Tag: klimaat

  • Groen klimaatplan durft niet in te gaan tegen grootkapitaal

    Groen-campagne in Gent. (foto: Jean-Marie)

    Groen heeft de wind in de zeilen. De afkeer tegenover de gevestigde partijen en de grote aandacht voor de dringende klimaatproblematiek kunnen de partij op 26 mei een uitstekend resultaat opleveren. Het perspectief van regeringsdeelname wenkt, wie weet zelfs onder een groene premier (Calvo?) als Groen en Ecolo samen de grootste politieke familie van het land worden. Gezien de dringendheid rond klimaat is het dan ook interessant om te kijken wat Groen juist voorstelt inzake klimaatmaatregelen.

    Afgelopen week kwam de partij met een klimaatplan met zes routepaden en tientallen maatregelen om de klimaatambities in 2030 te halen. Groen benadrukt dat de maatregelen sociaal zijn en zorgen voor meer investeringen in energie, huisvesting, mobiliteit, … waarbij er ook 80.000 nieuwe jobs bijkomen. De voornaamste kritiek tot hiertoe was steeds dat Groen voor onbetaalbare maatregelen pleit. Daar wil de partij nu op antwoorden met een berekend plan.

    Heel wat maatregelen in het plan zijn uitstekend: drastische verhoging van publieke investeringen in openbaar vervoer bijvoorbeeld. Zo wil Groen het budget van De Lijn met 434 miljoen per jaar en dat van NMBS en Infrabel met 790 miljoen per jaar optrekken. Ook het fietsbudget wordt met 400 miljoen opgetrokken. Eindelijk verregaande investeringen in openbaar vervoer! De vraag komt natuurlijk hoe dit aspect zou betaald worden. Dan komen we al gauw tot “een groene tax shift van vliegtuigen naar treinen” met een extra kerosinetaks. Wie met het vliegtuig op vakantie gaat, moet dus betalen.

    Aan de belangen van de grote bedrijven durft Groen niet te raken. Dat blijkt onder meer uit de voorstellen rond de bedrijfswagens. Dat kost de gemeenschap jaarlijks 3,75 miljard euro, of meer dan wat uitgegeven wordt aan alle openbare vervoer in ons land samen. Aan de bedrijfswagens raken, is niet evident: voor werkenden is dit een vorm van loon. Bedrijven spelen daarop in en betalen op deze manier loon waarop geen sociale zekerheid berekend wordt. Een logisch alternatief zou zijn om loon effectief als loon uit te betalen, zodat er ook sociale rechten en pensioenrechten opgebouwd worden. Dat zou de werkgevers meer kosten, dus stelt Groen dit niet voor. In de plaats daarvan wordt gepleit voor een mobiliteitsbudget voor alle werkenden in de vorm van een hoger nettoloon. Kortom: het cadeau aan de werkgevers blijft.

    Om een aantal noodzakelijke investeringen te financieren, voorziet Groen in de oprichting van een Klimaatbank waarbij onder meer spaargeld wordt gemobiliseerd in de vorm van groene obligaties. De rol van ‘nationale ontwikkelingsbank’ kan voor Groen door Belfius opgenomen worden. Verder wordt uitgekeken naar “alternatieve financiering voor grote projecten en programma’s via vormen van publiek-private samenwerking.” Het idee van een publieke ontwikkelingsbank komt wel meer terug ter linkerzijde, maar één publieke bank in een private bankensector stapt ofwel mee in de winstlogica ofwel komt die bank zelf in de problemen. Op de regels van de winstlogica rekenen om iets aan het klimaat te doen, is hopen dat hetzelfde doen als voorheen plots tot een ander resultaat leidt. Een drastische maatregel als het in publieke handen nemen van de volledige bankensector is noodzakelijk om voldoende middelen te kunnen vrijmaken.

    Een grotere rol voor de publieke sector – dus voor de gemeenschap – is niet wat het klimaatplan van Groen beoogt. Een versnelde overgang naar duurzame energie is inderdaad nodig en het klimaatplan brengt interessante pistes hiervoor. Maar telkens weer wordt het initiatief voor het uiteindelijke doorvoeren ervan overgelaten aan dezelfde energiebedrijven die ons tot de huidige situatie gebracht hebben. Er wordt meer nadruk gelegd op mogelijkheden om met gezinnen te investeren in wind- en zonne-energie, maar wie houdt de touwtjes van die investeringen in handen? Electrabel? Of nemen we energie in publieke handen zonder schadeloosstelling (Suez heeft genoeg winsten gehaald uit onze energiesector)?

    Rond huisvesting wil Groen middelen vrijmaken voor renovatie. De nadruk ligt ook hier op de private markt die subsidies en kredieten krijgt om te renoveren. Rond sociale huisvesting stelt de partij enkel voor om de bestaande huisvesting te renoveren en daarvoor 200 miljoen euro per jaar uit te trekken. Over nieuwe sociale duurzame huisvesting wordt niets voorgesteld. De markt zal het wel oplossen?

    De concrete maatregelen in het groene plan dreigen de gewone werkenden te treffen: vliegtaks, CO2-taks en extra belastingen op benzine, kilometerheffing, … Daarmee wordt de meerderheid van de bevolking aangepakt, terwijl het overgrote deel van de uitstoot veroorzaakt wordt door grote multinationals. Groen durft die niet aan te pakken, maar schrijft zich in de logica van het kapitalisme in. Laat het net dat systeem zijn dat ons op dit rampzalig punt inzake klimaatverandering gebracht heeft.

    [divider]
    30 & 31 maart. SOCIALISME 2019: van ongenoegen tot verzet

    Hier vind je het programma en praktische info

    Zaterdag 16 – 18u : Commissie : Strategie en programma om onze planeet van het kapitalisme te redden

    Zondag 10u30 – 12u30: Klimaatmeeting: ‘Socialist change not climate change’. Met Mai (Actief Linkse Scholiere uit Gent), Nicolas Croes (Uitvoerend Bureau LSP) en Mirre (spoorsyndicaliste)

  • Massale internationale actiedag voor klimaat

    Het protest vandaag was overweldigend: wereldwijd trokken tienduizenden jongeren de straat op om echte klimaatmaatregelen te eisen. Ze werden vervoegd of gesteund door honderdduizenden anderen. In ons land was er een stakingsoproep gesteund door verschillende vakbondsafdelingen. De massale betoging in Brussel was dan ook niet beperkt tot jongeren: er waren mensen van alle leeftijden. Volgens de politie waren er 30.000 aanwezigen.

    Na deze betoging is de vraag hoe het verder moet. In het pamflet van de Actief Linkse Studenten en Scholieren benadrukken we de noodzaak om het protest lokaal te verankeren. In een aantal steden, vooral waar er nog niet eerder werd betoogd, waren er grote ochtendbetogingen. De actiebereidheid blijft na meer dan 10 weken gewoon overeind! Maar we hebben nood aan een actieplan waarmee we opbouwen naar grote acties. Tegelijk stelt de vraag zich welke system change we willen en hoe dat kan bereikt worden. Het establishment wringt zich in het debat om eisen te beperken of zelfs te herleiden tot asociale taksen, terwijl de jongeren al wekenlang systeemverandering eisen. Er is nood aan discussie over welke eisen we stellen, wij hebben alvast enkele voorstellen.

    Zowel rond de acties als onze eisen is er dus discussie nodig. Laten we dat collectief organiseren in actiecomités op de scholen, faculteiten, werkplaatsen, … Sluit aan bij de Actief Linkse Scholieren en Studenten. We leven in een wereld waarin enkel de winst telt. Noodzakelijke klimaateisen zijn voor het kapitalisme en hun politici onmogelijk “omdat ze de concurrentie schaden”. Nochtans zijn het slechts 100 bedrijven die sinds 1988 71% van de uitstoot hebben veroorzaakt. Daarom zijn de Actief Linkse Studenten en Scholieren een antikapitalistische organisatie. Ons alternatief is een democratisch socialistische maatschappij waarin de gemeenschap controleert hoe en wat er geproduceerd wordt; niet de miljardairs!

    Hieronder enkele foto’s van de betoging (foto’s door Liesbeth)

    [embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/NVmFoxcNcHvqioXLA]

  • Vier klimaatvoorstellen voor system change

    1/ Gratis en degelijk openbaar vervoer

    Eén van de populairste eisen onder jonge klimaatactivisten is die voor gratis en degelijk openbaar vervoer. Deze eis gaat in tegen pogingen van gevestigde politici om klimaatmaatregelen tegenover koopkrachteisen te plaatsen.

    Openbaar vervoer is de afgelopen jaren steeds duurder geworden voor gebruikers. Dat is onderdeel van de voorbereiding op het liberaliseren en privatiseren van alle elementen van het openbaar vervoer. Tot wat dit leidt, zien we bij internationaal reizigersverkeer per spoor of nog bij het vrachtverkeer per spoor. Het internationaal reizigersverkeer is geliberaliseerd met erg hoge prijzen als gevolg. Waar onze grootouders nog regelmatig voor de trein kozen om naar het buitenland op reis te gaan, is dit vandaag bijna onbetaalbaar. Een ticketje heen en terug van Antwerpen naar Amsterdam kost al gauw 70 euro! Het goederenvervoer per spoor werd geliberaliseerd waardoor het aandeel van het spoor in dat goederenvervoer tussen 2000 en 2015 daalde van 10% naar 7%. Resultaat: meer vrachtwagens op de weg! Het huidige beleid maakt de mobiliteitsproblemen groter en is nefast voor ons milieu.

    Er wordt al jarenlang bespaard op openbaar vervoer. Op vijf jaar tijd is de publieke dotatie voor de NMBS met 663 miljoen euro per jaar afgenomen. Het aantal personeelsleden is op vijftien jaar met een kwart gedaald. Bij De Lijn is 110 miljoen euro ingeleverd. De totale overheidsbijdragen aan NMBS, De Lijn, MIVB en TEC bedroegen vorig jaar 2,4 miljard euro. Dat is veel, maar slechts de helft van wat bedrijfswagens de gemeenschap kosten. Niet dat we voorstellen om dat voordeel in natura voor werkenden zomaar af te schaffen: afbouw van overheidssubsidies aan bedrijfswagens moet gekoppeld worden aan de omzetting van dit voordeel in natura in nettoloon voor werkenden (de hogere ‘kost’ van het brutoloon is voor de werkgever). Het algemene beeld is duidelijk: het beleid investeert vandaag niet in meer en beter openbaar vervoer.

    Het is logisch dat er onder het personeel van het openbaar vervoer veel wrevel is. Het gebrek aan middelen wijst op een gebrek aan respect voor de inspanningen van het personeel. Bovendien komen er allerhande maatregelen bij zoals verhoging van pensioenleeftijd, afbouw brugpensioen, inleveringen op loon, … Degelijk openbaar vervoer is niet mogelijk als er geen respect is voor het personeel. De strijd voor alternatieven op de wagen gaat hand in hand met de belangen van het personeel van openbaar vervoer. Zoals Naomi Klein opmerkte: “Stakende spoorwerknemers zijn de klimaatactivisten van de 21ste eeuw.”

    In plaats van individuele bestraffing is er nood aan collectieve alternatieven. Gratis en degelijk openbaar vervoer is daar een essentieel onderdeel van. Het vereist strijd om meer publieke middelen en het is noodzakelijk voor een rationele planning van mobiliteit.

    2/ Energie in publieke handen

    De energiesector speelt een enorme rol in de ecologische crisis. De 100 bedrijven die sinds 1988 verantwoordelijk zijn voor 71% van de wereldwijde uitstoot, zijn zo goed als exclusief gas-, steenkool-, olie- en andere energiebedrijven! In de EU-landen is 78% van de uitstoot van broeikasgassen afkomstig van de energiesector. Wetenschappers zijn dan ook unaniem: er is nood aan een radicale verandering van ons energielandschap. De manier waarop we vandaag energie opwekken, onder andere door het verbranden van fossiele brandstoffen, zorgt voor een te grote uitstoot van broeikasgassen.

    Het is een illusie om te denken dat we energiegiganten met “rationele argumenten” zullen kunnen veranderen. Alle beursgenoteerde olie- en gasmaatschappijen samen, voorzagen vorig jaar slechts 1,3 procent van hun totale investeringsbudget voor groene energie.

    In België is de stroomvoorziening voor 85% in handen van vier Europese energiereuzen: GDF Suez (Electrabel), EDF (Luminus), ENI en RWE (Essent). Het zijn deze bedrijven en hun aandeelhouders die bepalen op welke manier energie geproduceerd wordt. De gemeenschap heeft hier niets over te zeggen, maar draait wel op voor de nefaste gevolgen van de milieuvervuilende productiemethoden van energiegiganten.

    Tussen 2007 en 2017 steeg de prijs van elektriciteit voor een gewoon gezin in België met 71,8%. Deze prijsstijging kwam er niet opdat er geïnvesteerd zou kunnen worden in duurzame energie. Noch was deze prijsstijging er om te investeren in de noodzakelijke infrastructuur voor de productie van energie. Dreigingen van stroomtekorten worden gebruikt om de prijzen voor gezinnen verder op te trekken. Eén op de vijf Belgische gezinnen leeft hierdoor in energiearmoede.

    Tussentijdse maatregelen als een BTW-verlaging of prijscontroles kunnen de prijzen drukken. Om de mindere inkomsten voor de overheid op te vangen, moet het geld gezocht worden waar het zit. Een vermogensbelasting als progressieve belasting kan daartoe bijdragen. We zullen dit soort maatregelen niet zomaar bekomen: multinationals zullen zich met hand en tand verzetten. Denk maar aan de campagnes van de kernlobby of het verzet van een bedrijf als Amazon toen een beperkte taks op het bedrijf werd voorgesteld in Seattle. De private bedrijven vragen om groener en socialer te worden, werkt niet. Dat zagen we in Barcelona waar de openbare aanbesteding voor elektriciteitsvoorziening een sociale clausule meekreeg. Geen enkel bedrijf deed een bod! Er werd ook meteen een procedure gestart toen de stad een eigen energiebedrijf opzette. De winsten zijn heilig, wie daaraan raakt wordt meteen op alle mogelijke manieren bestreden.

    3/ Meer publieke middelen voor democratisch en onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek

    Het favoriete argument van rechtse politici en andere cynici tegen de jonge klimaatactivisten is dat ze beter wel naar school zouden gaan om voldoende kennis te verzamelen om de klimaatproblematiek aan te pakken. Nochtans is er op zich nu al geen gebrek aan technologie en wetenschap. De centrale vraag is echter wie deze controleert en hoe wetenschappelijk onderzoek gefinancierd wordt.

    Onderzoek gebeurt doorgaans enkel in functie van de winst. Ontdekkingen die een positieve bijdrage kunnen leveren in de strijd tegen klimaatverandering worden bovendien vaak opgekocht door ondernemingen die de toepassing ervan willen voorkomen. Zo liggen er patenten voor duurzame batterijen en efficiënte energieopslag in de kluis bij bedrijven als Exxon Mobil. Zij hebben er belang bij dat elke druppel olie wordt opgeboord alvorens de alternatieven op de markt gebracht worden.

    Erger nog: multinationals investeerden de afgelopen jaren miljarden in ‘onderzoek’ om klimaatverandering te ontkennen of te minimaliseren. Zo weten oliebedrijven al sinds eind jaren 1970 dat er een verband is tussen fossiele brandstoffen en de vergiftiging van onze atmosfeer. Deze informatie werd achtergehouden en toen het toch bekend raakte, werd vooral geïnvesteerd in allerhande denktanks die deze informatie betwistten.

    Daarnaast werd geïnvesteerd in lobbywerk om vervuilende praktijken te behouden of mogelijk te maken. Onder het kapitalisme worden miljarden verspild aan de vernietiging van ons leefmilieu, socialisten willen deze miljarden inzetten voor de ontwikkeling van milieuvriendelijke alternatieven.

    Momenteel hebben we geen volledig zicht op welke maatregelen nodig en mogelijk zijn om onze leefomgeving te redden. Vaak is het ook geen prioriteit van onderzoek. Zelfs aan de universiteiten is onderzoek steeds meer afhankelijk van wie het betaalt. Grote bedrijven hebben daarbij uiteraard vooral interesse in onderzoeksprojecten die hen extra winsten kunnen opleveren. Daarom wordt via de privatisering van het hoger onderwijs geprobeerd om een grotere controle op universiteiten te krijgen.

    Uiteraard komt er interessant onderzoek van universiteiten en hun laboratoria, ook al gebeurt dit vaak zonder enige werkelijke coördinatie en mondt het vaak uit in ontdekkingen die opgekocht worden door ondernemingen om te voorkomen dat de ontdekkingen toegepast worden. Er is dus al heel wat kennis aanwezig. Maar om een vollediger zicht te kunnen hebben op de situatie en de oplossingen, moeten de hefbomen van onze economie en onze kennis in publieke handen komen.

    Elke inmenging van de industrie en de private sector moet uit het wetenschappelijk onderzoek weg. We eisen dat wetenschappelijk onderzoek onafhankelijk is en niet onderhevig aan winstbejag. Een afschaffing van patenten en massale investeringen in onderzoek naar duurzame technologie is noodzakelijk om alle kennis ten dienste te stellen van mens en planeet. Dit betekent dat alle technologie en kennis waarover we vandaag beschikken in de strijd tegen de opwarming van de aarde ingeschakeld kan worden!

    4/ Voor een ecologisch en democratisch geplande economie

    Het kapitalistische winstbejag staat haaks op onze belangen en die van onze planeet. De grote multinationals die verantwoordelijk zijn voor het leeuwendeel van de uitstoot zijn in handen van een klein groepje rijken. De 26 rijkste mensen bezitten evenveel als de 3,8 miljard armsten. Als we klimaatverandering willen bestrijden, moeten we de verantwoordelijken ervoor aanpakken. Regels opleggen volstaat niet, die grote bedrijven vinden duizenden achterpoortjes en hebben voldoende lobbyisten en andere gevestigde politici in hun zak om nieuwe achterpoortjes open te zetten.

    Wat we niet bezitten, kunnen we niet controleren. Het leidt onder al wie iets wil doen tot de begrijpelijke reactie om de focus niet op de productie, maar op de consumptie te leggen. De media doen er alles aan om dit te versterken: zowat elk interview met een jonge klimaatactivist draait rond de vraag naar inspanningen door die jongere zelf. Soms wordt het doorgetrokken naar asociale maatregelen zoals koolstof- of ecotaksen. Het resultaat van dergelijke taksen is geen toename van milieuvriendelijke productie. Het tast enkel de koopkracht van gewone werkenden en jongeren aan. Hiermee wordt de essentie uit de weg gegaan: de productie die in handen is van een klein aantal grote bedrijven. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat een bedrijf als ExxonMobil voorstander is van een CO2-taks.

    Het gebrek aan democratische planning leidt tot een enorme verspilling. Zo gaat een kwart tot een derde van het geproduceerde voedsel verloren: minstens 1,3 miljard ton per jaar! En dan hebben we het nog niet over de verspilling als gevolg van investeringen in reclame, lobbywerk en het tegenhouden van productie van duurzamere goederen met een langere levensduur.

    Er is een grote omslag nodig in de productie, onder meer om de 2.400 miljard dollar per jaar in hernieuwbare energie te investeren die volgens het IPCC nodig is. Deze middelen kunnen gemakkelijk gevonden worden: waarom de 1.700 miljard dollar die jaarlijks naar wapens gaan niet inzetten voor een sociaal nuttig doel? Ongetwijfeld is een grote meerderheid van de bevolking daar voorstander van. Maar indien we de economische hefbomen niet in publiek bezit nemen, is er geen democratische controle en beheer mogelijk.

    Daarom komen we op voor de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle van de gemeenschap. Dat moet de basis leggen om tot een rationele planning te komen waarbij de beschikbare middelen worden afgestemd op de noden en behoeften van de mens en de planeet. Het kapitalisme ondergraaft zowel de menselijke arbeidskracht als de natuur, de twee bronnen van alle rijkdom. Een rationeel en democratisch geplande economie maakt het mogelijk om verspilling te stoppen, de beschikbare kennis te benutten en een groene transitie op te starten. Dat is wat wij socialisme noemen.

     

    Meer lezen? Bestel ons boek ‘Socialisme of ecologische catastrofe’ (108 pagina’s) voor 8 euro (verzendkosten inbegrepen)

  • Na 15 maart: de beweging verderzetten!

    • DE BEWEGING LOKAAL VERANKEREN
    • MET LOKALE INITIATIEVEN EN ORGANISATIE BOUWEN NAAR NIEUWE NATIONALE HOOGTEPUNTEN
      • 31 MAART – Rise 4 Climate betoging
    • DE BEWEGING WAPENEN MET EISEN DIE ECHTE VERANDERING AFDWINGEN

    10 donderdagen, 2 betogingen van bijna 100.000 deelnemers in Brussel en vandaag de Internationale klimaatstaking! Politici hebben zich in bochten moeten wringen om uitleg te geven bij hun lakse klimaatbeleid, Joke Schauvliege moest ontslag nemen en de verkiezingen in mei zullen gekleurd zijn door het klimaatthema … Maar daarmee hebben we nog niet gewonnen! Hoe zetten we de beweging verder? Wat willen we bereiken?

    [divider]

    DE BEWEGING WAPENEN MET EISEN DIE ECHTE VERANDERING AFDWINGEN

    Jinnih Beels (SP.a) beweerde dat de boodschap nu wel duidelijk is … Blijkbaar niet! Taksen op vliegtuigtickets of klimaatintendanten …? Dat is niet waarvoor we op straat komen! Er kwam nog geen enkel serieus voorstel om klimaatverandering bij de wortel aan te pakken. En dat zal er ook niet komen, want politici willen niet aan de winsten raken van grote vervuilers: de bedrijven en multinationals. Binnen die winstlogica zal de noodzakelijke ommeslag er nooit komen.

    Het is al lang geen 5 voor 12 meer. De tijd dringt. Als zij niet met serieuze voorstellen komen, moeten wij het doen! Wij stellen voor om in actiecomités, vergaderingen, op betogingen en acties … eisen te bespreken die onze beweging inhoudelijk versterken.

    De Actief Linkse Scholieren stellen eisen voor die vertrekken van wat er nodig is voor het klimaat en voor de mensen. Enkel door de grote vervuilers aan te pakken, kan er echte “System Change” komen! In de woorden van Greta Thunberg: “Ze zullen zeggen dat de klimaatcrisis iets is dat we allemaal hebben gecreëerd. Dit klopt niet, want als iedereen verantwoordelijk is, dan is niemand schuldig. En sommigen zijn schuldig. Sommige mensen, bedrijven en beleidsmakers weten exact welke onbetaalbare waarde ze hebben opgeofferd om gigantische winsten te maken.”

    WIJ EISEN:

    • Meer, beter en gratis openbaar vervoer!
    • Pak de grote vervuilers aan! Geen winsten op kap van ons klimaat.
    • Massale publieke investeringen in duurzame energie. Haal de energiesector uit private handen!
    • Een ecologisch en democratisch geplande economie waarin de belangen van mens en planeet centraal staan, niet de winsten.

    [divider]

    DE BEWEGING LOKAAL VERANKEREN …

    Om de beweging verder te zetten, zullen we ons moeten organiseren en de tijd nemen om onze strijd lokaal te verankeren en de steun nog verbreden. Dat kan! De laatste weken waren er steeds meer lokale betogingen waarop nog duizenden nieuwe scholieren aanwezig waren die nog nooit naar Brussel waren geweest.

    Als we op lokaal niveau samenkomen in actiecomités en open vergaderingen op scholen, faculteiten, op gemeentelijk of stedelijk niveau, kunnen we zelf initiatieven nemen en discussiëren over de eisen, methoden en initiatieven die het best werken om scholieren en studenten te betrekken, en om de beweging verder uit te breiden.

    … OM DE BEWEGING VERDER TE ZETTEN

    In maart, april en mei zullen er nieuwe acties en betogingen aangekondigd worden. Actiecomités in scholen/faculteiten van heel België kunnen daar met een opbouwend actieplan op hun eigen ritme naartoe werken. Afhankelijk van school kunnen sommigen dat doen met zitacties of betogingen in de school zelf, anderen met campagnes aan de schoolpoort …

    ZONDAG 31 MAART – RISE FOR CLIMATE – 13u00 @ Brussel Noord

    Nieuwe nationale betoging in Brussel. We kunnen de komende 2 weken gebruiken om daar met mobilisatiecomités in onze omgeving, op onze school, faculteit, wijk naar te mobiliseren.

    Met een actieplan richting de verkiezingen kunnen we druk op traditionele politici opbouwen. Maar ze zullen hopen dat hun verkiezingsbeloftes, onze examens en de zomervakantie ons zullen kalmeren. Lokale actiecomités die nu opgezet worden, zullen daarom ook belangrijk zijn om ons tijdens de zomervakantie voor te bereiden en vanaf september de mobilisaties opnieuw op te zetten. In december 2019 is er opnieuw een internationale klimaattop (COP25). De ideale gelegenheid om vanaf september een nieuw actieplan te lanceren in onze scholen!

    [divider]

    WOENSDAG 20 MAART: Scholieren solidair met staking in het onderwijs

    Youth 4 Climate, Workers 4 Climate en samen met hen veel andere scholieren hebben de werkenden en hun vakbonden opgeroepen om vandaag solidair te zijn met scholieren en mee te staken. Heel wat werkenden hebben die oproep gevolgd. Dat is een heel belangrijke stap om de vastberadenheid van jongeren te koppelen aan de economische slagkracht van werkenden.

    Op woensdag 20 maart staken de onderwijsvakbonden voor meer investeringen in onderwijs, tegen besparingen. Dan is het aan ons om solidair te zijn met hen. Hoe?

    Je kan contact opnemen met de vakbondsafgevaardigde op jouw school om te weten te komen of ze een stakerspiket organiseren.

    Afhankelijk van de situatie op jouw school kan je een solidariteitsbezoekje brengen, een steunlijst laten rondgaan in de klassen, solidariteitsfoto’s maken, solidariteitsboodschappen op kartonnen borden schrijven en op de koer/in de klas zetten …

    [divider]

    DOE MEE MET DE ACTIEF LINKSE SCHOLIEREN/STUDENTEN!

    We leven in een wereld waarin enkel de winst telt. Noodzakelijke klimaateisen zijn voor het kapitalisme en hun politici onmogelijk “omdat ze de concurrentie schaden”. Nochtans zijn het slechts 100 bedrijven die sinds 1988 71% van de uitstoot hebben veroorzaakt. Daarom zijn de Actief Linkse Studenten en Scholieren een antikapitalistische organisatie. Ons alternatief is een democratisch socialistische maatschappij waarin de gemeenschap controleert hoe en wat er geproduceerd wordt; niet de miljardairs!

    WORD LID van ALS en bouw mee aan een dergelijke samenleving!

     

    // PDF van dit pamflet

  • Klimaatbeweging: explosief, massaal en internationaal!

    Het was sinds 2003 geleden dat jongeren massaal en internationaal de klassen verlieten om te protesteren. Toen was het protest gericht tegen de invasie en oorlog in Irak. Op een grote actiedag betoogden miljoenen mensen. Op Dag X, het begin van de oorlog, trokken honderdduizenden jongeren de straat op. In ons land waren er duizenden betogers. De klimaatacties vandaag vormen de eerste grote jongerenbeweging in ons land sinds lang. Tijd voor een tussentijds bilan.

    Massaal protest

    De eerste aankondiging van een scholierenactie voor het klimaat in januari was erg bescheiden. In navolging van Greta Thunberg die elke vrijdag alleen voor het Zweeds parlement actievoert, zouden enkele scholieren voor het parlement in Brussel postvatten. Na de massale betoging van 2 december, toen 100.000 mensen op straat kwamen, bleken er echter heel veel jongeren tot actie te willen overgaan. De eerste actie van Youth for Climate op 10 januari was meteen een schot in de roos: 3.000 jongeren verzamelden aan Brussel-Centraal. Het bleef niet bij een staande actie aan het station, er was een spontane en erg levendige betoging door de stad.

    Daarmee werd de toon gezet: door massaal te protesteren, weerklinkt onze stem luider. Het massale karakter maakt repressie of sancties moeilijker. De spontane betoging maakte aan de autoriteiten duidelijk dat de jongeren zelf bepalen hoe ze actie voeren. Het massale karakter van de daaropvolgende acties zorgde voor druk om recuperatie tegen te gaan. Woordvoerders van het protest werden uitgenodigd door regeringen, politieke leiders maar ook door organisaties van de bedrijfswereld. Niet elke vorm van recuperatie werd door iedereen ingezien: met ‘Sign for my future’ schoven de multinationals mee aan tafel (zie pagina 8). Students4Climate weigerde die oproep te tekenen, Youth4Climate liet zich wel vangen. Op de protestacties zijn er echter weinig illusies in die pogingen om ons protest af te zwakken of te herleiden tot eisen die niets fundamenteel veranderen maar wel verdeeldheid onder de bevolking zaaien. Massaprotest zorgt voor scherpere inzichten.

    Geen enkele massabeweging groeit op lineaire wijze. Collectief protest vereist collectieve betrokkenheid in het opstellen van plannen, tussentijdse mobilisaties en centrale actiemomenten die groter zijn. Op de acties zelf tonen de jongeren een grote betrokkenheid. De media hadden veel aandacht voor originele protestborden en slogans, de minst politieke eerst. Maar de creativiteit getuigt van betrokkenheid en de wil om mee de toon te zetten. We moeten dit uitbreiden: vandaar de voorstellen rond actiecomités.

    We eisen wat nodig is, niet wat volgens hen mogelijk is

    De politici proberen de jongeren met halve beloften en vage algemeenheden te paaien. De voorzitter van de Europese Commissie, Jean-Claude Juncker, kwam niet verder dan onsamenhangend geneuzel als ‘antwoord’ op een toespraak door Greta Thunberg. De jongeren laten zich niet intimideren door de statige paleizen en formaliteiten van het establishment. Ze vertrekken niet van wat mogelijk is binnen de grenzen van het huidige systeem, ze vertrekken van wat nodig is voor mens en planeet.

    Dat is belangrijk: al te vaak wordt politiek beperkt tot discussie over de beperkte mogelijkheden binnen een systeem waarin het fundament van de winsthonger door een kleine minderheid niet in vraag mag gesteld worden. De eisen van de jongeren worden afgedaan als ‘onmogelijk’ of ‘onbetaalbaar.’ In een systeem waar de 26 rijksten evenveel bezitten als de armste helft van de wereldbevolking zijn ernstige klimaatmaatregelen effectief onmogelijk. Vandaar de roep naar ‘system change.’

    Greta Thunberg vatte het tijdens haar bezoek aan Brussel als volgt samen: “Het politieke systeem dat jullie gecreëerd hebben, gaat over competitie. Dat moet stoppen. We moeten samenwerken en de middelen van de planeet op een eerlijke manier delen. We moeten binnen de planetaire grenzen leven in het belang van al het leven. Dit klinkt misschien naïef, maar als jullie je huiswerk hebben gedaan, dan weten jullie dat we geen andere keuze hebben.” We zijn nooit te klein om voor verandering op te komen. Met het massaprotest kunnen we ‘system change’ effectief op de agenda zetten en de strijd ervoor beginnen.

    Van hieruit moeten we de discussie starten hoe we de middelen van de planeet eerlijk kunnen verdelen: hoe kunnen we er met de gemeenschap controle op krijgen en vervolgens tot een democratische rationele planning overgaan? Die vragen zijn voor ons essentieel: wij pleiten voor een complete maatschappijverandering in een ander systeem, een socialistische samenleving.

    We laten niet met onze voeten spelen!

    Het klimaatprotest wordt niet overal op applaus onthaald. Er wordt geprobeerd om de discussie af te leiden door enkel te kijken naar individuele daden. ‘Wat heb jij al gedaan voor het klimaat?’ lijkt een standaardvraag die aan elke klimaatbetoger wordt gevraagd. Daarmee wordt het probleem van het productiesysteem uit de weg gegaan. Natuurlijk is het goed dat mensen individuele stappen zetten, maar we doen dit al jaren en er verandert niet genoeg. Het gaat om het volledige systeem, niet om individuen.

    Soms wordt het protest ook afgedaan als een samenzwering. Zelfs ex-minister Schauvliege ging daarin mee. Zoals Greta Thunberg opmerkte: “Ze verzinnen samenzweringen en noemen ons marionetten. Ze proberen van onderwerp te veranderen. Ze willen er niet over praten, omdat ze weten dat ze deze strijd niet kunnen winnen.” Betogingen van tienduizenden jongeren en tot twee keer toe 100.000 op een weekenddag (2 december en 27 januari) getuigen van een breed gedragen gevoel van dringendheid.

    Internationaal verzet

    Het protest verspreidt zich als een lopend vuurtje. Het jongerenprotest werkt aanstekelijk en trekt van school tot school en van land tot land. Het internationale karakter is belangrijk: we zullen de klimaatverandering niet in één stad of één land stoppen, er is internationaal verzet nodig.

    Vandaar dat wij al op de eerste scholierenactie op 10 januari de oproep voor een internationale scholenstaking op 15 maart centraal stelden. In het ALS-pamflet schreven we toen: “Op 15 maart is er een oproep voor een Internationale actiedag voor het klimaat. Wat als we dan allemaal samen spijbelen voor het klimaat en massaal betogen? Zo’n scholierenstaking zou tonen dat we onze toekomst zelf in handen nemen! Dan tonen we met hoe veel we zijn.”

    “We zijn begonnen met het opruimen van jullie rotzooi. En we zullen niet stoppen tot we klaar zijn,” stelde Greta Thunberg. We moeten doorzetten, de strijd is pas begonnen. Organiseer je, zet actiecomités op, ga met ons in discussie over welke system change nodig is en hoe we die bekomen, aarzel niet om aan te sluiten: de strijd voor onze toekomst is immers dringend.

  • Klimaat en koopkracht koppelen in strijd voor ‘system change’

    Nooit eerder kreeg een regering in lopende zaken zoveel protest over zich heen. Duizenden jongeren betogen week na week voor ernstige klimaatmaatregelen. Op 27 januari werden ze vervoegd door hun ouders, grootouders en kleinere broers en zussen waardoor we met 100.000 waren. Het enthousiasme van het klimaatprotest had ongetwijfeld een sterke invloed op de succesvolle algemene staking van 13 februari. Daarmee werd de roep naar koopkracht hoog op de agenda gezet.

    Artikel door Geert Cool uit maandblad ‘De Linkse Socialist’ 

    Wat beide bewegingen gemeen hebben, is een gevoel van dringendheid en een offensieve opstelling die niet vertrekt van wat voor het establishment mogelijk is, maar van wat voor mens en planeet nodig is. De stakers op 13 februari stelden uitdrukkelijk dat de loonwet die onze koopkracht op dieet zet weg moet. Offensieve eisen als het optrekken van het minimumloon tot 14 euro per uur en het minimumpensioen tot 1.500 euro per uur zijn eveneens populair: voor heel veel mensen zouden deze eisen een belangrijke stap vooruit zijn.

    De politici beweren dat ze hard werken rond het klimaat en dat het met onze koopkracht de goede kant uitgaat. In de praktijk merken we daar niets van. Een steeds grotere laag van de bevolking gelooft de gevestigde politici dan ook niet meer. Vlaams minister Schauvliege (CD&V) moest onder druk van de protestbeweging ontslag nemen. Ze kon zich als stemmenkanon veel bizarre uitspraken permitteren. Maar om de klimaatbeweging te paaien of naar onschadelijker kanalen te leiden, werd Schauvliege een obstakel voor het establishment.

    Ook N-VA komt in de problemen. Uiteraard kan die partij terugvallen op een brede passieve steun, maar het is moeilijker om de politieke agenda te bepalen. Het plan van een lange kiescampagne rond asiel en migratie enerzijds en het confederalisme anderzijds, botst op het protest rond klimaat en koopkracht. Op de N-VA-partijconferentie waar het communautaire luik van het kiesprogramma op scherp werd gesteld, kreeg voorzitter Bart De Wever nadien door zowat alle media vooral vragen over het klimaatprotest.

    Offensieve acties voor onze eisen en bekommernissen veranderen het politieke debat. Velen zullen aandachtig de verkiezingen van 26 mei volgen. De grootste sterkte van de regering-Michel 1 was de zwakte van de oppositie ertegen. De PS probeert wel om in woorden aansluiting te vinden bij onze eisen, maar heeft net iets te lang de rol van beheerder van besparingsmachines op federaal, regionaal en lokaal niveau uitgeoefend. De groenen zullen in de parlementsverkiezingen van 26 mei groeien, sommige peilingen geven aan dat ze de grootste politieke familie van het land worden. Na de gemeenteraadsverkiezingen zagen we echter dat de groenen met om het even wie coalities vormen en in het beleid geen verschil maken. De inzet waarvoor zovele duizenden mensen betogen ligt een pak hoger dan wat de groene partijen te bieden hebben. Zij schrijven zich in de logica van het kapitalisme in, terwijl de roep naar ‘system change’ luid klinkt.

    De PVDA gaat zowel rond klimaat als koopkracht verder dan wat voor het establishment aanvaardbaar is. De partij is ook aanwezig in de beweging en versterkt ons door tot in het parlement onze stem te laten weerklinken. Wij schreven een brief naar de PVDA om haar kiescampagne te ondersteunen, los van onze meningsverschillen. Wij willen samen met PVDA strijden voor hervormingen als gratis openbaar vervoer, energie in publieke handen en echte loonsverhogingen. Maar wij koppelen dat aan de nood van een socialistische samenleving: onder het kapitalisme zijn hoogstens tijdelijke hervormingen mogelijk. Wij waarschuwen daar meteen voor en formuleren een reeks overgangseisen zoals de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie als antwoord op pogingen tot sabotage door de kapitalisten. Om tot een breuk met het kapitalisme te komen, is een breed gedragen massabeweging nodig. Verkozen posities spelen daar een rol in, maar mogen geen centraal doel op zich worden.

    De regering is verzwakt en ook het patronaat heeft het moeilijk, de roep naar meer koopkracht weerklinkt bijzonder luid. Dit is een uitstekend ogenblik om verder in het offensief te gaan en het niet bij een eenmalige actie te laten. Een strijdplan zoals in 2014 kan ervoor zorgen dat we verder opbouwen naar nieuwe en nog grotere acties. Ook in het jongerenprotest is een actieplan nodig: elke week op donderdag betogen, houden de meeste jongeren niet vol. Met syndicalisten en jongeren opbouwen naar een gezamenlijke actiedag op 15 maart, de dag van de internationale scholenstakingen, zou de enthousiaste energie van de klimaatactivisten koppelen aan de economische slagkracht van de werkenden.

    In actie groeit instinctief het besef dat we onze strijd moeten uitbreiden en organiseren. Het jongerenprotest werkt aanstekelijk: het verspreidt zich als een lopend vuurtje door de hele wereld. Dat internationalisme is belangrijk: we zullen de rampzalige klimaatverandering niet in één land stoppen. Syndicalisten zijn beïnvloed door hun kinderen die een erg klimaatbewuste generatie vormen met ervaringen inzake collectieve actie. Deze jongeren zijn de volgende generatie syndicalisten! Omgekeerd herkennen veel jongeren zich in de stakingsacties zoals op 13 februari. Dat sluit beter aan bij hun methode van actievoeren dan de patronale pogingen om het protest onschadelijk te maken met initiatieven als ‘Sign for my future’. De strijd voor klimaat en koopkracht koppelen, beantwoordt de pogingen om verdeeldheid te creëren door het klimaatprotest te beperken tot eisen als hogere vliegtaksen en andere belastingen die de gewone werkenden laten opdraaien voor de vervuiling door het kapitaal.

    Doorheen strijd leren jongeren en de werkende klasse in het algemeen op enkele weken tijd soms meer dan anders in jaren. We mogen dat niet laten verloren gaan. Onze strijd uitbreiden, betekent ons programma verfijnen en duidelijk zijn over wie onze bondgenoten zijn en wie de noodzakelijke verandering in de weg staat. Laten we ‘system change’ concreet invullen. LSP draagt daaraan bij met een programma van socialistische maatschappijverandering zodat een rationele planning in het belang van de meerderheid van de bevolking en de planeet mogelijk wordt.

  • Laat je niet vangen door ‘Sign For My Future’

    Klimaatbeweging moet opletten voor valse vrienden

    Na de historische klimaatmars van 2 december en vooral na de eerste schoolstaking voor het klimaat op 10 januari ontstond een nooit geziene beweging in ons land. België staat vooraan in de internationale mobilisaties voor het klimaat en ons milieu. Onder de betogers en hun sympathisanten is er grote eensgezindheid: de samenleving moet veranderen om de planeet en wie erop leeft te respecteren, zeker de meest kwetsbaren. “Geen klimaatrechtvaardigheid zonder sociale rechtvaardigheid,” weerklinkt het. De klimaatgolf kan tot een tsunami uitgroeien waarmee een einde wordt gemaakt aan de praktijken die de blauwe planeet opofferen voor groene bankbiljetten.

    Artikel door Nicolas Croes uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    Zo breed mogelijke eenheid… maar tegen welke prijs?

    Op 5 februari werd met de nodige toeters en bellen een grote klimaatcampagne voorgesteld. Op amper een week tijd haalde de petitie ‘Sign for my future’ 100.000 handtekeningen. De coalitie die de campagne lanceerde stelde terecht dat “dit een sterk signaal is dat aantoont dat het thema leeft onder de bevolking.” Na tientallen jongerenbetogingen en de grote klimaatmarsen van 2 december en 27 januari was dat al duidelijk.

    De coalitie stelt trots dat het de grootste campagne is die rond klimaat “druk zet op de politici.” Het gaat om een samenwerking van actiegroepen (Youth for Climate, Bruxsel’air, …), NGO’s (11.11.11, Wereldnatuurfonds, Bond Beter Leefmilieu, …), universiteiten (UGent, UMons, …), media (Roularta, RTL, …) maar ook werkgeversfederatie Agoria, de Kamer van Koophandel van Brussel en tenslotte een reeks bedrijven als BNP Paribas, KBC, ING, bpost, Colruyt, Ikea, Proximus en Solvay.

    Laten we meteen met de deur in huis vallen: deze campagne heeft als doel om verwarring te zaaien door de verantwoordelijkheid van de grote vervuilers te maskeren. Het is spijtig dat verschillende NGO’s en actiegroepen zich hierdoor laten vangen, of erger nog: ervan overtuigd zijn dat dringende klimaatmaatregelen enkel mogelijk zijn door compromissen te sluiten met de banken die investeren in fossiele brandstoffen.

    Redelijk recent, begin 2017, kwam 11.11.11 met een rapport over investeringen in een twintigtal controversiële mijnbedrijven, onder meer steenkoolmijnen. Er werd op gewezen dat BNP Paribas, ING en KBC in 2017 respectievelijk 448 miljoen, 399,5 miljoen en 111 miljoen euro investeerden in de mijnbedrijven Glencore, Vale en BHP Billiton (1).

    De mijngiganten Bale en BHP Billiton waren direct betrokken bij het “Braziliaanse Fukushima”: de grootste ecologische ramp ooit in Brazilië in 2015. Giftig mijnafval besmette toen de Rio Doce over een afstand van 600 kilometer na een dambreuk. Er vielen 20 doden en heel wat mensen bleven achter zonder bestaansmiddelen. Het onderzoek van de federale politie wees op de verantwoordelijkheid van het bedrijf Samarco (een bedrijf in handen van Vale en BHP Billiton). Dat bedrijf wist van het risico op een dambreuk en had onvoldoende maatregelen genomen om een ramp te voorkomen.

    Hoe kan 11.11.11 – de organisatie die mee zorgde voor de onthulling van deze feiten – nu instemmen om samen te werken met deze banken? Moeten we voor antwoorden op de klimaatcrisis hoop vestigen op iemand als Nathalie Guillaume, Corporate Affairs Director bij de voedingsmultinational Danone die druk zet op verschillende Europese lidstaten om zich te verzetten tegen strengere normen voor plastiek verpakkingen? En wat doet Solvay, een lid van de lobbygroep PlasticsEurope, in de coalitie achter ‘Sign for my future’? Andere deelnemers zijn JCDecaux, van de energieslorpende digitale reclameborden, of nog EDF Luminus, niet bepaald een bedrijf dat om groene energie bekend staat.

    Het is niet verwonderlijk dat ‘Sign for my future’ de Europese emissiehandel ondersteunt: dat is een instrument dat de meest vervuilende bedrijven toelaat om broeikasgassen uit te stoten zonder dat het hen al te veel geld kost.

    Staken voor het klimaat

    Moest onder meer 11.11.11 en de Bond Beter Leefmilieu zich tegen deze greenwashing uitgesproken hebben, dan was Youth 4 Climate wellicht niet in de val getrapt. Students 4 Climate ondertekende de campagne niet. Gelukkig heeft het Youth 4 Climate ook niet tegengehouden om een oproep te doen aan de vakbonden om de klimaatstaking van 15 maart te ondersteunen.

    Die oproep aan de natuurlijke bondgenoten van de klimaatactivisten leidt tot heel wat discussie in syndicale kringen. ACV-topman Marc Leemans verklaarde: “We steunen de mobilisatie en roepen op tot deelname. Maar we dienen geen stakingsaanzegging in.” Bij het ABVV is er steun voor de beweging, maar de beslissing over staken wordt aan de centrales overgelaten. De Algemene Centrale (met meer dan 430.000 leden) diende een stakingsaanzegging in. Hopelijk wordt de druk opgevoerd zodat zoveel mogelijk werkenden de klimaatacties op 15 maart kunnen ondersteunen.

    Op 20 februari was er een oproep van 350 wetenschappers uit België, Frankrijk en Zwitserland die oproepen om de wereldwijde klimaatstaking te ondersteunen. Ze halen uit naar de “economische machthebbers die enkel meer willen verkopen, ongeacht wat er wordt verkocht en wat de gevolgen ervan zijn; degenen die gemanipuleerde risicobeoordelingsprocedure gevaarlijke stoffen handhaven; degenen die winstgevende investeringen in fossiele producten voorstellen.” Ze klagen de leiders aan die “multilaterale handelsovereenkomsten ondertekenen met feodale rechtspraak voor industriële reuzen, terwijl ze de woede van de menigte richten op misleidende of bijkomstige doelstellingen.” (2) De wetenschappers hebben begrip voor radicaliteit onder activisten die “in feite maar weinig radicaal is in vergelijking met degenen die ons ontkoppeld van de natuur willen laten overleven, of beloven ons naar Mars te brengen, dat wil zeggen, naar een dode planeet, nadat we onze eigen planeet onleefbaar gemaakt hebben!”

    Hoe tot een grote ommekeer komen?

    Volgens ‘De grote peiling’ van Le Soir, RTL-TVi, VTM en Het Laatste Nieuws (uitgevoerd door Ipsos) waren meer dan acht op de tien ondervraagden “erg ongerust” of “eerder ongerust” over het klimaat. De mensheid staat voor een cruciaal keerpunt. Dat wordt steeds minder betwist. Het establishment beweert dat het kapitalisme het enige maatschappijstelsel is dat werkt. De feodale heersers en de slavenhouders beweerden dat in hun tijd ook. Elk van die systemen werkten, anders zouden ze niet bestaan hebben. Een systeem is steeds een uitdrukking van de mate van ontwikkeling van onze productiecapaciteiten.

    Zodra een maatschappelijk systeem een rem wordt op de ontwikkeling en toepassing van wetenschappelijke en technische kennis, zorgt het eerder voor chaos dan voor vooruitgang. De motor van de geschiedenis wordt dan geactiveerd: de klassenstrijd.

    De arbeidersklasse – al wie rijkdom creëert door zijn arbeidskracht te verkopen voor een loon en die meerwaarde oplevert – omvat vandaag de meerderheid van de wereldbevolking. Volgens de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) gaat het om maar liefst 3,4 miljard mensen. Zonder de arbeidskracht van de werkenden kunnen de kapitalisten geen winsten maken. Hun systeem werkt niet zonder onze arbeid. Alle rijkdom komt voort uit onze arbeid en uit de natuur. Het kapitalisme ondergraaft beide bronnen van rijkdom.

    Deze realiteit komt scherp tot uiting tijdens een staking, als de economie wordt platgelegd. Er is geen sterker middel om tegen het kapitalisme in te gaan en de vraag naar een echte democratie te stellen, met name naar een systeem waarin wie de rijkdom produceert beslist over hoe geproduceerd wordt en hoe deze producten worden gebruikt. Een staking, zelfs een algemene, van één dag volstaat natuurlijk niet om tot echte verandering te komen. Maar de oproep voor 15 maart is een gedurfde stap in de opbouw van een sterke beweging die een einde kan maken aan het kapitalisme om een ecologische transitie mogelijk te maken in het kader van een democratisch geplande economie en collectief bezit van de strategische sleutelsectoren van die economie. Dat is wat wij socialisme noemen.

     

    (1) https://bankwijzer.be/fr/actualit%C3%A9s/2018/investissements-dans-les-sci%C3%A9t%C3%A9s-mini%C3%A8res-controvers%C3%A9es/
    (2) https://www.demorgen.be/opinie/wij-wetenschappers-staan-achter-de-zaak-van-greta-thunberg-daarom-houden-we-op-15-maart-een-schoolstaking-b6e3ddff/

  • Klimaatacties en strijd tegen seksisme: samen tegen het systeem!

    Deze en volgende vrijdag zullen belangrijk zijn voor de sociale beweging, niet enkel in België maar internationaal. Op 8 maart, internationale vrouwendag, zullen er wereldwijd betogingen en stakingen plaatsvinden tegen seksisme. De week erna zullen er in een 60-tal landen klimaatstakingen plaatsvinden. In België hebben 3 van de 6 centrales van het ABVV een stakingsaanzegging ingediend. Seksisme en ecologie lijken twee totaal verschillende zaken, desalniettemin zien we dezelfde actiemethoden. Er zijn massabetogingen en de discussie over stakingen wordt steeds luider gevoerd.

    Door Kenzo (Gent)

    Tekorten in rijke samenleving zetten druk op planeet en zorgen voor verdeeldheid

    Vandaag leven we in een maatschappij waar chronische tekorten aan de ene kant ontstaan en ongelooflijke rijkdom aan de andere kant. In 2017 is 82% van alle geproduceerde welvaart richting de 1% rijksten gegaan. Een wereld waar de rijkste 26 mensen evenveel bezitten als de armste helft van de wereldbevolking en waar de 100 grootste multinationals sinds 1988 verantwoordelijk zijn voor 71% van de wereldwijde uitstoot. Dit zorgt uiteraard voor een enorme sociale onvrede, langs de ene kant worden gigantische rijkdommen opgestapeld en aan de andere kant wordt een diepe put gecreëerd. Maar niet alleen grote lagen van de mensheid worden richting de armoede gedreven of blijven er hopeloos in vast zitten. Ook de natuur wordt verwoest door de winsthonger van het kapitalisme. ExxonMobil stelde recent nog dat het tegen 2025 de olie- en gasproductie met 25% wil opvoeren tegenover 2017, ondanks de gigantische klimaatprotesten.

    In veel Afrikaanse landen zorgt de klimaatverandering voor afwisselingen van verschillende vormen van extreem weer. Dit zorgt ervoor dat oogsten steeds vaker mislukken met hongersnood en migratie tot gevolg. De tekorten worden hierdoor groter en daarmee samen ook sociale spanningen. In maatschappijen met grote tekorten komt discriminatie voort om het voortbestaan te garanderen. Vrouwen worden verboden om grond te bezitten vanwege de schaarste, wat ze volledig afhankelijk maken van de vader en/of de echtgenoot. Verder kunnen ze ook niet meer naar school gaan of een andere activiteit uitvoeren maar staan ze in voor de watervoorziening van de familie waardoor ze wandelingen van soms meer dan 5 uur moeten maken om vervolgens andere huishoudelijke taken af te krijgen. Dan komt er nog eens bij dat in veel gevallen vrouwen uitgehuwelijkt worden in ruil voor een bruidschat: het is interessant voor families om dochters vaak op jonge leeftijd uit te huwelijken om te overleven. De strijd tegen klimaatverandering is onderdeel van de strijd tegen alles wat fout loopt in dit systeem en zal een belangrijke rol spelen in de bevrijding van vrouwen in het zuiden. Zolang er tekorten zijn in de maatschappij, zal discriminatie blijven opsteken.

    Een ander fenomeen in de neokoloniale wereld is de enorme uitbuiting door multinationals die mensen tewerkstellen aan lage lonen in slechte werkomstandigheden. Mannen verdienen er al te weinig, vrouwen nog minder. Door het bijna niet bestaan van sociale zekerheid zijn grote families belangrijk om te overleven en zoveel mogelijk lonen in een familie te krijgen. Maar ook bestaan er lakse tot nagenoeg geen reglementeringen omtrent uitstoot en vervuiling. In de neokoloniale wereld hebben de multinationals enorme macht. Corrupte regeringen worden via “ontwikkelingshulp” ondersteund om zo een cliëntelistisch netwerk op te richten van lokale ultrarijken die loyaal en afhankelijk zijn tegenover Westerse multinationals.

    Opgelet voor valse vrienden!

    Zowel in de strijd tegen klimaatverandering als in de strijd tegen seksisme maakt het neoliberalisme gebruik van methodes om mensen te doen geloven dat er iets wordt gedaan terwijl in realiteit het probleem zich juist verdiept. Greenwashing bijvoorbeeld is een methode gebruikt door bedrijven om hun producten beter te doen verkopen door ze ecologisch te doen lijken zoals McDonald’s graag uitpakt als milieubewust bedrijf terwijl hun runderboerderijen (eventueel in onderaanneming) verantwoordelijk zijn voor enorme boskap in het Amazonewoud en de vervuiling van die regio. Anderzijds zien we ook veel pogingen om winst te maken uit duurzame consumptie. Deze producten zijn vaak duurder maar geraken verkocht doordat ze duurzamer zijn, of zo lijken; fairtrade koffie, bio-producten, etc. Maar ook zien we de ontkenning van het probleem. ExxonMobil subsidieert al sinds de jaren 50 onderzoek en denktanks om het verband tussen klimaatverandering en menselijke activiteit te verdoezelen.

    Ook met seksisme is dat zo. Langs de ene kant zien we bedrijven die zich als “feministisch” opstellen door “vrouwelijke” varianten van producten te maken om meer winst te maken. Zo wordt het onderscheid tussen man en vrouw enkel verdiept. Of we hebben politici zoals Alexander de Croo die een boek schreef over feminisme, maar laat het nu juist het liberale beleid zijn dat grote aantallen vrouwen verplicht om deeltijds te werken aan magere lonen, publieke diensten afbouwt, de sociale zekerheid afbouwt, etc. Anderzijds zijn er ook weer lagen die seksisme ontkennen door te stellen dat man en vrouw vandaag gelijke rechten hebben, in België alleszins, en dat er dus van seksisme geen sprake meer kan zijn.

    Onder het kapitalisme kan men voor de beide problematieken enkel ‘oplossingen’ bieden die de werkende bevolking tegen elkaar opzet en die geen structurele vooruitgang betekenen. Het invoeren van een kerosinetaks bijvoorbeeld om vliegtuigreizen duurder te maken is een typische oplossing van het establishment dat structureel weinig verandert en dat werkenden opzet tegen de betogende scholieren. Het VBO greep die taks dan nog eens aan om te pleiten voor een afschaffing van de index omdat mensen er anders toch niets van zouden voelen. Dit impliceert (volgens het establishment) dat koopkracht van werkenden in tegenstelling staat tot een duurzame economie. Niets is minder waar: dezelfde patroons die gigantische winsten maken, weigeren een echte loonopslag te geven en zijn ook dezelfde patroons die weigeren te investeren in meer ecologische productie. Ook in de strijd tegen seksisme kan het kapitalisme enkel verdeeldheid zaaien met haar oplossingen. Onder het mom van de bevrijding van de vrouwelijke seksualiteit maakte de vrije markt de vrouw tot lustobject om de verkoop van waren te verbeteren. Om de loonkloof weg te werken, wordt vaak gepleit voor een verlaging van de lonen van mannen. Dit wordt vervolgens feministisch en ‘modern’ genoemd. Dat zet mannen tegen vrouwen op en het biedt geen uitweg uit de economisch ondergeschikte positie van vrouwen.

    System change

    Om zowel seksisme als klimaatverandering te stoppen, hebben we een verandering van systeem nodig. Een systeem waar de private winsten niet meer centraal staan maar de behoeften van de meerderheid van de bevolking. Het kapitalisme vernietigt alle bronnen van rijkdom: mens en natuur.

    Om tot een systeemverandering te komen, moeten de werkenden zich één maken als klasse. Dit betekent dat alle bewegingen die zich verzetten tegen de onderdrukking van het kapitalisme verenigd dienen te worden in een beweging tegen het systeem an sich. Bewegingen zijn instinctief geneigd dit te doen. Door eisen van elkaar over te nemen en solidariteit te tonen tussen verschillende bewegingen vormen we een sterker front tegen de oorzaken van de respectievelijke problemen: het kapitalisme. Daar plaatsen wij een socialistisch alternatief tegenover: een samenleving gericht op de noden en behoeften van de meerderheid van de bevolking op basis van een democratische planning van de economie.

    Zowel de beweging tegen klimaatverandering als die tegen seksisme zijn sociale bewegingen die ingaan tegen het systeem waar we vandaag in leven. Laten we ons verenigd en internationaal van dit uitbuitende en verwoestende systeem bevrijden!

  • Onder leerkrachten groeit roep om mee te doen met klimaatprotest

    Bij het schrijven van dit artikel zijn scholieren uit het hele land ondertussen al zeven keer op straat gekomen. Dat gebeurde op verschillende manieren: centrale betogingen in Brussel, lokale acties in centrumsteden en kleine gemeenten, en zelfs stoeten van lagereschoolkinderen met hun leerkrachten. Eén ding hadden alle actiedagen gemeen: ze werden stuk voor stuk door (tien)duizenden actievoerders opgevolgd. Het wordt hoog tijd dat andere lagen in de samenleving onze leerlingen actief beginnen te ondersteunen en zich aansluiten bij hun verzet.

    Artikel door een leerkracht uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    De steun voor onze scholieren komt uit alle hoeken. Ondanks het feit dat conservatieve klimaatontkenners als Jean-Marie Dedecker en belerende moraalpastoors als Rik Torfs uitgebreid de kans krijgen om hun kritieken te uiten in de gevestigde media, is de golf van spontane steunbetuigingen met de klimaatjongeren toch overdonderend luid. Dat is niet verwonderlijk als we vaststellen dat ze erin geslaagd zijn deze beweging op een erg snel tempo te doen groeien en met succes een onderbelicht en levensbelangrijk politiek thema op de agenda hebben gezet. Ook de klimaatmars van 27 januari, met tot 100.000 betogers, was een uitdrukking van de bredere steun in de samenleving voor de klimaatstakers.

    Erg veel scholen houden rekening met de verzuchtingen van hun stakende leerlingen. Er wordt meer aandacht aan het thema besteed in de lessen, eventuele strafstudies worden ingevuld door het maken van pancartes en het verzinnen van slogans, leerlingen worden aangemoedigd om hun strijd niet op te geven en constructief na te denken over hoe de beweging verder uitgebouwd kan worden. Dat toont aan dat het thema ook onder onderwijzend personeel erg leeft. Vanuit dat gegeven is het logisch dat er dan ook heel wat leerkrachten hun leerlingen graag nog actiever zouden willen steunen door actief deel te nemen.

    Daarom hebben we een stakingsaanzegging nodig voor 15 maart. Dat zou een belangrijke stap zijn in de richting van een bredere solidariteit met onze scholieren. Op de nationale stakingsdag van 13 februari viel al op dat velen staakten vanuit een algemeen ongenoegen met het gevoerde beleid, en dat ook de klimaatkwestie een veelbesproken thema is. Een stakingsaanzegging binnen één sector zou een hefboom kunnen zijn om ook in andere sectoren tot stakingen te komen. In het openbaar vervoer bijvoorbeeld: meer investeringen in die sector is een duidelijke klimaateis. Bovendien zouden de vakbonden op die manier meer kunnen wegen op het debat door de eisen rond klimaat en koopkracht aan elkaar te koppelen.

  • Patenten op technologie: winstbejag gaat in tegen belangen van mens en planeet

    “De wetenschap behoort toe aan iedereen. De planeet ook.”

    1989: wetenschapper Stanford Ovshinsky ontwikkelt een verbeterde versie van de op nikkel gebaseerde herlaadbare batterij. Hij verkoopt het patent aan General Motors. De multinational gebruikt de batterij in het ontwerp voor haar eerste elektrische wagen: de EV1. Een eerder testontwerp had Californië in de VS ertoe aangezet om de grote autoproducenten te verplichten elektrische wagens in productie te nemen. GM leasede de wagen aan een tweeduizendtal Calfiforniërs. Enkele jaren later besliste GM dat de elektrische wagen te weinig geld opbracht. De productie, die al op een laag pitje stond, werd volledig gestopt. Wie nog een van de auto’s had, moest deze inleveren. De meesten werden vernietigd. Vandaag is een werkende GM EV1 één van de zeldzaamste wagens in de wereld.

    Door Stef (Antwerpen)

    Na het stopzetten van de productie verkocht GM het patent voor de batterij. De koper? Texaco, een oliebedrijf dat even later opgaat in alweer een oliebedrijf: Chevron. Datzelfde Chevron prijkt op de twaalfde plaats in de lijst van de 100 bedrijven die verantwoordelijk zijn voor 71% van de globale uitstoot. Vandaag wordt het gebruik van de batterijen in zowel hybride als elektrische wagens bemoeilijkt. Chevron heeft er op korte termijn immers alle belang bij om de verkoop van ‘groene’ wagens te bemoeilijken.

    Heel wat bedrijven kopen groene patenten om ze daarna nooit te gebruiken. Het kan soms een nuttige strategie zijn om technologieën te monopoliseren die voor het bedrijf geen winstgevende vooruitzichten hebben. Ze worden zo immers uit de handen van concurrenten gehouden. Concurrentie kun je hier ruim interpreteren. Niet alleen willen bedrijven de concurrentieslag binnen de eigen markten winnen, ze willen ook nieuwe alternatieven op hun producten tegenhouden als die niet in het belang van het bedrijf zijn.

    Voor de grote bedrijven is het interessant om klimaatactivisten naar de mond te praten en hun imago op te poetsen. Groene patenten naar de markt brengen is dat vaak veel minder. Met name de oliebedrijven zien dat traditionele fossiele brandstoffen hen nog steeds veel meer geld opbrengen dan klimaatvriendelijke alternatieven. Beursgenoteerde bedrijven zijn bovengemiddeld onderhevig aan deze logica. Het doel is immers vaak om op korte termijn zoveel mogelijk dividenden uit te keren. Het loon en de carrière van de CEO zijn immers vaak onrechtstreeks of zelfs direct via aandelenopties gekoppeld aan hoe goed ze de ‘shareholders’ dienen.

    Het patenteren van technologie is inherent aan het moderne kapitalisme. Verdedigers van de vrije markt stellen dat patenten broodnodig zijn. Zonder een garantie op het exclusieve recht om een technologie te exploiteren, zou er voor bedrijven geen impuls zijn om die technologieën effectief te ontwikkelen. Het winstbejag wordt dus vooropgesteld op menselijke noden. Het is echter ook een ronduit hypocriet argument. We krijgen vaak te horen dat kapitalisme voor innovatie zorgt. Heel wat van het wetenschappelijk onderzoek vandaag gebeurt echter niet dankzij maar ondanks de markt. De KU Leuven, nog steeds de meest toonaangevende universiteit in België, is een miljardenbedrijf. Het grootste deel van haar werkingsmiddelen voor onderzoek haalt ze echter van de overheid. De KU Leuven pocht op haar website dat ze beheerder is van tal van patenten. We moeten ons de vraag stellen of het beheer van die patenten wel in ons belang gebeurt. Wanneer we betalen voor producten gebaseerd op deze patenten, betalen we immers twee keer.

    In China, een land waar de verkoop van auto’s nog sterk groeit, weigeren heel wat bedrijven te investeren in bijvoorbeeld hybride technologie. Deze technologie is namelijk afhankelijk van allerlei onderdelen die gepatenteerd zijn in de VS. 60% van het wetenschappelijk onderzoek in de VS wordt betaald met belastingen. Door de gewone Amerikaan dus. Heel wat patenten zijn in handen van universiteiten. Zo bezit MIT zo’n 30 groene patenten en verleent Cleveland State University het exclusieve recht op het gebruik van een nieuwe windturbine aan slechts 1 bedrijf. De universiteiten die deze patenten in handen hebben, zetten zelf geen productiemiddelen en arbeid om deze te verwezenlijken. Daarom verkopen ze licenties aan bedrijven die deze dan voor een periode kunnen exploiteren. De negatieve effecten zijn legio. Ook is groene technologie het slachtoffer van zogenaamd patent trolling. Bedrijven kopen patenten op en verkopen licenties. Dit is hun hoofdactiviteit. Ze vormen een schakel in het systeem die compleet overbodig is en zijn in feite een obstakel voor de verdere verspreiding van de gepatenteerde wetenschap die ze verkopen.

    Een enorme schat aan wetenschappelijke rijkdom wordt op dagelijkse verhandeld, opgepot en verkwist. De winstlogica van het kapitalisme, waar de patentenhandel uit vertrekt, botst op de concrete uitdagingen waar we vandaag mee geconfronteerd worden. Het rapport dat vorig jaar door het IPCC gepubliceerd werd, geeft ons twaalf jaar om doortastende maatregelen te nemen om de klimaatverandering te bestrijden. Hierin is een belangrijke rol weggelegd voor wetenschappelijk onderzoek. Heel wat broodnodige technologieën staan immers nog maar in hun kinderschoenen.

    Wat we produceren, ook op wetenschappelijk gebied, moeten we ook kunnen controleren. Kennis moet iedereen toebehoren, niet enkelingen die er winst uit willen slaan. De beste oplossing tegen de winstlogica en daarmee het oppotten en misbruiken van patenten is het onder democratisch beheer brengen van de wetenschap en haar gaan gebruiken in het algemeen belang. Wat gaat ons dat dan nog opbrengen? Een leefbare planeet.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop