Category: Actief Linkse Studenten

  • Eerste actie tegen verhoging inschrijvingsgeld

    Gentse scholieren protesteren tegen hoger inschrijvingsgeld en besparingen op onderwijs.
    • 10 september moet het begin van een brede beweging worden om besparingen te stoppen.
    • Investeer in onderwijs niet in wapentuig, naar 7% van bbp voor onderwijs.

    De geplande besparingen in het hoger onderwijs verontrusten de Actief Linkse Scholieren en Studenten zeer. Een besparing van 800 miljoen euro op onderwijs, het verhogen van het inschrijvingsgeld naar 900 à 1000 euro, het verlagen van het budget voor leerlingenbegeleiding, … Deze asociale maatregelen betekenen een regelrecht gevaar voor onze toekomst.

    De ALS roepen de Gentse scholieren op om een eerste actie te houden op woensdag 10 september om 14u aan het rectoraat van de UGent. Koerian, woordvoerder van ALS-Gent, legt uit:

    “De Gentse scholieren kunnen niet wachten tot alles in kannen en kruiken is. Ze moeten nu reeds een duidelijk signaal geven en aansluiting zoeken met zowel het personeel van de UGent als met de huidige studenten, die beide evenzeer de dupe zijn van de besparingen. Met deze eerste actie nemen de Gentse scholieren het voortouw om een brede beweging op te bouwen.”

    Besparingen worden door de regering in vorming afgedaan als onvermijdelijk. In realiteit zijn ze echter een van politieke keuze! Er wordt wel 6 miljard gevonden voor de Joint Strike Fighters om dure en mensonterende oorlogen te voeren, maar voor het onderwijs zijn er geen middelen genoeg? Koerian stelde:

    “6 miljard euro spenderen aan wapentuig terwijl er bespaard wordt op onderwijs lijkt wel een cynische grap. In plaats van te besparen, moet er geïnvesteerd worden in onderwijs. Wij eisen een onderwijs met middelen aangepast aan de noden van vandaag. Een terugkeer naar minimum 7% van het BBP voor onderwijs lijkt ons noodzakelijk en de enige mogelijkheid om gratis en degelijk onderwijs voor iedereen te garanderen.”

    10 september, 14u aan het rectoraat in Gent: scholierenprotest tegen de hogere inschrijvingsgelden!

  • Neen aan de verhoging van het inschrijvingsgeld! Actie in Gent op 10 september

    Pamflet van de Actief Linkse Scholieren. PDF

    scholierengentDe plannen van de nieuwe Vlaamse regering lezen als een open oorlogsverklaring aan de jeugd van Vlaanderen! De komende vijf jaar zal de regering maar liefst 800 miljoen besparen in het onderwijs. Wil je de volgende jaren verder studeren, dan zal je dat stevig voelen in je portefeuille. Het jaarlijkse inschrijvingsgeld zou tot 900 à 1000 euro worden opgetrokken. Dat is bijna een verdubbeling!

    Als we hier niet op reageren, zal dit slechts een begin zijn. De huidige verhoging is nog niet doorgevoerd of er wordt door sommigen al gepleit om in één klap naar 1500 euro te gaan! Ook de studiebeurzen liggen onder vuur. André Oosterlinck, voorzitter van de associatie van de KU Leuven, wilt deze vervangen met studieleningen. In de VS dreigt dat systeem in elkaar te storten om dat afgestudeerde studenten, niet in staat zijn die schulden, gemiddeld €22000, terug te betalen.

    Hoger onderwijs is vandaag geen luxe maar een noodzakelijkheid. Dat is ook waarom de afgelopen jaren het aantal studenten in Vlaanderen sterk toenam. De budgetten stegen echter niet mee. Met alle gevolgen van dien: overvolle klassen, overwerkt personeel, slechte infrastructuur,… De aangekondigde besparingen zullen die problemen niet oplossen maar juist verergeren. We pleiten dan ook voor bijkomende investeringen.

    De aanvallen op het onderwijs kaderen in een breder besparingsbeleid dat onder het mom van de crisis door ons strot wordt geramd. Dat zo’n neoliberaal beleid geen oplossing biedt, werd in de rest van Europa al duidelijk. Het resultaat: onbetaalbaar hoger onderwijs, massale jongerenwerkloosheid, verarming van de bevolking, enz. Zij die verantwoordelijk waren voor de crisis, de banken en de 1% rijksten, kunnen zich ondertussen verder verrijken. De traditionele politici zijn bereid om onze toekomst op te offeren om de winsten van de 1% veilig te stellen.

    Willen we een toekomst dan zullen we ervoor moeten strijden!

    Enkel massaal verzet van onderuit kan deze besparingslawine een halt toeroepen. In Canada werd een verhoging van het inschrijvingsgeld tegen gehouden door massale betogingen en andere protestacties. Laat ons dat voorbeeld volgen! Ben je ook tegen de verhoging van de inschrijvingsgelden? Wil je ook mee in strijd gaan voor een democratisch en gratis hoger onderwijs? Neem dan deel aan de actie van ALS op 10 september en help mee een beweging op te bouwen door op jouw school een actiecomité te beginnen!

    ACTIE AAN HET RECTORAAT op WOENSDAG 10 SEPTEMBER om 14u naast de Vooruit, St-Pietersnieuwstraat 25. Facebook evenement

    WIJ EISEN:

    • GEEN VERHOGING VAN HET INSCHRIJVINGSGELD!
    • VERHOGING VAN HET ONDERWIJSBUDGET TOT 7% VAN HET BBP!
    • VOOR GRATIS EN DEGELIJK ONDERWIJS!
    • ONDERWIJS IS GEEN MAATSCHAPPELIJKE KOST, MAAR EEN VERRIJKING.
  • De verdedigers van een verhoging van het inschrijvingsgeld van antwoord gediend

    1/ Moeten de studenten een bijkomende inspanning leveren?

    door Mathias (Antwerpen)

    Econoom Paul De Grauwe: “Hoger inschrijvingsgeld? Niet zo onredelijk. De bijdrage van de gemiddelde student aan de totale kost van zijn studie is 5 procent, terwijl de belastingbetalers de overige 95 procent ophoesten.” Dacht de professor echt dat inschrijvingsgeld de enige studiekost was?

    De plannen van de nieuwe Vlaamse regering om op vijf jaar tijd 819 miljoen te besparen in het onderwijs, heeft heel wat stof doen opwaaien op de opiniepagina’s van de kranten. Het meest controversiële is de aankondiging dat het inschrijvingsgeld van het hoger onderwijs 600 tot 900 euro zou worden opgetrokken. In zijn column in De Morgen stelt Paul De Grauwe dat het niet onredelijk is om die bijkomende inspanning van studenten te vragen.

    Zijn redenering gaat als volgt. Het huidige inschrijvingsgeld voor één jaar hoger onderwijs bedraagt ongeveer 600 euro terwijl een gemiddelde student de overheid jaarlijks 12.000 euro kost. Dat betekent dat er sprake is van 5% privékosten en 95% collectieve kosten. Maar de verhouding van de baten ligt anders. Voor De Grauwe moeten we nagaan in hoeverre de maatschappij kan genieten van de aanwezigheid van de kennis die de student verwerft en in welke mate de student er zelf voordeel uit haalt. De Grauwe stelt dat die verdeling ongeveer op 50%-50% zou liggen en er dus een scheef getrokken situatie heerst.

    Een verhoging van de inschrijvingsgelden is voor hem bijgevolg niet onrechtvaardig. Trekken we zijn redenering verder logisch door, dan kunnen we zelfs stellen dat de huidige verhoging niet ver genoeg gaat. Een verhoging van 300 euro zal immers de verhouding tussen privé en collectieve baten niet fundamenteel doen veranderen. Voor De Grauwe hoeft die verhouding niet per se te veranderen door een verhoging van het inschrijvingsgeld, het zou ook kunnen door de personenbelasting voor hoger opgeleiden op te trekken. Zo blijft het inschrijvingsgeld betaalbaar, ook voor arme studenten.

    Wie de cijfers ziet, zou kunnen denken dat meneer De Grauwe een punt heeft. Hij vergeet echter aan de kostenzijde van de student een heleboel uitgavenposten mee te rekenen, studeren is immers meer dan enkel het inschrijvingsgeld betalen. Er zijn de prijzige studieboeken, de noodzaak aan vervoer, een onmisbare laptop, eventueel een kot, … en ga zo maar door. Een jaartje studeren wordt zo al snel een dure bedoening. Cebud, het Centrum voor Budgetadvies en -onderzoek, becijferde dat een pendelstudent gemiddeld 7.752 euro per jaar kost. Bij een kotstudent loopt dat bedrag zelfs op tot 11.925 euro.

    Deze cijfers werpen meteen een andere blik op de situatie. De verhouding tussen de privé en collectieve baten ligt niet meer op 5% tegen 95% maar eerder rond de 45% – 55%. Dichtbij de fifty-fifty-verhouding die volgens De Grauwe in de praktijk aanwezig is. Volgens zijn model kunnen we dus concluderen dat de verhoging van de inschrijvingsgelden de situatie er niet rechtvaardiger op zou maken.

    Los van de cijfers loopt er nog een andere redenering als een rode draad door het hele debat over de verhoging van de inschrijvingsgelden en niet alleen bij De Grauwe: dat studeren een soort van luxe zou zijn. Wie vandaag afstudeert uit het ASO (en ook bepaalde richtingen uit het TSO) zal dat nochtans anders ervaren. Waar vroeger dergelijk diploma volstond om aan de slag te kunnen in een bedrijf, is vandaag in veel gevallen een bachelor diploma een minimum vereiste. Het verklaart direct waarom het aantal studenten de afgelopen jaren explosief is toegenomen.

    Er valt veel voor te zeggen dat het onrechtvaardig is dat zwakkere inkomens moeten bijdragen tot een hoger onderwijs dat nog altijd meer de midden en hogere inkomens ten goede komt. Maar wie denkt de rijkdom op een rechtvaardige manier te herverdelen door hogere inschrijvingsgelden aan te rekenen, jaagt een illusie achterna.

    Het zou beter zijn om het geld te gaan zoeken waar het echt zit: bij de grote bedrijven en de 1% rijksten die zomaar eventjes 17% van het vermogen in België bezit. Multinationals betalen door middel van een heleboel gunstmaatregelen amper belastingen op hun winst. Daar verandering in brengen zal een echte impact hebben een rechtvaardige verdeling van de rijkdom integenstelling tot de verhoging van de inschrijvingsgelden.

    2/ Studenten moeten maar een lening aangaan…

    André Oosterlinck: “Stel dat je vijf jaar studeert, dan komt dat neer op zowat 25.000 euro. Dat is doenbaar om in tien jaar af te lossen.” De werkloosheidscijfers van hoog geschoolden, de lonen van interimarbeid of de huizenprijzen zullen we dus gemakshalve maar even negeren?

    De voormalige Leuvense rector André Oosterlinck, nu voorzitter van de Associatie KULeuven, stelt voor om studieleningen in het leven te roepen.

    “Voor wie de studiekosten – waar het inschrijvingsgeld maar een klein deel van uit maakt – een te zware dobber zijn, kunnen we een studielening in het leven roepen. Die moet dan tegen een kleine rente aangeboden worden. De banken zullen daarin meestappen want het is klantenbinding. Ze zijn trouwens gered door de overheid, nu mogen ze iets terugdoen.” De rente zou hij mee afhankelijk willen maken van het resultaat op de ‘oriënteringsproef’ bij de aanvang van de hogere studies. Oosterlinck voegde er nog aan toe dat 25.000 euro schulden op tien jaar afbetalen “doenbaar” is.

    Waar het systeem van studieleningen bestaat, loopt het al gauw uit de hand. In de VS zijn studieleningen goed voor een bedrag van 1 biljoen dollar. Wie er afstudeert heeft gemiddeld 26.000 dollar studieschulden. Dit bedrag nam op zeven jaar met 40% toe. In Nederland was er op tien jaar een verdubbeling van het geleende bedrag en had een afgestudeerde in 2012 gemiddeld een studieschuld van 15.000 euro. Vanaf 2015 worden ook de studiebeurzen vervangen door een lening. Een groeiend aantal jongeren kan de schulden niet terugbetalen, vorig jaar waren er 594.901 Nederlanders bezig met het aflossen van hun studieschuld.

    Probeer met een zware studieschuld maar eens een lening voor een huis of auto aan te gaan. En dat is in het geval de afgestudeerde ook effectief werk vindt. De enigen die voordeel uit deze regeling halen, zijn de banken die toegang krijgen tot de nieuwe lucratieve markt van de studieschulden.

    3/ Hoger inschrijvingsgeld als herverdelende maatregel?

    Miet Smet (CD&V) ziet geen probleem in een verhoging van het inschrijvingsgeld:
    “Men betaalt bijna even veel om naar Rock Werchter of Tomorrowland te gaan als om naar de universiteit te gaan.”

    Johan Van Gompel, een Senior Economist bij KBC Groep, schreef op 31 juli: “Het huidige lage bedrag werkt averechts herverdelend. Een belangrijk deel van de gezinnen kan een vermeerdering van het studiegeld tot op zekere hoogte aan, omdat de doorsnee student nog altijd uit de meest welstellende helft van de bevolking komt. De modale belastingbetaler betaalt dus mee de studie van welstellende studenten.”

    De toegang tot hoger onderwijs is nu niet democratisch en dus kunnen we het gerust nog minder democratisch maken. Dat lijkt het argument te zijn. Moest de econoom van KBC overigens een echte herverdeling willen, dan zijn er efficiëntere middelen dan de rijken meer te laten betalen door het inschrijvingsgeld voor de opleiding van hun kinderen te verhogen. Wat dacht je van de aanpak van fiscale fraude, het stopzetten van legale belastingontduiking door superrijken en grote bedrijven, progressieve belastingen, …

    [divider]

    Onze mening: meer publieke middelen voor onderwijs afdwingen!

    Er is al heel wat bespaard op onderwijs. In 1980 ging in België ongeveer 7% van het Bruto Binnenlands Product naar onderwijs. Na de communautarisering daalde in beide landsdelen de (relatieve) uitgaven voor onderwijs. Er werd flink gesnoeid, voornamelijk door het werken met enveloppefinanciering die door onderindexering geleidelijk erodeert. Sinds eind jaren ’90 zijn we zowel in Vlaanderen als in Franstalig België aan het schommelen rond de 4,5% van het BBP voor onderwijs.

    Tussen 1995 en 2010 gingen we in Vlaanderen alleen van 146.344 studenten in het hoger onderwijs naar 207.954. Het aantal studenten nam met 42% toe, het aantal personeelsleden (zonder de onderzoekers) daalde lichtjes. Het hoger onderwijs heeft geen nood aan besparingen, maar net aan meer middelen.

    Wij pleiten voor meer publieke middelen. De afgelopen jaren is de greep van de privésector op de universiteiten al fors toegenomen. De KU Leuven ontvangt meer middelen van de privésector voor onderzoek en dergelijke (128,7 miljoen euro) dan dat ze van de overheden krijgt voor wetenschappelijk onderzoek (123,7 miljoen euro). Het maakt natuurlijk dat onderzoek steeds meer afhankelijk is van wat de bedrijven willen. Bedrijven een rechtstreekse bijdrage vragen voor het hoger onderwijs, zoals voorgesteld door de Antwerpse rector Verschoren, is overigens een weinig efficiënte methode om al dan niet legale belastingontduiking van die bedrijven tegen te gaan. Afschaffing van de notionele intrestaftrek en andere fiscale cadeaus zou bijvoorbeeld effectiever zijn.

    De publieke middelen moeten worden opgetrokken tot het niveau van begin jaren 1980 toen 7% van het BBP naar onderwijs ging. Dat kan een eerste stap zijn om te komen tot gratis en degelijk onderwijs dat voor iedereen toegankelijk is en niet enkel tot jongeren met rijke ouders en waarbij hoger onderwijs jongeren geen loodzware studieschuld oplevert waarmee ze de rest van hun leven van de willekeur van de speculerende bankiers afhangen.

    De Actief Linkse Studenten en Scholieren roepen jongeren en personeelsleden op om samen de strijd tegen de aanvallen op het onderwijs te organiseren. Werk hieraan mee, sluit je aan bij ALS.

  • Waarom optrekken inschrijvingsgeld en besparen op hoger onderwijs slechte ideeën zijn

    Artikel vanop de blog van Jon

    De nieuwe Vlaamse regering wilt harder besparen in het hoger onderwijs dan wat vroeger de gewoonte was, en ze willen het inschrijvingsgeld optrekken. Dat zijn twee bijzonder slechte ideeën.

    Besparen?

    Nog harder besparen is een slecht idee aangezien er juist het tegenovergestelde zou moeten gebeuren: er zijn extra middelen nodig. De primaire en secundaire sector (landbouw en industrie) blijft aan belang verliezen, de tertiaire en quartaire sector (diensten en non-profit) blijft belangrijker worden. Gegeven de technologische vooruitgang zal die trend zich verderzetten, en neemt in alle sectoren van de economie het belang van hoger onderwijs toe.

    Vandaar alle praatjes over “de kenniseconomie”, vandaar de Lissabondoelstellingen waarbij afgesproken werd dat elk Europees land minstens 3% van het BBP (bruto binnenlands product) aan wetenschappelijk onderzoek zou moeten besteden en 2% van het BBP aan hoger onderwijs, tegen 2010, doelstellingen die compleet de mist zijn ingegaan, omgedoopt zijn tot EU 2020, met dezelfde streefcijfers maar deze keer tegen 2020. In Vlaanderen werd dat vertaald naar Vlaanderen in Actie (ViA) en het Pact 2020. Allemaal mooie praatjes, maar het is natuurlijk gemakkelijk om doelstellingen te formuleren. Dat heeft weinig betekenis als er vervolgens een beleid wordt gevoerd dat compleet in de tegenovergestelde richting gaat.

    De realiteit is dat er al enorm bespaard is. In 1980, vlak voor het een Vlaamse bevoegdheid werd, ging er in België nog zo’n 7% van het BBP naar onderwijs. Na de communautarising daalde in beide landsdelen de (relatieve) uitgaven voor onderwijs. Er werd flink gesnoeid, voornamelijk door het werken met enveloppefinanciering die door onderindexering geleidelijk erodeert. Sinds eind jaren ’90 zijn we zowel in Vlaanderen als in franstalig België aan het schommelen rond de 4,5% van het BBP voor onderwijs. Ondertussen is het aantal studenten enorm gestegen.

    In 1980 waren er in heel België zo’n 100.000 universiteitsstudenten, ondertussen zijn er in Vlaanderen alleen al meer dan 120.000 universiteitsstudenten! In heel het hoger onderwijs in Vlaanderen zijn we tussen 1995 en 2010 gegaan van 146.344 studenten naar 207.954 studenten, een stijging met maar liefst 42%. Op dezelfde periode is het aantal personeelsleden met onderwijstaken (onderzoekers buiten beschouwing gelaten) lichtjes gedaald, van 12.413 naar 12.390. En nu zou er nog meer bespaard moeten worden?!

    Hoger inschrijvingsgeld?

    Ook een hoger inschrijvingsgeld is een slecht idee. Het is uiteraard een asociale maatregel, die de toegankelijkheid van het hoger onderwijs niet ten goede komt. In Zweden zijn universiteiten volledig gratis en krijgen studenten zelfs een studieloon. Dat is de enige manier om ervoor te zorgen dat het hoger onderwijs echt voor iedereen toegankelijk is.

    Artikel 13 van het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (1966), ook gekend als het Pact van New York, dat op 21 april 1983 werd geratificeerd door België, zegt bovendien expliciet dat

    het hoger onderwijs door middel van alle passende maatregelen en in het bijzonder door de geleidelijke invoering van kosteloos onderwijs voor een ieder op basis van bekwaamheid gelijkelijk toegankelijk dient te worden gemaakt

    We zijn nu meer dan 30 jaar verder, dus het aspect “geleidelijk” wordt alvast stevig toegepast. Voor de rest blijft dat artikel dode letter. Iedereen was het er destijds over eens dat geleidelijke invoering van gratis hoger onderwijs impliceert dat het enkel goedkoper mag worden, niet duurder. Tot in 1992 een uitspraak van het Arbitragehof (nr. 33/92, 7 mei 1992, B.7.2) aangaf dat het inschrijvingsgeld eigenlijk wel mag

    worden verhoogd op grond van onder meer een redelijke schatting van het verloop van de kosten van levensonderhoud, van het nationaal produkt en de stijging van het gemiddelde inkomen per inwoner ten opzichte van de tijd waarin zij zijn vastgesteld, zonder dat een dergelijke verhoging afbreuk doet aan de uit het Verdrag van 1966 voortvloeiende “standstill-verplichting”.

    Met andere woorden, indexering en zelfs welvaartsvastheid is best wel OK, want dat is eigenlijk geen “echte” verhoging. (Waarom wordt die redenering niet eens wat vaker toegepast, bijvoorbeeld als het over lonen en uitkeringen gaat?). Zo gingen we van 5.000 frank (125 euro) toen het Pact van New York werd ondertekend, naar zo’n 500 euro twintig jaar later — een stevige standstill, nietwaar? (Voor zo’n loonstop teken ik!)

    Verhoudingen

    Een verhoging van het inschrijvingsgeld is niet bepaald een effectieve methode om te compenseren voor een significante besparing in de overheidstoelages. Om een concreet voorbeeld te geven: ik heb de meest recente jaarrekening van de KU Leuven eens bekeken.

    In 2013 had de KU Leuven in totaal 818 miljoen euro aan inkomsten. Daarvan is ongeveer 500 miljoen op één of andere manier afkomstig van de Vlaamse overheid; de rest komt van de federale overheid (een bijna verwaarloosbare 10 miljoen), Europa (zo’n 45 miljoen), en inkomsten vanuit de privé (128,7 miljoen). En dan zijn er nog een hoop kleinere inkomsten, zoals schenkingen (11,6 miljoen), huuropbrengsten van de sociale sector (8,7 miljoen), verkoop van proefdieren (er worden hier blijkbaar muizen en ratten verkocht ter waarde van een slordige 2 miljoen euro per jaar!), en, oh ja, ook nog inschrijvingsgelden (24 miljoen).

    Die 24 miljoen euro die ze uit reguliere inschrijvingsgelden ontvangen (en dat was het jaar voordien nog maar 17 miljoen euro, maar intussen zijn de academische hogeschoolopleidingen erbij gekomen) is nog geen 3% van de totale inkomsten. In het wetenschappelijke jargon van de economen: peanuts.

    Terzijde: De privé-sector is, vanuit het standpunt van de universiteit gezien, als financieringsbron meer dan vijf keer zo belangrijk als het inschrijvingsgeld van de studenten. De KU Leuven ontvangt méér middelen vanuit de privé-sector voor contractonderzoek en valorisatie (spin-offs e.d.), namelijk 128,7 miljoen euro, dan dat ze vanuit alle overheden tesamen krijgen voor fundamenteel wetenschappelijk onderzoek (123,7 miljoen euro uit de zogenaamde tweede geldstroom). Maar wees gerust, de beheerders van de universiteit hebben plechtig beloofd dat het gezegde “wiens brood men eet, diens woord men spreekt” niet van toepassing is op de KU Leuven. In het verslag van de ondernemingsraad van 26 juni 2013 kan elk personeelslid lezen dat er wat betreft de onafhankelijkheid van het wetenschappelijk onderzoek geen vuiltje aan de lucht is volgens de Algemeen Beheerder van de KU Leuven:

    We mogen blij zijn dat we op deze manier kunnen compenseren voor de (steeds te) beperkte overheidsfinanciering. De onafhankelijkheid komt niet in het gedrang, want er worden daar telkens degelijke afspraken over gemaakt. We gaan dus op deze lijn verder. We zien geen gevaren.

    In elk geval, een verhoging van het inschrijvingsgeld kan in verhouding weinig opleveren. Zelfs als je veronderstelt dat hogere inschrijvingsgelden geen negatief effect hebben op de studentenaantallen, dan nog zou een verdubbeling van het inschrijvingsgeld weinig effect hebben op de totale inkomsten.

    Niet de eerste verhoging

    Het inschrijvingsgeld is trouwens al meermaals verhoogd geweest in de laatste tien jaar. En dan heb ik het niet alleen over de indexering van 505 euro in 2004 naar 620 euro in 2014. Een kort overzichtje:

    • In 2004 kwam ook het flexibiliseringsdecreet in voege, wat betekent dat sindsdien studenten die meer dan 60 studiepunten opnemen, meer betalen dan vroeger.
    • In 2005 werd het inschrijvingsgeld drastisch verhoogd voor studenten van buiten de EHOR (Europese Hoger Onderwijs Ruimte, EU plus o.a. Zwitserland): het werd plots maar liefst vertienvoudigd!
    • In 2006 werd het inschrijvingsgeld voor de voortgezette opleidingen (de zogenaamde manama’s) opgetrokken tot bedragen als 1400, 2800, 4000 of 5600 euro per jaar.
    • In 2007 werd de lerarenopleiding hervormd waardoor ook die een stuk duurder werd.
    • In 2008 werd het zogenaamde leerkrediet ingevoerd, waardoor studenten met een lage studie-efficiëntie voortaan afgestraft konden worden met een verdubbeld inschrijvingsgeld.
    • In 2009 werd er veel gesproken over rationalisatie, met onder andere het rapport Soete, dat zegt dat kleine opleidingen moeten worden afgeschaft, zolang ze maar ergens in Vlaanderen blijven bestaan. Ook samenwerkingen tussen instellingen worden aangemoedigd, waarbij een opleiding gezamenlijk wordt aangeboden met lessen op verschillende campussen. De student moet echter zelf alle verplaatsingen betalen.
    • De jaren daarna kwam het financieringsdecreet van Frank Vandenbroucke geleidelijk op kruissnelheid, waardoor universiteiten nog meer de druk voelden om studenten te laten opdraaien voor allerlei kosten (bijvoorbeeld verhoging van de tarieven van bibliotheekboetes e.d.).

    Kortom, de afgelopen jaren is het inschrijvingsgeld (en de studiekost in het algemeen) op allerlei manieren al verhoogd geweest.

    Profiteurs laten betalen?

    Een vaak gehoord argument voor een verhoging van het inschrijvingsgeld is dat op die manier studenten die “profiteren van het systeem” worden aangepakt. Studenten die meer met het studentikoze bezig zijn dan met hun studies. Die op kosten van de belastingbetaler een luilekkerleventje leiden.

    Ik ga niet ontkennen dat er zo’n studenten bestaan. Studenten met rijke ouders die toch alles betalen. Die met hun zakgeld en de huur van hun luxe-kot elke maand meer uitgeven dan het huidig inschrijvingsgeld. Ze bestaan. Maar een hoger inschrijvingsgeld gaat hen niet tegenhouden. Zelfs al laat je ze tien of twintig keer zoveel betalen.

    Ik heb er geen enkel probleem mee om rijke profiteurs meer te laten betalen. Maar het is nogal omslachtig, en weinig efficiënt, om de rijken meer te laten betalen door het inschrijvingsgeld van de opleiding van hun kinderen te verhogen. Er zijn betere methodes, met minder collateral damage. Pak bijvoorbeeld de fiscale fraude eens aan, stop de gelegaliseerde belastingsontduiking van de bedrijven, voer een maximumloon in (ik stel voor: 5 keer het minimumloon), dat soort maatregelen. Laat de rijken de crisis betalen, weet je wel.

    Ja, natuurlijk zullen de neoliberale bazenpoepers van de kersverse Vlaamse regering opwerpen dat dat soort links gedoe compleet onrealistisch is want dat het de concurrentiepositie in het gedrang brengt. Net zoals de Belgische patroons destijds stelden dat kinderarbeid noodzakelijk was voor de economie en dat het compleet onrealistisch was om het af te schaffen, want dat zou de concurrentiepositie in het gedrang brengen. Tja. Uiteindelijk bleek dat het toch niet zo’n slecht idee was om onze kinderen naar school te sturen in plaats van naar de fabriek.

    Teken de petitie tegen de verhoging van het inschrijvingsgeld!

  • KVHV liegt om linkse studenten te beschuldigen

    Door Koerian

    De rechtse studentenclub KVHV (Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond) liet zich deze zomer meermaals van zijn meest reactionaire kant zien.

    Het begon met een snoepreisje voor de Gentse afdeling naar Hongarije waar de vrienden van Jobbik werden bezocht. Jobbik is een fascistische partij: ze heeft een geschiedenis van haat tegenover Joden en zigeuners waarbij grof geweld niet wordt geschuwd. Zelfs het Franse extreemrechtse Front National vindt de Hongaren te extreem om mee samen te werken. Zo niet de Gentse KVHV die zich in Boedapest liet rondleiden door een vertegenwoordiger van Jobbik. (zie het artikel van het AFF hierover). Vlak na de verkiezingen haalde het Gentse KVHV de media met zijn aanwezigheid op het overwinningsfeest van de N-VA waar enkele KVHV’ers overmoedig ‘Cyaankali voor het FDF’ scandeerden.

    In verband met de besparingen in het onderwijs liet Antwerps KVHV-voorzitter Wouter Jambon zich ontvallen dat een verhoging van de inschrijvingsgelden en een meer elitair onderwijs niet slecht zouden zijn. Later werd daar nog een schepje bovenop gedaan door te stellen dat minder gegoede studenten altijd voor de rijke studenten kunnen werken. Kortom mensen die hun studies niet kunnen betalen zijn lui. (zie ons eerder artikel).

    Gesterkt door de aandacht voor hun reactionaire standpunten, besloten de conservatievelingen nog een stapje verder te gaan. Deze conservatieve katholieken zijn blijkbaar het achtste gebod vergeten en gebruikten een leugen om de Actief Linkse Studenten te beschuldigen. Op 4 augustus werd op de gevel van het Sint-Barbara College te Gent volgende zin aangebracht: “De Vlaming zal pas vrij zijn als de laatste N-VA’er wordt opgeknoopt met de ingewanden van de laatste pro-abeidsnul [sic].” Jan de Backer, dit jaar nog praeses van het KVHV te Gent getrooste zich de moeite om bij de politie te verklaren ondergetekende, penningmeester van de Actief Linkse Studenten te Gent, betrapt te hebben. “Ik heb daar, 4 augustus, 5 uur ’s ochtends, Koerian (…) herkend, hij heeft speciaal haar en een kenmerkend gezicht.” Ook zou daar volgens zijn verklaringen iemand met dreadlocks van ALS Gent aanwezig zijn geweest. Voor alle duidelijkheid: ik was elders op dat ogenblik en kan dat bewijzen en binnen ALS is er niemand met dreadlocks. Bovendien ontgaat de betekenis van de genoemde slogan op het Sint-Barbara College ons, wie of wat bedoelen ze met ‘pro-arbeidsnul’? ALS voert onder meer campagne met slogans als ‘Jobs, geen racisme’ – zijn wij dan ook ‘pro-arbeidsnullen’?

    Het is evident dat de beschuldiging na het verhoor naar alle waarschijnlijkheid wordt geseponeerd. Het doel van het KVHV is niet zozeer vervolging – daarvoor is hun leugen al te doorzichtig – maar wel intimidatie van politieke tegenstanders. Het uiten van valse beschuldigingen bij de politie is daar onderdeel van. Dit is trouwens niet de eerste keer. In maart van dit jaar beschuldigden ze COMAC er publiek en valselijk van hun verbondshuis te hebben beklad. Het zwartmaken en het trachten te laten veroordelen van politieke tegenstanders, waar hebben we dat nog gehoord?

    Actief Linkse Studenten gaat voor een eerlijk, open, rechtvaardig en links alternatief op de crisis en op extreemrechts. Een sociaal beleid als antwoord op sociale problemen en massaprotest als manier om ons programma naar voor te brengen. Op aansturen van Griekse antifascistische comités zal dan ook een betoging tegen extreemrechts worden gehouden in Brussel op 9 november. Het KVHV illustreerde deze zomer eens te meer dat acties als deze broodnodig zijn.

    [divider]

    UPDATE DOOR DE REDACTIE VAN SOCIALISME.BE. Volgens het KVHV is de klacht niet ingediend wegens de graffiti op het Sint-Barbaracollege maar wegens een ander geval van vandalisme op dezelfde dag. Dat was ons ontgaan, we hadden geen weet van andere graffiti en houden ons ook niet bepaald bezig met het bijhouden van alle gevallen van graffiti in het Gentse. Feit blijft dat de auteur van bovenstaand stuk op de datum waarop de KVHV-voorzitter hem in Gent meende op te merken niet eens in die stad aanwezig was. Ofwel heeft de KVHV-voorzitter last van visioenen ofwel liegt hij.

    Ook doet het KVHV lacherig over de terminologie die we inzake populistisch en extreemrechts hanteren. Nochtans zijn we daar heel duidelijk in: partijen als Jobbik of Gouden Dageraad beschouwen we als neofascistisch. We maken overigens een onderscheid tussen deze partijen en bijvoorbeeld het Vlaams Belang en het Front National. Het KVHV en N-VA zijn populistisch rechts, bij het KVHV weegt het reactionair-rechtse conservatieve aspect sterker door, ook al zijn er elementen die verder gaan (zo waren er minstens in het verleden neofascisten in het KVHV actief). Dat alles is op zich overigens niet vreemd voor een dergelijke kleinburgerlijke formatie. We gaan op deze site voorzichtig om met termen als fascisme omdat we de vreselijke geschiedenis van het fascisme niet willen minimaliseren door gratuit gebruik van deze term.

  • Bespaar niet op onze toekomst, voor kwaliteitsvol onderwijs voor iedereen

    Er is nu ook een brede petitie opgestart tegen de verhoging van het inschrijvingsgeld en de besparingen op onderwijs in het algemeen. De Actief Linkse Studenten en Scholieren (ALS) vinden het protest tegen het asociale besparingsbeleid bijzonder belangrijk en ondersteunen dan ook ten volle deze studentenpetitie die al meer dan 10.000 keer werd ondertekend. Tekenen kan op http://petitietegenverhoging.weebly.com/.

  • Pamflet ALS-Leuven. Bouw mee aan verzet tegen verhoging inschrijvingsgeld

    Geen verhoging van de inschrijvingsgelden in het hoger onderwijs!

    Bouw mee aan een beweging om deze asociale besparing te stoppen!

    Pamflet van ALS-Leuven op Marktrock

    De nieuwe Vlaamse regering wil de inschrijvingsgelden voor de universiteiten optrekken tot 900 à 1000 euro. Een hele serie van specialisten komt ons in de media vertellen dat het crisis is en dat jongeren harder moeten worden aangepakt rond hun studiekeuze. Ook wordt er gedacht aan een oriënteringsproef vooraleer jongeren in het hoger onderwijs worden toegelaten. In eerste instantie zou die “niet bindend” zijn.

    Nadat er reeds jaren is bespaard, de aula’s overvoller werden en het personeelsbestand aan de universiteiten en hogescholen werd afgebouwd tegenover de toename aan studenten… volgt nu een nog hardere asociale hakbijl. Het is de volgende stap naar het Amerikaanse model van hoger onderwijs, gebaseerd op wie veel geld heeft of niet. Een meer en meer ontoegankelijk onderwijs voor wiens ouders gewone werkenden zijn – de lonen verliezen al jarenlang aan koopkracht door de neoliberale aanvallen – en met het vooruitzicht van “studieleningen” die amper kunnen worden afbetaald. Maar ook: de dwang om als student te werken – voor een veel bredere laag – wil je nog kunnen studeren.

    De voorzitter van de Associatie KU Leuven, André Oosterlinck, is voorstander van een systeem van studieleningen en stelt: “Stel dat je vijf jaar studeert, dan komt dat neer op zowat 25.000 euro. Dat is doenbaar om in tien jaar af te lossen.” In Engeland dreigt het systeem van de studieleningen ondertussen ineen te storten, omdat studenten de leningen niet meer kunnen afbetalen. In de VS gingen duizenden jongeren met Occupy Wall Street de straat op, onder meer als protest tegen het onderwijssysteem dat studenten met tienduizenden dollars schulden opzadelt. “25.000 euro schulden”, zonder zeker te zijn dat er degelijke jobs zijn om ze af te betalen, en met je toekomst meteen gehypothekeerd in dienst van de banken! Je weet wel: de speculanten en elitaire poenscheppers die een aardige bijdrage leverden aan de diepste economische crisis sinds de jaren ’30.

    Actief Linkse Studenten (ALS) verzet zich tegen deze logica en roept op om er een brede beweging van studenten en scholieren tegen op te zetten. Dit kapitalisme met zijn onbetaalbaar onderwijs, zijn nepjobs en -statuten, zijn cadeaus aan grote bedrijven die amper nog jobs – laat staan werkzekerheid – creëren, hoeven wij niet.

    Deze neoliberale aanvallen staan niet alleen en komen niet zomaar uit de lucht vallen. Met Actief Linkse Studenten waarschuwen we al jaren voor dit soort ontwikkeling. De rechtse Vlaamse regering van NVA, CD&V en Open VLD wil naast een besparing van naar verluidt 413 miljoen euro in het hoger onderwijs – die ook het personeel zal treffen – kinderopvang een pak duurder maken, het kindergeld vanaf het derde kind verminderen, massaal snijden in sociaal-culturele subsidies voor verenigingen allerhande, besparen bij de VRT, het openbaar vervoer verder afbouwen en duurder maken, de werklozen in plaats van de werkloosheid aanpakken, enz.

    ALS denkt niet dat deze besparingen “nu eenmaal noodzakelijk” zijn. Er is – zelfs gedurende de laatste 30 jaar van neoliberale stagnatie en achteruitgang voor een groeiende groep – nog nooit zoveel rijkdom geproduceerd. Maar die verdwijnt steeds duidelijker in de zakken van grote aandeelhouders, bezuinigende “topmanagers” en andere afromers van de arbeid van de werkende klasse.

    ALS denkt dat een massale beweging met acties, betogingen, stakingen,… van studenten en scholieren samen met de arbeidersbeweging in België deze maatregelen kan stoppen. Zij die de besparingen doorvoeren – een elitaire “klassenstrijd” vanuit de rijkste 1% – excuseren zich niet voor de sociale uitsluiting, miserie en armoede die ze creëren. Ze voeren een bewuste strijd in dienst van de aandeelhouders en rijken. We moeten in alle universiteiten, hogescholen, middelbare scholen,… het verzet beginnen samenbrengen om voor onze toekomst te vechten. Elke verworvenheid van de arbeidersbeweging of van jongeren is er gekomen door strijd. Enkel door organisatie en strijd kunnen we deze cynische besparingsregeringen stoppen. Volgens ALS heeft een politiek gevormde studentenorganisatie, met een begrip van de wortels van de crisis van het kapitalisme, een belangrijke rol te spelen in het helpen opbouwen van verzet. Doe mee, organiseer je, laten we samen ingaan tegen deze vloedgolf aan asociale maatregelen.

    Samen met de werkende bevolking kunnen we een massakracht uitbouwen. Tegen besparingen, uitsluiting, verarming, onzekerheid,… en voor een maatschappij die de rijkdom op een democratische manier beheert. Een democratisch socialistische wereld, in de plaats van de ellende en achteruitgang van een kapitalisme in dienst van de rijkste 1%.

     

     

    [box type=”shadow” align=”aligncenter” width=”100%” ]9 november: Europese actiedag tegen extreemrechts

    Met ALS en Blokbuster roepen we ook op om op 9 november actie te voeren tegen racisme en fascisme. Op die dag wordt er internationaal geprotesteerd tegen de opkomst van extreemrechtse en rechtse populistische partijen in Europa. Sinds de Europese verkiezingen zitten er neonazi’s van Gouden Dageraad (Griekenland), Jobbik (Hongarije) naast de half-gefatsoeneerde extreemrechtse varianten van het FN in Frankrijk, de FPÖ uit Oostenrijk,… in het Europese parlement. De crisis zorgt voor meer en meer ellende en werkloosheid in Europa en bij gebrek aan strijdbare partijen voor werkenden en jongeren stapt rechts (denk ook aan de N-VA in België) en extreemrechts in het politieke vacuüm. Op 9 november herdenken we de aanvallen van de nazi’s tegen de joden in de jaren ’30. Maar we geven met linkse socialisten en activisten uit verschillende landen ook het signaal: dit nooit meer. De bruine troepen komen er nooit meer door – de jongeren en de arbeidersbeweging hebben een strijdbaar programma, vakbonden en massale partijen nodig om deze dreiging de pas af te snijden. Contacteer ons om aan deze acties mee te werken. [/box]

     

     

  • Petitie: NEEN aan de verhoging van het inschrijvingsgeld

    petitieDe aankondiging van de verhoging van het inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs blijft tot discussie leiden. Terwijl de media zich het liefst beperken tot de stemmen die deze maatregel al dan niet enthousiast goedpraten met argumenten voor studieleningen (Oosterlinck) of de stelling dat iedereen moet bijdragen (De Grauwe), staan de Actief Linkse Studenten voor een totaal ander standpunt. Wij zeggen klaar en duidelijk NEEN aan een verhoging van het inschrijvingsgeld. Dat is een asociale maatregel die de toegang tot hoger onderwijs beperkt. Ben je ook tegen deze verhoging gekant? Teken dan de online petitie.

    Online petitie: NEEN aan de verhoging van het inschrijvingsgeld

  • Lenen om te studeren? Neen aan de studieschuldenberg!

    schuldenBij de discussie over de verhoging van het inschrijvingsgeld voor hoger onderwijs wordt vaak verwezen naar de mogelijkheid om leningen aan te gaan om te studeren. Dit idee komt natuurlijk niet uit de lucht gevallen, het is een praktijk die al jarenlang bestaat in tal van landen met de VS op kop.

    In de VS zijn de studentenleningen samen goed voor een bedrag van 1 biljoen dollar, dat zijn 12 nullen. De schuldenberg als gevolg van studiekosten is groter dan het bedrag aan schulden dat via kredietkaarten wordt gemaakt. Wie afstudeert, heeft gemiddeld 26.000 dollar studieschulden. Dat is een stijging met 40% op zeven jaar tijd. Een jaar studeren kost vandaag ruim 21.000 dollar per jaar aan inschrijvingsgelden en huur voor een kot, dertig jaar geleden was dat (aangepast aan de huidige waarde van de dollar) 9.000 dollar. In dezelfde periode is het mediaan gezinsinkomen gestegen van 46.000 tot 50.000 dollar. Kortom, studeren is onbetaalbaar geworden in de VS en leidt tot een voor steeds meer jongeren onoverkomelijke schuldenberg.

    Als dit zoveel problemen oplevert in de VS, dan Europa niet achterblijven. Voor de financiële markten is de schuldenberg niet belangrijk, maar wel het feit dat er wordt geleend en dus geld kan verdiend worden op een erg gemakkelijke wijze. Bovendien zet het de deur verder open voor speculatie. In Nederland is het aangaan van studieleningen al langer ingeburgerd. Op tien jaar tijd was er een verdubbeling van het geleende bedrag, in 2012 had een afgestudeerde gemiddeld een studieschuld van 15.000 euro.

    Dit betekent dat jongeren tegen de achtergrond van een economische crisis na hun studies voor de moeilijke opdracht staan om werk te vinden, betaalbare huisvesting en bovendien nog eens een loodzware studielening moeten terugbetalen. Het maakt het wel bijzonder moeilijk om een toekomst uit te bouwen.

    Diegenen die voor een verhoging van de inschrijvingsgelden pleiten, slagen er overigens in om met originele argumenten te komen. Johan Van Gompel, een Senior Economist bij KBC Groep, schreef op 31 juli: “Economen pleiten vaak vóór een studiegeldverhoging, en dit om drie redenen. Vooreerst werkt het huidige lage bedrag averechts herverdelend. Een belangrijk deel van de gezinnen kan een vermeerdering van het studiegeld tot op zekere hoogte aan, omdat de doorsnee student nog altijd uit de meest welstellende helft van de bevolking komt. De modale belastingbetaler betaalt dus mee de studie van welstellende studenten. Ten tweede is er nood aan voldoende financiering om de kwaliteit van het hoger onderwijs te kunnen blijven garanderen. De voorbije jaren nam de financiering trager toe dan het aantal studenten. Ten slotte zorgt een relatief laag inschrijvingsgeld voor een erg groot aanzuigeffect van buitenlandse studenten, die hier vooral komen studeren omwille van de financiële laagdrempeligheid.”

    Als economen die jarenlang de speculatieve zeepbellen verdedigd hebben, met het argument van herverdeling van de middelen afkomen is voorzichtigheid geboden. Als we het goed begrijpen is het argument dat de toegang tot het hoger onderwijs nu al niet democratisch is en een verhoging van de inschrijvingsgelden dus de armste lagen niet treft. Een gebrek aan democratische toegang wordt opgevangen door het nog minder democratisch te maken. Het tweede argument is natuurlijk wel terecht, er is nood aan voldoende middelen en de financiering nam trager toe dan het aantal studenten. Maar ligt dat aan de studenten of aan het gebrek aan publieke middelen voor onderwijs? Dat tenslotte buitenlandse studenten gaan studeren waar ze het kunnen betalen, is evident. Waar voor de lonen een neerwaartse concurrentie wordt gehanteerd, geldt voor de inschrijvingsgelden (net zoals voor de lonen en bonussen voor toplui) blijkbaar een opwaartse concurrentie. De ‘sky is the limit’.

    Bij de banken wordt al uitgekeken naar een verhoging van de inschrijvingsgelden. Het belangrijkste element daarbij is de opening van een nieuwe lucratieve markt, die van de studieschulden. Hoe jonger iemand met handen en voeten aan de banken wordt gebonden, hoe meer winst er te rapen valt. De verhoging van de inschrijvingsgelden haalt de financiële markten verder binnen in het hoger onderwijs. Nadat die in de financiële sector hebben aangetoond waartoe ze in staat zijn, denk maar aan de bankencrisissen, richten ze nu hun pijlen op het hoger onderwijs en de toekomst van duizenden jongeren.

    We moeten dat een halt toeroepen. In plaats van financiële aasgieren met een eindeloze winsthonger binnen te brengen, heeft het (hoger) onderwijs nood aan meer publieke middelen. Om dat te bekomen, zullen we ons verzet tegen de nieuwe Vlaamse regering moeten organiseren. Ludieke acties zullen niet volstaan, massale mobilisaties zijn nodig. Als de regering met deze verhoging van het inschrijvingsgeld weg komt, zal het slechts een opstap naar verdere verhogingen zijn.

  • Arme studenten zijn “luiaards”… Conservatieve studenten blijven provoceren

    KVHV Gent werd eerder deze zomer in Boedapest rondgeleid door de ondervoorzitter van de neonazipartij Jobbik.

    Als de Antwerpse KVHV’er Wouter Jambon alle media haalt met zijn uitspraken over elitevorming en zijn steun aan het asociale voorstel om de toegang tot het hoger onderwijs te beperken door een hoge financiële drempel, dan kunnen zijn Gentse medestanders niet achterblijven. Amper bekomen van het bezoek aan Boedapest onder leiding van de neonazi’s van Jobbik, lanceerde de Gentse KVHV-verantwoordelijke Marnik Willems zijn standpunt.

     We citeren: “Iedere student die niet in staat is om 1.500 euro te verdienen doorheen het academiejaar is een luiaard of een geldverspiller. Zelfs met een lichte weekendjob zou een student zelf uit de kosten moeten kunnen raken. Daarenboven is het geld dat door menig student uitgegeven wordt aan drank en allerhande drugs een perfect voorbeeld van een gebrek aan verantwoordelijkheid. Iemand die niet in staat is om het inschrijvingsgeld van 1.500 euro bijeen te krijgen op een jaar tijd demonstreert niet de nodige attitude of werkethiek die men zou verwachten van iemand die wenst deel uit te maken van een intellectuele elite.”

    Wie arm is en tijd voor zijn of haar studies nodig heeft, verdient het volgens het KVHV niet om hoger onderwijs te genieten. De studenten moeten dus besparen en als het van het KVHV afhangt ook het personeel. Zo stelt de Gentse KVHV’er voor om de studentenrestaurants af te schaffen.

    Dit soort asocialen meent van zichzelf dat ze tot de “intellectuele elite” behoren. Ze staan te juichen terwijl iedere vorm van openbare dienstverlening wordt afgebroken. Dat ons onderwijs sociale ongelijkheid sterker bevestigt en in stand houdt dan in de meeste buurlanden, is voor deze reactionairen geen probleem. Sociale ongelijkheid vinden ze immers top, zolang ze zelf maar de illusie hebben dat ze ergens bovenaan staan.

    De kloof tussen arm en rijk is vandaag bijzonder groot. Terwijl de rijkste 1% op een enorme berg geld zit en dit nog liever in belastingparadijzen oppot dan in de economie te investeren, komt de armste 99% van de bevolking steeds meer in de problemen. Een groeiend deel van die laatste groep beseft steeds meer dat er een klassenstrijd wordt gevoerd maar dat momenteel vooral de 1% rijksten daarin actief zijn. Een kleine maar luidruchtige minderheid van voornamelijk kleinburgerlijke elementen hoopt aansluiting te vinden bij de allerrijksten en probeert hen te overtreffen inzake asociaal opbod. Het is in dat kader dat we het KVHV moeten zien.

    Voorlopig heeft deze stroming electoraal de wind in de zeilen. Maar oplossingen worden er niet geboden, de economische problemen blijven duren en de groeiende kloof tussen arm en rijk versterken met harde besparingen dreigt te leiden tot sociale onrust. Als er vanuit die terechte onrust wordt gewerkt aan een offensieve strijd die zowel op syndicaal als politiek vlak wordt gevoerd en daarbij alternatieven naar voor schuift op het kapitalisme, is het mogelijk om de roepende kleinburgerij ook electoraal tot zijn ware proporties te herleiden.

    Jongeren kunnen het voortouw nemen in het organiseren van het verzet, ze kunnen de dynamische factor zijn die het vertrouwen in protest vestigen. In het nieuwe academiejaar zullen de Actief Linkse Studenten alvast mee de strijd tegen de asociale voorstellen helpen uitbouwen. Wij zeggen neen aan een verhoging van het inschrijvingsgeld en pleiten voor gratis en degelijk hoger onderwijs door een drastische verhoging van de publieke middelen hiervoor.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop