Category: Publieke sector – algemeen

  • Stakingsaanzegging van gemeentepersoneel in Molenbeek

    Op hun vergadering van 25 april beslisten de afgevaardigden van ACOD-LRB (Lokale en Regionale Besturen) van Molenbeek om een stakingsaanzegging in te dienen voor 21 mei. Ze roepen het personeel op om zich van 7u tot 12u te mobiliseren. Daarmee willen ze de druk op de lokale autoriteiten opvoeren om tot echt sociaal overleg te komen.

    De afgelopen maanden hebben de delegees verschillende problemen voorgelegd aan de burgemeester, het schepencollege, de dienst personeelszaken,… Het gaat onder meer over een groot aantal afdankingen, problemen van veiligheid (door onaangepaste uitrusting), problemen van hygiëne in de scholen (door een afname van het technisch personeel), gebrek aan personeel in bepaalde diensten, gebrek aan samenwerking met de syndicale afgevaardigden (zo is er nog steeds geen organigram zoals voorzien in de wet).

    Daarbovenop wordt verkeerde informatie verspreid over de onderhandelingen inzake een nieuw priksysteem dat 40.000 euro zou kosten, terwijl er geen middelen voor het personeel zijn. De delegees vernamen net dat het gemeentepersoneel voor het nieuwe systeem van prikklok naar de dienst personeelszaken zou moeten om daar vingerafdrukken te geven voor het nieuwe systeem.

    Dat leidt tot vragen en garantievereisten over wat er met deze persoonlijke gegevens gebeurt. Voor zover de delegees weten, heeft het college van burgemeester en schepenen geen advies van de Privacycommissie hierover.  Bovendien werd deze “optische prikklok” nooit goedgekeurd door het onderhandelingscomité van oktober 2013, ook al beweert de burgemeester zowel in de gemeenteraad als in de media het tegendeel.

    Het protocol van akkoord waarnaar werd verwezen had het over de glijdende uren, de verplichting om te prikken tot niveau A6 en een studie over de installatie van prikklokken in alle gebouwen van de gemeente. Op geen enkel ogenblik hebben de delegees informatie gekregen over het vervolg en de eventuele conclusies van de voornoemde studie. Geen enkel onderhandelingscomité of overlegmoment werd gevraagd om zich uit te spreken over het nieuwe systeem. Het project vereist bovendien een aanpassing van het reglement over de variabele uurroosters, dat expliciet voorziet in het prikken met badges.

    ACOD-LRB eist de dringende bijeenroeping van een onderhandelingscomité en dit voor een nieuw priksysteem wordt ingevoerd. De delegatie bevestigt dat dit niet de eerste keer is dat het college beslissingen neemt zonder rekening te houden met de vakbonden en ze wijst er terecht op dat dit onaanvaardbaar is.

  • Overwinning bij Wegeniswerken Brussel

    Door Eric

    Gisterochtend trokken ruim 250 arbeiders van het departement wegeniswerken van de stad Brussel naar het stadhuis op de Grote Markt. Na twee jaar onbeantwoorde vragen, mails en telefoons, legden ze het werk neer om in groep hun eisen inzake de problematiek van het parkeren voor te leggen. De burgemeester en de bevoegde schepenen moesten hen wel ontvangen en nog diezelfde ochtend haalden ze het gros van hun eisen binnen.

    Brussel wil de kas spijzen

    Wat was het probleem? De stad Brussel tracht zoals alle gemeenten op alle mogelijke manieren de kas te spijzen. Dat is nodig om het verlies te compenseren opgelopen door het debacle rond Dexia en de besparingen die de federale en de gewestelijke overheden doorschuiven naar de gemeenten. De gemeente moet zich daarachter niet wegsteken, aangezien dezelfde partijen die het op gemeentelijk vlak voor het zeggen hebben, ook op gewestelijk en federaal vlak aan het roer staan.

    Naast afbouw en prijsverhogingen van allerlei diensten, kostenbesparingen op personeel en een hogere werkdruk, blijvend uitstellen van broodnodige investeringen in sociale woningen, publieke crèches en schoolgebouwen, worden bevolking en werknemers bedolven onder allerlei speciale taksen. Voor het gebruik van de openbare ruimte voor het transport van energie bijvoorbeeld, of voor rioleringswerken en dus ook om hun wagen te parkeren.

    Op kosten van de kleintjes

    Wegeniswerken staat met een goede 300 werknemers in voor het onderhoud en klein herstel van de wegen, het legen van de publieke vuilnisbakjes en het vegen van de straten, het plaatsen van nadarafsluitingen bij festiviteiten, het installeren van podia etc. In de woorden van een van de werknemers: dikwijls onzichtbaar en achter de schermen zorgen we ervoor dat Brussel op een kwaliteitsvolle manier haar rol als Europese hoofdstad kan spelen.

    Een deel van de werknemers is nog statutair, anderen zijn contractueel. Sommigen zijn aangeworven in het kader van sociale reïntegratie, anderen als artikel 60 of als stagair. Wat alle arbeiders bij wegenissen echter gemeenschappelijk hebben, zijn kleine lonen voor werk dat ondergewaardeerd wordt. De arbeiders vinden het ontbreken van een parking voor het personeel daar een illustratie van, temeer omdat enkel de directie haar wagen kwijt kan op het bedrijfsterrein.

    Zoals in alle werkplaatsen van Brussel wonen heel wat werknemers in Vlaanderen of Wallonië. Iemand vertelde dat hij dagelijks 70km aflegt om om 6 uur ‘s ochtends aan de slag te gaan. Openbaar vervoer is er op dat uur niet. Een andere, uit St. Pieters Leeuw, doet er om dat uur 15 minuten over met de wagen en meer dan een uur met het openbaar vervoer.  Ruim 200 werknemers beginnen om 6 uur ‘s ochtends, de anderen een uurtje later.

    Parkeren in de buurt is altijd al een probleem geweest, zeker tijdens Brussel bad. Maar sinds begin dit jaar een blauwe zone werd ingevoerd, regent het processen-verbaal. Veel van de arbeiders werken overdag op verplaatsing. Elke twee uur hun blauwe kaart verzetten, kunnen ze niet. Resultaat: 40 euro per PV. Voor iemand die maar 1.300 euro per maand meeneemt, zoals een van de arbeiders op de actie benadrukte, weegt dat zwaar op het gezinsbudget.

    Solidariteit van collega’s

    De arbeiders bij wegenissen zijn niet de enigen die met het probleem geconfronteerd worden. Socialisme.be heeft eerder al bericht over de strijd die de werknemers in het ziekenhuis Brugmann daarrond al maanden voeren (hier vind je artikels over Brugmann). Het is een probleem voor alle publieke diensten in zowat iedere gemeente van Brussel 19. Naast het solidariteitsgevoel onder militanten, verklaart ook dit de aanwezigheid van een delegatie van Net Brussel, maar ook van militanten van de OCMW’s en stadsdiensten van Brussel, Ganshoren, Sint-Gillis en Vorst. Er waren er wellicht nog andere, maar dat zijn diegene waarmee ikzelf tijdens de actie sprak.

    Eisen

    Het gemeenschappelijk vakbondsfront onderschrijft de eisen van de werknemers:

    • Geen betaald parkeren, noch een blauwe zone in en rond de werkplaats, want er is daar geen bewoning noch handelszaken.
    • Optrekken van de vergoeding van het abonnement voor openbaar vervoer naar 95% (nu 80% voor MIVB en 50% of minder voor TEC en De Lijn)
    • Geen loonverlies voor de stakingsactie maar compensatie via boni en mali (overuren)

    Tijdens de onderhandelingen met burgemeester Yvan Mayeur en schepenen Marion Lemesre en Karine Lalieux werd afgedwongen dat de blauwe zone wordt ingetrokken en parkeren er opnieuw betaalvrij wordt. Maar aangezien dat onvoldoende parkeerplaatsen oplevert, kan voorlopig ook gebruik gemaakt worden van het braakliggend terrein achter de site. Voor het optrekken van de vergoeding voor de abonnementen op openbaar vervoer is het wachten op het mobiliteitsplan van het gewest, dat er naar belofte op korte termijn zal komen. De stakingsactie zal vergoed worden zoals iedere werkdag en verrekend worden in de boni en mali. Door de arbeiders werd dit volmondig beschouwd als een overwinning. Dat strijd loont werd daarmee opnieuw in de verf gezet.

    017Op weg naar het stadhuis

    022Op het binnenplein van het stadhuis

    023

    De onderhandelaars van het gemeenschappelijk vakbondsfront leggen de resultaten uit

    024Overwinning!

     

  • Personeel lokale en regionale besturen in actie

    Zowat 2.000 rode en een enkele groene militant trokken deze voormiddag door de straten van Antwerpen om te betogen tegen de afbouw van het personeel en de dienstverlening bij de lokale en regionale besturen. Het ongenoegen in deze sector is groot omdat ze als eerste geraakt wordt door de besparingsdrift die na de verkiezingen van 25 mei op alle niveaus hoogtij zal vieren.

    Na de gemeenteraadsverkiezingen van 2012 kondigden verschillende steden en gemeenten meteen aan dat ze zouden moeten besparen. Het verlies van middelen door de financiële crisis en het bijhorende debacle van Dexia en de Gemeentelijke Holding versterkten de reeds bestaande tekorten. Meteen na de verkiezingen werd duidelijk gemaakt waar de steden en gemeenten, los van welke partijen in de coalitie zaten, het geld zouden zoeken: bij de dienstverlening en het personeel. Zo moeten er in Antwerpen alleen 1.400 jobs verdwijnen.

    De afbraak is al bezig. De spreker van ACOD-LRB merkte voor de start van de betoging vandaag op dat er al zowat 3.000 jobs verdwenen zijn, waarvan 2.000 contractuelen wiens contract niet werd verlengd. Alles samen dreigt een sociaal bloedbad met tienduizenden jobs die verdwijnen, al dan niet via natuurlijke afvloeiingen en niet-vervangingen. Uiteraard betekent dit ook een afbouw van de dienstverlening aan de bevolking.

    De betoging vandaag ging enkel uit van ACOD, de twee andere bonden stapten niet mee op. Spijtig dat er geen vakbondsfront was, dat zou de mobilisatie immers vergemakkelijken. Nu stelden heel wat aanwezigen dat ze meer collega’s hadden kunnen meekrijgen indien alle vakbonden meededen. Waar diensten niet gesloten werden, betekent een staking door rode vakbondsleden dat andere personeelsleden dubbel zo hard moeten werken. De argumenten van de groene en blauwe vakbond om niet mee te doen, schieten tekort. De dreiging van het sociaal bloedbad – een dreiging die al geconcretiseerd wordt – is te belangrijk om niet in actie te komen. Om de slagkracht te vergroten zou een actieplan in eengemaakt vakbondsfront natuurlijk het beste zijn. Aan de basis is daar alleszins vraag naar.

    Zeker vanuit Antwerpen was er een goede opkomst. Verschillende diensten zoals de districtshuizen, afvalophaling en bibliotheken sloten de deuren. Er waren ook telkens kleine delegaties van zowat alle steden en gemeenten in de provincie en van ver daarbuiten. Er was zelfs een opgemerkte en bijzonder welgekomen Franstalige delegatie uit Brussel met onder meer militanten van het Brugmann ziekenhuis.

    Er is een bereidheid tot strijd en er was een goede mobilisatie. Nu zal het erop aankomen om dit aan te grijpen om te bouwen aan een breed front van verzet tegen alle besparingen. De lokale en regionale besturen hebben het verschil van voor en na de gemeenteraadsverkiezingen gemerkt. Nu al spreken politici en analisten van een enorme ‘opportuniteit’ van vier jaar zonder verkiezingen en zelfs vijf jaar zonder parlementsverkiezingen. Ze bedoelen daarmee dat de besparingslawine die in de steden en gemeenten op gang is getrokken op grotere schaal zal doorgetrokken worden naar alle niveaus.

    Ofwel laten we ons niveau per niveau afslachten, ofwel gaan we samen in verzet en organiseren we onze strijd. Een jaar geleden publiceerden we deze analyse van de lokale en regionale besturen met enkele suggesties voor een actieplan en eisen. Deze voorstellen van voormalig ACOD-LRB secretaris Marc Van Hecke zijn na vandaag des te actueler, de gezamenlijke betoging was een goede stap. Laat ons nu verder gaan!

    lrb2

    lrb4

    lrb5

    lrb6

    lrb7

    lrb3

    lrb9

    lrb10

    lrb11

     

    lrb8

     

  • Personeel lokale besturen in actie op 30 april

    lrbOp 30 april voert het personeel van de lokale besturen actie. De besparingslawine treft de gemeenten en lokale besturen erg hard. Na de gemeenteraadsverkiezingen werd vrij snel overgegaan tot plannen om het personeel en dus ook de dienstverlening af te bouwen. Het is een voorbode van wat ons na 25 mei op alle niveaus te wachten staat. Het personeel van de lokale besturen voert op 30 april actie tegen de afbouw van de openbare diensten waarbij 25.000 jobs bedreigd zijn. Hieronder het pamflet dat ACOD LRB in Antwerpen verspreidt.  

    [divider]

    Openbare diensten moeten opnieuw een prioriteit van het beleid worden. Ze zorgen voor het  algemeen welzijn en een verdeling van de rijkdom. Ze zijn cruciaal voor de koopkracht en verzekeren iedereen een toegang tot kwaliteitsvolle diensten. Stop met snoeien in de openbare diensten. Misbruik hen niet om budgetten te doen kloppen. Zowel op het vlak van koopkracht, extra jobs als op kwaliteit krijgt de Vlaamse regering een  onvoldoende. Besparingen ontnemen lokale besturen hun zuurstof, 25.000 jobs zijn in  gevaar. De Vlaamse en federale overheid moeten de financiële situatie mee oplossen.

    5 REDENEN OM OP 30 APRIL 2014 OP STRAAT TE KOMEN !

    Er moet dringend meer personeel bijkomen! Maar de beleidsverantwoordelijken laten ons in  de kou staan, terwijl de noden enorm zijn: in heel veel diensten en voorzieningen is er een te hoge werkdruk!

    Ik kom dus op straat voor MEER JOBS !

    We moeten niet alleen nieuwe mensen vinden voor die extra jobs. Daarnaast moeten de komende jaren heel veel collega’s die op pensioen gaan, vervangen worden. We gaan die alleen maar vinden als onze jobs aantrekkelijk zijn!

    Ik kom dus op straat voor MEER NIEUWE COLLEGA’S !

    Opleiding, ondersteuning, kwaliteitsvolle jobs, maatregelen om werk en gezin beter op elkaar  af te stemmen zijn heel belangrijk om onze job goed te kunnen doen met gezinsvriendelijke  werkuren. Geen vrijwilligerswerk, maar volwaardige jobs in de lokale besturen.

    Ik kom dus op straat voor een KWALITEITSVOLLE JOB !

    We eisen een volwaardig nieuw sectoraal akkoord met werkzekerheid voor alle huidige  personeelsleden in de lokale besturen. We willen goede loon- en arbeidsvoorwaarden en behoud van de index.

    Ik kom dus op straat voor MEER KOOPKRACHT !

    Wat met onze gemeente- en OCMW diensten? Wanneer krijgen wij erkenning voor het werk dat we aan de bevolking leveren? Hoe zit het met onze statutaire tewerkstelling?

    Ik kom dus op straat voor EEN VOLWAARDIGE TEWERKSTELLING!

    Om onze eisen kracht bij te zetten roepen wij onze leden op tot een 24 urenstaking.

    Wij verzamelen vanaf 9.00 uur aan het ACOD Bondsgebouw, Ommeganckstraat 47 – 49 te Antwerpen, toelichting is voorzien door de federaal secretaris ACOD-LRB om 09.30 uur. Om iedereen de mogelijkheid te geven om aan deze betoging te kunnen deelnemen, gaat de stakingsaanzegging in bij de aanvang van de nachtploeg op dinsdag 29 april 2014 en eindigt voor de continu-diensten op woensdag 30 april 2014 bij het einde van de dagtaak.

     

  • Meer middelen voor jeugdzorg nodig!

    Door Nicolas Croes

    Van 17 januari tot en met 5 februari was er een stakingsactie van het personeel van de Bijzondere Jeugdbijstand, de SAJ (Service d’Aide à la Jeunesse), en de Gerechtelijke Jeugdbijstand SPJ (Service de Protection Judiciaire) van de Franstalige Gemeenschap. Dat gebeurde na een tussenkomst van de politie in de lokalen van de jeugdbijstand in Charleroi. Maar het ongenoegen beperkt zich niet daartoe. We spraken met Olivier, een opvoeder bij een VZW die voor de SAJ werkt, en Marie, studente sociaal werk.

    Wat is er aan de hand?

    Olivier: “We zien de directe gevolgen van het besparingsbeleid en het chronische gebrek aan investeringen in de sector. Er was een politiecontrole, zoals dit wel meer het geval is na een incident met jongeren uit de Bijzondere Jeugdzorg. Maar het liep totaal uit de hand. Er was een groot gebrek aan respect, de vakbondsafgevaardigden reageerden: ‘Dit kan niet meer, de controles maken ons werk onmogelijk.’

    “Het personeel voelde zich aan de kant geschoven, terwijl ze dagelijks in bijzonder moeilijke omstandigheden hun best doen. De situatie van sociale werkers wordt steeds moeilijker. Er is een gebrek aan personeel, er is plaatsgebrek in de diensten en er is een steeds grotere administratieve last. Het leidde tot een staking die snel werd gevolgd door acties bij onder meer de SPJ die de maatregelen van de jeugdrechtbanken moet uitvoeren.”

    In december was er al een mobilisatie van het personeel van de Bijzondere Jeugdbijstand en was er een ontmoeting met de Minister van Jeugd, Evelyne Huytebroeck (Ecolo). Leverde dat iets op?

    Olivier: “Er was inderdaad een staking die werd gestopt na verschillende beloften. Het ging om beperkte beloften, maar in verkiezingstijden worden al eens beloften gedaan. We hebben geen nood aan mooie woorden, maar wel aan meer middelen. Naarmate de sociale problemen toenemen, wordt de vraag naar meer middelen enkel dringender. Vandaag wordt aan gezinnen gevraagd om hun kinderen op te voeden, maar steeds meer gezinnen slagen daar niet meer in. Het besparingsmes snijdt langs alle kanten: de uitkeringen volgen de levensduurte niet, er is een toename van werkloosheid en onzekere jobs, de problemen bij gezinnen nemen toe en terwijl we hierdoor nood hebben aan meer opvangplaatsen zien we net dat er hier wordt bespaard.”

    Marie: “In onze lessen wordt gezegd dat het gedaan is met de verzorgingsstaat en dat gezinnen zelf een grotere rol moeten spelen. Bij problemen zijn het de ouders die als enigen verantwoordelijk zijn. Bij zowat alle sociale diensten worden de sociale verhoudingen in contracten gegoten. De regering wil collectieve problemen op een individuele manier aanpakken met het argument dat de mens nu eenmaal zelf beslist wat er gebeurt in zijn of haar leven. Als er zoveel ‘individuele’ problemen zijn, spreken we echter van een sociale realiteit. De mensen die het het moeilijkste hebben worden verantwoordelijk gesteld voor hun situatie. Dat is verkeerd, de discussie moet gaan over welke samenleving we willen.”

  • Brandweer in actie. Traangas en matrakken kunnen strijdbaarheid niet blussen

    Van de zowat 17.000 brandweerlieden in ons land, kwamen er afgelopen vrijdag 1.000 tot 1.500 naar Brussel om te protesteren. Ter vergelijking: het zou overeenkomen met ongeveer 50.000 betogende personeelsleden uit het onderwijs. De aanleiding voor dit protest is de hervorming van het statuut van de brandweerlieden en het gebrekkige antwoord van de regering op de problemen waar al langer op wordt gewezen. De poging om het protest aan banden te leggen met traangas en matrakken was tevergeefs. De ‘neutrale zone’ werd al gauw ingenomen door de brandweerlieden die een onderhoud met de regering eisten.

    Verslag door een Brusselse militant van LSP (foto: Collectif Krasnyi)

    Geen algemene steun voor beroepsfederatie

    De woede is groot onder de brandweerlieden. Ze keren zich ook tegen de eigen beroepsfederatie. Die wordt door sommigen gezien als een “vriendengroepje van officiers die hun eigen belangen verdedigen” terwijl de zachtere opmerkingen in de richting gaan van “verwijderd van de realiteit”. De kritiek komt er op neer dat de verantwoordelijken aan de top wat extra zullen krijgen terwijl de gewone brandweerlieden 10% van hun loon moeten inleveren. De commentaren van brandweerlieden op de site van de krant Le Soir zijn scherp: “De federatie is een vriendenclub, geen vakbond, en dus moet ze niet over het statuut onderhandelen. De federatie steunt ons niet, waarom zouden wij haar dan wel steunen? De officiers krijgen inderdaad een extra graad en een loonsverhoging en zij zullen dus wel tevreden zijn.” In La Libre verscheen een opiniestuk door brandweerlieden: “We hebben de indruk dat de onderhandelingen […] zich boven de hoofden van het personeel aan de basis afspelen en dat sommige ‘officiële’ gesprekspartners van het ministerie van Binnenlandse Zaken vooral opkomen voor een klein groepje mensen en niet voor de volledige beroepsgroep.”

    De federatie betreurde dat de ‘compromissen’ niet werden gerespecteerd. Het is natuurlijk gemakkelijk om dat van bovenaf te verklaren. De brandweerlieden toonden op overtuigende wijze dat zij een andere mening zijn toegedaan.

    Regering krijgt geen vrijspel

    De betogende brandweerlieden waren evenmin zacht voor de regering. De beruchte ‘onderhandelingen’ vonden in een gespannen sfeer plaats. Er werden geen documenten op voorhand verspreid, de vakbondsverantwoordelijken konden niet met de basis communiceren en er waren geen ernstige voorstellen om over te onderhandelen. Een dergelijk gebrek aan respect is beledigend.

    De voorstellen van de regering bestonden uit het opleggen van fysieke proeven voor de brandweerlieden (wat door velen al langer werd gevraagd) terwijl er de afgelopen 30 jaar niets op dat vlak werd gevraagd van de brandweerlieden (wat ze zelf vreemd vinden). Maar van de ene dag op de andere worden nu enorme niveaus voor de tests vereist, terwijl het nodig is om zoiets geleidelijk te doen door het terrein voor te bereiden.

    Er wordt voorgesteld om de hervorming voor de helft te laten betalen door de federale regering en voor de helft door de gemeenten (of de regio waar de kazerne zich bevindt). Iedereen weet echter dat de gemeentelijke financiën er niet goed voor staan, onder meer door het faillissement van de Gemeentelijke Holding die met Dexia ten onder ging. Het resultaat is dat gemeenten mogelijk extra belastingen zullen opgelegd worden of dat er onvoldoende middelen voor de brandweer zullen zijn, of een combinatie van beide. Het besparingsbeleid wordt op alle beleidsniveaus gevoerd en alle beroepsgroepen liggen onder vuur.

    De kwestie van het statuut blijft tenslotte een grote stap achteruit voor de brandweerlieden die vrezen dat een harmonisatie van alle statuten, maar dan naar beneden, niet overeenstemt met de reële noden van de brandweerlieden, zowel bij de professionele als de vrijwillige brandweer. Brandweerdiensten zijn nochtans essentieel voor de veiligheid van de bevolking.

    Beloften en compromissen

    Na afloop van de acties titelde de krant La Libre dat de “brandweerlieden gerustgesteld werden door Joëlle Milquet”. De reacties onder de betogers waren duidelijker, daar bleek dat de brandweerlieden zich niet zullen laten doen en dat de minister er niet aan moet denken om hen iets te lappen.

    Het feit dat de betogers werden onthaald met traangas en matrakken is evenmin een element dat het vertrouwen versterkt. Minister Milquet beloofde om een “overgangsfase” voor de hervorming in te voeren en dit via een “commissie” waarin de vakbonden vertegenwoordigd zijn en waarin de teksten van de hervormingen zullen besproken worden. Het gaat om een klassieke tactiek van de elite: de vertegenwoordigers van de betogers in commissies onderdompelen om de strijd tegen de sociale afbraak af te remmen. Maar dat er sociale afbraak komt, staat vast. Alle machtsinstanties dringen aan op besparingen. Onderwijzend personeel, brandweerlieden, gemeentepersoneel,… allemaal worden ze aan dezelfde logica onderworpen, ook al zijn er verschillen qua ritme.

    De vakbondsleiders stelden dat ze tevreden zijn dat er onderhandelingen komen, maar ze moesten meteen aankondigen dat er bij onvoldoende inhoud van de voorstellen meteen opnieuw zal betoogd worden. De basis van de brandweerlieden is waakzaam en staat klaar om terug op straat te komen wanneer nodig.

    Repressie faalt

    De regering kan er zich maar beter van bewust zijn dat het ongenoegen van de brandweerlieden hier niet zal stoppen. De brandweerlieden weten bovendien ook dat ze de beperkte resultaten van afgelopen vrijdag enkel afdwongen omdat ze zich niet lieten doen door de politie.

    De woede neemt toe en de regering zal zich voorbereiden op nieuwe acties. Ze verklaarden al in de media dat de brandweerlieden publieke voertuigen gebruikten voor hun eigen belangen. De repressieve mogelijkheden worden uitgebreid om tegen nieuwe acties te kunnen optreden. De beroepsfederatie bracht overigens gelijkaardige kritieken op de actievoerders.

    Nood aan veralgemeende strijd

    Deze situatie stelt de kwestie van een actieplan. De brandweerlieden mogen niet aan hun lot overgelaten worden. Ze voeren doeltreffende en strijdbare acties, maar dit mag niet geïsoleerd van de rest van de samenleving gebeuren.

    Er is nood aan een strijdbaar actieplan dat alle slachtoffers van het besparingsbeleid verenigt om de aanvallen af te wenden en de asociale maatregelen te stoppen. Om blijvende verworvenheden af te dwingen, moeten we ons verenigen achter een duidelijk programma dat gericht is op de behoeften van de bevolking en niet op de dictaten van de markten en de kapitalistische economie. Om zo’n programma te verdedigen, is er meer nodig dan wandelingen tussen Brussel-Noord en Brussel-Zuid.

    De alliantie D19-20, een nooit geziene samenwerking tussen melkproducenten en syndicalisten die samen ingaan tegen de besparingen van de EU, zal donderdag een blokkade voeren tegen de Europese Top. Wij steunen dit initiatief en nemen er actief aan deel. Dergelijke acties verdienen navolging, ze vormen een uitdrukking van een radicalisering en een bereidheid om de strijd aan te gaan.

    De ideeën van meer strijdbare acties en een offensieve opstelling komen boven drijven en zoeken naar een uitdrukking. Om het besparingsbeleid volledig te blokkeren, moeten we collectief werken aan een oplopend actieplan waarbij ook het wapen van de algemene staking(en) wordt ingezet, zowel in België als op Europees niveau.

  • Brandweer. Strijd loont, waakzaamheid blijft geboden

    Maandag voerden enkele honderden brandweermannen, uit korpsen over het hele land, actie aan de ambtswoning van premier Di Rupo. Ze eisten dat de regering een heel aantal maatregelen, die al langer beloofd werden zonder dat er ooit budget voor werd voorzien, nu eindelijk in de begroting zou zetten.

    Tim

    De brandweermannen eisten een onderhoud met premier Di Rupo en minister van buitenlandse zaken Didier Reynders, en weigerden minister van Binnenlandse zaken Joël Milquet te ontmoeten, nochtans de minister die bevoegd is over de brandweer. De brandweerlui hopen zo hun standpunten aan de hele regering kenbaar te kunnen maken, ze hebben immers geen vertrouwen meer in hun voogdijminister, die al herhaaldelijk naliet gemaakte afspraken na te komen.

    Het eisenpakket van de brandweermannen is divers, en geeft een goed zicht op de moeilijke situatie waarin veel brandweerkorpsen vandaag moeten werken. Zo is er de eis rond het professionaliseren van de “vrijwillige” brandweermannen: vandaag heeft een meerderheid van de brandweermannen geen vast statuut, maar worden ze enkel opgeroepen, en betaald, wanneer een noodsituatie uitbreekt. Nochtans doen vrijwilligers hetzelfde werk als hun “vaste” collega’s, en moeten ze tijdens wachtdiensten voortdurend beschikbaar zijn, waardoor de combinatie met een andere job of gezinsleven vaak moeilijk is. Vergelijk het met een winkeleigenaar zijn personeel enkel zou betalen voor de tijd dat er klanten in de winkel staan, en de andere uren gewoon zou aftrekken van het loon… De brandweer eist dan ook terecht dat de vrijwilligers erkend worden als volwaardige brandweermannen.

    Ook klagen de brandweermannen de gebrekkige financiering van hun korpsen aan. Dit vertaalt zich in te weinig manschappen voor een goede en veilige dienstverlening en een gebrek aan materiaal. Aan het piket vertelden brandweermannen uit Luik en Limburg dat zij soms moeten gaan schooien bij de beter uitgeruste korpsen uit Brussel naar oude handschoenen en beschermkledij, omdat hun eigen korps niet het budget heeft om degelijk materiaal aan te kopen.

    Omdat de regering hen niet wilde ontvangen, bleef een groot deel van de brandweer tot maandagnacht 23u piket staan aan de Wetstraat. Pas nadat de regering een pak maatregelen beloofde om tegemoet te komen aan de eisen, werd de blokkade opgebroken. Maar niet zonder waarschuwing: als de regering haar beloftes niet nakomt, gaan de brandweerlui opnieuw in actie!

    >>> Foto’s van Collectif Krasnyi

  • “Voor onze openbare diensten en onze koopkracht, samen strijden tegen het besparingsverdrag”

    Gisteren waren er in heel het land acties en stakingen in de publieke sector. Daarmee werd geprotesteerd tegen het besparingsbeleid. In Brussel waren er verschillende betogingen, onder meer tegen het Europese Besparingsverdrag en voor de verdediging van onze openbare diensten. Verschillende syndicale woordvoerders stelden vanop de tribunes: "De zomer zal dodelijk zijn voor de openbare diensten. We kunnen de besparingen niet stoppen door gewoon te betogen, we moeten na de zomervakantie een versnelling hoger schakelen met een algemene staking".

    Verslag door Nico, Foto’s door Laurent en Julien

    • Opeenvolging van acties. Dit is geen actieplan…
    • Hoe de Europese besparingsmachine stoppen?

    Er heerste heel wat onduidelijkheid over deze actiedag. Op tal van werkplaatsen kwam het mobilisatiemateriaal heel laat of zelfs niet. Er waren bovendien verschillende afspraken en betogingen, wat ook niet bijdroeg aan de duidelijkheid. Maar ondanks die elementen waren er op de twee grote betogingen in Brussel toch ongeveer 5.000 betogers. De acties vonden plaats in de buurt van de nationale kantoren van de PS aan de Keizerlaan, een honderdtal betogers trok na afloop naar dat kantoor om te roepen: "PS, je bent eraan, de arbeiders staan op straat" of nog "Allemaal samen, algemene staking."

    In Brussel begonnen we met stakersposten van verschillende openbare diensten. Er volgde een betoging van het personeel van de lokale en regionale besturen die samen ging met een betoging in gemeenschappelijk vakbondsfront aan de Financietoren. Die betoging was gericht tegen het Europese besparingsverdrag dat momenteel in de verschillende parlementen wordt voorgelegd. Langs Franstalige kant bevestigden MR, CDH en PS op een debat van de twee grote vakbonden dat ze zouden voorstemmen. Het groene Ecolo nam een originele positie in: in het federaal parlement werd tegengestemd, in de Waalse en Brusselse parlementen voor. Het maakt eens te meer duidelijk dat er nood is aan ons eigen breed politiek verlengstuk, de gevestigde partijen kiezen openlijk voor het andere kamp, diegenen die verantwoordelijk zijn voor zowel de crisis als de besparingen.

    Ondertussen was er een bijeenkomst van personeel van de openbare diensten die aangesloten zijn bij het ABVV en de ACLVB. Deze bijeenkomst aan het Fontainasplein luisterde eerst naar enkele toespraken. Er werd onder meer gezegd dat deze actiedag slechts de eerste is in een actieplan in de openbare sector waarbij er in het najaar een algemene staking zou komen tegen het besparingsbeleid. Er zijn bij de dienst Financiën al 3.500 posten verdwenen, dat kan enkel de grote fraudeurs tevreden stellen. De fiscale fraude in ons land zou oplopen tot meer dan 20 miljard euro per jaar. De regering wil slechts één op vijf ambtenaren vervangen bij pensionering.

    De twee betogingen kwamen uiteindelijk samen en trokken naar Kunstberg. Daar werd de actie afgesloten, waarna een honderdtal betogers nog even naar de lokalen van de PS trok.

    Het wordt tijd dat het verzet ernstig wordt georganiseerd met een goed actieplan tegen de besparingen en tegen de afbouw van de openbare sector. Er is nood aan een democratische discussie om een actieplan op te stellen met goed voorbereide acties met duidelijke afspraken waarbij er een opbouw is naar verdergaandere acties. De acties moeten niet als doel hebben om wat stoom af te laten, maar om een krachtsverhouding op te bouwen. Daarbij moeten we zo breed mogelijk mobiliseren, zowel onder personeel als gebruikers van openbare diensten. Want ook de gebruikers van openbare diensten zijn het slachtoffer van de afbouw ervan.

    Bijeenkomst voor de lokalen van ACOD-Brussel

    Financietoren

    Bijeenkomst ACOD op het Fontainasplein

    Kunstberg

    Actie voor de kantoren van de PS

  • Voor een actieplan in de lokale sector!

    Het lijkt dagelijkse kost. Gent, Mechelen, Sint-Niklaas, het zijn de eersten in een hele rij. De gemeenten zitten in financiële problemen en de besturen (van diverse pluimage) zullen dit oplossen door: (1) het personeelsbestand af te slanken, (2) diensten te privatiseren, (3) de dienstverlening te beperken of hogere tarieven door te rekenen aan de bevolking en (4) het aantal vastbenoemden te verminderen.

    Artikel door Marc Van Hecke, voormalig secretaris ACOD-LRB-Dendermonde. Foto: protestactie aan de gemeenteraad van Elsene op 21 maart waarvoor werd opgeroepen door zowel Gauches Communes als PTB

    Niemand staat stil bij de oorzaak van de problemen. Wat op nationaal vlak al een tijdje aan de gang is (de crisis van de banksector afwentelen op de gewone bevolking) zet zich door in de lokale sector.

    De ballonnetjes worden opgelaten. Als het winterweer is, hoeft er dan nog te worden gestrooid? Is het nog een taak van gemeentebesturen om plaatselijke verenigingen te steunen? Kunnen er geen stadsgebouwen verkocht worden? Waarom zoveel ophaalrondes voor het huisvuil, met minder kan ook.

    Achter die ballonetjes zit een ander verhaal. Zowel het personeel van de lokale besturen als de bevolking moeten de tekorten ophoesten.

    Weer wordt aan dezelfde melkkoe getrokken, werknemers en gewone bevolking.

    Een andere politiek is nodig!

    Voor de gemeenteraadsverkiezingen zwegen de meeste politieke partijen over 2013 en de volgende jaren. Alle traditionele politieke partijen – Groen, Sp.a, N-VA, CD&V en VLD – durfden het niet aan de waarheid te vertellen, alhoewel ze maar al te goed wisten wat de toekomst zou brengen. En vandaag wordt het mes van de besparingen (op personeel en dienstverlening) gehanteerd, los van de politieke meerderheid!

    Dit noemt men … kiezersbedrog.

    Vele burgers die zeggen – stop alle politieke partijen in een zak, schudt er daarna eentje uit, ze zijn allemaal hetzelfde – krijgen gelijk. Al de voornoemde partijen aanvaarden niet alleen het kapitalistische systeem, ze verdedigen het ook!

    Er zijn ‘accent-verschillen’. De ene partij wil wat drastischer besparen dan de andere, de ene partij wil een beetje minder afvloeiingen dan de andere, maar fundamenteel is geen enkele van hogergenoemde partijen bereid het systeem in vraag te stellen!

    Zolang men het kapitalisme niet in vraag durft te stellen, zolang zal de lijdensweg van de werkende bevolking en degenen die ervan afhangen (gehandicapten, gepensioneerden, zieken, werklozen) steeds verder gaan.

    HET VERHAAL

    Punt 1. De financiële speculaties. Van overheidsbank naar privé!

    Vroeger waren er openbare banken. De ASLK, het Gemeentekrediet, Krediet aan de Nijverheid, waren de meest bekende. Deze banken deden hun werk, maakten zelfs winst, maar de overheid vond het nodig al deze banken over te hevelen naar de private sector.

    De private sector ‘werkte immers beter dan de overheidssector’, dus waarom de ‘gouden eieren’ nog beschermen. Een eenmalige verkoop levert geld op, dus verkopen maar.

    Het Gemeentekrediet was de financier (geldverstrekker zeg maar) van de lokale besturen. Maar na de verkoop van het Gemeentekrediet werd dit Dexia. Lokale besturen die geld wilden lenen of geld wilden beleggen moesten terecht bij die nieuwe bank. Een private bank die (net zoals andere banken) grote aandeelhouders wenste, die speculeerde op de beurzen, die haar CEO’S overdadig beloonde, maar die vol speculatieve opties en aandelen zat.

    De aandelen van Dexia gingen naar omhoog, ‘the sky was the limit’ en de lokale besturen waren tevreden.

    Wat Dexia met het geld deed, dat was een andere zaak. Niemand maakte zich zorgen want het ging goed met de banken. Tot bleek dat Dexia, net als andere grootbanken, tot over zijn oren in de schulden zat door slechte kredieten.

    De aandelen van de gemeentebesturen zakten, samen met het aandeel Dexia. De bank was failliet.

    Gemeenschapsgelden waren gebruikt voor grove speculatie. De crisis van de bankensector in 2008 maakte dit duidelijk.

    Ter info: Een aandeel bij Dexia was ooit 20 € waard, het zakte terug naar 1€. Een gemeente die dus 200 miljoen euro aan aandelen had bij Dexia viel terug op 10 miljoen euro!!!

    Pikant detail: Toen het Dexia aandeel de dieperik inging leenden vele lokale besturen bij … Dexia … om aandelen van Dexia te kopen.

    Punt 2: de pensioenkost van de vastbenoemden. Waarom vastbenoemden?

    Ieder van ons kent het verhaal van de kat die alle muizen ving op het stadhuis, maar toen de kat eenmaal vastbenoemd was, liepen de muizen overal rond. Vastbenoemden worden constant afgeschilderd als pertinente luiaards, profiteurs die op het einde van hun loopbaan nog een dik pensioen krijgen.

    Het systeem van vaste benoeming is echter veel ouder. In de VS bestaat dat bijvoorbeeld niet. Telkens er een nieuwe president komt wordt de hele administratie afgedankt en komt er een nieuwe in de plaats.

    Vaste benoeming is gebaseerd op het principe van continuïteit. Een overheidsadministratie mag niet afhankelijk zijn van de politieke partij die de meerderheid heeft, ze moet beschermd worden tegen politieke willekeur.

    De overheid werkte dus een eigen systeem uit voor haar ambtenaren. Omdat vastbenoemden (in principe) niet konden afgedankt worden vielen zij ook niet onder het sociale afdrachtsysteem van personeelsleden in de private sector. De overheid zorgde voor een eigen ziekteregeling van de ambtenaren en een eigen pensioensysteem.

    Vaste benoeming is de regel?

    Een fabeltje. Ondanks het feit dat in alle collectieve arbeidsovereenkomsten van de lokale sector stond ingeschreven dat ‘vaste benoeming’ de regel was en ‘alternatieve tewerkstelling’ de uitzondering, was de realiteit totaal anders.

    Tijdelijke tewerkstelling, gesubsidieerde contractuelen, gewone contractuelen, seizoentewerkstelling, sociale tewerkstelling, project-tewerkstelling, sociale maribel, tewerkstelling van moeilijk plaatsbare personen, … de lokale sector werd een proeftuin, niet voor groenten maar voor ‘alternatieve tewerkstellingsvormen’.

    Toen ik in 1976 begon te werken bij een centrumstad, was nog meer dan negentig procent van de personeelsleden vastbenoemd, vandaag is dit nog ongeveer één derde!

    Intussen hebben de meeste lokale besturen diensten afgestoten naar de private sector. Vroeger bestonden in bijna alle steden openbare ziekenhuizen. Ze zijn (enkele uitzonderingen niet te na gesproken) overgeheveld naar de private sector. Vroeger had men in bijna alle steden openbare reinigingsdiensten, waterdiensten, in de stad Gent zelfs een eigen gas- en elektriciteitsbedrijf, in de stad Antwerpen een eigen havenkapiteindienst, daarnaast waren er de groendiensten, eigen garages, eigen schoonmaakpersoneel. Vandaag rest daar nog weinig van. Uitbesteden is de regel geworden en wat niet wordt uitbesteed komt terecht in ‘autonome overheidsbedrijven’ of ‘VZW’s’.

    Personeelskaders zijn afgebroken, de overgrote meerderheid van de personeelsleden zijn tewerkgesteld onder één of andere vorm van contractuele tewerkstelling’ maar blijkbaar is het nog niet genoeg, er moet opnieuw bespaard worden!

    Het pensioenprobleem

    Zowel in de private als de openbare sector kennen we ‘het repartitiesysteem’. De actieven betalen de gepensioneerden van vandaag.

    Deze pensioenkassen zijn volledig gescheiden. Vastbenoemden hebben immers een andere berekingswijze voor hun pensioen. Omdat het aantal vastbenoemden daalt is het aantal ‘actieven’ dat afdraagt voor de pensioenen steeds gedaald, de pensioenkassen raken dus leeg.

    Een fictief voorbeeld:

    Situatie vroeger

    Een stad (en OCMW) hebben gezamenlijk 2.000 personeelsleden.

    Ze hebben:

    • een eigen waterdienst (20 personen)
    • een eigen reinigingsdienst (60 personen)
    • een eigen ziekenhuis (500 personen)
    • een eigen garage (20 personen)
    • de rest van het personeel (1400) werkt verspreid over werkliedendiensten, administratie, verzorgende diensten.

    Veertig jaar geleden waren al deze personeelsleden vastbenoemd, er was dus geen probleem voor de pensioenkas voor de vastbenoemden, want als iemand uit dienst ging, kwam er een vastbenoemde voor in de plaats.

    Situatie vandaag

    Privatisering van de waterdienst, de reinigingsdienst, het ziekenhuis en de garage. Tegelijk is nog slechts één derde van het personeel vastbenoemd.

    Resultaat: 420 vastbenoemde personeelsleden moeten bijdragen voor het pensioen van 2.000 vastbenoemden.

    Om de pensioenen (van de vastbenoemden) nog te kunnen betalen worden lokale besturen verplicht een veel hogere afdracht te doen voor hun vastbenoemden.

    Het antwoord daarop van de lokale besturen: we gaan nog minder vastbenoemden aanwerven want ‘ze zijn te duur’!

    Punt 3 : Toegenomen kosten door de nationale soberheidspolitiek!

    Steeds meer mensen komen in de problemen.

    Leningen die niet meer kunnen worden afbetaald, werklozen die niet meer rond komen van hun uitkering, toenemende werkloosheid die ertoe leidt dat mensen hun hypothecaire lening niet meer kunnen afbetalen, gepensioneerden die hun rusthuis niet meer kunnen betalen, mensen die hun ziekenhuisopname niet meer kunnen betalen, ouderen die beroep doen op bijstand in hun huis … .

    Waar komen die mensen terecht? Bij het OCMW. Het OCMW staat immers niet alleen in voor het leefloon, tevens is het een taak van het OCMW mensen te helpen die problemen hebben maar daarvoor heb je personeel nodig, de kosten gaan dus omhoog en worden slechts ten dele gecompenseerd.

    OCMW’s doen dezelfde besparingen als gemeentes. Er is onvoldoende omkadering in de rusthuizen, men eist steeds meer van (hetzelfde) personeel. Zieken worden niet meer vervangen. Een vicieuze cirkel.

    HET ANTWOORD VAN DE TRADITIONELE PARTIJEN

    Lokale besturen, onafgezien van hun politieke samenstelling, hebben steeds dezelfde ‘mirakeloplossingen’ klaar:

    • Nog meer privatiseren
    • Besparen op het personeel
    • De vaste benoeming nog verder afbouwen
    • (Eventueel) verhogen van de gemeentebelasting
    • Afbouw van de dienstverlening

    De slachtoffers: het personeel van de lokale besturen maar tegelijk de doorsnee burger die minder service krijgt!!!

    HET ANTWOORD VAN DE VAKBONDEN

    De vakbonden uit de lokale sector reageren heel terecht tegen de afbraak van de openbare sector. Helaas doen zij dit bestuur per bestuur. Waar de vakbonden sterk staan, kunnen zij (misschien) de besparingspolitiek voor een deeltje afzwakken, waar de vakbonden zwak staan ‘ondergaan’ zij voor het grootste deel deze afbraak.

    Wat vandaag gebeurt in een aantal steden, zal morgen gebeuren in andere steden, ocmw’s en gemeenten.

    Het principe van een vakbond is solidariteit. Een eensgezind actieplan van de vakbonden zal meer resultaten afwerpen dan in verspreide slagorde ten strijde te trekken. Daarom is een aktieplan van de vakbonden meer dan ooit nodig om de totale afbraak van de lokale sector tegen te gaan!

    NAAR EEN ACTIEPLAN IN DE LOKALE SECTOR

    De politiek moet zich uitspreken!

    Partijen die in de oppositie zitten reageren tegen de besparingsplannen van de meerderheid.

    Laat ons de lokale mandatarissen voor hun verantwoordelijkheid stellen.

    Een petitiecampagne die stelt:

    – geen afvloeiingen in de lokale sector

    – geen aantasting van het personeelsstatuut in de lokale sector

    – geen privatiseringen in de lokale sector

    – geen afbouw van de dienstverlening

    – omzetting van alle contracten van onbepaalde duur in statutaire tewerkstelling

    zou lokale mandatarissen voor hun verantwoordelijkheid stellen.

    Het zou de – terechte – verzuchtingen van het personeel in de lokale sector en de vakbonden (die hun vertegenwoordigers zijn) kunnen ondersteunen!!! Het zou een bewijs zijn dat vakbonden onafhankelijk zijn, losstaan van politieke partijen en opkomen voor de rechten van het personeel én de burger!

    De vakbonden kunnen overal informatievergaderingen houden!

    Vakbonden kunnen – in het kader van het syndicaal statuut – op de werkvloer informatierondes organiseren. Het personeel moet geïnformeerd worden in gemeenschappelijke vergaderingen en er moet worden geluisterd naar actievormen die het personeel voorstelt. Vakbonden overschrijden de problemen van één lokaal bestuur, zij kunnen de problematiek terdege toelichten.

    De noodzaak van een perspectief

    Waar het op neerkomt is én de lokale sector behouden en versterken én hiervoor een actieplan opstellen.

    Informatie en sensibilisatie zijn noodzakelijk. Maar vakbonden moeten ook duidelijk maken dat dit niet voldoende is. Een actieplan is dus noodzakelijk.

    Zonder een actieplan belandt men onvermijdelijk in de ‘plaatselijke’ strijd, noodzakelijk maar waarschijnlijk onvoldoende.

    Het is aan de vakbonden om dit uit te werken. Maar een aantal syndicale principes (die door alle vakbonden gedeeld worden) kunnen alvast voorop gesteld worden:

    • geen verdere afbouw van de lokale sector
    • geen privatiseringen
    • handen af van het personeelsstatuut
    • geen afbouw van de dienstverlening
    • statutaire terwerkstelling moet terug de regel worden

    Een aantal suggesties:

    • respect voor de vroegere cao’s, gemeentes en ocmw’s moeten terug naar de statutaire tewerkstelling en dienen onmiddellijk alle contracten van onbepaalde duur en langdurige gesco’s om te zetten naar statutaire tewerkstelling;
    • oprichting van intercommunales, in openbaar bestuur van energie en huisvuilophaling;
    • oprichting van een nieuwe openbare bank voor gemeentes en ocmw’s – geen betaling van vroegere schulden.

    Realisme?

    Dit alles klinkt weinig realistisch. Blijkbaar is het realistisch dat de overgrote meerderheid van de bevolking erop achteruit gaat. Dit is het realisme van het kapitalisme.

    Tegelijk zien we hoe het ‘realisme van het kapitalisme’ steeds verder onze rechten aantast en tegelijk de dienstverlening aan de gewone burger afbouwt.

    Als syndicalist heb ik nooit het kapitalisme aanvaard. Rechten voor werknemers komen onmiddellijk in botsing met het kapitalisme. Soit.

    De keuze is aan ons. Gaan we ons laten afslachten of strijden we? Misschien gaan we strijdend ten onder (dat is mogelijk) maar zonder strijd zijn we sowieso verloren!

    En waar halen we het geld?

    Een heel terechte vraag. Koken kost geld, een goed werkende lokale sector kost geld.

    Blijkbaar waren alle politieke partijen bereid om geld te verschaffen voor de banksector die – laat ons dat niet vergeten – door te speculeren aan de rand van de afgrond stond!

    Als de politieke wil aanwezig is, kan er geld, zelfs miljarden euro’s vrijgemaakt worden. Waarom niet investeren in betere dienstverlening, betere werkomstandigheden?

    De keuze is, kiezen voor sociale rechtvaardigheid (ik noem dat socialisme) of kiezen voor een systeem dat werknemers in de ellende stort (ik noem dat kapitalisme).

  • 10.000 federale ambtenaren betogen in Brussel

    Het ongenoegen bij de federale ambtenaren zit erg diep. Staatssecretaris Bogaert (CD&V) haalde zich de woede van de ambtenaren op de hals met zijn beleid van personeelsafbouw, aanvallen op het statuut en bijkomende aanvallen op de ambtenaren zelf in de media. Vandaag reageerden de federale ambtenaren met een bijzonder grote betoging. Ze waren met maar liefst 10.000!

    Foto’s door Nico

    Op een totaal van 80.000 federale ambtenaren is dat een bijzonder groot aantal. De woede wordt breed gedeeld onder het personeel. De cipiers maakten van de gelegenheid gebruik om een dag te staken. Eerder waren er bij de douane stipheidsacties. De afgelopen dagen probeerde staatssecretaris Bogaert de boodschap van zijn resolute aanval op de ambtenaren wat beter te verpakken, maar inhoudelijk kwam hij er niet op terug.

    Als de regering na deze betoging nog steeds geen rekening houdt met de standpunten van de ambtenaren, moet een volgende stap gezet worden. Waarom geen gebruik maken van de interprofessionele actiedag van 21 februari om nogmaals met een grote groep ambtenaren op straat te komen en daar een volgende actie aan te kondigen?

    Met een sociaal overleg dat volledig vast zit, sociale drama’s bij Ford Genk en ArcelorMittal in Luik, met aanhoudende recordcijfers inzake faillissementen en een stijgende werkloosheid, wordt het dringend tijd om tot eengemaakte acties te komen over de sectoren heen. Dat kan het beste met een actieplan dat van onderuit wordt bediscussieerd en beslist.


    • Bogaert in de aanval tegen de federale ambtenaren. Interview met een federale ambtenaar
    • Besparingen leiden tot verzet. Ambtenaren betogen op 7 februari

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop