Your cart is currently empty!
Tag: India
-
India. Studenten protesteren tegen hoofddoekenverbod en eisen vrije keuze

De regerende rechtse BJP van Modi verloor terrein in de strijd tegen de boeren en de werkende klasse van India. De rechterzijde maakt nu van het lichaam van jonge vrouwen een slagveld. De hoofddoekenrel begon in de zuidelijke stad Bangalore, in de staat Karnataka, maar leidt nu in heel het land tot protest ter ondersteuning van het recht van vrouwen om zelf te kiezen of ze een hoofddoek dragen op school of niet. In steden als Delhi, Kolkata, Chennai en Hyderabad hebben jonge vrouwen en meisjes het voortouw genomen in de beweging. Ze eisen dat de door BJP geleide regering het recht van vrouwen om een hoofddoek te dragen in openbare scholen respecteert.
Door Joey en Mou (ISA India)
Het protest begon toen studenten de toegang tot de campus werd ontzegd omdat ze een hoofddoek droegen in het Kandapur PU College, een college waar studenten al decennia lang een hoofddoek dragen. Nadat veel studenten weigerden, kwam de deelstaatregering tussen om de ongrondwettelijke handeling van de onderwijsinstelling te ondersteunen. Hindutva-groepen (chauvinistische en nationalistische hindoe-extremisten) gingen over tot massale intimidatie van moslimstudenten en betogers, onder meer door met een saffraankleurige sjaal te verschijnen en de religieuze slogan ‘Jai Shri Ram’ te roepen terwijl ze probeerden meisjes met een hoofddoek de toegang tot de campus te ontzeggen. Er zijn geen soortgelijke verboden voor bindi’s, tulbanden, kruistekens … Zelfs in het Indische leger mogen Sikhs bijvoorbeeld hun tulbanden houden. Het argument dat dit verbod het seculiere karakter van het onderwijs moet beschermen, is nonsens. Dit is een aanval op de moslimgemeenschap in een context die gekenmerkt wordt door een sterke toename van het aantal communautaire aanvallen op religieuze minderheden en tegen moslims in het bijzonder.
Deze aanvallen zijn geëscaleerd tot het punt waarop jonge betogers door de politie worden gecontroleerd en er arrestaties plaatsvinden. De BJP en andere Hindutva-groeperingen schamen zich er niet voor om de macht van de staat te gebruiken om jonge meisjes die gewoon naar school willen gaan op te pakken. Het doel is om de rust te verstoren en wanorde te bevorderen.
Aanvallen op vrouwen niet nieuw voor BJP
Om de context te begrijpen, is het belangrijk te weten dat dit niet de eerste keer is dat de BJP vrouwen gebruikt als pionnen om hun hindoe-chauvinistische agenda te promoten. In Karnataka volgt dit op een nieuwe “anti-conversie” wet die niet alleen is ontworpen om de vrijheid van huwelijk en religieuze expressie te criminaliseren, maar ook om mensen aan te moedigen om valselijk slachtofferschap te claimen voor financieel gewin, aangezien de “dader” voor de rechter kan worden gedaagd voor maximaal vijf lakh (1 lakh = 100.000) roepies. Deze en andere soortgelijke wetten in het land (zoals in Uttar Pradesh, waar valse beschuldigingen van ‘liefdesjihad’ leidden tot de onterechte arrestatie van een jong echtpaar en tot een miskraam van de bruid in de gevangenis) zijn natuurlijk niet gebaseerd op het algemeen belang of de ‘veiligheid’ van vrouwen, maar zijn in feite bedoeld om de veiligheid en de openbare orde te ondermijnen door communitarisme aan te moedigen en segregatie in de wet vast te leggen.
Het doel van deze beperkingen is veelvoudig: één doel is de gemeenschap te verontrusten en een escalatie van de situatie tot geweld aan te moedigen, hetgeen de BJP in de kaart zou spelen. Daarnaast zijn deze beperkingen bedoeld om moslims, met name jonge vrouwen, te intimideren zodat zij niet meer aan de Indische samenleving deelnemen. De BJP heeft gezien dat zij door dergelijke flagrante schendingen van de burgerrechten rechtse menigten kan opzwepen om het karwei voor hen af te maken, zelfs wanneer hun ongrondwettelijke wetten door de rechtbank worden vernietigd, zoals vorig jaar in het Hooggerechtshof van Gujarat. Door hun basis op te hitsen en escalatie aan te moedigen tot het punt van geweld, proberen de BJP en co in de praktijk niet-Hindoes uit de samenleving te bannen, terwijl op papier het pluralisme wordt verdedigd. Ongetwijfeld is de rechterzijde van plan deze trend voort te zetten, aangezien het ongrondwettelijke hoofddoekenverbod zich reeds heeft uitgebreid tot Madhya Pradesh, waar een overheidsschool deze week hoofddoeken heeft verboden. N
et als de verbodsmaatregelen die in het verleden door verschillende andere kapitalistische regeringen in verschillende vormen zijn opgelegd, is ook dit verbod op de hoofddoeken bedoeld om de aandacht af te leiden van de echte problemen waarmee miljoenen mensen uit de arbeidersklasse en de arme bevolking te kampen hebben, zoals de duizelingwekkende toename van de ongelijkheid, de prijzen van basisgoederen, de werkloosheid en de armoede – problemen die in India een rol kunnen spelen in het kader van de lopende parlementsverkiezingen in vijf deelstaten.
Geen vrijheid van keuze
Of een vrouw een hoofddoek wil dragen of niet: het is aan haar om te beslissen over haar eigen lichaam. Geen enkele studente zou moeten kiezen tussen haar hoofddoek en haar opleiding. Terwijl de Hindutva-dwepers verkondigen dat ze meisjes ‘bevrijden’ van de ‘plicht’ om een hoofddoek te dragen, zijn ze zelf diegenen die een verplichting opleggen. Veel vrouwen en meisjes dragen de hoofddoek omdat het hen een gevoel van veiligheid en vertrouwen geeft in een maatschappij waar seksisme welig tiert. De parlementsleden van de BJP hebben geen belang bij de bescherming van de veiligheid van vrouwen. Ze aarzelen niet om leugens te verkondigen, zoals de stelling dat Hindoe-mannen de “vrouwen aanbidden” en “nooit met kwade ogen aankijken”, bedoeld om te suggereren dat enkel moslimmannen seksmisdrijven plegen.
Tegelijkertijd is er voortdurend victim-blaming van vrouwen die slachtoffer werden van seksueel misbruik, waarbij er niet naar hen geluisterd wordt maar ze zelf de schuld krijgen op basis van hun kleding. De hypocrisie van de regeringspartij kwam volledig tot uiting toen Renukacharya, plaatselijk parlementslid voor de BJP en politiek secretaris van de premier, onlangs beweerde dat het aantal verkrachtingszaken toeneemt omdat sommige jurken die vrouwen dragen mannen “opwinden”. Met andere woorden, vrouwen zijn zowel te bedekt als niet bedekt genoeg – het is altijd hun schuld. Hieruit blijkt hoezeer de regeringspartij erop gebrand is het lichaam van vrouwen te controleren, zelfs als dat betekent dat zij zowel één standpunt als het tegenovergestelde ervan verdedigt.
We zagen ook hoe sommigen aan de ‘pro-hoofddoeken’-kant hetzelfde deden. Zo was er Zameer Ahmad, een parlementslid van Congress, die verklaarde dat “het percentage verkrachtingen in India één van de hoogste is… omdat de vrouwen geen hoofddoek dragen.” Dit is geen verdediging van vrouwen, maar gewoon victim-blaming. Dit soort “steun” is misplaatst en gaat voorbij aan de kwestie dat de beslissing om al dan niet een hoofddoek te dragen niet moet bepaald worden door de overheid, echtgenoot of familie, maar door de persoonlijke keuze van de vrouw zelf.
Het opbouwen van een feministisch en seculier India betekent niet het opleggen van dwingende en onderdrukkende verplichtingen rond het lichaam van vrouwen, maar veeleer het waarborgen van keuzevrijheid en privacy voor iedereen. Het betekent ingaan tegen de obstakels voor toegang tot onderwijs voor vrouwen, ongeacht godsdienst, kaste of inkomen. Een socialistisch India zou niet alleen godsdienstvrijheid voor iedereen garanderen, maar ook gratis onderwijs en gegarandeerde jobs voor vrouwen, waardoor de economische en maatschappelijke ketens die vrouwen binden, worden doorbroken. In de strijd voor de vrijheid van vrouwen eisen wij meer investeringen in openbaar onderwijs. Onze belastingen mogen niet gebruikt worden om een regering te financieren die jonge meisjes arresteert omdat ze naar school willen gaan!
Pogingen tot verdeeldheid beantwoorden met solidariteit
Door aanvallen op de soevereiniteit van vrouwen over hun lichaam, hun religie en hun huwelijkse staat aan te moedigen, laat de rechterzijde zien dat ze begrijpt hoe ze de vele vormen en lagen van onderdrukking in haar eigen voordeel kan gebruiken. Vrouwen, die het in India ongeacht de gemeenschap al zo moeilijk hebben door de astronomische omvang van seksueel geweld, seksuele intimidatie en discriminatie op grond van geslacht, krijgen met deze genderspecifieke religieuze discriminatie opnieuw te maken met een andere vorm van onderdrukking. De heersende klasse is weliswaar onderworpen aan dezelfde vooroordelen als de rest van ons, maar begrijpt niettemin dat haar eigen klassensolidariteit de voornaamste drijfveer is voor haar positie in de samenleving. Door een wig te drijven tussen de kwetsbare delen van de samenleving, willen zij ons tegen elkaar opzetten, de klassieke strategie van verdeel en heers.
Het is echter niet de taak van socialisten om vrouwenkwesties eenvoudigweg onder het tapijt te vegen ten gunste van een benadering die alleen op klassen is gericht. Zoals onze staat van dienst laat zien, staat International Socialist Alternative achter het recht van een vrouw om te kiezen wat ze draagt, hoeveel ze draagt, met wie ze trouwt, of ze trouwt, of ze een abortus laat plegen. We “steunen” deze strijd niet alleen abstract met woorden. We nemen actief deel en organiseren feministische actie over de hele wereld, met projecten zoals Campagne ROSA. Zulke vrijheden worden niet verleend door een welwillende heersende klasse. Ze moeten bevochten en afgedwongen worden door een verenigde arbeidersklasse als onderdeel van een breder programma van socialistische verandering. Als jij vindt dat we, in plaats van een verbod op hoofddoeken, moeten vechten voor meer onderwijs voor meisjes van alle religies, sluit je dan vandaag nog aan bij ISA India!
Weg met het hoofddoekenverbod! Onderwijs voor alle vrouwen!
-
India. Heldhaftige strijd van boerenbeweging dwingt toegevingen af van rechtse regering

Foto: Wikimedia Commons De Indische premier Modi van de rechts-conservatieve BJP kondigde onverwacht aan dat drie betwiste wetten die de landbouw herorganiseren worden ingetrokken. De drie wetten stonden on hold na een beslissing van het Hooggerechtshof. In de aanloop naar verkiezingen in Uttar Pradesh, de meest bevolkte deelstaat van India die momenteel onder BJP-bewind staat, en groeiend sociaal protest koos de regering ervoor om de drie wetten in te trekken. Het toont het potentieel van vastberaden protest door de landbouwers, gesteund door een brede solidariteit van de werkende klasse. Hieronder een reactie door Nawaz, onze correspondent in India.
Na bijna een jaar van protest door de boeren, hun grootste mobilisatie in India in meer dan een halve eeuw, heeft de rechtse autoritaire regering van India eindelijk toegegeven aan de eisen van de boeren. Het toont de kracht van strijd en het effect dat een grootschalige beweging kan hebben. Tegelijkertijd zijn er beperkingen aan de resultaten.
De decennialange ondermijning van de levensstandaard van de boeren vereist niet alleen een intrekking van aanvallen, maar een heel andere organisatie van de landbouw en voedselvoorziening. Bovendien kwamen meer dan 750 boeren om in de strijd om deze overwinning te behalen. Hun families wachten nog steeds op gerechtigheid, maar daar is weinig hoop op. In het midden van een van de meest gepolariseerde en belangrijkste deelstaatverkiezingen die voor de deur staan, heeft de regering geprobeerd om de kiezers het hof te maken, maar de onvermurwbare boer houdt nog steeds stand.
Rechtse media aan de schandpaal genageld
Maandenlang hebben de bevooroordeelde rechtse mediabedrijven in India het publiek gebombardeerd met eindeloze en ongegronde beschuldigingen door middel van hun 24/7-streaming van nepnieuws. De poging van deze mediabedrijven om valse verhalen te creëren om de schuld af te schuiven is in duigen gevallen. Vooral na de gebeurtenissen op de ‘Dag van de Republiek’ in Delhi bestempelden deze media de protesterende boeren als “Khalistani” (separatistische Sikhs) of religieuze extremisten en probeerden zij de opkomende klassensolidariteit en de steun van andere delen van de samenleving te stoppen, maar tot hun teleurstelling was dat allemaal tevergeefs. In een uiterste vertoning van hypocrisie halen diezelfde rechtse zenders nu ze video na video weg die ze op Youtube hadden geplaatst. Hieruit blijkt hoe laf de Indische mediabedrijven zijn en hoezeer zij de letterlijke ziel van de Indiase journalistiek aan de heersende klasse hebben geveild.
Luisteren naar de wil van het volk of politieke berekening?
De schaamteloze hypocrisie beperkt zich niet alleen tot de media, maar ook tot de regering. Veel aanhangers van Modi hebben hem, nadat hij de wetten had teruggedraaid, uitgeroepen tot “iemand die naar het volk luistert”. Het is echt een punt om over na te denken dat Modi behoorlijk doof moet zijn voor de kreten van de familieleden van de boeren die hun leven hebben verloren door toedoen van door de staat gesteund politiegeweld.
Ook mag niet worden vergeten dat deze overwinning niet uit sympathie aan de boeren is gegeven, maar is verdiend door hun eindeloze opofferingen. De regering probeert het tegendeel te laten zien, maar er schuilt een verborgen agenda achter. De belangrijkste reden waarom Modi heeft besloten de landbouwwetten in te trekken, is dat de verkiezingen voor de wetgevende vergadering van Uttar Pradesh nog maar 3 maanden verwijderd zijn en de regerende BJP het niet goed doet in de peilingen. Uttar Pradesh is de dichtst bevolkte staat en met meer dan 80 zetels in het parlement de politiek belangrijkste deelstaat van India. Daarnaast zijn er verkiezingen gepland in Punjab, waar de BJP traditioneel erg zwak staat. De boerenbeweging speelde in beide staten een grote rol.
De boeren houden voet bij stuk
De regering heeft de boeren een jaar geleden onderschat en doet dat nu nog steeds. Zij verwacht dat de boeren zich niet bewust zijn van haar verborgen politieke bedoelingen. De boeren hebben besloten door te gaan met hun geplande algemene staking in de komende week en tot grote schrik van de regering, wordt er een sterke deelname verwacht. Deze wordt versterkt door het enthousiasme dat de regering nu begint te buigen.
De vakbonden plannen nationale betogingen op 26 november en een tweedaagse algemene staking in 2022 op het moment dat de federale begroting wordt besproken. De boerenbeweging neemt hieraan deel. Verwacht wordt dat dit protest de regering onder druk zal zetten om de resterende eisen van de boeren in te willigen, zoals het uitbreiden van de minimumprijzen en gerechtigheid voor de families van de 750 boeren die tijdens het protest omkwamen. Mogelijk zullen deze acties alsnog een grote invloed hebben op de komende deelstaatverkiezingen, die plaatsvinden in door landbouw gedomineerde staten.
Toekomst van de beweging
Een sterkte van deze beweging, waar veel anderen van kunnen leren, is de vastberadenheid waarmee het protest maandenlang werd doorgezet. Ook op moeilijke momenten (hitte, covid19, rechts geweld…) bleef het protest doorgaan. Ook na de aankondiging van Modi dat de drie wetten ingetrokken worden, blijven de boerenorganisaties oproepen tot protest. Een dergelijk doorzettingsvermogen in strijd is belangrijk: het toont de massa’s dat het menens is.
Dit koppelen aan een opbouwend actieplan dat uitdrukkelijk tot doel heeft om bredere lagen van de bevolking, in het bijzonder de steun van de werkende klasse, actief te mobiliseren en het uitwerken van een politiek programma van maatschappijverandering, zou het mogelijk maken om meer overwinningen binnen te halen. De intrekking van de drie wetten kan de aangekondigde algemene staking van de vakbonden versterken. Het vestigt het idee dat strijd loont, zelfs tegen een bijzonder een reactionaire regering. Het toont het belang van een vastberaden beweging.
Terwijl een boerenbeweging de neiging heeft om op zichzelf gericht te zijn, versterkte de brede solidariteit van de werkende klasse het protest. Omgekeerd was het boerenprotest inspirerend voor de algemene staking van december 2020. Nu opnieuw grotere sociale onrust op de agenda staat, een resultaat van het falende beleid van Modi op alle vlakken (dodelijke aanpak van de pandemie, energiecrisis, toenemende sociale problemen …), zal het erop aankomen om deze solidariteit te versterken met een programma van socialistische maatschappijverandering. Zolang dit systeem overleeft en zolang de heersende klasse aan de macht blijft, zullen werkenden en boeren immers onderdrukt worden.
Een ander systeem is mogelijk, een alternatief bestaat. In een democratisch geplande socialistische economie zullen de boeren en andere arbeiders de vrijheid krijgen om het systeem te runnen voor het welzijn van allen, een systeem gebaseerd op de behoeften van iedereen.
Deze overwinning van de boeren is een kleine, maar belangrijke slag die gewonnen is in de lange oorlog tegen het kapitalisme. Wij, de arbeiders en boeren, moeten ons verenigen en eindeloos ageren, waarbij we bewegingen als deze als voorbeeld gebruiken om de tirannie van de vrije markt omver te werpen en de massa’s te bevrijden.
-
India: miljardairs vs inheemse bevolking

India is door kapitalistische verdedigers altijd afgeschilderd als een succesverhaal van het kapitalisme, maar in werkelijkheid is er een donkere onderbuik. Eén element hiervan is de diefstal van grond van stammen en landbouwers. Een decennium geleden werd dit nog openlijk omschreven als “de grootste landroof sinds Columbus.” We kijken naar het voorbeeld van Bastar.
Door Mohamed Nawaz, ISA-lid in India
Bastar district ingepikt door Tata
Er is een sterke concentratie van rijkdom bij slechts enkele superrijke kapitalisten in India. De namen van Ambani en Adani blijven opduiken. Daarnaast is er Ratan Tata, de eigenaar van één van de grootste Indiase bedrijven. Hij is de eigenaar van TATA Enterprise, dat door zijn grootvader werd opgericht en al snel uitgroeide tot een zeer groot bedrijf. Ratan Tata wordt in India voorgesteld als een voorbeeld van bescheidenheid en liefdadigheid, een groot filantroop en een model voor het kapitalisme.
Er zit echter ook een andere kant aan dit verhaal. In het district Bastar, in de deelstaat Chhattisgarh, heeft het bedrijf Tata zich begin jaren 2010 een groot stuk land toegeëigend in een tribaal gebied. In de tien jaar die sindsdien zijn verstreken, heeft geen enkele regering overwogen om recht te doen aan de inheemse bevolking van India wiens leven nog steeds wordt bedreigd.
Chhattisgarh is een deelstaat die grotendeels wordt gedomineerd door inheemse stammen, van wie velen in de dichte bossen leven. Tata besloot om daar een staalfabriek te vestigen, toevallig in een gebied dat wordt bewoond door inheemse stammen. Zij wonen daar al eeuwen en het land is hun enige bron van inkomsten via de landbouw. Het bepaalt ook hun identiteit. De kapitalistische elite stigmatiseert hen als achterlijk en weigert hen bij de samenleving te betrekken. De voorouderlijke dorpen zijn verdwenen zonder gepaste compensatie en vooral zonder de voorafgaande toestemming van hun bewoners.
Verhaal van anti-ontwikkeling
Het algemene verhaal tegen de inheemse bevolking is dat de rechten die zij opeisen vals zijn en ingaan ‘tegen de ontwikkeling’. Ze worden door de kapitalistische media voorgesteld als een obstakel voor de ontwikkeling van de regio. Pogingen om hen te ontmenselijken worden gebruikt om de misdaden van grote ondernemingen te rechtvaardigen.
De plaatselijke autoriteiten spelen een onbetrouwbare rol in de landroof. Het districtsbestuur van Bastar in Chhattisgarh deed al het mogelijke om het Tata gemakkelijk te maken. Zo was er bijvoorbeeld een wettelijk verplichte openbare hoorzitting, maar de daarvoor voorziene procedures werden niet gevolgd. Officieel moeten de getroffen dorpelingen worden gehoord. Maar de hoorzitting zelf werd gehouden in het kantoor van het districtsbestuur, op 30 km van de getroffen dorpen.
Het doel was duidelijk: de dorpelingen die tegen het project waren, weghouden van de hoorzitting. Het hele drama werd opgevoerd om te laten zien dat de verplichte openbare hoorzitting werd gehouden. Maar het was een schijnvertoning van het districtsbestuur, waaraan slechts enkele getroffen dorpelingen deelnamen, maar vooral mensen die door het districtsbestuur waren ingehuurd of belang hadden bij het Tata-project.
De staalfabriek die de regio moest ontwikkelen, kwam er niet. Nadat het leven van de dorpelingen op zijn kop was gezet, besloot Tata dat de staalfabriek niet winstgevend genoeg zou zijn en werden de plannen ingetrokken. Het resultaat was dat de grond van de dorpelingen werd afgenomen zonder enige compensatie, en dat er geen staalfabriek werd gebouwd. Opnieuw werden de werkende mensen en de onderdrukten het slachtoffer van het winstbejag.
De arbeidersklasse en de onderdrukten moeten reageren
Dit was niet de eerste keer dat de inheemse bevolking door de kapitalisten werd bedrogen en het zal ook niet de laatste keer zijn. De arbeidersklasse en de onderdrukten moeten zich niet alleen keren tegen individuele kapitalisten en hun ondernemingen, maar tegen het hele systeem. De inheemse dorpen worden door de burgerij beledigd als ‘achterlijk en ongeletterd’. Samen met de arbeidersklasse in de stedelijke gebieden en andere onderdrukten op het platteland, kunnen de dorpelingen duidelijk maken dat zij niet alleen staan in hun strijd voor rechten.
Deze strijd maakt deel uit van het bredere verzet tegen de kapitalistische klasse en haar pogingen om zowel arbeiders, boeren als andere onderdrukte groepen te onderwerpen aan haar niet aflatende winstbejag. De hoop kan niet gevestigd worden op regeringen en partijen: de inheemse bevolking van Bastar heeft drie verschillende regeringen gekend in Delhi, maar geen van hen heeft de eisen serieus genomen. De reden hiervoor is dat zij allen de belangen van de kapitalisten verdedigen.
De centrale regering wil momenteel de steenkoolproductie verhogen van ruim 700 miljoen tot 1 miljard ton als antwoord op de wereldwijde energiecrisis. Dit vormt opnieuw een bedreiging voor vele inheemse gemeenschappen in de oostelijke deelstaten Orissa, Jharkhand en Chhattisgarh. Er zijn 55 nieuwe mijnen gepland en de uitbreiding van 193 bestaande mijnen. In 80% van de gevallen behoort het land toe aan de inheemse bevolking. Elk protest tegen de projecten wordt afgedaan als “anti-nationaal”. De verhoging van de steenkoolproductie zal ook verschrikkelijke ecologische gevolgen hebben. Internationaal stelt Modi het land graag voor als groen en in evenwicht met de planeet, terwijl bijna 70% van de elektriciteit in het land afkomstig is van steenkool.
De werkende mensen en de onderdrukten moeten opkomen voor hun belangen. Dat doen ze door zich te organiseren en de klassenstrijd te voeren. Samen met alle onderdrukten staan we daarin sterker. Dit kan de basis vormen voor socialistische verandering, waarbij elke vorm van ontwikkeling democratisch wordt besloten door de arbeiders, de dorpelingen en de gemeenschap als geheel. Alleen dan zal ontwikkeling plaatsvinden met respect voor de meerderheid van de bevolking, het milieu en de voorouderlijke tradities van inheemse volksstammen.
-
Vreselijke tol van Covid-19 in India

Foto: Flickr/Ninian Reid De pandemie laait op met een tweede golf in India. Samen met het wanbeleid van de regering en de lange verwaarlozing van de zorgsector zijn de gevolgen voor de werkende klasse vreselijk.
Door Mohamed Nawaz (ISA-aanhanger in India)
De gewone mensen gaan van deur tot deur en van ziekenhuis naar ziekenhuis op zoek naar basisvoorzieningen die zo snel mogelijk vertrekt moet worden. Het politieke en economische establishment falen en brengen de mensen aan de rand van de afgrond. Het kleine aantal beschikbare vaccins en experts die een derde golf in de komende maanden voorspellen, maken duidelijk dat de hoop op betere omstandigheden en een terugkeer naar wat ‘normaal’ was, een verre droom blijft. De vrees voor een regelrechte afgang naar een catastrofe in de gezondheidszorg wordt steeds groter. Enkel de werkende klasse kan hier verandering in brengen.
Hoewel de tekorten in de gezondheidszorgsector al lang duidelijk waren door de normalisering van het lijden van mensen door de torenhoge prijzen van private zorg, heeft de pandemie duidelijk de ultieme scheuren in de Indiase gezondheidszorg blootgelegd. Toen de eerste golf wegebde, deed de regering alsof de strijd tegen het coronavirus gewonnen was. De regering stelde het voor alsof we terugkeerden naar hoe het was voor de pandemie. Deze schijnvertoning werd doorprikt door de bijzonder dodelijke tweede golf de voorbije weken. Momenteel bedraagt het aantal gevallen in het gehele land 400.000 per dag, waarbij elke 4 dagen een miljoen gevallen wordt vastgesteld. Het aantal doden ligt op meer dan 3500 per dag. De echte cijfers liggen ongetwijfeld nog een pak boven deze officiële cijfers: in de chaos die om zich heen grijpt, is de rapportering weinig betrouwbaar.
Wanbeleid van de regering
De waarschuwingen voor een crisis waren overal zichtbaar. De regering had maanden de tijd sinds de eerste lockdown werd opgeheven om zich voor te bereiden op de tweede golf, maar jaren van inactiviteit in de gezondheidszorg en het algemene falen om openbare diensten te ontwikkelen, hebben ervoor gezorgd dat de regering en de eerste minister een land leiden dat niet in staat is om de huidige Covid-19-bedreiging aan te pakken.
Een belangrijke verspreider van het virus waren de grote politieke bijeenkomsten in de deelstaten West-Bengalen, Kerala, Tamil Nadu en Assam, waar er telkens een toename was van het aantal besmettingen. In deze staten zijn er verkiezingen voor de deelstaatparlementen. De regerende BJP is er vooral op gebrand terrein te winnen in West-Bengalen. Ondanks waarschuwingen heeft de centrale regering besloten deze verkiezingen door te laten gaan. De Covid-protocollen werden niet gevolgd bij de verkiezingsmeetings. Dit was een belangrijke oorzaak van de toename van het aantal besmettingen.
Een andere belangrijke factor was de Kumbh Mela, een jaarlijks door de overheid georganiseerd religieus evenement dat opnieuw plaatsvond ondanks waarschuwingen van gezondheidsdeskundigen. Dit evenement fungeerde als een superverspreider. Opnieuw wordt de hypocrisie van de rechtse BJP blootgelegd. Aan het begin van de eerste golf waren er in India een aantal gevallen van Covid-19, verspreid door pelgrims van de moslimbeweging Tabliqi Jamaat. De rechterzijde in India beschuldigde schaamteloos alle moslims van het verspreiden van Covid-19 in India en bestempelde hen als “Covid-Jihadi’s”, hetgeen leidde tot wijdverspreide stereotypering en haat tussen religieuze gemeenschappen in India. De belangrijkste opmerking die hier moet worden gemaakt, is dat geen enkele specifieke religieuze groep verantwoordelijk is voor de verspreiding van het virus en dat er onmiddellijk een einde moet worden gemaakt aan deze schaamteloze pogingen van de rechterzijde om de werkende klasse te verdelen. De beste manier om verdeeldheid te stoppen, is door samen te strijden voor wat een echt verschil zou maken: massale publieke investeringen in zorg, vrijgave van de patenten en nationalisatie van de farmaceutische sector, wereldwijde democratische planning van al wat nodig is in de strijd tegen het virus.
Terwijl dit alles in India gebeurde, was de premier druk bezig in het buurland Bangladesh toespraken te houden over zijn offers bij de bevrijding van dat land en heiligdommen te bezoeken om te proberen de kiezers in India voor de deelstaatverkiezingen gunstig te stemmen. In plaats van een beleid te voeren dat gericht is op de belangen van de meerderheid van de lijdende bevolking, probeert de premier de negativiteit te verdoezelen die zich rond hem opbouwt als gevolg van het falen van het systeem dat hij vertegenwoordigt. Naarmate de woede over de aanpak van de regering toeneemt, doet de BJP steeds meer beroep op haatdragende berichten en pogingen om al wie kritiek uit het zwijgen op te leggen.
Benarde situatie van de massa’s
De arbeidersklasse en de armen zijn in een situatie van complete rampspoed geduwd. Er is een acuut tekort aan bedden, zuurstofvoorziening en ICU-faciliteiten. De mensen rennen overal heen om het leven te beschermen van dierbaren die dag na dag sterven door gebrek aan zuurstofflessen. Door de zeer hoge prijzen in privéziekenhuizen kunnen de mensen het zich niet veroorloven hun familieleden in het ziekenhuis op te nemen en zijn zij gedwongen hen op de weg en in bushaltes te zien sterven. Het aantal doden is zo hoog dat het moeilijk wordt om begraafplaatsen voor de doden te vinden. Alleen al in mijn eigen deelstaat is meer dan 250 hectare land toegewezen voor de crematie van lichamen. Het geluid van ambulancesirenes en mensen die hulpeloos huilen om de vermijdbare dood van hun familieleden is een dagelijkse gebeurtenis geworden.
De regering lijkt nooit te leren van haar fouten met dagloners, zoals taxichauffeurs en steenleggers, die alleen wonen in grote steden, ver weg van hun arme families. Zij worden bijzonder hard getroffen. Zij vrezen werkloosheid en het risico dat hun gezin failliet gaat, nu er over een lockdown wordt gesproken. Door een gebrek aan vervoermiddelen moeten vele werknemers duizenden kilometers te voet afleggen, vaak over hele lengtes van nationale snelwegen, om terug te keren naar hun familie in hun geboortedorpen. Het is een herhaling van dezelfde omstandigheden als tijdens de eerste golf, slechts enkele maanden geleden. Bovendien zorgt het falen van de overheid en de afhankelijkheid van hun bazen ervoor dat deze dagloners via hun exodus ook het virus opnieuw verspreiden naar het platteland, waar de gezondheidsinfrastructuur er nog erger aan toe is dan in de steden. De incompetentie van de regering is hier weer eens ten overvloede gebleken.
Hoe de rijken ontsnappen
Bij de allereerste tekenen van de pandemie zijn de rijke elites en topmiljardairs het land ontvlucht naar landen als het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Verschillende acteurs en actrices van de Bollywood-filmindustrie genieten van hun vakantie op de Malediven en roepen de mensen hypocriet op om positief te blijven, terwijl ze zelf in veiligheid zijn in hun grote villa’s en luxe kuuroorden. Ze overspoelen hun social media accounts met posts van zichzelf terwijl ze genieten van de zonsopgang, terwijl de Indische massa’s de zon van hun hoop en toekomst enkel zien neergaan.
Dit toont de enorme ongelijkheid in een kapitalistische samenleving waar de rijken worstelen met het vinden van manieren om de rijkdom die ze hebben opgepot te verspillen, terwijl de arbeidersklasse het laatste restje van hun levensinkomen moet bijeenschrapen in wanhopige pogingen om hun dierbaren te laten overleven. Het toont het falen van het kapitalisme voor de hardwerkende mensen van India.
Het falen van het kapitalisme
De private sector is evenzeer verantwoordelijk voor deze crisis als de regering. De grote particuliere farmaceutische bedrijven verkiezen hun winsten boven het leven van de mensen. Zij hebben ervoor gekozen om de massaproductie van vaccinaties te richten op de prijzen die ze ervoor kunnen krijgen en om hun winsten te maximaliseren. De farmaceutische industrie van India is één van de grootste ter wereld. De sector werd in 2017 gewaardeerd op 33 miljard dollar en het land staat bekend als de grootste leverancier van generieke geneesmiddelen. Toch had eind april slechts 1,77% van de Indische bevolking beide doses van het vaccin ontvangen. De vraag om de intellectuele eigendomsbeperkingen op vaccins op te schorten, groeit nu duidelijk wordt dat de pandemie niet kan worden gestopt zonder een wereldwijde strategie. De octrooien op de vaccins moeten worden opgeheven! Onze gezondheid is niet veilig in de handen van de op winst beluste particuliere farmaceutische sector. Een democratisch geplande aanpak vereist de nationalisering van de hele sector om onze gezondheid en ons leven centraal te stellen.
Door de extreem hoge kosten om een patiënt in privé-ziekenhuizen te houden en de torenhoge prijzen voor zuurstoftoevoer, zijn sommigen zelfs gedwongen leningen aan te gaan om het leven van hun familie te redden. De patiënten worden letterlijk uit de ziekenhuizen geduwd in een toestand waarin zij zich nauwelijks kunnen bewegen. In de private sector zijn er wantoestanden van niet-besmette personen die Covid-positief verklaard worden om hen te dwingen geld uit te geven. Zeker op het platteland van India vallen armen en ongeschoolden ten prooi aan de op winst beluste private ziekenhuizen voor wie het leven en de gezondheid van mensen niet van tel zijn. We hebben massale overheidsinvesteringen nodig in een kwalitatief goede en gratis gezondheidszorg!
Het land is afgegleden naar een regelrechte chaos. Het lijden van de arbeidersklasse door toedoen van incompetent kapitalisme en corrupte politici mag door het volk niet langer getolereerd worden. De arbeidersklasse moet zich onmiddellijk organiseren en mobiliseren om hun fundamentele mensenrechten te veroveren die hen door de rijken worden ontzegd. De gezondheidszorg moet onmiddellijk worden bevrijd uit de handen van de aasgieren van de particuliere sector. De zorg moet volledig in publieke handen komen zodat universele en gratis gezondheidszorg voor iedereen mogelijk wordt. Deze crisis is ook een oproep aan de hele arbeidersklasse om de op religie gebaseerde verdeeldheid zaaiende propaganda van de heersende partijen te verwerpen en zich te verenigen. Enkel gezamenlijke strijd kan ons door deze crisis halen en onze toekomst veilig stellen.
Het kapitalisme laat de massa’s van India in de steek. De pandemie zal niet worden gestopt met onverdraagzaamheid, verdeeldheid en verdediging van de belangen van het grootkapitaal. De massa’s hebben dringend behoefte aan een socialistische samenleving die ervoor zorgt dat alle beschikbare middelen worden ingezet in het kader van een democratisch plan om de pandemie en de omstandigheden die de gevolgen van deze pandemie verergeren, te bestrijden.
-
Indische boerenacties tegen rechtse regime van Modi

Wekenlang al is er massaal boerenprotest in India. De aanleiding zijn de liberaliseringswetten waarmee het regime van Narendra Modi de landbouw verder wil openen voor big business. Tegelijk gaat de hindoe-nationalistische regering van de BJP, de partij van Modi, in het offensief tegen de werkenden met grootschalige privatiseringsplannen voor onder meer de spoorwegen, banken en havens. Het protest hiertegen wordt breed gedragen. Het regime antwoordt met repressie.
Artikel uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Goed georganiseerd verzet
Wie dacht dat Modi almachtig is, vergist zich. Het boerenprotest is al bezig van in het najaar en het kan nog maandenlang doorgaan. Het is bijzonder goed georganiseerd met actiecomités in de dorpen, afwisseling van wie op de protestacties blijft waarbij het werk op het land ondertussen verdeeld wordt onder de andere boeren. Protestsites worden constant bevoorraad van voedsel en andere benodigdheden. De samenwerking tussen de landbouwers is enorm en bijzonder efficiënt.
Het protest richt zich tegen drie wetten die de landbouw verder openen voor grote bedrijven. Het gaat onder meer over de afbouw van het publieke marktsysteem waarbij een minimale prijs voor geoogste producten wordt gegarandeerd. Die minimale prijs volstaat vandaag amper om rond te komen: armoede en ellende zijn alomtegenwoordig op het platteland. Elk jaar zijn er duizenden boeren die zelfmoord plegen omdat ze geen uitweg zien.
Leden van boerenorganisaties trokken van dorp tot dorp om de maatregelen uit te leggen en het protest ertegen te organiseren. Vooral in het noorden van India, in de provincies Punjab en Haryana, was er een grote actiebereidheid. De boeren trokken naar Delhi, omdat daar alle beslissingen genomen worden. “Delhi moet naar ons luisteren, we zullen Delhi doen luisteren,” verklaarden de boeren. Ze werden aan de invalswegen gestopt met traangas en repressie. Alle mogelijke excuses werden gebruikt door de autoriteiten: van Covid-19 tot de nationale kwestie, waarbij de Sikhs uit Punjab als landverraders werden voorgesteld. Er werden protestkampen opgezet en de boodschap van de protesterende boeren vond ingang in heel het land.
Solidariteit tegen repressie
De dynamiek van het boerenprotest was belangrijk in het succes van de algemene staking van de vakbonden eind november. Toen legden 250 miljoen mensen het werk neer! Hiermee werd het aantal stakers van januari 2020 geëvenaard, ondanks de impact van Covid-19 en tegelijk omwille van de gevolgen van de pandemie in een land waar een groot deel van de bevolking geen of amper toegang heeft tot gezondheidszorg. De impact van het beleid in dienst van big business vergroot de jobonzekerheid en bouwt de openbare diensten verder af. De strijd van de werkenden en die van de boeren is dezelfde.
Op 26 januari, de nationale feestdag van India, trokken duizenden boeren met hun tractoren naar Delhi. Een poging tot verbod van deze tractorparade werd verworpen door het Hooggerechtshof, dat eerder ook de drie wetten opschortte met als reden dat er onvoldoende dialoog was geweest. Een verbod lukte niet, waarop de repressie en provocaties werden opgevoerd. Een deel van de boeren werd naar het Rode Fort geleid waar bij wijze van provocatie een nationalistische Sikh-vlag werd gehesen. Het protest werd voorgesteld als ‘rellen’. Honderden boeren werden opgepakt zonder dat hun familie op de hoogte werd gebracht. Rond de protestkampen aan de rand van de stad werd het internet afgesloten. De regering ging in het offensief met als doel de boerenbeweging te isoleren en twijfel te zaaien onder lagen die vanop enige afstand sympathiseerden met het protest.
Om dit te doorbreken, is het belangrijk dat de beweging zich niet beperkt tot Delhi. Maandenlang actie voeren vanuit protestkampen, eventueel aangevuld met hongerstakingen, kan nuttig zijn, maar voor een krachtsverhouding is het essentieel dat de beweging zoveel mogelijk lokaal georganiseerd wordt. International Socialist Alternative, dat pas begint met een werking in India op te bouwen, stelde de noodzaak van zoveel mogelijk lokale acties van werkenden en boeren uit solidariteit met het boerenprotest en om de eigen eisen naar voren te schuiven. Lokale actiecomités zouden de eisen verder kunnen verfijnen en de betrokkenheid zo groot mogelijk maken, waardoor zowel repressie als pogingen tot verdeeldheid minder effect hebben. Dat de autoriteiten hier bang voor zijn, blijkt uit de repressie tegen heel wat pogingen tot lokale solidariteitsacties. Covid-19 wordt vaak als excuus voor die repressie gebruikt, terwijl het in werkelijkheid gaat om het stoppen van een actieve organisatie van de solidariteit.
Heel het systeem moet weg
De betrokkenheid van de arbeidersbeweging is essentieel: de werkenden hebben de economische macht om alles te stoppen door het stakingswapen in te zetten. Bovendien worden ze met dezelfde aanvallen bedreigd. Na de spoorwegen wil de regering-Modi ook onder meer de banken privatiseren. Deze waren sinds de massabewegingen in de jaren 1970 genationaliseerd en ze vormen tot op vandaag een bastion van vakbondsactiviteit onder het personeel. Op 15 en 16 maart is een 48-urenstaking tegen de privatisering gepland.
De boeren en werkenden strijden tegen hetzelfde beleid dat de winsten van de grote bedrijven centraal stelt en daartoe tegelijk probeert de bevolking te verdelen, op basis van onder meer religie en afkomst. Een extreemrechtse partij aan de macht is niet in het voordeel van de meerderheid van de bevolking: het asociale neoliberale beleid wordt integendeel nog opgevoerd. Op de liberale oppositie van Congress kunnen de boeren en werkenden niet rekenen. De linkse partijen winnen sympathie en electorale steun, maar rijden zich vanuit hun reformisme vast in allianties met Congress.
Er is nood aan een stoutmoedig socialistisch programma, waarbij de sleutelsectoren in publieke handen onder de controle van de werkenden en de gemeenschap worden geplaatst. Dit zou een geplande aanpak van de economie mogelijk maken, inclusief van de voedselbevoorrading, op basis van de noden van de bevolking. De beschikbare rijkdom, technologische kennis en mogelijkheden planmatig aanwenden in het belang van de meerderheid van de bevolking, is de enige manier om de levensstandaard van miljoenen Indiërs te verbeteren. Dit betekent opkomen voor een socialistische samenleving.
-
Laat Disha Ravi vrij! Protest is geen misdrijf!

De jonge Indische klimaatactiviste Disha Ravi werd op 13 februari bij haar thuis in Bangalore opgepakt door de politie. Ze werd overgebracht naar een cel in de hoofdstad Delhi. Aanleiding voor de arrestatie was haar vermeende betrokkenheid bij een solidariteitsoproep van onder meer Greta Thunberg voor het aanhoudende boerenprotest in India. De bedoeling van de arrestatie is intimidatie tegen activisten in een poging om de organisatie van solidariteit met de boeren te stoppen. Een breed gedragen actieve beweging van boeren, werkenden en jongeren in heel het land is iets waar de regering-Modi bijzonder bang voor is.
Greta Thunberg en zangeres Rihanna spraken hun solidariteit uit met de grote protestbeweging in India. Dit leidde tot brutale reacties van reactionaire hindoe-nationalisten in India die de asociale aanval van de regering-Modi op de boeren verdedigen. De internationale solidariteit werd afgedaan als ‘anti-Indisch’ en het werd overgoten met seksisme. Alsof solidariteit met de mensen die India van voedsel voorzien ‘anti-Indisch’ zou zijn. In een toolkit voor solidariteit met het protest riep Greta onder meer op tot acties aan Indische ambassades. De toolkit bevatte informatie over het protest en enkele links. Toen de toolkit gebruikt werd om activisten te vervolgen, werd hij meteen offline gehaald.
Volgens de Indische politie stond er in de toolkit een link naar een nationalistische Sikh-groepering die voor meer nationale rechten opkomt, de Canadese Poetic Justice Foundation. Van bij het begin probeerde de regering het boerenprotest te verdelen op basis van de nationale kwestie, waarbij de sterkte van de beweging onder de Sikhs in Punjab wordt misbruikt om het voor te stellen als een protest voor een onafhankelijk Khalistan (waar de Sikhs wonen). De rechtse hindoe-nationalisten spelen in op de nationale kwestie om de beweging te verdelen. Een uitbreiding van het protest in een actieve beweging doorheen het hele land, met internationale solidariteit, zou de druk op de BJP nog verder vergroten. De aanvallen op de boeren en al wie solidair met hen is, worden daarom opgevoerd.
Het beste antwoord op de pogingen tot verdeeldheid is solidariteit en eengemaakt protest. De arbeidersbeweging moet mee het voortouw nemen met stakingen: een overwinning voor de boeren zou de arbeidersbeweging versterken, een nederlaag zal de aanvallen op de werkenden vergroten. Nu al komt de regering-Modi met een ongezien privatiseringsbeleid dat onder meer de spoorwegen, luchthavens en banken treft. Midden maart is een staking van bankpersoneel gepland. Dat personeel vormt één van de sterke onderdelen van de vakbondsbeweging in het land. Er is potentieel om al het ongenoegen over het asociale en verdelende beleid van de regering te verenigen.
Klimaatactivisten erkennen het belang van landbouw en de noodzaak om deze essentiële sector uit de greep van big business te halen. In de landbouw zijn de gevolgen van klimaatverandering erg voelbaar en bijzonder nefast. Disha Ravi lag mee aan de basis van Fridays for Future in India en verklaarde haar klimaatactivisme onder meer door wat ze zag bij haar grootouders die als boeren de gevolgen van de klimaatcrisis ondergingen. De regering trad al eerder op tegen FFF, dat van steun aan terrorisme werd beschuldigd. Ravi merkte toen op: “Enkel een regering die de winst laat voorgaan op de mensen, kan de eisen voor schone lucht, proper water en een leefbare planeet voorstellen als steun aan terrorisme.”
Internationale solidariteit met het protest en met Disha Ravi en anderen die vervolgd worden, is belangrijk. Greta Thunberg uitte haar solidariteit onder de hashtag #StandWithDishaRavi en merkte op dat vrije meningsuiting en het recht op vreedzaam protest mensenrechten zijn waarop geen toegevingen mogelijk zijn.
International Socialist Alternative eist de onmiddellijke vrijlating van Disha Ravi en het stopzetten van repressie en vervolging van wie opkomt voor de belangen van de Indische boeren die zich verzetten tegen de liberalisering van de landbouw. Stuur protestmails naar de Indische ambassade: info@indembassy.be en consular@indembassy.be.
Voorbeeldmail:
Dear Ambassador,
I/we, [name] and [organisation], are outraged by the arrest of young climate activist Disha Ravi. It is the right of young activists to stand in solidarity with the protest of farmers, the people who provide India with food and resist big business’s greater grip on their activities.
Protest is not a crime. Standing up for the interests of the workers, farmers and the planet is not anti-Indian, it is on the contrary in the interest of the future of the vast majority of people in India and the rest of the world.
– Release Disha Ravi immediately!
– Stop the persecution of activists and the criminalisation of protest!
– Listen to the justified demands of protesting farmers and workers!
Yours sincerely,
[name]
Vertaling:
Geachte ambassadeur,
Ik/wij, [naam] en [organisatie], zijn verontwaardigd over de arrestatie van de jonge klimaatactiviste Disha Ravi. Het is het recht van jonge activisten om solidair te zijn met het protest van de boeren, de mensen die India voorzien van voedsel en zich verzetten tegen een grotere greep van big business op hun activiteiten.
Protest is geen misdrijf. Opkomen voor de belangen van de arbeiders, boeren en de planeet is niet anti-Indisch, maar is net gericht op de toekomst van de overgrote meerderheid van de bevolking in India en de rest van de wereld.
- Laat Disha Ravi meteen vrij!
- Stop de vervolging van activisten en de criminalisering van protest!
- Luister naar de gerechtvaardigde eisen van protesterende boeren en werkenden!
Hoogachtend,
[naam]
-
Indische boeren houden tractorparade. Gezamenlijk protest arbeiders en boeren opvoeren!

Artikel door Mohammed Nawaz Tahir vanuit India
Elk Indisch kind groeit op met het zingen en leren van de slogan ‘Jai Jawan, Jai Kisan’ op school. Het betekent: ‘Lang leve de soldaat, lang leve de boer’. Op dit moment staan deze twee groepen, die zogezegd de ruggengraat van de Indiase samenleving vormen, oog in oog. De boerenbeweging is de grootste in de recente geschiedenis en kan rekenen op een brede steun onder de arbeiders. Zij zijn het die in India worden aangeduid als ‘Ann Daata’, oftewel de leveranciers van voedsel voor de natie. De boeren zijn vastbesloten om hun protestbeweging tegen de regering voort te zetten. Ondanks de zinderende kou hebben ze geen andere keuze: het gaat om het verdedigen van hun levensonderhoud, dat door het kapitalisme op het spel wordt gezet.
Hoe het begon: de drie wetten
De centrale regering van India nam drie wetten aan die de boeren in protest de straat op brachten:
- De Farmers’ Produce Trade and Commerce Act.
- Farmers Agreement on Price Assurance and Farm Services Act
- De Essential Commodities Act
De regering beweert dat deze wetten het inkomen van de boeren zullen verhogen en de productiviteit van de landbouw zullen helpen ontwikkelen door private investeringen aan te trekken en door de boeren op te nemen in de toeleveringsketens van de wereldmarkt. De boeren staan echter weigerachtig tegenover de grote bedrijven en wat wordt voorgesteld als de ‘volgende groene revolutie’.
De meeste Indische boeren drijven handel met de private sector en gaan gebukt onder een grote schuldenlast. De meest succesvolle en rijkste boeren in India komen uit de noordelijke deelstaten Punjab en Haryana. Dit is gedeeltelijk te danken aan het bestaan van het Agriculture Produce Market Committee (APMC). Dit is een vorm van door de overheid gereguleerd systeem met lokale markten waar de boeren tegen een minimumprijs kunnen verkopen. Deze minimumprijs (MSP) is hoger dan de normale prijzen op de vrije markt. De openstelling van de markt voor grote bedrijven zal nieuwe tussenpersonen introduceren en de grote bedrijven in staat stellen de prijzen vast te stellen volgens hun eigen winstmarges.
Hoewel de regering zegt dat de MSP zal blijven bestaan en hoewel het niet uitgesloten is dat de grote bedrijven in het begin meer voor de oogst zullen betalen, zal het invoeren van een vrije markt op termijn deze minimumprijs onvermijdelijk ondermijnen. Kopers hoeven immers niet deel te nemen aan de door de overheid gecontroleerde markt. Bovendien zullen de grote bedrijven meer mogelijkheden krijgen om de plaatselijke winkeliers in heel India failliet te laten gaan, door concurrentie met inbegrip van tijdelijk lagere prijzen van de bedrijven die de detailhandel in handen willen krijgen. Lagere prijzen zullen de boeren onder nog grotere druk zetten. Zwaar in de schulden gestoken met hoge rentetarieven zullen zij volledig afhankelijk worden van de grote bedrijven.
Boeren komen in actie
De boeren zijn onmiddellijk begonnen met het organiseren van hun protest. Boeren en hun organisaties, waaronder vakbonden, gingen naar de dorpen om de maatregelen en de noodzaak van protest uit te leggen. Ze besloten dat het genoeg was en kondigden een mars naar de hoofdstad Delhi aan. Duizenden namen deel aan deze mars, maar werden aan de grens van Delhi tegengehouden door politie en leger. De autoriteiten gebruikten hiervoor het voorwendsel van Covid-19. In de zinderende kou werden de boeren tegemoet getreden met waterkanonnen en traangas, maar ze gingen door en begonnen protestkampen aan de grens van Delhi op te zetten. Via hun organisaties en de brede solidariteit krijgen de deelnemers aan deze kampen voedsel en kleding uit hun dorpen.
In Punjab, een van de bolwerken van deze beweging, werd in bijna elk dorp een comité opgericht. Deze comités beslissen welke boeren afwisselend per week naar de protestlocatie gaan. De achterblijvende boeren zorgen voor voedsel en kleding voor degenen die naar de protestplaatsen gaan en dragen zorg voor de gezinnen. Op deze basis is het mogelijk de beweging over een langere periode voort te zetten. Het toont ook de kracht van de samenwerking tussen de boeren.
Aanvankelijk beweerde de regering dat het boerenprotest gebaseerd was op linkse propaganda of beriep zij zich zelfs op de nationale kwestie, vooral met betrekking tot de Sikh-boeren uit Punjab. Dit werkte niet: de beweging verspreidde zich over heel India en zelfs boeren in de gelederen van de extreemrechtse RSS begonnen zich bij de protesten aan te sluiten. De dynamiek van klassenstrijd overwint de verdeeldheid die door de regering wordt gestimuleerd.
Hoe verder?
De beweging heeft brede steun. Vakbonden van de arbeidersklasse, onder meer in de banksector of bij de taxichauffeurs, hebben zich aangesloten bij een massale algemene staking met 250 miljoen deelnemers op 26 november. Dit helpt om een sterker klassenbewustzijn te creëren. De boerenstrijd versterkt de arbeidersstaking en vice versa.
Tegelijkertijd is er internationale druk op de regering, op basis van steun voor de beweging van Indische gemeenschappen in landen als Canada. De regering heeft haar houding moeten afzwakken door in te stemmen met een nieuwe dialoog, maar tegelijkertijd blijft de regering onwillig om de wetten in te trekken. Het Hooggerechtshof besloot de wetten op te schorten, waardoor de druk op de regering toenam.
De beweging moet nu doorgaan. De boeren besloten het protest op te voeren met een tractoroptocht tijdens de viering van de Dag van de Republiek op 26 januari. Het Hooggerechtshof weigerde dit protest te verbieden en dwong de politie van Delhi te onderhandelen met de boerenleiders over de voorgestelde routes voor de tractoroptocht. De actiedag van 26 januari is een belangrijke stap, maar moet worden gevolgd door andere actiedagen om de boeren en de arbeiders te mobiliseren om de wetten en het volledige beleid dat de gewone mensen aanvalt omwille van de winsten van de bedrijven, ten val te brengen. Een oproep tot acties in zoveel mogelijk steden met boeren en arbeiders die de strijd van de boeren steunen en hun eigen eisen verdedigen, zou een goede volgende stap zijn om de brede steun te mobiliseren die de boeren op dit moment krijgen. De arbeidersbeweging moet een actieve rol spelen aangezien zij de economische macht heeft om alles te stoppen door het stakingswapen te gebruiken.
Het APMC-systeem heeft de afgelopen jaren geleden, maar toont zijn belang in de staten Punjab en Haryana, die bekend staan als de broodmand van India. Om haar aanval te rechtvaardigen, zegt de regering dat 96% van de boeren al handel drijft met de private sector. Het openbare marktsysteem moet worden versterkt in plaats van het verder af te bouwen in het belang van de grote bedrijven. Een openbare markt met gegarandeerde minimumprijzen is noodzakelijk voor het overleven van meer dan 170 miljoen gezinnen die in de landbouw werkzaam zijn. De regering geeft enorme bedragen uit om grote bedrijven te steunen tijdens de pandemie, maar toont minder belangstelling voor de miljoenen boeren. Waarom gebruiken we ons belastinggeld niet om de boeren te steunen en meer technologische vooruitgang te genereren die door de boeren en de bredere samenleving wordt gecontroleerd?
De strijd tegen de landbouwwetten is tegen de toepassing van het kapitalistische beleid in de landbouw. Dit beleid is niet in het belang van de boeren, noch in het belang van de arbeidersklasse. De enorme beweging laat een groeiend klassenbewustzijn zien. Dit kan worden gebruikt om de eisen voor een betere levensstandaard en controle door de boeren en de arbeidersbeweging op de productie en distributie van voedsel op te voeren. Het kapitalisme verstikt de boeren, die vroeger de trots van de natie werden genoemd. Door eendrachtige actie kunnen de arbeidersklasse en de boeren hun krachten versterken om met het kapitalisme te breken en een socialistisch alternatief te ontwikkelen.
-
Indisch boerenprotest: Hooggerechtshof schorst wetten, strijd gaat door

Kamp van protesterende boeren aan een toegangsweg naar Delhi. Foto: Wikimedia Commons Het Indische Hooggerechtshof besliste om de betwiste landbouwwetten van de BJP-regering onder Modi op te schorten. Dit is een uitdrukking van de enorme maatschappelijke druk om de liberalisering van de landbouw terug te draaien. De boeren laten zich niet voor de gek houden: opschorting volstaat niet, de wetten moeten volledig weg.
De boeren begonnen hun protest nadat de regering in september enkele wetten aannam die de landbouw liberaliseren. Het protest is goed georganiseerd waardoor het maandenlang vol te houden is. Er zijn bezettingsacties, onder meer aan de ingangswegen naar Delhi nadat de toegang tot de hoofdstad repressief geblokkeerd werd. De inspiratie van het boerenprotest versterkte de dynamiek voor de algemene staking van 26 november waaraan 250 miljoen werkenden deelnamen ondanks Covid-19-beperkingen. De steun voor het boerenprotest is de voorbije weken verder aangegroeid. Zelfs de boerenvleugel van de RSS, de hindoe-nationalistische milities die een grote controle op de BJP uitoefenen, zag zich genoodzaakt om het antiregeringsprotest te steunen. In Madhya Pradesh hield de Bharatiya Kisan Sangh (BKS), dat met de RSS verbonden is, een eigen boerenprotest met 10.000 aanwezigen.
De beslissing van het Hooggerechtshof kwam er na verschillende petities en verhoogt de druk op de regerende BJP. Het gaat slechts om een tijdelijke opschorting tot een groep van vier experts via bemiddeling een ‘oplossing’ vindt voor het aanhoudende conflict. Daarbij wordt nadruk gelegd op het gebrek aan overleg bij het doorvoeren van de wetten. De BJP stelt dat het al voldoende onderhandelt met de boerenorganisaties en dat de wetten het resultaat zijn van twee decennia voorbereiding. De boerenorganisaties van hun kant zetten door met hun protest. Op 26 januari, de nationale feestdag, wordt een grote tractorparade gepland. Het is belangrijk om te blijven protesteren en niet te vertrouwen op experts aangesteld door een politiek benoemd gerechtshof. De boerenorganisaties merkten terecht op dat de vier aangestelde experts zich eerder uitspraken voor de landbouwwetten.
De sterkste wapens van de boeren zijn hun eigen vastberadenheid en de bredere steun die ze genieten onder de bevolking. Hun vastberadenheid komt tot uiting in het ondertussen wekenlang aanhoudende protest, onder meer in Delhi waar de koude winter en de regen al voor tientallen doden zorgden. De steun blijkt uit de uitbreiding van het boerenprotest over heel het land en de sympathie onder de werkende bevolking. De inzet van de strijd wordt begrepen: ook buiten de landbouw zijn de gevolgen van liberaliseringen en het openen van de markt voelbaar. Bedrijven als Amazon kennen een snelle opgang en nu wil ook Tesla zich in India vestigen. Tegelijk voert de BJP-regering een beleid van privatiseren en dereguleren van de arbeidsmarkt, zodat India nog interessanter wordt voor de bazen van zowel lokale als internationale bedrijven. Een kleine toplaag plukt daar de vruchten van: eind 2020 was het clubje dollarmiljardairs met tien aangegroeid tot 90 mensen, goed voor een gezamenlijk vermogen van 483 miljard dollar of 33% meer dan een jaar voordien.
Om het boerenprotest te stoppen, gaf de regering toe op enkele minder belangrijke eisen. Het centrale element van de afschaffing van de gereguleerde verkoop en bijhorende minimumprijzen voor landbouwproducten blijft echter overeind. De regering ontkent dat aan de minimumprijzen wordt geraakt, maar de boeren stellen terecht dat een liberalisering van de markt ook zal leiden tot het einde van die bescherming. Het probleem is niet zozeer een gebrek aan overleg, maar wel de krijtlijnen waarbinnen onderhandelingen mogelijk zijn. Voor de BJP moet het overleg leiden tot aanvaarding van de liberaliseringspolitiek die effectief al 20 jaar voorbereid en doorgevoerd wordt. Voor de boeren is dat niet mogelijk: het botst met hun elementaire eis van een waardig inkomen en bijhorend respect voor hun harde werk.
Pogingen van de regering om verdeeldheid te creëren, onder meer op basis van de nationale kwestie, werken niet zolang het boerenprotest offensief doorzet. Om tot overwinningen te komen, is een front van boeren en werkenden noodzakelijk. Waar wachten de vakbonden op om hun broeders en zusters op het platteland verder te steunen met stakingsacties? Een intrekking van de landbouwwetten zou de arbeidersbeweging in een onnoemelijk sterkere positie plaatsen in het verzet tegen de aanvallen op hun voorwaarden en levensstandaard.
De vier experts van de Hooggerechtshof kondigden aan dat ze binnen twee maanden een rapport zullen indienen. Tot dan zit de kwestie wellicht muurvast. Tegelijk tonen de boeren aan dat ze in staat zijn om hun beweging over een langere periode vol te houden. De actiedag van 26 januari zal geen eindpunt zijn. Een oproep voor massale acties op 26 januari gekoppeld aan een oproep voor nieuwe stakingen rond de eisen van zowel de werkenden als de boeren, kan de beweging versterken. Gezamenlijke actiecomités van werkenden en boeren kunnen de strijd coördineren. Dergelijke coördinatie is ook nodig om een eisenplatform en benadering te ontwikkelen waarmee niet alleen de huidige aanvallen op de boeren en werkenden worden gestopt, maar het volledige beleid van de afgelopen decennia.
Tegen de achtergrond van een vreselijke gezondheidscrisis en een sputterende economie, waarvoor de vooruitzichten niet goed zijn, zal de BJP-regering nog meer de kaart van hindoe-chauvinisme en verdeeldheid trekken. Het asociale beleid en het nationalisme gaan hand in hand. Zoals auteur Arundhati Roy in haar nieuwste boek ‘Azadi’ opmerkte: “Neoliberale evangelisten en hindoe-nationalisten reden op hetzelfde paard de stad binnen.” De beste manier om de door de hindoe-nationalisten gepropageerde verdeeldheid te doorbreken, is door eengemaakte actie van werkenden en boeren in de verschillende staten van India.
Deze strijd gaat in tegen wat het kapitalisme de Indische boeren en werkenden te bieden heeft. Er is een alternatief voor dit systeem nodig, een socialistische samenleving die vertrekt van de noden van de meerderheid van de bevolking en de beschikbare middelen op democratisch geplande wijze daartoe inzet. Om dat alternatief te bekomen, moeten we ons nu organiseren!
-
“Azadi”: Arundhati Roy op de barrikade voor onderdrukten in India
Er is een nieuwe bundel met non-fictie essays van Arundhati Roy uit. De titel is kort en krachtig: “Azadi”. Dat betekent ‘vrijheid’ en het is de centrale slogan van al wie zich verzet tegen de onderdrukking van Kasjmir, maar meer algemeen van al wie ingaat tegen alle vormen van onderdrukking. Arundhati Roy heeft een bijzonder scherpe pen die ze aanwendt in het verzet tegen onrechtvaardigheden. Deze bundel essays is een strijdbare aanvulling op haar eerder werk. In het laatste essay omschrijft Roy de corona-pandemie als een portaal: de oude wereld ligt op sterven, voor een nieuwe zullen we moeten strijden. “Er is werk aan de winkel. En een wereld te winnen”.Recensie door Geert Cool
In de essays kijkt Roy terug op haar eerdere boeken, maar steeds komt ze al gauw tot de actualiteit van een India dat geregeerd wordt door rechtse hindoe-nationalisten. De hindoe-nationalistische milities van de RSS (Rashtriya Swayamsevak Sangh) bestaan sinds midden jaren 1920 en haalden destijds hun inspiratie bij de zwarthemden van Mussolini. De RSS telt 600.000 leden, waaronder premier Modi en de rest van de BJP-top, en heeft als slogan: “Hindi, Hindu, Hindustan” (de taal, de godsdienst en de natie). Roy merkt fijntjes op dat de term ‘hindoe’ eigenlijk uit het Perzisch komt, maar ze haalt vooral uit naar de beperkingen van deze enge nationalistische kijk die botst op de realiteit van een Indisch continent met diverse nationaliteiten, talen en religies. Het was de woede tegenover onderdrukking op basis van kaste, religie of sociale onderdrukking die Roy ertoe bracht om politieke teksten te schrijven. Deze woede is vandaag niet minder: het beleid onder Modi dwingt haar integendeel om zich scherper dan ooit uit te spreken.
Een belangrijk en vaak terugkerend thema in het boek is de brutale en dictatoriale bezetting van een deel van Kasjmir door India. Voor de hindoenationalisten was het al langer een strijdpunt om dit gebied volledig aan India te onderwerpen. Onder Modi werd de bezettingsoorlog opgevoerd en werden de laatste restanten van afzonderlijke regels voor het gebied afgeschaft. Zelfs lokale politici die loyaal waren tegenover het centrale bewind in Delhi werden opgepakt en vervolgd. Alle communicatie met de buitenwereld werd afgesloten. Het doel is om de demografie van Kasjmir te veranderen en rijke hindoes grote stukken van het gebied te laten opkopen.
Kasjmir wordt door de hindoe-nationalisten gebruikt om het publieke debat te richten op identiteit en meer bepaald op hindoes vs moslims. Terwijl ze Kasjmir als onderdeel van het eengemaakte grote India zien, hoort de overgrote meerderheid van de mensen die in Kasjmir woont er niet bij. Moslims zijn voor de nationalisten immers bondgenoten van Pakistan. Al wie vragen stelt bij de haat die ze zaaien, mag eveneens vertrekken naar ‘Kabristan’, het kerkhof. “De Indische regering maakt het duidelijk dat geen enkele vorm van verzet aanvaardbaar is: gewelddadig, niet-gewelddadig; gesproken, geschreven of gezongen.” Maar, zo voegt Roy er meteen aan toe: “De Kasjmiri weten dat ze om te bestaan, zich moeten verzetten.”
Een vaak voorkomende tactiek van de hindoe-nationalisten is om geweld uit te lokken en dit vervolgens te instrumentaliseren. Arundhati Roy schreef enkele van de essays in dit boek rond de verkiezingen van 2019 die opnieuw gewonnen werden door Modi, tegen de hoop op verandering in. De BJP-campagne in dat jaar werd versterkt door zowel het gebrek aan ernstige oppositie als door de focus op terreur na een aanslag in februari 2019 in het door India bezette deel van Kasjmir. Voordien al waarschuwde Roy voor terrorisme en geweld. “We leerden om het verkiezingsseizoen te verbinden met het begin van alle soorten geweld. Verdeel en heers, ja. Maar ook: afleiden om te heersen.”
Dat het gevaar van een gewelddadige campagne tegen moslims geen overdrijving van activisten is, toont de recente geschiedenis helaas aan. Roy verwijst daarbij terecht regelmatig naar de gebeurtenissen in Gujarat in 2002 waarbij meer dan 2000 moslims werden omgebracht in een slachtpartij. Modi was toen net aangesteld als deelstaatpremier in Gujarat. Zijn BJP-regering wordt mee verantwoordelijk geacht voor het gerichte anti-moslimgeweld.
Een belangrijke beweging de afgelopen jaren was die tegen de burgerschapswet van Modi. Dat is een project om alle burgers van India in kaart te brengen, maar vooral om te bepalen wie geen Indisch burger is. De test rond deze wetgeving vond plaats in Assam, in het noordoosten van India waar er al langer discussie is over migratie. Een nationaal bevolkingsregister moest daar bepalen wie staatsburger was en wie niet. Omdat onder de 1,9 miljoen uitgesloten mensen in Assam teveel hindoes voorkwamen – veel hindoes voelden zich na migratie naar Assam veilig omwille van hun godsdienst en deden geen moeite om hun papieren in orde te brengen – kwam er een amendement waarin bepaald werd dat mensen die oorspronkelijk uit enkele buurlanden kwamen en een bepaalde godsdienst aanhingen, wel in aanmerking komen voor het staatsburgerschap. Uiteraard was dit niet van toepassing voor moslims. Ondertussen was het project van bevolkingsregister nationaal aangekondigd. Het verzet hiertegen bracht honderdduizenden mensen op straat. Eén van de centrale slogans daarbij: “Hum kya chahtey? Azadi!” (Wat willen we? Vrijheid!). Dat massaprotest zorgt bij Arundhati Roy voor “voorzichtige hoop.”
In de strijd tegen elke vorm van oppositie richten de rechtse hindoe-nationalisten zich tegen kritische journalisten en ondergraven ze de mogelijkheden van linkse jongeren om zich te organiseren. Activisten aan universiteiten worden hard aangepakt: zo was er een campagne tegen linkse studenten aan de Jawaharlal Nehru University (JNU) in Delhi. Het boek wijst op een uitspraak van BJP-leider Ram Madhav na de verkiezingsoverwinning van zijn partij in mei 2019. Hij had het over de noodzaak om een einde te maken aan de “restanten van de pseudo-seculiere/liberale kartels die een disproportionele greep hebben over het intellectuele en politieke establishment van het land.” Het doet uiteraard denken aan conservatief en extreemrechts dat het in Europa heeft over de zogenaamd ‘linkse’ media of de invloed van de ‘mei 68’ers’. Het doel is hetzelfde: een extreemrechtse visie opleggen als enig aanvaardbare standpunt waarbij conservatief rechts zich zelfs vanuit een enorme machtspositie in het establishment voordoet als anti-establishment.
Arundhati Roy omschrijft de RSS als fascistisch: het gaat om een extreemrechtse nationalistische beweging die al wie niet in het hindoe-plaatje past liefst wil uitschakelen. Bij de oprichting van de RSS in 1925 waren de zwarthemden van Mussolini één van de inspiratiebronnen. Bovendien is het een massabeweging met 57.000 afdelingen en 600.000 vrijwilligers (wat in verhouding tot de bevolking een pak minder is dan de 2 miljoen leden van de nazi-partij vlak voor deze aan de macht kwam). Gewelddadige campagnes zoals in Gujarat in 2002 maar ook in Delhi na de deelstaatverkiezingen van 2020 tonen dat die hindoe-nationalisten niet aarzelen om fysiek geweld te gebruiken. Komt daar nog de burgerschapswet bovenop waarmee de door de RSS gedomineerde BJP-regering het burgerschap aan heel wat moslims wil ontzeggen. Modi houdt van massameetings: nadat hij in de VS een meeting met 50.000 mensen van Indische afkomst hield, werd de slogan ‘Howdy Modi’ ook in het Hindi populair. Op zijn beurt haalde Modi onder meer Bolsonaro en Trump naar India, die laatste werd een massameeting met 1 miljoen aanwezigen beloofd.
Het is duidelijk dat het gevaar van extreemrechts in India zeer groot is en ernstig moet genomen worden. Natuurlijk betekent dit niet dat de situatie in India vandaag vergelijkbaar is met Duitsland vlak voor of na de machtsovername van Hitler. Moest dat het geval zijn, dan zouden er geen massaprotesten plaatsvinden zoals de grote algemene stakingen of de beweging tegen de burgerschapswet. Er is een massabasis voor de BJP en de door Roy terecht als proto-fascistisch omschreven milities van de RSS, zelfs indien dit niet in alle staten het geval is. Een krachtsverhouding om de arbeidersbeweging te breken, is er echter niet. Bovendien is er een ontwakende arbeidersbeweging die er de afgelopen jaren in slaagde om steeds grotere protesten op de been te brengen tegen het neoliberale beleid van de BJP-regering. “Neoliberale evangelisten en hindoe-nationalisten reden op hetzelfde paard de stad binnen,” merkt Roy over dat beleid op. Het ontbreken van een oppositie die vertrekt vanuit de belangen van de meerderheid van de bevolking, is de sterkste kracht van de BJP.
Terecht legt Arundhati Roy veel nadruk op kastenonderdrukking en vervolging van Dalits. Ze stelt dat kastendiscriminatie toeneemt omdat dit in de kern van het hindoe-nationalisme zit. Het Brahmaanse superioriteitsgevoel van de nationalisten komt op verschillende manieren tot uiting, van geweld tegen Dalits tot de vervolging van andere religies. Om aan de kastenonderdrukking te ontsnappen zijn de afgelopen eeuwen heel wat mensen bekeerd tot andere religies, zoals de islam of het christendom. “Zelfs vandaag is kaste de motor en het organisatieprincipe dat zowat elk aspect van de moderne Indische samenleving bepaalt.” Terecht stelt Roy dat dit niet als een detail mag gezien worden in analyses over India en de strijd voor gerechtigheid. Daarbij aarzelt ze niet om ook Gandhi met de vinger te wijzen, inclusief het beeld dat nadien van hem werd opgehangen (onder meer in de film ‘Gandhi’ van Richard Attenborough), omwille van zijn neerbuigende kijk op zwarten in Zuid-Afrika. De beeldvorming van de Indische onafhankelijkheidsstrijd gaat ook bewust voorbij aan de centrale rol van de strijd tegen kastenonderdrukking daarin en de rol van voortrekkers als Ambedkar.
De linkerzijde in India heeft helaas jarenlang een wel erg beperkte visie ingenomen rond kastenonderdrukking. Terecht stelt Roy dat klasse en kaste soms overlappen, maar niet identiek zijn. Aandacht voor specifieke vormen van onderdrukking, zoals op basis van kaste, is noodzakelijk in de strijd voor een andere samenleving omdat het de eenheid van alle onderdrukten kan versterken. Om tot een andere samenleving te komen, is de kracht van de georganiseerde arbeidersklasse cruciaal. Die kracht is als een ketting: slechts zo sterk als de zwakste schakels. Die vaststelling op zich maakt aandacht voor alle specifieke vormen van onderdrukking al noodzakelijk. Tegelijk moeten we nagaan hoe we het kapitalisme en de overblijfselen van feodale tradities en praktijken kunnen omverwerpen en welke krachten daartoe in staat zijn. De arbeidersklasse is essentieel omwille van haar plaats in het productieproces, haar capaciteit om het systeem plat te leggen en haar mogelijkheid om de basis te leggen voor een nieuwe, socialistische samenleving.
De vraag hoe verandering kan bekomen worden, de rol van de arbeidersklasse daarin en de kwestie van hoe een andere samenleving er kan uitzien, zijn zaken die grotendeels ontbreken in het boek van Arundhati Roy. Ze staat uitgebreid stil bij zaken als identiteit en strijd tegen allerhande vormen van onderdrukking en komt daarbij tot terechte en verregaande conclusies, onder meer over de noodzaak van eengemaakte strijd. “De betogers in India willen vrijheid in plaats van armoede, kaste, patriarchie en repressie,” schrijft ze terecht. Massaprotest geeft haar hoop, dat voel je in de essays. Maar het is niet onderbouwd met een analyse van het kapitalisme, gekoppeld aan een programma van socialistische verandering. Dat is jammer, maar tegelijk is de moed en het doorzettingsvermogen van Arundhati Roy in haar aanklachten tegen elke vorm van onrechtvaardigheid die ze ziet opmerkelijk en bewonderenswaardig. Dat alleen al maakt het de moeite waard om dit boek te lezen.
Het laatste essay ‘The Pandemic is a Portal’ verscheen begin april in de Financial Times. Het is mogelijk het krachtigste stuk in het boek. De ‘oorlogstaal’ die gehanteerd wordt om de strijd tegen de pandemie te beschrijven, doet haar opmerken: “Als het echt een oorlog was, wie zou er dan beter voorbereid zijn dan de Verenigde Staten? Als de soldaten in de frontlinie in de plaats van maskers, tests en handschoenen nood hadden aan geweren, slimme bommen, bunkers, onderzeeërs, gevechtsvliegtuigen en kernbommen, zou er dan een tekort zijn?” Wat een scherpe veroordeling van het kapitalisme dat in staat is om miljarden te investeren in vernietigingsmateriaal, maar niet in staat is om de gewone bevolking te beschermen tegen een virus. Ze klaagt aan hoe het Indische regime met de pandemie omsprong: totaal gebrek aan planning of organisatie, met als gevolg dat de plots aangekondigde lockdown leidde tot een volksverhuizing van dagloners die terugkeerden naar hun thuisstaten en onderweg vast kwamen te zitten. In plaats van yoga-lessen en een te klein aantal maaltijden (bezorgd met het gezicht van Modi op de verpakking), had de regering beter de 8,5 miljard dollar die ze aan Franse gevechtsvliegtuigen besteed uitgegeven om de miljoenen hongerigen in het land te helpen.
“Historisch gezien hebben pandemieën mensen gedwongen om te breken met het verleden en hun wereld opnieuw te bedenken. Deze is niet anders. Het is een portaal, een brug tussen de ene wereld en de volgende. We kunnen erdoor wandelen, waarbij we de karkassen van onze vooroordelen en haat, onze databanken en dode ideeën, onze dode rivieren en vervuilde lucht achter ons meeslepen. Of we kunnen er lichtvoetig over stappen, zonder veel bagage, klaar om een nieuwe wereld te bedenken. En klaar om ervoor te strijden.”
-
India. Massaal protest neemt Modi onder vuur
Het protest tegen het hindoenationalistische regime van Nahendra Modi (BJP) groeit aan tot fenomenale proporties. Een goed georganiseerd boerenprotest houdt de hoofdstad Delhi in zijn greep. Tegelijk was er op 26 november een goed opgevolgde algemene staking met 250 miljoen deelnemers.Door Geert Cool
Toen Modi voor het eerst verkozen werd in 2014 was dit op basis van hoop op economische vooruitgang voor de meerderheid van de bevolking. Samen met het hindoenationalisme kwamen er echter neoliberale hervormingen die werkenden en boeren hard raken. De economie staat al even onder druk: de groei daalde van 8,26% in 2016 tot 5,02% in 2019 (tot en met het eerste kwartaal van 2020). Covid-19 en de chaotische aanpak ervan zullen in 2020 voor een zware krimp zorgen in een wereldeconomie die gekenmerkt wordt door toenemende spanningen. De anti-Chinese opstelling houdt India bovendien buiten het Aziatische handelsakkoord Regional Comprehensive Economic Partnership (RCEP).
Boeren trekken naar Delhi
Onder de slogan ‘Dilli Challo’ (‘naar Delhi’) trokken duizenden boeren naar de Indische hoofdstad om te protesteren tegen regeringsmaatregelen die de landbouw hard treffen.
In september voerde de regering drie wetten in om de landbouw te liberaliseren. Voortaan is het mogelijk om buiten het door de regering gecontroleerde ‘mandi systeem’ te produceren. Voorheen brachten alle boeren hun producten op de vaste markt in hun regio, waar er prijsakkoorden van toepassing waren met voor heel wat producten minimumprijzen. De overheid controleerde de prijzen en de productie. De nieuwe wetten zetten de deur open voor grote bedrijven en dreigen de weinige inkomsten van de boeren verder onder druk te zetten. “We zullen onze grond en ons inkomen verliezen als grote bedrijven de prijzen bepalen,” merken ze op. Het gemiddelde jaarinkomen van boerenfamilies in meer dan de helft van de Indische staten bedroeg slechts 20.000 Rupees (225 euro) in 2016. Eens de markt geliberaliseerd is, zal de vaste minimumprijs (“Minimum Support Price”, MSP) ongetwijfeld verdwijnen. De regering ontkent dat dit het plan is, maar daar wordt weinig geloof aan gehecht.
Het boerenprotest vindt plaats in het noorden van India, waaronder in staten waar de BJP sterk staat. Bij de nationale verkiezingen van 2019 haalde de BJP 58% in Haryana en Rajasthan. In Punjab is dat minder door het historisch wantrouwen van de Sikh-bevolking tegenover de hindoe-nationalisten. De door Congress geleide deelstaatregeringen van Rajasthan en Punjab steunen het protest, vooral vanuit politieke berekeningen en niet op basis van een alternatief op de vrijemarktpolitiek van de BJP. In Haryana staat de alliantie tussen BJP en de lokale partij JPP onder spanning. Ook elders is er grote druk op alliantiepartners van de BJP. Zelfs indien dit vooral op niveau van de staten is, ondermijnt het de positie van de BJP in de centrale regering. Het platteland was essentieel voor de uitbreiding van de kiesbasis voor de BJP bij de eerste overwinning in 2014. Deze protestbeweging vormt de grootste uitdaging voor de regering-Modi onder de boeren sinds zes jaar. Het toont dat het tij begint te keren.
Het protest is bijzonder goed voorbereid: de boeren kunnen de actie in Delhi naar eigen zeggen maanden volhouden. Het protest werd beantwoord met traangas en het waterkanon, maar dat houdt de boeren niet tegen. Er zijn kampen opgezet aan toegangswegen naar Delhi met eigen bevoorradingsketens. Daarnaast zijn er lokale acties van boeren in verschillende steden, met een bereidheid om ook naar Delhi te trekken. De krant The Hindu bracht verslag uit van zo’n actie in Badbad (Punjab). De lokale boerenleider Parvinder Singh Makkan wees onder meer op het belang van de vrouwencomités die dagelijks eten voorzien voor honderden activisten. “We doen dagelijks aankondigingen via een luidspreker in het dorp over wat nodig is inzake voedsel, gebaseerd op het aantal mensen op de protestactie. Er was nooit een dag tekort aan voedsel of iets anders. De betrokkenheid van vrouwen was essentieel in het versterken van dit protest.”
Eén van de vrouwen in Badbar geeft uitdrukking aan het algemeen gevoel: “Ik heb het vertrouwen in de regering verloren. Ze hebben een mes in onze rug geplant met die nieuwe wetten die niet in ons belang zijn. Ik zal strijden, zelfs al kost het mijn leven. Delhi zal naar ons moeten luisteren, we zullen hen doen luisteren.”
De acties werden wekenlang voorbereid tot in de kleinste dorpen en zijn zo georganiseerd dat ze lange tijd kunnen duren. De arbeidersbeweging kan daaruit leren, zowel inzake voorbereiding als actiemethoden die niet beperkt zijn tot één dag. Om de boeren tot actie aan te zetten en naar Delhi te trekken, moesten ze overtuigd zijn dat het ernstig was. Het belang van een strijdplan is daar essentieel in.
Daarnaast blijft de vraag hoe de Indische boeren kunnen gered worden. Het stoppen van de liberalisering van de landbouw is natuurlijk de eerste eis. Maar wat erna? Ook voor deze nieuwe wetten zaten de boeren tot over hun oren in de schulden en groeide de afhankelijkheid van grote bedrijven met een economische ontwikkeling die grotendeels aan het platteland voorbijging. De fragiele positie van de landbouw wordt bovendien verder bedreigd door de gevolgen van klimaatverandering.
Een kwijtschelding van de schulden zou een nuttige stap zijn, maar betekent onder het kapitalisme slechts het heropstarten van de schuldenopbouw. Om de wurggreep van de banken te stoppen, moeten deze onteigend worden en in handen van de gemeenschap komen, niet om als overheidsbanken de neoliberale logica te volgen, maar om onder controle van de werkenden en boeren te vertrekken van de noden van de meerderheid van de bevolking. Zo wordt controle van de boeren op kredietbanken voor de landbouw mogelijk.
Daarnaast moeten grote bedrijven in de sector genationaliseerd worden zodat het volledige voedingsproces de belangen van de boeren en de consumenten dient. Doorheen het boerenprotest wordt de mogelijkheid tot samenwerking aangetoond, dit kan een aanzet vormen voor boerencomités en zelfs vrijwillige coöperatieven die het leven en het werk van de boerenfamilies gemakkelijker maken. Deze eisen veronderstellen systeemverandering.
Zoals Trotski opmerkte in ‘Waarheen gaat Frankrijk’: “Geen van deze maatregelen is haalbaar onder de heerschappij van de burgerij. Een magere liefdadigheid zal de boer niet redden, hij heeft geen baat bij palliatieve zorg. Hij heeft moedige revolutionaire maatregelen nodig. De boer zal ze begrijpen, goedkeuren en steunen, als de arbeider hem een serieus voorstel doet om gezamenlijk om de macht te strijden.”
Algemene staking toont kracht arbeidersklasse
Voor de tweede keer dit jaar was er een sterke algemene staking in India. In januari namen 250 miljoen werkenden deel aan de eerste staking. Ondanks Covid-19 en ondanks repressie werd dat aantal op 26 november opnieuw behaald. De vakbonden verbonden hun staking uitdrukkelijk aan het boerenprotest, net zoals dit in januari gelinkt werd aan het massaprotest tegen de burgerschapswetten van de BJP-regering die discriminatie van vooral moslims moesten institutionaliseren. Het is duidelijk dat andere protestbewegingen de dynamiek van de vakbondsacties versterken en tegelijk ook een meer uitgesproken politiek karakter geven. Het volstaat niet om te onderhandelingen over het verzachten van neoliberale hervormingen van de arbeidsmarkt, er is strijd tegen het volledige systeem nodig en dat veronderstelt ook een politiek programma.
De directe aanleiding voor de staking zijn de geplande veranderingen in de organisatie van de arbeidsmarkt waarbij de bescherming van de werkenden wordt afgebouwd en waarbij nieuwe privatiseringen worden gepland. Tegen de achtergrond van economische onzekerheid is de dreiging van wat die ‘hervormingen’ betekenen des te concreter. Covid-19 en de economische krimp zorgen voor een humanitaire ramp met een explosie van werkloosheid, armoede en honger. De migrantenarbeiders die tijdens de lockdown eerder dit jaar in hongerkaravanen naar hun thuisstaten trokken, waren een zichtbare uitdrukking van die oprukkende ellende.
De wetten om de landbouw en de arbeidsmarkt te liberaliseren, zijn uiteraard met elkaar verbonden. Het is onderdeel van het BJP-beleid dat enkel de superrijken ten goede komt. Dat neoliberale beleid wordt met een hindoenationalistische saus overgoten om verdeeldheid te zaaien en de aandacht af te leiden. Eengemaakt protest is essentieel, ook om de nationalistische campagne te doorprikken.
De algemene staking van 26 november werd ondersteund door de vakbonden verbonden met de Communistische Partijen en die gelieerd aan Congress. De staking bevestigde de groeiende kracht van het arbeidersprotest: in januari 2019 waren er 180 miljoen stakers, in januari dit jaar 250 miljoen en nu, ondanks Covid-19, opnieuw 250 miljoen.
Tegelijk staat de BJP op het politieke terrein onder druk. Bij recente verkiezingen in Bihar verloor de BJP in percentage en kon de NDA-alliantie rond de BJP slechts nipt de controle over de deelstaat behouden. Opmerkelijk bij deze verkiezingen was ook de vooruitgang van de communistische partijen van 3 naar 16 zetels.
De vraag blijft echter welk programma links naar voren brengt als antwoord op de brede ongerustheid rond werkloosheid en economische ontwikkeling. Zullen de Communistische Partijen blijven rekenen op alliantiepartners zoals Congress, de partij die het neoliberale ‘hervormingsproces’ begin jaren 1990 op gang trok? Of gaan ze voor een offensieve benadering van verdere mobilisatie op alle terreinen: politiek, syndicaal, landbouwers om systeemverandering te populariseren en er een krachtsverhouding rond op te bouwen?
Strijdplan voor socialistische verandering nodig
Dat het mogelijk is om Modi in de verdrukking te duwen, maakt het massaprotest van de afgelopen weken duidelijk. De extreemrechtse hindoenationalisten zullen er echter alles aan doen om terug aan zet te komen. Dit omvat een gevaar op nog meer spanningen en verdeeldheid op basis van religie, kaste of rond de nationale kwestie. De arbeidersbeweging, de boerenbeweging en de linkerzijde moeten zich daarop voorbereiden.
Socialisten verdedigen de noodzaak van een strijdplan om het protest niet te beperken tot eenmalige gebeurtenissen. De boerenbeweging toont de kracht van een goed voorbereide protestgolf over langere termijn. Waarop wachten de vakbondsleiders om een even ambitieus en gedurfd actieplan op te stellen om de boerenstrijd te vervoegen? Een plan dat duidelijk maakt dat de strijd wordt opgevoerd tot geluisterd wordt. Om te beginnen zouden de vakbonden actief moeten deelnemen aan de oproep van de boeren voor een ‘bharat bandh’ (algemene staking) op 8 december. Ze moeten dit niet alleen in woorden doen, maar ook in daden als eerste stap richting samenwerking en eengemaakte mobilisatie van werkenden en boeren.
Het ongenoegen onder brede lagen van de bevolking is groot, maar voor een langdurige mobilisatie zal een alternatief op het gevoerde beleid nodig zijn. De neoliberale hervormingen afwijzen, is slechts een goed en noodzakelijk startpunt. In een periode van wereldwijde economische neergang en toenemende spanningen in het kader van de nieuwe koude oorlog, wordt steeds duidelijker dat het kapitalisme voor de Indische massa’s ellende en honger betekent. Er is nood aan een socialistische maatschappijverandering. Revolutionaire activisten moeten zich organiseren om de basis te leggen voor die socialistische verandering die zo broodnodig is op het Indische subcontinent!