met de band tussen mens en natuur. In de Chinese Volksrepubliek zorgde de ‘campagne van de vier plagen’ ook voor een grote verstoring van het ecologische evenwicht.”

    “Dit illustreert dat het stalinisme niet in staat is om ecologische problemen aan te pakken. Nu het ideologische gewicht van het stalinisme weg is, geeft dit ons de gelegenheid om opnieuw te kijken naar de werkelijke bijdragen van het marxisme aan de politieke ecologie.” 

    “Het concept van de metabole breuk speelt bijvoorbeeld een fundamentele rol in het denken van Marx. Vanaf het begin van zijn werk zien we dat de band tussen mens en natuur absoluut fundamenteel is.”

    “Toen Marx de overgang van de feodale naar de kapitalistische productiewijze analyseerde, merkte hij op dat producenten voor het eerst in de menselijke geschiedenis fysiek werden losgekoppeld van de productiemiddelen. Het doel van het afbakenen van grond was om boeren van hun land te beroven. Het resultaat was de eerste vervreemding van de arbeider van zijn gereedschap. Als gevolg daarvan werden mensen gedwongen om hun arbeidskracht te verkopen om te overleven. Dit leidde onder meer tot de scheiding tussen stad en platteland.” 

    “Voorheen was er een zekere harmonie tussen mens en natuur, mogelijk gemaakt door de heropname van afval dat voortkwam uit het productieproces door de bodem, waardoor er een soort natuurlijke cyclus was. De plattelandsvlucht en de massale industrialisering hebben echter een hele reeks natuurlijke cycli doorbroken. De vernietiging van de stikstofcyclus veroorzaakt bijvoorbeeld een hele reeks ecologische problemen. De vruchtbaarheid van het land vermindert. Bovendien heeft de kloof tussen stad en platteland geleid tot een opeenhoping van vervuiling en afval in stedelijke centra.” 

    “De discussie over de ontwikkeling van de productiekrachten is een van de meest besproken en interessante discussies. De stalinisten hebben er een karikatuur van gemaakt, maar wat Marx hiermee bedoelde en wat in het Communistisch Manifest tot uitdrukking komt, is dat we voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid een stadium hebben bereikt waarin sociale, economische en ecologische crises niet worden veroorzaakt door onderproductie maar door overproductie. Dit is te wijten aan het kapitalisme, dat, om al zijn interne tegenstrijdigheden op te lossen, de sociale en natuurlijke obstakels die in zijn weg staan overwint. Vandaag komt het er niet zozeer op aan om het aantal op de markt gebrachte goederen te vergroten, maar om op een rationele manier en in overeenstemming met de behoeften te produceren. We willen ook dat het leven van mensen niet langer vervreemd is. Daarom willen we af van de loonverhouding. We willen dat de tijd die besteed wordt aan het produceren van wat nodig is, beperkt wordt tot het strikte minimum, zodat we kunnen genieten van wat ieder van ons aangenaam vindt en we een gelukkig leven kunnen leiden. Dit is wat Marx de overgang van het rijk van de noodzaak naar het rijk van de vrijheid noemde.”    

    Je gaat er dus vanuit dat er geen fundamentele oplossing is binnen het kapitalisme. Er rest ons echter weinig tijd. We kunnen toch niet wachten op een ander productiesysteem om de klimaaturgentie aan te pakken? Zou degrowth een goed vertrekpunt zijn om er direct aan te beginnen?

    “Het argument van de tijd moet niet lichtvaardig worden opgevat. Er is een urgentie. Er is het probleem van de CO2. Van de negen planetaire grenzen die niet overschreden mogen worden om de voorwaarden voor menselijke ontwikkeling in stand te houden, zijn er al zes overschreden en de drie andere gaan ook die weg op.”

    “Tegelijk wordt het argument van de urgentie al te vaak misbruikt om ons de ontoereikende maatregelen te laten aanvaarden die de heersende klasse bereid is om te geven. Het argument is dan dat elke kleine maatregel beter is dan helemaal niets. Het zijn dit soort redeneringen die ons naar de afgrond brengen waar we ons nu bevinden.”

    “Naast het probleem van de opwarming van de aarde, is de volledige relatie tussen mens en natuur problematisch onder het kapitalisme. Dit systeem is niet in staat om te reageren op alle tegenstrijdigheden op verschillende fronten.” 

    “We zien dit in België met de PFAS-crisis. Fabrikanten wisten al jaren dat een te hoge concentratie van dit product gevaarlijk was. Om de winststroom niet af te remmen, deden ze niets en brachten zo de lokale bevolking in gevaar. Toen het schandaal van de 3M-fabriek in de Antwerpse regio bekend raakte, kwamen de gevolgen niet zozeer bij de eigenaars terecht, maar bij het personeel dat jobs verloren zag gaan.”

    “Het toont een van de belangrijkste zwaktes in de benadering van degrowth. Die benadering benadrukt de noodzaak om consumptie en productie te verminderen, maar analyseert niet de tegenstellingen in de samenleving. Een recent Oxfam-rapport toont aan dat de 1% rijksten op de planeet evenveel CO2 uitstoten als de 66% armsten. Dit is een uitdrukking van het feit dat de samenleving in klassen is opgedeeld. We moeten de vraag stellen welke klasse de confrontatie met de tegenstrijdigheden van het kapitalisme kan aangaan om de economische, sociale en ecologische problemen aan te pakken. De kapitalisten zijn niet te vertrouwen. De vele schandalen inzake volksgezondheid en milieu veroorzaakt door hun winstzucht maken duidelijk dat ze totaal niet in staat zijn om iets in het algemeen belang te doen.”

    “Er zullen radicale maatregelen moeten worden genomen om de concentratie CO2 in de atmosfeer te verminderen en zo te voorkomen dat de gemiddelde temperatuur met meer dan 1,5° Celsius stijgt.”

    “We weten dat er nood is aan grootschalige herbebossing in aaneengesloten gebieden en we weten dat ecosystemen die door de kapitalistische productiemethoden zijn vernietigd terug moeten worden opgebouwd. Er moeten dus een hele reeks beperkingen aan de productie opgelegd worden. Dan zijn er nog de sociale noden. De afgelopen veertig jaar werden gekenmerkt door een explosie van ongelijkheid en tekorten. Die zijn er ook in de zogenaamd ‘rijke landen’, maar zeker in de neokoloniale landen, waar de ontwikkeling van het kapitalisme achterloopt en de sociale noden enorm zijn. Dit betekent dat we niet alleen moeten werken aan het verenigbaar houden van het leven in de maatschappij met de natuur, maar dat er zich ook een hele reeks sociale verplichtingen opdringen.” 

    “Om dit te doen, hebben we geen andere keuze dan de economie op een rationele manier te plannen, zodat we democratisch kunnen beslissen hoe we de noodzakelijke ecologische transitie kunnen maken. Dit is onmogelijk zonder de belangrijkste sectoren van de economie te nationaliseren. We moeten over de middelen en instrumenten beschikken om onze economie koolstofvrij te maken.”

    Om deze ecologische transitie te bereiken, is het zeker dat bepaalde sectoren hun activiteiten sterk zullen moeten beperken, zoals bijvoorbeeld de olie-industrie. Maar is het niet redelijk om tegelijk ook de activiteit van sectoren zoals het openbaar vervoer net drastisch uit te breiden? 

    “Absoluut. In feite erkennen de meeste linkse voorstanders van degrowth dit. Het zou oneerlijk zijn om het politieke project van de linkse degrowth beweging gelijk te stellen aan een recessie die nadelig is voor de sociale meerderheid als geheel. Het dwingt ons echter wel om de vraag te stellen wat er fundamenteel mis is met het kapitalisme. Het probleem beperkt zich niet tot de groei van het BBP. Het gaat om het fundamentele doel van het kapitalisme, namelijk de accumulatie van goederen om ze te verkopen en winst te maken. Grondstoffen zijn bovenal een sociale relatie van productie en uitbuiting. En dit is het probleem. In een socialistische samenleving zou de discussie over groei op een heel andere basis plaatsvinden, omdat het doel in de eerste plaats zou zijn om aan sociale behoeften te voldoen. Sociale behoeften zijn ook milieubehoeften, want het is de sociale meerderheid die lijdt onder de gevolgen van klimaatverandering.”

    Het opbouwen van een maatschappij waar sociale behoeften voorrang krijgen op winst, zal een enorme strijd vergen. Hoe kunnen we de krachtsverhouding opbouwen die ons daartoe in staat stelt?

    “We moeten putten uit recente ervaringen. De mobilisaties van 2019 waren historisch. Ze hebben niet gewerkt. Niet omdat de mobilisatie zinloos was, maar omdat de vraag van de macht niet goed werd gesteld. Waar ligt de macht? In de sociale productieverhoudingen. Daarom vertrekt onze strategie van de klassentegenstellingen. We moeten inspelen op deze fundamentele tegenstelling van het kapitalisme. Feit is dat als arbeiders stoppen met werken, de kapitalist het proces van kapitaalaccumulatie niet kan voortzetten. Daarom is de staking nog steeds het beste wapen dat we hebben. Staken alleen is niet voldoende. We moeten de kwestie van het opnieuw toe-eigenen van de productiemiddelen voor de behoeften van de maatschappij op de agenda zetten. Het is duidelijk dat zo’n beweging niet in één dag opgebouwd kan worden. Elke keer dat we mobiliseren, is dat een kans om de mensen om ons heen ervan te overtuigen dat een ander systeem nodig is en dat er een alternatief bestaat in de vorm van democratische socialistische planning.”

  • Code Rood versus de luchtvaartsector

    Aantal privévluchten is verdubbeld op een jaar tijd!

    Alles wijst op een catastrofale klimaatcrisis als er niet snel ingegrepen wordt. Ondertussen verdubbelt het aantal privévluchten op een jaar tijd! De CO2-uitstoot van privévluchten in België bedroeg in 2021 41.000 ton. Dat is evenveel als de jaarlijkse uitstoot van 27.310 auto’s. De klimaatactivisten van Code Rood richten daarom hun vizier op de luchtvaartsector. Een sector die ons klimaat verziekt en inherent de ongelijkheid in het systeem duidelijk maakt. Er wordt actie gevoerd in het weekend van 15 tot 17 december. 

    door Rebekka

    Eerdere acties van Code Rood 

    Code Rood is een burgerinitiatief dat door middel van burgerlijke ongehoorzaamheid al twee maal directe actie voerde. In oktober 2022 tegen Total Energies en in juni 2023 tegen Engie. De eerste twee edities van Code Rood richtten zich tegen grote energiebedrijven, met als centrale eis een stop van fossiele energie. Naast de eis om niet verder te investeren in fossiele energie schuiven de activisten ook sociale eisen naar voren zoals betaalbare energie voor iedereen en een jobtransitie naar duurzame sectoren. De klimaatactivisten zijn bereid de wet te overtreden om het punt te maken dat de manier waarop de maatschappij vandaag georganiseerd is niet houdbaar is. 

    Terwijl de luchtvaart ‘skyrocket’, kreunt het openbaar vervoer

    Vliegen wordt steeds populairder, dat is ook niet verwonderlijk aangezien het vliegtuig zo’n 2,5 keer goedkoper is dan dezelfde reis met de trein. Desondanks stoot een vliegreis zo’n 80 keer meer uit. Ondanks de bewezen impact op het klimaat blijft de Belgische overheid geld pompen in de luchtvaartsector. De luchthavens van Oostende en Antwerpen ontvingen in 2021 zo’n 9 miljoen euro aan subsidies. Daar bovenop loopt de overheid 700 miljoen euro mis door allerhande belastingvoordelen voor de luchtvaartsector. Dit zijn hallucinante cijfers op een ogenblik dat het openbaar vervoer smeekt om meer middelen en mensen. De werknemers van zowel de NMBS als de Lijn strijden voor een investering in meer collega’s en infrastructuur, die vandaag tot op het bot verouderd is. 

    Klimaatactivisten en werknemers openbaar vervoer hebben dezelfde doelen

    Betere loon- en werkomstandigheden zijn nodig als antwoord op het personeelstekort. Een drastische uitbreiding van het openbaarvervoernet is nodig als alternatief voor vlieg- en autoverkeer. Een verdere privatisering gaat echter de andere weg op. 

    De samenwerking van klimaatactivisten en personeel van het openbaar vervoer in Duitsland onder de noemer #wirfahrenzusammen (#werijdensamen) toont hoe we samen kunnen strijden. Klimaatactivisten bezochten de piketten van stakende arbeiders en arbeiders sloten aan bij de klimaatmarsen. Het leverde kleine successen op met goedkopere tickets en de uitbreiding van enkele lijnen. Om de uitstoot te verminderen, het aanbod te vergroten en het personeel degelijke arbeidsvoorwaarden te bieden, is er maar één oplossing: massale publieke investeringen in openbaar vervoer.

  • 25.000 op klimaatbetoging – de tijd dringt, onteigen de klimaatcriminelen!

    Met 25.000 betogers in de straten van Brussel was het duidelijk dat klimaat een thema blijft. Dat is niet verwonderlijk: de klimaatverandering is nu en heeft een effect op ons leven. Van de wateroverlast in de Westhoek tot de droogte en extreme hitte de afgelopen zomers heeft klimaatverandering de neiging om erg concreet te zijn. De betoging was groot. De beweging staat voor uitdagingen: hoe gaan we van protest naar verandering? Als bijdrage aan de discussie daarover hieronder het pamflet dat we verdeelden op de betoging. Daarna enkele foto’s.

    Stand van LSP en Campagne ROSA aan het vertrekpunt. Foto: Arvid

    De klimaatcrisis houdt zwaar huis: recordtemperaturen op elk continent, honderden rampen die klimaatdoden en vluchtelingen veroorzaken en steeds meer planetaire grenzen die overschreden worden. Afgelopen maand nog liep de Westhoek onder. En toch blijft de uitstoot stijgen. Het jaarlijkse festival van de greenwashing (COP28) zal daar niet veel aan veranderen. Lang genoeg hebben ze ons voorgelogen. Tijd voor echte actie.

    Klimaatactivisten en spoorwegpersoneel: samen sterk!

    Van 5 tot 7 december staakt het spoorpersoneel. Openbaar vervoer is essentieel in de strijd tegen klimaatverandering. Een kwart van de Europese uitstoot is afkomstig van de transportsector.

    De jarenlange besparingen op de publieke diensten zorgen voor een afbraakbeleid bij de NMBS en De Lijn. Een beleid van liberaliseringen en privatiseringen is gericht op kostenbesparingen en winstbejag. De kwaliteit van de dienstverlening gaat erop achteruit. Dit leidt tot minder toegang tot openbaar vervoer, duurdere tickets en meer auto’s op de weg. Er is nood aan massale publieke investeringen en democratisch beheer op basis van de behoeften van de gebruikers. Meer openbaar vervoer dat toegankelijk is voor iedereen, met meer dienstverlening en gratis aanbod is noodzakelijk in de strijd tegen klimaatverandering. Klimaatactivisten: steun de strijd van het spoorpersoneel. Samen kunnen we opkomen voor betere infrastructuur, meer groene jobs en goede arbeidsvoorwaarden. #WeRijdenSamen

    Woensdag bezoeken we stakersposten van spoorpersoneel om onze solidariteit te betuigen. Doe mee!

    https://nl.socialisme.be/97729/spoorstaking-stop-de-afbraak-van-de-arbeidsvoorwaarden-en-de-dienstverlening

    Energie in publieke handen

    De energiefacturen werden de voorbije twee jaar onbetaalbaar. Het zorgde voor ongeziene winsten in de energiesector. Dat geld verdween rechtstreeks in de zakken van de aandeelhouders. Ondertussen blijven de private investeringen in groene energie belachelijk laag. De toename van oorlog en imperialistische spanningen werd als rechtvaardiging gebruikt voor nieuwe mega-investeringen in fossiele brandstoffen onder het mom van energieonafhankelijkheid.

    Big Oil is verantwoordelijk voor slechts 1 procent van alle investeringen in groene energie. In 2022 investeerde het maar liefst 800 miljard dollar in nieuwe olie- en gasvelden terwijl het maar 20 miljard dollar in groene energie stak. De belangen van zij die de energiesector bezitten zijn volledig tegengesteld aan die van mens en planeet. De klimaatcrisis zullen we niet bestrijden met recordwinsten voor de aandeelhouders, maar met massale investeringen in groene energie. Dit kan enkel door het private winstmotief uit die sector weg te nemen.

    Tijd om te kiezen

    Dat we de klimaatcrisis niet kunnen bestrijden komt door het systeem. Het is meer dan ooit tijd om te kiezen tussen kapitalisme of het menselijk leven op de planeet. Het is van levensbelang het gesprek aan te gaan over wat een democratisch alternatief op dit systeem kan zijn. Wij strijden voor een socialistische samenleving. Waar de rijkdom en de sleutelsectoren van onze economie niet langer onderhevig zijn aan de winst-honger en oorlogszucht van kapitalisten, maar ingezet worden voor de noden van mens en planeet. Dat kan enkel wanneer de sleutelsectoren van de economie (energie, banken …)  democratisch gecontroleerd en beheerd worden door de werkende klasse. Kick out the ruling class!

    Doe mee met Code Rood

    Betogen alleen is niet genoeg. Op 16 en 17 december voert Code Rood voor de derde keer actie tegen de klimaatcriminelen. Engie en Total werden al bezet. Deze keer is het de beurt aan de luchtvaartindustrie. We strijden voor meer, beter en gratis openbaar vervoer, een einde aan privéjets en een vergroening van de hele transportsector.

    FREE GAZA. STOP ONDERDRUKKING & IMPERIALISME

    Ook de Belgische overheid is schuldig aan het bloedbad in Gaza. De vele protestacties die plaatsvonden moeten verdergezet worden. Terwijl het in Gaza bommen blijft regenen, maken de Belgische oorlogskapitalisten grote winsten. Een deel van de moorden en bombardementen gebeurt met wapens geproduceerd in België. De Palestijnse en Belgische vakbonden riepen op om de wapenlevering aan het Israëlisch leger te stoppen. Nu moet er actie komen om daar ook echt voor te zorgen. De werkende klasse in actie kan oorlog stoppen.

    Op vrijdag 1 december voerden we in Luik een eerste keer actie aan het Israëlische bedrijf Challenge dat wapens verscheept vanuit België naar Israël. We plannen nieuwe acties en willen strijden tot we winnen. We moeten de druk opbouwen om de wapenleveringen te stoppen en steun mobiliseren voor die werkenden in de sector die zo’n boycot organiseren. We moeten ook verder gaan. Geen winsten op mensenlevens. De industrie zou in het bezit moeten komen van de werkende klasse. We moeten de industrie converteren opdat er maatschappelijk nuttig werk verricht kan worden.

    https://nl.socialisme.be/97776/actie-aan-challenge-bedrijf-helpt-israel-bewapenen-het-heeft-bloed-aan-zijn-vleugels

    Strijden tegen klimaatverandering betekent ook strijden tegen onderdrukking, (neo-) kolonialisme en imperialisme. De militaire industrie is een van de meest vervuilende industrieën. Zolang de Palestijnen en alle onderdrukten niet bevrijd zijn, zullen ook wij geen echte vrijheid en veiligheid bekomen. We kunnen niet toestaan dat het leven gewoon doorgaat terwijl het bloedbad verdergaat. We moeten bouwen aan een internationale massabeweging.

    We moeten onze strijd voeren tegen dit systeem waarin oorlog winstgevend en normaal is. Tegen een samenleving waarin wereldwijd repressieve regimes worden gesteund omdat ze winst opleveren voor multinationals. Strijden tegen kapitalisme is hoe je een einde maakt aan oorlog en onderdrukking. Ga met Campagne ROSA naar de volgende betoging!

    Foto’s door Liesbeth

    Hier kan je de volledige fotoreportage bekijken

  • COP 28. Klimaatonderhandelingen VN ontsporen

    “Ik kan niet genoeg benadrukken dat de tijd dringt. Onomkeerbare klimaatomslagpunten zijn alarmerend dichtbij. We kunnen óf onze wereld redden óf de mensheid veroordelen tot een helse toekomst,” vatte VN-secretaris-generaal Antonio Guterres de wetenschappelijke boodschap samen voorafgaand aan de 28e VN- klimaatconferentie, COP28, die plaatsvindt in Dubai, de hoofdstad van de Verenigde Arabische Emiraten.

    Door Arne Johansson, Socialistiskt Alternativ (ISA in Zweden)

    Helaas wijst niets erop dat COP28 iets anders zal worden dan een nieuwe mislukking van de VN-klimaatonderhandelingen.

    Het enorme onvermogen om grip te krijgen op de mondiale klimaatcrisis is de boodschap van het laatste rapport van het United Nations Framework Convention on Climate Change. Het rapport ziet vrijwel geen mogelijkheid om de opwarming te beperken tot 1,5°C of om de steeds sneller opeenvolgende klimaatrampen die dit met zich meebrengt te vermijden.

    Om de opwarming te beperken tot de doelstelling van het Klimaatakkoord van Parijs van niet meer dan 2°C, moet de wereldwijde uitstoot in 2030 28% lager liggen. Om binnen de veilige grens van 1,5°C te blijven is een reductie van 42% nodig. Ondertussen neemt de uitstoot van broeikasgassen nog steeds toe!

    Op weg naar 1,5°C vóór 2027

    Klimaatwetenschappers waarschuwden eerder dit jaar dat er een kans van 66% is dat de wereld vóór 2027 voor het eerst de 1,5°C bereikt. Dit werd onderstreept door het feit dat begin oktober van dit jaar, met de toegenomen kracht van het weerfenomeen El Niño, 86 opeenvolgende dagen geregistreerd werden met temperaturen die 1,5°C boven het pre-industriële niveau lagen. September was de warmste maand ooit, met een mondiale gemiddelde temperatuur die 1,8°C boven het pre-industriële niveau lag.

    Maar El Niño is slechts een versterkende factor. Na een tijdelijke dip tijdens de COVID-19-pandemie is de uitstoot van broeikasgassen tussen 2021 en 2022 weer gestegen, wat betekent dat de wereld volgens het Emissions Gap Report 2023 van de VN, dat in november werd gepubliceerd, afstevent op een opwarming van 3°C tegen het einde van deze eeuw. De vandaag nationaal toegezegde doelstellingen wijzen op een waarschijnlijkheid van 66% van 2,9°C.

    Tijdens COP28 zal voor het eerst een Global Stocktake worden gedaan, waaruit blijkt hoe de wereld er tot nu toe in is geslaagd of gefaald in het opstellen van een routekaart in lijn met het Akkoord van Parijs om de opwarming te beperken tot zo dicht mogelijk bij 1,5°C. Volgens het rapport State of Climate Action 2023 zijn de acties die de landen van de wereld tot nu toe hebben ondernomen “jammerlijk ontoereikend” op 41 van de 42 gebruikte indicatoren, variërend van energieopwekking, gebouwen, industrieën en transport tot bossen en land, voedsel en landbouw – evenals maatregelen rond CO₂-captatie en de financiering van mitigatie en aanpassing aan de klimaatverandering.

    Het actietempo voor meer dan de helft van de indicatoren moet dit decennium meer dan verdubbelen. Ongelooflijk genoeg wijzen zes sleutelindicatoren in de andere richting. Hoewel het aandeel elektrische voertuigen dat in vier jaar tijd is verkocht van 1,6% naar 10% is gestegen wordt gezien als een lichtpunt (het enige), zijn de mondiale overheidssubsidies voor fossiele brandstoffen tussen 2020 en 2021 verdubbeld tot het hoogste niveau in tien jaar. Tegelijkertijd ging de ontbossing door in een tempo dat gelijk was aan de oppervlakte van Kroatië in 2022.

    Volgens hetzelfde rapport zou het bereiken van de noodzakelijke tussentijdse doelstellingen tegen 2030 een dramatische toename vereisen van het groeitempo van zonne- en windenergie, van 14% naar 24% per jaar. Steenkool zou zeven keer sneller moeten worden uitgefaseerd dan nu, en lightrail zou zes keer sneller moeten worden gebouwd – het equivalent van drie keer het gehele openbaarvervoersysteem in New York elk jaar en dat gedurende het hele decennium.

    Sabotage van klimaatdoelstellingen

    Er wordt geen melding gemaakt van de snel toenemende sabotage van klimaatdoelstellingen door oorlog en de militaire wapenwedloop. Volgens het Global Landscape of Climate Finance 2023 bedroegen de totaal ontoereikende jaarlijkse middelen voor klimaatmaatregelen 1,3 biljoen dollar in 2021-2022. Dat is ruwweg de helft van het bedrag dat aan militaire uitgaven wordt besteed. Volgens de schatting van het Stockholm International Peace Research Institute bedragen de militaire uitgaven in de wereld ruim 2,2 biljoen dollar, een cijfer dat overigens de militaire uitgaven van vooral de Verenigde Staten schromelijk onderschat.

    Terwijl regeringen en bedrijven steeds meer de ogen sluiten voor de noodzaak om de uitstoot te verminderen, praten ze steeds vaker over het compenseren van de aanhoudende uitstoot met maatregelen om kooldioxide uit de atmosfeer op te vangen en op te slaan in bossen en bodem, gesteente en zeebodems, en zo een netto nulpunt te bereiken op basis van ‘negatieve emissies’ (CO₂-captatie en -opslag).

    Tot nu toe gaat het vooral om biologische methoden waarbij gebruik wordt gemaakt van bebossing en biomassa. De absurditeit en frivoliteit van de aanpak van de klimaatverandering door de regeringen van de wereld wordt gedemonstreerd door het laatste Land Gap Report, waarin wordt gesteld dat de klimaatplannen van rijke en grootste uitstootlanden totaal onrealistische maatregelen op een duizelingwekkende schaal omvatten. Die plannen suggereren dat een miljard hectare land zou worden hersteld of herbebost. Dit is een gebied groter dan India, Zuid-Afrika, Turkije en de EU samen!

    De Verenigde Arabische Emiraten (VAE), het gastland van de COP28-klimaattop, zijn in dit verband ook geen toonbeeld. Het heeft twintig jaar lang elke dag methaangas verbrand. Onder leiding van sultan Al Jaber, die niet alleen voorzitter is van de COP28-bijeenkomst maar ook CEO van staatsoliemaatschappij ADNOC, is de oliestaat van plan de aanhoudende grootschalige olie- en gasontwikkeling te compenseren met het aanplanten van bos in Afrika. De VAE zijn van plan bos te planten of te behouden op een gebied gelijk aan de helft van Zweden, dat 10% van Liberia bestrijkt, en soortgelijke gebieden in Tanzania, Zambia, Zimbabwe en Kenia.

    Deze projecten genereren zelden echte emissiereducties. Volgens een recente studie gepubliceerd in Science zijn miljoenen CO2-credits die zijn goedgekeurd door Verra, ‘s werelds grootste certificaatverlener in de sector, vrijwel waardeloos. Naarmate bossen uitdrogen, worden ze steeds meer koolstofbronnen. Bosbranden maken dit nog veel erger. Bij de branden in Canada deze zomer is ruim 410 miljoen ton kooldioxide vrijgekomen, meer dan het jaarlijkse totaal van de uitstoot in Groot-Brittannië.

    Deze plannen voor ultragrote plantages botsen ook met de noden van voedselzekerheid, duurzame ecosystemen en de rechten van de lokale bevolking in een wereld waarvan de bevolking naar verwachting tegen 2050 met 1,7 miljard zal groeien, waarvan een groot deel in de steden van Azië en Afrika.

    Opvang en opslag van emissies: realiteitskloof

    Even groot is de kloof tussen gepraat en werkelijkheid als het gaat om het technisch opvangen en opslaan van uitstoot. Volgens een onderzoeksrapport van de Universiteit van Oxford geven trends aan dat dit tegen 2030 dertig keer zo groot zou moeten zijn, en tegen 2050 dertienhonderd keer meer dan tot nu toe. Het Internationaal Energieagentschap waarschuwde onlangs tegen het vertrouwen op deze technologie, door te stellen dat olie- en gasbedrijven “de illusie moeten loslaten” dat “onwaarschijnlijk grote” hoeveelheden CO2-captatie de klimaatcrisis zullen oplossen.

    “Bedrijven kunnen geen winst maken door koolstofdioxide permanent ondergronds op te slaan, en tot nu toe staan regeringen niet echt te springen om geld in klimaatactie te pompen”, vertelde een van de onderzoekers achter het rapport aan de Zweedse krant Dagens Nyheter.

    Volgens een lange reeks wetenschappelijke studies zouden de meeste bekende reserves in de grond moeten blijven om de klimaatdoelstellingen te halen. Maar volgens gegevens van de Global Oil and Gas Exit List (Gogel), die de activiteiten van ruim 1.600 bedrijven met 95% van de mondiale productie in detail beschrijft, negeren die bedrijven de waarschuwingen van alle klimaatwetenschappers. Volgens statistieken van het Internationaal Energieagentschap (IEA) kan er na 2023 geen nieuwe olie- en gasproductie plaatsvinden om de doelstelling van 1,5°C te halen. Toch zal het hoofd van ADNOC, naast Saudi Aramco en QatarEnergy een van de grootste energiebedrijven ter wereld, COP28 in Dubai voorzitten.

    Volgens het Gogel-rapport is er sinds 2021 170 miljard dollar geïnvesteerd in de zoektocht naar nieuwe olie- en gasreserves. Bijna alle (96%) van de 700 betrokken bedrijven zijn op deze weg doorgegaan, terwijl ruim duizend bedrijven nieuwe gaspijpleidingen, gasgestookte elektriciteitscentrales en exportterminals voor vloeibaar gas (LNG) plannen.

     “Om het doel van 1,5°C overeind te houden is een snelle, geplande daling van de olie- en gasproductie cruciaal. In plaats daarvan bouwen olie- en gasbedrijven een brug naar klimaatchaos,” legt het hoofd van het onderzoeksteam, Nils Bartsch, uit. Hij merkt ook op dat het moeilijk te begrijpen is hoe een baas van een oliemaatschappij als Al Jaber geschikt bevonden kon worden om klimaatonderhandelingen te leiden.

    “COP28 gastland VAE heeft ‘s werelds grootste klimaatvernietigende olieplannen,” vat een veelzeggende kop in de Britse krant The Guardian samen.

    Tegen deze absurde ontsporing van de VN-klimaatonderhandelingen heeft geen enkele van de kapitalistische regeringen, banken of bedrijven in de wereld ook maar een klein beetje bezwaar gemaakt. Want wat zou er gebeuren met de financiële markten als plotseling biljoenen dollars die geïnvesteerd zijn in het grootste deel van het kapitalistische energiesysteem plotseling waardeloos blijken te zijn?

    In Oxfam’s rapport voor de COP28, “Climate Equality, A Planet for the 99 percent”, wordt uitgelegd dat de rijkste één procent verantwoordelijk is voor evenveel van de vervuiling die de planeet opwarmt als tweederde van de mensheid.

    Het kapitalisme brengt de mensheid naar een ramp, waarbij een kleine minderheid de meeste schade aanricht. Elke dag wordt het duidelijker dat revolutionaire, democratische en socialistische veranderingen nodig zijn om de mogelijkheid van een degelijk leven voor toekomstige generaties te hebben.

  • Investeer massaal in openbaar vervoer! Red het klimaat!

    Klimaatactivisten en spoorpersoneel: één strijd

    Vorig jaar ging de RMT (de grootste Britse transportvakbond) in staking voor betere werkcondities, hogere lonen en jobzekerheid. Klimaatactivisten van onder andere Just Stop Oil en Extinction Rebellion sloten consequent aan bij de piketten. Dit jaar deden Duitse klimaatactivisten hetzelfde. Transportbonden gingen in staking en ondersteunden de klimaatmars van 3 maart. Ze wonnen loonsverhogingen en ook het Deutschland ticket, een goedkoper maandabonnement (€49) waarmee je heel het land door kan.

    door Koerian (Gent) uit maandblad De Linkse Socialist

    https://nl.socialisme.be/97729/spoorstaking-stop-de-afbraak-van-de-arbeidsvoorwaarden-en-de-dienstverlening
    https://nl.socialisme.be/97732/klimaat-en-winstbejag-gaan-niet-samen-oplossingen-zullen-niet-van-grote-bedrijven-komen

    Verkeer doodt

    Klimaatactivisten en stakende spoorarbeiders: het is een logische combinatie. 25% van de uitstoot van broeikasgassen in Europa is afkomstig van transport, 72% hiervan komt van wegtransport. Bovendien veranderen wegen, auto’s en vrachtwagens onze levens drastisch. Ze veroorzaken fijn stof, verantwoordelijk voor onder andere kanker, longziekten, astma en hart- en vaataandoeningen. In 2022 vielen in België 540 verkeersdoden. Verkeer is de grootste vorm van geluidsoverlast en belast onze mentale gezondheid dagelijks en continu. Bovendien domineert verkeersinfrastructuur onze publieke ruimte en neemt ze plaats in die naar parken, pleinen en een meer menselijke omgeving zou kunnen gaan.

    Openbaar vervoer wordt kapot bespaard

    Om komaf te maken met de uitstoot van broeikasgassen en een aangenamere leefomgeving te creëren voor iedereen is meer, beter en goedkoper publiek transport nodig. Toch wordt er al decennialang bespaard op openbaar vervoer. Vorige regeringen knipten de NMBS in verschillende stukken (Infrabel, NMBS en HR-Rail) om het personenvervoer makkelijker te privatiseren. Om verkocht te krijgen dat de NMBS niet functioneert (en om extra ruimte vrij te maken voor cadeaus aan grote bedrijven) werden stations afgeschaft, werkvoorwaarden aangevallen en jobs geschrapt. De dienstverlening ging achteruit, personeel kan amper vakantie- of compensatiedagen opnemen… De 1,75 miljard extra middelen die Infrabel tussen ‘23 en ‘32 ontvangt zijn een druppel in een oceaan van besparingen. Tegelijk schrapt De Lijn vanaf januari een zesde van haar haltes.

    Auto = private winst

    Voor de elite is het simpel: (vracht)wagens zijn winstgevend, bussen en treinen niet. Onder andere door de elektrificatie van het wagenpark kan de sector haar winsten verdubbelen. Net als andere regeringen zweert Vivaldi, Groen incluis, bij wat ze ‘de wetten van de markt’ noemt. Dat betekent afschaffen wat niet winstgevend is voor de aandeelhouders van de grote bedrijven. Denk aan onderwijs, zorg, openbaar vervoer. Maatregelen als Lage Emissie Zones mogen dan groen lijken, ze straffen mensen die al jaren met dezelfde auto rijden en geen geld hebben voor een nieuw voertuig. Zij die het wel kunnen betalen, worden door autoconcerns met open armen ontvangen. Onder het kapitalisme zullen heersende politici, wanneer puntje bij paaltje komt, altijd de winsten van grote bedrijven verdedigen.

    Simpele oplossing

    Ook de oplossing is simpel. Willen we dat mensen de auto thuis laten, willen we dat onze buurten minder lawaaierig worden met meer ruimte voor groen, willen we de uitstoot terugdringen: dan is er nood aan een realistisch alternatief voor de auto. Zo’n alternatief betekent in de eerste plaats massale investeringen in het openbaar vervoer. Meer bussen, trams en treinen, meer stations met personeel, een uitgebreid nachtnetwerk … In de tweede plaats betekent het inzetten op goedkope, publieke en efficiënte fiets- en autodeelsystemen om de gaten op te vullen.

    Solidariteit

    Net daar vinden syndicalisten en ecologisten elkaar. Kwaliteitsvol treinverkeer betekent ook meer personeel en degelijk materieel, loketten in plaats van automaten en genoeg vakantie en compensatiedagen zodat spoorpersoneel uitgerust en vrij van stress haar taak kan uitoefenen.

    In Duitsland en Groot-Brittannië werden belangrijke voorbeelden gegeven van hoe een gezamenlijke strijd voor investeringen er kan uitzien. Om grote overwinningen te boeken zal de klimaatbeweging consequent elke syndicale actie in de sector moeten ondersteunen en vice versa.

    Een blok van personeel van het openbaar vervoer op de klimaatbetoging van 3 december kan de aanzet vormen voor een langdurige beweging. Klimaatactivisten op de spoorpiketten op 6 en 7 december kunnen de solidariteit verder versterken.

  • Klimaat en winstbejag gaan niet samen, oplossingen zullen niet van grote bedrijven komen

    Klimaatmars – zondag 3 december – 13u Brussel Noord

    Een Oxfam-rapport bevestigt dat klimaat een klassenkwestie is. De 1% rijksten zijn verantwoordelijk voor meer koolstofuitstoot dan de armste 66%. Van luxejachten tot privéjets en zelfs trips naar de ruimte die elk tot 300 ton CO2 uitstoten, zorgen de superrijken voor super veel vervuiling.

    Het rapport onderzocht de uitstoot van 20 miljardairs en stelde vast dat ze elk gemiddeld goed zijn voor 8000 ton CO2 per jaar. Een andere studie van 125 miljardairs stelde vast dat die uitstoot oploopt tot 3 miljoen ton als er naar alle activiteiten van de miljardairs wordt gekeken. Het verschil met de armsten is groot, maar zelfs met de 10% rijksten is dat ook het geval. De wereld wordt vandaag gedomineerd door 150 tot 200 grote bedrijven die goed zijn voor meer dan 70% van de CO2-uitstoot. Dat vormt een bedreiging voor de toekomst van de planeet.

    Die grote bedrijven boekten de afgelopen jaren recordwinsten. De olie- en gassector profiteerde van de hoge prijzen de afgelopen maanden. Terwijl wij ons blauw betaalden aan onze energiefactuur, gingen de oliemultinationals met miljardenwinsten lopen. De vijf grote Westerse bedrijven van Big Oil waren in 2022 samen goed voor meer dan 200 miljard dollar winst, een verdubbeling. Het allergrootste oliebedrijf ter wereld, Saudi Aramco, was op zijn eentje goed voor 161 miljard dollar winst. Dat is het grootste winstcijfer ooit genoteerd voor een olie- en gasbedrijf.

    Deze recordwinsten worden niet geïnvesteerd in een transitie om onze energie groen te maken. Integendeel! De grote bedrijven investeren opnieuw meer in olie en gas. In 2022 investeerde big oil 800 miljard dollar in olie en gas, tegenover slechts 20 miljard dollar in groene energie. Van alle investeringen in wind, zon of andere groene energie gebeurt slechts 1% door de grote olie- en gasbedrijven. Deze bedrijven blijven op olie en gas inzetten omdat er vraag naar is en omdat ze ervan uitgaan dat die vraag zal stijgen.

    De bazen waarschuwen om niet te raken aan deze winsten. Opperbaas Pieter Timmermans, voorzitter van het Verbond van Belgische Ondernemingen, stelde recent: “Pas op, we gaan te ver met klimaatmaatregelen.” Dit terwijl de klimaatcatastrofe voor onze ogen afspeelt. Vanuit die hoek moeten we geen oplossingen verwachten. Evenmin van de regeringen die fossiele brandstoffen blijven subsidiëren, ook met groenen in de regering. In 2020 ging het om 12,919 miljard euro gemeenschapsmiddelen! Wereldwijd liepen de overheidssubsidies voor fossiele brandstoffen vorig jaar op tot een record van 7000 miljard dollar, aldus het IMF. Ondertussen horen we steeds weer dat er moet bespaard worden op onze sociale bescherming, openbare diensten en dat er geen middelen zijn voor klimaatmaatregelen, tenzij we die zelf betalen op een ogenblik dat onze levensstandaard onder druk staat.

    Breken met de ‘logica van de markt’ is geen radicale wensdroom, het is een dringende noodzaak. De marktregels brengen ons naar de afgrond, hoog tijd dus om die regels te breken. Dat kan enkel indien we een einde maken aan het bewind van de grote bedrijven die vandaag bepalen hoe en wat er geproduceerd wordt. Zij bepalen de regels om hun eigen winsten te maximaliseren.

    Gemorrel in de marge zal niet volstaan. Zolang de klimaatcriminelen het voor het zeggen hebben, zal er niets fundamenteel veranderen. We zullen hen moeten onteigenen om op een democratische manier de productie en distributie van goederen en diensten te organiseren met de gemeenschap. Enkel dan kunnen de belangen van de overgrote meerderheid van de bevolking, inclusief het essentiële belang van een leefbare planeet, centraal staan.  

    Om dat te bereiken, is er klassenstrijd nodig. Dat is strijd van degenen die de rijkdom produceren met hun arbeid tegen degenen die met de winsten gaan lopen. Het gaat om controle over onze productie- en ruilmiddelen. Het gaat om strijd voor systeemverandering, voor democratisch socialisme als alternatief voor de klimaatramp van het kapitalisme.

    Neem op 3 december deel aan de klimaatbetoging en nadien aan de acties van Code Rood.

  • CO²-uitstoot van 20 grootste bedrijven is even groot als die van 3,87 miljoen mensen

    Enkele jaren geleden concentreerden de debatten rond de klimaatcrisis zich op individueel gedrag en consumptie, alsof onze toekomst afhing van het einde van plastic rietjes en van kortere douches. Een nieuwe studie van Oxfam helpt om het debat toe te spitsen op de kern van het probleem: de gemiddelde koolstofvoetafdruk van de grote bedrijven in de BEL20 bedraagt 20,84 miljoen ton CO2 per jaar, dat is even veel als de jaarlijkse uitstoot van de armste 34% in België.  

    door Constantin (Luik)

    Oxfam verwijst naar de analyse van het adviesbureau Oliver Wyman en het Carbon Disclosure Project (CDP), waaruit blijkt dat slechts 3% van de grote Belgische bedrijven zich daadwerkelijk inzetten voor een emissietraject dat verenigbaar is met een opwarming van 1,5°C ten opzichte van het pre-industriële tijdperk (de meest ambitieuze doelstelling van het Akkoord van Parijs van 2015). De prioriteiten van het kapitaal zijn duidelijk. Oxfam wijst erop dat de bedrijven van de Bel 20 (de Belgische beursindex) tussen 2016 en 2021 niet minder dan 47,5 miljard euro aan dividenden uitkeerden aan hun aandeelhouders, wat overeenkomt met 70% van de winst van deze bedrijven. Dat is ook het equivalent van 68 keer het jaarlijkse budget van de Waalse openbare vervoersmaatschappij TEC! 

    Het is positief en noodzakelijk dat de schuldigen van de klimaatcrisis op deze manier worden ontmaskerd. Maar het Oxfam-rapport is erg weinig oplossingsgericht. Het richt zich – heel terecht – op de noodzaak om de rijkste mensen te laten betalen, evenals de grote bedrijven die hun klimaatinactiviteit combineren met verwoede belastingontwijking. Oxfam stelt dat “er geen dividenden zouden mogen uitgekeerd worden tot een bedrijf zich op een emissietraject bevindt dat verenigbaar is met de doelstelling van 1,5°C”. Dat klinkt goed, maar zonder stok achter de deur blijft het een wensdroom. Hoe kunnen we dit opleggen als er tot hiertoe zo weinig bereikt is? 

    Kort na de publicatie van de Oxfam-studie luidde Glen Peters, onderzoeksdirecteur bij het klimaatonderzoeksinstituut CICERO in Noorwegen, opnieuw de noodklok: de wereldwijde uitstoot van kooldioxide zal in 2023 met ongeveer 1% stijgen en een nieuw record bereiken. Elk jaar blijft de uitstoot stijgen. 

    Twee dingen zijn duidelijk. Het eerste is dat we niet gewoon op de oude wijze kunnen doorgaan. Rapporten en aanbevelingen volstaan niet als er toch niet naar gehandeld wordt. Het tweede is dat de gemeenschap niet controleert wat ze niet bezit. 

    Global Climate Jobs Conference  Deze bedrijven onder democratische publieke controle plaatsen is een noodzakelijke eerste stap om een snelle omschakeling van vervuilende industrieën te garanderen waarbij alle werkenden in deze sectoren zonder loonverlies en met betere arbeidsomstandigheden aan de slag blijven. 

    Publieke controle over deze rijkdom zou het ook mogelijk maken om massaal te investeren in gratis en degelijk openbaar vervoer, massaal te investeren in hernieuwbare energie, een openbaar plan op te stellen om gebouwen wijk per wijk te isoleren en te renoveren, te investeren in civiele bescherming en hulpdiensten om beter voorbereid te zijn op toekomstige rampen.

  • Extreemrechts staat voor asociaal verzet tegen feminisme en LGBTQIA+rechten 

    Ons feminisme is antifascistisch

    “Besparen op de genderstudies en transgenderkul”, zo kunnen de Vlaamse universiteiten hun kritieke budgettaire tekorten oplossen, aldus Tom Van Grieken. Dat zei hij op het openingsdebat van de politieke wetenschappen aan de UGent.

    door Emilia (Gent)

    De voorbije jaren zagen we een wereldwijde backlash op het feminisme en een stijging in queerfobe en specifiek transfobe wetgeving, uitspraken en geweld. In de VS werd de wetgeving rond abortus teruggedraaid en nam de legale onderdrukking van transgender mensen toe. Deze verschrikkelijk onsmakelijke wind komt overgewaaid naar Europa en België. Het wordt aangewakkerd door extreemrechtse figuren en politici als Dries Van Langenhove en het Vlaams Belang. Ook Andrew Tate en zijn volgelingen vinden voet aan grond in België. 

    Racisme is nooit een antwoord op seksisme

    Het Vlaams Belang beweert voor de bescherming van vrouwen op te komen. Extreemrechts wijt de stijging van het aantal (aangegeven) gevallen van seksueel overschrijdend gedrag louter aan moslims. De zogenaamde zorg om vrouwen en emancipatie is voor het VB echter slechts een excuus om de bevolking te verdelen en om racisme te stimuleren. 

    Het VB-programma rond ‘vrouwenemancipatie’ is niks dan islamofobe uitspraken en onderdrukking van mensen die een hoofddoek dragen. Als we het programma van dichterbij bekijken, wordt helemaal duidelijk hoe anti-emancipatoir dit is. Het VB benadrukt het belang van het ‘kerngezin’ en stereotype genderrollen. Als het beperkte toegevingen wil doen met een opvoedersloon – uitdrukkelijk voor vrouwen! – is dat niet vanuit sociaal oogpunt, maar om het aantal ‘Vlaamse kinderen’ op te krikken. Over investeringen in publieke kinderopvang of over de enorme levensduurte zwijgt het Vlaams Belang in alle talen. 

    Haat tegen LGBTQIA+ heeft reële gevolgen

    Het Vlaams Belang blijft hameren op het gevaar van zogenaamd ‘genderactivisme’. Voor hun gaat dat activisme van seksuele voorlichting op middelbare scholen tot regenboogzebrapaden en voorleesmomenten door dragqueens, alsof daar één woke transgendermaffia achter zit. Ze proberen mensen te ondermijnen en hun identiteit te ontkennen, maar ze gaan ook verder. 

    De eerste transfobe acties in België zagen we vorig jaar met Dries Van Langenhove en zijn Schild en Vrienden die in Brugge kwamen protesteren. “Genderideologie is pedofilie” stond op hun bordjes te lezen. Deze retoriek heeft het Vlaams Belang ook overgenomen. Wanneer ze het hebben over pedofilie gebruiken ze een retoriek over ‘geaardheid’ en ‘pedoseksuelen’. Deze niet zo subtiele framing is enorm schadelijk en heeft reële gevolgen.

    Genderinclusief onderwijs, dat soortgelijke retoriek zou kunnen vermijden en tot meer acceptatie leidt, wordt ook gedwarsboomd door Vlaams Belang. Ze klagen het gebruik van de ‘genderkoek’ aan, een figuurtje dat gebruikt wordt om te tonen dat biologisch geslacht, genderidentiteit en uiterlijk niet altijd samenvallen. Volgens het Vlaams Belang kan je de biologie niet ontkennen: er zijn maar 2 genders en je gender is wat tussen je benen zit. Ze klampen zich koppig vast aan ideeën die door biologen worden weerlegd: intersekse mensen worden erkend. Maar natuurlijk is dat niet eens van belang, je moet mensen gewoon respecteren.

    Het normaliseren van dit homofobe en transfobe discours geeft aanleiding tot geweld. Enkele weken geleden was er een geval van gaybashing in Gent. In het Franstalig onderwijs was er geweld tegen een voorstel van meer inclusieve seksuele voorlichting. Er was straatprotest tegen de zogenaamde ‘indoctrinatie’ van kinderen. 

    Onderwijs is een belangrijke manier om gelijke kansen en gelijke behandeling van alle leerlingen te promoten. Als we een verkrachtingscultuur willen denormaliseren, dan moeten die strijd en die conversaties ook op scholen gevoerd worden. Een ongelijke samenleving met toenemende tekorten en polarisatie, heeft ook gevolgen op het onderwijs. Voor degelijk onderwijs is strijd in de hele maatschappij nodig.

    Eenheid in strijd

    De opkomst van extreemrechts wordt door verschillende lagen van de maatschappij gevoeld. Maar één ding is duidelijk, als we extreemrechts willen tegengaan en de anti-feministische en anti-LGBT propaganda van Vlaams Belang willen bestrijden, dan moeten we dat samen doen. 

    Onderdrukking kan je niet efficiënt bestrijden als je bewust blind blijft voor bepaalde vormen ervan. ‘TERFS’ (trans exclusionary radical feminists) beweren feministisch te zijn, maar scharen zich voor sommige standpunten aan de zijde van extreemrechts. Dat is contraproductief. Verdeeldheid speelt in het voordeel van de heersende klasse. Solidariteit is des te belangrijker! Ons feminisme moet LGBTQIA+ inclusief zijn en onze Pride-beweging uitgesproken feministisch. Daarnaast is er geen twijfel mogelijk: onze strijd voor feminisme en LGBTQIA+ rechten is antifascistisch. 

    25 november is de internationale dag tegen geweld op vrouwen. Sinds het begin van de #metoo beweging zagen we een enorme backlash en stijging in anti-feministische retoriek. Gendergerelateerd geweld is nog steeds prevalent. Voor sommige vrouwen is het risico hierop nog groter: queer vrouwen, trans vrouwen, migranten, vluchtelingen en vrouwen in conflictgebieden. Wanneer we op 26 november op straat komen, strijden we voor al deze vrouwen! Als één man -vrouw, persoon- achter de werkende klasse voor een betere wereld!

  • Klimaatactivisten en arbeidersbeweging: een noodzakelijke alliantie tegen het systeem van uitbuiting

    Van 6 tot 8 oktober vond in Amsterdam de Global Climate Jobs Conference plaats, waaraan meer dan 100 jongeren, vakbondsleden, academici en activisten uit 15 landen deelnamen. Op het programma: discussies en debatten over de klimaatcrisis en het programma en de strategie om deze aan te pakken. Enkele leden van International Socialist Alternative, waarvan LSP/PSL de Belgische afdeling is, waren aanwezig. 

    door Clément T. (Luik)

    De conferentie had als doel om de kwestie van een alliantie tussen de klimaatbeweging en de arbeidersbeweging te bespreken. In de nasleep van de grote betogingen van Fridays for Future in 2019 werden wereldwijd honderden initiatieven genomen, met tal van coalities van jongeren, NGO’s en partijen. Helaas moeten we vaststellen dat deze bewegingen er niet in geslaagd zijn om de politieke verantwoordelijken en de bedrijfsleiders tot een echte ecologische koerswijziging aan te zetten. Het klimaatprotest lijkt er amper in te slagen om de energie van de acties om te zetten in concrete resultaten. 

    Hiervoor is er een hefboom nodig. De enige kracht die dit kan, is de arbeidersbeweging. Enkel de arbeidersbeweging kan de economie platleggen door middel van stakingen. Alleen als de druk van de collectieve acties van de werkende klasse geen andere uitweg meer toelaat, zullen de grote vervuilers toegevingen doen en is het mogelijk om te breken met het politieke beleid dat vandaag gevoerd wordt.  

    Veel mensen op de conferentie deelden deze mening. Maar van daaruit is het nog steeds nodig om te specificeren welke benadering van eenheid in de strijd en welk programma nodig zijn.

    Het enthousiasme voor de ecologische strijd onder jongeren, arbeiders (werkenden en werklozen) en gepensioneerden trekt ook krachten aan die enkel uit zijn op electoraal gewin of het omleiden van de beweging naar veiliger paden die het systeem niet in vraag stellen. Het moet echter duidelijk zijn: het kapitalisme ligt aan de basis van de klimaatcrisis en de sociale problemen. Een oplossing zal niet komen van allianties met pro-kapitalistische partijen noch van initiatieven die erop gericht zijn de eisen af te zwakken en de strijdbaarheid te ondermijnen. 

    Ecologie is geen electoraal gadget

    In België horen we, vooral in de aanloop naar de verkiezingen, veel gepraat over het hervormen van dit destructieve systeem om het leefbaarder en milieuvriendelijker te maken. Tenminste, dat is wat de pro-kapitalistische partijen ons willen doen geloven. Ze lanceren campagnes vol beloftes, maar zonder resultaten. Partijen voor wie ‘verantwoordelijkheid nemen’ betekent aan de macht komen ‘om dingen van binnenuit te veranderen’, waarvoor ‘concessies moeten worden gedaan’. Concessies? Aan de levensvatbaarheid van de planeet?!

    De liberalen van MR beweren bijvoorbeeld dat hun doel is om “welvaart te creëren met behoud van de planeet.” Gezien het beleid van de MR zou je bijna denken dat de Franstalige liberalen hun website een satirisch kantje geven. ‘Welvaart’ komt voor de MR immers neer op de winsten van een rijke minderheid ten koste van het milieu. De liberalen zitten sinds 1999 in elke federale regering en speelden ook daarvoor al lang een rol in het besturen van het land. Als er iemand schuldig is aan het huidige debacle, dan zijn het de liberalen wel.

    Aan de ‘linkerzijde’ stellen de PS en Ecolo zich voor als partijen die zowel voor sociale als ecologische eisen opkomen. Beiden lieten het beheer van de energiesector bewust over aan de dictatuur van de markt. Ze volgen de aanbevelingen van de Europese Unie welwillend en waren samen met de liberalen verantwoordelijk voor de eerste grote stappen in de liberalisering van de energiesector. Dat gebeurde in 2005 met een decreet dat mee opgesteld werd door José Darras (Ecolo) en gestemd werd met de steun van de PS. De grote energiemultinationals smullen vandaag van de dividenden en maken plannen voor nieuwe gasgestookte centrales, opnieuw met de steun van deze gevestigde partijen. 

    Ondertussen gaan honderdduizenden mensen gebukt onder de willekeur van de energiemultinationals en is het bang afwachten of de energieprijzen deze winter opnieuw door het dak zullen gaan. Het resultaat van het beleid waaraan sociaaldemocraten en groenen deelnemen, is rampzalig voor de meerderheid van de bevolking. We kunnen de impasse enkel doorbreken door de controle over de energiesector in publieke handen te nemen. Wat de gemeenschap niet bezit, kan ze niet controleren. We moeten een beweging opbouwen om te breken met het huidige systeem. 

    • Onteigening en nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie, zoals energie en financiën, zodat ze democratisch gecontroleerd en beheerd kunnen worden.
    • Gratis en degelijk openbaar vervoer
    • De heroriëntatie van subsidies voor fossiele brandstoffen naar massale publieke investeringen in wetenschappelijk onderzoek naar hernieuwbare energieën en de ontwikkeling van nieuwe methoden voor het beheer van materialen voor isolatie en energie-efficiëntie, enz.
    • Een publiek plan voor de renovatie en isolatie van gebouwen, de sanering van industrieterreinen en herbebossing, met de integratie van de grote bouwbedrijven in een democratisch beheerde en gecontroleerde publieke dienst voor stadsplanning en grondbeheer.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop