Category: Afrika

  • Welke weg vooruit in Congo

    Het regime van de Kongolese president Kabila wordt in haar voortbestaan bedreigd. Rebellen hebben het land in de tang. In het Oosten naderen ze Kisangani (Stanleystad) en leveren ze slag om Kalemie, in het Westen staan ze voor de poorten van Kinshasa. De parallellen met de gebeurtenissen van goed 2 jaar geleden, toen Kabila’s guerilla diktator Mobutu verjoeg , zijn frappant. Toch zijn er belangrijke verschillen, niet in het minst omdat Kabila nog steeds krediet krijgt van een deel van de bevolking.

    Eric Byl, 1998

    Kabila’s opmars werd gedragen door het volk

    Toen Kabila’s rebellen eind ’96 voor het eerst opdoken in de Kivu-streek, dacht men te maken te hebben met een etnische stammentwist. Zoals vandaag kwamen ook toen de Banyamulenge, Kongolese Tutsi’s, als eersten in aktie. Het Mobutu-regime had er immers haar specialiteit van gemaakt om de onrust onder de bevolking af te leiden naar etnische konflikten.

    In oktober ’92 leidde dit nog tot de uitwijzing van 200.000 mensen die voor de onafhankelijkheid in ’60 waren ingeweken om in de mijnen te werken. In ’93 vielen 7.000 doden bij incidenten tussen verschillende bevolkingsgroepen in Noord-Kivu. Op 7 oktober ’96 kondigde Mobutu’s vice-gouverneur van Bukavu aan dat 300.000 Banyamulenge binnen de week het land moesten verlaten. Dit, samen met de aanvallen van extremistische Hutu-vluchtelingen op Zaïrese Tutsi’s, deed de bom bartsen.

    Al snel werd duidelijk dat de opstand meer was dan een etnische twist. Intussen waren de Banyamulenge aangesloten bij de op 18 oktober ’96 opgerichte Alliantie van Demokratische Krachten voor de Bevrijding van Kongo-Zaïre (AFDL). Deze alliantie stond onder leiding van Laurent Kabila, tot dan de leider van de PRP (Partij van de Volksrevolutie) en bevatte voorts het CNRD (Nationale Raad van het Verzet voor de Demokratie) van Kissasse, het MRLZ (Revolutionaire Beweging voor de Bevrijding van Zaïre) van Masusu Nindaga en het ADP (Demokratische Alliantie van het Volk).

    Algemeen sekretaris van de AFDL werd de Banyamulenge Déogratias Bugera die vandaag door het hooggerechtshof van Kinshasa aangeklaagd wordt wegens hoogverraad voor zijn steun aan de huidige rebellen. De alliantie maakte aanvankelijk weinig indruk. Internationale waarnemers en de media gingen ervan uit dat het niet meer was dan een schaamlapje voor een buitenlandse interventie door Rwanda en Oeganda.

    De regimes van beide buurlanden hadden trouwens goede redenen om de grens met Zaïre over te steken. Toen het FPR (Rwandees Patriottisch Front) in ’94 de macht in Kigali (Ruanda) overnam, vluchtten heel wat Hutu’s naar Zaïre. Onder hen ook 30.000 aanhangers van de extremistische Hutu-militie Interahamwe en 40.000 soldaten van de FAR (het voormalig Rwandees leger). Die pleegden op bijna dagelijkse basis aanslagen in Rwanda. Kigali beschuldigde Kinshasa en de internationale gemeenschap ervan hieraan niets te willen doen en dreigde ermee zelf de kampen te zullen opruimen.

    Bovendien voerden andere gewapende krachten, o.a. de Alliantie van Demokratische Krachten (ADF) vanop Zaïrese bodem aanvallen uit op Oeganda. Geen wonder dus dat voor beide landen de rebellie van het AFDL en de Banyamulenge een geschenk uit de hemel was dat ze van bij het begin steunden.

    Etnische konflikten en steun vanuit Rwanda en Oeganda waren noodzakelijke voorwaarden voor Kabila om zijn offensief te starten en een zekere slagkracht te verwerven. Hetzelfde geldt voor de minder expliciete, maar evenmin onbelangrijke, steun die Kabila kreeg van Burundi, de rebellen van Zuid-Soedan, Angola en vooral de Katangese Gendarmes.

    Die steun is echter onvoldoende als verklaring voor de vlotte overwinning van Kabila. Integendeel, ondanks deze steun liet de uitrusting van Kabila’s troepen te wensen over. Wie herinnert zich niet het geschimp over de gummi-botjes waarmee de soldaten van het AFDL waren uitgerust? Aan de uitrusting en de slagvaardigheid van de rebellen was de overwinning geenszins te danken. Gelukkig kwam er, eens de Kivu bezet, nog maar weinig vechten aan te pas.

    De haat ten aanzien van het korrupte Mobutu-regime zat zo diep dat niemand het nog voor de diktator wou opnemen. Diens troepen waren niet of onderbetaald, kompleet gedemoraliseerd en sloegen ofwel aan het plunderen alvorens te vluchten ofwel liepen ze over naar Kabila, waar ze wel soldij kregen.

    Hier en daar werd erop gewezen dat Kabila’s troepen nog nooit echt gevochten hadden, dat ze door Mobutu’s goedbetaalde en goed uitgeruste elite-troepen, de Speciale Presidentiële Divisie (DSP), gestopt zouden worden. Sommigen beweerden dat Kinshasa , een stad met 6 miljoen inwoners, onmogelijk door Kabila’s slecht uitgeruste troepen kon worden ingenomen. Ze beweerden dat Franse en Amerikaanse troepen klaar stonden om in te grijpen.

    Hun fout was dat ze enkel de militaire kant van de zaak zagen en geen oog hadden voor het enthousiasme waarmee Kabila’s «bevrijdingsleger» onthaald werd. Kabila heeft de macht niet veroverd, hij is – eens Kivu «bevrijd» – door de bevolking aan de macht gegooid.

    De verwachtingen worden niet ingelost

    Op 16 mei ’97, 32 jaar nadat hij door het Westen werd uitverkoren om haar belangen in de regio te behartigen, ontvlucht de doodzieke diktator Mobutu het land. Een dag later trekken de troepen van het AFDL Kinshasa binnen en roept Kabila zichzelf uit tot president van de «Demokratische Republiek Kongo». Kabila staat voor immense uitdagingen: de Mobutu-kliek heeft het land geruïneerd.

    Sinds ’88 is de ekonomie met 40% gekrompen. De buitenlandse schuld bedraagt 141% van het BNP. De aflossing ervan slokte in ’91 2/3 van de overheidsuitgaven op, tegen minder dan 2% voor gezondheidszorg en onderwijs. De diensten zijn totaal ingestort. Heel de ekonomie staat in dienst van het Westers imperialisme en de wereldmarkt. Landbouw en infrastruktuur worden echter verwaarloosd.

    Dit leidt tot schrijnende tegenstellingen. Zo wordt in de stad Mbuji-Mayi wekelijks ter waarde van 450 miljoen BEF aan diamanten gedolven. Diezelfde stad beschikt echter niet over drinkwater, riolen, elektriciteit, telefoon en ziekenhuis, heeft nagenoeg geen asfaltwegen en slechts één nauwelijks werkende school! Als klap op de vuurpijl zijn de prijzen van koper en goud gedaald wegens overaanbod. Net die inkomsten zouden nodig geweest zijn om de landbouw en de infrastruktuur nieuw leven in te blazen.

    Kabila had een beroep kunnen doen op de bevolking om deze ekonomische impasse te doorbreken. Hij had de arbeiders en de arme boeren kunnen betrekken bij het opstellen en toepassen van een plan van heropbouw. Hij had beslag kunnen leggen op de goederen en de gelden van de Mobutu-kliek, niet om de schulden die het korrupt regime gemaakt heeft terug te betalen, maar om een massaal programma van openbare werken op te starten. Hij had de sleutelsektoren van de ekonomie kunnen nationaliseren en plannen in het belang van de massa’s.

    Hij had zich kunnen baseren op de brede bevolking door vrije vakbonden toe te staan, door de volkskomitees uit te bouwen en door allerlei sociale projekten (scholen, ziekenhuizen,…). Hij had een staatsmonopolie kunnen instellen dat de uitvoer van de rijkdommen kontroleerde. Op die manier had Kongo onafhankelijk kunnen blijven van het imperialisme, had het de belangen van de bevolking centraal kunnen stellen, zou het een voorbeeld geweest zijn voor heel zwart Afrika en een aantrekkingspool voor internationale solidariteit.

    Kabila koos een andere weg. Hij hengelde naar de steun van het imperialistische Westen. Hij sloot kontrakten met mijnmaatschappijen als American Mineral Fields en Anglo American. Grote Belgische investeerders als Texaf – een dochter van Cobepa – George Forrest International, Petrofina en Union Minière werden geen strobreed in de weg gelegd.

    Sommigen zeggen: «Kabila had geen keuze. De voorwaarden voor een socialistische planning van de produktie zijn niet aanwezig. Eerst moet er een periode zijn van kapitalistische ontwikkeling, tijdens dewelke een arbeidersklasse gevormd wordt. We zijn nu in het stadium van de nationaal-demokratische revolutie, een stadium waarin de arbeiders, de arme boeren en delen van de nationale burgerij samen de strijd tegen het imperialisme aanbinden.» Deze (stalinistische) theorie van 2 stadia hangt ook Kabila aan: hij wil het grootkapitaal «gebruiken» bij de heropbouw van het land, hij wil naar eigen zeggen: «een sociaal gekorrigeerde marktekonomie».

    Het is echter een kapitale fout te denken dat het mogelijk is de produktie zowel op de winst als op de sociale noden van de bevolking te richten. We weten wat kapitalisme vandaag betekent voor de arbeiders en arme boeren in de derde wereld: speciale ekonomische zones waar werkdagen van 16 uur aan een hongersloon de norm zijn. Wie zich niet naar deze norm schikt, maakt geen kans op de wereldmarkt. «Sociaal» kapitalisme behoort zelfs in het rijke Westen steeds meer tot het rijk der fabels, laat staan in een geruïneerd en geplunderd land als Congo.

    Kabila probeert zaken te verenigen die niet verenigbaar zijn. Vandaar zijn wispelturig gedrag dat zich uit in het niet of onvoldoende nakomen van zijn overeenkomsten met de mijnmaatschappijen. Vandaar ook zijn dubbelzinnige houding ten aanzien van arbeiders en arme boeren.

    Enerzijds is Kabila er (tijdelijk ?) in geslaagd de korruptie terug te dringen, de prijzen te doen dalen en de lonen uit te betalen. Dit verklaart deels het krediet dat hij voorlopig van de bevolking in Kinshasa nog krijgt. Anderzijds werpt Kabila zich op als een moraalridder door «onzedelijke kledij» als mini-jurken te verbieden en «onkuise» muzikanten te censureren. «Papa Kabila» of «Mwee Kabila» noemt men hem in Kinshasa. Dit drukt uit hoe Kabila zichzelf ziet: als leider van de natie die boven de klassen staat. Wij noemen zoiets een diktator.

    Een diktatuur was de meest logische uitkomst van Kabila’s machtsovername. Die was immers niet gebaseerd op de bewustmaking en mobilisatie van de bevolking, in het bijzonder de stedelijke bevolking, maar op de militaire discipline van een boerenleger. Indien Kabila al beroep deed op de stedelijke massa’s, dan was dit als steun voor de militaire aktie. Marxisten sluiten guerillataktieken niet uit, maar zoals Lenin benadrukte: guerilla mag hoogstens een hulpmiddel zijn ter ondersteuning van de strijd van de massa’s die de beslissende faktor zijn in de revolutie.

    Op kapitalistische basis bestaat er geen uitweg voor de Kongolese massa’s uit de miserie. Kabila’s weigering om te kiezen tussen kapitalisme en socialisme is meteen de reden waarom hij er niet in slaagt de impasse te doorbreken. Zijn onvermogen om af te rekenen met de Hutu-milities in het Oosten heeft al een deel van zijn steun doen afbrokkelen. Dat verklaart het ongenoegen van de Banyamulenge, Museveni (Oeganda) en Kagame (Rwanda) die zich door Kabila in de steek gelaten voelen.

    De rebellie kreëert op haar beurt openingen waarvan de oude machten profiteren om hun verloren invloed te herstellen. Vooral bij de rebellen, maar ook aan de zijde van Kabila, duiken oud-Mobutisten op. Frankrijk, dat sinds operatie Turqoise en het verdrijven van Mobutu haar steunpunten in de regio kwijt was, ziet in steun aan de rebellen een kans om opnieuw mee te praten. De VS zijn wat voorzichtiger, maar een verzwakking van Kabila zou ook hen niet slecht uitkomen. China ziet brood in de rijke grondstoffenvoorraad en speciale ekonomische zones.

    Kabila heeft beroep gedaan op de Organisatie voor Afrikaanse Eenheid (OAE). Angola en Zimbabwe hebben hun steun toegezegd. Als de rebellen Kinshasa nog niet binnengetrokken zijn dan heeft Kabila dit uitsluitend te danken aan de steun die hij nog geniet bij de bevolking. In plaats van die bevolking te mobiliseren op een socialistisch projekt verkiest Kabila echter de methodes van zijn voorganger: het stimuleren van etnische tegenstellingen. In plaats van de nationaal-demokratische revolutie zou dit wel eens kunnen leiden tot het uiteenvallen van Kongo en de Balkanisering van de regio.

  • Nigeria: twee socialistische activisten opgepakt

    Op 7 juli werden twee leden van de Democratic Socialist Movement (DSM) in Nigeria opgepakt. Het gaat om Ijo Omarkire (OJ) en Peluola Adewale (Pelad). Die werden aan een bushalte opgepakt door de politie van de lokale autoriteit van Oshodi Isolo in Lagos. Volgens de politie werden de twee opgepakt omdat ze in het bezit waren van exemplaren van Socialist Democracy, het blad van de DSM. De politiecommissaris nam aanstoot aan het editoriaal waarvan de titel luidde als volgt: "Algemene stakingen: hoe vechten tegen de kapitalistische regering van Obasanjo". Dat is volgens de politie een belediging van de regering…

    Segun Sango, Lagos

    Op het ogenblik dat Pelad en OJ werden gearresteerd kwamen ze van een bijeenkomst op het Lagos University Teaching Hospital (LUTH) in Idi-Araba, Lagos, waar ze de solidariteit van de DSM voor de stakende gezondheidswerkers hadden overgebracht. Die arbeiders vechten voor betere lonen en arbeidsvoorwaarden. De strijd is er al bijna drie weken aan de gang.

    De verantwoordelijken van het Mosafejo politiekantoor in Oshodi weigeren in te gaan op de vraag van de DSM om de gearresteerde kameraden vrij te laten met betaling van een borgsom.

    De DSM veroordeelt de militaire repressie tegen haar kameraden. Deze repressie komt er omwille van het "misdrijf" om in het bezit te zijn van een anti-regeringspublicatie in een zogenaamde democratie. We eisen de onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van onze kameraden.

    Als de politie meent dat onze kameraden enige wet hebben overtreden, moeten ze maar een rechtszaak beginnen voor een bevoegde rechtbank. We menen echter dat dit niet het geval is en dat de arrestatie totaal willekeurig is.

    Update

    In de loop van donderdag zijn twee kameraden vrijgelaten, maar bleek dat er drie leden van de DSM waren opgepakt. Eén van hen zit nog steeds vast.

  • Nigeria: opnieuw algemene staking

    Van 9 tot 11 juni lag het openbare leven in Nigeria zowat plat omwille van de vierde algemene staking in evenveel jaar tijd als protest tegen de nieuwe aanval van de regering tegen de arbeiders en de armsten. De bevolking was er woedend over de nieuwste stijgingen van de benzineprijs. Er komt meer en meer ongenoegen tegenover het autoritaire regime van ex-generaal Obasanjo waardoor een grote meerderheid van de bevolking de oproep van de vakbonden opvolgde om het werk neer te leggen.

    Robert Bechert

    Miljoenen Nigerianen zijn de corruptie van de heersende elite beu en zagen in de staking de enige methode om hun stem te laten horen. Minder dan een jaar geleden was er een algemene staking waardoor het land tot stilstand kwam. Die staking kwam er na een prijsstijging van benzine van 26 Naira (19 Eurocent) tot 40 N (30 cent). Die strijd eindigde met een compromis waarbij de NLC (de belangrijkste vakbondsfederatie) een prijs van 34 N aanvaardde. Sindsdien is de prijs echter blijven stijgen. Vorige maand moest 50 tot 55 N betaald worden voor een liter benzine, voor een liter kerosine (dat gebruikt wordt om te koken) is de prijs gestegen van 39 N tot 75 N.

    De aanhoudende strijd tegen de prijsverhogingen maken duidelijk dat veel Nigerianen kwaad zijn. Ze zijn kwaad omwille van een hele reeks elementen. Er is de levenstandaard – de invloed van de prijsstijging op de kosten om te reizen, te koken,… is enorm. Het is algemeen geweten dat de heersende elite de grote meerderheid van het inkomen uit olie-exporten gewoon steelt. De elite heeft bovendien 4 lokale olieraffinaderijen bewust laten verloederen, waardoor nu olie moet ingevoerd worden voor de binnenlandse markt! Er is ook het gevoel dat de bevolking zou moeten kunnen mee profiteren van de hoge olieprijzen op de wereldmarkt.

    In oktober vorig jaar en januari dit jaar werden telkens op het laatste moment algemene stakingen afgelast nadat een compromis werd gesloten met de regering. Daarbij werd een prijsstijging tot 38N aanvaard, maar dat compromis hield geen stand. De vakbondsfederatie heeft nu na enkele dagen van algemene staking een nieuw compromis aanvaard en de staking “opgeschort”. Het compromis voorziet in een prijs van 40 tot 41 N per liter benzine in Lagos. De prijzen buiten Lagos zijn niet bepaald in het akkoord. Maar zelfs dit akkoord komt onmiddellijk onder vuur te liggen omwille van de benzinetekorten nadat de eigenaars van tankstations aankondigden dat ze weigeren aan deze prijs te verkopen.

    De leiding van de vakbondsfederatie NLC doet geregeld radicale uitspraken, maar trekt er niet de nodige conclusies uit. Adams Oshiomhole, de voorzitter van de NLC, zei in een interview met het dagblad “Vanguard” voor de staking dat de NLC niet dezelfde fouten zou maken als in het verleden aangezien de regering in het verleden getoond heeft dat ze zich niet houdt aan gemaakte afspraken. Hij zei: “We weten nu dat het sluiten van een akkoord met deze regering enkel kan als het ook effectief uitgevoerd wordt, de vorige akkoorden werden immers niet gerespecteerd.”

    Dat is een correcte beschrijving van wat gebeurde in het verleden, maar het gebeurt nu gewoon opnieuw. Als het compromis nu al gebroken wordt, is het duidelijk wat de volgende stap zou moeten zijn. De Democratic Socialist Movement (DSM, Nigeriaanse afdeling van het CWI) heeft gewaarschuwd voor de gevaren van de houding van de NLC-leiding. Wij stellen dat er in de mobilisatie democratische structuren moeten opgezet worden om de acties en de strijd te organiseren en een perspectief van socialistische verandering naar voor te brengen. Nigeria kent een erg turbulente periode en als de groeiende woede niet gericht wordt tegen de echte oorzaken van de crisis, kan er een verdere toename zijn van etnische en religieuze spanningen. In mei waren er rellen in Plateau en Kano waarbij 57.000 mensen hun huizen ontvluchtten. Die komen nu bovenop de reeds bestaande 800.000 vluchtelingen die zich in het land bevinden (interne vluchtelingen uit Nigeria zelf). Zelfs tijdens de algemene staking vonden nu rellen plaats in Adamawa.

    DSM stelt dat een vastberaden strijdbeweging tijdelijke toegevingen kan afdwingen. Een algemene staking doet bovendien de vraag rijzen naar wie de politieke macht heeft, wie de samenleving controleert. Bij de algemene staking vorig jaar werd aangetoond dat de arbeiders een enorme rol spelen, een rol waarzonder de samenleving niet kan functioneren. De kapitalisten mogen dan wel de rijkdom bezitten, maar zonder de arbeiders gebeurt er niets.

  • Amsterdam: Nigeriaanse socialist spreekt over de strijd voor democratische en arbeidersrechten

    Gisteren vond in Amsterdam een meeting plaats van Offensief, onze Nederlandse zusterorganisatie, waarop Segun Sango sprak. Segun is de algemeen secretaris van de Democratic Socialist Movement (DSM) in Nigeria. Ron Blom brengt verslag uit van de bijeenkomst in Amsterdam.


    Succesvolle bijeenkomst van de "Campaign for Democratic and Workers’ Rights in Nigeria"

    Segun Sango spreekt deze maand in tal van Europese landen. Op weg van Parijs naar Amsterdam was hij gisteren even op het LSP-secretariaat.

    Op zaterdag 22 mei vond er in Amsterdam Zuidoost een openbare bijeenkomst plaats in het kader van de "Campaign for Democratic and Workers’ Rights in Nigeria". De campagne is opgezet door activisten in Nigeria die opkomen voor meer democratische en werknemersrechten in het volkrijkste land van Afrika. Sinds enige jaren is Nigeria formeel een parlementaire democratie, maar in de dagelijkse praktijk overheersen nog steeds corruptie, willekeur door de politie en het leger, het schenden van mensenrechten, stammentwisten en kiezersbedrog. Diverse organisaties proberen dagelijks in Nigeria op te komen tegen deze praktijken, en een aantal van die organisaties is kort geleden gestart met de Campaign for Democratic and Workers’ Rights in Nigeria. De campagne wordt al in heel Europa gesteund door vele raadsleden, een parlementslid, linkse vakbondsbestuurders en mensenrechtenactivisten, waaronder in Nederland een SP-statenlid in Overijssel en twee SP-raadsleden in Breda (allen op persoonlijke titel). Maar om de steun voor de campagne te verbreden, is de woordvoerder van deze campagne nu op sprekerstour in Europa. De organisatie voor het Nederlandse deel van de tour was in handen van de socialistische organisatie Offensief (www.offensief.nl), de Nederlandse afdeling van het Comité voor een Arbeiders-Internationale.

    Ron Blom

    De woordvoerder van de campagne heet Segun Sango. Hij is ook de algemeen secretaris van de Democratic Socialist Movement en de voorzitter van de National Conscience Party in Lagos State (het hoofdstedelijk district). Voor een aandacht gehoor, dat mede bestond uit in Nederland woonachtige Nigerianen, nam onze kameraad Segun ruimschoots de tijd om in te gaan op de situatie in dit bevolkingsrijkste land (120 miljoen inwoners) van het Afrikaanse continent. Hij begon met hoe Nigeria meestal in het nieuws komt: armoede en etnisch geweld. Zo zijn in de afgelopen periode 800 doden gevallen en hebben 10.000 mensen hun werk, woning, etc. verloren. Maar daar wordt nooit een verklaring voor gegeven. De indruk wordt gewekt alsof Nigeria en Afrika hopeloze delen van de wereld zijn, waar het nooit beter zal kunnen worden. Geen aandacht in de krantenberichten voor de concrete strijd die gevoerd wordt door de arbeiders, studenten en arme boeren.

    Nationaliteitenvraagstuk

    Segun wees twee factoren aan die verantwoordelijk zijn voor de huidige situatie. De eerste was de volstrekt willekeurige en ondemocratische wijze waarop de grenzen van de Afrikaanse landen ontstaan zijn. Nigeria werd pas 1 land onder het koloniale bestuur van de Britten in 1914. Het land bestaat echter uit 250 nationaliteiten en etnische groepen. Deze werden gedwongen samengevoegd tot een land, zonder dat de bevolking hierbij geraadpleegd werd. Op dit moment bestaat het land uit min of meer drie regio’s. In het Noorden zijn het de islamitische Hausa/Fulani die als meerderheid vele miljoenen niet-moslims onderdrukken, in het Westen heersen de Yoruba’s en in het Oosten zijn het de Igbo’ s die als meerderheid de dienst uitmaken. Sinds 1999 is het voor het eerst dat andere elite dan die uit het Noorden aan de macht is. Het zijn natuurlijk niet alleen religieuze en etnische verschillen die een rol spelen. Essentieel is dat de verschillende elites in hun eigen regio’s de banen in de ambtenarij, de politie en het leger verdelen. Het is vooral in de afgelopen jaren dat de etnische conflicten een hoge vlucht genomen hebben. Zo zijn er vanaf 1999 tot 2004 ongeveer 10.000 dodelijke slachtoffers gevallen.

    Economische verslechtering

    De tweede factor voor de verslechterende situatie in Nigeria heeft te maken met de sinds de jaren tachtig sterk achteruit gaande sociaal-economische situatie. Afrika is potentieel in staat om de huidige wereldbevolking vermeerderd met de factor tien te onderhouden. Toch sterven er elk jaar tientallen miljoenen kinderen. De gemiddelde levensverwachting van vrouwen in Nigeria is 49 jaar en die van mannen 47 jaar. In 2003 leefde volgens cijfers van de Verenigde Naties 70-80% van de bevolking van minder dan 1 dollar per dag. Het Afrikaanse continent gaat gebukt onder een geweldige schuldenlast. Gemiddeld betalen Afrikaanse landen 1/3 van het Bruto Nationaal Product terug aan leningen. Toch heeft Nigeria als gevolg van de aanwezigheid van olie een enorm economisch potentieel. Zo is 80% van de economie afhankelijk van de export van olie. Het gevolg is dat andere vormen van industrie veronachtzaamd zijn. De lokale elite heeft 250 miljard dollar uitstaan op buitenlandse bankrekeningen. Tegelijkertijd heeft 50% van de bevolking geen werk. Bovendien is er geen enkele vorm van sociale zekerheid. Van die andere 50% verdient 60% nauwelijks genoeg om er van te leven. Het land wordt dan ook geteisterd door een golf van misdaad, drugsverslaving en prostitutie.

    Vorig jaar waren 1,2 miljoen leerlingen geslaagd voor de toelating tot de universiteit. Slechts 140.000 werden er toegelaten. In de jaren ’50 en ’60 wilden in het buitenland studerende Nigeriaanse jongeren terug naar het eigen land om het op het op te bouwen. Nu zien we precies een omgekeerde ontwikkeling. In de VS werken nu 25.000 in Nigeria opgeleide artsen.

    Hoe vooruit?

    Wat stelt de Democratic Socialist Movement (DSM), de Nigeriaanse sectie van het Comité voor een Arbeiders-Internationale, voor oplossingen voor? De DSM is voor het recht op zelfbeschikking inclusief afscheiding. De partij stelt een grote conferentie voor van arbeiders, arme boeren, etc. om zich hier over uit te kunnen spreken. Overal in Nigeria zie je een opgang van christen- en moslimfundamentalisme. Er doet een grap in het land de ronde die stelt dat religie de snelst groeiende industrie in het land is. Als socialisten zijn zij voor het gemeenschapshanden brengen van de productiemiddelen zoals de industrie en de landerijen. Bovendien moet eer een democratisch vastgesteld plan komen. Er zijn gelukkig ook hoopgevende ontwikkelingen. Zo zagen we dat in Zuid-Afrika het mogelijk was door massastrijd van de armen het apartheidsregiem omver te werpen. Ook in Benin, Togo en Zaïre werd succesvol strijd gevoerd tegen dictaturen. In Nigeria vonden in de afgelopen vier jaar vier algemene stakingen plaats, die zeer effectief waren in het platleggen van het land. De gezamenlijke strijd is een belangrijk bindend element tussen de verschillende etnische en religieuze groepen. Het is dan ook de taak van socialisten, de arbeidersbeweging en de onderdrukte massa’s in Nigeria om zich te organiseren en het Nigeriaanse neo-koloniale kapitalisme omver te werpen. Dit moet vervolgens vervangen worden door een democratisch socialistische orde. Vanzelfsprekend is internationale solidariteit hierbij essentieel.

  • ANC zal verkiezingen winnen, maar biedt geen alternatief

    Zuid-Afrika

    Op 14 april werd in Zuid-Afrika voor de derde keer sinds het einde van de Apartheid gestemd. Het ANC van president Thabo Mbeki zal die verkiezingen wellicht winnen, ook al is er groeiende kritiek over de aanpak van het HIV/Aids-probleem, de armoede, werkloosheid en criminaliteit. We publiceren een ingekort artikel geschreven door Weizmann Hamilton van de Democratic Socialist Movement (DSM, onze zusterorganisatie in Zuid-Afrika) vlak voor de verkiezingen.

    Het meest opvallende element van de parlementsverkiezingen is de enorme desillusie onder brede lagen van de bevolking. In de aanloop naar de verkieizngen bleek dat, zeker onder jongeren, de opkomst beperkter zou zijn dan bij vorige verkiezingen. Een eerste peiling gaf aan dat slechts 60% van de kiezers zou stemmen, in bepaalde gebieden registreerde aanvankelijk tot slechts 2% van de jongeren zich voor de verkiezingen.

    Ondanks het feit dat alles er reeds op wees dat het African National Congress (ANC) een overwinning zou halen bij de verkiezingen, was de leiding gealarmeerd door de mogelijke gevolgen van een erg lage opkomst. De oppositie-partijen bieden geen fundamenteel ander beleid aan dan het ANC en vormen geen bedreiging voor de ANC-greep op de macht. Maar onder bredere lagen is er wel oppositie, ook al wordt die nu vooral tot uiting gebracht door niet te gaan stemmen.

    In een poging om de opkomst te stimuleren voerde de Onafhankelijke Verkiezingscommissie (Independent Electoral Commission, IEC) vorig jaar een stevige campagne om kiezers te laten registreren. Het falen van de eerste periode van registratie, werd gevolgd door een poging om bredere lagen aan te spreken. Dit had een zekere impact waardoor 20 van de 27 miljoen potentieel stemgerechtigden zich registreerden. Onder de jongeren is uiteindelijk een registratiegraad van 58% bekomen. De IEC raakte zodanig onder de indruk van haar succes dat het op een bepaald ogenblik een opkomst van 99% voorspelde…

    Het ANC kan beroep doen op enorme middelen, wat versterkt wordt door steun van grote bedrijven. Het ANC voerde geen campagne zoals in 1999, toen geen grote beloftes werden gedaan. Nu werd beloofd dat er een programma zou komen om in vijf jaar tijd een miljoen jobs te creëren, de laagste pensioenen te verhogen, de kinderbijslag en de ziekte-uitkeringen te verhogen. Eén van de belangrijkste punten was het gratis verspreiden van geneesmiddelen die Aids afremmen.

    De president, Thabo Mbeki, onderging een transformatie. Hij werd omgevormd tot een "president van de mensen" die deur-aan-deur mensen ging bezoeken, ook in de armere buurten waar hij voor de camera’s poseerde met kinderen in zijn armen. Hij zei geschokt te zijn door de armoede die hij ontmoette. Hij was verwonderd over het feit dat mensen in de zwarte township Mamelodi, vlakbij zijn eigen officiële residentie in Pretoria, de wijkbewoners geregeld afgesneden werden van elektriciteit en stromend water. Mbeki beweerde ook verrast te zijn door de armoede onder blanken. Een groep blanke vrouwen klampte hem aan tijdens één van zijn wandelingen om te klagen over het feit dat ze dor de politie lastig gevallen worden als ze zich prostitueren, terwijl dat voor hen de enige mogelijkheid is om te overleven.

    Door cynisch in te spelen op de angsten en de verwachtingen, en met een oppositie die eigenlijk hetzelfde kapitalistische beleid zou voeren, is het te verwachten dat het ANC gemakkelijk zal winnen. In haar campagne deelde het ANC gratis T-shirts uit, werden concerten met bekende muzikanten georganiseerd, er was ook een optocht met 80.000 deelnemers vlakbij Soweto.

    Maar toch betekent de registratie van 20 miljoen kiezers (15% meer dan in 1999), dat 7 miljoen mensen de moeite niet gedaan hebben om zich te registreren. Op 14 april werd één van de eerste kiezers geïnterviewd door de nationale radio en hij zei: "Ik stem nu wel nog, maar ik wil dat de beloftes ingelost worden."

    Zijn de mensen dom?

    Nauwelijks tien jaar nadat het stemrecht afgedwongen werd doorheen een harde en bloedige strijd tegen het voormalige apartheidsregime, had de regering een campagne nodig om uit te leggen waarom het belangrijk is om te stemmen. Zeker onder jongeren bleek dit nodig, ook al zijn deze opgegroeid na de val van de apartheid. Diegenen die niet gaan stemmen werden op een bepaald ogenblik zelfs voorgesteld als dom…

    Het is echter nog niet duidelijk of de registratiegraad voor de verkiezingen ook zal leiden tot een grotere deelname. Velen maakten van de registratie gebruik om tegen een lagere prijs identiteitspapieren te krijgen… Volgens een opiniepeiling onder jongeren door een populaire radiozender ‘YFM’, meent 98% van de 18 tot 24-jarigen die werden ondervraagd dat een aantal regeringsfunctionarissen niet eerlijk zijn.

    De ontgoochelingen komen er door een sterk gevoel van verraad omwille van de rol van de ANC-regering. De ‘realisaties’ van het ANC bestaan uit een rijker geworden kapitalistische klasse en een armere arbeidersklasse. Het verkiezingsprogramma van het ANC beweert dat de partij verantwoordelijk is voor de "omvorming" van het land. Als we kijken naar de "successen" van de regering zien we dat er weinig reden tot vieren is, ondanks alle pogingen tot het opsmukken van cijfers en statistieken. De Minister van handel en industrie, Alec Erwin (een lid van het centraal comité van de Zuid-Afrikaanse Communistische Partij), beweert dat er sinds 1995 2 miljoen nieuwe jobs werden gecreëerd. Dit kleine mirakel was enkel mogelijk door het herdefiniëren van de termen werkgelegenheid en werkloosheid. Van de 2 miljoen nieuwe jobs zijn er 1 miljoen mensen die in de statistieken gerekend worden hoewel ze minder dan R200 per maand verdienen en 367.000 van de 2 miljoen verdienen zelfs helemaal niets!

    Sinds het ANC aan de macht kwam zijn er tussen 1 en 2 miljoen jobs verloren gegaan, de kloof tussen arm en rijk is groter geworden. De regering heeft de belastingen verlaagd – zo is de belasting voor bedrijven gedaald van 48% tot 30%. De regering geeft toe: "Er zijn nu meer arme gezinnen dan in 1994… Toen leefden 28% van de gezinnen in armoede, nu is dat aantal toegenomen tot meer dan één op drie". Volgens de nationale bank is het aandeel van de werkende bevolking in het nationale inkomen gedaald van 57% in 1990 tot 52% in 2002.

    De algemeen secretaris van de Congress of South Africa Trade Unions, Zwelinzima Vavi, stelde: "In 2003 werd de nachtmerrie van werkloosheid en armoede nog erger. Zelfs met de definitie van werkloosheid waarbij diegenen die niet langer werk zoeken worden uitgesloten, zijn nog steeds 31,5% van de arbeiders werkloos. Met een bredere definitie zal het meer dan 40% zijn of zo’n 8 miljoen mensen. Dit komt bovenop de minstens 22 miljoen mensen die in wanhopige armoede leven en de 5,3 miljoen kinderen die honger leiden." (Business Report 23/12/03)

    De ‘verwezenlijkingen’ van het ANC bestaan uit de verrijking van een kleine blanke elite ten koste van de overgrote meerderheid van de bevolking. De snelst groeiende kloof is niet langer die tussen blanken en zwarten, maar onder zwarten. "In 2000 stonden de 10% rijkste zwarte gezinnen in voor meer dan 50% van het totale inkomen van de zwarten, terwijl de armste 10% minder dan 1% van het inkomen kreeg." Servaas van den Berg, Star Business Report, 25/02/04).

    Ondanks de gratis toegang tot gezondheidszorgen voor kinderen onder de 6 jaar en alle zwangere vrouwen, is de situatie er voor de armsten op achteruit gegaan. Zuid-Afrika heeft het hoogste aantal HIV/Aids-besmettingen in heel de wereld. Onder druk van de bevolking is op 1 april begonnen met het uitdelen van Aids-remmende geneesmiddelen (niet toevallig twee weken voor de verkiezingen…). Maar toch sterven er nog 650 mensen per dag en blijft de regering zeggen dat het geen spijt heeft van de manier waarop het heeft gereageerd op de Aids-problematiek….

    De aanhangers van de regering beschuldigen de critici ervan enkel oog te hebben voor de mislukkingen en niet voor de successen. We worden aangespoord vertrouwen te hebben in het feit dat de regering uiteindelijk de goede kant zal uitgaan. Er wordt gezegd dat de critici ongeduldigd zijn, onrealistisch en zelfs "ultra-links". Geen enkele regering kan een periode van 300 overheersing door blanken in 10 jaar tijd afsluiten, zo luidt hun argumentatie. Maar het regeringsbeleid van het ANC bestaat uit 10 jaar aanvallen op sociale verworvenheden van de arbeidersklasse. Dat is de fundamentele richting van het regeringsbeleid.

    Zelfs de beperkte hervormingen die de regering heeft doorgevoerd worden constant ondermijnd door de verplichtingen om de belangen van de voornamelijk blanke kapitalistische klasse te beschermen. Het zijn de kapitalisten die enorm veel zeggenschap hebben in het beleid van deze regering en die iedere opening voor zelfverrijking aangrijpen.

    Basisvoorzieningen afgesloten

    De toegang tot water en elektriciteit wordt steevast ondermijnd door het beleid van privatiseringen en besparingen. Terwijl de regering opschept over het aantal aansluitingen op stromend water, blijft ze stil over het aantal gezinnen wiens aansluiting wordt afgesloten omdat ze het niet kunnen betalen. Er wordt voorzien in 6000 liter gratis water per familie per maand, een maatregel die werd ingevoerd voor de lokale verkiezingen van 2000. Dit is echter onvoldoende voor de behoeften van een gezin in de arme zwarte gemeenschappen. Het rantsoen wordt beperkt tot het minimumniveau zoals voorgesteld door de Wereldgezondheidsorganisatie.

    De regering beweert dat meer dan twee derden van de bevolking toegang hebben tot elketriciteit. Er zijn echter 10 miljoen mensen bij wie deze toegang werd afgesloten. De regering beweert echter dat er een "cultuur van niet-betaling" is waardoor dit cijfer zo hoog uitvalt… Om het probleem ‘op te lossen’ installeert de regering nu een systeem waarbij vooraf betaald wordt en de elektriciteit afgesloten wordt zodra boven dit bedrag wordt gegaan.

    Huisvesting, onderwijs en grondbezit

    Op vlak van huisvesting zien we dezelfde problemen. Miljoenen mensen leven in krotten. De sociale huisvestingsdiensten zijn aangetast door corruptie, de gebouwde huizen zijn van slechte kwaliteit,… De nieuwe huizen worden in de volksmond "Fiat Unos" genoemd, naar de kleine wagen die door Fiat indertijd werd geproduceerd. Velen worden verplicht om te verhuizen naar kleinere huizen die "betaalbaar" zijn. Totnutoe zijn reeds 3 miljoen mensen moeten verhuizen omdat ze hun huur niet konden betalen.

    De regering kondigde ook reeds aan dat er niets zal gedaan worden tegen de hoge inschrijvingsgelden aan de scholen. Die zorgen ervoor dat de kosten om te kunnen studeren voor veel arbeiders te hoog liggen. Veel middelbare scholen zijn geprivatiseerd wat de situatie er niet op verbeterd. Hoger onderwijs is voor velen niet toegankelijk: van diegenen die door de middelbare studies gekomen zijn, volgt slechts 25% hoger onderwijs.

    De landhervormingen voldoen ook niet voor de behoeften van de landlozen. De beperkte hervormingen botsen steeds met de bescherming van de eigendom, zeker de eigendom van de grootgrondbezitters. En daar waar er beperkte delen van het land teruggegeven zijn aan de bevolking, leidt het gebrek aan staatsteun in veel gevallen tot de onmogelijkheid om het land degelijk te bewerken en er een inkomen uit te verwerven

    Vrouwen worden het hardst getroffen

    Eén van de meest negatieve effecten van het beleid van de regering is dat tegenover vrouwen. Terwijl het ANC opschept over het feit dat de representatie van vrouwen in het parlement van Zuid-Afrika erg hoog is, zijn arbeidersvrouwen de eerste slachtoffers van het neo-liberale beleid. In 2001 was de werkloosheid onder vrouwen 46,5% (en dat volgens de beperkte definitie van ‘werkloosheid’ die gehanteerd wordt) tegenover 35,3% onder mannen. Op het platteland waren die cijfers respectievelijk 53,6% en 42,2%. Meer en meer vrouwen worden ingezet voor tijdelijke jobs. De kloof tussen de lonen van mannen en vrouwen is toegenomen onder de ANC-regering.

    Nood aan een nieuwe arbeiderspartij met een socialistisch programma

    In een speciale verkiezingseditie van Izwi La Basebenzi, het blad van de Democratic Socialist Movement (DSM), legden we uit dat we niet akkoord gaan met de oproep om de verkiezingen te boycotten. Wij roepen op om de grote partijen te boycotten, maar toch te gaan stemmen. We roepen kiezers op om op hun kiesformulier slogans aan te brengen zoals "Voor gratis openbare diensten", "voor gratis en degelijk onderwijs", "voor een nieuwe arbeiderspartij met een socialistisch programma",…

    We leggen uit dat de verkiezingen moeten aangegrepen worden om de discussie te voeren over welk politiek alternatief we nodig hebben. We willen deze houding ook aannemen tegenover de lokale verkiezingen die volgend jaar zullen plaatsvinden. Daarbij roepen we nu al lokale campagnes en vakbonden op om eigen kandidaten naar voor te brengen bij die verkiezingen en dit met een programma dat ingaat tegen het neo-liberale regeringsbeleid en met kandidaten die bereid zijn te leven aan het gemiddeld inkomen van de inwoners van hun verkiezingsdistrict.

  • March 2004 Local Council Elections – a monumental sham

    Lagos State NCP statement

    Struggle for working peoples’ demands

    The March 27, 2004 Local Councils’ elections have confirmed two major features which must be properly appreciated by pro-masses parties like the National Conscience Party (NCP) and indeed, all genuine change seeking elements and organisations like the Nigerian Labour Congress (NLC), Labour Party, market women, students, poor peasants, etc.

    The first major feature clearly demonstrated by the election is that the vast majority of the working, suffering people of this country are not in support of any of the three ruling parties (AD, ANPP and PDP) across the country. This was eloquently exhibited with their conscious decision to boycott the monumental farce called election across the country. In Lagos State, where the NCP and other opposition parties expressly called for boycott, the outcome of the so-called election was an unmitigated embarrassment. The metro section of The Guardian of Monday, March 29, 2004 captures the situation accurately: "Empty booths, empty streets" with this unflattering ride: "Saturday’s council elections in Lagos may be long remembered for being ‘uneventful’.

    The second major feature also confirmed by the "election" is that the various self-serving capitalist politicians of all the ruling parties will always manipulate the electoral processes and state’s apparatuses including the judiciary, to retain themselves and their ilk in power against the wish of the vast majority of the working people. Only through a conscious and concerted working peoples’ political and economic resistance, which ultimately ends in the removal from power, of all capitalist politicians and the termination of their unjust economic system, can the working people of this country dare, realistically hope to have genuine democratic elections. Predictably, the AD, ANPP and PDP severally and collectively have virtually "won" every elective position in the state where they held sway! This, it should be stressed, is the logical outcome of a situation where the powers that be at the federal and state levels themselves had come to their positions through massive fraud and manipulations of the year 2003 general elections.

    Background to the Local Council Elections

    Since year 2002, various state governments and the ruling parties have been running the affairs at the local government level with appointed officials in flagrant violation of section 7 of the 1999 constitution which stipulates that only elected officials should run local councils. Thus, the decision to even bother to conduct elections into the councils was largely due to the agitations of parties like NCP. So, right from the beginning, the various ruling parties left no reasonable person in doubt that they would only conduct elections which would only follow their own predetermined results.

    In virtually all the states, undemocratic electoral rules were prescribed with a view to shut out opposition parties, particularly, pro-masses but financially poor parties like the NCP. And where in Oyo and Osun states, the courts ruled against some of these undemocratic and monetised guidelines, the state appointed electoral commissions simply ignored the courts’ rulings and went ahead to exclude NCP candidates from participation in the so-called election. In Ekiti State, Governor Ayo Fayose expressly threatened communities that did not return PDP candidates as "winners" to forget the development of their communities. In addition, Governor Fayose openly asked councillorship and chairmanship candidates of the opposition parties to step down for PDP candidates and collect N100,000 and N200,000 each respectively.

    In Lagos State, so desperate was the AD controlled government that a contrived judicial approval for the conduct of the election into the so-called 57 newly created councils was given by the usually pro-establishment Justice Adeyinka Alabi. This same Alabi was fully aware that the NCP has a pending matter challenging the constitutionality of these so-called councils and yet, without scruple and without hearing the arguments of those challenging the creation of the councils, he went ahead to do the bidding of his master, Governor Bola Tinubu. It was this same Alabi that granted what the NLC president, Adams Oshiomhole, rightfully described as "black market" injunction restraining workers and the Nigerian masses from going on strikes and demonstrations, against the hike in fuel prices effected by the Obasanjo regime prior to the 9-day general strike that shook the country in June/July, 2003.

    Owing to the boycott of the election by the NCP and other parties, the AD candidates (mostly chosen against the will of their own party members) practically had no opponents in most parts of the state. Even in the few areas where ANPP and APGA were said to have presented candidates, the AD rigging machinery simply brushed them aside. For instance, in Ward F Alausa, Ikeja, Lagos, one Mr. Rasak Lawal was cleared as an ANPP councillorship candidate to contest the election against the LASIEC’S "anointed" AD candidate. However, instead of taking trouble to begin to procure a contrived result, LASIEC simply declared the AD candidate returned "unopposed"!

    In Ekiti, Rivers, Ondo, Cross River, Kano, etc., the "election" witnessed various degree of violence with incumbent governors brazenly using police and security officials to terrorise opponents in order to pave way, at all cost, for "victories". As at the time of writing, about 50 persons have been confirmed killed, not to mention the wounded and detained, mostly elements fighting against official manipulations of the electoral processes.

    The Aftermath

    Nonetheless, "winners" have been declared of an election which was nothing but a gargantuan farce. Governor Tinubu has in fact derided those political parties, which boycotted the organised farce called election as lacking understanding and good tactics. According to Tinubu, parties that boycotted were "cowards" merely running away from imminent and inevitable electoral defeat. The NCP rank and file members and all class conscious sections of the working masses must see these comments for what they truly are- a subterfuge to down play the absolute rebuff shown by the Lagosian masses to the Tinubu led AD government, through massive boycott of his organised farce called election. In this regard, his speech was nothing but an empty bravado. Yes, "winners" have been declared, but these elements lack complete legitimacy such that they only can hope to retain power if allowed by the working masses inaction. The fact that these "winners" did not emerge through people’s votes has been amply documented by all strata of the media, both electronic and prints. Here, we shall only be able to quote a few examples to underline the point being made.

    "In an attempt to persuade voters to go to the booths, some party agents had to move from house to house. But they got little results. Hence, the polling agents and security officials at the various booths chatted away the hours in idleness".

    "A Lagos resident in Egbeda, who refused to go to the polling booth after he had been appealed to by an Alliance for Democracy (AD) agent told Sunday Punch he had no confidence in the system. The elderly man said: "Today they are coming to appeal to me to vote for them. After this day, I will not see them again. The next time you see them, they would tell you they have increased your tenement rates. They don’t care what happens to those who take the trouble to vote for them" (Sunday Punch, March 28, 2004).

    A 26-year old teacher, Ishola Aleshinloye also spoke to the cited Sunday Punch: "You can see that people are not just interested. I believe the apathy is due to the failure of successive governments to meet the aspirations of the people. The people are not happy that politicians are enriching themselves at their expense. Look at the state of our roads, schools and hospitals. There is nothing to show for their being in government. Sometimes I wonder if there is a government in this country".

    The Guardian edition of March 29, 2004 recorded similar viewpoints. In a feature article titled: "Lagos: A peculiar poll with familiar result", two correspondents of the above cited Guardian edition reported that some observers attributed the low turn out of voters as partly, a reflection of "the fact that, winners of the polls were already known following the boycott by the PDP and NCP". According to these journalists, "by mid-day, many polling booths barely recorded 20 voters (a polling booth usually contains between 600 and 1000 voters – ed)". If the electoral officers were to be likened to petty traders, Saturday was a bad market day with no customers". In another feature article titled: "Empty booths, Empty Streets", another set of The Guardian correspondents reported: "The few who went out to vote were either relations or neighbours to a particular candidates. Some complained of not knowing the candidates while others were unimpressed with the performances of past chairmen".

    A resident in Isolo area, Mr. Innocent Odiala spoke to The Guardian: "Nobody wants to make the mistake they made over four years ago. We have noticed that the people we voted for had gone there to enrich their purses. Very few ever remembered to execute one or two people-oriented projects. So, why must we waste our time voting for people who are not interested in serving the people?".

    A furious trader whose kiosk was taking over by the electoral officials spoke to The Guardian "I want to start selling my fruits, they said they will finish by 2.00p.m. This is 2.20p.m. Let them leave my shed, nobody will give me food if I have nothing to eat".

    Suffice to stress, the reaction of the masses in Lagos state was largely a reflection of the situation across the country. A 25 year-old photographer, Benjamin Ukumhen, in Delta State, spoke thus to the cited Sunday Punch: "We will end up having selection and not an election. Even if the election is not held, the candidates of the ruling party will emerge victorious". Corroborating these view points, Festus Okoye, head of Nigeria’s biggest poll observing organisation, the Transition Monitoring Group (TMG) (a body being sponsored by local and international capitalist corporations and institutions) itself made the following revealing conclusions: "Most (substitute all -ed)" of the state governors have tried to manipulate the electoral process. They were hoping for a situation, where they just appoint their colleagues to these councils. The Nigerian people have been presented with a fait accompli". Speaking further to AFP, Okoye stated: "Most of the people we interviewed attributed their apathy to the fact that they felt their votes did not count in 2003".

    Thus, from whatever angle it is examined, the March 27, 2004 local council’s election was a monumental sham. Right from the beginning to the end, the masses had no hands in it. From this perspective, its outcome stands condemned and rejected by the overwhelming layers of the masses. Unfortunately however, unless chased out of power by the combined struggles of the working people across the country, the usurpers calling themselves "winners" of these predetermined results would continue to loot public resources to enrich themselves while the overwhelming majority of the working masses continue to wallow in unmitigated misery.

    The Way Forward

    Writing in the Sunday Punch edition of March 28, 2004 in an article titled: "A pillar of hope", Dafe Onojowo had amongst other things stated: "Like vandals, the political elites are smashing every ideal or principle that should light a nation’s way to lasting progress and glory". This sentence in a way aptly sums up the character of Nigeria’s contemporary ruling elites. The year 2003 general elections were massively rigged and manipulated by the capitalist ruling elites across the country/parties. The March 27, 2004 local council’s election in comparison with the 2003 general elections was a monumental sham, a complete farce. If 2007 ever comes, under the prevailing dispensation, the working masses are set for a worse time. So we pose the question: What should be done to avert this kind of dead end "elections" and self-serving governance?

    Demoralised by the apparent invincibility of the anti-peoples elements who always seem to have their ways, either under the military or civilian dispensation, some elements have come to the degrading conclusion that change is not possible and as such, activists should only strive to join in the looting of public resources, instead of struggling to effect a change. Elements within this school of thought sometimes do correctly point out the fact that the contemporary world policies and politics are dominated by anti-people, anti-democratic and anti-poor governments. But from this premise, they often draw the false conclusion that there is no alternative to the prevailing socio-economic and political rot which dominate contemporary capitalist society. When you complain of electoral manipulations by leaders of neo-colonial capitalist countries like Nigeria, they are very quick to point out that that also happens even in the advanced capitalist countries like the USA. To these self-serving depraved elements, these absurdities are the natural features of "democracy".

    However, time and time again, the working masses in Nigeria, and internationally by their actions and pronouncements, had always rejected this misery-laden perspective. Their overwhelming massive boycott of the local councils election in issue is one such graphic example of how the masses have shown that they have nothing to do with the self serving politics of the capitalist politicians.

    In the general strike of June/July 2003, the working masses across the country equally showed that the current set of capitalist rulers across the country with their anti-peoples policies and unmitigated corruption do not for a second enjoy their endorsement. Thus, if these hateful elements were able to retain power up till today and by so doing keep it till tomorrow, it could only be because the working masses and their leaders are yet to come up with necessary socio-economic alternatives which will ultimately lead to the removal from power, of all layers of capitalist vampires holding the masses and the country to ransom.

    It should be stressed that the outcome of the March 27, 2004 local council’s election gives a graphic indication that this is an achievable task. Completely lacking in mass support, the current set of capitalist looters across the country can be easily removed from power if organisations like the NCP, NLC, Labour Party, Labour and Civil Society Coalition, etc can come together on a concrete programme of action to fight on the basis of the daily needs and aspirations of the working masses. If the aforementioned organisations embark on consistent agitations for decent living for all, in areas of jobs, housing, food, education, health care, social services such as light, water, transportation, telecommunications, etc, defence of democratic rights to independent trade and student unions, right of self-determination for every of the ethno-religious components that make up the country called Nigeria, then sooner than imagined, the current set of usurpers calling themselves "elected" leaders can be easily isolated and dislodged from power with the most minimal efforts by the masses.

    The basis of contemporary mass poverty is not because of insufficient human and natural resources in society but a logical product of a system which consciously goes out to impoverish millions so that a few billionaires can be glorified. If the resources of nature and humanity’s technological know-how are collectively owned and democratically harnessed by the working people themselves, then the prevailing capitalist induced mass poverty can be wiped out within a generation.

    However, to achieve this kind of end, Labour and NCP leaders as well as the leaders of all mass organisations, have to come to the inescapable conclusion, that there can be no way to positively meet the economic and political demands of the masses within the framework of world capitalist order. A change of system is imperative.

    To achieve this goal, we in the Lagos State NCP urge the NLC, Labour Party, DSM, DA, etc to agree to meet urgently to discuss what concrete and joint mass actions can be undertaken. We propose that campaigning should be on the following issues:

    1. Independent and democratisation of institutions like Independent National Electoral Commission (INEC), such that its composition, funding and activities are democratically controlled by the people through their political organisations.
    2. No to fuel tax, road levy, etc.
    3. A monthly minimum wage of N20,000 with periodic increases to match the rate of inflation without any loss of job.
    4. Immediate implementation of the 12.5% increment in minimum wage agreed to by government since early 2003, across board in both public and private sector without a single retrenchment.
    5. Massive public funding of housing, education, health care, sufficient provisions of water, electricity, transportation, etc with a view to effect an immediate positive improvement in the living conditions of the working masses and the poor in general.
    6. Right to independent trade and student unionism without any form of interference by those in government and by the management of the private sector. An immediate struggle to force the Obasanjo regime to back off its latest project which seeks to destroy the NLC.
    7. Implacable opposition to government’s plan to intensify education commercialisation with the increment of fees for a bed space from N95 to N10,000 with effect from next academic session.
    8. United struggles against all forms of undue levies and harassments of working class people by the government at all levels, especially at the local government level.
    9. Jobs for all those who need jobs and can work, while subsidy or unemployment benefit should be paid to those that cant get jobs and the youth in schools or those under apprenticeship.
    10. Convocation of a democratically-elected Sovereign National Conference (SNC) comprising elected representatives of social groups such as workers, peasant farmers, traders, rank-and-file of the armed forces and police, professionals and ethnic nationalities according to their numerical strength to deliberate and decide on the way forward for the country.
    11. Public ownership of the country’s vast resources and wealth under the democratic management and control of the working people.
    12. No to privatisation. Democratic management and control of public companies and parastatals by committees comprising elected representatives of workers, consumers, trade unions, NLC and the government with immediate effect.

    If fought for on a consistent basis, very soon, a powerful working peoples platform of struggle can be rapidly built which can become strong enough to remove from power, the impostors calling themselves leaders, without necessarily having to wait till 2007 when, if left in power, these ruinous elites will once again organise another farcical show in the name of an election.

  • Algemene staking in Nigeria opnieuw afgeblazen

    Op 21 januari zou in Nigeria een algemene staking van onbepaalde duur beginnen. De Nigeriaanse vakbondfederatie NLC (Nigerian Labour Congress) riep op voor deze staking als protest tegen de poging van president Obasanjo om een nieuwe belasting op benzine door te voeren. Het protest was ook gericht tegen het feit dat de regering de overeenkomst die in oktober 2003 werd gesloten (na de dreiging van een algemene staking tegen de prijsverhoging van benzine) niet uitvoert.

    De belasting van Obasanjo leidde tot een enorme woede. De arbeiders zijn ook verbitterd door de cynische wijze waarop de regering haar beloftes in oktober gebroken heeft. Toen werd beloofd om de benzineprijs stabiel te houden op 34 naira (zo’n 25 eurocent) per liter.

    Maar ook nu beloofde de regering om de belasting af te voeren, waarop de algemene staking werd afgelast. Op dinsdag werd door het gerecht beslist dat de staking niet kon doorgaan en dat de regering haar beslissing over een belasting op benzine moest uitstellen. Vakbondsleider Oshiomhole waarschuwde dat er toch een staking zou komen als de belasting zou doorgevoerd worden.

    Dit is de derde keer in zeven maanden dat de prijsverhoging van benzine leidt tot een mobilisatie voor een algemene staking. In juli vorig jaar was er de grootste algemene staking ooit in Nigeria. Die staking duurde 8 dagen. In oktober werd de aangekondigde algemene staking op het laatste moment afgeblazen in ruil voor toegevingen, die echter nooit effectief uitgevoerd werden. Dat leidde toen al tot vragen over de ernst waarmee de NLC-leiding de strijd wil voeren.

    Leden van de Democratic Socialist Movement (DSM, Nigeriaanse afdeling van het CWI) mobiliseerden volop voor de algemene staking, en dat in de vakbonden, de National Conscience Party (NCP), studentenorganisaties, de Labour-Civil Society Coalition (LASCO) dat vorig jaar gevormd werd,…. De algemeen secretaris van de DSM, Segun Sango, was een gastspreker op de bijeenkomst van de centrale werkgroep van de NLC waar de laatste voorbereidingen voor de staking werden getroffen.

    De DSM komt op voor een vastberaden strijd die zich niet beperkt tot benzineprijzen, maar ook ingaat tegen het ondemocratische en pro-imperialistische beleid van president Obasanjo. Daartoe moet de arbeidersbeweging zich organiseren en opkomen voor een regering van arbeiders en arme boeren om een socialistische antwoord te bieden op de crisis in Nigeria.

    Lees ook een artikel van de DSM naar aanleiding van deze algemene staking:

    KICK OUT OBASANJO’S ANTI-POOR GOVERNMENT (dit was wel voor de staking werd afgeblazen!)

  • Nigeria: nieuwe belastingsverhoging op benzine leidt tot dreiging algemene staking

    In het nieuwe jaar was er een golf van woede in Nigeria nadat president Obasanjo plotseling een nieuwe belastingsverhoging oplegde.

    Terwijl het om een beperkte som gaat, 1.5 Naira (ongeveer 1 Euro-cent) per liter, is het probleem van de benzineprijs erg explosief in Nigeria, zeker nu het zo snel komt na het stopzetten van de subsidies voor benzine.

    Op 6 januari gaf de vakbondsfederatie Nigerian Labour Congress (NLC) de regering de tijd tot 20 januari om de maatregel in te trekken, zoniet begint op 21 januari een algemene staking.

    Dit is de derde keer in zeven maanden dat een prijsverhoging leidt tot een mobilisatie voor een algemene staking. In juli vorig jaar was er de grootste algemene staking ooit in het land, een staking die acht dagen duurde. In oktober werd de oproep voor een algemene staking slechts op het laatste ogenblik afgeblazen na bepaalde toegevingen van de regering. Maar die toegevingen werden nooit doorgevoerd. Obasanjo ging verder met zijn beleid van deregulering en privatisering, en wordt daarin gesteund door het Westerse imperialisme. De laatste prijsverhoging is nu een druppel die de emmer doet overlopen.

    Er zijn mobilisatiemeetings opgezet om de staking te organiseren. Vanaf 15 januari zullen een reeks grote meetings plaatsvinden.

    Leden van de Democratic Socialist Movement (DSM) nemen deel aan deze mobilisatie voor een algemene staking. Onze leden zijn actief in de vakbonden, de National Conscience Party (NCP), studentenorganisaties, de vorig jaar gevormde Labour-Civil Society Coalition (LASCO),…

    Wij komen op voor een vastberaden strijd rond bredere thema’s dan enkel de nieuwe belasting op brandstof en de noodzaak van de arbeidersbeweging om een socialistisch alternatief op de regering naar voor te brengen.

    Lees de volledige oproep van de DSM voor de algemene staking


    Achtergrondinfo:

    • Verzet tegen neo-liberalisme in Nigeria. Interview met Segun Sango (2.1.2004)
    • Nigeria: systeem in crisis (23.11.2003)
  • Verzet tegen neo-liberalisme in Nigeria

    Interview met Segun Sango, algemeen-secretaris van de Democratic Socialist Movement (zusterorganisatie van de LSP in Nigeria)

    Het laatste jaar is Nigeria een aantal keer in het nieuws geweest met algemene stakingen tegen de prijsverhoging van de benzineprijzen. Wat was de positie van de DSM in deze bewegingen?

    De DSM heeft zich altijd verzet tegen het hele neoliberale beleid van de regering. De prijsstijgingen van de olie zijn daar slechts 1 symptoom van. Het zorgt voor een verharding van het lot van de werkende bevolking. Als de olieprijzen stijgen, stijgen ook de andere prijzen. Daarom waren we vanaf dag 1 betrokken in de beweging.

    We brachten een statement uit en riepen de georganiseerde arbeidersbeweging op om naar een algemene staking te gaan. Daarbij richtten we niet enkel eisen naar de vakbondsleiding. Via de DSM en de NCP (een radicaal-democratische partij die bekend werd met haar strijd tegen de voormalige militaire dictatuur en waarbinnen de DSM als marxistische stroming opkomt voor een socialistisch programma, nvdr) namen we het initiatief voor een bredere coalitie van groepen, van prodemocratische groeperingen, etc. Dit was de Joint Action Council against Fuel Hike, waarmee we beslisten om een dag van protesten te organiseren. Gelukkig werd ons voorstel voor een algemene staking aanvaard. We verspreidden hiervoor 1000-en pamfletten om de idee te populariseren. Dit mondde uit in de staking van juni-juli.

    Onze interventie was zo effectief dat alle linkse activisten en NLC-leiders (Nigerian Labour Council, de overkoepelende vakbondsorganisatie in Nigeria) op de dag van de staking naar onze rally kwamen. Het was ook de enige plaats waar de politie naartoe kwam. Door de agressieve houding van de ordediensten kwam het toen tot een "running battle" met de politie. We hadden ook heel wat media-aandacht tijdens de staking. In de Financial Times stond een foto met onze spandoek. Tijdens die staking gingen we de arbeiderswijken in Lagos langs om steun voor de acties te ontwikkelen. Dit was de eerste staking.

    De NLC-leiders hadden een heroïsch gevecht geleverd, maar die strijd niet verder gezet. Anders zouden ze in confrontatie zijn gekomen met het regime. Niet onverwachts maakte de regering daarvan gebruik om in oktober de prijzen opnieuw te laten stijgen.

    We voerden opnieuw campagne om de algemene staking te hernemen. Op basis van onze vroegere interventie erkenden de vakbondsleiders onze rol en riepen ze verschillende organisaties van de "civiele maatschappij" samen. Er kwam een nieuwe coalitie: de Labour Civil Society Coalition (LASCO). Terwijl we voor dit breder platform mobiliseerden, brachten we onafhankelijke politieke verklaringen naar buiten over de strategie van de staking. Die hebben we massief verspreid. Het leek een erg succesvolle staking te worden. We raadden de bevolking aan om onder meer voedsel te stockeren. De dag voor de staking werden de banken platgelopen.

    We argumenteerden ook voor het opzetten van actiecomités voor het in de praktijk zetten van de stakingsbeslissingen en als potentiële organen van arbeidersmacht. Omwille van onze rol in de voorbereiding van de staking werd ik door een vergadering van vakbondsactivisten in Lagos gevraagd om op het Nationaal Uitvoerend Bestuur van de NLC te spreken over welke strategie er nodig was. De houding van de nationale vakbondsleiders op die vergadering was niet vijandig, maar ze hadden duidelijk geen onafhankelijke klassevisie. Het is geen gebrek aan moed. Ze hebben gevochten, maar met botte wapens. Ze zijn ook niet in principe tegen de privatiseringen. Ze vechten vanuit het standpunt van de algemene staking als instrument van concessies, niet als middel om de samenleving te veranderen. "Jullie programma is onpraktisch", stelden ze.

    Ik bracht daartegenover onze ideeën en methodes naar voor, de onmogelijkheid van de vakbondsleiders om binnen het kapitalisme blijvende verbeteringen af te dwingen, etc. We hebben ons nooit opgesteld als zomaar adviseurs van de vakbondsleiders. We behielden steeds ons onafhankelijke programma.

    Ironisch genoeg zag president Obasanjo, in tegenstelling tot de vakbondsleiders, de algemene staking wel als een bedreiging voor het regime zelf. Hij viel in discussies met de vakbondsleiders ook onze rol aan in de beweging. Daarbij stelde hij ons voor als "drugsverslaafden", die weliswaar mensen niet in fysieke zin beroofden, maar die hun "subversieve ideeën" van deur tot deur verspreidden.

    Jammer genoeg werd de staking op het laatste moment afgeblazen, omdat de regering afkwam met concessies. De vakbondsleiders vielen in de val van de heersende klasse. De oliemultinationals zegden dat ze alles zouden aanvaarden, dat ze zouden afzien van de prijsstijgingen. Wij hadden kritiek op het afzeggen van de staking. Er was eerst een discussie en consultatie nodig geweest binnen het platform van LASCO. Waarom heb je anders een platform? Op de tweede plaats – gezien de geschiedenis van verraad en niet nagekomen beloften van de regering en de heersende klasse – zouden de NLC-leiders aangedrongen moeten hebben op een reële prijsdaling.

    Jammer genoeg werden we vrij brutaal in het gelijk gesteld. De olieprijzen zakten niet reëel. In de plaats van de staking te hernemen, wilden de vakbondsleiders nu een discussie met de regering organiseren. Je kan soms onderhandelen met kapitalisten, maar het is een foute benadering om te denken dat de kapitalistische klasse een fundamentele politiek voor de werkende massa’s kan doorvoeren. Er is strijd nodig om zaken af te dwingen. Enkel wanneer je het hele systeem omverwerpt en een socialistisch alternatief opbouwt, kunnen verworvenheden definitief worden.

    We vinden nu nog dat de NLC-leiders de strijd zouden moeten hernemen tegen het bedrog van de regering en de oliemultinationals. Tegelijkertijd vinden we dat "labour", de georganiseerde arbeidersbeweging, initiatieven zou moeten nemen om een nieuwe, massale arbeiderspartij op te richten.

    In welk stadium van ontwikkeling zitten we momenteel met de DSM?

    Het beste moet nog komen. We worden meer en meer relevant voor de dagelijkse strijd van arbeiders en jongeren. Verschillende kameraden kwamen op TV, wat een uitdrukking is van onze rol in bewegingen. Onze activiteiten krijgen regelmatig aandacht in de burgerlijke pers. Onze aanwezigheid op het Nationaal Uitvoerend Bestuur van de NLC staat niet los van dit groeiend profiel. Een lid van de NLC verbood toen hij nog in de textiel-vakbond zat daar de verkoop van ons blad. Nu zat ik links van hem op die vergadering van nationale vakbondsleiders. In Lagos, de hoofdstad, hebben we al een zekere massa-invloed. Tijdens de verkiezingen werd ons in een district van Lagos een senaatszetel ontstolen. Iedereen in dat district was er na de verkiezingen van overtuigd dat onze kandidaat had gewonnen. De fraude vanwege de regering bij verkiezingen is echter een bekend gegeven. We staan aan het begin van het worden van een massakracht.

  • Nigeria: actievoerders opgepakt op bijeenkomst voor meer democratie

    De Democratic Socialist Movement (DSM) veroordeelt de arrestatie van 6 mensenrechtenactivisten en arbeidersactivisten bij het uiteenjagen van een bijeenkomst van de campagne united Action for Democracy (UAD) door de Nigeriaanse politie op woensdag 3 december in Yaba te Lagos.

    Segun Sango, Algemeen secretaris DSM, 3 december

    Onder de gearresteerden bevindt zich Bamidele Aturu, de organisator van UAD; Dagga Tolar, een leidinggevend lid van DSM en redacteur van Socialist Democracy, het blad van de DSM; Wale Balogun, een leidinggevend lid van de National Conscience Party (NCP), en drie andere activisten van wie de identiteit tot op heden nog niet bekend is. De zes worden vastgehouden op een politiebureau in Panti, Lagos.

    Voor ze opgepakt werden, had de politie op gewelddadige wijze de meeting uiteen gejaagd. De gearresteerde activisten werden brutaal opgepakt door agenten die hen herhaaldelijk sloegen met de loop van hun geweren.

    We veroordelen ook de gewelddadige houding van de politie tegenover verschillende journalisten die op de meeting aanwezig waren.

    Deze harde aanvallen op het democratische recht van vergaderen en meningsuiting gebeurde door de politie op bevel van de regering-Obasanjo. Het is een duidelijke uiting van de groeiende intolerantie van het regime en haar vastberadenheid om met geweld alle oppositie tegen haar neo-liberale beleid te onderdrukken. Het neo-liberale beleid wordt opgelegd door het IMF en de Wereldbank, en omvat maatregelen tegen de armen en onpopulaire kapitalistische maatregelen zoals de privatisering van overheidsbezittingen, dereguleringen, commercialisering van openbare diensten zoals onderwijs en gezondheidszorg, een aanval op de arbeiders, hogere benzineprijzen en een aanval op de democratische rechten van de arbeiders en de vakbonden.

    Wij eisen de onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van de gearresteerden en een einde van de inbreuken door het regime op de legitieme rechten van de arbeiders.

    Ten slotte doet de DSM een oproep aan de vakbonden, de Nigeria Labour Congress (NLC, vakbondsfederatie), de NCP, de National Association of Nigerian Students (NANS), en de arbeiders en jongeren om te bouwen aan een sterke massa-beweging van arbeiders, armen en jongeren die zich niet enkel verzet tegen Obasanjo, maar tegen heel het asociale beleid van de regeringen en de heersende klasse in het land.

    Om dit beleid dat de belangen van de rijken en de imperialisten verdedigt te vervangen, moeten de arbeiders en hun organisatires dringend werk maken van een eigen onafhankelijk politiek alternatief dat in staat is de strijd voor de socialistische omvorming van het land te leiden. Die omvorming is nodig om een einde te maken aan de economische en politieke onderdrukking van de overgrote meerderheid van de bevolking.


    ZES ACTIVISTEN VRIJGELATEN OP BORG – ZAAK UITGESTELD NAAR 16 JANUARI

    De zes gearresteerden werden op Donderdag vrijgelaten na betaling van een borgsom. Ze werden voor een rechtbank in Lagos gebracht op donderdagochtend en dat op basis van de beschulding van "onwettige samenkomst", "verstoren van de openbare orde" en "aantstootgevende publicaties". De rechtbank besliste om hen op borg vrij te laten en de zaak te behandelen op 16 januari.

    De zes gearresteerden zijn:

    • Bamidele Aturu (nationaal organisator van UAD)
    • Dagga Tolar (redacteur van Socialist Democracy, het blad van de DSM)
    • Jossy Anuah (lid van DSM)
    • Wale Balogun (lid van de NCP en kandidaat van de NCP bij verkiezingen in Lagos)
    • Joel Emerole (lid van Democratic Alternative)

    • Kamilu Mustapha (lid van Youth Democratic Front)

    De politie gebruikt het blad van DSM dat verkocht werd op de bijeenkomst als central bewijsmateriaal tegen de activisten. De derde beschuldiging tegen de activisten wordt omschreven als het "publiceren van een aanstootgevend blad in de vorm van een hoofding en artikels in exemplaren van een tijdschrift met de naam ‘Socialist Democracy’ waarin het publiek wordt opgejut om massa-acties te ondernemen tegen de regering van de Federale Republiek Nigeria omwille van haar beleid zoals de prijsstijgingen van brandstof, deregulering en privatiseringen, waardoor een inbreuk gepleegd wordt op sectie 51(1)(c) van de strafwet van de deelstaat Lagos in Nigeria".

    De strijd voor de onvoorwaardelijke vrijspraak van de onterecht beschuldigde activisten gaat door. We eisen het intrekken van de schandalige en ondemocratische beschuldigingen tegen hen.

    We roepen de arbeiders, jongeren, mensenrechtenactivisten en pro-democratie activisten, socialisten en vakbonden in Nigeria en internationaal op om de eis te ondersteunen van de intrekking van de beschuldigingen, een stopzetting van de repressie van activisten en vakbonden en de inbreuken op het democratisch recht van vergaderen, organiseren en de vrije meningsuiting door de Nigeriaanse regering.

    Stuur Engelstalige protestbrieven naar:

    The Inspector General of Police,

    Nigeria Police Headquarters,

    Federal Capital Territory,

    Abuja, Nigeria

    The Attorney General and Commissioner for Justice,

    Lagos State Ministry of Justice,

    Alausa, Ikeja,

    Lagos, Nigeria

    Nigeriaanse ambassade in Brussel:

    Embassy of Nigeria

    228, Avenue De Tervuren

    1150 Brussel

    Tel: 02/762 98 31/2, 762 5200

    Fax: 762 3910, 762 3763

    Stuur een kopie naar LSP: info@socialisme.be, en DSM: dsmcentre@hotmail.com

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop