Your cart is currently empty!
Tag: lokale en regionale besturen
-
7 november: staking van Brusselse lokale overheidsdiensten

Betoging personeel lokale besturen in Brussel. Foto: Liesbeth Strijd voor betere lonen, zoals minstens 14 euro per uur.
We hebben in deze krant eerder bericht over de strijd van het personeel van de Brusselse lokale besturen. Sinds meer dan een jaar organiseren de werkenden van de 19 Brusselse gemeenten, de 19 OCMW’s en de openbare ziekenhuizen van het IRIS-netwerk in gemeenschappelijk vakbondsfront een actieplan om hun eisen te verdedigen. Dit botst op minachting van de traditionele partijen. Daarom is een volgende stap gepland: een staking op 7 november.
Artikel door Nico M. (Brussel) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Stop de lage lonen! Minimum 14 euro per uur!
De lonen in de lokale besturen blijft achter bij die van gewestelijke ambtenaren in Vlaanderen, Wallonië en nog meer bij die van het Brusselse gewest. Het verschil tussen de barema’s varieert tussen 2 en 45%, naargelang het niveau. Dit verschil is onaanvaardbaar. De aanpassing van de lonen en de barema’s aan die van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zou bijna 338 miljoen euro per jaar vergen. Om de achterstand in te halen, vraagt het personeel van de Brusselse besturen een verhoging van 10% in alle loonschalen.
Een van de eisen is de afschaffing van de laagste schaal: barema E. Deze schaal is al afgeschaft voor regionale ambtenaren. In het kader van het vorige nationale loonakkoord zette het ABVV een campagne op voor de verhoging van het minimumloon tot 14 euro per uur of 2.300 euro bruto per maand. In Brussel wordt deze strijd geconcretiseerd in de lokale besturen. Daar wordt gestreden tegen onzekerheid, lage lonen en het fenomeen van werkende armen. Op dit ogenblik kan een personeelslid dat aan barema E werkt een hele loopbaan afwerken zonder ooit een brutoloon van 2.300 euro per maand te bereiken. Deze loonschaal is niet beperkt tot enkele uitzonderingen: maar liefst 28% van het personeel in de lokale besturen valt eronder en verdient dus minder dan 14 euro per uur. Om het beeld compleet te maken, moeten we opmerken dat wie in de barema’s D en C werkt pas na een aantal jaar loopbaan aan 2.300 euro bruto per maand komt. Om de eis van minimum 14 euro per uur af te dwingen, moet de loonschaal E verdwijnen en is een verhoging van alle andere barema’s nodig.
Personeel lokale besturen is slachtoffer van onderinvestering door overheden
Terwijl de overheidsinvesteringen in België al historisch laag zijn (1,6% van het BBP in 2013 tegenover 4,5% in de jaren 1980), blijft de Europese Commissie extra besparingen op de uitgaven eisen. Dat is volgens de neoliberale dogma’s nodig om de overheidsschuld af te bouwen. De nieuwe Brusselse regering kreeg een negatieve waarschuwing voor het begrotingstraject. Nochtans voorziet deze regering in 600 miljoen besparingen, waaronder 180 miljoen euro directe besparingen en uitstel van investeringen. De investeringen voor het herstel van de tunnels, die letterlijk op instorten staan door een chronisch gebrek aan investeringen in infrastructuur, en de uitbreiding van het metronet zijn uit de begroting getild om het totale tekort van 1,1 miljard euro in de begroting van 2020 weg te moffelen.
De beloften van de Brusselse meerderheid op sociaal vlak, rond klimaat, een plan voor het isoleren van woningen, nieuwe tram- en buslijnen, huisvesting voor 15.000 Brusselaars die op een wachtlijst voor sociale huisvesting staan, zijn allemaal uitgesteld naar de begrotingscontrole van maart 2020. Dan wordt gezien of het mogelijk is om middelen hiervoor vrij te maken. Het ziet er evenwel naar uit dat die begrotingscontrole vooral nieuwe besparingen zal opleggen, terwijl de beperkte sociale maatregelen op de lange baan worden geschoven. Zo is er nog altijd veel onduidelijkheid over de financiering van de belofte van gratis openbaar vervoer voor jongeren (20 miljoen euro). Zal de MIVB dit bedrag op de kap van het personeel zoeken? Of zullen andere reizigers meer betalen? Om het onderhoud van het vervallen waternet te financieren, gaf de regering groen licht voor een verhoging van de waterprijs. Minister-president Vervoort (PS) zei dat dit een “redelijke” maatregel is.
In de campagnes voor zowel de lokale als de regionale verkiezingen werden heel wat beloften gedaan, ook voor het personeel van de lokale besturen. Vandaag blijft het daar oorverdovend stil over.
Besparingen op uitgaven en werkingskosten van de overheid hebben gevolgen op zowel de levensstandaard van het personeel als de aangeboden diensten. Tussen 2012 en 2016 nam het aantal voltijdse equivalenten bij de lokale overheden in ons land af met 5.200 eenheden. Dit heeft een impact op de arbeidsvoorwaarden van de overblijvers. Taken worden niet meer naar behoren uitgevoerd en de kwaliteit van de dienstverlening aan de bevolking neemt af. Het personeel van de Brusselse lokale besturen koppelt de looneisen terecht aan de eis om alle collega’s te benoemen en aan de noodzaak van collectieve arbeidsduurvermindering met compenserende aanwervingen. Dat is nodig om de openbare diensten te verbeteren. Het is bovendien een maatregel om het beschikbare werk te herverdelen en de werkloosheid terug te dringen.
Het budgettaire keurslijf doorbreken
Zowel in Europa als op alle beleidsniveaus in België vertrekken de traditionele partijen niet van de sociale noden en behoeften, maar van het neoliberale besparingsdictaat dat de gemeenschap laat bloeden om een transfer van middelen naar de rijksten te financieren. Na alle lastenverlagingen en fiscale voordelen is de concentratie van rijkdom aan de top ongezien. Ondertussen gaan wij gebukt onder de gevolgen van het besparingsbeleid.
Het strijdbare actieplan in de lokale besturen in Brussel gaat daartegen in. Het inlossen van de eisen vereist een radicaal plan van publieke investeringen. De gemeentebesturen en het Brusselse Gewest weigeren om daartoe over te gaan. Nochtans verklaarde een meerderheid van de politieke verkozenen in Brussel in de verkiezingscampagne op de een of andere wijze voorstander te zijn van een minimumloon van 14 euro per uur. Ze zijn na de verkiezingen echter niet bereid om het eigen personeel een degelijk loon te waarborgen. Nu beweren ze dat dit onbetaalbaar is. De strijd van het personeel van de lokale en regionale besturen botst op het neoliberale dictaat.
Het budgettaire keurslijf doorbreken, vereist het stopzetten van de afbetaling van de publieke schulden en het einde van de cadeaus aan de grote bedrijven. Het is een strijd om de rekening te presenteren aan de rijken, door de grote fortuinen en de winsten te belasten. Een begroting en bijhorend beleid moet vertrekken van wat nodig is voor de bevolking, niet van de kruimels die de superrijken aan de gemeenschap overlaten. Er waren nog nooit zoveel middelen. De sociaal-economische barometer van het ABVV geeft aan dat de dividenden tussen 1996 en 2017 in absolute cijfers met 216% zijn toegenomen, onze lonen met minder dan de helft daarvan (98%). De loonsubsidies en patronale lastenverlagingen liepen in 2017 al op tot 13 miljard euro.
We moeten strijden voor hogere lonen en betere arbeidsomstandigheden, waaronder een minimumloon van 14 euro per uur. Om uitbuiting radicaal tegen te gaan en de rijkdom te verdelen, is het noodzakelijk om op basis van strijd de sleutelsectoren van de economie onder democratisch beheer van de gemeenschap te plaatsen zodat de aanwezige welvaart kan ingezet worden voor openbare diensten als onderdeel van een economie gericht op de behoeften van de meerderheid van de bevolking en niet de winsten van een kleine minderheid.
-
Brussel: de strijd van de lokale ambtenaren gaat versnelling hoger!

Betoging van personeel van de lokale en regionale besturen in Brussel op 8 november 2018. Foto: Liesbeth De start van het nieuwe werkjaar was de aanleiding voor het gemeenschappelijk vakbondsfront dat het personeel van de lokale en regionale besturen (LRB) van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de ziekenhuizen van het IRIS-netwerk vertegenwoordigt, om haar mobilisatieplan voor de komende maanden aan de pers voor te stellen.
Sinds een jaar voert het front actie rond een ambitieus eisenpakket, in het bijzonder de collectieve vermindering van de arbeidstijd zonder loonverlies en met compenserende aanwervingen, het statuut van alle personeelsleden, een loonstijging van 10% voor alle niveaus en een eindejaarspremie en meer in het algemeen een echt beleid voor welzijn op het werk en stopzetting van autoritaire managementpraktijken. Deze eisen komen niet uit het niets. Ze zijn het resultaat van intensieve interne discussies. Een brede betrokkenheid van medewerkers heeft een uitstekende mobilisatiedynamiek op gang gebracht.
Na een eerste fase van interne sensibilisering, via een petitie, werden de eisen in september 2018 overgemaakt aan de minister-president van het Gewest. Daarna volgde een reeks betogingen in Brussel, meerdere werkonderbrekingen en een rondgang bij de nieuwe gemeenteraden na de verkiezingen van oktober 2018. Dit alles met vele vergaderingen en algemene vergaderingen zodat het personeel de motor was van de campagne.
In de aanloop naar de verkiezingen van mei hebben verschillende vertegenwoordigers van de PS en Ecolo zich solidair verklaard met de strijd van het personeel. Maar toen de werknemersvertegenwoordigers de algemene beleidsverklaring van de Brusselse regering zagen, troffen ze niets aan over het personeel van de lokale overheden. Er was sprake van een loonsverhoging maar alleen voor de burgemeesters!
De afschaffing van graad E is op regionaal vlak al gebeurd, maar niet op lokaal vlak. Het gaat om de grootste groep gemeentepersoneel: 28% van hen werkt aan deze graad. Het maakt dat er een groot verschil is met de regionale barema’s die 13,93% hoger liggen (goed voor 178,45 euro per maand).
Een drukke agenda bij de start van het werkjaar
Het gemeenschappelijk vakbondsfront ziet in het Brusselse bestuursakkoord een oorlogsverklaring. Er wordt terecht een uitgebreid actieplan voorzien voor 2019. Oktober wordt een actiemaand in opbouw naar een regionale staking op 7 november, een jaar na de staking van vorig jaar. Er is een stakingsaanzegging ingediend die alle acties van september tot december dekt.
Deze momenten van mobilisatie zullen gepaard gaan met momenten van debat en discussie. Dat moet ervoor zorgen dat het personeel controle uitoefent op zijn strijd. Brussels minister voor Lokale Besturen, Bernard Clerfayt (Défi), is de enige burgemeester die heeft geweigerd om de werknemers te ontvangen tijdens de rondgang langs de gemeenteraden. Op de algemene vergaderingen zal men dus ook moeten bediscussiëren of hardere acties en meer stakingen mogelijk zijn, aangezien de autoriteiten tot nu toe doof blijven voor de eisen.
-
Brussels gemeentepersoneel staakt en betoogt
Vandaag trok een strijdbare betoging van personeel van gemeenten, OCMW’s en publieke ziekenhuizen in Brussel door de hoofdstad. Er werd gestaakt rond offensieve eisen: forse loonsverhogingen (10% opslag wordt er geëist!), arbeidsduurvermindering met bijkomende aanwervingen, statutair maken van contractuele tewerkstelling, …
Rond deze eisen wordt al langer actie gevoerd: er was eerst een petitie, deze werd vervolgens afgegeven tijdens een kleine actie, daarna waren er succesvolle werkonderbrekingen vlak voor de verkiezingen en nu dus een staking met betoging. “Alles wordt duurder, maar onze lonen volgen niet,” is een centrale slogan in deze beweging die de afgelopen maanden is opgebouwd.De betogers trokken onder meer langs de kantoren van de PS, waar Brussels kopstuk Laurette Onkelinckx even naar buiten kwam om te zeggen dat ze de eisen van de betogers steunt. Daar was in de onderhandelingen voor de lokale coalities nochtans niet veel van te merken. Eisen als de 30-urenweek of het minimumloon van 14 euro per uur worden door de PS wel in congresteksten gesteund, maar niet in lokale bestuursakkoorden. De vakbondseisen waren nochtans een aangewezen onderdeel geweest in gelijk welke onderhandeling over een progressief bestuur.
De betoging passeerde verder nog in de buurt van de kantoren van werkgeversfederatie VBO. Benieuwd of ze daar de luide slogan ‘Weg met de lage lonen’ hebben gehoord… Eindigen deed de betoging aan de lokalen van ACOD LRB (Lokale en Regionale Besturen) waar gediscussieerd werd over volgende stappen in de strijd.
Met deze beweging toont het Brussels gemeentepersoneel wat het belang van een opbouwend actieplan is. Ook wordt het nut van offensieve eisen getoond. Deze beweging klaagt niet alleen de tekorten aan: er worden eisen gesteld die er een antwoord op bieden. Na deze staking en betoging moet de strijd doorgaan met een verdere uitbreiding van de betrokkenheid van onderuit bij de acties.
Foto’s door Liesbeth
[embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/BvbetahAmdyqc34t9] -
Alles wordt duurder, maar loon volgt niet
Bijna de helft van de Belgische werknemers bevindt zich in een onzekere situatie of heeft moeite om rond te komen. Een studie uit 2016 gaf al aan dat 4 op 10 werknemers de eindjes moeilijk aan elkaar kan knopen. Dat is wellicht nog een onderschatting als de hoge schulden erbij genomen worden. Op 1 juli 2017 bedroeg het interprofessionele minimumloon 1.562,59 euro bruto, ongeveer 9,5 euro per uur. Zelfs voor wie voltijds werkt, is dat onvoldoende om een waardig leven te leiden. Deze vaststelling vormde de basis voor de campagne voor een minimumloon van 14 euro per uur, onder meer gevoerd door het Luikse ABVV en de voedingscentrale Horval.
Artikel door Nicolas Croes uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
In Brussel komt het gemeenschappelijk vakbondsfront in actie rond de lage lonen en onzekere arbeidsvoorwaarden. Er is een actieplan opgesteld met offensieve eisen: verhoging van alle loonschalen met 10%, arbeidsduurvermindering met bijkomende aanwervingen en zonder loonverlies, eindejaarspremie in heel de publieke sector voor een bedrag gelijk aan een 13e maand en tenslotte verbetering van de arbeidsvoorwaarden (bijkomend personeel en omzetten van contractuele in statutaire tewerkstelling) om de kwaliteit van de openbare diensten te verbeteren.
Er werd een petitie rond deze eisen opgezet om ze onder het personeel te populariseren waarmee de basis gelegd werd voor een actieplan dat door ACOD-LRB (Lokale en Regionale Besturen) werd besproken op de algemene vergadering van 11 september. Op 20 september trokken enkele tientallen militanten van de drie vakbonden met 10.000 handtekeningen naar het kabinet van Brussels Minister-President Rudi Vervoort (PS).
Bij de overhandiging van de handtekeningen merkte ACOD-LRB op: “We zijn niet naïef. Aangezien de lokale overheden verantwoordelijk zijn voor hun personeelsbeleid, zullen we hen vragen om hun verantwoordelijkheid te nemen. We zullen dit doen met acties in gemeenschappelijk vakbondsfront op 11 oktober en dit bij alle lokale overheden. De strijd is pas begonnen.” Op 11 oktober waren er werkonderbrekingen van twee uur door het personeel van de gemeenten, OCMW’s en van de publieke ziekenhuizen.
Het succes van deze actiedag (zie foto’s) was meteen een opstap naar een volgende actie: een regionale staking met betoging op 8 november gevolgd door een algemene vergadering waarop het vervolg van de beweging wordt besproken.
Het pamflet van ACOD-LRB stelt onder meer: “Ik wil niet leven om te werken.” Wie herkent zich daar niet in? Het opbouwend actieplan van het gemeentepersoneel in Brussel is een inspirerend voorbeeld van hoe we offensieve eisen in actie kunnen verdedigen waarbij we steeds meer collega’s in de strijd betrekken.
[divider]
Foto’s: werkonderbreking in het Brugman-ziekenhuis op 11 oktober
1/ De petitie was een belangrijk instrument om de acties te populariseren onder de collega’s en om zoveel mogelijk werkenden te mobiliseren.
2/ Algemene vergadering bij het begin van de werkonderbreking. Na de toespraken door de delegees, kon iedereen die dit wenste het woord nemen om te spreken over concrete ervaringen.
3/ Vervolgens werd een actie gehouden aan de ingang van het ziekenhuis. Op de spandoeken werd een lege ruimte gelaten waarop alle personeelsleden hun mening konden schrijven.
4/ Tenslotte was er een betoging op het domein van het ziekenhuis. Het was onmogelijk om de eisen van het personeel niet te horen. Maar om de directie te overtuigen, zal er meer nodig zijn …
-
Personeel lokale en regionale besturen in actie
Zowat 2.000 rode en een enkele groene militant trokken deze voormiddag door de straten van Antwerpen om te betogen tegen de afbouw van het personeel en de dienstverlening bij de lokale en regionale besturen. Het ongenoegen in deze sector is groot omdat ze als eerste geraakt wordt door de besparingsdrift die na de verkiezingen van 25 mei op alle niveaus hoogtij zal vieren.
Na de gemeenteraadsverkiezingen van 2012 kondigden verschillende steden en gemeenten meteen aan dat ze zouden moeten besparen. Het verlies van middelen door de financiële crisis en het bijhorende debacle van Dexia en de Gemeentelijke Holding versterkten de reeds bestaande tekorten. Meteen na de verkiezingen werd duidelijk gemaakt waar de steden en gemeenten, los van welke partijen in de coalitie zaten, het geld zouden zoeken: bij de dienstverlening en het personeel. Zo moeten er in Antwerpen alleen 1.400 jobs verdwijnen.
De afbraak is al bezig. De spreker van ACOD-LRB merkte voor de start van de betoging vandaag op dat er al zowat 3.000 jobs verdwenen zijn, waarvan 2.000 contractuelen wiens contract niet werd verlengd. Alles samen dreigt een sociaal bloedbad met tienduizenden jobs die verdwijnen, al dan niet via natuurlijke afvloeiingen en niet-vervangingen. Uiteraard betekent dit ook een afbouw van de dienstverlening aan de bevolking.
De betoging vandaag ging enkel uit van ACOD, de twee andere bonden stapten niet mee op. Spijtig dat er geen vakbondsfront was, dat zou de mobilisatie immers vergemakkelijken. Nu stelden heel wat aanwezigen dat ze meer collega’s hadden kunnen meekrijgen indien alle vakbonden meededen. Waar diensten niet gesloten werden, betekent een staking door rode vakbondsleden dat andere personeelsleden dubbel zo hard moeten werken. De argumenten van de groene en blauwe vakbond om niet mee te doen, schieten tekort. De dreiging van het sociaal bloedbad – een dreiging die al geconcretiseerd wordt – is te belangrijk om niet in actie te komen. Om de slagkracht te vergroten zou een actieplan in eengemaakt vakbondsfront natuurlijk het beste zijn. Aan de basis is daar alleszins vraag naar.
Zeker vanuit Antwerpen was er een goede opkomst. Verschillende diensten zoals de districtshuizen, afvalophaling en bibliotheken sloten de deuren. Er waren ook telkens kleine delegaties van zowat alle steden en gemeenten in de provincie en van ver daarbuiten. Er was zelfs een opgemerkte en bijzonder welgekomen Franstalige delegatie uit Brussel met onder meer militanten van het Brugmann ziekenhuis.
Er is een bereidheid tot strijd en er was een goede mobilisatie. Nu zal het erop aankomen om dit aan te grijpen om te bouwen aan een breed front van verzet tegen alle besparingen. De lokale en regionale besturen hebben het verschil van voor en na de gemeenteraadsverkiezingen gemerkt. Nu al spreken politici en analisten van een enorme ‘opportuniteit’ van vier jaar zonder verkiezingen en zelfs vijf jaar zonder parlementsverkiezingen. Ze bedoelen daarmee dat de besparingslawine die in de steden en gemeenten op gang is getrokken op grotere schaal zal doorgetrokken worden naar alle niveaus.
Ofwel laten we ons niveau per niveau afslachten, ofwel gaan we samen in verzet en organiseren we onze strijd. Een jaar geleden publiceerden we deze analyse van de lokale en regionale besturen met enkele suggesties voor een actieplan en eisen. Deze voorstellen van voormalig ACOD-LRB secretaris Marc Van Hecke zijn na vandaag des te actueler, de gezamenlijke betoging was een goede stap. Laat ons nu verder gaan!
-
Personeel lokale besturen in actie op 30 april
Op 30 april voert het personeel van de lokale besturen actie. De besparingslawine treft de gemeenten en lokale besturen erg hard. Na de gemeenteraadsverkiezingen werd vrij snel overgegaan tot plannen om het personeel en dus ook de dienstverlening af te bouwen. Het is een voorbode van wat ons na 25 mei op alle niveaus te wachten staat. Het personeel van de lokale besturen voert op 30 april actie tegen de afbouw van de openbare diensten waarbij 25.000 jobs bedreigd zijn. Hieronder het pamflet dat ACOD LRB in Antwerpen verspreidt. [divider]
Openbare diensten moeten opnieuw een prioriteit van het beleid worden. Ze zorgen voor het algemeen welzijn en een verdeling van de rijkdom. Ze zijn cruciaal voor de koopkracht en verzekeren iedereen een toegang tot kwaliteitsvolle diensten. Stop met snoeien in de openbare diensten. Misbruik hen niet om budgetten te doen kloppen. Zowel op het vlak van koopkracht, extra jobs als op kwaliteit krijgt de Vlaamse regering een onvoldoende. Besparingen ontnemen lokale besturen hun zuurstof, 25.000 jobs zijn in gevaar. De Vlaamse en federale overheid moeten de financiële situatie mee oplossen.
5 REDENEN OM OP 30 APRIL 2014 OP STRAAT TE KOMEN !
Er moet dringend meer personeel bijkomen! Maar de beleidsverantwoordelijken laten ons in de kou staan, terwijl de noden enorm zijn: in heel veel diensten en voorzieningen is er een te hoge werkdruk!
Ik kom dus op straat voor MEER JOBS !
We moeten niet alleen nieuwe mensen vinden voor die extra jobs. Daarnaast moeten de komende jaren heel veel collega’s die op pensioen gaan, vervangen worden. We gaan die alleen maar vinden als onze jobs aantrekkelijk zijn!
Ik kom dus op straat voor MEER NIEUWE COLLEGA’S !
Opleiding, ondersteuning, kwaliteitsvolle jobs, maatregelen om werk en gezin beter op elkaar af te stemmen zijn heel belangrijk om onze job goed te kunnen doen met gezinsvriendelijke werkuren. Geen vrijwilligerswerk, maar volwaardige jobs in de lokale besturen.
Ik kom dus op straat voor een KWALITEITSVOLLE JOB !
We eisen een volwaardig nieuw sectoraal akkoord met werkzekerheid voor alle huidige personeelsleden in de lokale besturen. We willen goede loon- en arbeidsvoorwaarden en behoud van de index.
Ik kom dus op straat voor MEER KOOPKRACHT !
Wat met onze gemeente- en OCMW diensten? Wanneer krijgen wij erkenning voor het werk dat we aan de bevolking leveren? Hoe zit het met onze statutaire tewerkstelling?
Ik kom dus op straat voor EEN VOLWAARDIGE TEWERKSTELLING!
Om onze eisen kracht bij te zetten roepen wij onze leden op tot een 24 urenstaking.
Wij verzamelen vanaf 9.00 uur aan het ACOD Bondsgebouw, Ommeganckstraat 47 – 49 te Antwerpen, toelichting is voorzien door de federaal secretaris ACOD-LRB om 09.30 uur. Om iedereen de mogelijkheid te geven om aan deze betoging te kunnen deelnemen, gaat de stakingsaanzegging in bij de aanvang van de nachtploeg op dinsdag 29 april 2014 en eindigt voor de continu-diensten op woensdag 30 april 2014 bij het einde van de dagtaak.














