Tag: Vooruit

  • VB-stemmen terugwinnen door offensief voor koopkracht te strijden… niet door extreemrechts achterna te lopen

    Hoe ingaan tegen racisme en extreemrechts? Door te strijden voor betaalbaar wonen en degelijk onderwijs! Foto vanop een actie tegen racisme eind maart in Antwerpen (foto: Liesbeth)

    Vooruit-voorzitter Conner Rousseau wordt zelden betrapt op een politiek standpunt, laat staan een origineel standpunt. De man lijkt beter te gedijen in amusementsprogramma’s. Als hij zich toch aan waagt aan een politieke uitspraak, is het niet duidelijk wat er links laat staan socialistisch aan is.

    “Als ik door Molenbeek rijd, voel ik me ook niet in België,” was de reactie van Rousseau op een vraag over de vervreemding onder Franse kiezers. Rousseau lijkt niet te beseffen dat een groot deel van de vervreemding en het ongenoegen van de Franse bevolking, net als bij ons, ingegeven is door een gebrek aan sociaal beleid waardoor steeds meer mensen elke voeling met ‘het systeem’ verliezen. Er waren in de media bijvoorbeeld getuigenissen van mensen met een migratie-achtergrond die voor Le Pen stemden omdat ze niet voor de ‘president van de rijken’ wilden stemmen. In Guadeloupe en Martinique won Le Pen overtuigend de tweede ronde, nadat Mélenchon dit deed in de eerste ronde. De vervreemding louter toeschrijven aan de aanwezigheid van migranten, wat Rousseau impliciet zei, getuigt van een totaal wanbegrip van de redenen van de woede. Een antwoord bieden op iets wat je niet begrijpt, is uiteraard erg moeilijk.

    Een tweede probleem met zijn uitspraak is dat Rousseau in Brussel blijkbaar alleen de parlementaire salons bezoekt. Molenbeek is een wijk waar de Vooruit-voorzitter doorrijdt (of zich door laat rijden?), geen plaats waar hij ooit voet aan grond zet. Een bezoek aan Molenbeek plannen, gebeurt via de media en op uitnodiging van de burgemeester. Hoe wereldvreemd kan je zijn? Dat wereldvreemde kenmerk verklaart misschien ook waarom Rousseau in zijn felicitaties aan Macron verklaarde dat dit een overwinning was voor een “progressief Frankrijk.” De president van de rijken ‘progressief’ noemen, bevestigt hoe weinig banden de Vooruit-voorzitter heeft met de armste lagen van de bevolking.

    In de media werden de uitspraken van Rousseau kapot geanalyseerd, zelfs Bruno Tobback werd tot zijn eigen grote vreugde nog eens gebeld door journalisten. Er wordt gesuggereerd dat Rousseau zich opzettelijk ‘flinks’ opstelt om rechtse kiezers terug te winnen.

    Indien Vooruit effectief VB-kiezers wil overwinnen, zal het dit niet doen door extreemrechts achterna te lopen door hele wijken en bevolkingsgroepen als zondebok aan te wijzen. Het zou dit kunnen doen door offensief en collectief te strijden voor meer koopkracht, massale publieke investeringen in openbare diensten, hogere lonen en betaalbare huisvesting. Dit betekent breken met het gevoerde beleid van de afgelopen decennia dat steeds gericht was op de winsten van een kleine toplaag, terwijl steeds meer mensen uit de boot vallen. Het betekent breken met een beleid waar de sociaaldemocratie aan heeft bijgedragen en vast van plan lijkt om verder aan bij te dragen.

    Helaas lijkt het erop dat Rousseau, terwijl hij door Molenbeek rijdt, teveel oog heeft voor wat in zijn ogen exotisch is om ook maar een seconde te denken aan de sociale positie van armere lagen van de bevolking. Het maakt dat hij voor zijn electorale positie eigenlijk maar één troef overhoudt: zichzelf via amusementsprogramma’s in de markt zetten. Socialisme is voor Rousseau iets uit het verleden en het lijkt erop dat volgend oud Vlaams spreekwoord wat dat betreft op hem van toepassing is: “Een geheugen hebben gelijk een konijnensteert” (een slecht geheugen hebben).

    Als de ‘linkerzijde’ zich zo wereldvreemd opstelt, komt extreemrechts ermee weg als het zich ten onrechte ‘sociaal’ probeert voor te doen. Al onze sociale verworvenheden zijn bekomen door strijd van de werkende klasse. Bij elk van die strijdbewegingen stond extreemrechts aan de andere kant van de barricaden: strijd voor stemrecht, het opzetten van vakbonden, het afdwingen van betaalde vakantie, de 8-urendag, sociale zekerheid … Toen we protesteerden tegen het asociale beleid van de regering-Michel met zijn indexsprong en verhoging van de pensioenleeftijd, voerde het VB (een erg kleine) actie tegen het vakbondsprotest.

    Extreemrechts kan dat valse ‘sociale’ imago slechts hoog houden indien de arbeidersbeweging en de linkerzijde de hoop op verandering niet omzetten in gedurfde collectieve strijd voor radicale maatregelen in het belang van de werkende klasse. Zolang het tot woorden beperkt blijft, zal voor sommigen het verschil tussen links en extreemrechts niet duidelijk zijn. De geschiedenis van de arbeidersbeweging toont dat het niet met woorden is, maar met klassenstrijd, dat er effectief een verschil wordt gemaakt. Een perspectief van socialistische maatschappijverandering versterkt die strijd.

  • Gevestigde politiek verliest alle geloofwaardigheid

    Onderzoeksbureau Ipsos deed recent een onderzoek naar de politieke voorkeur van jongeren (18-34 jaar) in ons land. In het noorden scoort het Vlaams Belang met 20%, in het zuiden Ecolo en PTB met elk 24%. De steun voor de traditionele partijen kalft verder af.

    Artikel door Nicolas Croes uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    Terugvechten tegen de crisis

    De traditionele politieke families verloren al veel terrein. Hun geloofwaardigheid kreeg een verdere deuk door de economische en de gezondheidscrisis. De onzekerheid neemt toe door massale tijdelijke werkloosheid en ontoereikende uitkeringen. Delen van de werkende klasse en de jongeren gaan al maandenlang gebukt onder inkomensverlies door de sluiting van de horeca, de evenementensector en de cultuur. Mensen-zonder-papieren zijn kwetsbaarder dan ooit.

    Zoals de Brusselse afdeling van ACOD LRB (Lokale en Regionale Besturen) benadrukt in haar “Oproep voor een strijdbare 1 mei”: “Terwijl de ene economische sector onderuit gaat, stellen andere het beter dan ooit. Zo bijvoorbeeld de farmaceutische en de logistieke sector en de grootwarenhuizen. En toch probeert het patronaat de loonsverhogingen bovenop de index tot 0,4% te beperken voor 2021-2022. Ze verwijzen naar de crisis, maar geld is er genoeg: 17 van de 20 grootste bedrijven die op de Brusselse Beurs genoteerd zijn hebben in 2020 dividenden uitgedeeld ten bedrage van 5 miljard euro! Het jaarsalaris van de patroons van de BEL20 nam tussen 2014 en 2019 toe met 50%! Rekening houdend met de prijsstijgingen daalde het reëel minimumloon voor de werkende klasse sinds 1996!”

    Het oude argument van de sociaaldemocratie en de groenen dat het ‘zonder ons nog erger zou zijn’, heeft na de brutale besparingen onder de regering-Michel zeker aan kracht gewonnen. De omvang van de crisis maakt echter dat cosmetische aankondigingen niet volstaan om de groeiende woede in de samenleving te sussen.

    Voor een offensieve en consequente linkerzijde

    De vraag werpt zich op hoe we de steun voor extreemrechts in Vlaanderen kunnen beantwoorden. Conner Rousseau, de voorzitter van Vooruit, zei vorig jaar: “We moeten onze geloofwaardigheid herwinnen. In Vlaanderen zijn we te defensief geweest. We moeten het begrip solidariteit in eer herstellen.” (Le Soir, 20 januari 2020) Bij de officiële aankondiging van de naamsverandering van SP.a naar Vooruit op 21 maart bleef Rousseau zoals steeds erg vaag over wat hij met solidariteit bedoelt.

    Misschien weet hij zelf dat het beter is om te zwijgen… Toen hij pogingen deed om inhoudelijke voorstellen te doen, kwam hij niet verder dan het idee om de kinderbijslag af te schaffen en deze middelen te investeren in onderwijs en kinderopvang. Een vreemde invulling van ‘solidariteit’! “Alles moet bespreekbaar zijn”, merkte hij op. Eerder wilde hij de discussie openen over het “recht op kinderen” bij zwangere vrouwen met een alcohol- of drugsverslaving. De Franstalige Gezinsbond reageerde: “Ja, deze ouders en hun kinderen kampen met grote moeilijkheden. Ze hebben adequate steun nodig. Conner Rousseau verwart de strijd tegen bestaansonzekerheid en verslavingen met de strijd tegen bestaansonzekere gezinnen.”

    Als dat links is, hoeft het niet te verwonderen dat extreemrechts kan scoren. Het achterliggende probleem voor Vooruit is dat de sociaaldemocratie sinds de jaren 1980 de neoliberale dogma’s heeft aanvaard en deelnam aan regeringen die de werkende klasse een dalende koopkracht, armoede en privatiseringen oplegden. Het crisisbeheer en afwijzen van gezamenlijke strijd van alle werkenden voor degelijke jobs en diensten (de enige manier om racistische vooroordelen af te blokken) versterkten de neergang. Het maakte de groei van extreemrechts gemakkelijker. Gelukkig is er nu ook meer steun voor de PVDA. Onder jongeren loopt dit volgens de hoger genoemde peiling op tot 10%.

    Is de PS anders? Er is een grotere druk van de arbeidersbeweging en van een sterkere PVDA. Dit dwingt PS-voorzitter Magnette om minstens in woorden de eisen van de arbeidersbeweging op te nemen. Hij spreekt over gratis gezondheidszorg en meer sociale woningen, ook al nam de PS deel aan regeringen die bespaarden op zorg en weigerden te investeren in sociale huisvesting. Magnette zegt graag dat de PS resultaten kan voorleggen, terwijl de PVDA niets bereikt. Afgaande op alle indicatoren van sociale problemen schort er wat aan de resultaten na al die jaren regeringsdeelname.

    In interviews met De Standaard en Le Soir stelde Magnette: “In de Bel20 hebben zeventien bedrijven dividenden uitgekeerd in volle crisis. De aandeelhouders gaan daar vooruit en de arbeiders krijgen niks. Die strijd, dat is de kern van het socialisme en daarin zal ik altijd aan de kant van de arbeiders staan.” Om de loonnorm van 0,4% echt te breken, moet de loonwet veranderen. Een wetsvoorstel van de PVDA en PS-parlementslid Marc Goblet daartoe deed Magnette echter af als “zuivere communicatie” waarvoor er toch “geen meerderheid is.” Het loskoppelen van de welvaartsenveloppe voor de laagste uitkeringen van de loonnorm, is een stap vooruit. Maar eigenlijk doet de PS hetzelfde als de bazen: de laagste pensioenen uitspelen om een blokkering van de lonen op te leggen. PS-minister Dermagne kondigde aan dat de loonnorm van 0,4% er komt indien de sociale partners geen akkoord vinden voor 1 mei. Wat is de stelling van Magnette over zijn 200% steun aan de staking anders dan “zuivere communicatie”?

    Het komt erop aan om het ongenoegen te mobiliseren in collectieve actie. Dat is de enige manier om ervoor te zorgen dat de woede niet leidt tot cynisme. Extreemrechts en rechtse populisten zijn meesters in het instrumentaliseren van cynisme. De PVDA heeft een belangrijke rol te spelen in de uitbouw en versterking van collectieve actie. Zoals we in onze vorige krant over het wetsvoorstel Goblet-Hedebouw opmerkten: “Om een overwinning te boeken, mag het wetsvoorstel niet beperkt blijven tot een parlementair initiatief. Het is door massastrijd dat verandering mogelijk is en dat in het verleden sociale verworvenheden werden afgedwongen.”

    Actie moet niet vertrekken van wat de andere partijen of de media ‘aanvaardbaar’ vinden, maar van wat de werkende klasse nodig heeft. Uiteraard kunnen wetsvoorstellen helpen om duidelijk te maken waar de PS of Ecolo staan, maar het ordewoord ‘Stem op ons bij de volgende verkiezingen’ is totaal onvoldoende. Actie heeft bovendien een programma en een alternatief nodig om enthousiasme op te wekken en duidelijk te maken voor welke veranderingen we vechten. Een consequente linkerzijde moet strijdbewegingen versterken, het populariseren van socialistische maatschappijverandering is daar een essentieel onderdeel van.

    De arbeidersklasse moet haar stem laten horen

    Een socialistisch programma vertrekt niet van wat dure marketeers voorstellen, maar van wat de arbeidersklasse nodig heeft: een degelijke job voor iedereen met verlaging van de werkdruk door arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen; meer middelen voor zorg zodat een pandemie ons leven niet maandenlang kan domineren; betaalbare huisvesting door een massaal programma van sociale huisvesting; voldoende openbare diensten zoals onderwijs, kinderopvang maar ook cultuur; menswaardige pensioenen en uitkeringen zodat niemand in armoede hoeft te leven; regularisatie van mensen-zonder-papieren; een duurzame en leefbare planeet …

    Dit botst op de winsthonger van de grote aandeelhouders en kapitalisten, daarom is strijd nodig en moet de brug gemaakt worden naar maatschappijverandering. Enkel een verenigde arbeidersklasse is in staat om die verandering af te dwingen en te organiseren. Daartoe moeten we de hefbomen van de economie zelf in handen nemen, door de nationalisatie van de sleutelsectoren onder democratische controle van de gemeenschap. Enkel zo kunnen we planmatig beslissen hoe de beschikbare rijkdommen en technologie ingezet worden in het belang van de meerderheid van de bevolking en de planeet. We willen het kapitalisme niet hervormen of moderniseren, maar vervangen door socialisme.

     

     

    Sociaal verzet in Covid-19-tijden

    Hoewel de omstandigheden voor het organiseren van sociale strijd en acties zeer gecompliceerd werden door de sanitaire beperkingen (om nog maar te zwijgen van de gevolgen van de pandemie in termen van sterfgevallen, depressies …), is er sinds het begin van de pandemie geen gebrek geweest aan sociale mobilisaties.

    Op 29 maart was er de eerste nationale staking tijdens de pandemie. De eisen van hogere lonen en minstens 14 euro per uur zijn niet louter economisch: het gaat ook om respect voor wie alles doet draaien in coronatijden. Eerder speelde sociale strijd een grote rol in het afdwingen van gezondheidsmaatregelen en toegang tot beschermingsmateriaal op de werkvloer. Zorgpersoneel zette het gebrek aan middelen in het voetlicht door toenmalig premier Wilmès de rug toe te keren en in september met de grote zorgbetoging waaraan 7000 mensen deelnamen.

    De eerste lockdown begon kort na de internationale vrouwendag op 8 maart 2020 en de betoging met 10.000 aanwezigen in Brussel. Sindsdien waren er geslaagde actiedagen tegen geweld op vrouwen (25 november) en op de internationale vrouwendag dit jaar, naast acties voor het recht op abortus. Campagne ROSA speelde hier een belangrijke rol in.

    Tegen het einde van de eerste golf van de pandemie waren er acties van de mensen-zonder-papieren, wat aanleiding gaf tot het oprichten van de Union des Sans-Papiers pour la Régularisation (USPR). De Black Lives Matter-protesten in de VS kregen navolging in ons land met acties tegen racisme en politiegeweld. De afgelopen weken waren er ook nog verschillende acties van studenten. Kunst- en cultuurwerkers begonnen bezettingen van het Théâtre Nationale Bruxelles-Wallonie en de Munt.

  • Hogere lonen: van communicatie naar strijd

    De voorbije dagen reageerden de PS en Vooruit op de impasse in het loonoverleg. Ze stelden voor om artikel 14 van de loonwet in te roepen. Dat artikel bepaalt dat de regering ook een beperking van de dividenden kan opleggen. Tot hiertoe werd er nooit gebruik van gemaakt. De dreiging om het wel te doen, deed de liberale regeringspartners steigeren.

    Door Geert Cool

    De syndicale strijd tegen de schandalige loonnorm van slechts 0,4% zet druk op de regering en leidt tot spanningen. In februari waren er actiedagen, eind maart volgde een geslaagde nationale staking. PS-voorzitter Magnette verklaarde toen dat er een poging zou komen om de loonwet te “omzeilen”. Dat bestond uit het voorstel van eenmalige premies bovenop de loonnorm. De bazen en de liberalen hielden dit tegen. De vrijheid waar de liberalen voor pleiten omvat geen vrije loononderhandelingen. Enkel de vrijheid van patronale uitbuiting telt voor hen. De lonen worden in een dwangbuis gestopt.

    De sociaaldemocratie heeft zich met het regeerakkoord neergelegd bij de onder de regering-Michel strenger geworden loonwet. Afwijken van de loonmarge van 0,4% is hierdoor onmogelijk. Nadat het ‘omzeilen’ van de loonmarge via eenmalige premies op een patronaal njet botste, werd vlak voor 1 mei artikel 14 van de loonwet als deus ex machina bovengehaald. Als de lonen niet mogen stijgen, dan ook de dividenden niet, zo luidt het voorstel. Dat verandert niets aan de loonmarge van 0,4%, maar het zet druk op de bazen en het moet minstens de indruk wekken dat de regering niet voluit voor de patronale belangen rijdt.

    De vraag is hoe dit kan gerealiseerd worden. PS-voorzitter Magnette bekritiseerde het wetsvoorstel van Raoul Hedebouw (PVDA) en Marc Goblet (PS) om de loonwet van 1996 aan te passen, een voorstel om het dwingend karakter uit de loonnorm halen. Volgens Magnette was dit wetsvoorstel pure symboliek. “Ik heb het zelfs niet gelezen. Meer dan symboliek is dat niet, er bestaat geen meerderheid voor. Zuivere communicatie is dat,” verklaarde hij in De Standaard aan de vooravond van de staking van 29 maart. Opdat zijn eigen voorstel de symboliek en communicatie overstijgt, moet Magnette voorstellen doen over hoe we het kunnen realiseren. Het is de regering, mét de liberalen dus, die verantwoordelijk is voor het toepassen van artikel 14.

    Er is geen communicatief opbod nodig over wie vanop de zijlijn niets zou realiseren, er is een strategie nodig om effectief loonsverhogingen af te dwingen. Wij merkten eerder in ons maandblad op dat het wetsvoorstel van Hedebouw en Goblet best gekoppeld werd aan een mobilisatiecampagne. “Om een overwinning te boeken, mag het wetsvoorstel niet beperkt blijven tot een parlementair initiatief. Het is door massastrijd dat verandering mogelijk is en dat in het verleden sociale verworvenheden werden afgedwongen. Dat zal nu niet anders zijn. Als het debat over het wetsvoorstel Goblet-Hedebouw beperkt blijft tot het parlement, zal het louter gezien worden als druk van de PVDA op de PS. Andere partijen zullen het vervolgens gewoon wegstemmen. Een informatiecampagne gekoppeld aan mobilisaties zou de buitenparlementaire druk opvoeren.”

    Hoe bouwen we aan een krachtsverhouding op straat en in de bedrijven? De loonstrijd zal immers niet in de regering of het parlement, maar op straat gewonnen worden. Dat is hoe alle eerdere sociale verworvenheden werden bekomen. Waar zijn de initiatieven om te bouwen aan een massale beweging met stakingen en andere acties? De vakbonden kunnen de voorstellen van zowel de PVDA als de sociaaldemocratie aangrijpen om met een escalerend actieplan de strijd verder te zetten om hogere lonen en een minimumloon van 14 euro per uur af te dwingen. We aanvaarden niet dat hogere lonen iets zijn waar rond 1 mei enkel over wordt gesproken, om ons daarna alsnog een schandalige loonnorm van 0,4% door het strot te rammen.

  • Afschaffing kinderbijslag? Zou een linkse partij niet beter wat rechtse taboes doorbreken?

    Foto: Pixabay

    Reactie door een ACOD-delegee

    Over het ideetje om de kinderbijslag af te schaffen en dat geld in onderwijs te investeren.

    Als je zoiets lanceert, leef je toch echt in een totaal andere wereld dan 90% van de bevolking. Zelfs voor ons gezin, met twee hoogopgeleiden met een stevig inkomen, is die kinderbijslag echt geen luxe. Wat moet het dan niet zijn voor mensen die met een nog beperkter inkomen moeten leven? Wat met alleenstaande ouders? Wie is er rijk genoeg om te denken dat kinderbijslag eigenlijk niet hoeft? In welk milieu leeft die Conner eigenlijk?

    Bovendien is het opnieuw een manier om de werkende bevolking te laten betalen voor de crisis. Ja, er zijn enorme noden in het onderwijs. Maar door die te laten betalen door de kinderbijslag af te schaffen, schuif je opnieuw de rekening door naar de mensen met de meest beperkte inkomens. De armsten mogen de crisis betalen.

    En dan het argument: “Ja maar, we moeten toch eens zonder taboes denken.” Akkoord, maar waarom moet dat altijd betekenen dat je taboes wil doorbreken die ten nadele zijn van de arbeidersklasse? Waarom gebruik je die kans niet om rechtse taboes te doorbreken? Een minimumbelasting op multinationals om het onderwijs waar zij gebruik van maken te financieren? Het opnieuw optrekken van de sociale zekerheidsbijdragen om kinderbijslag betaalbaar te houden? Of als we toch zot aan het dromen zijn: het verhogen van de laagste lonen tot 14 euro per uur en het optrekken van de kinderbijslag tot een niveau dat het écht de kostprijs van de opvoeding van een kind dekt, zodat geen enkel kind in armoede moet leven?

    Want rechtse “taboes” doorbreken, is dat niet de taak van een linkse partij?

     

    Lees ook:

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop