Your cart is currently empty!
Category: Non/social profit
-
INTERVIEW. Zorgsector in opstand

Centraal: Karim Brikci Interview met ACOD-delegee Karim Brikci, Brugmann-Horta ziekenhuis Brussel
Sinds maart is er een sociale beweging onder het personeel van de zorgsector in Brussel. Het begon op de spoeddiensten en de intensieve zorgen van het Brugmann-Horta ziekenhuis in Brussel. Daarna breidde het uit naar andere ziekenhuizen en er is het potentieel om de volledige zorgsector te verenigen in strijd. We spraken hierover met Karim Brikci, vrijgesteld afgevaardigde van ACOD in het Brugmann-Horta ziekenhuis.
interview door Pablo (Brussel) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
De woede van het zorgpersoneel komt niet uit de lucht vallen, maar kan je er toch nog even de context van schetsen?
“Zoals in veel sectoren zit het ongenoegen erg diep. De situatie verslechterde op snel tempo en dit heeft rampzalige gevolgen voor zowel het personeel als de patiënten. Deze vaststelling wordt al lang aangeklaagd door de vakbonden en het personeel in de sector. Het vertaalt zich in de dagelijkse werking met een groeiende demotivatie, een explosie van burn-outs, …
“Parallel daarmee onderging de zorgsector de afgelopen jaren grootschalige besparingen op de kap van het personeel: geen vervanging van personeel, schrapping van verworvenheden zoals verlofdagen en eindejaarspremies, … Ook de patiënten hebben te lijden onder dit beleid. De wachttijden nemen toe, zorg wordt duurder en ook voor medicijnen betaal je steeds meer.”
Hoe is het protest de afgelopen maanden ontwikkeld?
“Er waren de afgelopen jaren heel wat kleine veldslagen in een poging om de politieke keuze om te besparen zoveel mogelijk te stoppen. Elk geïsoleerd gevecht leek echter op voorhand een verloren zaak te zijn. Maar al deze gevechten hebben de noodzaak gesteld van strijd voor betere arbeidsomstandigheden en voor de verdediging van onze verworvenheden.
“In februari was er een moedige driedaagse staking van de brancardiers in mijn ziekenhuis. Ze protesteerden tegen het schrappen van drie jobs en tegen een steeds autoritairder management dat geen rekening hield met het personeel dat dagelijks gebukt gaat onder een hoge werkdruk. De directie was verrast en had zich niet aan deze vastberadenheid verwacht. Op het einde van de drie dagen moest de directie toegeven. De drie met ontslag bedreigde collega’s mochten blijven en kregen een vast contract. In tegenstelling tot wat voorheen vaak het geval was, konden de brancardiers voor hun strijd op een grote solidariteit en steun rekenen. Aan het piket passeerden veel collega’s die zeiden: ‘Goed gedaan, jullie durven tenminste iets ondernemen’ of nog ‘We zouden allemaal hetzelfde moeten doen’.”
Dit was dus een soort vonk die het kruit ontstak?
“Effectief! De daaropvolgende dagen werd onze syndicale delegatie benaderd door collega’s vanop de dienst intensieve zorgen en vanop de spoed. Ze wilden hun deelname bespreken aan de staking die voorzien was op de internationale vrouwendag (8 maart). Op basis van hun ervaringen en de onhoudbaar geworden situatie, stelden ze een eigen eisenplatform op. Een grote meerderheid in alle ploegen was bereid om het werk neer te leggen om deze eisen te steunen. Op 8 maart gingen deze ploegen in actie. Er werd stelselmatig gewerkt met algemene vergaderingen met de collega’s om elke stap te bespreken en de gesprekken met de directie op te volgen.
“Met de vakbondsafgevaardigden hebben we er op gelet dat de strijd die van het personeel op het terrein is. Het is dan ook aan hen om de strijd te leiden. Wij waren er om hen te steunen en te verdedigen, maar in geen geval om beslissingen voor hen te nemen. Intern werden er na twee maanden van mobilisatie en onderhandelingen vorderingen gemaakt. Maar veel van de eisen, zoals de erkenning van een aanloopperiode, terugbetaling van openbaar vervoer of nog een opwaardering van de lonen, werden doorverwezen naar het ziekenhuisnetwerk IRIS. Volgens de lokale directie kon enkel het netwerk op die eisen antwoorden.
“Op de algemene vergaderingen hebben we over een strategie gediscussieerd. De mediabelangstelling voor onze ‘kleine’ mobilisatie zou ons helpen en we hoorden dat onze collega’s van het Sint Pietersziekenhuis, waar er uiteraard een gelijkaardige situatie is, ook van plan waren om actie te ondernemen. Na enkele ontmoetingen en vergaderingen stelden we het gemeenschappelijk vakbondsfront voor om een gezamenlijke actie te doen van het personeel in alle IRIS-ziekenhuizen: een staking met betoging. Dit gebeurde op 3 juni. Het was een groot succes met ongeveer 400 betogers voor het kantoor van de directie van het IRIS-netwerk. De sfeer was ongelooflijk en de wil om de strijd voor te zetten was groot. De directie stelde voor om de eisen een hele zomer lang te bespreken. Veel collega’s waren terecht wantrouwig over deze strategie om werkgroepen op te zetten. Op het einde van de stakingsdag was er een algemene vergadering waarop beslist werd om deel te nemen aan de werkgroepen, maar om tegelijk antwoorden te eisen tegen begin september. Tevens werd het initiatief genomen om een coördinatie van alle personeelsleden in de zorgsector op te zetten met een eerste vergadering op 21 juni. Deze coördinatie nam de naam ‘Zorg in strijd’ aan.”
Wat is het belang van deze coördinatie?
“Voor ons is het een zeer belangrijke ontwikkeling. In onze sector is er altijd een grote morele chantage als er over acties en stakingen wordt gesproken. We krijgen dan gauw de beschuldiging dat we de patiënten zouden ‘gijzelen’. Het is voor ons nochtans duidelijk dat het de besparingen en het gevoerde beleid zijn die de patiënten gijzelen. Onze beweging daarentegen is gericht op het verbeteren van de zorgsector voor iedereen, zowel personeel als patiënten. Maar we moeten er rekening mee houden en een bewuste campagne van effectieve sensibilisering en mobilisatie voeren.
“Daarnaast zijn de vakbonden in onze sector sterk opgedeeld, onder meer tussen publieke en private sector of nog tussen ziekenhuizen en zorgcentra. ‘Zorg in strijd’ wil een algemene strijd voeren voor meer publieke middelen voor de volledige sector. Het wil dat doen met alle actoren: al dan niet in vakbonden georganiseerd personeel, patiënten, vakbonden en beroepsverenigingen. Dit zal zeker niet evident zijn, maar de nu al betrokken collega’s zijn gemotiveerd. We zullen er alles aan doen om de zorgsector op de agenda te plaatsen in september 2019.”
Hoe reageren de directies van de ziekenhuizen op deze beweging?
“Een interessante ontwikkeling was dat deze acties een aantal publieke en private werkgevers gedwongen hebben om steun uit te spreken voor de beweging en te verklaren dat er inderdaad meer middelen voor de zorgsector nodig zijn. Dat standpunt is zeker een beetje hypocriet: het zijn dezelfde werkgevers die al jarenlang zonder aarzelen de besparingen doorvoeren. Maar we kunnen het wel gebruiken om onze strijd vooruit te helpen en te rechtvaardigen.”
Wat zijn de plannen voor het najaar?
“Er wordt momenteel over een heleboel dingen gediscussieerd. Er is op 13 september een grote vergadering van ‘Zorg in strijd’. We hopen daar zoveel mogelijk spelers rond tafel te krijgen om een ernstige discussie te voeren over een actieplan dat aangepast is aan de inzet. Tegelijk moet de mobilisatie binnen het IRIS-netwerk doorgezet worden. Begin september moet de directie met antwoorden op onze eisen komen. We plannen vergaderingen in alle IRIS-ziekenhuizen om de antwoorden van de directie voor te stellen en te beslissen over onze reactie daarop. Ik kan nu al zeggen dat voor veel collega’s sommige eisen cruciaal zijn en dat de mobilisatie erg groot zal zijn indien de directie geen antwoorden met ernstige engagementen geeft.
“Daarnaast voert ACOD-LRB (Lokale en Regionale Besturen) sinds een jaar campagne voor een dringende en noodzakelijke loonsverhoging in de sector, waaronder de openbare ziekenhuizen, de gemeenten, OCMW’s, … We zijn nog steeds een van de weinige sectoren waar collega’s betaald worden in barema E, een barema dat op veel plaatsen verdwenen is en vandaag niet volstaat om een fatsoenlijk leven in Brussel te leiden. Deze strijd wordt in het najaar verdergezet. De Brusselse regering heeft deze loonsverhogingen immers niet op de agenda gezet, ondanks verschillende verkiezingsbeloften daartoe. Het najaar kan dus wel eens behoorlijk warm worden…”
- 13 september: algemene vergadering van ‘Zorg in strijd’. 18u Congresstraat 17/19 Brussel
- Meer info op Facebook: “La santé en lutte”. Volg ook de pagina “De weerbare verpleeg- en zorgkundig”.
-
Zorgcrisis: Te weinig personeel of te veel bedden?
Er is te weinig personeel in de ziekenhuizen. Maar minister Maggie De Block (Open VLD) heeft een originele oplossing: het aantal bedden afbouwen. Ze meent dat mensen te lang gehospitaliseerd worden. Het aantal dagen dat iemand in een ziekenhuis blijft, is de afgelopen jaren al fors gedaald. Maar dit doet de werkdruk niet afnemen: de patiënten die er wel zijn, hebben meer zorgen nodig.
Een verpleegkundige in ons land moet gemiddeld elf bedden opvolgen. Daarmee zitten we op het niveau van Griekenland en Polen. In Noorwegen zijn er vijf bedden per verpleegkundige. Het Europese gemiddelde is 8. ’s Nachts is het niet uitzonderlijk dat één verpleegkundige tot dertig bedden moet bewaken en in woonzorgcentra zelfs dubbel zo veel. Dat is niet zonder gevolgen: de kans op overlijdens neemt aanzienlijk toe als een verpleegkundige meer bedden moet opvolgen.
Een enquête bij 2.560 verpleegkundigen in ons land gaf aan dat 70% aangaf wel eens een fout te maken als gevolg van de werkdruk. Meestal bleven de gevolgen hiervan beperkt. Zes respondenten van die enquête stelden evenwel dat er sprake was van een misser met dodelijke gevolgen. Dat is niet veel, maar het komt voor.
De zorgsector heeft tegen 2026 maar liefst 46.000 extra mensen nodig, maar er zijn niet genoeg studenten die verpleegkunde volgen. Het beroep is namelijk niet aantrekkelijk: zwaar werk, moeilijke uren en geen loon dat overeenstemt met die inzet. De oplossing ligt voor de hand: meer publieke middelen om te investeren in betere zorg. Maar dat botst op de winstlogica die de zorgsector momenteel beheerst en op het besparingsbeleid.
-
Personeel Brusselse IRIS-ziekenhuizen staakt voor meer collega’s, goede voorwaarden en betere zorg

Foto: Collectif Krasnyi Het Brusselse ziekenhuispersoneel heeft het moeilijk. Afgelopen maandag legde het personeel van het IRIS-netwerk het werk neer. We zijn “plus chaud que le réseau” riepen ze.
Door een personeelslid van een Brussels ziekenhuis
Het personeel van de lokale en regionale besturen (LRB) in Brussel heeft sinds september 2018 een actieplan om de arbeidsvoorwaarden te verdedigen. Deze zijn ondermijnd door jaren van besparingen en onderfinanciering. Al minstens anderhalf jaar verdedigen ze een reeks eisen in gemeenschappelijk vakbondsfront. Daaronder de eis van loonsverhogingen van 10% om de lage lonen tegen te gaan, collectieve arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen. Er zijn al maandenlang bijeenkomsten, algemene vergaderingen, betogingen en stakingen om deze eisen en de kwaliteit van de dienstverlening te verdedigen. Sinds begin 2019 is er parallel met dit actieplan een bijkomende beweging in het Universitair Ziekenhuis Brugmann, die zich vervolgens uitbreidde naar andere openbare ziekenhuizen in het IRIS-netwerk. Er wordt gewezen op de onhoudbare lonen en arbeidsvoorwaarden. Het ongenoegen is te groot: strijd is onvermijdelijk.
Ondraaglijke werkdruk, te weinig personeel, geen parkeerplaatsen, … Openbare dienstverlening onder druk
Begin dit jaar was er opnieuw een staking van de brancardiers van het Brugmann-ziekenhuis. Ze protesteerden tegen het gebrek aan personeel. Na drie stakingsdagen gaf de directie toe op enkele eisen. Deze ervaring in het ziekenhuis ging niet onopgemerkt voorbij. De activiteit rond het stakingspiket van de brancardiers maar ook de overwinning zorgden ervoor dat het personeel op de spoed en dat op intensieve zorgen in maart eveneens staakte.
Zij wijzen er in het algemeen op dat de openbare ziekenhuizen steeds meer als een bedrijf worden beheerd. Er zijn niet de nodige middelen om degelijke werkomstandigheden en goede dienstverlening aan te bieden. De vakbonden leggen uit dat de besparingen op de gezondheidszorg onder de regering-Michel de Brusselse ziekenhuizen 15 miljoen euro extra kosten. Zo worden de problemen niet opgelost, maar net versterkt.
Dit heeft ernstige en helaas dramatische gevolgen. Het personeel legt het uit: er is een vicieuze cirkel. De soms erg extreme werkdruk zorgt ervoor dat mensen afhaken omdat ze het beu zijn of omdat ze ziek worden of een burn-out kennen. Wie overblijft, kent vervolgens een nog slechtere werksituatie.
In het kielzog van het personeel van Brugmann was er afgelopen maandag – vanaf zondagavond – een 24-urenstaking van al het zorgend en administratief personeel van de Brusselse publieke ziekenhuizen. Maandag werd actie gevoerd voor de deuren van het gebouw waar onderhandelingen plaatsvonden tussen vakbondsafgevaardigden en de raad van bestuur. Met deze staking en de actie van het personeel werden de problemen op de werkvloer en de woede van het personeel op de agenda van dat overleg geplaatst.
Voor de directie van het netwerk moest eerst en vooral de staking stoppen…
Een afvaardiging van het personeel nam aan de vergadering deel om te wijzen op de onhoudbare omstandigheden op de werkvloer. Deze delegatie kwam nadien naar buiten met de door de directie voorgestelde oplossingen. De directie had naar verluidt geluisterd en leek de problemen van het personeel te begrijpen. Helaas werd enkel een kalender van vergaderingen voorgesteld om verder te spreken. De directieleden kwamen ook naar buiten, onder druk van het lawaai van het personeel, om daar aan de stakers hun ‘begrip’ te tonen en hun oplossingen voor te stellen.
De voorzitter van de ziekenhuiskoepel, Renaud Witmeur (PS, voormalige kabinetschef van Rudy Demotte), legde uit dat er verdere gesprekken nodig zijn en dat samen moet geprotesteerd worden tegen de maatregelen van de federale regering. Vervolgens kwam de argumentatie op het echte probleem dat de directie zag: de staking moest stoppen om ruimte te laten voor onderhandelingen tussen directie en vakbonden in het kader van hun kalender. Maar wellicht ook om onderhandelingen met de federale regering te starten?
Het manoeuvre was een beetje te groot. Het personeel kent die ‘kalenders’ van vergaderingen. De vakbonden namen overigens steeds deel aan vergaderingen voorgesteld door de directie. Maar om echte vooruitgang te bekomen, is strijd nodig. Het voorbeeld van de brancardiers en het personeel van Brugmann zit nog vers in het geheugen (wat uitstekend is!).
Begrotingstraject respecteren of kwaliteit van de dienstverlening?
In feite probeert de directie een eenheid op te bouwen met het personeel tegen de federale overheid. Het is duidelijk dat we moeten strijden tegen de bezuinigingen op alle machtsniveaus: op federaal niveau, maar ook op regionaal niveau, in onze gemeenten en zelfs binnen de ziekenhuizen! Wij verdedigen niet dezelfde belangen als het management. De directie kijkt niet naar de behoeften van de patiënten of aan de kwaliteit van de diensten (omgezet in cijfers, en ook in ‘klanten’), maar naar de beschikbare middelen, zelfs indien die niet volstaan. Het is duidelijk dat het gebrek aan middelen voor openbare gezondheidszorg slechts een methode is om de private sector en de liberalisering meer ruimte te geven. We laten ons echter niet voor de gek houden. Patiënten en personeelsleden zien goed genoeg wat er aan de hand is.
Zoals de meer algemene eisen in de lokale en regionale besturen, wijst de beweging in de ziekenhuizen op een gebrek aan middelen en een probleem van brutaal beheer in de openbare diensten. Als de directie zich bewust is van de problemen van het personeel, zoals ze zelf verklaarde tegenover de stakers, hoe zal ze die dan aanpakken? Het zou bijvoorbeeld toch niet veel geld kosten om intimidatie en autoritaire methoden uit de gangen van onze ziekenhuizen te halen? De managementmethoden uit de private sector zijn onderdeel van de voorbereiding op een privatisering. Het doel is volgzaam personeel dat alle voorwaarden aanvaardt, zeker minder goede.
“Dit is nog maar het begin, we strijden verder.” Algemene vergadering, nieuwe staking en actieplan
Niemand liet zich vangen aan de manoeuvres van de directie afgelopen maandag. De acties zullen niet zomaar stoppen. Na de bijeenkomst aan de vergadering met de directie van IRIS, trokken de stakers naar het Poelaertplein om daar een algemene vergadering te houden waarop de voorstellen van de directie en van onze acties werden besproken.
Er waren heel wat voorstellen om de strijd verder te zetten. Er werd daarover gediscussieerd en gestemd. De wil om verder te gaan, werd unaniem gedeeld. De vergadering besliste om aan de vakbonden te vragen om een nieuwe stakingsaanzegging in te dienen voor in de zomerperiode. Daarmee willen we de directie duidelijk maken dat het personeel bereid is om verder in actie te gaan. Vervolgens komen er nieuwe acties in september als dit alles niets oplevert.
Ondertussen zal het personeel van de verschillende werkplaatsen discussiëren over het eisenplatform zodat tegen 14 juni de meer specifieke eisen van verschillende beroepsgroepen kunnen opgenomen worden. Er komt een coördinatie om de solidariteit tussen de verschillende werkplaatsen te structureren en te versterken. Maar ook om eenheid in strijd met de volledige zorgsector te creëren en dus ook met de werkplaatsen en ziekenhuizen die niet tot het IRIS-netwerk behoren. Naast de staking komen er lokale acties op de verschillende werkplaatsen om onze strijd en roep naar meer collega’s en betere arbeidsvoorwaarden op de agenda te houden gedurende de zomer. Als dit niet volstaat, komt er een strijdbaar najaar waarbij het personeel van de openbare diensten in Brussel nieuwe acties houdt. Er wordt nu al meer dan een jaar in gemeenschappelijk vakbondsfront geprotesteerd. Op een bepaald ogenblik moeten de politici, regeringen en verantwoordelijken beseffen dat ze onze eisen moeten inwilligen, anders moeten ze met heel hun besparingsbeleid vertrekken.
=> Volg de strijd op Facebook: Soignant.e.s en mouvement / 2019 Belgique
-
Staking in Brusselse publieke ziekenhuizen
Vandaag wordt gestaakt door het personeel van de vijf publieke ziekenhuizen van het netwerk IRIS in Brussel. Aanleiding is de onhoudbare werkdruk, het gebrek aan erkenning van het personeel en meer algemeen de besparingen in de zorgsector die de dienstverlening ondergraven. Hieronder het persbericht van het gemeenschappelijk vakbondsfront in de IRIS-ziekenhuizen.
“Na verschillende acties in de ziekenhuizen de afgelopen maanden, heeft het gemeenschappelijk vakbondsfront van het personeel in het ziekenhuisnetwerk IRIS (CHU Brugmann, CHU Saint-Pierre, Institut Bordet, Huderf – Ziekenhuis IRIS Zuid) een stakingsaanzegging ingediend voor maandag 3 juni. Deze staking gaat in op zondag 2 juni om 20u en eindigt op maandag 3 juni op hetzelfde uur.
“De stakingsdag gaat gepaard met een vakbondsactie voor het gebouw van IRIS in de Dejonckerstraat 46 te Sint Gillis. Personeelsleden en vakbondsmilitanten worden uitgenodigd om er hun woede te uiten terwijl de vertegenwoordigers van de vakbonden en het actievoerende personeel deelnemen aan een overlegvergadering met de directie van het IRIS-netwerk.
“De vakbonden wijzen erop dat de onderhandelingen over de eisen van de Brusselse lokale overheden (19 gemeenten, 19 OCMW’s, IRIS-ziekenhuizen en verenigingen onder hoofdstuk XII) met de directies van de ziekenhuizen bijna volledig stilstaan.
“Wij eisen een algemene herwaardering van de loonschalen, een terugkeer naar de toekenning van de eindejaarspremie, mogelijkheden tot arbeidsduurvermindering, de invoering van een tweede pensioenpijler voor contractuelen en de vergoeding van 100% van de transportkosten.
“Naast die algemene eisen, benadrukken we ook specifieke behoeften van de IRIS-ziekenhuizen:
- Het personeel ziet steeds meer af door de steeds toenemende werkdruk in termen van dienstverlening aan patiënten.
- De directies van de ziekenhuizen (die zich voortdurend beroepen op begrotingsdiscipline) vinden wel geld als het gaat om het uitbreiden van het aantal managementfuncties.
- De nefaste gevolgen van de begrotingsmaatregelen door de federale minister van Volksgezondheid.
“Het personeel van de vijf ziekenhuizen en hun vakbondsvertegenwoordigers eisen dat de directies van de ziekenhuizen snel hun verantwoordelijkheid nemen om een serene en motiverende werksfeer te vestigen, waarbij eerlijke en rechtvaardige lonen en arbeidsvoorwaarden gelden.”
-
Zorgbetoging voor meer middelen en meer collega’s

Op minder dan drie weken voor de verkiezingen trokken duizenden personeelsleden uit de zorgsector door Brussel. De aanklachten zijn al langer bekend: een gebrek aan middelen en aan collega’s. Dit leidt tot een onhoudbare werkdruk en het zet de kwaliteit van de dienstverlening onder druk. Als het van de werkgevers afhangt, wordt door nog een pak verder ingegaan. Zo eisen de werkgevers dat de rimpeldagen – arbeidsduurverminderingsdagen voor oudere werkenden – verdwijnen. Ze willen het personeel als citroenen uitpersen tot ze erbij neervallen. ‘Meer respect’ was een vaak voorkomende slogan op de betoging. De betoging trok mensen uit diverse onderdelen van de zorg- en welzijnssector aan. Met dit soort betogingen worden onze eisen in het politieke debat geplaatst in de aanloop naar de verkiezingen. Maar ook na 26 mei zullen acties nodig zijn om effectief meer middelen te bekomen!>> Lees het pamflet ‘Polsslag’ dat we vandaag op de betoging hebben verspreid
[embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/j7QFeKSH9pv2pFXd8]
-
Zorgcrisis. Wij eisen MEER personeel en MEER middelen!
De personeelstekorten in zorg en welzijn – die in de toekomst nog zullen toenemen – laten zich nu al goed op de werkvloer voelen. Dit zet de werkgevers aan om “creatief” om te gaan met de inzet van personeel in tijd en ruimte. In mensentaal: de reeds hoge flexibiliteit in de sector wordt verder opgedreven. Dit resulteert echter niet in het fundamenteel verlagen van de toenemende werkdruk en bijhorende stress, integendeel!
Hervormingen lopen niet van een leien dakje …
Voor de ziekenhuizen komt daar dan nog het verhaal van de netwerken tussenfietsen dat impliciet aanspoort tot centralisatie, outsourcing en uiteindelijk inkrimpen van de sector. Langs Franstalige kant komt de toekomst van de openbare ziekenhuizen in het gedrang. Langs Vlaamse kant is de openbare ziekenhuissector al een tijdje aan het uitdoven door een sluipende privatisering waardoor hybride (*) ziekenhuizen eerder de regel dan de uitzondering zijn.
Volgens het KCE – de denktank van het ministerie van volksgezondheid – moeten er de komende jaren 5000 acute ziekenhuisbedden sneuvelen. Vanuit de overheid wenst men een grote omslag te maken van residentiële/collectieve zorg naar individuele zorg thuis … om de kosten te drukken.
(*) hybride ziekenhuizen: oorspronkelijk openbare ziekenhuizen die door de sluipende privatisering bestaan uit zowel een openbare poot – voor de verliezen – en een private poot – voor de winsten.
De rugzakjes
Ondanks de ronkende verhalen over het centraal stellen en bevorderen van de autonomie van de patiënt/bewoner/cliënt en allerlei rugzakjes waarmee men dit probeert te verkopen, komt dit neer op besparingen én niet onbelangrijk: het verder opentrekken van de sector voor private en commerciële initiatieven die zich uiteraard enkel storten op de winstgevende brokjes.
Die zogenaamde rugzakjes of persoonsvolgende financiering werd een goede 2 jaar geleden ingevoerd in de gehandicaptenzorg. In 2017 wachtten liefst 14.254 mensen op een persoonsvolgend budget. Dat jaar had het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) 57.710 zorgvragers onder zijn vleugels. De persoonsvolgende financiering zal ook gefaseerd in de ouderenzorg geïntroduceerd worden …
Je hoeft geen kernfysicus te zijn om te beseffen dat fundamentele hervormingen in de gezondheidszorg niet van een leien dakje lopen als die meer dan een minivoetbalploeg aan ministers van volksgezondheid moeten passeren. De eertijds té optimistische raming van 10 jaar wordt nu bijgesteld tot eerder 20 jaar eer alle hervormingen in de gezondheidszorg helemaal doorgevoerd zullen zijn …
Het grootste kapitaal in zorg en welzijn is het … menselijk kapitaal!
Met te weinig middelen, desinvesteringen en een voortschrijdende privatisering/commercialisering van zorg en welzijn blijft de sector wel degelijk verder draaien … maar wel vierkant! De menselijke dimensie in zorg en welzijn, de warme zorg, dreigt helemaal te verzuipen onder routineus fabriekswerk. Warme zorg valt niet te vatten door Excel–tabellen die geïnterpreteerd worden door externe consultants in opdracht van accrediteringstrajecten of andere bureaucraten.
De sector aantrekkelijk maken kan enkel door deftige arbeidsvoorwaarden te garanderen maar dit heeft ook zijn limieten. Bijvoorbeeld een verpleegkundige die aan bed van de patiënt wil werken, kan na haar/zijn studies ‘uitkijken’ naar ploegenwerk, 1 op 2 weekends werken, 1 op 2 feestdagen werken, uurroosters die om de haverklap aangepast moeten worden door collega’s die uitvallen …
Het optrekken van de extraprestaties voor oncomfortabele uren lijkt hier de enige oplossing om de pil te verzachten. De uurroosters in de zorg – sociale beroepen bij uitstek – zijn zeer asociaal!
“Comfortabele kantooruren” zijn niet voor alle beroepsgroepen in zorg en welzijn weggelegd. Maar dat zegt uiteraard niets over het extra werk en dossiers die je op je bord krijgt.
Wat gezondheidszorg betreft, valt het palmares van de huidige regeringen zeer mager uit, zeker als men de reële (groeiende) behoeften bekijkt.
In tegendeel: laat ons niet de miljarden besparingen door de laatste federale regeringen vergeten: “Onder de regering-Di Rupo bespaarde de ziekteverzekering ruim 4 miljard euro, waarvan 1 miljard euro ‘netto besparingen’ (de overige 3 miljard euro werd gerealiseerd door het wegsnijden van de beschikbare marge). De besparingsteller is onder deze regering nog met 3,84 miljard euro aangedikt, waarvan ruim de helft netto besparingen.” (studiedienst Nationaal Verbond van Socialistische Mutualiteiten, december 2017)
We zitten in het begin van een heuse zorgcrisis maar beleidsmakers doen alsof het business as usual is. Op de valreep kon Maggie De Block nog het takenpakket voor de zorgkundigen uitbreiden, wat concreet neerkomt op het regulariseren van taken die zorgkundigen nu in heel wat woonzorgcentra reeds (illegaal) uitvoeren. Dit zou in theorie het steeds groter wordende tekort aan verpleegkundigen moeten opvangen … in theorie.
Het strooibusje van Vandeurzen …
De noodzakelijke investeringen in zorg en welzijn gaan over miljarden, niet over miljoenen: enkele cijfers.
Er is jaarlijks 1,6 miljard euro extra nodig om de wachtlijsten in de gehandicaptenzorg (ongeveer 15.000 personen) volledig weg te werken. Dit is nét geen verdubbeling van het huidige budget van 1,7 miljard euro voor het VAPH.
Vanaf 1 juli krijgen 391 woonzorgcentra in Vlaanderen 22 miljoen euro extra voor bewoners met een zwaar zorgprofiel. Concreet betekent dit 400 extra werkkrachten. Volgens werkgeverskoepel Zorgnet-Icuro is dit echter een druppel op een hete plaat. Volgens hen is er op termijn 2 miljard euro extra nodig om de gepaste zorg en ondersteuning te kunnen garanderen.
Voor een strijdprogramma dat de reële behoeften dekt!
Massale investeringen in zorg en welzijn in plaats van besparingen in de sector!
Stop de privatisering en commercialisering van zorg en welzijn. De overheid moet haar verantwoordelijkheid nemen en zelf hiervoor instaan! Gemeenschapsgeld voor zorg en welzijn is niet bedoeld om de zakken van private aandeelhouders te laten aanzwellen!
Wat in Antwerpen (voorlopig) nog kon tegengehouden worden door een protestbeweging onder de noemer ‘Sociaal werk is niet te koop’ wordt in Gent realiteit: een deel van de daklozenopvang wordt uitbesteed aan G4S. Uitbesteding van delen van de daklozenopvang leidt er uiteindelijk toe dat het sociale element verdwijnt om plaats te maken voor repressie en opvang die beperkt is tot ‘bad, bed, brood’.
Het herfederaliseren van de gezondheidszorg. “Wat we zelf doen, doen we beter,” blijkt een illusie te zijn. Regionalisering is geen wondermiddel voor de diverse wachtlijsten in o.a. de gehandicaptensector.
Regionalisering zorgt voor heel wat problemen!
Door de opeenvolgende staatshervormingen groeien de arbeidsvoorwaarden in onze zeer diverse sector meer en meer uit elkaar. Het zou eigenlijk geen verschil mogen maken waar je werkt: Vlaanderen, Brussel of Wallonië … Hetzelfde geldt voor de diploma’s van de gezondheidszorgberoepen: denk maar aan de discrepantie tussen de verpleegkundige opleidingen in Vlaanderen en Wallonië. Dat is het resultaat van de regionalisering van het onderwijs.
Ons land is maar een vaatdoek groot: 3 verschillende gezondheidszorgsystemen die steeds verder uiteengroeien (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) is een regelrechte absurditeit. Patiënten/bewoners/cliënten houden zich ook niet aan artificiële communautaire grenzen!
Behoud én versterking van de federale sociale zekerheid.
CD&V wil via een zevende staatshervorming vanaf 2024 al wat nog rest van gezondheidszorg op federaal vlak overhevelen naar Vlaanderen. Dit betekent niet meer of minder dan een ernstige stap richting volledige splitsing van de sociale zekerheid.
Om werkbaar werk op lange termijn in de sector mogelijk te maken, is een radicale arbeidsduurvermindering nodig (naar het voorbeeld van zorgexperimenten in Scandinavië) Wel te verstaan: met compenserende aanwervingen gecombineerd met een formeel verbod op (on)vrijwillige deeltijdse arbeid. Deeltijdse arbeid maakt de vrouw immers financieel meer afhankelijk in of buiten het gezin. Gezien de zorgsector een uitgelezen vrouwensector is, pleiten we ook voor massale investeringen in aangepaste kinderopvang én het verregaand socialiseren van de huishoudelijke taken.
Zo een programma gaat uit van de behoeften van de werknemers in de sector en niet van “wat mogelijk is” voor politici en werkgevers, laat staan de commerciële geldwolven. De jonge klimaatstakers hebben het reeds aangetoond: als we onze toekomst laten afhangen van de goede wil van politici en werkgevers … dan zijn we zwaar gesjareld!
Volgens ons is dit alles niet mogelijk in een maatschappij die gedreven wordt door de winstzucht van een zeer kleine minderheid terwijl de overgrote meerderheid steeds meer moet inleveren op levenskwaliteit. Zolang de productiemiddelen (alles wat nodig is om materiële welvaart te creëren) en dus de economie in privéhanden zijn, kunnen we onmogelijk over echte democratie spreken.
Wij streven naar een maatschappij die ten dienste staat van de reële behoeften van de overgrote meerderheid van de bevolking – de zogenaamde 99% – en niet van de waanzinnige opeenhoping van rijkdom door de 1%. Voor ons is dit een democratisch-socialistische maatschappij.
-
Personeel gehandicaptenzorg betoogt
Vrijdag was er in Brussel opnieuw een betoging van de zorgsector. Eerder deze maand betoogden personeelsleden van de woonzorgcentra, nu ging het om de gehandicaptenzorg. De problemen zijn gelijklopend: onvoldoende middelen zorgen ervoor dat er niet genoeg collega’s zijn waaronder ook de kwaliteit van de zorg te lijden heeft. Om de zorg meer af te stemmen op persoonlijke noden, zijn meer middelen nodig. De regering probeert gebruikers en personeel tegen elkaar op te zetten. Daar mogen we ons niet aan laten vangen!De media hadden het over 1.500 betogers, maar dat is een erg lage inschatting. De goede opkomst toont de actiebereidheid om te gaan voor meer personeel en betere zorg.
Enkele foto’s vanop de betoging:
[embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/U85srDwfssRBpUos6]
-
Personeel woonzorgcentra betoogt voor meer collega’s
Betere zorg vereist meer collega’s. Die boodschap brachten honderden personeelsleden uit de woonzorgcentra vandaag in Brussel. Ze trokken van het Centraal Station naar het Martelarenplein. De woede onder het zorgpersoneel is groot. De betoging had groter kunnen zijn indien er veel diensten nu al op minimale dienstverlening draaien waardoor collega’s zich niet konden vrijmaken om actie te voeren. Wij verdeelden onderstaand pamflet van Polsslag. Hieronder het pamflet en dan enkele foto’s.[divider]
Gemorrel in de marge gaat ernstig personeelsgebrek niet oplossen!
Al heel wat jaren wisten beleidsmakers dat we ons aan een rampzalig personeelstekort en dito arbeidsomstandigheden in de zorg konden verwachten. Maar net zoals bij de klimaatbeweging bleef kordate actie vanwege de overheden achterwege, geruchtmakende tv-reportages over de ouderenzorg ten spijt. Pas eind vorig jaar werd een “TASKFORCE ACTIEPLAN 4.0” opgericht die een beleid moet uitstippelen dat een antwoord biedt op het groeiende personeelstekort in zorg en welzijn. De taskforce bestaat uit vertegenwoordigers van de vakbonden, werkgevers en de overheden. Deze kwam reeds één keer samen maar kan alvast niet verdacht worden van revolutionaire ideeën of out-of-the-box denken: veel verder dan het opsommen van de traditionele batterij aan maatregelen komt men voorlopig niet.
Pamflet Polsslag op de actie van het personeel van woonzorgcentra vandaag. PDF
Volgens werkgeversorganisatie Verso zullen er in Vlaanderen tot 2026 jaarlijks zo’n 46.000 nieuwe collega’s in de ziekenhuizen, kinderopvang, rusthuizen, etc. moeten bijkomen. In 2008 stonden er tegenover 100 oudere werknemers (50-plus) 98 jonge medewerkers, in 2016 is dat amper 60. De vervangingsvraag stijgt dus. Dat zijn ertelkens 10.000 meer dan in de afgelopen vijf jaar (+ 28 procent) Volgens Verso verlaat één op acht werknemers de sector(excl. de 55-plussers) Wat het tekort aan verpleegkundigen betreft, spreken volgende cijfers boekdelen: in 2017 behaalden 4.683 studenten een diploma in de verpleegkunde tegenover 10.370 openstaande vacatures bij de VDAB. Ongeveer de helft van de studenten die aan een opleiding begint, behaalt ook effectief de eindmeet. Volgens de meest recente cijfers (2016) zijn er in Vlaanderen 120.555 mensen die gemachtigd zijn om het verpleegkundig beroep uit te oefenen. Hiervan waren 88.110 actief als verpleegkundige. Het Belgisch totaal van verpleegkundigen met een visum bedraagt 202.402 met 143.470 actief in het beroep. Van de 58.932 niet-actieve verpleegkundigen in België zijn er 29.303 of 50% op pensioen.
Importeren van buitenlandse zorgwerkers?
Gezien de tekorten aan zorgwerkers een internationaal fenomeen zijn, lijkt dit een doekje voor het bloeden. Naar aanleiding van de staking van verpleegkundigen en vroedvrouwen in Ierland op 30 januari 2019 voerden meer dan 250 Ierse verpleegkundigen actie met een spandoek voor het bekende operahuis in Sydney (Australië) Op de spandoek stond te lezen: “Geef ons een reden om naar huis terug te keren!” In Duitsland verzet de vakbond ver.di zich met klem tegen de ongebreidelde import van zorgwerkers … om deze collega’s te beschermen tegen de leugenachtige verhalen waarmee ze geronseld worden door commerciële bedrijven én de bijhorende wurgcontracten (immense boetes als ze het contract verbreken eens ze de realiteit op de werkvloer leren kennen)
De grapjassen van Armonea …
In de aanloop naar deze betoging vond Armonea, de commerciële rusthuisuitbater, het nodig om in een opiniestuk een absurd ballonnetje op te laten: “Minder verpleegkundigen lossen het tekort aan verpleegkundigen op.” Het argument bij uitstek is dat in de Waalse WZC’s minder verpleegkundigen ingezet worden.Een woonzorgcentrum met 100 bewoners in Vlaanderen moet over 11,37 voltijdse verpleegkundigen beschikken, in Wallonië maar 7,83 …De zorgzwaarte en complexiteit van de zorg neemt echter hand over hand toe naarmate onze bejaarden ouder worden én (terecht) steeds langer wachten eer ze verhuizen naar een WZC. Maar dat zal waarschijnlijk maar “een detail” zijn voor een bedrijf dat in eerste instantie winst moet genereren in plaats van zorg. Het vervangen vanduurdere verpleegkundigen door goedkopere anderen kan de winst gevoelig opdrijven … De discussie over een doorgedreven functiedifferentiatie in de zorg is al jaren bezig maar het is een brug te ver als men bij voorbaat uitgaat van minder (en welke?) verpleegkundigen.
We verwijzen hierbij naar de discussie over de uitbreiding van het takenpakket van de zorgkundige: één van de hervormingen van Maggie De Block die door het voortijdig vallen van de regering op pauze staat.
De ‘healthcare assistant’
Armonea lijkt mee te gaan met de enge en elitaire visie op het verpleegkundig zorgdomein van de bestuurders van de verpleegkundige beroepsorganisaties. Deze pleiten al langer (tot nu toe tevergeefs) voor een healthcare assistant / ziekenhuisassistent op HBO 5 niveau waarbij zowel de huidige zorgkundigen als de HBO 5 verpleegkundigen zouden verdwijnen. Toch even op wijzen dat in Vlaanderen 45% van de verpleegkundigen een HBO 5 of ‘A2’ diploma op zak hebben.
Meer nodig dan ‘voorzichtige stapjes’ …
We vloeken niet in de kerk als we stellen dat de sociale akkoorden in de Vlaamse en federale zorgsectoren een voorzichtig stapje vooruit zijn maar in het perspectief van de zich ontwikkelende zorgcrisis helemaal niet volstaan.
Het plan van de vakbonden voor de ouderenzorg is een stap in de goede richting. In de WZC’s zijn er momenteel gemiddeld 0,64 personeelsleden per bewoner. De vakbonden eisen een concreet plan dat naar 1 personeelslid per bewoner toewerkt. Verder eist het vakbondsfront nieuwe personeelsnormen en voldoende financiering van de overheid die rekening houden met de gestegen zorgzwaarte van de bewoners. Een andere eis is de uitbreiding van de mobiele equipes om het werk werkbaar te houden. En last but not least: een verbod op het uitkeren van winst in de zorg. Gemeenschapsgeld dient niet om aandeelhouders rijker te maken!
Radicale eisen voor het daadwerkelijk oplossen van de zorgcrisis
Om werkbaar werk op lange termijn in de sector mogelijk te maken, ijveren wij voor een radicale arbeidsduurvermindering (naar het voorbeeld van zorgexperimenten in Scandinavië) met behoud van loon en compenserende aanwervingen. Dit in combinatie met een verbod op (on)vrijwillige deeltijdse arbeid. Deeltijdse arbeid maakt de vrouw immers financieel meer afhankelijk in of buiten het gezin. Gezien de zorgsector een uitgelezen vrouwensector is, pleiten we ook voor massale investeringen in aangepaste kinderopvang én het verregaand socialiseren van de huishoudelijke taken. Zo een programma gaat uit van de behoeften van de werknemers in de sector en niet van “wat mogelijk is” voor politici en werkgevers, laat staan de commerciële geldwolven. De jonge klimaatstakers hebben het reeds aangetoond: als we onze toekomst laten afhangen van de goede wil van politici en werkgevers … dan zijn we zwaar gesjareld! Daarom moeten we ook met zo veel mogelijk deel nemen aan de nationale staking op 13 februari.
[divider]
-
Zelfmoord delegee ‘Mission Locale.’ Dodelijk geweld op het werk
Op dinsdag 4 september verzamelde een groep mensen zich voor het gemeentehuis van Etterbeek. De sfeer was somber. Verdriet en woede overheersten. Enkele dagen voordien, op donderdag 30 augustus, pleegde Sylvie, een vakbondsafgevaardigde van de Mission Locale (een infopunt voor werkgelegenheid en opleidingen) in Etterbeek zelfmoord. Dat gebeurde na aanhoudend geweld en pesterijen op het werk.Het geweld en de pesterijen waren het resultaat van een agressieve directie die ondanks tal van klachten op post bleef. Sylvie was het slachtoffer van een onhoudbare werkdruk die ondanks haar herhaalde verzoeken nooit verlicht werd. Daarbovenop was ze het slachtoffer van dagelijkse pesterijen als straf omdat ze haar collega’s verdedigde. Op het ogenblik dat Sylvie zelfmoord pleegde, zaten vier van de vijf overblijvende vakbondsafgevaardigden thuis met een burn-out, in één geval na een mislukte zelfmoordpoging. Kort voor deze dramatische gebeurtenis eiste de directie van verschillende personeelsleden dat ze een rapport opmaakten tegen een vakbondsafgevaardigde om die af te danken.
Het gemeenschappelijk vakbondsfront merkte op: “Wat de afgevaardigden van de Mission Locale in Etterbeek al jarenlang ondergaan, is ook dagelijkse kost voor heel wat andere delegees die hun collega’s verdedigen. Druk, bedreigingen, pesterijen, ontzeggen van promoties, wraakacties. Dat alles komt vaak voor. En dit omdat de delegees de moed hebben om te spreken, omdat ze hun collega’s proberen te organiseren. Daarom zijn ze vaker het doelwit van directies die geen overleg willen met hun personeel, die geen transparantie willen en geen democratie, ook al wordt die opgedrongen door het louter bestaan van een vakbondsdelegatie. Deze tragische gebeurtenis herinnert ons eraan dat een aanval op delegees gericht is tegen de vertegenwoordigers en de steunpunten van de werknemers en dus tegen de werknemers zelf.”
We stelden tijdens die actie op 4 september in gesprekken met aanwezigen vast dat de situatie bij de Mission Locale van Etterbeek geen alleenstaand geval is. De vakbonden kondigden aan dat er een actieve campagne komt tegen geweld op het werk. Ze eisen ook dat er een audit onder hun controle komt van de werking van de Brusselse Missions Locales.
Steeds meer geweld op de werkvloer
Je slecht voelen op het werk is allesbehalve uitzonderlijk. Dit werd nogmaals aangetoond door een dossier in het weekblad ‘Moustique’ onder de titel “Het werk in vraag gesteld.” De editie met dit artikel kwam een dag na de dood van Sylvie uit. Het blad liet een onderzoek uitvoeren door studiebureau Listen. Daaruit blijkt dat twee op de vijf werkenden al te maken kregen met een onderbreking van het werk als gevolg van fysieke uitputting, overdadige stress, burn-out of pesterijen door hiërarchisch oversten of collega’s. Maar liefst 40% krijgt hier dus mee te maken! Een kwart van de ondervraagden stelde problemen te hebben met het opgelegde werkritme en de prestatiedruk. Er werd ook gepeild naar de belangrijkste bekommernissen: toegang tot zorg, preventie en opvang van naasten kwamen als belangrijkste element naar voren, gevolgd door de situatie op het werk, meer bepaald de onzekerheid en de hardheid ervan.
Op dit ogenblik kampen 28.000 werkenden in ons land met een burn-out en 60.000 met depressie. Steeds meer werkenden ondervinden problemen op hun werkplaats. De steeds hogere werkdruk die met minder middelen moet opgevangen worden, is daar verantwoordelijk voor. Bovendien is er een opgang van onmenselijke managementpraktijken. Anne Everard, auteur van het boek ‘Gids van de burn-out’, stelt dat de situatie drastisch verslechterd is sinds de crisis van 2008: “De bedrijven en publieke machten probeerden hun werking te verbeteren door onder meer op personeel te besparen. Dat verhoogt de druk, er zijn immers minder collega’s. Bovendien is er steeds een proces van herstructureringen en veranderingen.”
Sommigen proberen het probleem te individualiseren door de verantwoordelijkheid bij de werkenden zelf te leggen. Maar er is een duidelijk causaal verband tussen het aantal zieken en depressies enerzijds en de verhoging van de werkdruk, flexibilisering, nieuwe evaluatiewijzen, … anderzijds.
Nood aan verzet!
Werkenden die het slachtoffer van geweld of pesterijen zijn, hebben verschillende mogelijkheden. Ze kunnen zich richten tot de preventieadviseur, vertrouwenspersonen of de medische preventiedienst op het werk. Een slachtoffer kan een “gemotiveerde klacht” indienen om een officieel onderzoek en een verslag af te dwingen. Maar zoals op de actie van 4 september werd opgemerkt door Laure Mesnil van de vakbond CNE, werden in het geval van de Mission Locale in Etterbeek “enkel maatregelen genomen op vraag van de vakbonden. De raad van bestuur nam nooit het initiatief.”
Op het terrein wordt het verschil gemaakt door de kracht van een vakbondsafvaardiging en de ondersteuning ervan door de volledige vakbeweging. Dat is hoe de arrogantie van werkgevers kan bestreden worden. Er is nood aan een brede campagne tegen geweld op het werk en voor de bescherming van delegees. Zo’n campagne biedt de mogelijkheid om eisen te stellen zoals een collectieve arbeidsduurvermindering zonder loonverlies, met bijkomende aanwervingen en met verlaging van de werkdruk.
-
Ziekenhuispersoneel CHR in Luik in actie
“Als we de directie laten doen, moeten we de patiënten met stofzuigers opruimen. En er zouden stapelbedden in de kamers komen.” Zo vatte een verpleegkundige van het ziekenhuis CHR in Luik de werkdruk samen. Het personeel betoogde op 25 januari en gaat verder met acties tegen een pakket besparingen dat bovenop het chronische gebrek aan middelen en collega’s komt. Het gaat om het grootste conflict sinds het opzetten van de ziekenhuisstructuur in de jaren 1980.Begin januari kondigde de raad van bestuur aan dat voor 12 miljoen euro bespaard zou worden. Vooral het personeel moet hiervoor opdraaien: niet-vervanging van wie vertrekt, geen hernieuwing van 35 contracten van bepaalde duur, verlaging van de eindejaarspremie, vermindering van het overloon voor moeilijke uren en overuren. Het personeel heeft er genoeg van.
Zorgpersoneel is erg toegewijd en offert veel op voor het welzijn van de patiënten. De directie hoopte dan ook dat het personeel de besparingen zou slikken. Een verpleegkundige zei ons voor een personeelsvergadering: “We zijn soms bang dat onze acties storen, veel patiënten hebben het immers moeilijk en we willen er voor hen zijn.” Er is geen traditie van strijd bij CHR en veel personeelsleden vrezen represailles of financiële gevolgen van acties.
De woede is echter zo groot dat alle terughoudendheid voor acties verdween. Van bij de eerste personeelsvergadering in gemeenschappelijk vakbondsfront was de betrokkenheid erg groot. Die personeelsvergaderingen waren erg belangrijk om te antwoorden op de leugens van de directie en bepaalde diensthoofden. Ze waren ook belangrijk om het personeel aan het woord te laten. Doorheen dergelijke bijeenkomsten worden de collega’s zich bewust van hun collectieve kracht, zei verpleger en ACOD-delegee Camille Sellier op een syndicaal café van LSP eind februari.
Met een actieplan wordt de druk opgevoerd. Zo was er een betoging met meer dan 700 aanwezigen om het stadsbestuur onder druk te zetten. Dit werd gevolgd door een dag staking en vervolgens twee dagen en dan drie dagen. Telkens werd de volgende stap in het actieplan voorbereid om de strijd uit te bouwen. De nationale actiedag van ACOD op 27 februari werd gebruikt voor een betoging, in vakbondsfront met het ACV, naar de naburige hypermarkt van Carrefour die met sluiten bedreigd is.
Het management deed er alles aan om verschillende diensten tegen elkaar op te zetten. Dat heeft voorlopig weinig effect, ook al besloot de liberale vakbond eind februari om met het vakbondsfront te breken. Veel leden van de liberale vakbond blijven echter betrokken, onder meer via de personeelsvergaderingen die aan de basis een front bouwen.
Voor de directie zijn de besparingen een test om te zien hoe ver ze kan gaan. In Vlaanderen is het proces van fusies en schaalvergroting al veel verder gevorderd waarbij er meerdere types van contracten bestaan voor dezelfde taken. Bij het ter perse gaan van deze krant was er nog geen oplossing voor het conflict. Maar nu reeds is het duidelijk dat de syndicale delegatie op basis van een zo breed mogelijke betrokkenheid een enorme autoriteit heeft opgebouwd waarmee het mogelijk wordt om de strijd te winnen.















