Your cart is currently empty!
Category: Sport
-
Competitie vervalst door big business
Competitie vervalst door big business
Door het faillissement van Beerschot AC speelt er volgend jaar geen enkele Antwerpse ploeg in de eerste klasse van België. Dat is in de geschiedenis van het Belgisch voetbal nog nooit eerder gebeurd. De redenen voor de afwezigheid van Antwerpse clubs moeten alvast niet bij de supporters gezocht worden, die in grote getale achter hun ploeg blijven staan. Het wanbeleid van enkelingen die onze clubs als interessante investeringen zien om zelf rijk te worden, ligt aan de basis van de teloorgang van ons voetbal. Het is een tekenend voorbeeld van de algemene evolutie die het hele Belgische en internationale voetbal doormaakt: de volksgeest van de sport wordt meer en meer geofferd aan de investerings- en businessdrang van de elite.
Een voetbalclub wordt in de eerste plaats gedragen door het sociale weefsel dat eromheen hangt. Het zijn de grote kernen van werkende mensen, die week in week uit hun geld en tijd investeren in hun favoriete club, die het draagvlak vormen van de voetbalsport. Ondanks het feit dat ze nauwelijks inspraak krijgen in het beheer van de ploeg, blijven ze er met hart en ziel achter staan. Het zijn precies de belangen van deze mensen – de ruggengraat van elke voetbalploeg – die steeds meer naar de achtergrond verdwijnen en verzinken bij de belangen van een handvol moneygrabbers die het op ons favoriete tijdverdrijf gemunt hebben.
Citymarketing verstikt A
Bart De Wever, de N-VA-burgemeester van Antwerpen, werd hardhandig met de werkelijkheid geconfronteerd toen hij dacht een ideale oplossing gevonden te hebben voor de crisis in het Antwerps voetbal en daarbij zeer duidelijk maakte dat hij geen zier begrepen had van de geest van de sport of van de mentaliteit van de Antwerpse supporters. Onder het mom van de citymarketing werd voorgesteld om een nieuwe club op te richten onder de naam Antwerpen United. Als dat niet kon, wou de burgemeester zelfs een club uit West-Vlaanderen naar de stad halen om in het Olympisch Stadion op het Kiel te spelen.
Hierbij wordt volledig voorbijgegaan aan de realiteit dat clubs zeer locatiegebonden zijn omwille van het sociaal weefsel dat ze creëren en de sociale functie die ze in de samenleving vervullen. Voor een dergelijke monsterconstructie bestaat er nergens een draagvlak. Antwerpen telt drie supporterskernen (Antwerp, Beerschot en Berchem) die geen van allen geïnteresseerd zijn in een citymarketing-stunt die de eigen historiek en traditie van deze clubs verwerpt.
Dat werd wel zeer duidelijk toen 1000 Antwerpse voetbalfans aan het stadhuis op de Grote Markt protesteerden tegen de gang van zaken. Zij eisten dat het stadsbestuur zou investeren in de bestaande clubs en sociale structuren, in plaats van een elitaire, kunstmatige constructie te creëren waar enkel een handvol zakenmannen baat bij hebben. Dat het stadsbestuur dit niet doet, ligt volledig in de lijn van haar asociale politiek: een verwaarlozing en afbraak van de sociale ruimte, en investeringen in megalomane stadsprojecten die de bevolking verarmen en de stadsmanagers verrijken.
Qatar Saint-Germain versus Oligarch Monaco
Op deze manier wordt ons voetbal ons ontstolen. De enige clubs die in staat zijn om hoge toppen te scheren, zijn de clubs die overgenomen worden door rijke Russische oligarchen of oliesjeiks uit Qatar.
Zo werd Chelsea al jaren geleden opgevist door Abramovich om de grijze middenmoot te ontstijgen en elk jaar voor de Europese prijzen mee te spelen. Manchester City kende eenzelfde ontwikkeling en is vandaag eveneens een Europese topclub. Vandaag wordt Paris Saint-Germain overgenomen door Qatar Sports Investment. AS Monaco komt terug naar de Franse eerste klasse nadat het overgenomen werd door de Russische miljardair Dmitry Rybolovlev. Zo wordt de wedstrijd Monaco-PSG volgend jaar ook een beetje Qatar versus Rusland.
De natuurlijke gang van zaken tijdens de competitie wordt grondig verstoord: de sport verdwijnt naar de achtergrond, de zakenbelangen primeren. Een weldenkend voetballiefhebber heeft voor dit fenomeen maar één woord: competitievervalsing en dus spelbederf.
Voetbal: de rijkste wint
Het oude mopje dat voetbal een spel met 11 spelers is waarbij op het einde de Duitsers winnen, heeft een grond van waarheid: de ploegen met de meeste middelen domineren. Hierdoor is de competitie niet eerlijk of spannend. In de kapitalistische concurrentiestrijd is er zoals elders een groeiende monopolievorming met een steeds beperkter aantal grote bedrijven dat overeind blijft.
Ook in België zijn het al jarenlang dezelfde grote clubs die de dienst uitmaken aan de top van het klassement. Een enkele keer kan een volksclub dit cordon wel doorbreken, maar het is onmogelijk om de nodige financiële structuur uit te bouwen om blijvend met het selecte kransje van topclubs te kunnen concurreren.
Onze competitie wordt op die manier door kapitalistische haaien omgevormd tot een saai, futloos en voorspelbaar schouwspel. Het is niet alleen wraakroepend dat er zoveel geld omgaat in het voetbal; het is ook dodelijk voor het voetbal zelf.
Sociale en sportieve element gaan hand in hand
“Antwerpen heeft nood aan één financieel gezonde topclub; voor twee – laat staan drie – is er in deze stad geen plaats.” Het is een argument dat Antwerpse voetbalsupporters tot in den treure over zich heen krijgen. Als dit argument klopt, komt het enkel en alleen door de fundamenteel ongezonde conditie waarin ons voetbal verkeert. Antwerpen had in de jaren ’50 immers maar liefst vier eersteklassers, maar toen zag de voetbalwereld er heel anders uit.
Spelers kwamen uit voor hun eigen club en werden niet voor astronomische sommen verhandeld op de voetbalmarkt. Supporters leverden een actieve en participatieve bijdrage aan het leven van hun club; en managers en investeerders hadden het voetbal als lucratief speelgoed nog niet ontdekt. Wie goed voetbalde, haalde de top. Ondertussen fungeerden de lokale voetbalclubs als sociale jeugdwerkingen die kinderen op een constructieve manier bezig houden. Zo hoort sport ook te zijn.
Dat scenario staat mijlenver van de hedendaagse realiteit. Vandaag wordt het voetbal bestuurd door tv-gelden, makelaars en big business. De supporters kunnen steeds waanzinnigere ticketprijzen betalen om te gaan kijken naar een club die steeds minder naar hen luistert en steeds verder van hen wegdrijft. Dit is onze sport niet meer.
LSP kant zich tegen de manier waarop het moderne voetbal georganiseerd wordt en eist dat de arbeidersklasse haar favoriete tijdverdrijf terugkrijgt. In de lagere reeksen wordt aangetoond dat het wel kan: een club die door de supporters beheerd wordt en voldoet aan de sociale eisen die van een voetbalclub verwacht worden. Dergelijke voorbeelden moeten aangehaald en uitgebreid worden door socialistische voetbalsupporters. Enkel zo kan het voetbal opnieuw een ontmoetingsplaats worden voor werkende mensen, waar ze kunnen ontspannen en een manier hebben om het sociaal weefsel in hun regio uit te bouwen.
“Reclaim the game” betekent voor ons: stop de waanzinnige overnames en contracten die ons voetbal vernietigen! De supporters zijn de ziel van de club: geef hen inspraak!
-
Voetbalclubs onderhevig aan speculatie. Geldbejag haalt het van de sport
Op de Antwerpse voetbalvelden valt er weinig spektakel te noteren, ernaast des te meer. Na megalomane plannen van allerhande dubieuze zakenlui, lijkt nu een even megalomaan plan van het stadsbestuur in de maak. Er wordt gezocht naar een andere ploeg om naar Antwerpen te komen. Of beter gezegd: naar zakenlui die willen investeren in een nieuwe ploeg die het stamnummer van een andere ploeg inpikt. De supporters worden in deze niet gehoord.
Voetbal is bij uitstek een volkse sport waarbij duizenden mensen iedere week hun ploeg aanmoedigen, liefst in eigen buurt. Ploegen worden gemaakt door hun supporters, maar het sportieve element en de rol van de supporters worden in het debat vandaag zoveel mogelijk vermeden. “Voetbal gaat om geld”, vatte Jos Verhaegen samen.
Erger zelfs, sporteconoom Trudo Dejonghe merkt op dat de supporters in Antwerpen een “probleem” vormen: “Er is in Antwerpen een probleem met de fans. De supporters van de Antwerpse ploegen komen minder dan elders uit de middenklasse, met hooliganisme als gevolg.” Het feit dat gewone mensen naar de voetbal gaan, zou ook voor sponsors minder interessant zijn. Het doet denken aan de ontwikkelingen in het wielrennen waar een volkse gebeurtenis als de Ronde van Vlaanderen stilaan wordt omgetoverd tot een rondrit langs VIP-tenten die wel interessant zijn voor sponsors.
Voetbalploegen zijn steeds meer verlengstukken van de belangen van grote investeerders en speculatief kapitaal. Het zorgt ervoor dat de lokale verankering verdwijnt. Topploegen komen in handen van investeerders uit Quatar (Paris Saint Germain) of Rusland (Monaco, Chelsea) die meteen een hele ploeg opkopen. Het lijkt erop dat het Antwerpse stadsbestuur een gelijkaardige operatie wil doorvoeren, er wordt gezocht naar investeerders en een topploeg die verdwijnt waarbij het stamnummer kan ingepikt worden. Een Antwerpse topploeg zou volgens burgemeester De Wever interessant zijn, onder meer voor de citymarketing.
De aankondiging dat Zulte-Waregem mogelijk naar het Kiel zou trekken, botste terecht op protest bij de supporters van zowel Zulte-Waregem als Beerschot. De aankondiging bleek op een misverstand te berusten. Zulte-Waregem zou overwegen om Europese wedstrijden in Antwerpen te spelen (omdat het Regenboogstadion niet aangepast is) en CEO Decuyper ziet wel iets in een Antwerpse topploeg omdat hij meent dat er in Zuid-Westvlaanderen onvoldoende mogelijkheden zijn om uit te groeien tot een stabiele topploeg. Een fusie van Zulte-Waregem met Kortrijk zou een stamnummer vrijmaken dat Decuyper mee naar Antwerpen kan nemen.
Het zal de sportliefhebber al opgevallen zijn: nergens in deze discussie gaat het over sport. Het gaat enkel om zakelijke belangen en geldbejag. Daar hebben de Antwerpse supporters van beide ‘ploegen van ’t stad’ al ervaring mee, de afgelopen jaren was er een komen en gaan van zakenlui die uiteindelijk hebben gezorgd voor het failliet van Germinal Beerschot en een onzekere toekomst voor FC Antwerp. Patrick Decuyper zou niet misstaan in de reeks investeerders, De Tijd omschrijft hem als: “Flamboyant, joviaal en hyperambitieus, maar ook ongeduldig, onervaren en grootsprakerig.” Zijn bedrijf, Enfinity, was een tijdlang de hoofdsponsor van Zulte-Waregem maar kent problemen omwille van een poging tot te snelle groei. De Tijd: “Het dolle groeiverhaal stopte in 2011, toen Enfinity een nettoverlies optekende van 26,6 miljoen euro. Decuypers nieuwe initiatief, de klantenkaart YU.card, raakt niet van de grond.”
Burgemeester De Wever en zijn ploeg trekken aan de kar om een stamnummer en ploeg te vinden die Antwerpen op de kaart kan zetten. Daarvoor werd gesproken met ‘potentiële investeerders uit het Antwerpse zakenleven’. Christian Van Thillo van De Persgroep zou daarin het voortouw nemen, maar zou zelf geen geld investeren. Alleszins is het nog niet duidelijk welke dubieuze investeerders De Wever en co uit hun hoed willen toveren om in naam van de citymarketing een voetbalploeg te creëren. Wel duidelijk is dat het geklungel en gemarchandeer aan de top niet wordt geapprecieerd door de supporters. Het wordt tijd dat de steeds toenemende greep van de commercie en speculatie op onze sport een halt wordt toegeroepen.
-
Competitie om zeep geholpen door de markt
Corruptieschandalen, doping, omkoperij aan de top,… dat is dagelijkse kost geworden bij de meest professionele vormen van sport. Gestuurde weddenschappen, verkochte wedstrijden, gedopeerde sporters,… Niets wordt ons gespaard. Er zijn nu ook ernstige verdenkingen dat er veel geld werd besteed opdat Quatar de volgende Wereldbeker voetbal zou mogen organiseren.
Artikel door Jean Larock uit de maarteditie van ‘De Linkse Socialist’
We zullen hier niet ingaan op de discrete ontmoetingen tussen Sarkozy, de prins van Quatar en Michel Platini. Maar het is toch opvallend dat een land zonder enige voetbaltraditie, met weinig sportieve infrastructuur en een klimaat dat niet erg gunstig is voor voetbal uiteindelijk de Wereldbeker binnen haalt.
Als de temperaturen meer dan 40 graden bedragen, worden in Frankrijk regelmatig wedstrijden afgelast of ingekort. Dat wordt niet altijd positief onthaald, het leidt vaak tot discussie. Maar het gaat nu eenmaal over de publieke gezondheid. Maar nu zullen de beste voetballers van de planeet een Wereldbeker spelen als braadkippen in een reuze oven. En dat enkel en alleen voor de glorie van een prins die alles kan kopen, zolang maar met petrodollars wordt gezwaaid.
Tijdens wedstrijden is het ‘uitwisselen van gunsten’ normaal verboden omdat het de competitie vervalst. Sporters die ‘vals’ spelen, worden zwaar gestraft. Maar rond de sportvelden zijn het de commercanten die het voor het zeggen hebben.
Tijdens de afgelopen Olympische Spelen had het IOC (Interationaal Olympisch Comité) zowat de volledige organisatie en vooral de winsten van de Spelen geprivatiseerd. Eenmaal in het Olympische dorp was het niet mogelijk om iets te eten, te drinken of te kopen zonder dat het om een sponsor van de Spelen ging. De olympische uitspraak ‘Sneller, hoger, sterker’ leek vooral betrekking te hebben op de winsten. Het IOC haalde 1,6 miljard euro aan sponsorgeld binnen bovenop bijna 4 miljard euro aan televisierechten. De kosten voor het organiseren van de Spelen kwamen aan de gemeenschap toe.
De versnelde privatisering van topsport heeft een nefaste invloed op alle niveaus. Zodra de geldbedragen astronomische hoogten bereiken, wordt ook de druk om te winnen en desnoods vals te spelen een pak groter. De vele schandalen van verkochte wedstrijden en de impact van de gokmaffia bevestigen dit. Het volstaat niet om meer eerlijkheid en integriteit te eisen. “In een wereld waarin iedereen bedriegt, slaat een eerlijke mens een vreemd figuur”, stelde André Gide.
Het centraal plaatsen van de winstbelangen zorgt er ook voor dat bepaalde disciplines aan belang winnen omdat ze sneller meer winst opleveren. Alle nadruk komt te liggen op sport met een stevige spektakelwaarde. Dat gaat ten koste van minder bekende disciplines en van de dagelijkse sportbeoefening van ons allemaal.
Het belang van sport in de opvoeding van jongeren en voor de gezondheid en ontspanning van iedereen wordt onderschat en bovendien ondergefinancierd. In tal van disciplines is er een groot tekort aan middelen om jongeren of nieuwelingen te begeleiden als die een sport als hobby willen beoefenen.
De commercialisering van de sport gaat regelrecht in tegen de vreugde van de inspanning, de fair-play, het wederzijdse respect,… Het IOC probeert die waarden wel naar voor te schuiven, maar dan enkel om zichzelf beter te kunnen verkopen. Het is even subtiel als een gewichtheffer die vol steroïden zit.
Als we toelaten dat de commercie zich de sport volledig toe-eigent, zullen we snel terugkeren naar de 19de eeuw toen sport enkel voor de elite toegankelijk was. De gewone bevolking kan dan enkel nog passief naar de heldendaden van de idolen kijken en de scores volgen op de lokale beurzen.
Wat moet er dan gebeuren? Moeten we sport de rug toekeren omwille van de commercie? Neen, dat zou niet bepaald van fair-play getuigen. Waarom zouden we sport zomaar overlaten aan diegenen die het naar de vaantjes helpen?
De sportfederaties moeten beheerd worden door verkozen vertegenwoordigers van de sporters, de supporters en de gemeenschap (waaronder de ouders van de jongeren uit de buurt).
Er moeten publieke middelen zijn voor alle sportdisciplines zodat deze voor iedereen toegankelijk zijn. Voetbal was traditioneel de meest toegankelijke (en meest populaire) sport, maar is vandaag steeds minder betaalbaar voor gezinnen die hun kinderen in een club willen inschrijven.
De organisatie van competities moet toevertrouwd worden aan verkozen comités van sportlui en supporters, wars van enige invloed van sponsors en andere private financiële belangen.
Waar mogelijk moet sport zo inclusief mogelijk zijn, met faciliteiten voor mensen met een handicap of met gemengde ploegen. Sport gaat immers ook om samenwerking.
Kortom, om de sport gezond te maken, is er nood aan een echte revolutie. Alle handelaars moeten buiten gejaagd worden, maar ook de zucht om ten koste van alles te winnen moet weg. Het sportieve plezier moet centraal staan en dat gaat niet samen met de winsthonger die de sport vandaag om zeep helpt.
-
Dopingschandalen houden aan. Commercie verziekt sport
Het rapport van het Amerikaanse Antidoping-agentschap USADA over de zevenvoudige Tour-winnaar Lance Armstrong en zijn team US Postal zorgde enkele jaren na de zaak-Fuentes voor alweer een zwarte dag voor het wielrennen en de hele sportwereld. In het dossier getuigen verschillende ex-ploeggenoten over systematisch dopinggebruik bij US Postal en andere ploegen. Een van de spilfiguren is dokter Ferrari die aan deze doping- en witwaspraktijken ruim 30 miljoen euro verdiende.
Doping is al jaren aanwezig in de (wieler-)sport. De dood van Tom Simpson op de Mont Ventoux in 1967, wielergod Eddy Merckx die tot drie keer toe betrapt is, de Festina-affaire, de zaak Fuentes,… Er zijn voldoende voorbeelden die aangeven dat de sport allesbehalve clean is. En dit beperkt zich niet tot het wielrennen. In de zaak-Fuentes waren 200 atleten betrokken, waaronder grote namen uit het voetbal, Formule 1 en tennis.
De steeds groter wordende commerciële belangen versterken de prestatiedruk die voorheen al zeer hoog was. Lance Armstrong verdiende tijdens zijn profcarrière tot 17,5 miljoen dollar per jaar. Daarvan kwam ‘slechts’ drie miljoen van het prijzengeld voor zijn zeven eindzeges en diverse ritoverwinningen in de Tour de France. De rest kwam van gigantische bonussen die van privésponsors kwamen. Verzekeringsmaatschappij SCA bijvoorbeeld gaf Armstrong 5 miljoen euro bij zijn Tourzege in 2004.
Als er zo’n grote bedragen in het spel zijn, dan is de 1 miljoen euro die Armstrong aan dopingdokter Ferrari gaf een investering die snel werd terug verdiend. En als hij dan toch betrapt wordt, zijn er nog steeds de sponsors. Die hebben niet graag dat hun naam door het slijk wordt gehaald en zijn bereid om daar voor te betalen. De toenmalige voorzitter van de internationale wielerfederatie UCI, Hein Verbruggen, zou van Nike een half miljoen euro smeergeld hebben gekregen om een positieve dopingtest in 1999 onder tafel weg te moffelen.
We moeten opkomen voor een sportgebeuren dat op de eerste plaats zorgt voor ontspanning. De competitie, spanning,… moeten daarbij niet verdwijnen maar wel ontdaan worden van de commerciële belangen die vandaag het sportieve overheersen. Het verzwaren van de parcours om extra spektakel te krijgen, heeft de meeste wielerwedstrijden herleid tot een gesloten koers die pas in het laatste uur ontploft. Dat is misschien ideaal voor sponsors en rijke organisatoren als Wouter Vandenhaute, maar het is teleurstellend voor echte sportliefhebbers. Opkomen voor een “zuivere” sport, betekent voor ons ook opkomen voor een socialistische samenleving waarin de behoeften van de meerderheid van de bevolking centraal staan en niet het winstbejag van een kleine minderheid.
Een socialistische samenleving kan de sport vrij maken van alle negatieve kenmerken van het kapitalisme die de mensheid in zijn greep houdt, namelijk vijandigheid, egoïsme, valsheid, winstbejag, liegen en bedriegen. Onder het socialisme, waarbij een enorme toename van de vrije tijd mag worden verwacht via de herverdeling van het werk, kunnen de voorwaarden worden gecreëerd waarbij elk individu de kans en de tijd krijgt om sport te beoefenen, talenten te ontdekken en zich op een gezonde manier te meten aan anderen. Maar dit alles in een sfeer van vriendschappelijke competitie, respect en bewondering voor elkaar.
-
Olympische Spelen. Grootste sport- en winstshow ter wereld
Vandaag is er de openingsceremonie van de Olympische Spelen. Naar schatting een miljard mensen zullen dit volgen. Naast een sportieve hoogmis vormen de Olympische Spelen ook een evenement waar er enorme winsten te rapen vallen en het wordt aangegrepen om de overheidsrepressie op te voeren.
Het zijn niet alleen sportieve records die dit jaar op de Olympische Spelen records zullen gebroken worden. Ook de beloftes van betaalbare huisvesting, degelijke jobs en meer toegankelijke sportfaciliteiten worden gebroken. De grootste sportshow ter wereld is in de greep van de commercialisering en tegelijk een test voor het opdrijven van de overheidsrepressie.
Het begon allemaal met een leugen: de Olympische Spelen in Londen zouden 2,4 miljard pond kosten. Dat cijfer was nooit geloofwaardig. Om onverklaarbare redenen werd er geen rekening gehouden met de BTW of de kosten inzake veiligheid. Met die elementen inbegrepen zou de factuur al 3,9 miljard euro hebben bedragen (20% BTW en een veiligheidskost van ongeveer 1 miljard pond).
Het Olympische budget bleek bijzonder rekbaar te zijn, nu is er al sprake van 9,3 miljard pond. Dat vormt allemaal onderdeel van een massale plundertocht bij de gewone werkenden en de middenklasse die via indirecte en directe belastingen de factuur moeten betalen.
De regering zal (met ons belastinggeld) instaan voor 6,2 miljard pond, de rest komt van de loterij (en dus van een indirecte belasting betaald door de armsten). Ondanks alle beloftes dat de private sector een deel van de grote bouwprojecten zou financieren, moeten de organisatoren nu erkennen dat minder dan 2% van het Olympische budget van private middelen komt.
Het London Organising Committee for the Olympic Games (Locog), het orgaan dat instaat voor het organiseren van de Spelen, heeft ook nog eens 2,1 miljard ingezameld. Dat geld kwam vooral van sponsors bij de grote bedrijven. Locog krijgt een bijdrage van het Internationaal Olympisch Comité (IOC). De rest van het geld komt van de tickets en de verkoop van merchandising, kortom nogmaals uit onze zakken. Locog wordt geleid door Lord Sebastian Coe, ooit een atleet die een gouden medaille won, vervolgens een conservatief parlementslid en tenslotte een ‘wereldambassadeur’ van Nike. Het hoeft geen verbazing te wekken dat Coe ook een multimiljonair is.
Sponsors
De belangrijkste sponsors van het IOC betalen elk meer dan 60 miljoen pond voor een tienjarencontract. Onder het kapitalisme betekent dit dat deze bedrijven zichzelf een sterke machtspositie aankopen. In deze competitieve sector gaan de organisatoren heel ver in het verdedigen van de belangen van de sponsors. Het is bijvoorbeeld wettelijk niet mogelijk voor niet-sponsors om de term ‘Olympische Spelen’ te gebruiken en evenmin om het Olympische symbool te hanteren.
Om de rechten van de televisiestations te beschermen, is het toeschouwers niet toegelaten om beelden van de wedstrijden op Youtube te plaatsen of om beelden van binnen in het Olympische dorp op sociale media te plaatsen. Twitter zal vermijden dat niet-sponsors advertenties kunnen kopen met hashtags zoals #London2012. Ook atleten mogen geen video- of audiobestanden publiceren.
We zullen nog moeten zien hoe strikt al deze regels worden toegepast, maar het ziet er naar uit dat de autoriteiten het menen.
Het is niet mogelijk om een opdeling van de ticketverdeling voor alle evenementen te krijgen. Lord Coe en co weigeren die informatie bekend te maken. Maar wat wel duidelijk is, is dat er steeds meer tickets worden voorbehouden voor sponsors en vertegenwoordigers van de Olympische Spelen zelf. De krant The Guardian maakte bekend dat er van de 80.000 beschikbare zitjes voor de finale van de 100 meter voor mannen slechts 29.000 (of 36%) aan het publiek werden aangeboden. Voor de finale van het wielrennen op de piste zijn er slechts 2.500 van de 6.000 zitjes aan het publiek aangeboden.
Het is tot vandaag mogelijk om aan een ticket te geraken als je goede connecties hebt met vertegenwoordigers van 54 van de 204 landen die officieel vertegenwoordigd zijn op de Spelen. De vele tickets voor de afgevaardigden van nationale delegaties en voor sponsors leiden tot een sterke groei van de handel op de zwarte markt. Het IOC kondigde aan dat het daar een uitgebreid onderzoek naar zal voeren, maar een rapport moet niet voor het einde van de Spelen worden verwacht. Het toont alvast aan dat de wereldwijde sportstructuren worden beheerd door een kleine kliek aan de top die geen verantwoording verschuldigd is.
‘Olympische familie’
De voorkeursbehandeling voor de 70.000 leden van de zogenaamde ‘Olympische familie’ (officiële vertegenwoordigers, atleten, media en andere medestanders) gaat nog verder dan dat. Je kan nog begrijpen dat de atleten in de watten worden gelegd, zij spelen immers een vrij prominente rol tijdens de Spelen. Maar waarom wordt de rode loper ook uitgerold voor duizenden bureaucraten en politieke leiders, met inbegrip van vertegenwoordigers van de meest repressieve regimes ter wereld?
Zij zullen een speciale behandeling genieten op de luchthavens waardoor ze sneller door de controle geraken. Ze kunnen langs speciale wegen naar de wedstrijden trekken, terwijl duizenden gewone mensen zich een weg doorheen de files van Londen proberen te banen. Er is al gewaarschuwd dat de inwoners van de hoofdstad moeten rekenen op 100 dagen van storingen op het openbare vervoersnet.
Er worden 585 extra ambtenaren ingezet en de vakantie van de anderen werd ingetrokken. Maar sinds 2010 heeft de regering 880 jobs geschrapt bij de grenscontroles. Na de Spelen zal verder bespaard worden met de mogelijkheid om nog eens 1.550 jobs te schrappen tegen 2014/15. Hierdoor zou het personeelsbestand bij de grenscontrole in totaal met 18% gedaald zijn tot een totaal van 6.440.
Van alle beloftes is die van een grotere deelname aan sport nog het meest realistische is. De sportieve prestaties op de Spelen zullen velen daartoe aanzetten. Maar de regering heeft ondertussen wel haar doelstelling om een miljoen actieve sporters tegen 2013 te halen aan de kant geschoven. Het aantal regelmatige zwemmers is in 2010-11 met ongeveer 435.000 afgenomen tegenover 2007-08. Ook het aantal deelnemers aan tennis, voetbal en rugby neemt af. Onder 16 tot 19 jarigen is het aantal mensen dat actief aan sport doet met meer dan 100.000 afgenomen tot 825.900.
De regering van Conservatieven en Liberaal-Democraten gaat verder op het beleid van Labour dat publieke sportinfrastructuur van onder meer de scholen is beginnen uit te verkopen aan de private sector. Sinds 2004 is het budget voor sport op school van 216 miljoen pond verminderd tot 35 miljoen pond! Er werden maar liefst 3400 sportleraars afgedankt en de subsidies voor 1.300 sportterreinen zijn ingetrokken.
De regering heeft ook al hard uitgehaald naar mensen met een beperking, wat ook de toegang tot sport voor deze laag van de bevolking moeilijker maakt. Vandaag kan slechts 18% van de volwassenen met een beperking gedurende meer dan 30 minuten per week aan fysieke activiteit ondernemen, voor volwassenen zonder beperking is dat 38%. De regering wil de uitkeringen voor mensen met een beperking omvormen tot een persoonlijk budget met als doel om minder te betalen.
Private gezondheidszorg
Voor de persoonlijke begeleiding van mensen met een beperking wordt beroep gedaan op een privaat bedrijf, Atos Healthcare. Dat bedrijf omschrijft zich als de belangrijkste ‘aanbieder van gezondheidszorg in het Verenigd Koninkrijk’. Het bedrijf krijgt bijna 100 miljoen pond per jaar om wekelijks tot 11.000 uitkeringsgerechtigden te testen. Het doel is om mensen met een beperking toch arbeidsgeschikt te verklaren en het uiteindelijke doel is om het aantal uitkeringstrekkers met 500.000 te verminderen. Het wordt helemaal cynisch als Atos Healthcare dan opduikt als belangrijke sponsor voor de Paralympics, het bedrijf betaalt daarvoor 62 miljoen pond op tien jaar tijd.
Een andere bewering die geen steek houdt, is dat deze Spelen de meest ‘ethische’ ooit zouden zijn. Een onderzoek van The Indepedent on Sunday (6 mei) gaf aan dat heel wat merchandising voor de Spelen uit beruchte sweatshops in de Filippijnen of China komt. Daar zitten toeleveranciers van Adidas. Er zijn ook fabrieken van Next in de beruchte vrijhandelszones in Sri Lanka. Het hoeft geen betoog dat vakbonden niet toegelaten zijn in deze fabrieken.
Een van de belangrijkste sponsors van het IOC is Dow Chemicals, dat ook een contract kreeg in het kader van de bouw van het Olympische stadion. Dow blijft alle verantwoordelijkheid ontkennen voor de gasramp in Bhopal in India in 1984 waarbij 20.000 doden en honderdduizenden gewonden vielen. Er is nog steeds een juridische procedure bezig om Dow hiervoor te laten betalen.
Het Olympische park was het toneel van heel wat protestacties van bouwvakkers die op de zwarte lijst van vakbondsmilitanten staan. Bij de bouw van het park werden vakbondsvertegenwoordigers bewust geweerd.
Een ander element is dat deze Spelen de repressieve machten van de staat ongetwijfeld zullen versterken. De veiligheidsoperatie achter de Spelen is de grootste sinds de Tweede Wereldoorlog. Naast de 13.500 militairen en de duizenden agenten worden ook 48.000 private veiligheidsagenten ingezet. Het bedrijf G4S heeft 23.700 mensen opgeleid en zou 10.000 mensen in dienst hebben gehad tijdens de Spelen in een contract ter waarde van 284 miljoen pond. De Spelen versterken de privatisering van de veiligheidsdiensten en verminderen de mogelijkheden tot verantwoording aan de lokale gemeenschappen.
De wijze waarop de Olympische Spelen ten dienste van de grote bedrijven staan, werd al duidelijk bij het toekennen van de organisatie aan Londen. Nog voor die toekenning had het vastgoedbedrijf Chelsfield plannen om een groot nieuw winkelcomplex te bouwen in de oostelijke Londense wijk Newham. In 2004 werd dit project opgekocht door drie grote bedrijven: Westfield, de grootste speler op de markt van winkelcentra, Multiplex, dat het Wembley stadion bouwde, en het vastgoedbedrijf Reuben Brothers dat fortuin maakte in Rusland in de jaren 1990.
Er werd steun gezocht bij de publieke sector om een bod te doen voor de Olympische Spelen. Het Olympische Comité dat toen werd voorgezeten door Lord Coe vroeg steun van Telco, een vereniging van meer dan 80 religieuze en lokale groepen in het oosten van Londen. Van daaruit werd een ‘ethisch akkoord’ opgesteld met eisen zoals betaalbare huisvesting voor de lokale bevolking, onderwijs, gezondheidszorg en degelijke jobs. Het akkoord werd in 2004 ondertekend door Lord Coe, toenmalig burgemeester Ken Livingstone en John Biggs (Labour), vice-voorzitter van het Agentschap voor Ontwikkeling in Londen.
Eens het bod van Londen aanvaard was, werden in 2006 plannen gemaakt om de Olympische faciliteiten na de Spelen te ontwikkelen. De intussen bevoegde organen daarvoor weigerden om met de lokale gemeenschappen te spreken met het argument dat niet zij het ‘ethische akkoord’ hadden goedgekeurd.
Westfield had intussen alle andere bedrijven uitgekocht en ging met projectontwikkelaar Land Lease in zee. De vastgoedcrisis kwam hierin tussen, waardoor de plannen rond het winkelcentrum in de koelkast dreigden te verdwijnen.
De regering gaf niet alleen 50 miljard pond aan de banken om deze te redden, maar besteedde ook 5,9 miljard pond om het Olympische project te redden. De regering ging ermee akkoord om het atletendorp te financieren en gaf daartoe de opdracht aan Land Lease. Westfield kreeg 200 miljoen pond publieke middelen voor wegen die naar het winkelcentrum zouden leiden.
Er werd eens te meer in de gemeenschapskas gezeten om de rijkste vastgoedontwikkelaars en bouwbedrijven te helpen.
Als het Olympische Park na de Spelen voor het publiek opent, zal dit onder de naam ‘Queen Elizabeth Olympic Park’ zijn. Het is het eerste Londense park sinds de Victoriaanse tijden. Bij de creatie van de laatste acht koninklijke parken in 1851 was er sprake van publieke parken. Het nieuwe park zal door private krachten worden beheerd. Een deel van het atletendorp is alvast verkocht aan een consortium rond de koninklijke familie uit Qatar en ook andere delen zullen worden verkocht.
Privaat beheer
Het bedrijf voor het Olympisch Park, OPLC, zal na de Spelen vervangen worden door een nieuw bedrijf, de Londen Legacy Development Corporation (LLDC). Dat bedrijf zal heel wat macht krijgen over een veel groter gebied. Een groot deel van het oosten van Londen zal hierdoor volledig in privaat beheer terecht komen waardoor de lokale autoriteiten er geen enkele controle meer over hebben.
Er werd beloofd om 11.000 huizen te bouwen in het Olympische park, met 35% daarvan aan ‘betaalbare’ prijzen. Het is onduidelijk wat daarvan terecht zal komen. In april heeft de regering de regels voor sociale huisvesting (gesubsidieerde huisvesting aangeboden door private huisvestingsmaatschappijen) aangepast waardoor de prijs kan opgetrokken worden tot 80% van de normale huurprijzen op de markt. Dat is een sterke stijging.
Newham omvat 13 van de 15 armste buurten van Londen. Zowat de helft van de bevolking leeft er onder de armoedegrens en 70% van de kinderen leven er in gezinnen met een laag inkomen. Er staan 32.000 gezinnen op de wachtlijsten van de gemeente. De mensen hebben geen keuze en moeten wel op de private markt huren. Het resultaat is dat er weinig of zelfs geen betaalbare huizen zullen zijn voor de lokale bevolking van Newham of omliggende buurten.
De Olympische Spelen vormen een gelegenheid om sportieve kunsten te vieren en te ervaren. Het is een kans om atleten uit heel de wereld aan het werk te zien en miljoenen toeschouwers bij elkaar te brengen. Het kapitalistische systeem daarentegen heeft enkel oog voor de winsten op korte termijn. Voor de grote bedrijven draaien de Spelen om zakelijke belangen inzake merchandising. Zij bepalen de regels en worden daarin gedwee gevolgd door het politieke establishment.
Lees ook:
- ‘Austerity Games’ highlights plight of young people (24 juli 2012)
- De Olympische Spelen, big business en dictatuur Dossier door Chinaworker.info uit 2008
- Commentaar. De Olympische Spelen van Vancouver Door een Canadese socialist (2010)
-
EK Voetbal. Rode kaart voor racisme
Het EK Voetbal in Polen en Oekraïne is intussen enkele dagen bezig. Op het veld levert dat spektakel op. Rond het veld eveneens, maar niet altijd op een even positieve manier. De aanwezigheid van gewelddadige neonazi’s in Oost-Europa was al langer gekend, nu komt het ook in beeld. Onder Poolse en Oekraïense hooligans zijn er immense problemen van racisme, geweld en neonazisme.
Afgelopen weekend bracht Vranckx op televisie nog een Britse documentaire waarbij het racisme en geweld in beeld werden gebracht. De reportage wees erop dat er in 2010 in Polen minstens 133 haatmisdrijven werden geregistreerd. Zwarte spelers worden systematisch op oerwoudgeluiden onthaald.
Gekleurde toeschouwers in de Oekraïne werden voor de ogen van de documentairemakers in elkaar geramd. Duizenden hooligans brachten de Hitlergroet. De Oekraïense politie ontkent het probleem, een woordvoerder stelt dat de hooligans die de Hitlergroet brachten terwijl ze ‘Sieg Heil’ riepen slechts naar hun tegenstanders wezen en dat met de rechterarm deden om de aandacht te trekken. ‘Comical Ali’, de minister van informatie in Irak die de invasie bleef ontkennen terwijl ze onder zijn ogen oprukte, is terug en werkt voor de Oekraïense politie.
De reportage volgde enkele extreemrechtse hooligans die met Hitler dwepen en zelfs eigen semi-militaire opleidingen organiseren. Het doel van de hooligans is duidelijk: “Eén ras, één natie, één vaderland”. De militaire opleiding willen de jonge recruten uiteindelijk ook op straat en in de stadions gebruiken. Voor heel wat jongeren is hooliganisme vandaag de enige uitlaatklep, extreemrechtse groeperingen spelen daarop in om zichzelf te versterken en uit te bouwen.
In de eerste week van het EK waren er al enkele incidenten. In Krakow werden gekleurde Nederlandse spelers uitgejouwd tijdens een training en dat een dag nadat ze het concentratiekamp van Auschwitz hadden bezocht. In de wedstrijd tussen Rusland en Tsjechië werd een zwarte Tsjechische speler op oerwoudgeluiden onthaald, onder de Russische fans waren er een aantal extreemrechtse activisten. Ook een zwarte Italiaanse speler werd uitgejouwd.
De Nederlandse kapitein Van Bommel stelde dat het racisme op de training schandalig is en dat de ploeg het met de UEFA hierover zal hebben. Als racisme zich tijdens een wedstrijd manifesteert, wil van Bommel dat de scheidsrechter optreedt. Racisme moet inderdaad een rode kaart worden getoond, het verpest het spel voor de tienduizenden voetballiefhebbers die het EK volgen. Of toch voor een groot deel ervan, sommigen zoals Filip Dewinter hebben er minder problemen mee. Dewinter twitterde over “al dat gezaag over racisme op EK in Oekraïne”.
Het EK brengt het probleem van neonazisme en racistisch geweld in Oost-Europa naar boven. Dat is gegroeid na de herinvoering van het kapitalisme en de bijhorende economische en sociale problemen voor de overgrote meerderheid van de bevolking. Op een rot systeem vinden de schimmels van racisme en neofascisme een vruchtbare grond. Het probleem zal niet zomaar verdwijnen met moralistische argumenten, het symptoom veroordelen neemt de voedingsbodem niet weg.
Er is een massale campagne nodig waarbij supporters, spelers en de gemeenschap in het algemeen een rol spelen. Een centraal element in zo’n campagne moet bestaan uit het bestrijden van de oorzaken van racisme en hoe dat gebruikt wordt door de 1% rijksten om de winsten te beschermen en de 99% van de bevolking te verdelen.
-
Opnieuw discussie over racisme in het voetbal
Het feit dat Luis Suarez recent weigerde om een hand te geven aan Patrice Evra voor het begin van de wedstrijd tussen Manchester United en Liverpool leidde tot een nieuwe discussie over racisme op de voetbalvelden. Uiteraard had Suarez een hand moeten geven aan Evra. Maar het racisme in de stadions zal niet worden opgelost door handjes te geven.
De eigenaars van Liverpool FC, Fenway Sports Group, en de belangrijkste sponsor van de ploeg, Standard Chartered Bank, hebben Suarez en de manager van de ploeg onder druk gezet om zich te verontschuldigen. Ze hebben dat enkel gedaan om te vermijden dat de ‘merknaam’ Liverpool zou geschaad worden. Dat zou slecht zijn voor hun winsten. Dat is voor hen belangrijker dan de discussie over racisme.
Standard Chartered heeft de afgelopen vier jaar 81 miljoen pond in de club geïnvesteerd, dat is een van de grootste sponsorbedragen uit de geschiedenis van het Britse voetbal.
Het openlijke racisme dat 20 tot 30 jaar geleden nog zo sterk aanwezig was in de stadions, is vandaag niet meer zo openlijk aanwezig. Maar het blijft een ernstig probleem. Dat bleek recent nog toen er racistische gezangen waren tijdens de wedstrijd tussen Plymouth en Southend. Micah Richards van Manchester City heeft zijn twitteraccount afgesloten omdat het werd overspoeld door racistische opmerkingen.
Maar er is nog een ander soort racisme in het voetbal: dat van het establishment. Slechts twee van de 92 managers in de Engelse voetballiga zijn zwart en slechts een handvol Britten met Aziatische roots konden doorbreken in de sporttak.
Racisme in het voetbal is onlosmakelijk verbonden met het racisme in de samenleving in het algemeen. Dat wordt niet opgelost door een hand te schudden of door het opleggen van bepaalde wetten.
John Barnes speelde ooit voor Liverpool en voor de Engelse nationale ploeg. Hij kreeg daarbij veel te maken met racistische opmerkingen. In een interview met Talksport radio stelde hij: “Je zal een racist niet van zijn mening afbrengen door een wet te stemmen die zegt dat hij niet racistisch mag zijn”. Het racisme in het voetbal moet worden aangepakt door een massale campagne waarin supporters, spelers en anderen uit de voetbalwereld en de gemeenschap in het algemeen een rol spelen.
Daarbij moet onder meer worden uitgelegd wat de oorzaken van racisme zijn en hoe het wordt gebruikt door het patronaat en de rijkste 1% om hun winsten te beschermen door de 99% van de bevolking te verdelen.
Video met de beelden van Suarez die voor de wedstrijd van 11 februari weigert om Evra de hand te schudden
-
Braziliaanse socialisten herdenken Socrates
De laatste dag van het congres van de linkse partij PSoL (Partij voor socialisme en vrijheid) werd opgedragen aan de belangrijke Braziliaanse voetballer Socrates die op dezelfde dag (4 december) overleed aan de gevolgen van een leveraandoening.
Het congres van de PSoL vertoonde even een moment van eenheid toen alle afgevaardigden en bezoekers het leven van Socrates herdachten. Socrates was niet alleen een uitstekende voetballer, hij stond ook vooraan in de strijd van de arbeidersklasse en van de armsten in Brazilië.
De arbeiders en armen in São Paulo en de rest van het land hebben zo’n strijders nodig. Op de dag dat Socrates overleed, won zijn oude ploeg uit São Paulo, Corinthiërs, de Braziliaanse titel en dit tot groot vermaak van minstens de helft van de voetbalfans in de stad.
Toen de afgevaardigden na het congres naar huis trokken en langs de wolkenkrabbers wandelden, konden ze ook een minder rooskleurig beeld van de stad zien. Er zitten op bijna iedere straathoek honderden zwervers die hun kartonnen bedden voor de nacht opmaken op basis van wat ze vonden in afvalbergen.
De ouderen, jongeren, mannen en vrouwen die ondanks hun verschrikkelijke bestaan amper een bedreiging voor de voorbijgangers vormen, worden door het bewind gezien als menselijk afval. Hun ingevallen ogen vertellen dat ze alle hoop op een degelijk leven hebben laten varen.
Het Braziliaanse kapitalisme wil de wereld een ander beeld laten zien. Met het ochtendlicht worden de straten schoon geveegd om een beter beeld van de stad te kunnen geven, een stad die de Wereldbeker organiseert in 2014 en de Olympische Spelen in 2016.
Die prestigeprojecten gaan gepaard met enorm veel financiële middelen en corruptie, maar intussen worden de armsten slechter behandeld dan dieren bij ons.
Socrates was uniek onder de Braziliaanse voetballers omdat hij een oprecht sociaal bewustzijn had en steeds bleef opkomen voor de verbetering van de voorwaarden van de Braziliaanse arbeidersklasse.
Mogelijk had Socrates nog geleefd indien hij een levertransplantatie had gekregen, maar hij weigerde de wachtlijst voorbij te steken. Tot aan zijn dood bleef hij zijn principes aanhouden.
LSR, de Braziliaanse afdeling van het CWI, stelde op het congres van PSoL dat deze partij een socialistisch programma moet verdedigen om een einde te maken aan de dagelijkse wreedheden van het kapitalisme en dat PSoL de basis moet leggen voor een massale socialistische partij. Dat zou de beste manier zijn om hulde te brengen aan een held als Socrates.
-
Een nieuwe winstronde voor Flanders Classics
De commerciële organisatoren van de Ronde van Vlaanderen hebben het parkoers van deze wielerwedstrijd grondig hertekend. Het doel is duidelijk: de VIPS ter wille zijn om zo het aantal duur betaalde plaatsen op te drijven en de eigen winsten te vergroten. De aankomstplaats van de wedstrijd is aan Oudenaarde toegekend. De Muur van Geraardsbergen wordt geschrapt. Moesten ze kunnen, ze zouden zelfs de wielrenners schrappen.
Het bedrijf Flanders Classics is eigendom van de groep rond Wouter Vandenhaute, tevens eigenaar van Woestijnvis. Dat verklaart ook de gezamenlijke strategie tussen beide bedrijven. De editie van de Ronde van Vlaanderen 2011 werd voorafgegaan door wat een ‘prestigieuze’ serie op TV werd genoemd. Niet toevallig een productie van Woestijnvis. De serie kon op heel wat aandacht rekenen in het weekblad Humo, tevens in handen van Woestijnvis. Met zijn ene bedrijf maakte Vandenhaute reclame voor zijn andere bedrijf.
De hertekening van het parkoers van de Ronde maakt duidelijk waar het om te doen is. Volgend jaar wordt de Oude Kwaremont maar liefst drie keer aangedaan. Dat lijkt volgens sommigen op een kermiskoers. Anderen wijzen er op dat het hierdoor gemakkelijker wordt om meer VIP-tenten te plaatsen waarbij de toegangsplaatsen duurder kunnen worden: de toeschouwers in deze tenten krijgen de renners immers niet een of twee maar liefst drie keer te zien. Bovendien is Oudenaarde vlakbij voor een eventuele afterparty voor de VIPS. Dat is kassa, kassa voor de organisatoren van Flanders Classics.
Het belang van de VIPS bleek vorige jaren al, onder meer bij een conflict met de uitbaters van Kasteel Oudeberg aan de Muur van Geraardsbergen. Die uitbaters durfden het aan om een eigen VIP-tent te plaatsen, waarop Flanders Classics een bijzonder hoge prijs van 500.000 euro wilde opleggen aan de uitbaters. Er werd vorige jaren al gedreigd om Geraardsbergen links te laten liggen indien Oudeberg en het gemeentebestuur van Geraardsbergen niet zouden bezwijken onder de druk van Flanders Classics.
De Ronde is big business en moet opbrengen. Door de aankomstplaats naar Oudenaarde over te brengen, er was al even discussie om de meest biedende stad de aankomst toe te kennen, en de Muur te schrappen, kan de winst verder worden opgedreven. Hoeveel de stad Oudenaarde betaalt, is niet geweten. Maar het zal meer zijn dan Ninove, waar de Ronde de afgelopen 38 jaar aankwam.
Studenten berekenden bij de Ronde van Vlaanderen van 2009 dat de 600.000 toeschouwers op deze dag samen 13,75 miljoen euro uitgaven. Een groot deel daarvan (gemiddeld 19,70 euro per bezoeker) ging naar eten en drinken. Dat verklaart meteen het belang van de VIP-tenten. Door het grootste deel van het budget van de bezoekers naar zich toe te trekken, moet Flanders Classics met niemand anders delen. Met VIP-arrangementen wordt het budget bovendien opgetrokken. Om een idee te geven. Voor een VIP-lunch op het stadhuis van Geraardsbergen werd vorig jaar 180 euro per persoon (zonder BTW) gevraagd, om met een VIP-wagen van zes personen de wedstrijd te volgen moest 4.500 euro (zonder BTW) worden neergeteld. Hoeveel zal een VIP-zitje op de Oude Kwaremont volgend jaar kosten?
Flanders Classics probeert voor het nieuwe parkoers sportieve argumenten aan te halen. Ondertussen is het voor iedereen duidelijk dat de meest biedende stad de aankomstplaats krijgt en de nadruk nog veel meer op VIP-tenten zal komen te liggen. Met sport of de vele duizenden sportliefhebbers heeft dit niets te maken. Het wordt tijd dat de commercie uit onze sport wordt gehaald!
-
Voetbal. Big business wint van de supporters
Artikel door Jarmo uit de zomereditie van ‘De Linkse Socialist’
Na een lange periode van opbod en getouwtrek heeft Telenet het voetbalcontract voor de komende drie seizoenen van de Jupiler Pro League binnengehaald. Daarvoor moest het 55,2 miljoen euro per jaar op tafel leggen. De (grote) clubs van de Belgische eerste klasse en hun bestuursleden worden er een pak rijker door: 10 miljoen euro extra per jaar. Zoals steeds blijven de supporters en voetballiefhebbers verdwaasd en met lege handen achter.
Het contract van Telenet bestrijkt enkel de drie ‘interessantste’ wedstrijden per speeldag. Met ‘interessant’ worden natuurlijk de wedstrijden met het grootste aantal kijkers bedoeld. Het is vanzelfsprekend dat supporters van kleinere clubs enkel hun gading zullen vinden als hun ploeg tegen een ‘interessante’ tegenstander speelt. Het komt erop neer dat Telenet-abonnees waarschijnlijk elke week opnieuw de wedstrijden van Anderlecht en Club Brugge te zien zullen krijgen. Dat supporters van clubs in andere divisies dan de eerste klasse helemaal uitgesloten worden, is al langer een evidentie.
De andere ‘minder interessante’ wedstrijden blijven door Belgacom uitgezonden worden. Wie met andere woorden niet voor Anderlecht of Club Brugge supportert en toch elke week zijn ploeg aan het werk wil zien, zal twee decoders in huis moeten halen en twee keer abonnementskosten moeten betalen. Hiermee wordt het het grootste deel van de voetballiefhebbers bij voorbaat onmogelijk gemaakt om de Belgische competitie in eerste klasse in haar geheel te volgen.
Daarenboven is sinds twee jaar geleden zelfs de hele competitie hervormd om beter in te spelen op de financiële belangen van de commerciële televisie-operatoren en de Belgische topclubs. Door het play-offsysteem spelen de topclubs nu vaker tegen elkaar: meer ‘interessante’ (d.w.z. winstgevende) wedstrijden dus. Ondertussen worden de ‘minder interessante’ clubs in de vergeethoek van play-off 2 geduwd, waar geen enkele prijs of eer te halen valt. Daardoor wordt de kloof tussen ‘interessante’ clubs (die rijk zijn en veel televisiegelden krijgen) en ‘minder interessante’ clubs (die minder of geen televisiegelden ontvangen) versterkt en uitvergroot. De kleinere clubs zijn met andere woorden gedoemd om klein te blijven en nooit over de financiële middelen te beschikken om met de grotere clubs te concurreren.
Waar voetbal vroeger een interessant en spannend spel was, verwordt het nu steeds meer tot een ordinaire schijnvertoning waarbij enkel het geldgewin van de topclubs en televisiezenders van belang is. Gecombineerd met stijgende ticketprijzen zorgt het systeem van de televisiecontracten ervoor dat steeds meer supporters en liefhebbers afhaken. Sowieso hebben fans vandaag geen enkele inspraak over hun club en kunnen ze enkel lijdzaam toekijken hoe de oneerlijke verdeling van televisiegelden al op voorhand bepaalt welke ploegen kans maken om op het einde van de rit als winnaar uit de bus te komen, en dus nog meer televisiegelden te krijgen.
Het is een schrijnend voorbeeld van hoe de commerciële belangen waarop het kapitalisme drijft niets of niemand ontzien. Zelfs onze ontspanningsmogelijkheden en onze voetbalcompetitie worden erdoor aangetast en vernietigd. Als linkse socialisten pleiten we voor een eerlijke en spannende competitie, met een gelijke verdeling van de beschikbare middelen en een grote democratische inspraak en controle van de supporters in het beheer van de eigen club.