Category: Feminisme

  • Internationale Vrouwendag 2010. LSP/PSL mobiliseert voor de Wereldvrouwenmars op 6 maart in Brussel

    Op 6 maart gaat in Brussel één van de wereldwijde acties in het kader van de Wereldvrouwenmars door. Dit project begon eind jaren ’90 en heeft er in Brussel al twee grote betogingen opzitten (in 2000 en 2005). Ditmaal werd de datum 6 maart gekozen om op die manier de 100e verjaardag van de eerste Internationale Vrouwendag in de kijker te zetten. LSP/PSL, dat al jarenlang de Internationale Vrouwendag aangrijpt om een socialistisch vrouwenprogramma te verdedigen, heeft besloten om dit jaar te mobiliseren voor deze betoging.

    Anja Deschoemacker, vrouwencommissie LSP/PSL

    De eerste Wereldvrouwenmars kan achteraf gezien worden als een keerpunt, een punt waarop het postfeminisme – het idee dat vrouwen niet langer worden gediscrimineerd en dat het nu aan de individuele vrouw ligt om het “te maken” – aan invloed begint te verliezen. Het postfeminisme was een onderdeel van het neoliberalisme, een middel om de in het verleden door de arbeidersbeweging verkregen bescherming van vrouwelijke werkenden op de helling te zetten. Op de tweede Brusselse betoging in 2005 was het verschil in aanpak tussen de betoging en de officiële vrouwenorganisaties van de burgerlijke partijen nog veel duidelijker gezien de meest opvallende delegaties bestonden uit syndicalisten die hun woede over het (door Freya Vanden Bossche uitgewerkte) Generatiepact en de schrijnende gevolgen ervan voor de nu al in groten getale verarmde vrouwelijke gepensioneerden uitschreeuwden.

    Nu het neoliberale tijdperk op zijn einde begint te lopen, begint ook steeds meer duidelijk te worden dat nog een hele weg moet worden afgelegd indien vrouwen een gelijkwaardige sociale positie willen verwerven. Niet de individuele opgang van de “carrièrevrouwen” en de daarmee samenhangende strijd voor quota in het bedrijfskader en voor het ritsprincipe op verkiezingslijsten zijn daarin belangrijk. Wat nodig is, is het gevecht tegen de steeds meer groeiende lage loonsectoren met tijdelijke en deeltijdse contracten die steeds meer vrouwen, maar ook jongeren bijvoorbeeld, in de armoede en de bestaansonzekerheid dwingt.

    Voor 6 maart 2010 concentreert het eisenpakket van de betoging zich rond vier voorname assen:

    • Armoede en economische onafhankelijkheid – Vrouwen en waardig werk
    • Vrede en demilitarisering
    • Geweld tegen vrouwen
    • Verdediging van openbare basisvoorzieningen – Voedselsoevereiniteit

    Correcte aandachtspunten

    De regelmatige lezer van ons blad/site weet dat het onderwerp ons na aan het hart ligt. Gedurende de jaren ’90 waren wij één van de enige organisaties die zich niet door het postfeminisme en de wettelijke gelijkheid liet misleiden. We voerden actie tegen het steeds verder voortwoekerende seksisme, argumenteerden tegen het vrouwbeeld dat door de media en reclame naar voor werd geschoven,… We legden de band tussen de nog steeds beklagenswaardige economische positie van vrouwen – de lage lonen, deeltijds werk en tijdelijke contracten, lage uitkeringen,… – en de blijvende aanwezigheid van fenomenen als geweld tegen vrouwen en seksistische objectivering. We gingen toen echter regelrecht tegen de stroom in. Het officiële feministische circuit organiseerde op dat moment vooral evenementen als “de vrouwelijke manager van het jaar”.

    We vinden het dus een zeer goede zaak dat met projecten als de wereldvrouwenmars, dat zijn oorsprong vindt in Canadese syndicalistische middens, opnieuw massaal gemobiliseerd wordt rond deze aandachtspunten. We roepen onze leden en sympathisanten op om hieraan mee te werken en te mobiliseren bij vrienden, collega’s en familie, in hun school, bedrijf, wijk,… Het is een ideale plaats om met bredere lagen van actieve vrouwen te discussiëren over onze socialistische ideeën en over projecten als de jongerenmarsen voor werk.

    Enige woorden van kritiek op het WVM-programma

    Het volledige eisenprogramma dat werd opgesteld in 1999 en werd aangepast in 2001 kun je terugvinden op de WVM-site (www.marchemondialedesfemmes.be/). Zoals hiervoor reeds gesteld, zijn de punten waarvoor aandacht wordt gevraagd enkele van de belangrijkste problemen waarmee brede lagen van vrouwen te maken krijgen.

    In het punt armoede worden belangrijke eisen als de toegang tot een aantal basisdiensten (o.a. degelijke huisvesting, gezondheidszorg) en de jammer genoeg nog steeds actuele eisen voor een einde aan de loonkloof en voor een algemeen minimumloon naar voor gebracht. In een periode van toenemende slavernij in de zogenaamde “seksindustrie” en waarin volgens verschillende bronnen ook steeds meer alleenstaande moeders, studentes,… gedwongen worden tot occasionele prostitutie – samen met andere lagen vrouwen die op of onder de armoedegrens leven of te maken krijgen met kosten die ze met hun lage inkomen niet kunnen dragen – is het een goede zaak dat ook de eis voor een einde aan de commercialisering van het vrouwenlichaam naar voor wordt geschoven.

    Maar hierbij willen we wel de volgende bemerking plaatsen. Het is goed om eisen als loongelijkheid naar voor te brengen. Dat veronderstelt echter een strijd voor hogere lonen in die sectoren waar vandaag lage lonen, tijdelijke contracten en/of deeltijdse arbeid de norm zijn, sectoren waarin vrouwen vaak oververtegenwoordigd zijn. Het veronderstelt ook een andere oplossing voor de dubbele dagtaak – de moeilijke combinatie van buitenshuis werken en gezinstaken – dan de promotie van gelijke verdeling van de huishoudelijke taken tussen man en vrouw. Het is immers een vicieuze cirkel: zolang de “vrouwenlonen” laag liggen, zullen het vooral vrouwen zijn die hun buitenshuis werken inperken t.v.v. de huishoudelijke taken en mannen die overuren kloppen in hun job om zo meer geld voor het gezin bijeen te brengen.

    In onze recente brochure “een anti-crisisprogramma voor werkende vrouwen” verdedigen wij dan ook een programma van openbare diensten (met statutaire tewerkstelling) die een deel van de gezinstaken collectief organiseren (kinderopvang, maar ook meer middelen voor jeugd-, gehandicapten- en ouderenzorg, was- en strijkateliers, thuiskuisdiensten voor gezinnen die dat nodig hebben,…). We eisen ook arbeidsduurvermindering voor iedereen zonder loonverlies en ruime systemen voor ouderschapsverlof met doorbetaling van het loon voor zowel moeders als vaders.

    Het is echter vooral als we bij de reeks eisen rond economische politiek komen – die een betere sociale basis voor vrouwen overal ter wereld moeten leveren, maar ook de voordien vermelde eisen realistisch, want betaalbaar moeten maken – dat de beperkingen van het programma zeer duidelijk worden. Wat we zien is een samenraapsel van eisen waar we op zich niet tegen zijn, maar die weinig fundamenteel zouden veranderen – zoals de Tobintaks – samen met correcte eisen als de kwijtschelding van de derde wereldschuld en een einde aan de structurele aanpassingsprogramma’s van het IMF en de Wereldbank, maar ook met vrij naïeve ideeën als het opzetten van een internationale “Raad voor Economische en Financiële Zekerheid” (waarin volgens hen alvast al NGO’s en vakbonden moeten zetelen) die dan alle excessen van de vrije markt onmogelijk moet maken. In de zelfde trend figureert de eis voor politieke controle op de financiële markten.

    Als je de vraag rond de privé-eigendom van de voornaamste productiemiddelen echter niet stelt, zal iedere “controle” steeds opnieuw ontweken worden. Het is heus niet alleen in België dat grote financiële fraudeurs steeds opnieuw erin slagen door de mazen van het net te zwemmen… Wat ontbreekt in het programma is een correcte visie op de sociale oorzaak van de slechte positie van vrouwen en de veelheid van problemen waarmee zij worden geconfronteerd: de klassensamenleving waarin de meerderheid van de wereldbevolking onderworpen is aan de kleine minderheid van kapitalisten die als enig motief voor de productie winsthonger kent.

    Wij willen naar de Wereldvrouwenmars om deze discussie te voeren en om er ons socialistisch anticrisisprogramma voor werkende vrouwen te verdedigen. Wie met ons wil meewerken aan deze campagne, kan contact opnemen met de vrouwencommissie van LSP/PSL (vrouwen@socialisme.be) of bellen naar ons secretariaat (02/345.61.81) voor meer inlichtingen.

  • Hoofddoekenverbod. Ondemocratisch en contraproductief!

    Verwonderlijk kan de beslissing van het gemeenschapsonderwijs niet worden genoemd. Het zat er immers al een tijdje aan te komen. Welke “goede bedoelingen” de één of de ander in deze zaak ooit mag hebben gehad, het enige resultaat van deze ontwikkelingen zal het verder marginaliseren van deze reeds zeer gediscrimineerde bevolkingsgroep zijn. Allesbehalve een hulp bij de emancipatie van moslima’s, zal het hen verder in de armen dwingen van de meest reactionaire stromingen in hun geloof.

    Analyse door Anja Deschoemacker

    De “argumenten” (feitelijk “drogredenen”)

    De verdedigers van het verbod brengen de meest verscheiden argumenten aan, de verstandigste onder hen doen minstens de moeite om het te doen voorkomen alsof het in het belang van de moslimmeisjes zelf is, anderen grijpen deze kans aan om op hun stokpaardje van de aanval op “weldenkend links” te gaan zitten en spreken openlijke oorlogstaal. Het opiniestuk van Benno Barnard, Wim Van Rooy en Johan Sanctorum in De Standaard (10/09/2009) had zo uit de koker van Vlaams Belang-propagandisten gehaald kunnen worden (die ze in het stuk roemen als degenen die “het probleem” op de politieke agenda hebben gezet). Het had ook uit de mond van Bush en Co kunnen komen in hun hele retoriek rond de “clash of civilisations”, dat gebruikt werd en wordt als excuus voor de oorlogen die de imperialistische landen aan de bevolking in Irak en Afghanistan hebben opgelegd.

    Veel woorden moeten we voor onze lezers niet vuil maken aan mensen die iedere hoofddoek zien als een “tactisch wapen in een kruistocht tegen de moderniteit”, alle moskeeën als “bruggenhoofden in een veroveringsproject”. Als dit echt is wat ze denken, stellen we een bezoekje bij de psychiater voor: de paranoia druipt eraf. Maar belangrijker dan dat: ze misbruiken de woorden van de reactionairen onder de wereldwijde moslimbevolking om die hele bevolking met de vinger te wijzen. Een beetje zoals sommige Waalse politici de stemmen op het Vlaams Belang gebruiken om alle Vlamingen als “fascistisch” te bestempelen.

    Ze verwijzen naar het “Europees cultureel erfgoed dat ons overgeleverd is vanuit het oude Athene,” – voor alle duidelijkheid: ze spreken hier over een staat die gebaseerd was op slavernij – “de renaissance, het humanisme en de 18e eeuwse verlichtingsfilosofie.” Vergeet het recht op vrije meningsuiting (voor moslims, niet voor het Vlaams Belang en Co) en op godsdienstvrijheid, “dit gaat over cultuur en beschaving”… Om dan wat verder de Nederlandse demagoog Wilders te volgen in zijn poging de Koran te laten verbieden, wegens “incompatibel met de principes van onze democratische rechtsstaat”. Ooit al eens een blik geworpen in de Bijbel? Het is interessante lectuur, die volledig deel uitmaakt van onze “cultuur en beschaving”, en gebruikt is om een aantal van de grootste misdaden in de geschiedenis van de mensheid goed te praten. Ook daar echter maakt iemand die geïnteresseerd is in een eerlijk debat een onderscheid tussen die stromingen die abortusdokters vermoorden enerzijds en de arbeiders die zich verenigen in de christelijke arbeidersorganisaties anderzijds.

    Een “taboe” die de heren totaal onaangeraakt laten, is iedere mogelijke kritiek op “onze” “moderne beschaving” – het imperialisme – die met de economische crisis wereldwijd miljoenen mensen onder de armoedegrens duwt, die geen probleem heeft met het niet respecteren van de “democratische rechten” indien er winsten mee gemoeid zijn, die overal ter wereld de migranten op hun bodem gebruiken als zondebok en bliksemafleider voor de misdaden die in hun systeem ingebakken zitten. In hun aanval op de moslimbevolking, die overal in Europa slachtoffer is van discriminatie en nergens over enige echte macht beschikt, reppen ze met geen woord over “hun eigen” machthebbers.

    Kan het verbod de “integratie” en “emancipatie” van moslima’s vooruithelpen?

    Tegenover de arrogante verdediging van “ons systeem” – het kapitalisme, of een klassensamenleving waar de grote meerderheid moet werken om de winsten van een zeer kleine minderheid op te hoesten – staan gelukkig ook andere stemmen, zelfs in dezelfde krant. Zo nam Eva Brems, prof mensenrechten aan de UG, de verdediging van de directrice van de athenea van Antwerpen en Hoboken op, maar wel vergezeld met de vaststelling dat het hoofddoekenverbod al bewezen heeft contraproductief te zijn (De Standaard, 9/9).

    Ze beschrijft de vrouw als een “geëngageerde directrice van concentratiescholen”, die zich oprecht inzet voor de onderwijskansen van haar scholieren. Gezien het verbod al in alle andere scholen gold, was er een toestroom van leerlingen die omwille van die reden andere scholen hadden verlaten, wat volgens haar leidde tot een druk op moslimmeisjes die de hoofddoek niet wilden dragen. Ze combineert die verdediging van de directrice echter met de vaststelling dat een algemeen verbod (in tegenstelling tot het sanctioneren van leerlingen die andere leerlingen pesten en onder druk zetten – een alternatief op een verbod dat ook door de meeste organisaties achter het verzet van de moslimmeisjes naar voor werd gebracht) de godsdienstvrijheid schendt.

    De verdediging van de godsdienstvrijheid als onderdeel van het recht op vrije meningsuiting is ook wat de columns van Rik Torfs (De Standaard, 10/9) en Marc Reynebeau (De Standaard, 11/9) drijft in hun kritieken op het hoofddoekenverbod. De voorstanders van het verbod kunnen dan ook niet beweren dat het verbod “het enig mogelijke progressieve standpunt” is, maar de hierboven geciteerde dame en twee heren zullen gemakshalve op de hoop van “weldenkend links” worden gegooid, mensen die onze “verlichte cultuur en beschaving” op de helling zetten met gebruik van wat nochtans producten van die samenleving zijn, namelijk het recht op vrije meningsuiting. Voor ons is het niet evident ons in een argument ineens aan dezelfde kant van de barricade te bevinden met Rik Torfs (voor hem ongetwijfeld ook niet), maar dit terloops.

    Kan een hoofddoekenverbod de emancipatie van moslima’s vooruit brengen? En is dat ook de bedoeling van hen die al jaren propaganda voeren rond dit thema (o.a. het Vlaams Belang, maar ook bijvoorbeeld Patrick Dewael van Open VLD, de eerste niet-Blokker die voor het eerst het idee van een verbod naar voor bracht, of Patrick Janssens van SP.a, die de hoofddoek verbood voor stadspersoneel dat in contact komt met het publiek)? In beide gevallen moet eenduidig “neen” worden geantwoord.

    In hun antwoord (o.a. te vinden op de site van De Standaard) op Barnard en Co geven een groep academici een reeks zinnige argumenten aan waarom het hele idee van een hoofddoekenverbod ter wille van grotere emancipatie klinkklare nonsens is. “Hoe belangrijk deze idealen ook zijn, de verlichting heeft ook een schaduwzijde wanneer zij als rechtvaardiging dient om de ander te ‘beschaven’ of met geweld van bovenaf te ‘emanciperen’. Dit leidde in het verleden al tot koloniale misdaden en een paternalistische houding tegenover vrouwen en de eigen arbeidersklasse.”

    Verder: “Als de hoofddoek een symbool van onderdrukking is dat bewust in onze vrije samenleving wordt geïntroduceerd, zoals Barnard en co. Beweren, dan moeten we misschien onze zogenaamde ‘vrije maatschappij’ in vraag stellen. Hoeveel onderzoeken over de sociale ongelijkheid in het onderwijs, over de ongelijkmatige posities op de arbeidsmarkt en over het gebrek aan politieke kansen moeten nog de revue passeren voor we ‘back to basics’ gaan. (…) Een verlichte maatschappij biedt iedereen, ongeacht levensbeschouwelijke overtuiging, afkomst of geslacht reële institutionele kansen voor hun collectieve en individuele emancipatie, in plaats van ze op voorhand te tackelen. (…) Het verlichtingsideaal is het waard om verdedigd te worden, maar wanneer zullen we beseffen dat vrijheid en gelijkheid niet voor iedereen gegarandeerd worden?

    Ze verwijzen naar Marx en zijn godsdienstkritiek, die door velen vaak herleid wordt tot één, vaak misbegrepen zin, namelijk dat godsdienst opium voor het volk is. “Net als over de huidige economische crisis, heeft Marx zeer zinnige zaken te zeggen over religie (…). Marx zag in religie een weergave van de menselijke ellende, maar ook een protest tegen deze ellende. Religie, (…), was de verzuchting van de onderdrukte, het opium van het volk. Godsdienst proberen op te heffen, of symbolen verbieden, is de mens de kans ontnemen het leven draaglijker te maken, maar ook het verzetspotentieel ervan te miskennen.”

    “De vraag luidt dan of het nodig is om het religieuze symbool dat de hoofddoek is te verbieden? Is het niet veel belangrijker om in dialoog de sociaal-politieke en religieuze redenen voor deze keuze te begrijpen? (…) Veel moslimvrouwen willen zich emanciperen via onderwijs en een eigen inkomen dat onafhankelijkheid garandeert. Hun recht op onderwijs wordt echter geplet tussen hamer en aanbeeld. Enerzijds wordt hen verweten dat ze de ‘neutrale’, publieke ruimte van de gemeenschapsscholen met religieuze symbolen willen veroveren, maar anderzijds is het kot te klein wanneer ook maar de idee van aparte islamscholen (…) wordt geopperd. Ook moslima’s worden geconfronteerd met onderdrukkende rollenpatronen en huiselijk geweld. De hoofdzaak van de Verlichting is het steunen van hun strijd om hun grondrechten, of ze die nu voeren met of zonder hoofddoek, binnen of buiten hun religie.(…) Emancipatie kun je niet met dwang bekomen; je kunt ze wel dwangmatig tegenhouden.”

    Lessen uit het verleden van de Belgische arbeidersbeweging

    Barnard en co – en velen die hun lijn van argumentatie volgen – zien zichzelf, vaak stoer, in het verlengde van de strijd van de vrijzinnigheid tegen het katholieke geloof. Ze zien in die strijd een basisvoorwaarde voor de emancipatie van vrouwen die zich in het verleden heeft voltrokken. Dat dit antiklerikalisme destijds beleden werd door juist die partijen (liberalen en sociaaldemocraten) die zich het felst en het langst hebben verzet tegen vrouwenstemrecht, wordt hierbij gemakshalve vergeten.

    “Wij hebben zolang gevochten tegen de almacht van de katholieken, we gaan nu toch niet aanvaarden dat de islam de plaats van het katholieke geloof inneemt.” Het is een argument waarop we wel eens zijn gebotst binnen linkse kringen. Twee dingen worden hierbij uit het oog verloren:

    1. Het kader waarin dit alles gebeurt, is totaal anders: de katholieke kerk was in het verleden bij ons niet gewoon een godsdienst, maar de heersende godsdienst, een structuur die volledig verweven was met de toenmalige machtsstructuren. De strijd voor de scheiding van kerk en staat was een belangrijk onderdeel van de strijd voor de democratie. Vandaag kan toch moeilijk beweerd worden dat er in enig Europees land een situatie bestaat waarbij de islam wordt opgelegd en ontwikkelt tot staatsgodsdienst.
    2. Het antiklerikalisme uit het verleden was niet eenzijdig progressief (de strijd tegen een staatsgodsdienst die aan mensen werd opgedrongen), maar werd vaak gebruikt om de sociaaldemocraten (die de vertegenwoordigers van de arbeidersklasse hadden moeten zijn, ongeacht de godsdienst die de arbeiders beleden) te binden aan de liberale burgerij (die de arbeiders even hard uitbuitten en onderdrukten, maar dat deden als niet-godsdienstige patroons) in de strijd tegen de katholieke partij. Op beslissende momenten in de geschiedenis van de arbeidersbeweging woog dat antiklerikalisme voor de leiding van de BWP (later BSP en PS/SP) zwaarder dan de noodzaak aan arbeiderseenheid om de strijd tegen het patronaat te voeren. Het is o.a. dit doctrinaire antiklerikalisme (dat historisch niet voortvloeit uit het marxisme, maar uit kleinburgerlijke radicale stromingen die meer gericht waren op de strijd tegen religieuze symbolen dan tegen de echte patroons) dat toeliet dat een wig werd gedreven in de Belgische arbeidersbeweging. Zowel gisteren als vandaag is de splitsing van de arbeidersbeweging een belemmering in de strijd.

    Voor Marx en Engels, net als voor de latere marxisten Lenin en Trotski, was de godsdienstkwestie steeds secundair aan de klassenstrijd. Hoewel ze zelf niet in een god geloofden en hamerden op de noodzaak van wetenschappelijke analyses van problemen om tot een oplossing te komen, stonden de partijen die ze oprichtten open voor religieuze arbeiders. De voorwaarde die ze stelden, was niet dat iedere arbeider zijn/haar geloof moest afzweren om onderdeel te kunnen uitmaken van de organisaties van de arbeidersbeweging, maar dat ze niet op god zouden wachten om de maatschappelijke wantoestanden de wereld uit te helpen, maar daarvoor zouden deelnemen aan de klassenstrijd van de arbeidersklasse tegen het patronaat.

    Het is een houding die de sociaaldemocraten in België jammer genoeg nooit hebben ingenomen. Hun nadruk op antiklerikalisme in plaats van op klasseneenheid en klassenstrijd (samen met de weigering om op te komen voor de gerechtvaardigde eisen van de Vlaamse arbeiders rond diensten en werk in de eigen taal) hebben gemaakt dat de leiding van de aanvankelijk kleine “antisocialistische” arbeidersorganisaties erin is geslaagd om op termijn van enkele tientallen jaren een groot deel van de Belgische arbeidersklasse vast te binden aan de voornaamste burgerlijke partij, namelijk de Katholieke Partij die onder hun druk omgevormd werd tot de Christendemocratische Partij (CVP). Die tweespalt heeft een belangrijke rol gespeeld in het mislukken van grote nationale bewegingen zoals rond de Koningskwestie en in de staking van 1960-‘61.

    Eerder dan trots te zijn op dat antiklerikale verleden, zou de socialistische arbeidersbeweging zich moeten bezinnen over deze tweespalt die hun leiding in het verleden mee heeft te helpen bevestigen, zeker nu ze op het punt staat dezelfde fouten te herhalen tegenover de islamitische arbeiders. In de gezamenlijke klassenstrijd kunnen arbeiders immers gewonnen worden voor de strijd ter verdediging van de rechten van de meest onderdrukte en gediscrimineerde lagen van de arbeidersklasse, waar migranten en vrouwen deel van uitmaken. In de gezamenlijke strijd verdwijnen verdelende elementen zoals racisme en seksisme naar de achtergrond, om plaats te maken voor solidariteit en eenheid in de strijd. Dat biedt een veel steviger basis voor progressieve ideeën dan gelijk welke denkbare burgerlijke of kleinburgerlijke moraliteit.

    Een marxistische opvatting

    Wij baseren ons op het marxisme, dat in tegenstelling tot wat algemeen wordt aangenomen geen reeks van dogma’s is, maar naast een aantal algemene stellingen die gebaseerd zijn op de lessen uit de klassenstrijd van het verleden vooral een methode is om de klassensamenleving te begrijpen om ze des te beter te bestrijden. Cruciaal voor de strijd tegen het patronaat en haar uitbuiting en onderdrukking is de kwestie van arbeiderseenheid.

    Wij ontkennen niet dat de hoofddoek een symbool is van de onderdrukking van de vrouw zoals die specifiek is ontwikkeld bij de islambevolking. Het dragen van pruiken door gelovige joodse vrouwen, de ontkenning van vrouwelijke seksualiteit buiten de voortplanting in het christelijke geloof, gepaard aan de gehoorzaamheid die aan de vrouw tegenover de echtgenoot werd geëist,… zijn uitdrukkingen van de vrouwenonderdrukking in het joodse en het katholieke geloof.

    We ontkennen ook niet dat vrouwen uit de islamitische gemeenschap ook met andere, en ernstiger, problemen worden geconfronteerd. In de pers wordt vaak gesproken over de gedwongen huwelijken, vrouwenbesnijdenis, vrouwonvriendelijke wetgeving zoals die vervat zit in de meeste interpretaties van de sharia,… De situatie van vrouwen in landen als Afghanistan en Iran wordt vaak als voorbeeld gebruikt en de mensen hier worden angst aangejaagd met de veralgemening van die ideeën alsof de hele moslimgemeenschap hiermee akkoord zou gaan en dat ook hier zou nastreven.

    LSP heeft de laatste jaren met haar acties, samen met en ter ondersteuning van Iraanse vluchtelingen in Europa, bewezen dat we deze zaken ter harte nemen. We verzetten ons tegen het idee van theocratische staten, tegen het opleggen van een godsdienst door de staat. Maar de enige staat die wij verdedigen is de democratische socialistische arbeidersstaat, waar de arbeiders de productie in handen nemen op basis van een democratisch radensysteem. Een staat die enkel te verkrijgen is door de omverwerping van de kapitalistische staat, door de macht uit handen te slaan van zij die vandaag de productiemiddelen bezitten en dat bezit gebruiken om de overgrote meerderheid van de wereldbevolking uit te buiten en te onderdrukken.

    Zij die in hun strijd rond vrouwenrechten vooral de rol van de islam benadrukken, zijn blind voor de problemen die vrouwen – en vooral de meerderheid van vrouwen uit de arbeidersklasse – overal ter wereld ondervinden. Werkloosheid, lage lonen en onzekere statuten, een hoge armoedegraad,… gecombineerd met rechtenloosheid in een heel aantal landen (en zeker niet alleen islamitische landen, denk bijvoorbeeld aan de situatie van vrouwen in Congo), met geweld binnen het gezin, met een seksindustrie die overal misbruik maakt van de slechte economische positie van vrouwen, met wijdverspreid seksisme dat verschillende cultureel bepaalde vormen aanneemt,… zijn allesbehalve beperkt tot de islamgemeenschap en kunnen dus ook niet verklaard worden uit specifieke kenmerken van de islam. Het zijn kenmerken van een klassenmaatschappij, van het kapitalisme en in een deel van de wereld ook de overblijfselen van feodale structuren.

    Wij geloven niet in de onoverkomelijkheid van culturele verschillen tussen islamitische, niet-gelovige, katholieke,… arbeiders, evenmin als we geloven in de onoverkomelijkheid van seksisme. Het is enkel op basis van de tekorten voor de grote meerderheid van de bevolking – tekorten die worden georganiseerd door het parasitisme van de heersende klasse die niet alleen een steeds groter stuk van de door de werkende geproduceerde rijkdom opeisen, maar er bovendien niet in slagen de productie fundamenteel te ontwikkelen tot op een niveau dat het de behoeften van iedereen zou bevredigen – dat tegenstellingen binnen de arbeidersklasse en de armste lagen van de bevolking stelselmatig worden opgedreven in de strijd voor het steeds kleinere aantal kruimels die van de rijke tafels vallen. Het enige wat dit kan afremmen, is de gezamenlijke strijd van de arbeidersbeweging, ongeacht de taal, de nationale achtergrond, de religie, de sekse of seksuele voorkeur van de individuele arbeiders. Het enige wat dit naar de vuilbak van de geschiedenis kan verwijzen, is de omvorming van de huidige kapitalistische klassenmaatschappij naar een democratische socialistische maatschappij.

    Welk programma verdedigt LSP

    Wij verzetten ons tegen het hoofddoekenverbod. Binnen de kapitalistische samenleving verdedigen marxisten de meest volledig mogelijke democratie, wat voor de arbeidersklasse de gunstigste omstandigheden biedt om haar programma en strategie te ontwikkelen en haar strijd te voeren. Stemrecht, stakingsrecht, het recht op vrije meningsuiting en op organisatie,… het zijn geen zaken die ons cadeau zijn gegeven. Voor al deze rechten zijn bloed, zweet en tranen gevloeid bij vorige generaties van de werkende bevolking. Zeker in een land waar een partij als het Vlaams Belang al decennialang ongestraft haar vuil kan spuien, kan het niet dat anderzijds moslimmeisjes geen hoofddoek kunnen dragen indien zij dat wensen.

    De logische conclusie van de huidige ontwikkelingen – het hoofddoekenverbod op de scholen, het verbod voor het Antwerpse stadspersoneel om een hoofddoek te dragen wanneer ze in contact komen met het publiek, de recente problemen in rechtbanken waar rechters vrouwen sommeren hun hoofddoek af te zetten,… – is een volledig verbod op de hoofddoek in publieke aangelegenheden. Hoe dit in het voordeel van de moslimmeisjes uitgelegd kan worden, is mij een raadsel. Het zou bijvoorbeeld betekenen dat in een echtscheiding een man die beschuldigd wordt van misbruik of geweld tegenover zijn vrouw, die man wel gehoord zou worden en de vrouw niet.

    Het enige alternatief voor moslima’s die hun hoofddoek willen behouden, is nu het totaal tegengestelde van wat er zogenaamd bereikt zou moeten worden. Indien dit verbod niet wordt ingetrokken, wordt de vestiging van “islamscholen” quasi onvermijdelijk, wat de moslimmeisjes nog meer dwingt de regels van hun gemeenschap, van hun familie te ondergaan. De segregatie van moslims in onze samenleving zou erdoor nog verder ten top worden gedreven. En dat is misschien wel wat een aantal reactionaire stromingen in de islamgemeenschap zouden willen, maar dat komt niet overeen met de wensen en aspiraties van de meeste islamitische arbeiders voor hun kinderen.

    Tegen segregatie en discriminatie – voor het recht op vrije meningsuiting

    De reactie op het opperen van de mogelijkheid tot de vestiging van islamscholen (wat in België enkel veranderd kan worden indien de grondwet wordt gewijzigd) van politieke figuren als de nieuwe Vlaamse onderwijsminister Pascal Smet, is hypocriet en schandalig. Van de politiek klinkt het nu quasi eenstemmig dat “gehoopt wordt dat de islamitische gemeenschap niet voor segregatie zou kiezen”. Indien de islamscholen er komen, zal dat echter niet de keuze zijn van de migrantengemeenschap in ons land, maar wel van zij die weigeren migranten het recht te geven hun culturele identiteit of godsdienst publiek te beleven.

    In de Belgische samenleving zijn de jobkansen voor niet-EU-migranten niet schitterend: de werkzaamheidgraad van mannelijke niet-EU-migranten bedraagt slechts 52%, bij vrouwen zelfs maar 25%. Zelfs indien er islamscholen zouden bestaan, zullen de meeste migrantengezinnen hun kinderen naar een “gewone” school blijven sturen om de jobkansen van hun kinderen niet nog meer in gevaar te brengen. Het hoofddoekenverbod zal ook voor hen echter een bevestiging zijn van de discriminatie waaronder zij als migranten gebukt gaan. Het verzet tegen het hoofddoekenverbod is dan ook niet enkel een verzet van hoofddoekdragende meisjes.

    Wij verzetten ons tegen segregatie en alles wat segregatie bevordert. Daarom pleit LSP er voor dat het hoofddoekenverbod wordt ingetrokken, zowel voor wat de scholen betreft als voor wat betreft de tewerkstelling in diverse openbare diensten waar dit recht vandaag geweigerd wordt. Scholen moeten openstaan voor de diverse culturen die haar vandaag overspoelen en moeten daar rekening mee houden, vanuit een bekommernis om iedereen ongeacht afkomst, taal, sekse,… de best mogelijke onderwijskansen te bieden.

    We verzetten ons echter even hard tegen het opleggen van de hoofddoek. Het is fout de zaken voor te stellen alsof de meeste moslima’s een hoofddoek dragen vanuit een dwang vanuit hun gemeenschap. Veel meisjes dragen de hoofddoek voor diverse andere redenen: vanuit hun interpretatie van het geloof, vanuit een wil om zich tegenover een racistische omgeving als migrant te uiten en om tegen die omgeving te protesteren,… Iedereen kon de afgelopen jaren vaststellen dat iedere politieke opstoot rond de hoofddoek beantwoord werd met… meer hoofddoeken in het straatbeeld.

    Goed betaalde jobs en kwaliteitsvolle gratis openbare diensten voor iedereen!

    Het is echter evengoed fout om te stellen dat er geen meisjes zijn die zelf zouden verkiezen de tradities van hun migrantengemeenschap aan de kant te zetten, maar door hun familie en omgeving onder druk worden gezet. Een hoofddoekenverbod is echter een pleister op een houten been. Het ontbreekt moslimvrouwen immers vaak aan kansen en mogelijkheden om aan de druk van hun gemeenschap te ontsnappen. Kansen en mogelijkheden ook op het economische en financiële vlak: meisjes die financieel afhankelijk zijn van hun familie of echtgenoot, die geen job hebben of geen voltijdse job waarmee ze zichzelf in stand kunnen houden,… kunnen die keuze immers niet of slechts zeer moeilijk maken.

    Een studieloon en gratis onderwijs op alle niveaus!

    LSP verzet zich tegen het opleggen van de hoofddoek. Het programma dat we met betrekking tot moslimvrouwen verdedigen is niet anders dan ons algemeen vrouwenprogramma, met als voornaamste eisen: goedbetaalde voltijdse jobs voor iedereen, kwaliteitsvol onderwijs, openbare diensten die een groot deel van het huishoudelijk werk en de zorgtaken in het gezin van de rug van vrouwen halen. Voor jonge moslimmeisjes die zich los willen maken van de druk van hun familie en die bijvoorbeeld verder willen studeren, maar daar de kans niet toe krijgen, geldt ons algemeen programma naar jongeren toe: een voldoende hoog studieloon – aangevuld met de eis van gratis onderwijs op alle niveaus – moet iedereen in staat stellen de studies aan te vangen waarmee hij/zij het best zijn/haar talenten denkt te kunnen ontwikkelen, ook indien de ouders zich hiertegen verzetten (of simpelweg financieel niet in staat zijn de studiekosten op te brengen).

    Voor arbeiderseenheid in de strijd tegen het patronaat dat ons wil doen opdraaien voor de crisis!

    Dit soort eisen, die een oplossing bieden voor alle vrouwen, alle jongeren en algemeen alle mensen die niet behoren tot de kapitalistische klasse, kunnen enkel bekomen worden door gezamenlijke strijd. Er zijn immers middelen voor nodig om zo’n sociale politiek, die kansen biedt aan iedereen en niemand in de steek laat, te kunnen bekostigen. En die middelen kunnen enkel komen van zij die leven van hun kapitaal, van hun mogelijkheid om anderen uit te buiten. De inkomsten van alle loontrekkenden en uitkeringsgerechtigden zijn immers al onder de helft van de totale inkomsten gezakt, meer dan de helft verdwijnt ondertussen al in de zakken van de rijke elite. Die rijke elite zal haar positie niet zonder slag of stoot opgeven.

    We denken dat het fout is dat een aantal syndicale delegaties, zij het op scholen of op andere werkplaatsen, zich mee laten slepen in deze aanval op de godsdienstvrijheid en op één van de meest onderdrukte lagen van de arbeidersklasse, namelijk de migrantengemeenschap. Ze zouden het recht van die meisjes op vrije meningsuiting moeten verdedigen en hun vertrouwen winnen om samen de strijd aan te gaan rond de lonen, de werk- en leefomstandigheden, de levensstandaard van iedereen.

    Indien we niet met zijn allen de rekening van de crisis willen betalen door toenemende werkloosheid, onzekerheid en armoede, door lagere lonen en verslechterende arbeidsomstandigheden,… zal die strijd moeten uitmonden in de strijd voor wie de winsten die geproduceerd worden door de werkenden mag opeisen: het patronaat die vandaag de productiemiddelen of de meerderheid van de bevolking, zonder wie die productiemiddelen niets zouden voortbrengen. Voor het betalen van o.a. bovenstaande eisen, vecht LSP voor de nationalisering van de sleutelsectoren van de economie (banken, energie, transport,…) onder arbeiderscontrole.

    Ultiem is onze strijd er één voor een andere samenleving, een samenleving die niet als vandaag doordrenkt is van ongelijkheid en onrechtvaardigheid, maar gebaseerd is op solidariteit, samenwerking, wederzijds respect en het samen werken om de behoeften van iedereen te bevredigen. Wij denken dat enkel een socialistische samenleving die beloftes kan inlossen.

  • Linkse socialisten vieren internationale vrouwendag

    Op 8 maart vond in Brussel een conferentie van LSP/PSL plaats in het kader van de internationale vrouwendag. Een 60-tal vrouwen (en mannen) namen deel aan de discussie. Er werd begonnen met een openingsmeeting waarbij werd ingegaan op de geschiedenis en actualiteit van de internationale vrouwendag. Verder waren er werkgroepen rond verschillende thema’s: de economische crisis en de oorsprong van vrouwenonderdrukking. Een verslag van de openingsmeeting.

    Geschiedenis en actualiteit van de internationale vrouwendag

    Anja Deschoemacker opende de meeting met een inleiding over de geschiedenis van internationale vrouwendag en de actualiteit van vrouwenstrijd vandaag. Internationale vrouwendag is een belangrijk moment om na te gaan hoe we de vrouwenbeweging opnieuw kunnen opbouwen, tegen de achtergrond van een ontwikkelende economische crisis. De geschiedenis van de arbeidersbeweging, en dus ook van de vrouwenbeweging, is er één van hoogten en laagten. Die ontwikkeling voor de vrouwenbeweging is ook afhankelijk van de mate waarin de arbeidersbeweging zich specifiek richt op thema’s die vrouwen aanbelangen.

    De oorsprong van de internationale vrouwendag is een staking van textielarbeiders in 1908. Een jaar nadien was er na een oproep van de Socialist Party om de staking te herdenken, waarop tienduizenden dagenlang in actie kwamen. De Duitse socialiste Clara Zetkin reageerde op deze beweging van vrouwelijke arbeiders in de VS. Zetkin had reeds in 1899, bij het opzetten van de Tweede Internationale, de stelling verdedigd dat socialisme zonder vrouwenrechten onmogelijk is. Mannen en vrouwen moeten samen strijden voor de vrouwenrechten, dat is een integraal deel van de arbeidersbeweging.

    In 1899 kwam er weinig reactie op die oproep van Zetkin, hierop zette zij een socialistische vrouwenbeweging op binnen de Tweede Internationale. Vanuit die beweging kwam het initiatief om een internationale vrouwendag te organiseren. Dat was op 8 maart 1911, toen er acties waren in vijf verschillende landen. Dat was onder meer het geval in Duitsland en de VS. De socialistische vrouwenbeweging verzet zich tijdens de Wereldoorlog tegen de oorlog en deelname aan de oorlog, de vrouwenbeweging steunt het (beperkte) kamp van de internationalisten tegen de leiding van de Tweede Internationale in. In verschillende landen waren er ook tijdens de oorlog acties van de socialistische vrouwenbeweging, onder meer tegen de hoge voedselprijzen en de tekorten aan voedsel.

    Eén van die acties van de vrouwenbeweging was een actie op 8 maart in Rusland (volgens de oude kalender in Rusland was dat 23 februari). Een optocht van vrouwelijke arbeiders trok ook massale steun aan van mannelijke arbeiders, waardoor de beweging een enorme opgang kende. Na twee dagen van acties en stakingen, zette de tsaar het leger in om de beweging te stoppen met repressie. Dat vormde de aanleiding voor het begin van wat gekend staat als de Februarirevolutie. Enkele weken later moest de tsaar aftreden, het nieuwe regime dat aan de macht kwam was één van de eerste op internationaal vlak die stemrecht aan vrouwen moest toekennen.

    Vandaag is de hele economie in crisis. De traditionele eisen van de vrouwenbeweging in het verleden, onder meer voor toegang tot betaalbaar voedsel, worden hierdoor opnieuw actueel. Ook eisen tegen oorlog en tegen gewapende conflicten (waar vrouwen en kinderen vaak het slachtoffer van zijn, denk maar aan de oorlog in Congo) zijn opnieuw actueel. De crisis raakt de zwaksten het hardst.

    Daarbij zal het belangrijk zijn om de arbeiders te organiseren, zowel op syndicaal als politiek vlak. Er is nood aan een nieuwe arbeiderspartij waarbij de discussie kan worden gevoerd over hoe we een einde kunnen stellen aan de miserie en problemen waarmee de arbeiders te maken krijgen.

    De positie van vrouwen is wereldwijd enorm precair. Zo worden vrouwen het slachtoffer van mensenhandel. Patsy Sörensen van Payoke moest normaal gezien spreken op onze meeting op 8 maart, maar werd op het laatste moment weg geroepen voor een dringende tussenkomst in het buitenland. We zullen in de komende maanden het werk van Payoke wel toelichten op deze website en zullen een interview plannen met Patsy. Alleszins is het opvallend dat in de strijd tegen mensenhandel organisaties als Payoke over zo weinig middelen beschikken, het probleem wordt immers groter met een tendens om niet-ingeschreven arbeiders in te zetten (zowel in de prostitutie als in andere sectoren). Vooral vrouwen dreigen het slachtoffer te worden van mensenhandel door de vervrouwelijking van armoede en discriminatie van vrouwen. Het is belangrijk om dit thema op de agenda te zetten en een werking als Payoke speelt daar een nuttige en noodzakelijke rol in.

    Strijden tegen geweld binnen het gezin

    Na Anja werd gesproken door Laura van LSP-Gent. Zij had het over geweld binnen het gezin, een thema dat jammer genoeg nog steeds actueel is en vaak wordt onderschat. Geweld binnen het gezin blijft immers vaak een taboe, zowel emotioneel als fysiek geweld en seksueel misbruik.

    Eén op vier vrouwen heeft op een bepaald ogenblik in haar leven te maken met geweld binnen het gezin. 25% van alle rapporteringen van geweld gaan net over dat type van geweld. Als een vrouw al overgaat tot het contacteren van de politie, is het gemiddeld na 35 keer te zijn geslagen. Meer dan twee op tien kinderen ondergaat seksueel geweld. Dat betekent dat iedere dag met angst wordt geleefd. Bovendien leggen vrouwen de fout vaak bij zichzelf, ze denken dat het hun schuld is dat ze te maken krijgen met geweld en mishandeling.

    Vrouwen zonder economische mogelijkheden, zijn natuurlijk de grootste slachtoffers in die zin dat ze niet zomaar in staat zijn om hun man te verlaten. De kloof tussen de lonen van mannen en vrouwen blijft bestaan en speelt een rol in het ondermijnen van de positie van vrouwen. Moraliserende campagnes bieden daar geen antwoord op. Bovendien is het de vraag of slogancampagnes als rond de slogan “Geweld binnen het gezin klopt nooit” de slachtoffers van geweld binnen het gezin bereiken. Wij denken dat er nood is aan concrete campagnes, onder meer vanuit de vakbonden om familiaal geweld ook vanop de werkvloer aan te pakken. Een campagne als “Campaign Against Domestic Violence” in Groot-Brittannië kan een nuttig voorbeeld zijn. Alle bekommernissen van de arbeiders moeten kunnen worden opgenomen op syndicaal en politiek vlak.

    Wij komen op voor een uitbreiding van het netwerk voor opvang van vrouwen die het slachtoffer zijn van geweld, een programma van de bouw van toegankelijke sociale woningen, degelijke lonen en arbeidscondities. Wij staan voor een socialistisch alternatief waarin een einde wordt gemaakt aan uitbuiting.

    Stop seksisme

    De laatste spreekster van de openingsmeeting was Laure van LSP-Brussel. Zij had het over de strijd tegen seksisme. Spijtig genoeg komt het thema van seksisme vaak enkel aan bod in het kader van berichtgeving rond internationale vrouwendag. Steeds meer worden vrouwen gezien als handelswaar en als lustobject.

    Dat beeld van vrouwen maakt deel uit van een ideologisch offensief waarbij vrouwen worden voorgesteld als een stuk vlees. Dat beeld is aanwezig onder jongeren, maar ook elders. De belangrijkste reden waarom dit beeld sterker aanwezig is, is omdat seks doet verkopen. Bij reclame merk je dat verwijzingen naar seks worden gebruikt om producten te verkopen. Aan de universiteiten zetten de meeste studentengroepen tegenwoordig steeds meer bloot op de affiches om op te vallen en volk te trekken. De doorgedreven commercialisering van het uitgaansleven vormt de basis voor het opdrijven van het beeld van de vrouw als lustobject.

    Wij zijn absoluut niet preuts, maar we gaan wel in tegen de commercialisering van het vrouwenlichaam. Seksuele vrijheid mag niet verward worden met seksuele degradatie. De elementen van bevrijding die in het westen zijn afgedwongen, zijn belangrijk en het resultaat van arbeidersstrijd. Verworvenheden zullen niet verdedigd en uitgebreid worden door de vrouw voor te stellen als een louter lustobject. Seksistische reclame heeft niets te maken met “seksuele vrijheid”. De toename van het aantal jongeren dat zijn lichaam moet verkopen om rond te komen, heeft evenmin iets te maken met seksuele vrijheid.

    De rol van jonge meisjes en vrouwen wordt beperkt tot hun uiterlijk: “wees mooi en zwijg” lijkt het motto te zijn. Vrouwen zouden hun uiterlijk moeten uitspelen om een positie te verkrijgen, zelfs onder politici zien we dit steeds meer. Denk maar aan Freya Van Den Bossche die bij haar eerste gemeenteraadsverkiezingen haar rok omhoog hield op haar affiche om zo de aandacht te trekken.

    Dit soort ontwikkeling heeft verregaande gevolgen. Slechts 1% van de vrouwen in Europa is tevreden over haar lichaam. 60% van de jonge meisjes tussen 10 en 14 vindt zichzelf “lelijk”. Er is een enorm probleem van anorexia en boulimie, maar ook psychologische problemen bij veel meisjes en vrouwen. In de VS wordt drie keer meer uitgegeven aan cosmetica dan aan onderwijs, de markt van cosmeticaproducten kende de afgelopen periode een fenomenale groei.

    Het commercialiseren van seksualiteit leidt ook tot een groei van de pornografische markt. Veel jongeren komen via porno voor het eerst in contact met seksualiteit en zien hoe daar met vrouwen wordt omgegaan. Dat beeld legt een enorme druk op vrouwen alsook op jonge mannen. Gemiddeld is er één verkrachting per week in scholen in ons land. Algemeen zijn er gemiddeld 7 verkrachtingen per dag die worden aangegeven, daarnaast zijn er natuurlijk ook veel verkrachtingen die niet worden aangegeven.

    Conclusie

    Strijd voor vrouwenrechten maakt historisch deel uit van de strijd van de gehele arbeidersbeweging voor een andere samenleving. Ook vandaag blijft dit noodzakelijk. Voor ons blijft 8 maart een dag van strijd, solidariteit en socialisme.

  • De geschiedenis van Internationale Vrouwendag

    Op een eeuw tijd hebben de vrouwen juridische en wettelijke gelijkheid bekomen in de meeste landen. Om echte gelijkheid te bekomen, blijft strijd nodig. De Internationale Vrouwendag is steeds een dag van strijd voor betere levens- en werkomstandigheden geweest. De aanvankelijke roep naar stemrecht ging gepaard met eisen als “Gelijk loon voor gelijk werk”. De Internationale Vrouwendag komt voort uit de strijd die gevoerd werd om op gelijke voet met de mannen te komen. 8 maart is een symbolische datum, maar dan wel met verschillende historische feiten die eraan verbonden zijn. Het is bovendien het resultaat van een proces van strijdbewegingen, eisen en debatten.

    Door Elisa De Noël, lijsttrekker PSL in Bergen

    Het idee van een Internationale Vrouwendag kwam voor het eerst naar voor op het einde van de 19de en het begin van de 20e eeuw. De industrialisering leidde tot een sterke bevolkingstoename en discussie over de organisatie van de samenleving. De arbeidersbeweging eiste rechten op, vrouweneisen vormden daar een onderdeel van. Op 8 maart 1908 was er een staking van vrouwelijke arbeiders uit de textielindustrie in de VS. Op initiatief van de Duitse socialiste Clara Zetkin namen de socialistische vrouwen het idee van een internationale actiedag op. Dat gebeurde op een conferentie in 1910 waarop een honderdtal vrouwen uit 17 landen aanwezig waren. De inspiratie van de eerste vrouwenbetogingen in de VS in 1908 en 1909 kregen zo vanaf 1911 een internationaal verlengstuk.

    In 1911 werd betoogd in Duitsland, Oostenrijk, Denemarken en Zwitserland. Bij massale bijeenkomsten (toen nog op 19 maart) waren er in totaal meer dan een miljoen vrouwen (en mannen) aanwezig. Het waren strijdbare bijeenkomsten waarbij de eis van vrouwenstemrecht centraal stond, naast de eis om een opleiding te kunnen genieten en het stopzetten van iedere discriminatie op de werkvloer.

    Het is echter pas vanaf 1917 dat de traditie van 8 maart werd gevestigd. Op die dag gingen vrouwelijke arbeiders in Sint-Petersburg (Rusland) in staking. Die datum werd uitgekozen om op te komen voor “brood en vrede” en om de meer dan 2 miljoen gevallen Russische soldaten te herdenken. In 1921 werd in de Sovjetunie onder Lenin officieel overgegaan tot het instellen van 8 maart als de vaste datum voor de Internationale Vrouwendag, om meteen ook de staking van de vrouwelijke arbeiders in Sint-Petersburg te herdenken.

    Na de Tweede Wereldoorlog werd de traditie van Internationale Vrouwendag wereldwijd gevestigd. De opkomst van de vrouwenbeweging in de jaren 1960 en 1970 speelde in op deze traditie. De staking van de arbeidsters van FN in Herstal in 1966 speelde in ons land een belangrijke rol in de strijd voor gelijke lonen voor vrouwen. De traditie van de Internationale Vrouwendag werd onder druk van massa-acties officieel erkend door de Verenigde Naties in 1970.

    Vandaag blijft het idee van een internationale dag van strijd voor vrouwenrechten actueel. Vrouwen zijn nog steeds de eerste slachtoffers van armoede en geweld. Meer dan 60% van de armsten zijn vrouwen. Gemiddeld verdient een vrouw nog steeds maar 72% van het loon van mannen. Dat geeft aan dat er wel wordt gesproken over gelijkheid, maar dat deze nog niet echt bestaat. Wij willen van 8 maart opnieuw een internationale actiedag maken waarbij vrouwen (én mannen) opkomen voor een einde aan iedere discriminatie en voor een socialistische samenleving.

  • Internationale Vrouwendag. Stop geweld tegen vrouwen. Vrouwen zijn geen lustobjecten. Voor een echt anti-crisisprogramma

    Vrouwen worden overal ter wereld in grote getallen geïntimideerd, verkracht, geweld aangedaan… Het gebeurt in gezinnen op alle continenten en ongeacht de culturele en/of religieuze achtergrond. Ook in landen waar vrouwen over formele gelijke rechten beschikken, blijft geweld binnen het gezin een belangrijk probleem: in Europa is geweld van de partner of ex-partner de belangrijkste oorzaak voor blijvende handicap of dood van vrouwen op actieve leeftijd.

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Conferentie rond Internationale Vrouwendag

    8 maart 2009 – van 11 tot 17u

    In de Kriekelaar, Gallaitstraat 86, 1030 Schaarbeek

    Op de agenda staan:

    • Waarom vieren we Internationale Vrouwendag
    • Sprekers over verschillende vormen van geweld op vrouwen, o.a. Patsy Sörensen (Payoke) over mensenhandel, veldwerkers rond geweld binnen het gezin,…
    • Twee werkgroepen:

      – Vrouwen zijn slachtoffer van een systeem dat hen als goederen beschouwt

      – Economische crisis bedreigt de positie van vrouwen – waarom enkel socialisme de voorwaarden creëert voor echte emancipatie

    Gedurende de conferentie zullen ook snacks en drankjes verkregen kunnen worden. Een kinderopvang in hetzelfde gebouw wordt georganiseerd (wel graag vooraf inschrijven!).

    Contact: Linkse Socialistische Partij/Parti Socialiste de Lutte, www.socialisme.be, contact met de vrouwencommissie : vrouwen@socialisme.be, 02/3456181.

    Dit pamflet als pdf-file.
    [/box]

    In Zuid-Afrika werden in 2006 gemiddeld 150 verkrachtingen per dag gemeld, bij een schatting dat slechts in 1 op de 9 gevallen melding wordt gemaakt. In België werden in dat jaar 7 verkrachtingen per dag gemeld, terwijl hier geschat wordt dat slechts één op drie klacht indient. Moeilijke bewijslast en een justitie die van geweld tegen vrouwen allesbehalve een prioriteit maakt, zorgen er bovendien voor dat slechts een miniem percentage van de klachten ook tot een veroordeling lijdt.

    Ook zijn er miljoenen vrouwen die zich in een situatie van oorlog of intern conflict bevinden. In Congo werden in het laatste decennium miljoenen vrouwen verkracht en mishandeld door zowel rebellentroepen als regeringssoldaten. Verkrachting als oorlogswapen komt in nagenoeg alle conflicten in de wereld voor – het behoort tot het wapenarsenaal die door de staat zelf worden gebruikt tegen vrouwen in verschillende landen in het Midden-Oosten, Turkije,…

    VROUWEN ZIJN GEEN LUSTOBJECTEN!

    maar moeders, dochters, zusters, partners,… collega’s, klasgenoten, medestanders in vakbondsstrijd en andere verzetsbewegingen,…

    Wij zijn de eersten om de grotere seksuele vrijheid die westerse vrouwen hebben verkregen toe te juichen. Rechtse en conservatieve groeperingen en partijen die de seksuele vrijheid op zich bestrijden, willen niets anders dan ons terug naar de haard voeren en alle vrouwenemancipatie ongedaan maken. Wij verzetten ons tegen dergelijke denkbeelden.

    Maar we verzetten ons ook tegen de seksindustrie die vandaag honderdduizenden slachtoffers maakt, betrokken is in een echte slavenhandel, misbruik maakt van de slechte economische positie van vrouwen overal ter wereld om hen te dwingen tot het verkopen van hun seksualiteit om over een inkomen te beschikken. We hebben een probleem met het alomtegenwoordige beeld in reclame en in de media, die vrouwen als lustobject opvoeren om winst te maken.

    Dat vrouwenbeeld heeft een grote invloed. We weten al lang dat vrouwen en meisjes erdoor onder druk worden gezet om te diëten en een enorme aandacht aan hun uiterlijk te besteden. Maar het gaat van kwaad tot erger. Recente studies wijzen uit dat jonge meisjes zich door de alomtegenwoordige porno onder druk gezet voelen om zich seksueel te gedragen op een manier die niets met hun wensen te maken heeft, maar alles met het beantwoorden van verwachtingen die door dit vrouwenbeeld worden gecreëerd.

    Dit is geen “seksuele vrijheid”, maar een andere vorm van seksuele onvrijheid. Uitbuiters van pornografie en prostitutie zullen steeds slachtoffers vinden in een wereld waarin zoveel vrouwen geen of onvoldoende inkomen hebben om comfortabel te leven. Recent werd duidelijk dat er in de chatrooms op het internet een gebruik is gegroeid waarbij schoolmeisjes voor de camera seksuele activiteiten verrichten tegen betaling. Het is volgens ons pervers om dit de “seksuele emancipatie van de vrouw” te noemen.

    Wij willen geen censuur. We staan ook niet voor een “nieuwe preutsheid”. Maar we protesteren tegen het commerciële misbruik van vrouwenlichamen in reclame en media, tegen het opdringen van een vrouwbeeld waaraan slechts een zeer kleine minderheid kan beantwoorden, tegen een samenleving ook waarin vrouwen door hun slechte economische positie gedwongen kunnen worden tot pornografie en prostitutie.

    BESTRIJD ARMOEDE – voor een echt ANTI-CRISISPROGRAMMA!

    De economische crisis zal, zoals altijd, de zwakste lagen in de samenleving het hardst raken. Dit zal enorme effecten hebben op het leven van vrouwen overal ter wereld. Ook daar waar vrouwen formele gelijkheid hebben verworven, toont de realiteit een grote loonkloof, zij het door lage lonen in de “vrouwensectoren”, of door deeltijds werk en ondervertegenwoordiging van vrouwen in de beter betaalde jobs binnen sectoren waar zowel mannen als vrouwen werken. In België zouden vrouwen gemiddeld drie maand langer moeten werken om aan hetzelfde gemiddelde jaarloon van mannen te raken.

    De loonkloof is – naast regelrechte discriminatie op de arbeidsmarkt, die in het nadeel speelt van vrouwen, migranten,… – ook deels te verklaren uit de dubbele dagtaak van werkende vrouwen. Nog steeds doen vrouwen gemiddeld twee derden van de huishoudelijke arbeid en de zorg voor familieleden. De oplossing is niet om het leven van de kinderen onmogelijk te maken door hen op gelijk welk uur bij de onthaalmoeder of crèche te kunnen brengen. De oplossing is het opleggen van een beperking op de flexibiliteit en de verkorting van de arbeidstijd – ook voor mannen – om na het werk ook nog met je kinderen te kunnen leven en over vrije tijd te beschikken.

    Wij vechten voor werk voor iedereen, met vaste contracten en degelijke lonen en arbeidsomstandigheden, voor de 32-urenweek zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen, voor een verhoging van de uitkeringen en brutolonen en een inhaaloperatie voor de lage loonsectoren, voor gratis en degelijke kinderopvang en onderwijs, voor de overname door openbare diensten van een deel van het huishoudelijke werk; voor een betaalbare woning voor iedereen.

  • Conferentie internationale vrouwendag: strijd voor vrouwenrechten blijft nodig!

    Op 8 maart organiseert LSP een conferentie in het kader van de internationale vrouwendag. Daarbij zal onder meer worden ingegaan op de discussie over geweld op vrouwen, de gevolgen van de economische crisis voor vrouwen, tegen seksisme,… Vandaag erkent men dat er een probleem is met de lonen (en dus ook de uitkeringen) van vrouwen. Ze moeten gemiddeld drie maand langer werken voor hetzelfde gemiddelde loon van mannen. Maar wat volgt politiek op die erkenning? Niets!

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Conferentie rond Internationale Vrouwendag

    8 maart 2009 – van 11 tot 17u

    In de Kriekelaar, Gallaitstraat 86, 1030 Schaarbeek

    Op de agenda staan:

    • Waarom vieren we Internationale Vrouwendag
    • Sprekers over verschillende vormen van geweld op vrouwen, o.a. Patsy Sörensen (Payoke) over mensenhandel, veldwerkers rond geweld binnen het gezin,…
    • Twee werkgroepen:

      – Vrouwen zijn slachtoffer van een systeem dat hen als goederen beschouwt

      – Economische crisis bedreigt de positie van vrouwen – waarom enkel socialisme de voorwaarden creëert voor echte emancipatie

    Gedurende de conferentie zullen ook snacks en drankjes verkregen kunnen worden. Een kinderopvang in hetzelfde gebouw wordt georganiseerd (wel graag vooraf inschrijven!).

    Contact: Linkse Socialistische Partij/Parti Socialiste de Lutte, www.socialisme.be, contact met de vrouwencommissie : vrouwen@socialisme.be, 02/3456181.

    Dit pamflet als pdf-file.
    [/box]

    Wie vecht voor volwaardige jobs met volwaardige lonen?

    In het beste geval wordt “gelijkheid” nagestreefd. Maar in de laatste 20 jaar is de hele gelijkheidsgedachte enkel nog politiek misbruikt, overigens vaak door vrouwelijke politici, om een gelijkstelling naar beneden te bekomen. Miet Smet (CD&V) voerde de “gelijkschakeling” van de pensioenen in, waardoor vrouwen het nu nog moeilijker hebben om een volledige pensioen te bekomen. Smet hief ook het verbod op nachtarbeid op en en voerde de PWA’s (voorlopers van de dienstencheques) in, die vrouwen wel uit de werkloosheidsstatistieken houden, maar hen slechts een bijverdienste bovenop te lage uitkeringen geven. Freya Vanden Bossche, die moest tonen hoe jonge vrouwen “het kunnen maken”, was verantwoordelijk voor het Generatiepact, dat zal maken dat brugpensioen voor de overgrote meerderheid van vrouwen uitgesloten is. En ook de regeringsvrouwen vandaag hebben niets anders dan holle woorden in petto voor de werkende en uitkeringsgerechtigde vrouwen.

    Slechte economische positie leidt tot misprijzen en geweld tegenover vrouwen – wie vecht daartegen?

    Geweld op vrouwen is fors onderschat. Die onderschatting wordt betaald met levens: geweld door partner en ex-partner is voor vrouwen tussen 16 en 44 jaar de grootste oorzaak van dood en blijvende handicap in Europa! En toch gebeurt nog steeds nauwelijks iets. Waar blijven de nationale plannen om geslagen vrouwen sociaal en financieel te ondersteunen om een nieuw leven op te bouwen? Waar blijven de broodnodige middelen voor de sector die hen opvangt? Steeds opnieuw hebben we vanuit de overheid slechts recht op een “sensibiliseringscampagne”.

    Naast fysiek en seksueel geweld in en buiten het gezin, zijn er ook de pesterijen op straat, in school, op het werk,… En die misprijzende kijk op vrouwen wordt dagdagelijks versterkt door reclame en media die vrouwen afschilderen als lustobjecten en niets meer… De alomtegenwoordige pornografie op het internet blijkt volgens verschillende studies een enorme druk te zetten op vooral jonge meisjes. De seksindustrie neemt een steeds grotere uitbreiding. Zo blijken escortebedrijven zeer actief aan een pak Europese universiteiten. En dan hebben we het nog niet over de handel in vrouwen en kinderen, die steeds meer uitbreiding neemt.

    LSP/PSL verenigt vrouwen en mannen rond een strijdbaar programma

    LSP voert verschillende campagnes om deze problematiek aan de kaart te stellen. We verdedigen een programma dat de oorzaak van de problemen aan wil pakken, het feit dat in de kapitalistische samenleving winsten voor de enkeling veel belangrijker zijn dan productie om de behoeften van de meerderheid te bevredigen. Vrouwendiscriminatie speelt een belangrijke rol in de verdeel-en-heerstactiek van de heersende minderheid van superrijken en maakt ook dat vrouwen tot op vandaag een pak zorgarbeid gratis vervullen. We vechten voor degelijke lonen voor iedereen, voor openbare diensten die een belangrijk deel van de huishoudelijke taken van de rug van vrouwen nemen, voor een echte aanpak van de problemen waarmee vrouwen worden geconfronteerd. Wil je meer weten, neem dan contact met ons op.

  • Antwerpen. Debat in het kader van internationale vrouwendag

    Op woensdag 28 januari organiseerde LSP-Antwerpen een door de aanwezigen fel gesmaakte bijeenkomst in het kader van de internationale vrouwendag. Drie vrouwen namen het woord: Patsy Sörensen van vzw Payoke, Azar Behrouz van een Iraanse vrouwengroep en Anja Deschoemacker van LSP. De sprekers waren het erover eens dat strijd voor vrouwenrechten nodig blijft en nood heeft aan een politiek verlengstuk.

    Het was niet evident om de aanwezigen binnen te krijgen. Door een vergetelheid beschikten we over een klein zaaltje, de grote zaal werd ingenomen door de kameraden van SP.a-Rood. Niet getreurd, het was best gezellig met 25 in een klein zaaltje.

    De eerste spreker was Patsy Sörensen van vzw Payoke. Patsy ging in op de werking van Payoke dat in 1987 werd opgericht om de belangen van prostituees op te nemen. Daarbij werd steeds meer ingegaan tegen mensenhandel en de gevolgen daarvan. Geweld en geld zijn twee zaken die vaak samen gaan ten koste van vrouwen én mannen die het slachtoffer worden van mensenhandel. Bij Payoke wordt geprobeerd om dergelijke slachtoffers (de organisatie spreekt liever over “cliënten”) op te vangen en verder op weg te helpen. Dat is niet evident, er worden veel talen gesproken (onder de 85 nieuwe slachtoffers vorig jaar waren er 27 nationaliteiten) en het is niet makkelijk om na traumatische ervaringen vertrouwen op te bouwen.

    Payoke probeert ook internationaal te werken en geeft vormingen waar het soms niet verwacht wordt. Zo vertelde Patsy hoe ze met enige drempelvrees vormingen gaf aan militairen op buitenlandse missies. Daar zijn er veel gevallen van misbruik, in Bosnië zag Patsy hoe een Russische VN-soldaat een eigen bordeel uitbaatte.

    De strijd tegen mensenhandel is vaak verbonden met de strijd tegen economische uitbuiting en gevallen van slavernij. Recent was er een voorbeeld van huisslaven die in een Brussels hotel gevangen zaten. Om mensen uit die onderdrukking weg te krijgen, moeten ze vaak breken met hun sociale omgeving. Dat is niet makkelijk, maar het is belangrijk om hen te ondersteunen en begeleiden.

    Azar Behrouz ging in op een aantal centrale thema’s voor de internationale vrouwendag dit jaar. Ze deed dit vanuit haar ervaring als politieke activiste in Iran, een land met een reactionair-religieus regime waar vrouwen over geen rechten beschikken. De strijd tegen het geweld op vrouwen is erg concreet in een land waar “overspelige” vrouwen gestenigd worden. Geweld tegen vrouwen gebeurt op verschillende niveau’s, er is huiselijk geweld, maatschappelijk geweld en staatsgeweld. Dat wordt op verschillende manieren en soms doelbewust gebruikt. Toen Khomeini in 1979 de Iraanse revolutie kaapte, was één van zijn eerste maatregelen om de vrouwen naar huis te sturen om zo de revolutionaire beweging te verdelen en de andere helft ook beter onder controle te kunnen houden.

    Een ander belangrijk strijdpunt is tegen seksisme: vrouwen zijn geen lustobject en we moeten ons ook verzetten tegen het beeld van lustobject dat op verschillende manieren naar voor wordt gebracht. Verder wees Azar er nog op dat armoede erg vrouwelijk is, 70% van de armen zijn vrouwen.

    Anja Deschoemacker benadrukte dat de strijd voor vrouwenrechten actueel blijft. In een aantal neokoloniale landen is dat erg evident, maar ook waar er formele rechten zijn volstaat dit niet. Zelfs in Pakistan werd formeel een einde gemaakt aan de eremoorden, maar dit verbod leidt niet tot een vermindering van het aantal gevallen. 8 maart en de internationale vrouwendag is een dag van strijd voor de positie van vrouwen in de samenleving. Die strijd is niet beperkt tot de neokoloniale wereld, ook bij ons is er nog steeds discriminatie en blijft er een loonkloof. Zolang een meerderheid van de vrouwen geen financiële onafhankelijkheid kent, zal het probleem van geweld blijven opduiken.

    Geweld tegen vrouwen is ook bij ons de belangrijkste doodsoorzaak voor vrouwen op actieve leeftijd. Wetten en formele gelijkheid zijn op zich belangrijk, maar volstaan niet. Integendeel, met de afbouw van de sociale zekerheid zullen veel taken opnieuw op het gezin en dan vooral op de vrouwen worden afgewenteld. Strijd voor vrouwenrechten is een onderdeel van arbeidersstrijd, het betekent dat we moeten ingaan tegen de neoliberale afbraakpolitiek en moeten opkomen voor een andere samenleving. Daartoe is er nood aan een politieke stem die de belangen van de gewone werkende bevolking, de vrouwen, migranten, gepensioneerden,… opneemt.

    Rond het punt van de hoofddoek was er enige discussie waarbij verschillende invalshoeken aan bod kwamen. Anja verdedigde het idee dat de vrouw baas over eigen hoofd is. De argumentatie voor een hoofddoekenverbod vertrekt vaak van een racistische basis, zelfs indien dat gemaskeerd wordt achter het principe van de zogenaamde “neutraliteit”. LSP is zowel tegen een verplichting om een hoofddoek te dragen als tegen een verbod. Azar legde in haar bijdrage meer de nadruk op de positie van vrouwen in moslimlanden of binnen de moslimgemeenschap hier. Volgens Azar is een hoofddoek geen goed symbool voor strijd tegen racisme, omdat het vaak onderdrukkend wordt gebruikt. Ze was het eens met het feit dat een hoofddoekenverbod vaak een racistische inslag heeft, maar benadrukte dat we moeten opletten dat ons standpunt niet wordt gezien als een verdediging van de hoofddoek. We zullen deze discussie verder zetten.

    Deze meeting was een eerste bijeenkomst in het kader van de internationale vrouwendag. LSP is van plan om op 8 maart een conferentie te organiseren in Brussel. Meer informatie hierover volgt binnenkort.

  • Vrouwendag. Debat in Antwerpen: stop geweld tegen vrouwen

    Volgende week woensdag organiseren we in Antwerpen een debat over de strijd tegen het geweld op vrouwen in en buiten het gezin. Dat blijft een actueel thema, ook in ons land wordt zowat 10% van de vrouwen geconfronteerd met geweld binnen het gezin. Dat bleek uit een studie die deze week nog werd bekendgemaakt. Elders is de situatie nog erger met bijvoorbeeld een gewapende campagne van de Taliban tegen meisjesscholen in Pakistan. Op 28 januari organiseren we een debat met Patsy Sörensen (vzw Payoke), Azar Behrouz (8 March Women’s Organization, Iran-Afghanistan) en Anja Deschoemacker (LSP).

    Stop geweld tegen vrouwen in en buiten het gezin

    Vrouwen worden overal ter wereld in grote getallen geïntimideerd, verkracht, geweld aangedaan… Het gebeurt in gezinnen op alle continenten en ongeacht de culturele en/of religieuze achtergrond. Ook in landen waar vrouwen over formele gelijke rechten beschikken, blijft geweld binnen het gezin een belangrijk probleem: in Europa is geweld van de partner of ex-partner de belangrijkste oorzaak voor blijvende handicap of dood van vrouwen in de actieve leeftijd.

    Wij willen het protest van vrouwen overal ter wereld een stem geven. Dit geweld moet en kan stoppen, indien we vrouwen kunnen verenigen voor die strijd en voor de strijd voor een samenleving zonder uitbuiting, onderdrukking en discriminatie, samen met de arbeidersbeweging en andere onderdrukte lagen van de bevolking.

    Vrouwen zijn geen lustobjecten,

    maar moeders, dochters, zusters en partners; collega’s, klasgenoten en medestanders in vakbondsstrijd en andere verzetsbewegingen.

    Wij zijn de eersten om de grotere seksuele vrijheid die westerse vrouwen hebben verkregen toe te juichen. Rechtse en conservatieve groeperingen en partijen die de seksuele vrijheid op zich bestrijden, willen niets anders dan vrouwen terug naar de haard voeren en alle vrouwenemancipatie ongedaan maken. Wij verzetten ons tegen dergelijke denkbeelden. Maar we verzetten ons ook tegen de seksindustrie die vandaag honderdduizenden slachtoffers maakt, betrokken is in een echte slavenhandel, misbruik maakt van de slechte economische positie van vrouwen overal ter wereld om hen te dwingen tot het verkopen van hun seksualiteit om over een inkomen te kunnen beschikken.

    We protesteren ook tegen het commerciële misbruik van vrouwenlichamen in reclame en media, tegen het opdringen van een vrouwbeeld waaraan slechts een zeer kleine minderheid kan beantwoorden.

    Bestrijd armoede – een degelijke job met een degelijk loon voor iedereen!

    Hoe meer vrouwen financieel onafhankelijk kunnen leven zonder daarmee in armoede te vervallen, hoe meer vrouwen zelf over hun leven en hun lichaam kunnen beschikken. De strijd voor vrouwenrechten is dan ook voor een groot deel een strijd voor het recht op werk en op degelijke lonen. Het is een strijd die overal ter wereld door werkende vrouwen wordt gevoerd, zij het op verschillende tempo’s. Maar ook daar waar vrouwen formele gelijkheid hebben verworven, toont de realiteit een grote loonkloof, zij het door lage lonen in de “vrouwensectoren”, of door deeltijds werk en ondervertegenwoordiging van vrouwen in de beter betaalde jobs binnen sectoren waar zowel mannen als vrouwen werken. In België zouden vrouwen gemiddeld drie maand langer moeten werken om aan hetzelfde gemiddelde jaarloon van mannen te raken. Wij vechten voor werk voor iedereen, met vaste contracten en degelijke lonen en arbeidsomstandigheden, voor een verhoging van de minimumlonen in de lage loonsectoren, voor gratis en degelijke kinderopvang en onderwijs, voor de overname door openbare diensten van een deel van het huishoudelijke werk.

    Woensdag 28 januari om 19u30 in café Multatuli, Lange Vlierstraat 9 (zijstraat van de Nationalestraat). Debat over de strijd tegen geweld op vrouwen, met als sprekers:

    • Patsy Sörensen van de vzw Payoke
    • Azar Behrouz van 8 March Women’s Organization (Iran-Afghanistan)
    • Anja Deschoemacker (LSP)
  • Na seminarie ook voorbereiding van betoging op internationale vrouwendag

    Turkse, Koerdische, Iraanse en Belgische strijdbare vrouwen bundelen hun krachten in de strijd tegen geweld en onderdrukking van vrouwen

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Foto’s van het seminarie op 22 november

    Op 22 november sloegen vier organisaties de handen ineen voor een discussie en een viering rond de Internationale Dag tegen Geweld op Vrouwen (25 november). Aan de ULB spraken vier spreeksters: Anja Deschoemacker van de vrouwencommissie van LSP/MAS, Azar Behrouz van 8 March Women’s Organization (Iran-Afghanistan), Zeynep Gorgu van de vrouwencommissie van het Collectief van Onderdrukte Migranten en Necibe Qaradaxi van het Vrouweninitiatief van de Federatie van Koerdische Verenigingen (FEB-BEL).

    In de discussie kwamen zowel de specifieke vormen en omstandigheden van de onderdrukking van vrouwen in de diverse delen van de wereld aan bod – waaronder de specifieke situatie van vrouwen in de Iraanse staat, de toestand van vrouwen in oorlogssituaties en in situaties van dubbele onderdrukking (als nationale minderheid en als vrouw) – als de algemene, eeuwenoude en overal in de wereld aanwezige onderdrukking. Er was een grote eenheid over de verwevenheid van vrouwenonderdrukking en het kapitalistische systeem van klassenonderdrukking.

    Op naar de betoging op Internationale Vrouwendag in 2009!

    Dit is niet de eerste maal dat deze organisaties elkaar vinden in de strijd voor vrouwenrechten. In maart dit jaar stapten we samen op in de eerste betoging sinds zeer lang in België naar aanleiding van de Internationale Vrouwendag op 8 maart. Een ervaring die we overigens willen herhalen en waarvoor we ook peilen naar de interesse van andere organisaties en individuen die hieraan willen deelnemen.

    Een vergadering voor de evaluatie van het seminarie op 22 november besprak dan ook de eerste voorstellen en ideeën voor een betoging rond Internationale Vrouwendag in 2009. Iedereen was het eens dat de betoging de gevaren van de economische crisis voor de positie en het leven van vrouwen wereldwijd moet aan de kaak stellen. Andere thema’s die aan bod kwamen, waren het wereldwijde geweld op vrouwen en het eveneens alomtegenwoordige beeld van de vrouw als louter lustobject.

    We beslisten tot het bijeenroepen van een nieuwe vergadering op 20 december om 14u. in Brussel. Hieronder vind je de uitnodiging voor deze vergadering, die gebruikt kan worden om organisaties of mensen die hierin interesse hebben op de hoogte te brengen. Interesseert het je, aarzel dan niet om te komen. Kun je niet komen, maar wil je meewerken met de campagne en op de hoogte gehouden worden, contacteer ons dan.


    Brief van de organisatoren

    Laat ons voor Internationale Vrouwendag 2009 de krachten bundelen

    Beste,

    Vorig jaar werd in Brussel voor het eerst sinds lang terug betoogd op 8 maart. Een aantal organisaties bundelden hun krachten en brachten Belgische, Koerdische, Turkse en Iranese vrouwen – en mannen – op straat in protest tegen het Iranese regime, dat vrouwen op een brutale wijze in een minderwaardige rol duwt. We protesteerden ook in de Europese wijk om het neoliberale beleid in de EU aan de kaak te stellen, een beleid waarbij vrouwen formeel wel gelijke rechten hebben, maar nog steeds geraakt worden door lage lonen en deeltijdse contracten, waarbij financiële onafhankelijkheid voor velen een droom blijft. Een beleid dat Europese vrouwen in een zwakke en kwetsbare positie duwt: ook in Europa lijden vrouwen onder partnergeweld en geweld en pesterijen in de openbare ruimte.

    Gebaseerd op deze goede ervaring willen we voor volgend jaar onze krachten uitbreiden. We nodigen u dan ook uit mee te werken aan een gezamenlijke dag van protest tegen geweld, onderdrukking en discriminatie van vrouwen. Met de economische crisis die zich wereldwijd begint te ontwikkelen, zal de positie van de armste en zwakste lagen, waarin vrouwen oververtegenwoordigd zijn, nog harder onder druk komen te staan. Internationale actie en samenwerking zullen nodig zijn om de verworvenheden van vrouwen te verdedigen en strijd te voeren voor de uitbreiding ervan.

    Op zaterdag 20 december om 14 u komen we samen in het Koerdisch centrum in de Jean Stasstraat 41, 1060 Brussel, om de verschillende voorstellen tot actie te bespreken. We nodigen u hartelijk uit om aan deze vergadering deel te nemen. Indien u geïnteresseerd bent, maar niet kunt komen, contacteer ons dan op een van de onderstaande adressen.

    Hartelijke groeten,

    • Anja Deschoemacker voor de vrouwencommissie van de Linkse Socialistische Partij (http://socialisme.be/lsp/vrouwen)
    • Laure Miège voor de Actief Linkse Studenten (http://www.gauche.be/nl/)
    • Zeynep Gorgu voor de vrouwencommissie van het Collectief van Onderdrukte Migranten (info@collective-oi.org)
    • Federation des Assocaition Kurde des Belgique (Fek-Bel) Ýnitaitive de Femmes (fek-bel@hotmail.com)

    [/box]

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop