Your cart is currently empty!
Category: Publieke sector – algemeen
-
Mechelse brandweer staakt voor pensioen op 56
“Wat fundamenteel verkeerd is, is dat het KB van ’99 de steden toelaat om wel of niet in het KB te stappen, en zo de eigen pensioenleeftijd van gemeente tot gemeente kan laten variëren.” Aan het woord is Rudi Somers, Mechelse brandweerman in staking, afgevaardigde voor het VSOA bij de Mechelse brandweer en Vlaamse voorzitter van VSOA-brandweer.
[box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]
Update
Dinsdag werd actie gevoerd aan de gemeenteraad en woensdag werd actie gevoerd aan de Kon. Astridlaan. Hiermee wordt het protest van de brandweerlieden meer zichtbaar. Met de acties kan de steun onder de bevolking voor de acties toenemen.
[/box]De Mechelse brandweer staakt al geruime tijd tegen de plannen van het gemeentebestuur en burgemeester Bart Somers om de pensioenleeftijd voor de brandweer niet op 56 jaar te laten. Er bestaat een Koninklijk Besluit, dat gebaseerd is op wetenschappelijk onderzoek rond de pensioenleeftijd, maar dit KB bepaalt enkel dat de pensioenleeftijd vanaf 56 jaar “kan”.
Hierdoor kan een Leuvense of een Zaventemse brandweerman wel op 56 jaar met pensioen, maar een Mechelse niet. “Alsof in Mechelen de brandbestrijding minder schadelijk is”, grapt Rudi Somers nog. “Want wat voor een jonge spuitgast van 20 nog kan, is voor iemand met 30 jaar dienst een loodzware belasting, waarvan hij niet snel meer recupereert. Met het wegvallen van verschillende diensten, zoals de telefooncentrale of de ambulancedienst, is de bezetting van 110 naar 85 man teruggevallen, en moet iedereen alle taken op zich nemen. Iemand van 55 kan nu niet enkel de taak van chauffeur op zich nemen, maar moet ook nog eerste man zijn.” (de “eerste man” is diegene die als eerste een brandend gebouw in moet met thermisch pak, zuurstoffles, en gasmasker, een loodzware taak dus)
Voor de verhoging van de pensioenleeftijd geeft Somers (Bart, niet Rudi) drie redenen. Er is het financiële aspect. Uiteraard is het budget van een gemeente beperkt. Maar op veiligheid van personeel en bevolking zou geen prijs mogen staan. Verder neemt Bart Somers een principiële houding in: als voorzitter van een partij die stelt dat we allen langer moeten werken, wil hij die maatregel effectief veralgemenen. De discussie rond het Generatiepact werpt dus ook zijn schaduw op het personeel van openbare diensten.
Tenslotte zijn er de hervormingen die op stapel staan eens de regering definitief gevormd is. Er werd gesteld dat de brandweerhervorming prioritair zou zijn, maar door de aanslepende regeringscrisis wil elke minister wel prioriteiten naar voor schuiven. En als alles prioritair is, blijft er geen enkele prioriteit over.
Bovendien is het onduidelijk wat de hervormingen exact zullen brengen. Zullen de korpsen federaal blijven, of regionaal? Of zelfs maar zonaal? Ook hier vat Rudi het kernachtig samen: een zo groot mogelijk eenheid is in hun voordeel: want doordat de stakingsactie op gemeentelijk vlak moet gevoerd worden, is hun slagkracht beperkt. “Als we allemaal onder hetzelfde statuut zouden vallen, zouden we ook samen aan één zeel kunnen trekken.” Andere korpsen hebben eens een bezoekje gebracht en hun steun toegezegd, maar daar blijft het ook bij.
En solidariteit vanwege de andere stadsdiensten? “De brandweer is een eilandje op zich. We worden gezien als de mannen die gans hun dienst maar wat zitten te kaarten, terwijl de dagtaak van een brandweerman behoorlijk vol zit. En als we dan zo vroeg met pensioen willen, dan is dat om nog in het zwart te kunnen bijklussen. Daardoor is de solidariteit vanuit de andere diensten beperkt. Hier en daar een afgevaardigde die langs komt, en dat is het.” Toch zou het anders kunnen. “Indien de andere stadsdiensten op straat komen, kunnen wij hen ondersteunen. Met ons materiaal kunnen we behoorlijk wat kabaal maken. De laatste keer dat alle stadsdiensten samen in actie kwamen, is ondertussen 23 jaar geleden, maar toen hebben we wel resultaten geboekt.”
Met spandoeken aan de gevel en met flyeracties op de markt hebben de brandweermannen om aandacht gevraagd. Op 26 februari willen ze ook nog eens de gemeenteraad onder druk zetten. Maar daar verwachten ze alleen steun van de kant van het Vlaams Belang. Opposition oblige. Een afspraak met Caroline Gennez ging niet door. Zelf stuurde ze haar kat en een kabinetsmedewerker. Maar uit die gesprekken bleek dat ze eerder haar liberale coaltiepartner zou steunen dan de stakende arbeiders. Ook op lokaal vlak doet zich de nood aan een arbeiderspartij voelen.
Kortom, Somers en Somers gaan nog voor hete vuren staan in de stad van de Maneblussers.
-
Antwerpse afvalophaling: neen aan de privatisering, neen aan de aanvallen op het personeel
Er woedt een hevige discussie over de Antwerpse afvalophaling. Daarbij is het personeel de eerste dupe, maar ook de inwoners in het algemeen zijn verliezende partij in deze discussie. Met de feestdagen is het tekort aan personeel voor de afvalophaling nogmaals gebleken, op sommige plaatsen bleef het afval twee weken staan. Vanuit de overheid werd al snel met de vinger gewezen naar het personeel…
De discussie over de Antwerpse afvalophaling komt niet op een toevallig ogenblik. Er zijn blijkbaar plannen om deze dienst aan te pakken. De bevoegde schepen, Guy Lauwers (SP.a), is de voormalige ACOD-secretaris die bevoegd was voor de gemeentediensten. Dat houdt hem echter niet tegen om het voorstel te doen om de afvalophaling onder te brengen in een autonoom afvalophalingsbedrijf. Dat zou een eerste stap zijn in de richting van een privatisering met de nodige gevolgen op het vlak van lonen, arbeidscondities, pensioenen,…
Om een dergelijke aanval verkocht te krijgen, werd het personeel van de afvalophaling de afgelopen dagen zwaar onder vuur genomen in onder meer de Gazet van Antwerpen. Die krant titelde gisteren nog dat zowat één vierde van het personeel bij de afvalophaling niet beschikbaar is. Schepen Lauwers speelde daarop in door te stellen dat bij een omvorming naar een autonoom bedrijf het onbeschikbare personeel ofwel op brugpensioen zou kunnen ofwel elders zou worden tewerkgesteld.
Het hoge percentage van vuilnismannen en –vrouwen dat niet beschikbaar is, komt onder meer door de zware belasting van het personeel. De flexibiliteit, hoge werkdruk en het zware werk hebben een invloed op de gezondheid. Het is schandalig dat gesuggereerd werd dat het grote aantal afwezigen het gevolg zou zijn van alcohol en drugsproblemen (psychiatrische problemen werden eveneens aangehaald). Dat soort suggesties is er op gericht om de bevolking te laten keren tegen het personeel van de afvalophaling.
Er is ongenoegen onder de Antwerpse bevolking en dat is zeker terecht. In bepaalde wijken van Merksem en Berchem staat het afval al twee weken op straat. De normale ophalingsdag is daar dinsdag, maar met kerstmis en nieuwjaar werd niet gewerkt. Er waren onvoldoende middelen om een extra ophalingsronde te doen op woensdag. Resultaat: stinkende straten vol afval. Het is dan nog niet zo erg als in Napels, maar ook stinkende straten zijn nooit aangenaam. Ook niet voor wie het achteraf moet komen opkuisen.
De verantwoordelijkheid hiervoor moet niet bij het personeel van de afvalophaling gelegd worden, maar bij de verantwoordelijken van de stad Antwerpen. Een privatisering van de afvalophaling zal de situatie niet verbeteren. Integendeel, privatiseringen doen ons steeds meer betalen voor minder diensten. Om nog wat olie op het vuur te gooien, stelde Annick De Ridder (VLD) voor dat er een minimumdienstverlening zou komen bij de afvalophaling zodat ook bij een staking (en op feestdagen!) alle afval zou worden opgehaald. Als De Ridder persé wil dat er afval wordt opgehaald op feestdagen, zal het personeel haar wellicht niet tegenhouden om dat zelf te doen. Maar ook de vuilnismannen en –vrouwen hebben recht op hun feestdagen! Er moeten maar voldoende mensen ter beschikking worden gesteld om na feestdagen extra ophalingsrondes te organiseren.
De heisa rond het aantal onbeschikbare personeelsleden was duidelijk opgezet spel om een aanval voor te bereiden op het openbare karakter van de afvalophaling en op het personeel. Het zorgde voor een terechte woede onder het personeel dat bijvoorbeeld weigerde om over te werken in Merksem en Ekeren bij de ophaling van het afval dat de afgelopen twee weken was blijven staan op dinsdag. Deze weigering was een rechtstreeks gevolg van de negatieve mediaberichten over het personeel.
Wij vinden het ongenoegen van de vuilnismannen en –vrouwen terecht. We moeten de voorstellen van het stadsbestuur inzake een privatisering van de afvalophaling opvolgen om ertegen te protesteren en te eisen dat er meer middelen te komen voor personeel en materieel zodat de werkdruk kan verminderen en de dienstverlening worden uitgebreid. Dat zijn twee vliegen in één klap die er voor kunnen zorgen dat Antwerpen een propere stad zou kunnen worden. Alleen past het niet in de neoliberale logica van de partijen die in de gemeenteraad vertegenwoordigd zijn.
-
Revolte bij het gemeentepersoneel in Verviers: “We zitten allemaal in hetzelfde bootje”
Burgemeester Claude Desama (PS) van Verviers kondigde recent aan dat er te weinig middelen zijn waardoor er zal bespaard worden op het stadspersoneel. Dat personeel neemt de onzekerheid niet en voerde reeds meermaals actie.
Interview door Simon Hupkens
Op 12 november was er een concentratie van de CGSP (Franstalige tegenhanger van het ACOD, de vakbond van het overheidspersoneel) met zo’n 200 aanwezigen. Op 29 november volgde een nieuwe actie met 300 aanwezigen. We spraken met Mireille Baiwir, ACOD-delegee bij de paramedische diensten van het OCMW van Verviers.
Wat zal op uw werkplaats de impact van de voorziene maatregelen zijn?
“De heer Desama ‘belooft’ ons dat er in 2008 20 voltijdsen minder zullen zijn in de paramedische diensten. Dat zullen niet noodzakelijk naakte ontslagen zijn, maar alleszins zou het een belangrijk banenverlies betekenen.”
Denk je dat de gemeente teveel personeel heeft aangeworven, zoals Desama liet uitschijnen?
“In mijn sector zitten we in ieder geval met een personeelstekort. De besparingen zullen grotendeels gebeuren op de kap van het verzorgend personeel zoals verplegers. Elders werkt het OCMW vaak met tijdelijke en goedkope contracten, daar snoeien zal hen niet zoveel opleveren.”
Wat is de reactie van de vakbonden?
“We hebben al een ontmoeting gehad met de verantwoordelijken van de gemeente Verviers. De burgemeester weigert echter om ons te ontmoeten. Er is een grote actiebereidheid, zowel bij ABVV als ACV. We zullen alle personeelsleden nodig hebben, los van hun syndicale kleur of hun functie. We zitten allemaal in hetzelfde bootje.“
-
Rooms-blauw zal verder de openbare diensten uitverkopen
Hetgeen nog overblijft van overheidscontrole op Belgacom zal verder verdwijnen als het van de rooms-blauwe onderhandelaars afhangt. Belgacom was al grotendeels verkocht waardoor de privé het al langer voor het zeggen heeft in het telecombedrijf. De gevolgen waren er ook naar: in 2006 maakte Belgacom 6,1 miljard euro winst terwijl sinds begin jaren 1990 zowat de helft van het personeel verdween.
De afgelopen dagen maakte het schandaal rond de signalisatieborden in Mechelen duidelijk dat privatiseringen enkel de winsthonger versterken en uiteindelijk de gemeenschap meer kosten dan opbrengen. De privatisering van de levering en plaatsing van signalisatieborden zorgde ervoor dat Mechelen 35 euro in plaats van 15 euro per bord moest betalen en leidde bovendien tot een wildgroei aan borden. Deze nieuwe veroordeling van het privatiseringsbeleid kan de rooms-blauwe onderhandelaars echter niet overtuigen om hun plannen voor nog meer privatiseringen op te bergen.
Nu moet Belgacom voor de rooms-blauwe partners volledig in private handen komen: De werknemers van het bedrijf mogen daarbij het ergste vrezen. Om tot de recordwinst van 6,1 miljard euro in 2006 te komen, heeft het personeel een zware prijs betaald. De topmanagers natuurlijk veel minder: die kregen heel wat cadeautjes. Maar het gewone personeel zag het aantal arbeiders met zowat de helft verminderen: van bijna 30.000 begin jaren 1990 tot 15.000 begin 2007. De overheid bezat nog steeds ongeveer de helft van de aandelen (53,5%). In de praktijk betekent dit dat de privé het voor het zeggen heeft, maar nu wil de overheid dat ook officialiseren door haar aandeel in Belgacom verder af te bouwen.Eerst moeten wel nog wat cadeaus geïnd worden. Belgacom zal een tussentijds dividend betalen van 170 miljoen euro. Daarvan zal zowat 91 miljoen euro in de staatskas terecht komen. Dat moet de minder goede cijfers voor de staatskas wat compenseren.
Na Belgacom zal mogelijk De Post volgen. Ook dat bedrijf is reeds grotendeels geprivatiseerd, maar de rooms-blauwe partijen zijn het nog niet eens over een volledige verkoop van De Post aan de privé. Mogelijk zal het niet lang duren vooraleer er ook daar een akkoord over is en dan zal de vraag zich natuurlijk stellen wat nog overblijft om te privatiseren. Het spoor?
De privatiseringswoede van de rooms-blauwe partijen zal ons geen voordelen opleveren. Integendeel, privatiseren zorgt ervoor dat we meer moeten betalen voor minder diensten en soms hoogst twijfelachtige diensten. Zijn de lessen van de Britse spoorwegen reeds vergeten? Weigeren de partijen lessen te trekken uit het Mechelse schandaal? Of dienen ze enkel de belangen van het patronaat dat extra winsten ruikt, ook al gebeurt dat op de kap van de meerderheid van de bevolking.
-
Naar een kaalslag onder de ambtenaren?
Eén van de discussies die geregeld terugkomt bij de regeringsvorming is de omvang van de ambtenarij in dit land. Zo werd door de patroonsfederatie VBO reeds gepleit voor een drastische besparing op de ambtenaren. Deze discussie zal na de buurlanden ongetwijfeld ook hier steeds meer een echo vinden onder de gevestigde partijen.
Een ambtenarij met 25.000 jobs minder zou 10 miljard euro besparen. Dat is het uitgangspunt van de patroonsfederaties in deze discussie. Er wordt de toekomstige regering een besparingsterrein aangeboden dat volgens de patroons “relatief pijnloos” kan worden aangesneden.
Het aantal ambtenaren dat ouder is dan 50 jaar ligt immers vrij groot: 40% van het personeelsbestand van de federale ambtenarij is ouder dan 50 (onder de actieve bevolking in het algemeen is dat 20%). Bijgevolg wordt voorgesteld om een generatie ambtenaren niet te vervangen, maar via pensioenen (en mogelijk zelfs brugpensioenen) te laten afvloeien.
Het VBO herhaalde haar standpunten recent nogmaals in het kader van de regeringsvorming. De patroonsfederatie wordt nu gevolgd door Rudy Aernoudt, de voormalige kabinetschef van onder meer minister Fientje Moerman (VLD) en auteur van een boek dat als antwoord werd gezien op het Warandemanifest (over de splitsing van België).
Aernoudt stelt dat het mogelijk moet zijn om met 25.000 ambtenaren minder evenveel te doen of toch een betere dienstverlening zou aanbieden op enkele kerntaken. Dat zou 10 miljard euro opleveren. Deze operatie zou gepaard gaan met het uitbesteden van verschillende diensten (bewaking, schoonmaak, catering,…). Dat zou het mogelijk maken om voor die taken goedkopere en flexibelere arbeidsovereenkomsten te sluiten, al dan niet via interimkantoren.
De discussie over het verminderen van het aantal ambtenaren is voor het patronaat niet in eerste instantie een discussie over dienstverlening aan de bevolking. Wat het patronaat het meeste stoort, zijn de statuten van vast benoemde ambtenaren, de daarbij horende pensioenen en andere sociale verworvenheden. Het zijn die sociale verworvenheden die onder vuur komen te liggen.
-
Liberaliseringen: Minder diensten voor meer geld
In 2006 besliste de Europese Commissie dat de postsector in verschillende fasen moest worden geliberaliseerd. Dat heeft geleid tot een reeks herstructureringen en aanpassingen in de Europese postdiensten om zo de aangekondigde concurrentie het hoofd te kunnen bieden. De voorbereiding op een volledige liberalisering heeft reeds geleid tot heel wat prijsverhogingen en een afbouw van het personeelsbestand.
Simon Hupkens
Tegen 2011 zouden ook gewone brieven van minder dan 50 gram onderworpen moeten worden aan de logica van de concurrentie. Hierdoor zou De Post als openbare dienst niet langer het enige bedrijf zijn dat post verdeelt. De Europese Commissie probeert ons de liberalisering te verkopen met het argument dat liberaliseren leidt tot lagere prijzen. Dat liberale dogma is nochtans reeds doorprikt in de energiesector. De beloofde prijsdalingen hebben zich daar niet gerealiseerd, integendeel. Ieder gezin zal wel weten dat het bedrag op de energiefacturen de afgelopen jaren is toegenomen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het aantal “wanbetalers” sterk toeneem: 91.600 gezinnen werden reeds op de zwarte lijst gezet door de energieleveranciers.
Zullen we binnenkort hetzelfde zien bij de postdiensten? Als we kijken naar enkele Europese voorbeelden kunnen we dat enkel bevestigen. In Zweden werden de postdiensten reeds volledig geliberaliseerd. Resultaat: de prijzen zijn er quasi verdubbeld voor particuliere gebruikers. Voor een postzegel moet je er nu dubbel zoveel betalen. Staat ons dat ook te wachten in België (beeld je maar eens in dat je voor een gewone brief 0,87 euro moet betalen in plaats van 0,46 euro…).
De private bedrijven die post verdelen, blijken zonder uitzondering te werken met bijzonder flexibele en onderbetaalde arbeiders, waaronder heel wat schijnzelfstandigen. In Duitsland deed TNT zelfs een oproep aan kinderen boven de 13 jaar om post te bedelen: 1.000 bussen voor 20 euro. De liberalisering in Duitsland heeft ertoe geleid dat 22.000 jobs verloren gingen bij de vroegere openbare dienst. Bij de nieuwe postbedrijven kwamen er 13.000 jobs bij, dit is een nettoverlies van 9.000 jobs. 62,3% van de nieuwe jobs zijn “mini-jobs” met een maandelijks inkomen van maximum 400 euro waardoor geen sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd zijn.
Ondanks de lage lonen en de onderbemanning bij De Post stellen de voorstanders van de liberalisering steevast dat het personeelsbestand moet worden afgebouwd. Ook de dienstverlening heeft hieronder te lijden: het is geen toeval dat 277 postkantoren in dit land worden gesloten en vervangen door postpunten. Waar er reeds een liberalisering is doorgevoerd, komt er een post op twee snelheden: de grote klanten krijgen extra voordelen, de kleine klanten moeten meer betalen voor minder diensten. De post van grote bedrijven wordt sneller behandeld, in landelijke of afgelegen gebieden neemt de dienstverlening af,… Een openbare dienst zou ons allemaal een kwaliteitsvolle dienstverlening moeten aanbieden. Een liberalisering leidt tot het versterken van ongelijkheid.
De Belgische regering stelde dat een liberalisering vanaf 2009 te vroeg zou komen omdat de Belgische Post nog onvoldoende voorbereid is. De datum voor de liberalisering is uitgesteld naar 2011. De voorbereidingen voor de liberalisering wegen echter nu reeds door. Het personeelsbestand wordt verminderd, de dienstverlening aan de bevolking afgebouwd. En dat allemaal om de winsten op te drijven.
Wat zal er na een volledige liberalisering overblijven qua dienstverlening door De Post?
-
Doofpotoperatie bij Swissair
Het Zwitserse proces tegen de verantwoordelijken van Swissair is op een sisser uitgedraaid. Alle beklaagden werden vrijgesproken in het grootste strafproces in de Zwiterse economische geschiedenis. Het faillissement van Swissair bracht heel wat leed aan bij de voormalige werknemers van dit bedrijf. Ook Sabena werd meegesleurd in de val van Swissair. De uitverkoop en plundering van Sabena ging ten koste van het personeel dat op straat werd gezet.
Het faillissement van Sabena leidde ertoe dat 7.500 Sabena-werknemers en 4.500 werknemers bij verschillende dochterbedrijven het slachtoffer werden van de uitverkoop door de regering en het leegzuigen van Sabena door Swissair. Dit was de realiteit van de wereldwijde liberalisering van het luchtvaartverkeer. Swissair heeft naar schatting 650 miljoen euro uit Sabena weg gehaald. Dat cijfer is mogelijk nog een onderschatting, bij het faillissement zelf werd gesproken over 35 miljard Belgische franken (bijna 900 miljoen euro).
Sabena werd destijds door de regering te koop aangeboden. Op verschillende momenten heeft Verhofstadt rechtstreeks met Swissair onderhandeld, zo engageerde hij het land om geen gerechtelijke stappen te ondernemen tegen Swissair (dat gebeurde in het zogenaamde Hotelakkoord). De luchtvaart moest nu eenmaal geliberaliseerd worden en daartoe moest Sabena te koop worden aangeboden. Swissair maakte er handig gebruik van om Sabena leeg te persen. De prijs daarvoor werd uiteindelijk betaald door de gemeenschap en door de arbeiders van Sabena en dochterondernemingen.
De verantwoordelijken van Swissair, onder wie de vroegere topman Mario Corti, werden nu voor een Zwitserse rechtbank vrijgesproken voor hun rol in het faillissement. De bestuurders werden beticht van slecht bestuur en misbruik van hun positie. De toplui werden echter niet veroordeeld, ze werden vrijgesproken en kregen er zelf een ruime schadevergoeding bovenop. Zo krijgt de voormalige topman Corti 375.000 euro schadevergoeding! Bij het faillissement van Swissair in oktober 2001 was er een schuldenberg van zowat 10 miljard euro.
Zelfs de curator van Sabena, Christian Van Buggenhout, moet nu stellen: "De Zwitserse justitie heeft uit vrees voor schandalen alles onder de mat geveegd. Dit is een farce." De curator voegde er aan toe dat er nog een burgerlijk proces komt in België waarbij 2 miljard euro schadevergoeding wordt geëist van Swissair. Alleen is het onduidelijk of het gerecht in staat zal zijn om het proces af te ronden voor het intreden van de verjaring…
Sommigen slagen er in om met alles weg te komen. Wij moeten als gewone werkmens niet proberen om een euro te weinig te betalen voor onze belastingen. De top van Swissair daarentegen komt ermee weg om Sabena (en dus de gemeenschapsmiddelen waarvoor wij allen bijdragen hebben betaald) leeg te plunderen en vervolgens niet veroordeeld te worden. Als ook het proces in België nog eens zal verjaren, is er nogmaals een schuldige medeplichtigheid van het establishment in dit land. Dat was reeds het geval met de verkoop van Sabena, maar uit die fouten zijn blijkbaar geen lessen getrokken.
-
Belgacom. Topman incasseert winsten, personeel moet prijs betalen
Enkele weken geleden kondigde Belgacom trots aan dat er recordwinsten werden geboekt. Tegelijk werd aangekondigd dat nog eens 1.500 jobs moesten verdwijnen. Dat is nodig om de winsten verder op te drijven. Wie profiteert daarvan? De aandeelhouders en topmanagers. Of de topmanager die ook aandeelhouder is, zoals Didier Bellens.
In 2006 maakte Belgacom heel wat winst: 6,1 miljard euro. Er werd een dividend van 1,6 euro per aandeel betaald aan de aandeelhouders. Didier Bellens beschikte toen over 300.000 aandelen en kreeg dus bovenop zijn jaarloon van 1.850.000 euro nog eens 480.000 euro aan dividenden. Wat 2006 betreft komt Bellens zo op bijna 6.400 euro per dag. Hoeveel maanden moet een gemiddelde arbeider van Belgacom werken voor 6.400 euro?
Nu gaat Bellens over tot de verkoop van een groot pakket aandelen. 180.000 van zijn 300.000 aandelen verkoopt hij. Daarmee krijgt hij de waarde terug van de aankoopprijs van de 300.000 aandelen: 6 miljoen euro. De overige 120.000 aandelen (met een waarde van ongeveer 4 miljoen euro) vormen pure winst. De aandelen werden in 2004 aangekocht.
Op drie jaar tijd maakt Bellens dus nog eens 4 miljoen euro winst op basis van de waarde van de aandelen. We zitten inmiddels aan een jaarinkomen van 3,6 miljoen euro voor 2006 (of 10.000 euro per dag, weekend inbegrepen!).
Voor het gewone personeel gaat het niet zo goed bij Belgacom. Begin jaren 1990 waren er nog 26.500 arbeiders, begin 2007 waren dat er nog 15.000. Nu zouden er nog eens 1.500 weg moeten. ACV-Transcom merkte op: “Er was vorig jaar een daling van de personeelskost met 3,3%. Op directieniveau stegen de lonen echter met 6,4%. Nu is het tijd voor onze loonsverhoging.”
De ruimte voor loonsverhogingen is er klaarblijkelijk. Er zijn immers middelen genoeg om met de euro’s te gooien naar topmanagers. Waarom moeten de arbeiders de buikriem aanhalen als de directie zichzelf steevast nieuwe cadeautjes geeft?
-
Brandweer betoogt in Brussel. Geen besparingen op onze veiligheid!
Gisteren vond in Brussel een betoging plaats van brandweerlieden uit heel het land. Het ongenoegen is groot omwille van een gebrek aan middelen en personeel. De besparingen op de openbare diensten laten zich voelen voor het personeel, maar uiteindelijk ook bij de arbeiders in het algemeen. Het is immers op onze veiligheid dat wordt bespaard. De betoging verliep volgens de media "grimmig" omdat de brandweerlieden hun materieel hadden buiten gehaald.
De brandweerlieden mobiliseerden nationaal voor deze betoging. Dat is op zich erg belangrijk, want de condities en loonsvoorwaarden zijn veelal lokaal bepaald en verschillend. De brandweer is in veel gevallen afhankelijk van de gemeenten of van een aantal gemeenten in de vorm van intercommunales. Dat is ook het niveau waarop de loons- en arbeidscondities worden vastgelegd. Over deze verschillen heen werd eensgezind gemobiliseerd. De problemen zijn immers overal dezelfde: een tekort aan personeel en te weinig middelen.
De betoging van 28 februari was succesvol: enkele duizenden brandweerlieden namen deel aan de betoging. Ze eisten de erkenning van hun beroep als risicoberoep, brugpensioen op 55 jaar en meer middelen. Het materieel waarmee de brandweerlieden nu moeten werken, is in veel gevallen verouderd en voldoet niet aan de veiligheidsvereisten. Ook de opleiding laat in veel gevallen te wensen over.
De brandweerlieden werden niet bepaald vriendelijk ontvangen door het politieke establishment in Brussel. De minister (Dewael) wou hen niet ontvangen en uiteindelijk werd de politie ingezet tegen de betogers. Daarbij werd traangas gebruikt en werden waterkannonnen ingezet. Gelukkig hadden de brandweerlieden zelf ook wat materieel mee, zodat de politie geen vrij spel kreeg voor haar repressie. Waarom gaven de autoriteiten bevel aan dergelijke repressie tegen de brandweerlieden? Uit respect voor hun dagelijkse inzet voor onze veiligheid?
CAP-interventie
Op de betoging waren leden van CAP uit verschillende regio’s aanwezig. De solidariteitsbus die aan de piketten van VW stond, was er ook nu weer bij. De pamfletten van CAP werden gretig aangenomen door de brandweerlieden. Er werden een 50-tal Nederlandstalige en een 50-tal Franstalige peterslijsten opgehaald om met CAP te kunnen deelnemen aan de verkiezingen van 10 juni.
Verslag door een CAP-brandweerman
"Beste kameraden, ik ben terug thuis! Nat maar tevreden. Voor de flikken heb ik alweer wat minder respect, voor zover ik daar ooit al wat respect voor zou gehad hebben.
"Na een rustig begin vanaf het WTC aan het Noordstation gingen ruim 3000 betogers en een dertigtal brandweerwagens naar de Koninginnestraat. Ik heb steeds met een secretaris van LRB-ACOD op kop van de betoging gelopen. Aan de Congreskolom werden we opgewacht door de zwarte horde, inclusief alles wat ze hadden, sproeiwagens, overvalwagens en heel veel mannen met kepie’s met heel veel goud op. Ik was echt jaloers op zulke mooie kepie’s: die van mij is zeker niet zo mooi.
"Na wat geloei met sirenes en enkele voetzoekers moesten we toch onze kennis eens tonen hoe men degelijk schuim maakt. De flikken konden dat niet appreciëren en antwoordden met de "spuit". Dit deden ze zo slecht dat we dan maar getoond hebben hoe het echt moest… De collega’s uit Charleroi, Ath en Luik zetten drie pompwagens in: wij nat maar zij ook nat met een sausje van proteïneschuim (grondstof zijn dierlijke resten en het stinkt vreselijk, na drie keer wassen, ruik je nog)
"We hebben toch een unieke kans laten liggen. Volgende keer moeten we daar zijn met de solidariteitsbus van CAP en Jef Sleeckx moet zeker mee. De politiek was nergens. Dat kon ook niet anders; je zou wat gezien hebben. Indien er nog acties zijn, moeten we daar informatie verstrekken. Ik wil dat de volgende keer helemaal coördineren. Moeten we doen!
"Ontwaakt verworpenen der aarde , c’est la lutte finale!"
Een CAP-brandweerman
-
Brandweer in actie. Regering en gemeenten besparen ten koste van onze veiligheid!
Sinds enkele jaren eist het personeel van de brandweer een verbetering van haar positie. Zowel op nationaal niveau als bij de gemeenten eisen ze meer middelen om hun werk efficiënt te kunnen verrichten. En dat werk is niet bepaald onbelangrijk, het gaat immers om de bescherming van onze levens en onze veiligheid.
Als je willekeurig in je omgeving vraagt naar een paar voorbeelden van risicoberoepen, is de kans groot dat iemand naar de brandweer zal verwijzen. Maar dat is blijkbaar niet het standpunt van de regering die weigert om de brandweer bij “risicoberoepen” onder te brengen. Dit is wraakroepend. Naast de evidente gevaren, zijn brandweerlieden ook onderhevig aan gevaren op kanker onder meer door chemische producten waarmee ze tijdens hun werk in aanraking komen.
De brandweerlieden willen erkend worden als risicoberoep. Daarnaast willen ze ook toegang tot brugpensioen op 56 jaar. Op dat vlak is er nog een probleem, zeker na het Generatiepact.
Deze eisen vallen in Luik samen met problemen inzake werkomstandigheden. De werkssfeer onder de brandweerlui is er erg slecht, er is een gebrek aan communicatie en aan respect van de directie. Promoties gebeuren bijvoorbeeld onder duistere condities en zijn absoluut niet transparant voor de arbeiders. De gebouwen waar de brandweerlui 24 op 24u beschikbaar zijn, bevinden zich in een erg slechte toestand. De gebouwen van de directie daarentegen, waar de directieleden 8 uur per dag komen werken, zijn splinternieuw.
De directie beschikt over bedrijfswagens, dikke BMW’s, en heeft toegang tot kredietkaarten op naam van de brandweer. De 500 Luikse brandweerlui daarentegen moeten extra werken omdat er een onderbemanning is van minstens 30 arbeiders. Misschien moet het geld beter besteed worden?
De arbeiders eisen meer respect voor de gevaren van hun beroep. Daarbij moet een onderscheid gemaakt worden tussen de verschillende werkzaamheden van de brandweer. Volgens de directie is er geen verschil tussen gewone brandweerlui en pakweg de arbeiders van de GRIMP (Interventiegroep in gevaarlijke milieus). Die arbeiders moeten soms op grote hoogtes en vanop hijskranen werken. Zij moeten extra vormingen volgen buiten de werkuren, maar krijgen geen extra loon.
De brandweerlui eisen ook een loonsverhoging van ongeveer 5%. Verder komen ze op voor meer transparantie bij benoemingen en promoties, meer aanwervingen, het erkennen van het risicogehalte van hun beroep,… Eigenlijk vragen ze enkel om in normale omstandigheden hun werk te kunnen doen en bijgevolg onze levens te beschermen.
Tegenover deze eisen kwam er echter geen reactie van de directie of de overheid. Er moest bijgevolg tot actie worden overgegaan. Er werd naar de verschillende gemeentebesturen getrokken die deelnemen aan de intercommunale die verantwoordelijk is voor de Luikse brandweer. Er waren acties in verschillende gemeenten zoals Beyne-Heusay, Visé, Saint-Georges, Grâce-Hollogne, Ans, Herstal,… Overal trokken de brandweerlui met hun wagens, brandweerslangen,… op straat. Dat maakt natuurlijk heel wat indruk op de bevolking en heeft een grote zichtbaarheid. Daar werd gebruik van gemaakt om de bevolking te informeren over de eisen van de brandweerlui. Om extra solidariteit te organiseren, hielden ze zelfs een grote barbecue in het centrum van Luik en werd soep uitgedeeld.
Op 5 februari trokken de brandweerlui naar de Luikse kantoren van de televisiezenders RTBF en RTL. Daarmee protesteerden ze tegen de manier waarop de televisie verslag brengt van hun strijd voor meer middelen. Of beter gezegd: hoe er een totaal gebrek aan media-aandacht is voor deze sociale strijd.
Alain Charlier, vakbondsdelegee van de brandweerlui in Luik, vertelde ons dat de acties steeds succesvol zijn met een groot aantal aanwezigen. Er zijn telkens zo’n 100 aanwezigen, terwijl er rekening moet worden gehouden met de permanenties die uiteraard gegarandeerd worden. Dat succes komt voort uit een langdurig ongenoegen op verschillende vlakken. In december nog voerden ze actie tegen verzekeraar Ethias die weigerde om in te staan voor de arbeidsongevallen. Toen reeds werd uitgehaald naar de houding van de directie tegenover de arbeiders en de lage lonen in verhouding tot de gevaren waarmee de brandweerlui quasi dagelijks worden geconfronteerd.
Delegee Charlier merkt ook nog op dat er voor de acties helemaal niets kon voor de directie. Maar nadat enkele gemeentes werden aangedaan met protestacties, kwamen er plots maaltijdcheques van 6 euro voor de brandweerlui. Terwijl de politici zeggen dat er geen middelen zijn voor toegevingen, zien we dat strijd wel tot resultaten kan leiden.
De situatie van onderfinanciering zien we in zowat alle openbare diensten. De politici antwoorden ons steevast dat er geen middelen zijn om aan de eisen van de arbeiders tegemoet te komen, maar tegelijk zijn die politici verantwoordelijk voor privatiseringen en extra cadeaus aan het patronaat (onder meer door lastenverlagingen).
Tegenover de traditionele politici is er nood aan een andere politiek die vertrekt vanuit de belangen van de arbeiders en hun gezinnen, en niet die van de aandeelhouders en de patroons.