Internationale Vrouwendag 2010. LSP/PSL mobiliseert voor de Wereldvrouwenmars op 6 maart in Brussel

Op 6 maart gaat in Brussel één van de wereldwijde acties in het kader van de Wereldvrouwenmars door. Dit project begon eind jaren ’90 en heeft er in Brussel al twee grote betogingen opzitten (in 2000 en 2005). Ditmaal werd de datum 6 maart gekozen om op die manier de 100e verjaardag van de eerste Internationale Vrouwendag in de kijker te zetten. LSP/PSL, dat al jarenlang de Internationale Vrouwendag aangrijpt om een socialistisch vrouwenprogramma te verdedigen, heeft besloten om dit jaar te mobiliseren voor deze betoging.

Anja Deschoemacker, vrouwencommissie LSP/PSL

De eerste Wereldvrouwenmars kan achteraf gezien worden als een keerpunt, een punt waarop het postfeminisme – het idee dat vrouwen niet langer worden gediscrimineerd en dat het nu aan de individuele vrouw ligt om het “te maken” – aan invloed begint te verliezen. Het postfeminisme was een onderdeel van het neoliberalisme, een middel om de in het verleden door de arbeidersbeweging verkregen bescherming van vrouwelijke werkenden op de helling te zetten. Op de tweede Brusselse betoging in 2005 was het verschil in aanpak tussen de betoging en de officiële vrouwenorganisaties van de burgerlijke partijen nog veel duidelijker gezien de meest opvallende delegaties bestonden uit syndicalisten die hun woede over het (door Freya Vanden Bossche uitgewerkte) Generatiepact en de schrijnende gevolgen ervan voor de nu al in groten getale verarmde vrouwelijke gepensioneerden uitschreeuwden.

Nu het neoliberale tijdperk op zijn einde begint te lopen, begint ook steeds meer duidelijk te worden dat nog een hele weg moet worden afgelegd indien vrouwen een gelijkwaardige sociale positie willen verwerven. Niet de individuele opgang van de “carrièrevrouwen” en de daarmee samenhangende strijd voor quota in het bedrijfskader en voor het ritsprincipe op verkiezingslijsten zijn daarin belangrijk. Wat nodig is, is het gevecht tegen de steeds meer groeiende lage loonsectoren met tijdelijke en deeltijdse contracten die steeds meer vrouwen, maar ook jongeren bijvoorbeeld, in de armoede en de bestaansonzekerheid dwingt.

Voor 6 maart 2010 concentreert het eisenpakket van de betoging zich rond vier voorname assen:

  • Armoede en economische onafhankelijkheid – Vrouwen en waardig werk
  • Vrede en demilitarisering
  • Geweld tegen vrouwen
  • Verdediging van openbare basisvoorzieningen – Voedselsoevereiniteit

Correcte aandachtspunten

De regelmatige lezer van ons blad/site weet dat het onderwerp ons na aan het hart ligt. Gedurende de jaren ’90 waren wij één van de enige organisaties die zich niet door het postfeminisme en de wettelijke gelijkheid liet misleiden. We voerden actie tegen het steeds verder voortwoekerende seksisme, argumenteerden tegen het vrouwbeeld dat door de media en reclame naar voor werd geschoven,… We legden de band tussen de nog steeds beklagenswaardige economische positie van vrouwen – de lage lonen, deeltijds werk en tijdelijke contracten, lage uitkeringen,… – en de blijvende aanwezigheid van fenomenen als geweld tegen vrouwen en seksistische objectivering. We gingen toen echter regelrecht tegen de stroom in. Het officiële feministische circuit organiseerde op dat moment vooral evenementen als “de vrouwelijke manager van het jaar”.

We vinden het dus een zeer goede zaak dat met projecten als de wereldvrouwenmars, dat zijn oorsprong vindt in Canadese syndicalistische middens, opnieuw massaal gemobiliseerd wordt rond deze aandachtspunten. We roepen onze leden en sympathisanten op om hieraan mee te werken en te mobiliseren bij vrienden, collega’s en familie, in hun school, bedrijf, wijk,… Het is een ideale plaats om met bredere lagen van actieve vrouwen te discussiëren over onze socialistische ideeën en over projecten als de jongerenmarsen voor werk.

Enige woorden van kritiek op het WVM-programma

Het volledige eisenprogramma dat werd opgesteld in 1999 en werd aangepast in 2001 kun je terugvinden op de WVM-site (www.marchemondialedesfemmes.be/). Zoals hiervoor reeds gesteld, zijn de punten waarvoor aandacht wordt gevraagd enkele van de belangrijkste problemen waarmee brede lagen van vrouwen te maken krijgen.

In het punt armoede worden belangrijke eisen als de toegang tot een aantal basisdiensten (o.a. degelijke huisvesting, gezondheidszorg) en de jammer genoeg nog steeds actuele eisen voor een einde aan de loonkloof en voor een algemeen minimumloon naar voor gebracht. In een periode van toenemende slavernij in de zogenaamde “seksindustrie” en waarin volgens verschillende bronnen ook steeds meer alleenstaande moeders, studentes,… gedwongen worden tot occasionele prostitutie – samen met andere lagen vrouwen die op of onder de armoedegrens leven of te maken krijgen met kosten die ze met hun lage inkomen niet kunnen dragen – is het een goede zaak dat ook de eis voor een einde aan de commercialisering van het vrouwenlichaam naar voor wordt geschoven.

Maar hierbij willen we wel de volgende bemerking plaatsen. Het is goed om eisen als loongelijkheid naar voor te brengen. Dat veronderstelt echter een strijd voor hogere lonen in die sectoren waar vandaag lage lonen, tijdelijke contracten en/of deeltijdse arbeid de norm zijn, sectoren waarin vrouwen vaak oververtegenwoordigd zijn. Het veronderstelt ook een andere oplossing voor de dubbele dagtaak – de moeilijke combinatie van buitenshuis werken en gezinstaken – dan de promotie van gelijke verdeling van de huishoudelijke taken tussen man en vrouw. Het is immers een vicieuze cirkel: zolang de “vrouwenlonen” laag liggen, zullen het vooral vrouwen zijn die hun buitenshuis werken inperken t.v.v. de huishoudelijke taken en mannen die overuren kloppen in hun job om zo meer geld voor het gezin bijeen te brengen.

In onze recente brochure “een anti-crisisprogramma voor werkende vrouwen” verdedigen wij dan ook een programma van openbare diensten (met statutaire tewerkstelling) die een deel van de gezinstaken collectief organiseren (kinderopvang, maar ook meer middelen voor jeugd-, gehandicapten- en ouderenzorg, was- en strijkateliers, thuiskuisdiensten voor gezinnen die dat nodig hebben,…). We eisen ook arbeidsduurvermindering voor iedereen zonder loonverlies en ruime systemen voor ouderschapsverlof met doorbetaling van het loon voor zowel moeders als vaders.

Het is echter vooral als we bij de reeks eisen rond economische politiek komen – die een betere sociale basis voor vrouwen overal ter wereld moeten leveren, maar ook de voordien vermelde eisen realistisch, want betaalbaar moeten maken – dat de beperkingen van het programma zeer duidelijk worden. Wat we zien is een samenraapsel van eisen waar we op zich niet tegen zijn, maar die weinig fundamenteel zouden veranderen – zoals de Tobintaks – samen met correcte eisen als de kwijtschelding van de derde wereldschuld en een einde aan de structurele aanpassingsprogramma’s van het IMF en de Wereldbank, maar ook met vrij naïeve ideeën als het opzetten van een internationale “Raad voor Economische en Financiële Zekerheid” (waarin volgens hen alvast al NGO’s en vakbonden moeten zetelen) die dan alle excessen van de vrije markt onmogelijk moet maken. In de zelfde trend figureert de eis voor politieke controle op de financiële markten.

Als je de vraag rond de privé-eigendom van de voornaamste productiemiddelen echter niet stelt, zal iedere “controle” steeds opnieuw ontweken worden. Het is heus niet alleen in België dat grote financiële fraudeurs steeds opnieuw erin slagen door de mazen van het net te zwemmen… Wat ontbreekt in het programma is een correcte visie op de sociale oorzaak van de slechte positie van vrouwen en de veelheid van problemen waarmee zij worden geconfronteerd: de klassensamenleving waarin de meerderheid van de wereldbevolking onderworpen is aan de kleine minderheid van kapitalisten die als enig motief voor de productie winsthonger kent.

Wij willen naar de Wereldvrouwenmars om deze discussie te voeren en om er ons socialistisch anticrisisprogramma voor werkende vrouwen te verdedigen. Wie met ons wil meewerken aan deze campagne, kan contact opnemen met de vrouwencommissie van LSP/PSL (vrouwen@socialisme.be) of bellen naar ons secretariaat (02/345.61.81) voor meer inlichtingen.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop