Tag: oorlog in Oekraïne

  • Eén jaar na het begin van de invasie van Oekraïne

    Zes bemerkingen over de uitzichtloze oorlog en de nood aan een sterke beweging ertegen

    De oorlog in de Donbas-regio naderde zijn achtste verjaardag toen Poetin op 24 februari 2022 de invasie van Russische troepen in Oekraïne lanceerde. Gevechten, drone- en raketaanvallen kostten tienduizenden levens. Zoals steeds werd verkrachting opnieuw als oorlogswapen ingezet. Een jaar na het begin van de invasie is de uitkomst van de oorlog nog steeds onzeker en zijn er geen aanwijzingen dat er snel een einde komt. De oorlog heeft de internationale voedsel-, economische en andere crises dramatisch versneld en verdiept. Hoewel er momenteel geen sprake is van een wereldwijde escalatie, zijn we er sinds 1945 wellicht nooit zo dicht bij. Europa bevindt zich in een grijs gebied dat nog geen oorlog is, maar ook geen vrede meer.

    door Nicolas Croes uit maandblad De Linkse Socialist

    1/ Poetin, een reus op lemen voeten

    Het jaar 2007 betekende een keerpunt. Toen werden Oekraïne en Georgië voorgesteld als kandidaat-leden van de NAVO. De relatieve achteruitgang van de Amerikaanse macht tegenover Rusland, maar vooral China, gaf Moskou een gelegenheid om zijn belangen in Eurazië, het noordelijke Midden-Oosten, het Arctische gebied en Midden- en Zuid-Europa opnieuw te bevestigen. Rusland kwam in 2008 militair tussen in Georgië om te voorkomen dat het in het westerse kamp zou terechtkomen. De steun voor de separatisten in de Donbas-regio en de annexatie van de Krim in 2014 waren onderdeel van dezelfde logica.

    In 2015 zette het Russische imperialisme de Euraziatische Economische Unie op, aanvankelijk met Kazachstan en Wit-Rusland. Daarmee werden de eerste stappen gezet naar regionale integratie onder Russische leiding. In datzelfde jaar was er de eerste Russische militaire interventie buiten de grenzen van de voormalige Sovjet-Unie sinds de Afghaanse oorlog. Rusland kwam tussen in Syrië om Bashar al-Assad te steunen.

    In de context van het groeiende conflict tussen de twee dominante imperialistische machten, de VS en China, zag het Russische regime de verzwakking van de Europese Unie (Brexit, gebrek aan eenheid inzake buitenlands beleid, geen uitbreiding meer sinds 2013 …). Er was de vernederende terugtrekking van het Amerikaanse imperialisme uit Afghanistan in de zomer van 2021. Het Russische regime boekte ondertussen succes met interventies in Wit-Rusland (2020-21) en Kazachstan (begin 2022), waar het de regimes ondersteunde om volksopstanden de kop in te drukken.

    Met de invasie van Oekraïne wilde Poetin tegelijk de Russische imperialistische positie versterken en een halt toeroepen aan de opmars van het westen in de regio. Dit botste op meer weerstand van het Oekraïense leger en de bevolking dan aanvankelijk werd verwacht. Bovendien was er grote ontevredenheid in Rusland. De eerste anti-oorlogsmobilisaties werden repressief onderdrukt. De in september aangekondigde ‘gedeeltelijke mobilisatie’ toonde het gebrek aan steun voor de oorlog. Naast verschillende moedige protestacties sloegen honderdduizenden mannen op de vlucht.

    Vandaag staat Poetin onder druk van haviken die het gebruik van tactische kernwapens niet uitsluiten, terwijl de ontevredenheid onder de bevolking (mede gevoed door de verslechterende economische situatie) kan uitmonden in massaal protest. Het regime is een gewond en bijzonder gevaarlijk dier.

    2/ Militarisering op steroïden

    Deze oorlog markeert een nieuw tijdperk, waarin de snelle globalisering van het kapitalisme wordt vervangen door een toename van nationalisme en de-globalisering. Van economische bondgenoten van het Westen zijn Rusland en vooral China de belangrijkste vijanden van het Amerikaanse imperialisme geworden. Het conflict tussen de grote imperialistische mogendheden gaat over economie, technologie, grondstoffen en macht, en krijgt steeds meer een militair karakter. Er is een militaire wapenwedloop gaande tussen de Amerikaanse militaire allianties, waaronder de NAVO, en de Chinese nationalistische kapitalistische dictatuur.

    Op verschillende plaatsen worden de Russische invasie en de angsten van de bevolking aangegrepen om eerder ondenkbare maatregelen te nemen. Finland en Zweden, bijvoorbeeld, hebben zich bereid verklaard toe te treden tot de NAVO zonder, anders dan in het verleden, op groot verzet van de bevolking te stuiten. In Duitsland kondigde kanselier Scholz een programma van 100 miljard euro aan om het Duitse leger te herbewapenen.

    Anderzijds openden de moeilijkheden van de Russische invasie ruimte voor nieuwe regionale conflicten. In september braken er bijvoorbeeld opnieuw gevechten uit tussen Azerbeidzjan en Armenië en tussen Kirgizië en Tadzjikistan.

    Velen hopen dat de uitzichtloze oorlog in Oekraïne de toenemende spanningen tussen China en de VS in de Stille Oceaan en de Chinese Zee, in het bijzonder omtrent Taiwan, kan verminderen. Een conflict daar lijkt nog zinlozer dan in Oekraïne. Toch escaleert de situatie en is de mogelijkheid van een gewapend conflict niet uitgesloten.

    3/ Vrouwen, de eerste slachtoffers van de oorlog

    Eén van de hardste beelden van deze oorlog is een foto van halfverbrande naakte vrouwen op een weg 20 kilometer van Kiev. Verkrachting als oorlogswapen bestaat in alle conflicten, van Bosnië tot Guinee of de Democratische Republiek Congo, en het is hier niet anders. Er is onvoldoende hulp voor de slachtoffers. In Polen, Hongarije en Slowakije, waar veel door Russische soldaten verkrachte Oekraïense vluchtelingen terechtkomen, is abortus verboden. Al voor de oorlog was Oekraïne een van de vijf belangrijkste Europese landen van waaruit vrouwen in seksuele slavernij werden gesmokkeld. De georganiseerde misdaad heeft van de chaos geprofiteerd om deze mensenhandel uit te breiden.

    4/ Zelenski, een vriend die het goed voor heeft met ons?

    In wezen is Zelenski een autoritaire neoliberaal die de Oekraïense oligarchen verdedigt, in de overtuiging dat een pro-westerse aanpak hun belangen beter dient in een land waar corruptie hoogtij viert. Gekozen met 73% van de stemmen in het voorjaar van 2019, had hij in januari 2022 nog 23% steun over vanwege zijn asociale beleid. Het kostte hem nog geen maand na het begin van het conflict om de wet “betreffende de organisatie van de arbeidsverhoudingen in oorlogstijd” in het parlement goedgekeurd te krijgen. Daarmee werden de bevoegdheden van de werkgevers uitgebreid ten koste van de rechten van de werknemers, bijvoorbeeld door de maximale werkweek te verhogen tot 60 uur en het gemakkelijker te maken vakbondsvertegenwoordigers te ontslaan. Achter zijn imago van oorlogsheld gaan repressie, censuur en neoliberalisme schuil.

    5/ De heldhaftigheid van de Oekraïense bevolking

    Aan het begin van de oorlog werd het Russische offensief verrast door het Oekraïense verzet. Het moreel van de Oekraïense troepen was hoog, in tegenstelling tot dat van de Russen. Oekraïne had de op één na grootste artillerie van Europa – na Rusland – en soldaten die sinds 2014 intensief waren getraind, vaak onder leiding van officieren uit het Westen. Maar er is meer.

    Vanaf het begin van de oorlog ontstonden lokale verdedigingscomités, uitgerust met geïmproviseerde wapens. Een artikel in de Britse krant The Guardian van 2 januari berichtte over het verzet in de stad Soemy, waar de inwoners, gedesoriënteerd en geschokt, de stad bijna zes weken lang op eigen kracht moesten verdedigen, ondanks het feit dat zij omsingeld waren. “Officieel heette het de territoriale verdedigingstroepen, maar in werkelijkheid waren het gewoon mensen die wapens hadden gekregen uit een legermagazijn en zelf eenheden vormden,” verklaarde één van de overlevenden. “Er waren geen coördinatie of instructies van Kiev of iets dergelijks. We hebben het zelf gedaan.”

    6/ Onafhankelijke klassenbenadering is nodig

    Het is in deze elementen van volksverzet en in de woede die in Rusland aanwezig is dat een echte oplossing van het conflict ligt, niet ten gunste van deze of gene imperialist, maar ten gunste van de massa’s. De oorlog wordt soms voorgesteld als een strijd tussen ‘democratie en dictatuur’, terwijl het in de eerste plaats het resultaat is van een mondiale machtsstrijd die voortkomt uit de groeiende tegenstellingen en crisis van het kapitalistisch systeem. Er zullen nog vreselijke oorlogen volgen als we het probleem niet bij de wortel aanpakken.

    Bij gebrek aan een onafhankelijke arbeidersbeweging in Oekraïne heeft de wil om de invasie te bestrijden tot nu toe geleid tot sterke steun voor de rechtse regering van Zelenski. Deze steun zal afbrokkelen naarmate de oorlogsprofiteurs van de Oekraïense heersende klasse de schok van de oorlog blijven gebruiken om sociale rechten aan te tasten en om te profiteren van de wederopbouw en de zwarte markt.

    De eerste stappen voor de wederopbouw van de arbeidersbeweging in Oekraïne kunnen bestaan uit de verspreiding van een arbeiders-soldatenkrant, de vrije verkiezing van soldatenvertegenwoordigers om toezicht te houden op de levensomstandigheden in de loopgraven, de democratische verkiezing van officieren, de vorming van lokale comités van soldaten en plaatselijke bewoners om toezicht te houden op militaire operaties en de distributie van hulp. Bijeenkomsten, stakingen en burgerlijke ongehoorzaamheidsacties kunnen ook worden aangegrepen om een oproep te doen naar de gewone Russische soldaten, waarvan velen beseffen dat dit niet hun oorlog is.

    Inflatie, speculatie en corruptie kunnen worden aangepakt door arbeiders- en buurtcomités die de prijzen reguleren, speculanten verdrijven en toezicht houden op alle overheidscontracten om omkoping te voorkomen. Alle productiecapaciteit en financiële middelen moeten worden ingezet om gemeenschappen, huizen en werkplekken zo doeltreffend mogelijk te verdedigen en zo snel mogelijk te beginnen met de wederopbouw volgens dezelfde principes. De bazen die dit weigeren, moeten onteigend worden. Dergelijke programmapunten vertrekken van wat nodig is voor de Oekraïense bevolking en wijzen in de richting van een arbeidersregering. Zo’n programma zou een enorm effect hebben, niet alleen op de Russische soldaten en bevolking, maar in de hele wereld. Het is in deze richting dat de inspanningen van de anti-oorlogsbeweging moeten worden geconcentreerd.

    https://nl.socialisme.be/91186/zes-maanden-oorlog-in-oekraine-wat-kan-de-arbeidersbeweging-doen
    https://nl.socialisme.be/89765/oorlog-toont-het-falen-van-het-kapitalisme-socialisten-hebben-een-alternatief
  • Ook na opmars Oekraïens leger dreigt lange en gevaarlijke uitputtingsslag

    foto: Jean-Marie

    De afgelopen weken was er een opmars van het Oekraïense leger in de oostelijke regio Charkov. Ook in het zuiden is er druk op de Russische bezetting. Westerse wapens spelen uiteraard een grote rol in het conflict, maar het verzet door de bevolking lijkt van doorslaggevend belang te zijn. De Oekraïense troepen werden warm onthaald in de regio Charkov. De frontlinie schoof in september een heel eind op, maar tegelijk blijft de dreiging van een lange uitputtingsoorlog. De werkende bevolking en gewone soldaten in zowel Oekraïne als Rusland zijn daar het grootste slachtoffer van. 

    Artikel door Geert Cool uit maandblad De Linkse Socialist

    ‘Speciale operatie’ in de problemen

    De militaire en logistieke problemen van de ‘speciale operatie’ in Oekraïne wegen door op het regime van Poetin. Met de inkomsten uit energie, in het bijzonder olie en gas, blijft het regime voorlopig overeind. De Russische bevolking daarentegen gaat gebukt onder het jobverlies, de tekorten en de stijgende prijzen. Harde repressie zorgt ervoor dat het ongenoegen niet georganiseerd wordt. Vanuit het establishment wordt voorzichtige kritiek geuit, mogelijk om het terrein af te tasten. Parlementslid Zatoelin van Verenigd Rusland, de partij van Poetin, verklaarde aan de New York Times dat teveel kritiek gevaarlijk is omdat het kan leiden tot situaties als in 1917 of 1991. Daarmee verwees hij naar de Russische Revolutie en de val van de Sovjet-Unie. De gedeeltelijke mobilisatie die Poetin moest afkondigen om militair stand te houden, wakkert het protest opnieuw aan. 

    Samen met de militaire problemen op het terrein neemt ook de kritiek toe van de internationale partners van Poetin. Op de top van de Shanghai Cooperation Organisation (een veiligheidsoverleg van Centraal-Aziatische landen en Rusland) verklaarde Xi Jinping dat hij vragen heeft bij de oorlog. Het bleef bij die vage kritiek om de economische samenwerking niet in het gedrang te brengen, een samenwerking waarin de tien keer grotere Chinese economie de toon zet. De Indische premier Modi reageerde iets meer uitgesproken. Voor de ogen van de media zei hij aan Poetin dat dit “geen tijd voor oorlog” is. Poetin zat duidelijk verveeld met de opmerking en zei dat Rusland “er alles aan doet om dit zo snel mogelijk te stoppen”. Het feit dat de Indische regering tegelijk goede banden met de VS onderhoudt, niet in het minst om sterker te staan tegenover de invloed van het Chinese imperialisme in de regio, zal niet vreemd zijn aan de sterkere formulering van de kritiek op Poetin.  

    De internationale inter-imperialistische spanningen spelen een essentiële rol in de oorlog, maar die kreeg ook een eigen dynamiek en inzet. Het Russische leger heeft het moeilijk om veroverd gebied te controleren, in het bijzonder omdat de bevolking tegen de bezetting gekant is. Dat is een probleem waar ook de Oekraïense opmars op zal botsen indien het doortrekt tot in de Donbas, waar de Russischsprekende bevolking het Oekraïens nationalisme niet als bevrijdend zou ervaren. Ondertussen zijn er raketaanvallen en aanslagen langs beide kanten van de frontlinie en zijn er berichten over vreselijke oorlogsmisdaden, zoals het massagraf in Izjoem. Een aansluiting bij Rusland van de ‘volksrepublieken’ Loehansk en Donetsk, en mogelijk zelfs van een deel van het zuiden van Oekraïne, zal de patstelling verder in de hand werken. De nucleaire dreiging wordt steeds uitdrukkelijker naar voren gebracht.

    Alternatief vanuit arbeidersbeweging nodig

    Met de winter voor de deur dreigen de condities op en rond het slagveld moeilijker te worden. Ondanks alle moderne technologie dreigt een uitputtingsslag die doet denken aan de loopgravenoorlogen van honderd jaar geleden. Dit is rampzalig voor de bevolking in de regio, maar ook voor de soldaten. 

    De Oekraïense soldaten mogen niet aanvaarden dat hun leven en toekomst op het spel gezet wordt om de belangen van de oligarchen te dienen. Elke stap naar zelforganisatie verdient alle steun, van bescheiden stappen als een soldatenkrantje tot het verkiezen van de officieren of de vorming van lokale comités van soldaten en buurtbewoners om toe te zien op de militaire verrichtingen en de hulpverlening. Vanuit die zelforganisatie kan ook propaganda gemaakt worden gericht op de Russische soldaten en hun groeiende bezorgdheid over het feit dat ze als kanonnenvlees voor het Russische imperialisme worden ingezet. 

    De oorlogspropaganda versterkt een gevoel van ‘nationale eenheid’. Als verderzetting van politiek met andere middelen, maakt oorlog echter geen einde aan de klassenstrijd. Oorlog wordt door de kapitalisten integendeel gebruikt om extra winsten te boeken met wapens, energie en levensmiddelen. Tegelijk wordt het argument van nationale eenheid ingeroepen om de werkende klasse onder de knoet te houden en elke organisatie voor betere werk- en levensomstandigheden tegen te houden. De grote winsten van de oorlogsprofiteurs worden geboekt op de kap van de ellende van de meerderheid van de bevolking. 

    Marxisten zijn internationalisten die vertrekken van de belangen van de werkende klasse. We verzetten ons tegen het Poetin-regime maar ook tegen het beleid van Zelenski en het westers imperialisme. De enige kracht die een alternatief kan vormen voor het perspectief van een lange uitputtingsoorlog is de arbeidersbeweging. Als die in actie komt, zal dit ongetwijfeld tot internationale mobilisaties en solidariteit leiden waarmee niet alleen de oorlog maar ook het systeem dat oorlog voortbrengt kan gestopt worden.

  • Wat betekent de mobilisatie in Rusland voor de oorlog in Oekraïne?

    President Poetin heeft de wereld opnieuw geschokt met zijn tv-uitzending aan de Russische bevolking waarin hij de ‘gedeeltelijke mobilisatie’ van troepen aankondigde om naar Oekraïne te sturen, in wat officieel nog steeds geen ‘oorlog’ wordt genoemd.

    Door Walter Chambers (Socialistisch Alternatief in Rusland)

    De kern van zijn toespraak kwam erop neer dat de ‘speciale militaire operatie’ bedoeld was om de Donbas te bevrijden van het ‘neonazistische regime’ en om ‘de soevereiniteit en territoriale integriteit van Rusland te verdedigen’. Verder zei hij dat Kiev positief stond tegenover onderhandelingen, maar dat de westerse mogendheden vastbesloten waren Rusland te verzwakken, op te splitsen en te vernietigen. Hij sprak over de duizend kilometer lange frontlijn waarop de Russische strijdkrachten het moeten opnemen tegen “de hele militaire machine van het collectieve Westen” en over hooggeplaatste NAVO-vertegenwoordigers die overwegen om “het gebruik van massavernietigingswapens – kernwapens – tegen Rusland toe te staan”. Hij waarschuwde dat zij moeten begrijpen dat ook Rusland over dergelijke wapens beschikt en ze zal gebruiken als de territoriale integriteit van Rusland in twijfel wordt getrokken.

    Nieuwe protesten

    Veel Russen verkeerden die dag in shock en paniek. Binnen enkele minuten waren alle zitplaatsen in vliegtuigen en bussen vanuit Rusland verkocht, vaak tegen tien keer de normale prijs. Door de sancties zijn er slechts naar een handvol landen internationale vluchten. Aan de Finse, Georgische en zelfs Mongoolse grenzen vormden zich rijen auto’s van tientallen kilometers lang. Google-zoekopdrachten over hoe je armen en benen kan breken, piekten.

    Na een terugslag door slecht leiderschap en massale repressie na het begin van de oorlog, waren er in heel Rusland nieuwe anti-oorlogsprotesten. Niet op de schaal van die van begin maart, maar niettemin significant. Ze zijn ook van een ander karakter – de helft van de deelnemers aan de eerste protesten waren vrouwen, nu is dat aandeel toegenomen omdat moeders, zussen en grootmoeders zich zorgen maken over hun mannen en (klein)kinderen.

    Veel troepen uit het notoir autoritaire Tsjetsjenië hebben al in Oekraïne gevochten, maar zijn niet bijzonder effectief geweest. De Oekraïners noemen hen ‘TikTok troepen’ die meer geïnteresseerd zijn in het filmen van actie. Naar verluidt hebben zij zware verliezen geleden.

    Woensdagavond kondigde een groep vrouwen in Grozny, de Tsjetsjeense hoofdstad, een protest aan tegen de nieuwe mobilisatie. Ze werden snel gearresteerd. De autoriteiten dreigden al hun mannelijke familieleden naar het front te sturen. Binnen enkele uren riep de campagne ‘mannen tegen de mobilisatie’ op tot een protestactie na het vrijdaggebed. Krijgsheer-dictator Ramzan Kadyrev zag zich gedwongen verdere mobilisatie af te gelasten met het argument dat Tsjetsjenië al “zijn deel heeft gedaan”.

    Elders in de Russische Kaukasus blokkeerden mannen in Dagestan een snelweg als reactie op de dreigende mobilisatie. In de naburige republiek Karbadino-Balkarië verzamelden vrouwen zich op het centrale plein van de hoofdstad om de burgemeester van de stad uit te schelden toen hij hen probeerde te overtuigen van de noodzaak van mobilisatie.

    Er was een golf van aanvallen met molotovcocktails tegen wervingscentra en stadsgebouwen in heel Rusland, zelfs op de Krim.

    De protesten die zich woensdagavond over meer dan 30 steden verspreidden, waren begrijpelijkerwijs het sterkst in de grote steden Sint-Petersburg en Moskou. Bijna 1400 mensen werden gearresteerd en kwamen snel voor de rechter, waar velen tot 15 dagen gevangenisstraf kregen. Schandalig genoeg stonden in Moskou militaire rekruten op politiebureaus te wachten om oproepingspapieren te overhandigen aan gearresteerde mannen. Zaterdag waren er nieuwe protesten, waarbij bijna duizend arrestaties zijn verricht.

    Anti-oorlogsbetoging in Moskou

    In regio’s die voornamelijk worden bevolkt door niet-etnische Russen, zoals Boerjatië, dat al onevenredig veel troepen naar Oekraïne heeft gestuurd en veel meer dodelijke slachtoffers telde, probeert het regime de mobilisatie nog verder op te voeren. Mannen worden midden in de nacht bezocht of van hun werk gehaald met slechts een paar uur om zich klaar te maken. Mensenrechtengroeperingen in de republiek zeggen dat zij duizenden oproepen krijgen voor hulp en advies.

    Terugtocht dringt nieuwe tactiek op

    Deze verandering in de manier waarop het Kremlin de oorlog voert, door niet langer te vertrouwen op contractuele en professionele soldaten, en de aankondiging dat er referenda worden gehouden in de bezette regio’s van Oekraïne, is een reactie op de dramatische tegenslagen die het vanaf medio september in Oekraïne heeft geleden.

    Het lijkt erop dat de gedemotiveerde en gedemoraliseerde Russische troepen zich bij de eerste opmars van de Oekraïense troepen, die gemotiveerd zijn om de bezetting te stoppen, gewoon overgaven en massaal de aftocht bliezen. Binnen enkele dagen stonden de Oekraïense troepen al aan de rand van de regio Loehansk. De Russen lieten volgens Oekraïense schattingen tanks, pantservoertuigen en ander belangrijk materieel ter waarde van meer dan 600 miljoen dollar achter.

    Westerse commentatoren maken soms opmerkingen over de sterke motivatie van de Oekraïense troepen in tegenstelling tot het Russische leger, dat lijdt aan “endemische corruptie, een laag moreel en slecht leiderschap, met een tekort aan individueel initiatief en commandanten die zeer onwillig zijn om persoonlijke verantwoordelijkheid te nemen”. [Atlantic Council]. Maar een overweldigende meerderheid schrijft de overwinning van Oekraïne toe aan de levering van hoogtechnologische wapens zoals HIMARs.

    Het lijdt geen twijfel dat dergelijke wapens een rol spelen. Maar een evenwichtiger beeld wordt gegeven door de publicatie ‘KharkivToday’ een maand voor de Oekraïense opmars. Daarin wordt erop gewezen dat er op dat moment in de regio Kharkiv slechts één HIMAR was, die zeer effectief was geweest bij het aanvankelijk vernietigen van Russische wapenvoorraden. Maar de HIMAR-commandant wees erop dat “de Russen zich zeer snel aanpasten aan het nieuwe wapen dat de partners aan Oekraïne hadden gegeven, door hun wapenvoorraden verder terug te trekken in bezet gebied”.

    Even belangrijk is de stemming onder de plaatselijke bevolking. Er is natuurlijk een kleine laag die bereid is mee te werken en soms zelfs de bezetting te steunen. Maar daartegenover staat een zich sterk ontwikkelende partizanenbeweging die naar verluidt alleen al in de regio Cherson minstens 19 moordpogingen op pro-Russische bestuurders heeft ondernomen. Pamfletten en oproepen aan Russische soldaten zijn schering en inslag. Bij gebrek aan een bewuste klassenpositie zijn sommige oproepen grove doodsbedreigingen, maar er zijn ook oproepen tot overgave met QR-codes om uit te leggen hoe dat moet. ‘KharkivToday’ toonde een foto van een flyer waarop Russische soldaten worden gewaarschuwd dat Oekraïense partizanen de traditie van hun grootvaders voortzetten door vijandelijke troepen in bezet gebied te vernietigen.

    Rusland heeft effectief de controle verloren over de delen van de regio Charkov die het in maart heeft bezet en komt opnieuw onder druk te staan in de Donbas, en met name in de zuidelijke regio Cherson.

    Reactie van de harde lijn

    Nadat Rusland zich in het late voorjaar noodgedwongen had teruggetrokken uit de omgeving van Kiev en de stad Charkov, leek het, zij het tergend langzaam, vooruitgang te boeken in de Donbas. In de loop van de zomer heeft de Russische publieke opinie zich rond de militaire operatie geconsolideerd, met een groeiende steun in de opiniepeilingen. Tegelijk lijkt het erop dat de steun voor de harde oorlogsstokers niet is toegenomen.

    Toen de heldhaftige eerste anti-oorlogsprotesten noodgedwongen stilvielen, verstomden ook de oppositiestemmen binnen de heersende elite. Mensen als premier Mikhail Mishustin en burgemeester Sergey Sobyanin van Moskou, die de oorlog zogenaamd slechts schoorvoetend steunen, gaven helemaal geen commentaar. Bij de verkiezingen voor regionale gouverneurs begin september, waarbij de drie in het systeem ingebedde ‘oppositiepartijen’, waaronder de zogenaamde communisten, de oorlog allemaal steunden, won het regerende Verenigd Rusland alle regio’s. Maar de laatste dag van de verkiezingen viel samen met het nieuws van de aftocht in Oekraïne.

    De grootste voorstanders van de oorlog waren woedend, vooral omdat het Kremlin en de officiële nieuwszenders de zaken nog steeds voorstelden alsof alles volgens plan verliep. Pro-oorlog commentatoren gingen tekeer op sociale media, en bekritiseerden vaak de militaire campagne op de staatsmedia.

    Igor Girkin (Strelkov), een bijzonder onaangename voormalige militair, KGB en extreemrechtse huurling die de overname van de Krim in 2014 en de eerste militaire interventies in Donbas leidde, merkte op: “We hebben al verloren, de rest is slechts een kwestie van tijd”. Een andere, Zakhar Prilepin, merkte op: “De gebeurtenissen in de buurt van Charkov kunnen met recht een catastrofe worden genoemd”. Zij verwijten het Kremlin en de militaire autoriteiten incompetentie en hebben de hele week volledige mobilisatie geëist.

    Ook politieke ‘zwaargewichten’ zoals voormalig president (en vermeend liberaal) Dmitri Medvedev, rechtvaardigen op agressieve wijze het gebruik van kernwapens en suggereren dat Rusland hierna Moldavië en Kazachstan zal binnenvallen. De zogenaamde communistische leider Gennadi Zjoeganov stelde voor dat de gemobiliseerden slechts twee weken training krijgen voordat ze naar het front worden gestuurd.

    Het is duidelijk dat er binnen de elite scherpe discussies waren over hoe ver de mobilisatie moest gaan. De televisietoespraak van Poetin werd met 14 uur uitgesteld – sommigen suggereren dat dit te wijten was aan de slechte gezondheid van de president. Het was waarschijnlijk eerder uitgesteld om overeenstemming te bereiken en de regionale autoriteiten te waarschuwen de nodige veiligheidsmaatregelen voor te bereiden.

    De referenda

    Het besluit om referenda te organiseren in de bezette gebieden van Oekraïne is ook een paniekreactie. In augustus nog zei Denis Poesjilin, hoofd van de Donetsk-republiek (DNR) dat een referendum alleen zin heeft als heel Donbas onder Russische controle staat. Op 5 september zei Kirill Stremousov, woordvoerder van het Russische bestuur van het bezette Cherson, dat er om “veiligheidsredenen” geen referendum mocht komen. Toch werd slechts drie dagen op voorhand aangekondigd dat er in vier regio’s zou worden gestemd – Donetsk en Loehansk, en het deel van de regio’s Cherson en Zaporizja dat onder Russische controle staat. Twee kleine districten in de regio Mykolajiv zullen bij Zaporizja worden gevoegd.

    Volgens de Russische autoriteiten tellen deze vier regio’s nu 5 miljoen inwoners. In 2021 woonden er bijna 9 miljoen mensen. Om de stemming te organiseren worden online systemen gecombineerd met huis-aan-huis bezoeken, en op de laatste dag van de stemming zullen de stembureaus vermoedelijk open zijn. Politie en hulpdiensten worden samen met talrijke particuliere beveiligingsbedrijven gemobiliseerd om ‘verkiezingsfunctionarissen’ te begeleiden bij hun huisbezoeken. De locatie van de stembureaus wordt geheim gehouden (het is nog niet duidelijk hoe mensen te weten zullen komen waar ze zich bevinden) uit angst dat ze worden aangevallen door de groeiende partizanenbeweging in Oekraïne.

    Wanneer bijna de helft van de bevolking gedwongen is de regio’s te ontvluchten omdat de gevechten voortduren, kan er geen twijfel over bestaan dat elke uitslag onbetrouwbaar zal zijn. Een realistischer onderzoek naar wat de bevolking van ten minste de regio’s Donetsk en Loehansk denkt, blijkt uit opiniepeilingen van de afgelopen tien jaar. In 2014, toen de anti-Kiev stemming op zijn hoogtepunt was, was 80% in Loehansk en 87% in Donetsk er voorstander van dat Oekraïne onafhankelijk bleef, en in beide regio’s was minder dan een derde voorstander van een afscheiding om zich bij Rusland aan te sluiten. In andere regio’s zoals Cherson bedroeg de steun voor aansluiting bij Rusland minder dan 10%. In drie opiniepeilingen van 2021-22 (vóór de oorlog) was de steun voor een onafhankelijk Oekraïne toegenomen en in Donbas wilde minder dan 20% zich bij Rusland aansluiten. Sinds februari is het vrijwel zeker dat de steun voor Rusland nog verder is afgenomen.

    Het Russische regime omschrijft de referenda niet als een “verkiezingscampagne”, maar als een “mobilisatie” van de lokale pro-Russische overheden en veiligheidsdiensten. In de eerste uren van de stemming worden de weinige overgebleven pro-Russen met bussen naar een klein aantal stembureaus gebracht om de illusie te wekken dat er enthousiast wordt gestemd. Daarna zullen huis-aan-huis en elektronische stemmen het systeem inpakken. Het Kremlin zal beweren dat er enorme meerderheden zijn voor aansluiting bij Rusland. Volgens interne documenten van het Kremlin willen ze in de regio’s Donetsk en Loehansk een ‘voorstem’ van 90% en een opkomst van 80% aankondigen.

    Waarschijnlijk op de dag nadat het Kremlin deze overweldigende stemmen heeft aangekondigd (28 september), zal de Russische Doema stemmen om de regio’s te annexeren. Het zou geen verrassing zijn als de ‘communistische’ leider Zjoeganov dit voorstel indient. Hij heeft immers een verleden als voorvechter van oorlogsresoluties. Volgens de logica van het Kremlin zal dit het karakter van de oorlog veranderen. Vanaf dat moment zal het Kremlin beweren dat elke ‘inval’ van Oekraïense troepen in de vier regio’s, of op de Krim, een aanval is op de “territoriale integriteit van de Russische Federatie”. Dit zal betekenen dat de huidige beperkingen over waar dienstplichtige soldaten mogen dienen, of over het gebruik van gevaarlijkere wapens, zullen veranderen. Hoewel veel westerse leiders de toespraak van Poetin zagen als een teken van wanhoop en bluf, is het duidelijk dat er nog meer gevaarlijke momenten kunnen komen nu het Kremlin zijn doelstellingen ondermijnd ziet.

    Rusland raakt steeds meer geïsoleerd

    Nu al worden Poetin en minister van Buitenlandse Zaken Lavrov als paria’s behandeld door de leiders en instellingen van wat het Kremlin nu “onvriendelijke landen” noemt. Nadat Lavrov de vergadering van de VN-Veiligheidsraad had verlaten, zei de Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken Dmytro Koeleba dat hij “net als zijn soldaten de aftocht blies”.

    Nu worden ze steeds meer in de kou gezet door de rest van de wereld, nog voor de beruchte tv-toespraak van Poetin. De aftocht uit Charkov heeft aangetoond dat Rusland, dat tot nu toe werd gezien als de op één na sterkste militaire macht ter wereld, een onbetrouwbare partner is.

    Vorige week vond in Oezbekistan een top plaats van de Shanghai Cooperation Organisation, waarin China, India, Kazachstan, Kirgizië, Pakistan, Rusland, Tadzjikistan en sinds vorige week ook Iran verenigd zijn. Turkije, Wit-Rusland, Sri Lanka en anderen waren als waarnemers aanwezig. Vóór februari werden China en Rusland als de leidende partners van deze organisatie beschouwd. Toch ontmoette de Oezbeekse president Shavkat Mirziyoyev Xi Jinping toen hij invloog, terwijl een ondergeschikte voor Poetin werd gestuurd. Modi confronteerde Poetin met de uitspraak dat “dit niet het moment is voor oorlog”, terwijl Poetin moest erkennen dat China “vragen en zorgen” had.

    Nu is er een nog scherpere draai gemaakt. De Chinese minister van Buitenlandse Zaken Wang Wenbin riep na de toespraak van Poetin op tot een “zo snel mogelijke” wapenstilstand. Kazachstan en de Centraal-Aziatische staten hebben allemaal hun burgers verboden om tegen Oekraïne te vechten, nadat in Sacharovo een wervingskantoor was geopend waar alle buitenlanders die in Moskou wonen documenten moeten aanvragen. Het Russische bankbetalingssysteem “Mir” [ironisch genoeg betekent het ‘vrede’] dat Mastercard en Visa moet vervangen, werkt nu niet meer in Centraal-Azië en Turkije. Zowel China als Turkije zeggen dat de referenda niet zullen worden erkend.

    Zal de mobilisatie helpen?

    Het Kremlin vermijdt nog steeds de oorlogsverklaring. Dit zou betekenen dat het de mislukking van de ‘speciale militaire operatie’ erkent. Op dezelfde manier vermijdt het een volledige mobilisatie uit angst voor het uitbreken van massaal verzet. Er is officieel verklaard dat alleen mannen met militaire ervaring zullen worden opgeroepen. Dit is een leugen die snel aan het licht komt. Zelfs op elite-universiteiten in Moskou vallen rekruteringsofficieren binnen in colleges om oproepingspapieren uit te delen.

    Desondanks geloven de meeste deskundigen niet dat deze mobilisatie de gebeurtenissen in het voordeel van het Kremlin kan keren. Het Russische leger is ‘top-down’, een erfenis van de stalinistische staat. Dit betekent dat officieren de gelederen niet vertrouwen, nu wordt gesuggereerd dat zelfs de dagelijkse tactische beslissingen in het Kremlin worden genomen. Er is niet genoeg uitrusting, officieren of sergeanten/korporaals om de gemobiliseerden te trainen. Zelfs in de beste tijden duurt het normaal weken, zo niet maanden om nieuwe militaire eenheden te vormen die naar het front kunnen worden gestuurd. Er zijn al video’s verschenen van de verschrikkelijke toestand waarin deze nieuwe gemobiliseerden naar verwachting zullen verkeren. Veel deskundigen geloven dat deze nieuwe rekruten gewoon kanonnenvlees zullen zijn.

    Een verdere ondermijning van het Poetin-regime?

    Commentatoren merken vaak op dat Poetin erin geslaagd is aan de macht te blijven omdat hij een informeel pact heeft met een loyaal electoraat, waarbij hij hen stabiliteit biedt, zij het zonder democratische rechten, en zij zich buiten de politiek houden. Dit is een wat simplistische opvatting, vooral omdat het voorbijgaat aan het feit dat er geen levensvatbaar politiek alternatief voor zijn bewind is opgebouwd. Toch ondermijnen deze beslissingen dat pact – er kan nu nauwelijks een familie zijn die niet op zijn kop is gezet door de start van de ‘speciale operatie’, de mobilisatie en de economische ramp die zich ontwikkelt.

    Het is te vroeg om te voorspellen of de jongste opleving van de anti-oorlogsbeweging zich op korte termijn kan ontwikkelen met een bredere basis. Het kan langer duren voordat de gevolgen van de mobilisatie doordringen, aangezien de nieuwe troepen naar Oekraïne worden gestuurd, en velen terugkeren als “Cargo 200” – de term van het Russische leger voor lijkzakken. Misschien zal een nieuwe wending in de oorlog in Oekraïne de heersende elite nieuwe schokken bezorgen.

    Het kapitalisme heeft geen uitweg

    Poetin, die het steeds agressievere en imperialistischere Russische kapitalisme vertegenwoordigt, is niet in staat zijn nederlaag te aanvaarden, of zijn troepen uit Oekraïne terug te trekken en het recht op onafhankelijkheid te erkennen, omdat dit van zwakte zou getuigen en tot de volledige en snelle ineenstorting van zijn bonapartistische regime zou kunnen leiden. Zolang hij in het Kremlin blijft, zal hij zijn toevlucht nemen tot steeds wanhopiger maatregelen, waaronder de mogelijke verdere escalatie van het conflict in Oekraïne. Hij heeft al laten zien dat hij bereid is de levens en huizen van Tsjetsjenen, Syriërs en nu ook Oekraïners op te offeren. Door zijn mobilisatie heeft hij zijn totale minachting getoond voor de nieuwe Russische soldaten en hun gezinnen, van wie velen hun leven wordt verwoest zodat hij aan de macht kan blijven.

    De hamvraag is echter wie hem kan vervangen. Het regime denkt misschien dat de massale onderdrukking van de pro-kapitalistische liberale oppositie en andere oppositiekrachten, waarbij sommigen in de gevangenis zitten en vele anderen in ballingschap gaan, zal verhinderen dat er een nieuwe oppositie tegen zijn bewind ontstaat. Maar dat gebeurt niet. Het betekent echter wel dat een dergelijke beweging een grotendeels spontaan en politiek verward karakter zal hebben, totdat een echt massaal alternatief voor de arbeidersklasse en levensvatbare leiders ontstaan.

    Het betekent dat een alternatief voor Poetin in dit stadium waarschijnlijk zal voortkomen uit het huidige regime. En die keuze is niet aantrekkelijk. In het beste geval zou het kunnen gaan om een meer gematigde figuur als Misjoetin of Sobjanin, maar die zouden een door de oorlog en de sancties verwoeste economie erven en nog steeds gegijzeld worden door de krachten binnen het staatsapparaat die Poetin aan de macht hebben geholpen. Een ander alternatief zou een meer hardline figuur zijn zoals Medvedev of een figuur van de veiligheidsdiensten.

    Volgens generaal Sir Richard Barrons, voormalig hoofd van de Britse strijdkrachten, zijn westerse politici “doodsbang” voor een “zogenaamd ‘catastrofaal succes’ voor de Oekraïense strijdkrachten, dat tegen alle voorspellingen in een regeringsbedreigende nederlaag voor Rusland inluidt”. Zij vrezen dat een wanhopige Poetin dan zijn toevlucht zal nemen tot het gebruik van tactische kernwapens.

    Dit geldt duidelijk niet voor alle westerse politici. Terwijl sommigen liever een vorm van compromis zien, waardoor Poetin in de woorden van Macron “zijn gezicht kan redden”, willen anderen Poetin juist zo ver mogelijk terugdringen en tegelijk een regimeverandering vermijden. Als Poetin echter besluit om, zoals de Russen zeggen, “Va Banque” te doen, en bereid is alles op het spel te zetten, dan zal het westerse imperialisme geen andere keuze hebben dan hetzelfde te doen, en zal het conflict oncontroleerbaar escaleren.

    Hoe dan ook, het zijn de arbeidersgezinnen die de directe gevolgen ondervinden van deze brute oorlog die al negen maanden duurt en mogelijk nog veel langer kan duren. Wereldwijd worden ze geconfronteerd met een escalerende energie-, voedsel- en inflatiecrisis. In Oekraïne worden hun huizen en jobs vernietigd. Daarom zijn zoveel Oekraïners bereid het leger en de territoriale verdedigingsmacht te steunen, en in toenemende mate deel te nemen aan de opkomende partizanenbeweging in bezette gebieden. Hun strijd is voor het recht op zelfbeschikking voor Oekraïne.

    Tegelijkertijd is de regering-Zelenski, naarmate zij zich meer tot de westerse imperialistische mogendheden wendt voor steun, bereid de toekomst van Oekraïne te hypothekeren door in te stemmen met de voorwaarden van de imperialisten voor leveringen en financiering. Sinds de zomer is het tempo van maatregelen tegen de arbeidersklasse opgevoerd, waaronder pensioenhervormingen, privatisering van de wapen-, voedsel- en energiesector en loonsverlagingen voor werknemers in de staatssector. Alsof dit nog niet genoeg is, worden de verkiezingen van volgend jaar waarschijnlijk uitgesteld. Duidelijk bezorgd dat de arbeidersklasse zal leren hoe ze zich tijdens de oorlog moet organiseren en verzetten, wordt een nieuw register van wapenbezit voorbereid, zeker om ervoor te zorgen dat de arbeiders aan het eind van de oorlog ontwapend zijn.

    Noodzaak van een onafhankelijk alternatief voor de arbeidersklasse

    Uit dit alles blijkt duidelijk dat de arbeidersklasse in Rusland, Oekraïne en internationaal geen vertrouwen mag hebben in het kapitalisme of het imperialisme in welke vorm dan ook. Socialisten in Rusland zullen blijven pleiten voor de opbouw van een democratisch georganiseerde anti-oorlogsbeweging, geworteld in de arbeidersklasse, met links naar de vrouwenprotesten die zich ontwikkelen. Zij steunen het zelfbeschikkingsrecht van Oekraïne, dat alleen mogelijk is als de Russische troepen zich volledig uit Oekraïne terugtrekken. Russische socialisten zien de noodzaak in van een duidelijk politiek, socialistisch alternatief, dat zich kan organiseren als onderdeel van een massale arbeidersbeweging om het Poetin-regime omver te werpen en een einde te maken aan het kapitalisme in Rusland.

    Op dezelfde manier strijden socialisten in de westerse imperialistische landen om socialistische alternatieven voor hun eigen regeringen op te bouwen, die niet alleen de rechten van arbeiders, vrouwen en de LGBT+-gemeenschap aanvallen, de lonen drukken en de inflatie opdrijven, maar ook samenwerken om de militaire uitgaven te verhogen en oorlogen te voeren in het belang van het kapitalisme.

    Sterke arbeidersorganisaties in andere landen zouden de arbeidersklasse in Oekraïne, die strijdt om de Russische troepen te verdrijven, de grootst mogelijke steun kunnen geven en haar tegelijk helpen een politiek alternatief op te bouwen voor de regering-Zelenski, die verdere aanvallen op de belangen van de werkende klasse voorbereidt om haar zakelijke partners en imperialistische bondgenoten te dienen. Zo’n beweging zou strijden tegen privatisering, pensioenhervormingen en loonsverlagingen, en opkomen voor echte democratie, met inbegrip van het recht op autonomie of zelfbeschikking als een bepaalde regio dat wil.

    Uiteindelijk is de sleutel tot het verdedigen van de Oekraïense zelfbeschikking, tot het beëindigen van de oorlog en toekomstige oorlogen, het opbouwen van een internationaal arbeidersalternatief om een einde te maken aan het bestaan van imperialistische en kapitalistische regeringen in de hele wereld. Daarvoor hebben we internationale solidariteit van de arbeidersklasse nodig in een georganiseerde strijd tegen alle oorlogszuchtigen, om een einde te maken aan het kapitalistisch systeem, de bron van de moderne oorlogen, en om het te vervangen door een nieuwe samenleving, gebaseerd op een democratische en duurzame planeconomie en een vrijwillige en gelijkwaardige confederatie van socialistische staten, waarin alle volkeren recht hebben op zelfbeschikking, een degelijke levensstandaard en een leven zonder onderdrukking, discriminatie en autoritarisme.

  • Zes maanden oorlog in Oekraïne: wat kan de arbeidersbeweging doen?

    Anti-oorlogsprotest in Brussel eind maart 2022. Foto: James

    Minstens 9.000 Oekraïense en 15.000 Russische soldaten zijn gesneuveld. Er vielen tienduizenden dode en gewonde burgerslachtoffers. Veertien miljoen Oekraïners zijn op de vlucht en talloze gezinnen zijn uit elkaar gehaald. Steden en dorpen zijn herleid tot puinhopen. Internationaal komen de energie- en voedselbevoorrading in het gedrang. Spijts overstromingen, droogtes en bosbranden wordt opnieuw volop ingezet op fossiele brandstoffen en nucleaire energie. Stagflatie lijkt nu onvermijdelijk en bewapening en militarisme kondigen meer van hetzelfde aan. Voor LSP kan enkel de arbeidersbeweging een uitweg bieden uit de catastrofe. We lichten toe waarom en hoe.

    door Eric Byl

    Oorlog is de verderzetting van politiek met andere middelen. Oekraïne is een slagveld geworden waar de grote imperialistische machten hun strijd over hegemonie laten uitvechten. Van hen, noch van hun bondgenoten, kan enige oplossing verwacht worden. Zelfs indien ze uitgeput een rot compromis bereiken, zal de oorlog opnieuw oplaaien zodra de strijdkrachten hersteld zijn, indien de situatie niet nu al verder escaleert.

    De invasie was bedoeld om de krachtsverhoudingen zoals die de voorbije decennia zijn ontwikkeld, brutaal bij te stellen in het voordeel van de Russische oligarchie. Die zag haar invloedssfeer sinds het herstel van het kapitalisme voortdurend ingepalmd worden door concurrenten, in de eerste plaats het Westers imperialisme. Wat Rusland ook ondernam, leek die trend enkel te versterken met als hoogtepunt een reeks ‘kleurenrevoluties’ in Servië (2000), Georgië (2003), Oekraïne (2004) en Kirgizië (2005).

    Tijdperk van geopolitieke spanningen

    Na de Grote Recessie van 2008/9 belandde de Eurozone in een existentiële crisis. De EU is verscheurd door interne verdeeldheid met als voorlopig hoogtepunt de Brexit. Alle Europese staten kennen polarisatie, het herleven van nationale tegenstellingen en de ondermijning van hun traditionele instellingen en partijen als gevolg van decennia van neoliberale aanslagen op de levensstandaard.

    De VS is eveneens verdeeld en verzwakt. De Republikeinse partij wordt nu gecontroleerd door de totaal onberekenbare populist Trump. De Democratische partij slaagt er niet meer in zich geloofwaardig op te werpen als leider van de natie. Op internationaal vlak uitte de verzwakking van het VS-imperialisme zich in de smadelijke terugtocht uit Afghanistan, waarna de Taliban pijlsnel de macht greep.

    Tegelijk is China uitgegroeid tot de belangrijkste uitdager van de hegemonie van het VS-imperialisme. Internationale arbeidsdeling en globalisering hebben het proces van gecombineerde ontwikkeling, door uitwisseling en imitatie, een boost gegeven. Onder het kapitalisme gebeurt dat echter niet op een harmonieuze, maar op  een chaotische, ongelijkmatige manier die onvermijdelijk leidt tot spanningen en verklaart waarom kapitalisme uiteindelijk oorlog betekent.

    De VS en China zijn verwikkeld in een wedren voor technologie, bewapening, invloedssferen, diplomatieke betrekkingen etc. Een directe militaire confrontatie is voorlopig niet aan de orde. China kan dat nog niet aan en er is uiteraard de nucleaire afschrikking, maar intussen is de koude oorlog tussen beide kapitalistische grootmachten zo dominant dat het een bepalende factor is voor alle wereldgebeurtenissen. De sancties tegen het Poetin-regime en de wapenleveringen aan Oekraïne zijn tegelijk een waarschuwing aan China over Taiwan. We kunnen niet uitsluiten dat de koude oorlog op een gegeven moment een eigen dynamiek ontwikkelt en alsnog opwarmt.

    Voor het Poetin-regime creëerden deze omstandigheden en de overeenkomst ‘zonder beperkingen’ met Xi Jinping een uitzonderlijke opportuniteit. Als het ooit een lijn in het zand wou trekken en in de toekomst nog een rol als grootmacht wou spelen, dan was nu het moment. Wellicht werd dit ook versterkt door de ‘successen’ in Syrië, Wit-Rusland en Kazachstan, waar het Poetin-regime erin slaagde om Assad, Loekasjenko en Tokajev in het zadel te houden.

    Poetins blitsoorlog is intussen echter gestrand in een loopgravenoorlog. In plaats van het Westen te verdelen, heeft de invasie de NAVO nieuw leven ingeblazen met fors meer militaire uitgaven, vermenigvuldiging van de troepen in Europa en uitbreiding naar Zweden en Finland. In de regio Donbas zijn Russische troepen zich aan het ingraven voor de winter en in het zuiden zit het aangekondigde tegenoffensief van het Oekraïense leger al ruim een maand vast. Een einde is nog lang niet in zicht.

    Koude oorlog en imperialistische annexatie

    Ondanks het overwicht aan vuurkracht zijn de Russische troepen op gigantische weerstand gestoten. Westerse wapenleveringen en informatie spelen daarin mee, maar toch vooral dat deze oorlog niet enkel deel is van de nieuwe koude oorlog, maar ook, en zo wordt dat vooral gezien door de Oekraïense arbeidersklasse, een agressieve imperialistische annexatieoorlog.

    Die inschatting verklaart waarom talloze Westerse gastgezinnen aanvankelijk de Oekraïense vluchtelingen thuis opvingen als teken van solidariteit. Om diezelfde redenen is er nog geen echte anti-oorlogsbeweging op gang gekomen. Voor velen is de hoofbekommernis nu om Poetin te stoppen en hoewel ze terecht sceptisch zijn over de bedoelingen van het Westen, hetgeen nog veel sterker is in de voormalige koloniale landen, uit zich dat tegen beter weten in, ook in aanvaarding van de sancties, de wapenleveringen, het optrekken van militaire uitgaven en uitbreiding van de NAVO.

    Door het lichtpunt van een betekenisvol verzet tegen de oorlog in Rusland zelf, was er aanvankelijk sympathie voor de oproep voor een massale internationale anti-oorlogsbeweging, maar zonder zich te vertalen in actieve mobilisatie. Intussen werd de anti-oorlogsbeweging in Rusland ondergronds gedreven. Deelnemers kwamen terecht in de gevangenis, vluchtten naar het buitenland of houden zich koest. Het lichtpunt is daarmee verdwenen. In Rusland zal de anti-oorlogsbeweging zich moeten herstructureren en richten op de arbeidersklasse die het meest lijdt onder inflatie en jobverlies en waar de steun voor de oorlog minder uitgesproken is dan onder beter begoede lagen.

    Een strategie en programma voor de arbeidersbeweging in tijden van oorlog

    Zelenski werd in 2019 verkozen als anti-establishment kandidaat die corruptie zou bestrijden. Onder zijn regering werden echter grote bedrijven geprivatiseerd, een patronale arbeidswet gestemd, het minimumloon bevroren en onderwijs en gezondheidszorg gecommercialiseerd. Voor de oorlog was zijn populariteit gekelderd tot net boven de 20%, maar die is nu hersteld, vooral door het aanbod van de VS af te wijzen om het land te verlaten na de Russische inval. Voorlopig is de Oekraïense natie verenigd achter Zelenski in de strijd om de bezetter te verdrijven.

    Maar terwijl de Oekraïense soldaten strijden om hun land, hun huizen en gemeenschappen te beschermen tegen de Russische bezetting, beschermen de regering en het leger vooral het recht op uitbuiting door de oligarchen die van mening zijn dat hun belangen het best gediend zijn bij een pro-Westerse politiek tegen pogingen door het Russisch regime om dat recht te betwisten in haar eigen belang. Die keuze uit zich op alle vlakken.

    Uiteraard door aan te kloppen bij het Westers imperialisme. Dat wil Rusland weliswaar uitputten in de hoop meer avonturen te ontraden en tegelijk een bondgenoot van China te verzwakken, maar het Poetin-regime niet in een positie drijven dat het naar nucleaire wapens zou grijpen. De oorlogscampage van Zelenski is ook helemaal niet gericht op het beïnvloeden van de gedemoraliseerde Russische troepen. Integendeel, net als Poetin in Rusland Oekraïense symbolen en muziek verbiedt, wordt ook de Russische cultuur in Oekraïne onderdrukt en werden alle oppositiepartijen verbannen.

    Niet Zelenski en de legerleiding, maar de motivatie van de Oekraïense bevolking en de soldaten is de doorslaggevende factor in het verzet tegen de bezetting. Als de arbeidersbeweging die motivatie kan organiseren en zelf aansturen is er veel mogelijk. We steunen bijgevolg iedere stap, hoe klein ook, die in Oekraïne de controle over het leger betwist, of het nu gaat over de distributie van een arbeiders-soldaten krant, vrije verkiezing van soldatenvertegenwoordigers die toezien op de condities in de loopgraven, de democratische verkiezing van officieren of het vormen van lokale comités van soldaten en buurtbewoners om toe te zien op de militaire verrichtingen en de hulpverlening.

    Tot het strijdarsenaal van de arbeidersbeweging behoren ook meetings, stakingen en burgerlijke ongehoorzaamheid. Het protest van de brandweer in Enerhodar en de walk out van de werknemers van de nucleaire site van Zaporizja illustreren het potentieel daarvoor. Als dat breedschalig en systematisch georganiseerd zou worden, zou het een enorm effect hebben op de gedemoraliseerde Russische troepen.

    De oligarchen en hun politieke vertegenwoordigers roepen op tot nationale eenheid, maar voeren een eenzijdige klassenstrijd om hun stoutste dromen te verwezenlijken. UkrOboronProm, een staatsconsortium van 20 defensiebedrijven in Oekraïne dat gigantische winsten maakt, wordt omgevormd naar een aandeelhoudersbedrijf ter voorbereiding van privatisering. Voor september wordt de privatisering van 200 hoofdzakelijk voedingsbedrijven aangekondigd. In juli werd een nieuwe arbeidswet door het parlement, de rada, gejaagd waardoor de rechten van 70% van de werknemers worden ingeperkt en de pensioenhervorming, uitgewerkt voor de oorlog, wordt nu versneld doorgevoerd. De werkloosheid staat op 35% en een lening van 20 miljard $ is in onderhandeling met het IMF.

    De productie van wapens, voedsel en geneesmiddelen zou niet mogen dienen voor superwinsten van de oligarchen en al zeker niet in oorlogstijd. De gemeenschap zou dit moeten opeisen en onder arbeiderscontrole stellen voor een productie-en distributieplan in het belang van de bevolking. Met behulp van de internationale arbeidersklasse zou de uitstroom van kapitaal uit Oekraïne opgespoord en aangeslagen moeten worden. Inflatie, speculatie en corruptie kunnen bestreden worden door arbeiders- en buurtcomités om de prijzen te reguleren, speculanten te verdrijven en toe te zien op alle overheidscontracten om omkoping tegen te gaan.

    De nieuwe arbeidswet moet worden afgeschaft. Om de werkloosheid te bestrijden zou een algemene arbeidsduurvermindering zonder loonverlies moeten doorgevoerd worden. Arbeiders die worden opgeroepen voor het leger of hun job verliezen door de oorlog zouden hun volle loon moeten worden betaald door het bedrijf. Als bedrijven na opening van de boeken bewijzen dat ze dit niet kunnen betalen, moet een staatsfonds gefinancierd door een speciale oorlogstaks op de rijken tussenkomen. Elke poging om de oorlog te gebruiken om pensioenen, inkomens, arbeids- en levensvoorwaarden te ondermijnen moet worden verworpen.

    Alle productiecapaciteit en financiële middelen moeten gemobiliseerd worden voor zo efficiënt mogelijke verdediging van de gemeenschappen, huizen en werkplaatsen en om zo snel als mogelijk volgens dezelfde principes de heropbouw aan te vatten. Patroons die overname door de gemeenschap voor een dergelijk nationaal plan weigeren, moeten onteigend worden. Dit programma is slechts een indicatie van het type oorlogsprogramma dat de arbeidersbeweging nodig heeft om de uitdagingen aan te kunnen. Niets dat in de buurt ervan komt, kan verwacht worden van een andere dan een arbeidersregering.

    Een dergelijk programma zal aanvankelijk schouderophalend of zelfs vijandig onthaald worden. Een overwinning van het Poetin-regime of van Zelenski en het westers imperialisme zou in beide gevallen leiden tot meer agressie in binnen- en buitenland. We kunnen geen van beide steunen. Veel waarschijnlijker is echter een lang uitgerokken oorlog zonder uitgesproken winnaar, waarin de klassentegenstellingen steeds duidelijker worden. Oorlog is een zeer geconcentreerde vorm van politiek, niet voor niets wordt het de vroedvrouw van revolutie genoemd en een gulden regel in oorlogsvoering luidt dat men een revolutie nooit kan aanvallen met kans op succes. Als de arbeidersbeweging in Oekraïne bovenstaand programma omarmt, dan zou dit niet alleen een enorm effect hebben op de Russische soldaten en arbeiders, maar ook de vereiste anti-oorlogsbeweging wereldwijd op gang trekken. De internationale arbeidersbeweging zou ongetwijfeld mee mobiliseren voor de kwijtschelding van schulden aangegaan tijdens de oorlog.

  • Vijf maanden na de invasie van Oekraïne. De oorlog en zijn gevolgen

    Edito uit Socialist World nummer 8, het magazine van ISA – contacteer ons als je een papieren versie van dit magazine wil kopen

    De oorlog in Oekraïne gaat nu zijn zesde maand in. Hele steden, zoals Marioepol en Severodonetsk, zijn verwoest. Duizenden burgers en tienduizenden soldaten aan beide zijden zijn gedood, terwijl er waarschijnlijk tien keer zoveel gewonden zijn gevallen. Hoewel sommigen nu zijn teruggekeerd, zijn meer dan acht miljoen vluchtelingen, voor het overgrote deel vrouwen en kinderen, naar het buitenland gevlucht. Nog eens zoveel mensen zijn ontheemd binnen Oekraïne.

    De hoop van het Kremlin om het hele land te bezetten werd snel van tafel geveegd toen het op hevig verzet stuitte. Het werd gedwongen zich terug te trekken uit de omgeving van Kiev, Tsjernihiv en Charkov, om zijn troepen te concentreren op Donbas. Dit is het gebied van ongeveer 400 bij 200 km dat de industriële regio’s Donetsk en Loehansk in Oost-Oekraïne omvat. In 2014 werd een deel van Donbas ingenomen door de zogenaamde “volksrepublieken” Donetsk en Loehansk (DNR/LNR) en sindsdien zijn de gevechten voortgezet. Nu vechten Russische en Oekraïense troepen om elke kilometer land in een uitputtingsslag die waarschijnlijk vele maanden zal duren, en mogelijk langer.

    De oorlog is een product van een nieuwe periode van toenemende spanningen tussen de imperialistische mogendheden als gevolg van de economische crisis, de terugtocht van de mondialisering en het neoliberalisme en de daaruit voortvloeiende pogingen om de mondiale invloedssferen, met andere woorden, de gebieden voor uitbuiting, opnieuw te verdelen. Naarmate de nieuwe Koude Oorlog tussen de twee grote imperialistische mogendheden – de VS en China – zich verdiept, worden militaire en diplomatieke blokken herschikt en regionale evenwichten verstoord. Het kamp onder leiding van de VS ziet de oorlog duidelijk als een kans om Rusland te verzwakken en ook als een waarschuwing voor en generale repetitie voor een militair conflict met China in een later stadium.

    Het Russische imperialisme heeft zijn eigen agressieve agenda, waarbij Oekraïne geen recht heeft om als onafhankelijke staat te bestaan. De realiteit is ook dat de VS en de imperialistische regeringen van het Westen, ondanks al hun beloften aan het Oekraïense volk, Oekraïne zien als een pion in hun mondiale conflict.

    Biden verandert van toon

    In het begin van de oorlog voelde de Amerikaanse president Biden zich gesterkt door de Russische tegenslagen en de eensgezinde reactie van de NAVO. Hij riep met zoveel woorden op tot de omverwerping van Poetin. Hij en andere Amerikaanse leiders steunden het idee dat Rusland van het hele Oekraïense grondgebied zou worden verdreven in een beslissende nederlaag. Terwijl Poetin een ernstige misrekening maakte toen hij opdracht gaf tot de invasie, lijkt het er sterk op dat Biden sindsdien een misrekening heeft gemaakt. Dit is vooral omdat het Westen de kosten van de oorlog in ruimere zin heeft zien escaleren.

    Maar we moeten ook realistisch zijn over de militaire krachtsverhoudingen. Ondanks de eindeloze Westerse propaganda aan het begin van de oorlog over het Russische leger dat op instorten stond, is dit verre van waar. Zonder westerse steun zou het Oekraïense leger na de invasie snel ineengestort zijn. De VS stuurden bijvoorbeeld 7.000 Javelin antitankraketten. Rusland zou het echter onmogelijk hebben gevonden om geheel Oekraïne of zelfs het grootste deel ervan permanent te bezetten tegen de vastberaden weerstand van de bevolking in.

    In de nieuwe fase van de oorlog in de Donbas geeft Rusland er de voorkeur aan om met langeafstandsartillerie Oekraïense steden te bombarderen. Terwijl de Russische strijdkrachten nog steeds grote verliezen lijden, worden de Oekraïense verliezen ondraaglijker. Het Westen heeft Oekraïne meer hoogtechnologische militaire systemen beloofd. De waarheid is dat de enige manier om het Russische leger militair te verslaan en het uit Oekraïne te verdrijven op dit moment zou zijn dat de NAVO haar eigen strijdkrachten zou sturen, wat de wereld zou leiden naar de rand van een totale oorlog tussen Rusland en de NAVO. De westerse imperialisten hebben duidelijk gemaakt dat ze dat niet willen en de oorlog willen beperken tot Oekraïens grondgebied om zo meer controle te behouden.

    Het westerse imperialisme stelt de verwachtingen nu naar beneden bij, wat ook de illusies van gewone Oekraïeners de kop indrukt. Dit kan nog erger worden wanneer de Westerse imperialisten Zelenski uiteindelijk dwingen een deal te ondertekenen waarin de opdeling van het land en de feitelijke annexatie van een groot deel van of de hele Donbas bij Rusland wordt aanvaard.

    Intussen vertonen de Westerse mogendheden spanningen en verdeeldheid over hun volgende stappen, gezien de mogelijke gevolgen. De oorlog heeft de wereldwijde voedsel- en energiecrises, de inflatie en de schuldencrisis in veel arme landen al dramatisch verergerd. Dit kan aanleiding geven tot massale omwentelingen, zoals we nu al zien in Sri Lanka.

    Maar de economische en sociale gevolgen zullen niet beperkt blijven tot de arme landen. Van de grootmachten is Duitsland bijzonder kwetsbaar omdat zijn economisch model gebaseerd is op goedkope Russische energie en export naar China. In de westerse media heerst grote ongerustheid over de vraag of Rusland op het punt staat de Nord Stream-aardgaspijpleiding te sluiten. Duitsland is voor 35% van zijn gasleveringen afhankelijk van Rusland, waarmee de verwarming van de helft van de huishoudens in het land wordt gedekt, terwijl Frankrijk 19% van zijn gas uit Rusland betrekt. Naarmate de oorlog langer aansleept, zou de verdeeldheid in het westerse kamp kunnen verscherpen: de ene vleugel wil het conflict sneller beëindigen door een of andere vorm van schikking met Rusland, de andere wil het conflict laten voortslepen.

    Hoe het Oekraïne-conflict is ontstaan

    Sinds de ineenstorting van de Sovjet-Unie hebben de westerse kapitalisten de goedkope arbeidskrachten van Oost-Europa uitgebuit voor hun toeleveringsketens, en zijn zij afhankelijk van de energie, mineralen en voedselgrondstoffen van de regio. Militair gezien heeft de NAVO zich over de regio uitgebreid. Tot de wereldwijde crisis van 2008 beschouwden zowel het Westen als Rusland hun relatie als een ‘partnerschap in ontwikkeling’. Poetin suggereerde zelfs dat Rusland zich uiteindelijk bij de NAVO kon aansluiten. Maar toen de globalisering begon te vertragen en Rusland profiteerde van de gestegen olie-inkomsten, namen de conflicten toe.

    Zowel de “Oranjerevolutie” in Oekraïne in 2004 als de Euromaidan-crisis in 2013-2014 waren het resultaat van het conflict tussen pro-Russische en pro-EU-belangen binnen de oligarchische heersende elite van Oekraïne. In beide gevallen zegevierden de pro-EU krachten die steunden op massaprotesten. Het Kremlin reageerde door de Krim te annexeren en militaire en politieke steun te verlenen aan de afgescheiden regeringen van de ‘Volksrepublieken’ Donetsk en Loehansk (DNR/LNR) in het oosten. De daaruit voortvloeiende oorlog in Donbas van 2014-21 eiste meer dan 15.000 levens. Nu de imperialistische belangen van de VS en de EU in de hele regio zijn versterkt, is de elite van het Kremlin zich daar steeds agressiever tegen gaan verzetten.

    Bij het ontketenen van deze brute oorlog beweerde het Kremlin dat het doel was Oekraïne te ‘denazificeren’ en te ‘demilitariseren’. Reeds in de referendumcampagne op de Krim in 2014 voerde Rusland propaganda over hoe de regering in Kiev was overgenomen door fascisten. Het is zeker waar dat extreemrechts in Oekraïne een sleutelrol heeft gespeeld in de Euromaidan-crisis en in de gevechten tegen pro-Russische troepen in 2014-6, hoewel sinds Euromaidan de electorale steun voor extreemrechts is afgenomen van 7% tot 2,2%. Een deel van de oligarchen zag extreemrechts tijdens de presidentiële periode van Viktor Porosjenko (2014-19) als een nuttige aanvulling op het gebruikelijke repressieve staatsapparaat, en veel extreemrechtse activisten, onder meer in het beruchte Azov-regiment, zijn op verschillende niveaus in hen geïntegreerd.

    Wij zijn het niet eens met de manier waarop het Zelenski-regime wordt gekarakteriseerd, zowel door de pro-Russische stemmen die het regime als extreemrechts of fascistisch bestempelen, als door zijn aanhangers die het regime rooskleuriger proberen voor te stellen als een verdediger van de ‘democratie’ tegen het ‘autoritarisme’. Zelenski werd in 2019 gekozen als een buitenstaander en won de steun van al diegenen die walgden van de vorige door oligarchen gedomineerde regimes van Porosjenko en Janoekovitsj. Hij beloofde een einde aan de oorlog in Oost-Oekraïne en een strijd tegen corruptie. Hij stuitte al snel op verzet van uiterst rechts, dat zich verzette tegen zijn pogingen om over vrede te onderhandelen. Tegelijkertijd bleef hij een pro-kapitalistisch, neoliberaal economisch beleid voeren, soms met een lichte dekmantel van populisme – bijvoorbeeld met enkele voorstellen van maatregelen tegen de oligarchen.

    Voor de oorlog was de populariteit van Zelenski tanend. Zijn weigering om het land te verlaten en de wijze waarop hij gezien wordt als standvastig tegenover Rusland zorgen voor een boost. Toch gaat zijn regering door met een asociaal beleid met onder meer een verbod op stakingen, nieuwe wetten die ontslag gemakkelijker maken en plannen om de pensioenhervormingen door te zetten. De oorlog heeft de militarisering uiteraard versterkt en het stelt Zelenski in staat om zijn politieke tegenstanders harder aan te pakken, onder meer met een verbod op pro-Russische partijen. Wat de uitkomst van de oorlog ook zal zijn, bij gebrek aan een links alternatief is het duidelijk dat de Russische acties zullen leiden tot een dramatische toename van nationalistische en extreemrechtse standpunten. Om zich hierop voor te bereiden is het van essentieel belang dat de arbeidersklasse tijdens de oorlog een eigen georganiseerd politiek alternatief ontwikkelt voor Zelenski’s pro-kapitalistische en pro-imperialistische politiek.

    Als het Kremlin werkelijk ‘het fascisme wil bestrijden’ zou het moeten beginnen met zijn eigen kamp. Onder degenen die de eerste regeringen van de DNR/LNR oprichtten waren er veel leden van de neofascistische “Russische Nationale Eenheid”, hoewel zij ondertussen grotendeels zijn vervangen door figuren die veiliger zijn voor het Kremlin. Onder de Russische troepen bevinden zich groepen als “Rusich”, die voornamelijk gerekruteerd zijn uit neonazistische groeperingen in Sint-Petersburg en de beruchte Wagner-huurlingen die door het Kremlin gebruikt worden als ‘ontkenbare activa’, en van wie velen nazistische en fascistische symbolen dragen.

    De aard van de oorlog

    Sommigen ter linkerzijde steunen internationaal ten onrechte het Poetin-regime in een of andere mate op grond van het feit dat het de zwakkere imperialistische macht is en ze herhalen dat het Oekraïense regime pro-fascistisch is.

    In het Westen is er echter een nog wijdverbreider verkeerd standpunt onder brede lagen van de linkerzijde, dat zich uitstrekt van Podemos in Spanje tot AOC in de VS. Dat verkeerd standpunt bestaat erin geloof te hechten aan Joe Biden’s bewering dat de NAVO vecht voor “democratie tegen dictatuur.” Dit leidt tot steun voor de enorme militaire uitgaven van de Westerse imperialistische mogendheden in naam van het tegengaan van Russische agressie. Dit wordt ook herhaald door sommige radicaal linkse krachten, waaronder groepen die zich op het trotskisme baseren. Zij combineren steun voor de Westerse wapenopbouw met algemene anti-imperialistische retoriek. Maar in werkelijkheid is de wapenopbouw onlosmakelijk verbonden met de bredere Westerse imperialistische agenda. Door het één te steunen, steun je het ander.

    ISA is volledig gekant tegen alle imperialistische mogendheden. Oekraïne staat nu voor een langdurige uitputtingsoorlog. Zelenski’s aanpak bestaat erin steeds meer wapens van het Westen te eisen, in de hoop Rusland militair uit Donbas te verdrijven. Als dat zou lukken, zou dat alleen maar ten koste gaan van een enorm aantal slachtoffers en een enorme verwoesting van huizen, scholen, ziekenhuizen en werkplaatsen. Het zou waarschijnlijk een veel directer ingrijpen van de NAVO vergen, waardoor een veel groter conflict kan ontstaan. Dit zou Oekraïne volledig afhankelijk maken van het westerse imperialisme, dat zelf op elk moment zijn aanpak zou kunnen wijzigen en onaanvaardbare concessies van Oekraïne zou kunnen eisen. De realiteit is dat het Oekraïense volk in deze situatie voor de keuze staat om ofwel als vazallen van Rusland te eindigen, ofwel als vazallen van het westerse imperialisme. Tenzij, natuurlijk, de arbeidersklasse, door zich tegen de Russische bezetting te verdedigen, nieuwe strijdmethoden kan ontwikkelen die steunen op solidariteit van de arbeidersklasse.

    ISA staat volledig achter het recht van de arbeidersklasse in Oekraïne om zich te verdedigen tegen de Russische agressie, uiteraard ook met militaire middelen. In door de Russen bezette gebieden, zoals Cherson, ontwikkelt zich al een ontluikende partizanenbeweging. Maar al vroeg in de oorlog waren er voorbeelden van een bredere mobilisatie tegen de bezetting. In de kerncentrale van Zaporizja kwamen arbeiders en plaatselijke bewoners massaal naar buiten om de oprukkende Russische troepen tegen te houden, terwijl in het nabijgelegen Energodar brandweerlieden een betoging in hun voertuigen organiseerden nadat hun brandweercommandant door de Russen was vervangen.

    De revolutionaire methoden die Trotski uit de revolutie van 1917 veralgemeende, zouden in het Oekraïne van vandaag betekenen dat dit zou worden uitgebreid door de massamobilisatie van de Oekraïense bevolking. Maar in zo’n mobilisatie moet de arbeidersklasse haar politieke onafhankelijkheid bewaren van alle pro-kapitalistische krachten.

    Terwijl dit artikel wordt geschreven, heeft Zelenski aangekondigd dat een leger van “een miljoen mannen” wordt samengesteld om de bezette gebieden in het zuiden rond Cherson terug te nemen. Als dit zou gebeuren, en het niet bij een opschepperige bewering zou blijven, valt moeilijk in te zien hoe het Russische leger de controle over het zuiden kan behouden.

    Deze van bovenaf opgelegde en naar alle waarschijnlijkheid eenmalige mobilisatie is echter niet hetzelfde als een mobilisatie gebaseerd op en georganiseerd door de arbeidersklasse. Door de mobilisatie te koppelen aan de levering van wapens door westerse imperialisten, laat Zelenski in feite de beslissingsmacht over aan de imperialisten. Na een herovering zou de regio worden teruggegeven aan de oude eigenaars, die verantwoordelijk waren voor de uitbuiting van Oekraïense arbeiders en landarbeiders voor de oorlog. Dit zou de weg openlaten voor een terugkeer van een beter voorbereid Russisch leger in een later stadium.

    Een mobilisatie gecontroleerd en georganiseerd door de werkende klasse zou een ander resultaat hebben. Dat zou een mobilisatie zijn die vertrekt van de werkplaatsen en wijken, beroep doet op stakingen, boycots en opstanden in de bezette gebieden, gecombineerd met een directe klassenoproep aan de Russische soldaten. Dit zou de bezetting onmogelijk maken. Dit zou de arbeidersklasse in staat stellen haar eigen belangen te verdedigen en te bevechten – door de oligarchen uit de fabrieken te schoppen, waardoor zij haar eigen politieke partij zou kunnen oprichten om te strijden voor de politieke macht. Als dit gebeurt, zou de solidariteit van de arbeidersklasse in de hele wereld, en ook in Rusland, een enorme impuls krijgen, waardoor het voor het regime veel moeilijker zou worden om de oorlog voort te zetten.

    Maar het Zelenski-regime, dat zich baseert op burgerlijk nationalisme en neoliberale ideologie, keert zich volledig tegen deze weg en vertrouwt in plaats daarvan volledig op het westerse imperialisme.

    Repressie in Rusland

    Nu verandert de nadruk in de propaganda van het Kremlin. De beweringen dat het Oekraïne “denazificeert” en “demilitariseert” hebben geen weerklank gevonden in de publieke opinie. Het ministerie van Buitenlandse Zaken zegt nu dat Oekraïne een “proxy-oorlog in het belang van de VS” voert tegen Rusland.

    De door de staat gecontroleerde opiniepeilingen zijn, net als de Russische verkiezingen, vervalst. Het is nu zelfs een strafbaar feit om de “militaire operatie” een “oorlog” te noemen. Toch is het duidelijk dat er geen sterke stemming is voor oorlog. Een meerderheid van de ondervraagden wil niet dat zij of hun familie erbij betrokken raken. Terwijl de steun voor de oorlog het grootst is bij de welgestelden en de ouderen, is de meerderheid van de jongeren en de arbeiders tegen de oorlog.

    De anti-oorlogsprotesten in Rusland zijn voorlopig tot stilstand gekomen nadat ze op grote schaal werden onderdrukt. Tot dusver is er echter sinds het begin van de oorlog slechts één dag geweest waarop niemand werd gearresteerd wegens anti-oorlogsprotest. Veel soldaten weigerden naar Oekraïne te gaan, anderen hebben bevelen genegeerd, en sommigen die al in Oekraïne hebben gevochten, weigerden om er opnieuw naartoe te gaan. Er waren brandstichtingen in rekruteringscentra. Het verzet tegen de oorlog is echter spontaan en sporadisch, en heeft nog geen georganiseerde vorm aangenomen.

    Voor een deel is dit te wijten aan de afwezigheid van oppositiepartijen of -organisaties die de latente ontevredenheid omzetten in actieve oppositie. De zogenaamde “systeempartijen”, die in overleg met het Kremlin opereren om de oppositie in veilige kanalen te leiden, steunen allemaal de oorlog. De ‘Communistische’ Partij is wellicht nog de meest oorlogszuchtige van hen. Zij hebben actie ondernomen om de druk op het Kremlin te verlichten. In de beginfase circuleerden veel geruchten over oppositie binnen de heersende elite, het leger en de veiligheidsdiensten. Vooraanstaande generaals zijn naar verluidt ontslagen en in een paar gevallen zelfs gearresteerd. Maar nu het conflict een nieuwe slepende fase is ingegaan, en de oppositie op het moment van schrijven onder de oppervlakte blijft, is de druk op figuren dichtbij Poetin om actie tegen hem te ondernemen verminderd.

    Hoewel Poetin op korte termijn zijn dictatoriale heerschappij over de Russische samenleving heeft versterkt, gaat dit ten koste van de ondermijning van de basis van het oligarchische regime op de langere termijn. Zelfs als Poetin erin slaagt om wat Macron een ‘gezichtsreddende’ overeenkomst met Oekraïne noemt, tot stand te brengen op basis van het feit dat Rusland ten minste een deel van Donbas, zo niet de hele Donbas, behoudt, zal dit tegen een zeer hoge prijs komen. De Russische economie is voor een groot deel geïsoleerd van de wereldeconomie. Het land wordt nu in de kou gezet door voormalige bondgenoten. Zelfs de Wit-Russische dictator Loekasjenko heeft de aanvallen op Oekraïne niet openlijk kunnen steunen. Geen van de Centraal-Aziatische republieken heeft de afgescheiden republieken in Oekraïne erkend, en de president van Kazachstan, Kassym-Jomart Tokajev, durfde dit zelfs openlijk tegen Poetin te zeggen op het recente economische forum van Sint-Petersburg.

    Ondanks het in januari aangekondigde ‘onbegrensde’ samenwerkingsakkoord tussen China en Rusland, stelt ook China zich in dit stadium terughoudend op ten aanzien van al te openlijke steun aan het Kremlin. Ondanks zijn vermeende verzet tegen elke aanval op de territoriale integriteit van een natie, duidelijk met het oog op Taiwan, dat het als een deel van China beschouwt, heeft het geen woord van kritiek op de invasie laten horen. Het geeft de VS en zijn bondgenoten de schuld van het aanslepen van de oorlog en verzet zich tegen de sancties die zijn ingesteld. Maar het vermijdt alles wat geïnterpreteerd kan worden als rechtstreekse hulp aan Rusland, hetzij militair, hetzij om sancties te vermijden, aangezien Xi Jinping in de aanloop naar het CCP-congres van dit jaar wereldwijde stabiliteit nodig heeft.

    Chinese banken en hightechbedrijven als Huawei trekken zich zelfs terug uit de Russische markt. Een gezamenlijk Chinees-Russisch project om een breedrompvliegtuig te ontwerpen en te bouwen dat met Airbus en Boeing moet concurreren, lijkt ook definitief van de baan. Het is waar dat China en India profiteren van de overtollige Russische olievoorraden door deze tegen grote kortingen aan te kopen, maar zelfs een hoge regeringsfunctionaris van Biden vertelde onlangs anoniem aan Reuters: “We hebben niet gezien dat de VRC (Volksrepubliek China) zich systematisch bezighoudt met ontduiking of militaire uitrusting aan Rusland levert.”

    Het effect van sancties

    De imperialistische mogendheden van het Westen waren aanvankelijk eensgezind in het opleggen van ongekende economische sancties tegen Rusland. Meer dan 1.000 bedrijven hebben zich teruggetrokken of hun activiteiten teruggeschroefd, terwijl de EU en de VS olie-aankopen hebben verboden. Daarbij moet opgemerkt worden dat de maatregelen de komende acht maanden geleidelijk zullen worden ingevoerd.

    Het Kremlin verkneukelt zich nu dat de sancties het Westen meer schade berokkenen in termen van inflatie en de energie- en voedselcrises. De roebel is dit jaar inderdaad de “best presterende” munt geweest – op 24 februari bedroeg de wisselkoers dollar-roebel 85, hij daalde tot 139, maar is sindsdien aangesterkt tot meer dan 60.

    De redenen hiervoor zijn drieledig. Ten eerste is de olieprijs, ondanks de daling van de uitgevoerde olievolumes, spectaculair gestegen, namelijk met 60%. Dit betekent dat de EU nu meer geld naar Rusland stuurt dan zij als steun aan Oekraïne heeft toegezegd! Daardoor bedroeg het overschot op de lopende rekening van Rusland in de eerste vijf maanden van 2022 110 miljard dollar – 3,5 keer meer dan in 2021. Ten tweede heeft de regering onmiddellijk kapitaalcontroles ingevoerd, waarbij de uitvoer van contant geld werd beperkt en de bankrente tot meer dan 20% werd verhoogd. Hoewel deze beperkingen sindsdien zijn versoepeld, droegen zij bij tot de versterking van de roebel. En ten derde leidden de sancties natuurlijk tot een snelle daling van de invoer, waardoor er opnieuw deviezen in Rusland bleven en de lopende rekening werd versterkt. De roebel is nu zo sterk dat de Centrale Bank probeert hem te verzwakken.

    Maar het stabiliseren van de financiële markt is niet hetzelfde als de economie in ruimere zin, wat voor de meerderheid van de bevolking de dagelijkse realiteit is. De inflatie bedraagt momenteel 17%, de op twee na hoogste onder de G20-landen – na Turkije en Argentinië. Zelfs volgens de overheidsstatistieken zal de werkloosheid tegen het einde van het jaar stijgen van 4,5% tot 7%, terwijl het statistiekbureau RosStat meldt dat het aantal Russen dat in armoede leeft in de eerste vijf weken van de oorlog is verdubbeld. Er zijn nu 21 miljoen mensen die in armoede leven – wat, gezien de fluctuerende wisselkoers, neerkomt op 100 tot 200 dollar per maand. De werkloosheidscijfers worden altijd te laag geschat, omdat werkgevers door de regering worden overgehaald geen mensen te ontslaan – in plaats daarvan worden hun lonen verlaagd. Bovendien zijn naar schatting ongeveer een miljoen Russen het land ontvlucht sinds het begin van de oorlog.

    Het is duidelijk dat er een recessie dreigt. Sommige sectoren dreigen te worden weggevaagd – vorige maand waren slechts twee van de 22 Russische autofabrieken nog in bedrijf. Zelfs de Russische fabrikanten, die hun prijzen met 30% hebben verhoogd, kunnen niet produceren omdat de markt is ingestort en zij bovendien de benodigde onderdelen, zoals microchips, niet uit het buitenland kunnen krijgen. De autoproductie is in juni met 97% gedaald. De regering is van plan een aantal verlaten fabrieken over te nemen, maar de modellen die daar zullen geproduceerd worden, zijn volgens een deskundige van de Centrale Bank “technologisch gedegradeerd.” Ze zullen geen airbags, GPS of navigatiesystemen hebben. Hetzelfde zien we in tal van andere sectoren. Zo verwachten de Russische luchtvaartmaatschappijen dat ze de komende jaren tot een derde van hun vloot zullen moeten opofferen voor onderdelen om de andere vliegtuigen in de lucht te houden. Zelfs wapenproducenten ondervinden moeilijkheden. Werknemers van een fabriek in de Oeral zijn onlangs in staking gegaan omdat zij al twee maanden geen loon hebben ontvangen. De directeur waarschuwde hen kortaf dat de arbeiders tijdens de Tweede Wereldoorlog geen loon verwachtten.

    De voorspellingen van de Centrale Bank dat Rusland in een recessie terechtkomt en dat het een decennium zal duren voor het land zich herstelt, zijn waarschijnlijk vrij realistisch.

    Oorlog en de wereldeconomie

    De oorlog in Oekraïne, die nu al vijf maanden aan de gang is, heeft een aantal processen op wereldschaal in een stroomversnelling gebracht. In de eerste plaats zijn dat de gevolgen voor de wereldeconomie, vooral omdat de oorlog een enorme energie- en voedselcrisis heeft veroorzaakt. Honderden miljoenen mensen worden geconfronteerd met voedselonzekerheid en hongersnood, deels omdat graan uit Oekraïne en Rusland en belangrijke leveringen van meststoffen uit de regio niet op de wereldmarkt geraken. De stijgende energiekosten verergeren de landbouwcrisis.

    De energie- en voedselcrises wakkeren op hun beurt de inflatie aan, die in de VS en het VK op het hoogste punt in 40 jaar staat. In veel andere landen is de inflatie zelfs nog hoger. Het is belangrijk te benadrukken dat de inflatie geen gelijke gevolgen heeft voor alle bevolkingsgroepen. De stijging van de voedselprijzen treft arme gezinnen het hardst omdat voedsel een veel groter deel van hun huishoudbudget uitmaakt. Dit geldt ook in geavanceerde kapitalistische landen zoals de VS, waar miljoenen hun toevlucht nemen tot voedselbanken, maar de crisis is veel wanhopiger in grote delen van Zuid-Azië, het Afrikaanse continent en Latijns-Amerika.

    In een poging de inflatie te beteugelen gaan de centrale banken in de geavanceerde kapitalistische landen nu over tot een sterke verhoging van de rentevoeten. De officiële verklaring is dat het verhogen van de rente de kosten van lenen voor het bedrijfsleven en de particulieren duurder maakt en de uitgaven zal drukken. Dit verhult de brutale waarheid dat het vooral tot doel heeft om de lonen laag te houden en zo nodig de werkloosheid te verhogen, zelfs indien dit een risico van een recessie inhoudt. De Bank of International Settlements verklaarde onlangs dat centrale banken in de strijd tegen inflatie “niet bang moeten zijn om op korte termijn pijn en zelfs recessies te veroorzaken.” De voormalige Amerikaanse minister van Financiën, Larry Summers, verklaarde onlangs zelfs nog botter: “We hebben vijf jaar werkloosheid van meer dan 5% nodig om de inflatie te beteugelen – met andere woorden, we hebben twee jaar van 7,5% werkloosheid nodig of vijf jaar van 6% werkloosheid of één jaar van 10% werkloosheid.”

    Op deze manier proberen de kapitalisten, zoals altijd, de werkende mensen te laten betalen voor de crisis van hun systeem. Maar het effect van de renteverhoging door de Federal Reserve en de ECB zal niet alleen worden gevoeld door de arbeiders in de VS en West-Europa. Schulden van arme landen aan instellingen als het IMF of aan particuliere geldschieters zijn grotendeels in dollars aangegaan. Een stijging van de rentevoeten zal het onmiddellijk moeilijker maken om deze schulden af te lossen. Het gevolg van het feit dat een groter deel van het nationaal inkomen wordt besteed aan de aflossing van schulden aan buitenlandse banken en financiële instellingen, is dat plaatselijke kapitalistische regeringen zullen besparen op onderwijs en gezondheidszorg voor de werkende bevolking, waardoor de crisis nog nijpender wordt.

    De combinatie van inflatie, onbetaalbare schulden en de corruptie van de plaatselijke kapitalistische elites heeft Sri Lanka al aan de rand van de afgrond gebracht. Meer landen zullen dit grimmige pad volgen. Nu grote delen van de bevolking in het ene land na het andere in de ellende zijn gestort en er massale honger dreigt, is sociale onrust onvermijdelijk.

    Het IMF voorspelt economische vertraging in 143 landen, die vier vijfde van de wereldeconomie vertegenwoordigen. We staan voor de tweede keer in twee jaar tijd aan de rand van een wereldwijde recessie, slechts een jaar nadat de kapitalistische media nog vol lof spraken over een door stimuleringsmaatregelen gevoed herstel.

    Natuurlijk weet iedereen dat de inflatie niet begon met de oorlog. De stijging van de wereldwijde inflatie begon met de chaos in de toeleveringsketen die door de pandemie werd veroorzaakt. Maar op een dieper niveau is het ook het resultaat van het beleid van goedkoop geld dat de belangrijkste centrale banken sinds de diepe recessie van 2008-09 voeren. Daarbij hebben de centrale banken triljoenen in de financiële markten gestort om een volledige ineenstorting te voorkomen. Een van de onvermijdelijke neveneffecten was het opnieuw opblazen van verschillende activazeepbellen, waaronder in onroerend goed en cryptomunten, omdat de kapitalisten het geld in het financiële casino investeerden in plaats van in het uitbreiden van de productie, het herbouwen van de infrastructuur, enz.

    Bizar genoeg betekende dit ook dat het inherente inflatoire effect van deze liquiditeitsuitbreiding gedurende een hele periode buiten de ‘reële economie’ werd gehouden, waardoor de lage inflatie, lage renteomgeving die een belangrijk onderdeel van het neoliberalisme was, werd voortgezet. Maar de pandemie veranderde dat, aangezien de crisis niet in de eerste plaats door de financiële markten werd aangedreven, maar door een ineenstorting van de vraag. De stimuleringspakketten van 2020-1 omvatten meer astronomische bedragen die in de financiële markten werden gepompt, maar ook enorme bedragen die rechtstreeks aan bedrijven en, in veel mindere mate, aan gewone mensen werden gegeven. Dit droeg onvermijdelijk bij tot het leggen van de basis voor een inflatoire piek.

    Kortom, de kapitalistische klasse slingert van de ene crisis in de andere, waarbij de maatregelen die worden genomen om de ene situatie te “verhelpen” rechtstreeks bijdragen tot de volgende fase.

    Het effect op de Koude Oorlog in ruimere zin

    Sommigen dachten misschien dat de oorlog in Oekraïne en de reactie van de VS betekende dat de VS zich weer op Europa concentreerde en zich niet meer op de Indo-Pacific richtte. Dit is duidelijk onjuist. In werkelijkheid zien we een aanzienlijke escalatie van het nieuwe wereldwijde Koude Oorlog-conflict. De oorlog in Oekraïne heeft dit proces versneld en maakt er ook deel van uit.

    Eind mei ging Biden naar Japan en Zuid-Korea. Tijdens deze reis verklaarde hij dat de VS Taiwan militair zouden verdedigen als het door China zou worden binnengevallen. Hoewel dit gedeeltelijk werd teruggenomen door Amerikaanse functionarissen en de media spraken van een nieuwe “blunder” van Biden, maakt het deel uit van een patroon waarbij Biden ‘de geest uit de fles laat’.

    Tijdens de reis had Biden een ontmoeting met de leiders van de “Quad”, een veiligheidsalliantie met India, Japan, Australië en de VS. Hij lanceerde ook het Indo Pacific Economic Framework met 12 landen in de Stille Oceaan. Dit is deels bedoeld als vervanging voor het door Barack Obama gestarte Trans Pacific Partnership, dat bedoeld was om China te isoleren, maar dat Trump heeft laten vallen. Het is echter geen traditionele vrijhandelsovereenkomst en is gericht op vrijwillige samenwerking op gebieden als technologiestandaarden.

    Eind juni werd de NAVO-top in Madrid voor het eerst bijgewoond door de premiers van een aantal belangrijke Indo-Pacifische naties, waaronder Japan, Zuid-Korea, Australië en Nieuw-Zeeland. Zoals de Financial Times kopte, betekende deze bijeenkomst een “terugkeer naar de missie van de ‘koude oorlog’.” Vervolgens vatten zij de conclusies samen: “Een doel van zevenvoudige toename van NAVO-troepen in hoge staat van paraatheid; de eerste permanente Amerikaanse basis op de oostflank van de alliantie [in Polen], een uitnodiging aan Finland en Zweden om toe te treden, en een nieuwe 10-jarige leidende strategie die elke illusie van partnerschap met Moskou laat varen. De nieuwe missieverklaring van de NAVO verklaart ook dat China een systematische ‘uitdaging’ is.”

    Dit is de eerste keer dat de NAVO als orgaan rechtstreeks naar China verwijst. Samen met de aanwezigheid van vertegenwoordigers van belangrijke Indo-Pacifische landen toont dit aan hoe het Westerse imperialisme verdere conclusies trekt over een conflict op lange termijn met een door China geleid blok. Er wordt nu openlijk gespeculeerd over een ‘Aziatische NAVO’. Dit is misschien nog niet aan de orde, maar de ontwikkeling van de Quad en de Top van Madrid wijzen duidelijk in deze richting.

    In aanvulling hierop heeft de G7 onlangs toegezegd 600 miljard dollar bijeen te brengen om de wereldwijde investeringen in infrastructuur in “ontwikkelingslanden” uit te breiden. Dit is geen daad van welwillendheid, maar duidelijk een verlate poging om het enorme Belt and Road Initiative (BRI) van China terug te dringen, dat door China is gebruikt om nauwe banden aan te knopen met regimes in Azië, Afrika en zelfs Latijns-Amerika. Hoewel dit geen bijzonder groot bedrag is, gezien het feit dat het over een periode van vijf jaar wordt gespreid, is het meer een erkenning van het feit dat er tegenover de groeiende invloed van het Chinese imperialisme in de neokoloniale wereld nood is aan een ‘zachte macht’ en niet alleen aan hogere militaire budgetten.

    Natuurlijk staat het Chinese regime niet werkeloos toe te kijken. Xi Jinping promootte zijn eigen “mondiale veiligheidsinitiatief” op de recente BRICS-bijeenkomst, waar naast China ook Brazilië, Rusland, India en Zuid-Afrika deel van uitmaken. Het CCP-regime blijft ook agressief ijveren voor de ontwikkeling van veiligheidsafspraken met eilandstaten in de Stille Oceaan. Een goed voorbeeld hiervan is de recente overeenkomst met de Salomonseilanden, die het plaatselijke regime de mogelijkheid biedt Chinese ‘veiligheidstroepe’” in te zetten om de plaatselijke onrust de kop in te drukken, in ruil voor wat de New York Times omschreef als “een uitvalsbasis tussen de VS en Australië, die gebruikt kan worden om het scheepsverkeer over de Stille Zuidzee te blokkeren.”

    De tendens tot deglobalisering heeft zich verscherpt. De duidelijkste uiting hiervan is de radicale ontkoppeling tussen het Westen en Rusland, de elfde grootste economie ter wereld. De ontkoppeling tussen de VS en China gaat ook door, zij het in een veel langzamer tempo. We zagen een zekere verschuiving van de productie uit China en enige tekenen van “reshoring” en “nearshoring” van de productie, d.w.z. het dichter bij de belangrijkste imperialistische landen brengen van kritieke sectoren waar zij ‘veiliger’ zijn.

    Er is veel gesproken over de investering van grote bedragen door de Amerikaanse regering in geavanceerde technologieën, met name de productie van microprocessoren, maar er is nog maar heel weinig van terecht gekomen. Maar hoewel de resultaten mager zijn, is de wending naar een nationalistisch ‘industriebeleid’, een vorm van door de staat gestuurd kapitalisme, inherent aan de situatie.

    De Amerikaanse regering legt steeds meer beperkingen op aan investeringen in China, zelfs indien er sprake is van enige versoepeling van de invoertarieven. Zowel in Europa als in de VS heeft de energiecrisis ertoe geleid dat regeringen elke resterende pretentie om af te stappen van fossiele brandstoffen hebben laten varen ten gunste van de ontwikkeling van olie, aardgas en zelfs steenkoolvoorraden. Dit toont hoe de Koude Oorlog alle andere crises verergert.

    Oorlog en politiek

    Aan het begin van de oorlog was er in de westerse landen een golf van sympathie voor het Oekraïense volk. Dit werd door de westerse regeringen gemanipuleerd om een militaristische agenda te steunen, waaronder het verhogen van de militaire uitgaven en, in het geval van Zweden en Finland, toetreding tot de NAVO.

    In veel andere delen van de wereld, waaronder het Midden-Oosten, Afrika bezuiden de Sahara en een groot deel van Latijns-Amerika, was er echter veel minder steun voor de agenda van de NAVO, gezien de volkomen terechte argwaan jegens Biden’s beweringen dat dit een strijd was tussen ‘democratie en autocratie’.

    Het is velen niet ontgaan hoe hypocriet het is dat Biden Poetin een dictator noemt, terwijl hij tegelijkertijd de Saoedische monarchie gunstig gezind is om de olietoevoer te vergroten. Biden bracht in juli een bezoek aan Saoedi-Arabië en liet alle kritiek vallen op de wrede rol die zij hebben gespeeld in Jemen, een nog ergere humanitaire ramp dan Oekraïne. De retoriek over de leidende rol van de VS in de strijd voor democratie klinkt behoorlijk hypocriet in de nasleep van de beslissing van het Amerikaanse Hooggerechtshof om de 50 jaar oude uitspraak Roe v Wade, dat het recht op abortus garandeerde, in te trekken terwijl een meerderheid van de bevolking dat recht steunt. De Amerikaanse samenleving gaat er zelf op achteruit inzake fundamentele mensenrechten.

    Wij stelden van bij het begin dat de steun voor militaire escalatie zelfs in de imperialistische hartgebieden zou afnemen naarmate de gevolgen van de oorlog, in het bijzonder voor de economie, meer zichtbaar zouden worden. Midden mei klonk zelfs de Biden-getrouwe New York Times bezorgd, en waarschuwde in een officieel hoofdartikel voor het gevaar van een “totale oorlog met Rusland”, waarbij de steun van de bevolking “niet gegarandeerd is.” De krant merkte nog op dat “inflatie voor Amerikaanse kiezers een veel groter probleem is dan Oekraïne.” De dalende populariteit van Biden bevestigt deze punten volledig. Het is straf, maar op dit punt van zijn presidentschap is Biden minder populair dan Trump was!

    De eerste ronde van de Franse presidentsverkiezingen in juni was ook een waarschuwingsteken voor de NAVO. Een meerderheid van de kiezers steunde ofwel uiterst rechtse kandidaten ofwel kandidaten die links staan van de sociaaldemocratie. Terwijl Macron zich presenteerde als een “Europese staatsman” die een oplossing voor de oorlog probeerde te vinden binnen het kader van het westerse imperialisme, concentreerden de Franse kiezers zich op de hoge prijzen en gaven zij het burgerlijke “centrum” een vernietigende berisping.

    De oorlog verergert alle aspecten van de crisis van het kapitalisme. Terwijl het volk van Oekraïne lijdt, worden beide imperialistische kampen met ernstige problemen geconfronteerd. Poetin lijkt aan de oppervlakte alle oppositie de kop te hebben ingedrukt, maar alleen als dat ten koste gaat van een verdere uitholling van de fundamenten van het regime. Ruslands bondgenoot China kampt met een enorme economische en sociale crisis. En hoewel de agressieve en aanvankelijk eensgezinde reactie van de VS en de NAVO ogenschijnlijk krachtig was, stapelen naarmate de maanden verstrijken de complicaties in hun positie zich op.

    Het is onvermijdelijk dat het inter-imperialistisch conflict, dat voortvloeit uit de diepere tegenstellingen van het kapitalisme, de binnenlandse crises binnen de imperialistische staten zelf zal verergeren. Maar de grootste slachtoffers zullen de massa’s van de neokoloniale wereld zijn, die te maken krijgen met een drastische toename van voedselonzekerheid en harde besparingen omdat regimes proberen hun schulden af te betalen. Terwijl de mensen letterlijk met de hongerdood worden bedreigd, zullen de imperialisten elkaar de schuld proberen te geven van de catastrofe. Maar de waarheid is dat het hele systeem van imperialistisch kapitalisme schuldig is en omver geworpen moet worden om verdere en nog ergere catastrofes te voorkomen.

  • Massastrijd nodig tegen Poetin en tegen de NAVO

    Meer dan 100 dagen duurt de oorlog al. De Russische invasie van Oekraïne leidt tot verontwaardiging. Er is veel solidariteit met de slachtoffers. Er is daarnaast ook discussie: hoe kan er een einde komen aan deze oorlog? In De Standaard pleitte de ‘linkse’ ‘filosoof’ Slavoj Zizek voor een sterkere NAVO. Sommigen die de imperialistische rol van de NAVO erkennen, kijken dan weer naar Poetin als antwoord. Wij zijn het daar niet mee eens: de werkende klasse en alle onderdrukten moeten zich met massaal protest verzetten tegen oorlog en tegen het systeem dat tot oorlog leidt.

    Artikel uit maandblad De Linkse Socialist

    Wie verdient onze steun?

    Zizek schreef in zijn bijzonder verwarde opiniestuk: “Het minste wat we de Oekraïners verschuldigd zijn, is onze volwaardige steun en daarvoor hebben we een sterkere Navo nodig – maar niet als verlengstuk van het Amerikaans beleid.”

    De breed gedragen verontwaardiging over de Russische invasie wordt door het establishment aangegrepen om de eigen positie te versterken. De NAVO breidt uit in Scandinavië en zelfs een uitbreiding van de EU wordt, zei het erg hypothetisch, op de agenda gezet. De militaire uitgaven worden opgevoerd, ook met de groenen in de regering die daarvoor verwijzen naar de geopolitieke situatie. Het Oekraïense regime slaagt erin om van Zelenski een popster te maken, hij sprak zelfs het Glastonbury-festival toe.

    Dit alles gebeurt in naam van steun aan dé Oekraïners. Alsof oorlog een einde maakt aan de tegenstellingen binnen de Oekraïense samenleving, met een regering die hard op de koopkracht inhakte voor deze oorlog en daarbij de belangen van oligarchen centraal stelde. Ook Zizek trapt met beide voeten in de val: voor hem zijn er twee kampen, dat van Poetin en dat van de NAVO. Een klassenonderscheid maken is voor hem blijkbaar iets wat enkel in vredestijd mogelijk is, terwijl oorlog natuurlijk de verderzetting van maatschappelijke spanningen met andere middelen is.

    Onze steun gaat uit naar de werkende klasse en onderdrukten in heel de wereld. We steunen het recht op zelfverdediging van de Oekraïense bevolking. Een democratisch georganiseerde verdediging, waarbij zoveel mogelijk mensen betrokken worden met respect voor elkaars eigenheid los van de taal die gesproken wordt, is noodzakelijk. Mensen die hun normale leven achterlaten om de wapens op te nemen, mogen nadien het initiatief voor het beheer van de samenleving niet gewoon teruggeven aan de oligarchen, laat staan aan extreemrechts dat zich voor de pandemie steevast keerde tegen werkenden die voor hogere lonen opkwamen.

    We steunen de Russische anti-oorlogsactivisten die zich moedig verzetten tegen het rechtse dictatoriale regime van Poetin. En we spelen een actieve rol in anti-oorlogsinitiatieven in eigen land, onder meer met een sterke aanwezigheid op de nationale betoging eind maart.

    NAVO is geen antwoord, maar deel van het probleem

    De NAVO en het Westerse imperialisme vormen geen alternatief voor de Oekraïense oorlogsslachtoffers. De NAVO is niet opgezet om de belangen van de werkenden te verdedigen, maar om de imperialistische belangen van de VS te versterken. Dat is wat de NAVO sinds 1949 doet. In de vorige oorlog in Europa, die in Joegoslavië, kwam de NAVO rechtstreeks tussen met bombardementen op Belgrado, die qua brutaliteit niet moesten onderdoen voor die op Kiev door Rusland. De afgelopen jaren kwam de NAVO indirect tussen in het conflict in Oekraïne, met wapenleveringen en militaire ondersteuning.

    Wij hebben ons steeds verzet tegen de NAVO en tegen militarisering. Dat betekent echter niet dat we in het nationalistische regime van Poetin enig alternatief zien. Sommigen ter linkerzijde laten zich daaraan vangen: wie tegen de NAVO is, moet wel voor Poetin of het Chinese regime zijn. Dat is een karikatuur die gebruikt wordt door delen van het establishment, maar helaas bevestigd door een klein deel van links. Ze maken dezelfde fout als Zizek, zelfs indien ze een ander imperialistisch kamp steunen. Ze zoeken het alternatief bij een ‘kleiner’ of ‘progressiever’ imperialisme, wat volgens ons wel erg pessimistisch is. Het gaat net als de oorlogspropaganda van het establishment voorbij aan die andere kracht in de samenleving: de werkende klasse die met socialistische maatschappijverandering een einde kan maken aan alle vormen van imperialisme.

    Als internationalisten is het voor ons evident om samen met Russische anti-oorlogsactivisten tegen Poetin in te gaan, samen met Chinese arbeiders op te komen voor menselijke werkomstandigheden of om samen met Amerikaanse jongeren en werkenden op straat te komen tegen de aanvallen op het recht op abortus of LGBTQIA+ rechten. Dat is allemaal onderdeel van de internationale strijd tegen het kapitalisme, een systeem dat leidt tot verdeeldheid en oorlog.

    Het opvoeren van militarisering is geen stap richting vrede, maar net naar meer wapengekletter en escalatie. Ons niet richten tegen de oorzaak van het probleem, het systeem, is even weinig efficiënt als onkruid wieden zonder de wortels uit te trekken. 

  • Oorlog in Oekraïne – een nieuwe uitputtingsfase

    De oorlog in Oekraïne is een uitputtingsslag geworden. Alleen solidariteit van de arbeiders kan deze beëindigen.

    Dossier door Walter Chambers

    Het Kremlin hoopte op een dubbel feest op 9 mei: ter gelegenheid van de overwinning van de Sovjet-Unie in WO2, en de jubelende terugkeer van de troepen na een korte zegevierende oorlog in Oekraïne. Maar het is daar niet in geslaagd. Het heeft zijn eerste doel om Kiev in te nemen en Zelenski ten val te brengen niet bereikt. Het Russische regime heeft evenmin de overname van de hele Donbas in Oost-Oekraïne voltooid. [Donbas – het Donetsk-kolenbekken bestaande uit de regio’s Donetsk en Loehansk].

    Tegen het einde van maart heeft het zijn activiteiten rond Kiev en Tsjernjov teruggeschroefd. Uit protest beweerden de oorlogszuchtige voorstanders dat het Kremlin zich terugtrok van zijn oorspronkelijke oorlogsdoelen. Maar er waren zoveel verliezen geleden, zowel materieel als inzake soldaten, dat de Russische “gevechtsgroepen” moesten worden hervormd en opnieuw uitgerust alvorens te worden uitgezonden om de Russische posities in Donbas te versterken. Sindsdien beweerde een generaal dat het nieuwe doel was om het hele zuiden van Oekraïne in te nemen, tot aan Transnistrië in Moldavië. Dit heeft de spanningen doen toenemen en doet vrezen voor een verdere escalatie.

    Een ‘proxy-oorlog’

    Op het moment van schrijven lijkt de oorlog zich te ontwikkelen tot een langdurige uitputtingsoorlog in Oost-Oekraïne. In de eerste drie weken hebben de Russische troepen een aanzienlijk deel van het grondgebied van de Donbas-regio ingenomen en Cherson veroverd. Na drie maanden van bittere gevechten en belegering trokken de Oekraïners uiteindelijk hun laatste troepen terug uit de AzovStal-fabriek in Marioepol. Maar in het algemeen hebben de Russische pogingen om sindsdien verder op te rukken in het oosten geen succes gehad. De Oekraïense troepen lijken kleine vorderingen te maken in de regio Cherson, en de Russen hebben zich teruggetrokken uit de omgeving van Charkov, de tweede stad van Oekraïne met bijna anderhalf miljoen inwoners. Terwijl het Oekraïense leger vertrouwen lijkt te hebben, hebben de Russen een aantal zware klappen gekregen, waaronder het tot zinken brengen van het vlaggenschip van de Zwarte Zeevloot “Moskva”, het verlies van wel tien generaals, en onlangs de vernietiging van bijna een heel tankbataljon in Donbas.

    De ware aard van de oorlog als een “proxy-oorlog” komt aan het licht. Het Russische imperialisme – dat beweert tegen de uitbreiding van de NAVO te strijden – en het VS-imperialisme – dat Rusland wil verzwakken – vechten het uit met Oekraïne als slagveld.

    Velen verklaren zich internationaal solidair met het lijden van het Oekraïense volk. De Oekraïners zelf zijn terecht gekant tegen de Russische bezetting. Maar de oplossing is duidelijk niet, zoals veel sympathisanten van de Oekraïense bevolking denken, het opvoeren van wapenleveringen, het opvoeren van sancties en het steunen van een versterking van de NAVO. Dit zal de oorlog, met al zijn wreedheid, alleen maar verlengen.

    Integendeel, alleen onafhankelijke actie van de arbeidersklasse, door de Oekraïense arbeidersklasse met oproepen aan de Russische arbeidersklasse en zelfs soldaten om zich tegen de oorlog te verzetten, door de Russische arbeidersklasse met verzet tegen de mobilisatie voor de oorlog, door de internationale arbeidersklasse door solidariteit te betuigen en het transport van wapens te blokkeren, kan dit conflict stoppen. In plaats van nationalistisch militarisme is er solidariteit van de arbeidersklasse nodig tegen de kapitalisten, dictators en oorlogsstokers.

    Vóór 9 mei werd er druk gespeculeerd dat Poetin de volgende stap zou aankondigen. Sommigen dachten dat de republieken Donetsk en Loehansk (DNR & LNR), dat deel van Donbas dat in 2014 door pro-Russische troepen werd overgenomen en waar er sindsdien bij gevechten meer dan 14.000 doden vielen, bij Rusland zou gevoegd worden, samen met een nieuwe ‘republiek Cherson’. Of dat de schijn van een ‘speciale militaire operatie’ zou worden opgegeven door een oorlogsverklaring, die een nationale mobilisatie mogelijk zou maken om het onder druk staande leger in Donbas te ontlasten. Er waren speculaties dat de president dringend geopereerd moest worden en de macht zou overdragen aan het hoofd van de Veiligheidsraad, Nikolaj Patroesjev, of aan premier Michail Misjoestin, die de oorlog hopelijk zou afbouwen. Meer samenzweerderig suggereerden anderen dat hij de operatie niet zou mogen overleven.

    Maar de speculaties bleken onjuist. Uiteindelijk bleek zijn toespraak een storm in een glas water. Hij zei dat hij geen andere keuze had dan Oekraïne aan te vallen, maar kondigde geen nieuwe initiatieven aan. Ondanks een stralende zon werd de luchtparade (met het zogenaamde Doomsday-vliegtuig dat een vliegende atoombunker voor Poetin zou vormen) afgelast wegens ‘slecht weer’. Wellicht was de annulatie er onder druk om de spanningen met het Westen niet verder op te voeren.

    Langdurige uitputtingsoorlog waarschijnlijk

    Om de oorlog in de Donbas te voeren, zullen zowel het Kremlin als het Oekraïense regime veel meer troepen, wapens en voorraden nodig hebben, niet in het minst om de enorme verliezen te compenseren die al geleden zijn. Het Oekraïense regime verlengt zijn algemene mobilisatie nu met nog eens drie maanden, en ontvangt uiteraard veel nieuwe wapens van het Westen.

    Maar Rusland heeft problemen met een algemene mobilisatie. Ten eerste moet het Kremlin er mee instemmen dat het niet om een ‘speciale militaire operatie’ gaat, maar om een oorlog. Dit zou een nationale mobilisatie mogelijk maken, hoewel men ervan uitgaat dat het Rusland ontbreekt aan de officieren en de uitrusting die nodig zijn om een grootscheepse mobilisatie in goede banen te leiden. Het Kremlin denkt ook dat het verzet hiertegen groot zou kunnen zijn. In meer dan tien steden zijn al brandstichtingen gepleegd in rekruteringscentra van het leger, met name in regio’s dicht bij Oekraïne, zoals Ryzan, Rostov en Volgograd, waar reservisten al onder druk worden gezet om zich aan te melden.

    Indien het Russische regime echter zou besluiten de oorlog spoedig te beëindigen door in te stemmen met de annexatie van de DNR/LNR met uitgebreide grenzen, zouden de voorstanders van de oorlog dit veroordelen als verraad aan de oorspronkelijke doelstellingen en aan de reeds geleden verliezen. Als er dus geen onverwachte wending komt, dreigt er in Oost-Oekraïne een langdurige uitputtingsoorlog te ontstaan die meer weg heeft van de loopgravenoorlog van WO1 dan van iets van de 21e eeuw.

    De propaganda van het Kremlin wordt aangepast om de verwachtingen te beheersen. Verklaringen zijn nog steeds doorspekt met zinnen over het “denazificeren” van Oekraïne, maar het accent ligt nu op de bredere confrontatie met de NAVO. Het zal moeilijker zijn tegenslagen te verklaren als Rusland alleen tegen Oekraïne vecht. Dat wordt gemakkelijker als het tegenover het hele Westen staat. Kremlin-woordvoerder Dmitri Peskov is zelfs begonnen de Krim niet langer “een deel van Rusland” te noemen, maar “een betwist gebied.”

    De leider van de pro-Kremlinpartij “Rechtvaardig Rusland”, Sergej Mironov, geeft blijk van de bezorgdheid van de mensen rond het Kremlin en heeft nu voorgesteld om de “eengemaakte verkiezingsdag” in september, waarop regionale gouverneurs en enkele lokale autoriteiten worden “gekozen”, af te gelasten. Tot dusverre is er nog geen besluit genomen. Het Kremlin lijkt er voorstander van te zijn, omdat het beseft dat naarmate de oorlog langer aansleept en de economische situatie verslechtert, de verkiezingen een katalysator kunnen zijn voor wat zij “een ernstige groei van een proteststemming” noemen. Zij menen echter dat het een vergissing zou zijn dit nu aan te kondigen, omdat dit een feitelijke erkenning zou zijn van een langdurige oorlog.

    De Veiligheidsraad en de FSB (veiligheidsdiensten, één van de opvolgers van KGB) willen daarentegen dat er snel wordt besloten de verkiezingen af te gelasten, omdat de steun voor de regering volgens hen door de gevolgen van de oorlog ernstig afneemt, wat “krachten van buitenaf de mogelijkheid geeft op te treden.” Als de verkiezingen in Rusland worden afgelast, wordt het moeilijker om ‘volksraadplegingen’ in DNR/LNR en mogelijk Cherson te rechtvaardigen.

    Elke oorlog heeft een hoge menselijke tol, deze is geen uitzondering. Tienduizenden troepen aan beide zijden zijn omgekomen, nog veel meer raakten gewond. Het aantal burgerslachtoffers ligt officieel in de buurt van 4.000. Nog veel meer liggen begraven onder het puin van Marioepol en in de kelders van scholen die als schuilkelders zijn gebruikt en door Russische raketten zijn getroffen. Meer dan vijf miljoen Oekraïners zijn het land uit gevlucht, hoewel sommigen terugkeren omdat Kiev nu relatief veiliger is. Er zijn evenveel ontheemden in Oekraïne zelf. Minder bekend is dat honderdduizenden uit Rusland zijn gevlucht, naar Georgië, Armenië, Turkije en elders.

    De hele wereld is geschokt door de verschrikkingen van Boeka, de verhalen over dronkenschap, plunderingen en verkrachtingen van zowel vrouwen als mannen, die vaak werden aangemoedigd door officieren in gebieden die door Russische troepen waren bezet.

    Nieuwe economische crises

    Ook de economische kosten zijn groot en worden wereldwijd gevoeld. De inflatie nam al voor de oorlog toe, maar is door het conflict versneld. De energiekosten rijzen de pan uit, evenals de kosten van levensmiddelen. De zeeblokkade van de Zwarte Zee door Rusland verhindert de uitvoer van het broodnodige graan, waardoor volgens het Wereldvoedselprogramma 44 miljoen mensen met de hongerdood worden bedreigd.

    De Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD) voorspelt dat het Oekraïense BBP dit jaar met 30% zal dalen. De Wereldbank zegt 35%, en de regering gaat uit van een instorting met 50%. Tot 5 miljoen mensen zijn werkloos. En natuurlijk zijn er vele miljoenen binnenlandse vluchtelingen die ook werk nodig hebben. Het is voorbarig om de kosten van de wederopbouw van Oekraïense steden en industrie te voorspellen, maar de regering schat het op zo’n 1 triljoen dollar. Sommige EU-cijfers suggereren de bij Rusland in beslag genomen activa te gebruiken.

    De EBRD denkt echter dat het BBP na de oorlog vrij snel weer zal aantrekken naarmate de economie wordt heropgebouwd. Wat echter nu al duidelijk is, is dat aan geld dat door buitenlandse donoren zoals de EU is toegezegd, voorwaarden zijn verbonden. Oekraïne zal, om toegang te krijgen tot het overeengekomen wederopbouwfonds van 9 miljard euro, zijn economie moeten omvormen in overeenstemming met de EU-regels en in het belang van het bedrijfsleven.

    In Rusland heeft de regering maatregelen genomen om de eerste schok te boven te komen. Strikte kapitaalcontroles en een verhoging van de bankrente tot 20% hebben geholpen om de roebel te stabiliseren. Ondanks al het gepraat over het beperken van Ruslands inkomsten uit energie, zullen de totale inkomsten uit deze sector volgens Bloomberg dit jaar 321 miljard dollar bedragen, meer dan het vorige record van 230 miljard dollar in 2019. Alleen al de EU betaalt Rusland volgens Josep Borrell momenteel 1 miljard euro per dag voor olie en gas, meer dan het Kremlin per dag uitgeeft aan de oorlog – 650 tot 900 miljoen dollar, naargelang de schattingen. Deze cijfers kunnen aan beide zijden overdreven zijn, maar zijn een indicatie van de situatie.

    Dit betekent niet dat alles rozengeur en maneschijn is in de Russische economie. Het ministerie van Economische Zaken verwacht dat het BBP dit jaar met 8% zal krimpen, terwijl het ministerie van Financiën uitgaat van een daling met 12%, wat volgens het ministerie de ergste daling in 30 jaar is en een decennium van economische groei teniet zal doen.

    Deze droge statistieken gaan voorbij aan de realiteit voor gewone mensen. Zelfs vóór de pandemie had de gemiddelde Rus in 2020 11% minder te besteden dan in 2013. Officieel bedraagt de inflatie nu 17%, maar veel basisproducten zijn dramatisch veel meer duurder geworden. Meer dan 300 bedrijven hebben zich uit Rusland teruggetrokken, waardoor alleen al in Moskou 200.000 mensen zonder baan zitten. Het effect is vertraagd omdat sommige bedrijven, zoals McDonald’s, hun werknemers nog een paar maanden doorbetalen. Dit is geen liefdadigheid. Hoewel McDonald’s beweert dat het Rusland volledig verlaat, lijkt het van plan te zijn een deal te sluiten met lokale bedrijven om de activiteiten onder licentie, of met een andere merknaam, voort te zetten.

    De gevolgen zijn nu voelbaar in de meer traditionele sectoren. Luchtvaartmaatschappijen schrappen hun vluchten, luchthavens ontslaan personeel en zelfs sommige wapenproducenten schorten tijdelijk hun productie op omdat de voorraden om te kunnen produceren opdrogen. De Bank van Rusland noemt dit “omgekeerde industrialisatie.” Dit proces wordt goed samengevat door Avtotor, een autoassemblagefabriek in Kaliningrad. Het bedrijf besliste om 3500 werknemers enkele weken te ontslaan en hen percelen grond te geven om groenten te verbouwen om “hen door deze moeilijke periode te helpen.”

    De regering van Moskou heeft aangekondigd dat zij de Renault-fabriek in de stad, waar 4000 mensen werken, overneemt. De fabriek zal, aldus de burgemeester van Moskou, low budget, low tech auto’s produceren onder de naam van het voormalige Sovjet-merk ‘Moskvich’. Er is al een nieuwe wet in voorbereiding die de certificering mogelijk maakt van nieuwe auto’s met lagere veiligheids- en ecologische normen.

    Het Westen voert zijn “economische oorlog” op

    De acties van het Kremlin hebben de NAVO niet verzwakt, maar juist versterkt. Finland en Zweden hebben een toetredingsverzoek ingediend en de westerse mogendheden hebben hun militaire uitgaven drastisch opgevoerd.

    De EU worstelt met het bereiken van overeenstemming over de volgende, zesde ronde sancties, die gericht zijn op een verbod op de invoer van Russische olie voor het einde van het jaar. Griekenland, Cyprus en Malta hebben al een stap terug gedaan en hun tankers toestemming gegeven om de brandstof te blijven vervoeren. Hongarije, Tsjechië, Bulgarije en Slowakije hebben moeite met het vinden van alternatieve bevoorrading. De Hongaarse premier Viktor Orban, wiens woordvoerder het effect van het embargo op de Hongaarse economie vergeleek met een atoombom, graaft zich in. Hij wil dat de EU de 7 miljard euro teruggeeft die zij heeft ingetrokken als reactie op zijn aanvallen op de democratische rechten en zijn falen om de corruptie aan te pakken, en meer geld om de energie-infrastructuur van het land opnieuw op te bouwen.

    Om de brutale “uitputtingsoorlog” te laten voortduren, voert het westerse imperialisme de levering van wapens op. De NAVO-landen, met name de VS, het VK en Canada, hebben miljarden dollars gestuurd om de oorlog te financieren. Andere regeringen sturen geweren, raketten, luchtafweergeschut, mortieren, munitie, voertuigen, en in het geval van Polen 200 T72-tanks.

    De regering-Biden voert haar oorlogsdoelen op en roept op tot de “verzwakking van Rusland.” Het door beide Amerikaanse partijen gesteunde wetsvoorstel om 40 miljard dollar vrij te maken voor de Oekraïense regering, wat overeenkomt met een kwart van het Oekraïense BBP, wordt aangevuld met een nieuw “Lend-Lease”-programma. Dit programma werd oorspronkelijk door de regering van de VS in de Tweede Wereldoorlog gebruikt om de “neutraliteit” van het land te omzeilen en militaire bijstand te verlenen aan het VK, Frankrijk, China en de USSR.  Deze keer heeft Biden, aldus de New York Times, “de Verenigde Staten in feite nog dieper in een andere oorlog in Europa gestort, die steeds meer een epische strijd met Rusland is geworden, ondanks zijn pogingen om de grenzen ervan vast te stellen.” Lend-Lease betekent dat de VS nu enorme hoeveelheden modern wapentuig kunnen leveren, waarbij de betaling wordt uitgesteld of verrekend nadat de oorlog is afgelopen.

    Veranderende aard van de oorlog

    In het begin van de oorlog waren er elementen van sociale conflicten. De overgrote meerderheid van de Oekraïners was tegen de interventie, en soms bracht vreedzaam verzet de Russische troepen ertoe zich tenminste tijdelijk terug te trekken, zoals in de kerncentrale van Zaporizja, toen arbeiders massaal naar buiten kwamen om zich tegen de troepen te verzetten. Als er een sterke arbeidersbeweging had bestaan, had zij dit kunnen organiseren, een beroep kunnen doen op de Russische arbeidersklasse en het verzet in Rusland kunnen aanzwengelen.

    Dergelijke methoden zijn vreemd aan kapitalistische regeringen zoals die van Zelenski en zijn imperialistische geldschieters. Zij begrijpen alleen het gebruik van wapens, gesteund door nationalistische retoriek. Nu het Russische leger zich in Donbas ingraaft, kan de oorlog uitlopen, waarbij beide partijen zoveel mogelijk raketten op elkaar afvuren. Donbas, eens het bloeiende industriële hart van de Sovjet-Unie, dreigt een post-apocalyptische woestenij te worden.

    Terwijl Kiev weer een beetje normaal begint te worden, keert de pro-zakelijke politiek terug. Deze week heeft het parlement een nieuwe wet aangenomen, waarbij de oorlog als excuus wordt gebruikt om het voor bedrijven veel gemakkelijker te maken om personeel af te danken. Deze week heeft de politie van Kiev familieleden gearresteerd van soldaten die zich nog steeds in Azovstal verschansten. Zij organiseerden een betoging om de regering te vragen hulp naar Marioepol te sturen. De familieleden zijn zo wanhopig dat zij een bezoek brachten aan de paus in Rome, die beloofde voor hen te bidden, en nu hebben zij een beroep gedaan op Xi Jingping. Pro-Russische politieke partijen zijn ondertussen verboden in Oekraïne.

    Vredesonderhandelingen zijn vastgelopen. Tot de terugtrekking uit Kiev stemde Oekraïne ermee in het NAVO-lidmaatschap af te wijzen, buiten alle blokken te blijven, kernwapens te weigeren en een “neutrale staat” te worden, en de status van de Krim en de DNR/LNR in de komende 15 jaar te bespreken. Maar nu de stroom wapens naar Oekraïne toeneemt, denkt Zelenski duidelijk dat de tijd aan zijn kant staat. Hij dringt aan op de volledige territoriale integriteit van Oekraïne. Hij bekritiseerde Macron op de Italiaanse TV Rai1 omdat hij had gesuggereerd dat Kiev compromissen moest sluiten om Poetin te helpen “zijn gezicht te redden.” Onder druk van het westerse imperialisme en vol zelfvertrouwen lijkt hij bereid de oorlog voort te zetten om de DNR/LNR en misschien zelfs de Krim te heroveren.

    Verkeerde inschattingen van het Kremlin

    Het Kremlin heeft de stemming van het Oekraïense volk verkeerd ingeschat toen het de invasie lanceerde. Het verwachtte dat ten minste een deel van de bevolking, met name in traditioneel pro-Russische steden als Marioepol, Charkiv en Cherson, de invasie zou toejuichen. Ook in Rusland verwachtte het een overweldigende patriottische steun. Maar ook daar is de stemming veel verwarrender en tegenstrijdiger en is het Kremlin nu teleurgesteld.

    Sommigen suggereren dat deze oorlog is veroorzaakt door de slechte gezondheid van Poetin. Maar dat is net zo min een verklaring voor deze oorlog als dat de moord op aartshertog Ferdinand in Sarajevo de imperialistische slachting van WO1 heeft veroorzaakt. De oorlog is een gevolg van het herstel van het kapitalisme in de voormalige Sovjet-Unie, het groeiende conflict tussen de imperialistische mogendheden, in combinatie met een steeds agressiever en autoritairder Russisch regime, gebaseerd op de tsaristische imperialistische ideologie.

    Hoewel opiniepeilingen in Rusland hoofdzakelijk worden gehouden om de heersende elite te steunen, kunnen zij toch enkele belangrijke tendensen aantonen. De steun voor de ‘speciale militaire interventie’ is toegenomen, wat niet echt verwonderlijk is wanneer het een belediging is om tegen de oorlog te zijn. Maar slechts een klein deel van de voorstanders zijn hard-line oorlogsgezind. De meesten zeggen dat zij de interventie alleen steunen om de kwestie DNR/LNR snel op te lossen. Velen geven het Westen en de NAVO de schuld. In een enquête werd degenen die zichzelf als patriotten beschouwen gevraagd één ding te noemen waar zij trots op zijn, maar slechts weinigen konden dat daadwerkelijk doen. Een andere opiniepeiling, voornamelijk in de grote steden, vroeg drie categorieën mensen hun mening te geven. Degenen “die geen probleem hebben om te kopen wat zij nodig hebben” waren grotendeels vóór de interventie. Degenen die “geen grote aankopen kunnen betalen” waren verdeeld, terwijl een meerderheid van degenen die “moeilijkheden hebben om zelfs de allernoodzakelijkste dingen te kopen” tegen de oorlog waren. Tegelijkertijd bleek uit een ander onderzoek naar leeftijd dat er in die laatste groep duidelijk en kennelijk toenemend verzet bestaat.

    De oorlog verergert ook de nationale kwestie in Rusland zelf. Veel soldaten die naar Oekraïne zijn gestuurd, komen uit de armste regio’s. Zij lijden de zwaarste verliezen. In Boerjatië – Noord-Mongolië – aan de oevers van het Baikalmeer zijn officieel 98 doden gevallen, terwijl Dagestan in de Kaukasus met meer dan 30 nationaliteiten, voornamelijk moslims, 135 verliezen heeft geleden. Moskou en Sint-Petersburg melden samen slechts 13 doden. Het nationalisme in deze gebieden neemt toe, nu opnieuw van hen wordt gevraagd offers te brengen voor Moskou en wat steeds meer de ‘Russische wereld’ wordt genoemd.

    Intussen woedt het zwartepietenspel binnen de Russische heersende elite. Uit rapporten blijkt dat de FSB – de belangrijkste opvolger van de KGB – als eerste het vuur aan de schenen wordt gelegd omdat zij de stemming onder de Oekraïners verkeerd heeft ingeschat. Het verzamelen van inlichtingen zal nu de taak zijn van de GRU – bekend om het vergiftigen van tegenstanders. Chef van de Generale Staf Gerasimov ontbrak ook opvallend bij de parade op de Dag van de Overwinning; hij zou aan de kant zijn geschoven. Veldcommandanten en tot 150 andere hoge officieren zijn uit hun functie ontheven. Ondertussen hebben oorlogszuchtigen zoals de Tsjetsjeense dictator Kadirov te horen gekregen dat zij alle publieke verklaringen met de omgeving van Poetin moeten afspreken.

    Isolatie van Rusland

    Rusland is zelfs geïsoleerd geraakt van zijn vroegere vrienden. Hoewel de Wit-Russische president Loekasjenko in december aankondigde dat de Krim rechtsgeldig deel uitmaakt van Rusland, hebben Kazachstan, Armenië, Tadzjikistan, Oezbekistan en Kirgizië allemaal geweigerd het Russische bewind over de Krim, Donetsk en Loehansk te erkennen, en weigeren ze troepen te sturen om Poetins invasie te ondersteunen.

    Voor een groot deel is dit een weerspiegeling van de nationale kwestie. In Kazachstan bijvoorbeeld wordt het officiële regeringsstandpunt van neutraliteit weerspiegeld in de Russischtalige media. De Kazachstaanse media daarentegen zijn zeer pro-Oekraïens. Ondanks de inzet van Russische troepen om de protesten van januari te stoppen, wordt het land sindsdien geteisterd door een stakingsgolf. Ook in Armenië zijn er nu massale protesten tegen premier Nikolai Pasjinjan, aangewakkerd door de economische situatie, door afschuw over het feit dat hij aan de zijlijn blijft staan in plaats van Rusland te veroordelen, maar vooral om de door Pasjinjan voorgestelde concessies in het geschil over Nagorno-Karabach te veroordelen.

    Nu zeggen de leiders van Zuid-Ossetië, de pro-Russische enclave in Georgië, dat zij in juli een referendum zullen organiseren om zich bij Rusland aan te sluiten. Het is echter niet zo zeker dat de meerderheid van de Zuid-Ossetiërs een dergelijke stap steunt. Sinds de Russisch-Georgische oorlog van 2008 regeert Moskou de republiek met autoritaire hand. In de eerste maand van het Oekraïense conflict werden honderden troepen uit Zuid-Ossetië gestuurd. Nadat een aantal was gesneuveld, weigerden ze te vechten en keerden ze terug naar huis, waar ze klaagden over slechte uitrusting, het feit dat ze als kanonnenvoer werden gebruikt, en officieren die verdwenen telkens als er gevochten werd. Eén officier was zo bang voor zijn eigen mannen, dat hij een bewaker had om hem te beschermen.

    De Russische opschepperij dat het een gebiedsdeel in Zuid-Oekraïne tot aan de pro-Russische enclave Transnistrië zal veroveren, heeft de spanningen in Moldavië doen oplopen. Explosies in Tiraspol, de hoofdstad van de enclave, en rond Russische wapendepots hebben de kwestie Trans-Dnjestrië nieuw leven ingeblazen. Trans-Dnjestrië wordt geleid door een corrupte kliek – één oligarch controleert 60% van de economie – die de voorkeur geeft aan de status-quo en zich daarom heeft verzet tegen pogingen van Rusland om het land bij het conflict te betrekken. Vadim Krasnoselski, de president van Trans-Dnjestrië, is bij Kisjenev geweest om te praten over de versterking van de status van het land binnen Moldavië.

    De Moldavische president Maia Sandu, een neoliberale politica die zeer pro-EU en pro-Roemenië is, heeft de campagne om toe te treden tot de EU en de NAVO opgevoerd. Zij zegt dat ze wellicht een referendum zal organiseren over toetreding tot de EU, dat waarschijnlijk door een meerderheid zal worden gesteund, maar ten koste van verslechterde betrekkingen met Trans-Dnjestrië, en waarschijnlijk ook met de regio Gagaoezië, die wordt bevolkt door een Turks sprekend, maar Russisch-Orthodox volk.

    Hoewel de EU belooft de aanvragen voor EU-lidmaatschap van Oekraïne, Moldavië en Georgië al in juni te beoordelen, zegt Macron dat het jaren, misschien wel decennia zal duren om ze te verwerken. Om de drie te sussen, stelt hij een “parallelle Europese Gemeenschap” voor hen voor. Noch de volledige, noch de tweederangs optie in de zich ontwikkelende koude oorlog van vandaag zal de Moldavische arbeidersklasse helpen, of de vrede helpen verzekeren. De terughoudendheid van de EU-leiders om de aanvraag te aanvaarden kan Sandu er zelfs toe aanzetten een referendum te organiseren over een fusie met Roemenië, om via de achterdeur tot de EU toe te treden. Het Oekraïense regime heeft zijn ware aard getoond door Sandu aan te bieden Oekraïense troepen in te zetten om de controle over Trans-Dnjestrië over te nemen.

    Ook in Wit-Rusland kan Loekasjenko de oorlog niet openlijk steunen als gevolg van de oppositie in het hele land. Aanzienlijke aantallen Witrussen zijn als “partizanen” naar Oekraïne gegaan, en in Wit-Rusland zelf is de sabotage van spoorwegen om wapentransporten tegen te houden wijdverbreid. Loekasjenko heeft de herinvoering aangekondigd van de doodstraf voor “terroristen”, gericht tegen degenen die betrokken zijn bij sabotage.

    Verder weg heeft de Russische druk op de Republika Srpska in Bosnië de spanningen doen oplopen, waarbij de leiders van deze republiek meer autonomie eisen. Op zijn beurt voert de Kroatische entiteit zijn eisen op met het oog op de verkiezingen van oktober, gesteund door rechtse nationalisten in Kroatië zelf.

    China – voorzichtige “no limits”

    De “no limits”-overeenkomst die in februari door Xi Jinping en Poetin werd ondertekend, is onder zware druk komen te staan. De leiders van de VS blijven benadrukken dat zij China als de grootste bedreiging zien en waarschuwen het land Rusland niet te helpen de sancties te omzeilen. China weigert op zijn beurt de inval van het Kremlin in Oekraïne te veroordelen, geeft de VS en de NAVO de schuld van het aanwakkeren van de spanningen en verzet zich tegen het gebruik van sancties tegen Rusland. Xi krijgt te maken met toenemende kritiek van binnen het Chinese regime op de overeenkomst, en was naar verluidt ziedend van woede na de onthullingen van het brute bloedbad in Boeka. De toon van de Chinese verklaringen is veranderd. Volgens Aleksej Arestovitsj, de woordvoerder van Zelenski, heeft Xi hen in het geheim verteld dat China de territoriale integriteit van Oekraïne steunt, met inbegrip van Donbas en de Krim.

    Het westerse imperialisme gebruikt de actie tegen Poetin als een waarschuwing voor China. Het Chinese regime is zijn systemen aan het testen. Militaire specialisten bespreken de Russische strategie en de aanvankelijke mislukkingen ervan. Taiwan is niet Oekraïne, maar een eiland met de helft van de bevolking op een grondgebied dat net iets groter is dan de Krim. Zhao Tong (Carnegie Endowment for International Peace) suggereert dat Chinese strategen tot de conclusie komen dat ze “een veel sterkere en veel uitgebreidere operatie in het prille begin nodig hebben om de Taiwanese strijdkrachten te shockeren en te ontzag in te boezemen.” De Chinese centrale bank overlegt met internationale bankiers om haar buitenlandse reserves van 3 biljoen dollar veilig te stellen, zodat hun tegoeden niet worden bevroren zoals die van Rusland. Er worden meer maatregelen genomen om de toeleveringsketens te lokaliseren.

    China danst op een slappe koord wat sancties betreft. Het doet niets om Rusland te helpen ze te omzeilen. Na acht jaar vertraging wordt de brug over de Amoer-rivier geopend, zodat het goederenvervoer per spoor kan aansluiten op de trans-Siberische route, als onderdeel van de nieuwe zijderoute. De bilaterale handel, die dit jaar al met 28% is gegroeid, zal hierdoor verder toenemen. Hoewel dit niet erg belangrijk is voor China, waarvan het BBP tien keer groter is dan dat van Rusland, is het voor Rusland wel belangrijk.

    Het gebruikt echter zijn eigen economische invloed om het Kremlin onder druk te zetten. De Chinese National Petroleum Corporation houdt zich aan het contract van februari om aardgas van Rusland te kopen tegen de toen overeengekomen prijs. Hierdoor zal de hoeveelheid afgenomen gas toenemen tot 48 miljard m3 per jaar – wat overeenkomt met 27% van wat Rusland momenteel aan de EU levert. China is de grootste afnemer van ruwe olie uit Rusland en ook hier komen de staatsbedrijven Sinopec en PetroChina hun verplichtingen na, maar weigeren zij extra voorraden af te nemen. Dit laat enkele kleinere onafhankelijke Chinese raffinaderijen over om olie te kopen tegen aanzienlijk verlaagde prijzen.

    Tegelijkertijd verlaten Chinese bedrijven Rusland uit vrees dat zij een sanctie opgelegd zullen krijgen. UnionPay, het Chinese alternatief voor Visa en Mastercard, heeft tot dusver geweigerd Russische banken toe te staan het te gebruiken. Andere banken, waaronder China’s “Asian Infrastructure Investment Bank”, hebben zich uit projecten teruggetrokken, terwijl Huawei, Lenovo, Xiaomi en Lifan, de grootste detailhandelaar in Chinese auto’s in Rusland, stilletjes zijn vertrokken. Ook dronefabrikant DJI is gestopt met de verkoop van zijn producten “die voor militaire doeleinden worden gebruikt.” Het is blijkbaar niet erg dat ze door het Chinese regime tegen de Oeigoeren worden gebruikt.

    China verzet zich tegen “unilaterale sancties”, maar gaat wel over tot een diplomatiek offensief. In april lanceerde het zijn “Globaal Veiligheidsinitiatief”, waarin het oproept tot duurzame veiligheid, het handhaven van soevereiniteit, territoriale integriteit en niet-inmenging in binnenlandse aangelegenheden. Dit zou de druk op Taiwan rechtvaardigen, en onder het mom van “duurzame veiligheid” gebruikt het regime het argument van Rusland dat het defensiebeleid van Oekraïne een bedreiging voor Rusland zelf vormde. Op de dag dat het Globaal Veiligheidsinitiatief werd aangekondigd, ondertekende China een defensiepact met de Salomoneilanden. Xi Jinping zal het akkoord op de BRICS-top, die na twee jaar van virtuele ontmoetingen in juni bijeenkomt, naar voren schuiven in een poging India in het anti-VS-kamp te krijgen. India staat echter kritisch tegenover de inval van China in Ladakh, in Kasjmir.

    Hoe de oorlog stoppen?

    Of de oorlog blijft voortduren als een uitputtingsslag of als één van beide kampen een doorbraak realiseert, een terugkeer naar wat ‘normaal’ was staat niet op de agenda. Er is de wereldwijde versterking van de militarisering en er zijn de voedsel- en energietekorten met een omhoogschietende inflatie.

    Noch de ene, noch de andere partij voert deze oorlog in het belang van de gewone man. Het klopt dat Zelenski enorm populair is geworden in Oekraïne en de rest van de wereld, onder het mom van strijd voor de Oekraïense natie, maar na de oorlog zal zijn regime doorgaan met het neoliberale en rechtse nationalistische beleid dat hij voorheen voerde en dat ingaat tegen de belangen van de Oekraïense arbeidersklasse.

    We verzetten ons volledig tegen de invasie en bezetting van Oekraïne door het Russische leger. We steunen het recht op zelfbeschikking voor Oekraïne volledig. Dat betekent ook dat wij ons verzetten tegen de NAVO en tegen de massale toename van militarisering, wapenleveringen en sancties. We steunen noch de versterking van het Russische noch die van het westerse imperialisme, maar zijn voor de organisatie en solidariteit van de arbeidersklasse tegen de oorlog, de nationale verdeeldheid, de uitbuiting en het kapitalistische systeem.

    Alleen wanneer de arbeidersklasse de handschoen opneemt en strijdt voor de vervanging van het kapitalisme en het imperialisme door een wereldwijd democratisch socialistisch systeem, kan aan deze verschrikkingen een einde worden gemaakt.

  • Protest tegen oorlog blijft nodig

    Anti-oorlogsbetoging van 27 maart. Foto: James

    Meteen na de Russische invasie in Oekraïne waren er in Rusland heel wat acties tegen deze oorlog. Repressie maakt het moeilijk om dat protest door te zetten. Elders kwam het protest maar traag op gang. De eerste acties vanuit de Oekraïense gemeenschap genoten brede steun, maar die bleef grotendeels passief. De belangrijke nationale betoging van de vredesbeweging in ons land op 27 maart bracht enkele duizenden op de been, minder dan de gehoopte 10.000 aanwezigen.

    De invasie en de oorlogsbrutaliteiten zorgen voor een schok en worden algemeen verworpen. Tegelijk is het voor velen niet duidelijk of er buiten het militaire terrein een antwoord mogelijk is. Er is openheid om te spreken over een internationalistisch antwoord vanuit de arbeidersbeweging, maar dit wordt nog niet algemeen gezien als mogelijk en noodzakelijk. Het doet denken aan de eerste reactie op de oorlog in Afghanistan in 2001, toen de schok van de aanslagen op 11 september 2001 in de VS de beweging tegen oorlog en kapitalisme verlamde. Het duurde nog meer dan een jaar vooraleer het tot een grote anti-oorlogsbeweging kwam, toen er ook een oorlogsdreiging kwam in Irak, die veel duidelijker om olie ging. Het eerste verzet tegen de oorlog in Afghanistan was belangrijk om het massaprotest tegen de oorlog in Irak richting te geven.

    Ook nu is protest tegen de oorlog noodzakelijk. Een oplossing zal niet komen van militaire escalatie. Uiteraard steunen wij het recht op zelfverdediging van de Oekraïense bevolking, waarbij we benadrukken dat dit best door middel van democratische verdedigingscomités gebeurt om het initiatief niet over te laten aan rechts of extreemrechts. Een beslissend element is het verzet tegen het regime van Poetin in Rusland zelf. Repressie maakt het niet evident om dit verzet op straat te brengen, maar het blijft onderhuids sterk aanwezig. Anti-oorlogsprotest bij ons kan dit versterken.

    Wij doen er alles aan om daaraan bij te dragen. Onze anti-oorlogskrant werd bijzonder goed onthaald en druk gelezen en besproken door de lezers. We namen initiatieven onder jongeren en mobiliseerden naar de nationale anti-oorlogsbetoging van 27 maart waar we een sterke delegatie vormden en net geen 100 exemplaren van onze krant verkochten.

    In een context van toenemende internationale spanningen, onder meer met de nieuwe koude oorlog tussen de VS en China, vrezen we dat dit niet de laatste militaire confrontatie is. Oorlog toont het falen van het kapitalisme, het is aan de arbeidersbeweging om te bouwen aan een socialistisch alternatief.

  • Brutale slachtpartij in het vooruitzicht in Oost-Oekraïne

    Op moment van schrijven zijn meer dan drie weken verstreken sinds Poetin zijn aanval op Kiev staakte en zijn leger zich verslagen uit Noord-Oekraïne terugtrok. “Russische troepen zijn nu begonnen aan de slag om de Donbas,” verklaarde de Oekraïense president Zelensky op 18 april. Op dit moment gooit het vermoeide Russische leger zich op Oost-Oekraïne in de hoop nog iets van Poetins oorlog te redden. Dit zal wellicht leiden tot de bloedigste gevechten in de Donbas sinds het begin van de oorlog daar in 2014.

    door Fabian

    Op 14 april kondigde het Russische leger aan de stad Marioepol (in het Zuiden van Oekraïne) te hebben ‘bevrijd’. Van de 400.000 inwoners die de stad telde, blijft er nog een kwart over. De burgemeester van Marioepol beschuldigde de Russen al meermaals van oorlogsmisdaden en claimde op 21 april dat het Russisch leger 9000 lijken in een massagraf had gedumpt. Enkele honderden Oekraïense troepen hebben zich verschanst in de Azovstal fabriek, nu omsingeld door een dozijn Russische bataljons. Poetin wil ze daar vasthouden, eerder dan nog meer troepenverliezen te riskeren met een bestorming. De bezetters zullen mogelijk nog wekenlang een doorn in het oog van het Poetin-regime blijven.

    De menselijke tol van de Russische verovering van een tweede grote stad in Oekraïne was alleszins vreselijk hoog. Enkele dagen voordien was het Russische vlaggenschip in de Zwarte Zee – de Moskva – nog gezonken door een voltreffer. Het betekent dat het Russische plan voor een amfibische aanval op de havenstad Odessa uitgesteld of zelfs opgeborgen wordt. In dezelfde week werd een achtste Russische generaal gedood in Oekraïne. Volgens de Oekraïense kant zijn er al meer dan 22.000 Russische troepen gesneuveld en meer dan 800 Russische tanks vernietigd sinds het begin van de invasie op 24 februari. Die cijfers zijn onmogelijk te bevestigen: op basis van de oorlogspropaganda van beide zijden is het moeilijk een exact beeld te krijgen van de situatie ter plaatse. Dat het Russische leger zware tegenslagen lijdt, wordt echter enkel in de Russische media nog ontkend.

    In Belarus saboteerden spoorwerkers op georganiseerde manier de aanvoerlijnen van het Russisch leger. Dit werd in Rusland door enkele individuen overgenomen. Spontane protesten van soldatenmoeders blijven opflakkeren. In Rusland circuleren steeds meer geruchten over bataljons die dienst weigeren en bewust van het front worden weggehouden. Eind april zijn er naar schatting 80.000 Russische soldaten in Oekraïne, minder dan de helft van het aantal dat oorspronkelijk werd ingezet. Kapot materiaal blijkt moeilijk vervangbaar. Er worden nu tanks uit de jaren 1970 naar het front gestuurd. Oekraïense troepen heroveren gebied op enkele plekken en hun moraal lijkt veel hoger dan aan Russische kant.

    Het Oekraïens leger begint echter ook met materiaaltekorten te kampen. Sinds de beschuldigingen van oorlogsmisdaden in Boetsja werden de beloften van wapenleveringen aan het regime van Zelensky opgevoerd. Er worden ook steeds zwaardere wapens zoals tanks geleverd. Voor de NAVO viel het onderscheid tussen ‘defensieve’ en ‘offensieve’ wapens weg. Het wordt steeds duidelijker dat Oekraïne het terrein is van een botsing tussen twee imperialistische krachten. Het risico op een verdere escalatie en een rechtstreeks conflict tussen Rusland en de NAVO is alleen maar groter geworden.

    Biden’s beschuldigingen van genocide dienden om nog eens 1,3 miljard dollar militaire steun aan Zelensky door te duwen. Ook zijn ‘slip of the tongue’ over de noodzaak van een regimewissel in Moskou was een uitdrukking van het concrete doel van het Amerikaans establishment. Of er een paleiscoup komt in Moskou is moeilijk in te schatten. Poetin zoekt een uitweg en misschien zal hij verdere gedeeltelijke veroveringen in het Zuiden en Oosten van Oekraïne voldoende vinden om de overwinning uit te roepen of om zich meer op onderhandelingen richten. Tegelijk kan hij zich niet veel verliezen meer permitteren. Evengoed kan hij overgaan tot een verdere zuivering van het staatsapparaat om zijn greep te verstevigen, maar de sociale basis voor zijn heerschappij wordt steeds smaller.

    Vooral de snel achteruitgaande levensstandaard in Rusland zal een rol spelen. In de regio rond Moskou verloren al 200.000 mensen hun job als gevolg van alle sancties. Poetin heeft op dit moment nog geen buit binnen in Oekraïne die kan dienen om het ‘succesvolle einde’ van de ‘speciale militaire operatie’ (zoals het conflict in de Russische media moet genoemd worden) aan te kondigen. Poetin heeft evenmin veel in handen om extra toegevingen van Zelensky te bekomen aan de onderhandelingstafel. Zelfs indien er een vredesakkoord komt, zal het VS-imperialisme de voorkeur geven aan een verdere destabilisatie van het Poetin-regime boven het bevorderen van vrede.

    Intussen worden de werkenden en hun gezinnen geconfronteerd met steeds verdergaande gevolgen van deze oorlog. Voor de Oekraïense bevolking is de situatie rampzalig met enorme vernielingen en doden. De Russische werkenden en hun gezinnen gaan gebukt onder ellende, werkloosheid en dictatuur. Ook wij voelen de gevolgen met de steeds verder escalerende inflatie en de opvang van ondertussen meer dan 5 miljoen Oekraïense vluchtelingen. Oorlog betekent voor de overgrote meerderheid van de bevolking ellende en ontbering.

  • Russische invasie als product van Nieuwe Koude Oorlog

    De Russische invasie in Oekraïne is deel van een hele shift naar een nieuw tijdperk. Meer nog dan bij de pandemie worden tal van geopolitieke processen erdoor versneld. De drijvende factor van die processen is de Nieuwe Koude Oorlog tussen de VS en China.

    door Fabian (Gent) uit maandblad De Linkse Socialist

    De steeds verder oostelijke expansie van de NAVO sinds 1997 is het Russische regime al langer een doorn in het oog. De poging om in 2014 de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne tegen te houden en een nauwere samenwerking van Oekraïne met de Euraziatische Economische Unie te bekomen mislukte. De Moskougezinde Oekraïense president Janoekovitsj werd toen afgezet in de Euromaidan revolte. Kiev begon zich nog meer op de EU en de NAVO te oriënteren. Met de annexatie van de Krim en het ondersteunen van separatische groeperingen in Donetsk en Loegansk hield Poetin druk op de ketel. Om de stap naar de huidige brutale invasie te begrijpen, moeten we echter vanuit een breder perspectief kijken naar de oplopende inter-imperialistische spanningen.

    Wortels van de Nieuwe Koude Oorlog

    Het kapitalisme kwam door de tientallen miljoenen doden en de horror van het nazisme als systeem zwaar gediscrediteerd uit WO2. De verzwakking van de grote Europese imperialistische krachten legde de basis voor een bipolaire wereld met twee supermachten: de VS tegenover de stalinistische Sovjet-Unie. Angst voor revolutionaire omwentelingen – al dan niet ondersteund door een inval vanuit het Oosten – was alomtegenwoordig bij de West-Europese burgerij. Tegenover het ‘rode gevaar’ speelden de Britse en Franse regeringen een sleutelrol in het opzetten van de Noord Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO). Haar eerste secretaris-generaal, de Brit Hastings Ismay, was duidelijk over het doel van dit vehikel: “De Amerikanen binnen houden [in Europa], de Sovjets buiten en de Duitsers in bedwang.” Als reactie richtte de Sovjet-Unie het Warschaupact op met de stalinistische regimes in Oost-Europa.

    In tegenstelling tot de Nieuwe Koude Oorlog was dit een conflict tussen tegengestelde sociale systemen. Ondanks de ondemocratische aard van de regimes in het Oostblok waren de stalinistische bureaucratieën die ze regeerden afhankelijk van het bestaan van een planeconomie voor hun privileges en voortbestaan. Tot de ineenstorting van de Sovjet-Unie zou het conflict tussen deze blokken de dominante factor blijven in de internationale relaties.

    Onderlinge spanningen tussen de stalinistische bureaucratieën van Rusland en China maakten de weg vrij voor samenwerking tussen de VS en China. Dit proces, in gang gezet door het bezoek aan Mao van VS-president Nixon in 1972, zou de wereldpolitiek een nieuwe vorm geven. De economische banden die werden gesmeed, bereidden de weg voor de transformatie van China naar de huidige vorm van een autoritair, door de staat gereguleerd, kapitalisme onder een regime dat alleen in naam ‘communistisch’ is. Met China als ‘sweatshop van de wereld’ op basis van goedkope arbeidskrachten was haar relatie met de VS de drijvende kracht van de neoliberale globaliseringsperiode, met de creatie van ‘nieuwe markten’ na de implosie van de Sovjet-Unie.

    De Grote Recessie van 2007-9 verbrak de speciale relatie tussen China en de VS. China leek minder aangetast door de wereldwijde crisis terwijl het imperialisme van de VS aan invloed en relatieve kracht verloor. Het onder Xi Jinping geïntroduceerde “Made in China 2025”, gericht op Chinees leiderschap en onafhankelijkheid in belangrijke industrieën en technologie en het Belt and Road Initiative (de ‘nieuwe zijderoute’) om door China gedomineerde handels- en investeringsroutes uit te bouwen – waarbij meer dan 100 landen op elk continent betrokken zijn – zorgden in de VS voor een grote ommekeer in de opstelling tegenover China. Het begon met politici als Trump en delen van de kapitalisten. De reden was duidelijk: China groeide steeds meer uit tot een uitdager op economisch en technologisch vlak. Het zou dat uiteindelijk ook op militair vlak doen.

    De twee grootste economieën ter wereld zijn ook elkaars grootste handelspartners. Toch bleef ook onder Biden de focus op het geostrategische conflict met China. De opbouw van tegenstellingen vandaag vertoont gelijkenissen met de wederzijdse afhankelijkheid en concurrentie tussen Engeland en Duitsland vóór de Eerste Wereldoorlog. Voor het VS-imperialisme is de bedreiging van zijn wereldmacht belangrijker dan de superwinsten die in China worden gemaakt. De basis voor de Nieuwe Koude Oorlog is de impasse van het kapitalisme en de crisis van beide supermachten. Van predikers van globalisering zijn zij voorstanders van nationalisme geworden in een poging hun systeem en macht te redden.

    A window of opportunity

    Het Russische imperialisme probeerde zich al jaren op de voorgrond te werken waar het Westers imperialisme stappen achteruit zet. Dit gebeurde door het regime van Assad in Syrië overeind te houden, door huurlingen te sturen naar Mali en de Centraal Afrikaanse republiek. Dichter bij huis hield het Kremlin het regime van Loekasjenko in Wit-Rusland overeind in 2021 en hielp het begin dit jaar bij het neerslaan van de revolutionaire opstand in Kazachstan.

    Het Russische regime moest wel ingrijpen. De levensstandaard in Rusland ligt vandaag 10% lager dan in 2008. Er wordt al jaren geprotesteerd tegen corruptie en voor democratie. Het Kremlin kreeg de pandemie nooit onder controle. Een succesvolle opstand in Kazachstan zou al gauw een inspiratiebron geweest zijn voor protest in Rusland.

    Elke crisis biedt echter ook nieuwe kansen. De strategen van het Kremlin zagen dit als hét moment om het proces van afbrokkeling van de invloedssfeer van Rusland, sinds de jaren 1990 en de val van de Berlijnse Muur, om te keren. Er waren redenen die Poetin vertrouwen gaven om nu in actie te komen. Recent zagen ze de haastige terugtrekking van Amerikaanse troepen uit Afghanistan, slechts enkele jaren nadat de VS de rol moest lossen in Syrië en in de context van een steeds grotere focus van het VS-imperialisme op het geostrategische conflict met China. De Europese Unie – waarin centrifugale krachten (met onder meer de Brexit) in de laatste decennia de bovenhand hebben – gaf een verdeelde indruk. Bovendien zijn verschillende Europese landen afhankelijk van Russisch gas en olie.

    Als het niet met dreigementen lukte zou Poetin met een regimewissel afdwingen dat Oekraïne nooit tot de NAVO toetreedt en dat de NAVO haar activiteiten in de voormalige Oostbloklanden beperkt. De NAVO bleef echter hardnekkig bereid om de Oekraïense bevolking als schild te gebruiken.

    Verkeerd gegokt

    Naast het taaie verzet tegen de invasie in Oekraïne is Poetin wellicht ook geschrokken van de eensgezindheid waarmee ‘het Westen’ wapens stuurde naar de regering van Zelenski en bovendien zware sancties oplegde. De sancties zijn ongezien: weigeren van Russische luchtvaartmaatschappijen in het Europees luchtruim, inbeslagname van de helft van de Russische dollarreserves, afsluiten van Russische staatsbanken uit het internationale betalingssysteem SWIFT, verbod op export naar Rusland van allerlei goederen, etc. De Russische beurzen gingen de dieperik in en de waarde van de roebel zakte met 30%. Niet de oligarchen en Poetin, maar de Russische bevolking zal hier het zwaarst onder lijden. De burgerij in NAVO-landen hoopt hiermee de voedingsbodem voor een opstand tegen Poetin te creëren. Het zou wel eens een omgekeerd effect kunnen hebben in de zin dat de anti-Westerse reactie van de bevolking de interne positie van Poetin versterkt.

    Daarnaast is er het risico dat de sancties een diepe wereldwijde recessie ontketenen. Dit is één van de grootste angsten van het Chinese regime van Xi Jinping. Dat regime wordt geconfronteerd met ernstige economische bedreigingen, zoals de speculatieve zeepbellen in onder meer de vastgoedsector. De Russische druk op Oekraïne leek Xi aanvankelijk goed uitkomen. Het was een handig afleidingsmiddel om de NAVO bezig te houden. Tijdens een bezoek van Poetin aan de Olympische Winterspelen in februari verklaarde Xi nog dat hij met Rusland een samenwerkingsverband “zonder taboes” wilde.

    De effectieve escalatie van het conflict dwong het Chinese regime ertoe om zich te distantiëren van het Kremlin. De tegenspraak met haar eigen buitenlands beleid en de dreiging van economische destabilisatie is immers te groot. Tegelijk isoleren de sancties Rusland steeds meer, waardoor het afhankelijker wordt van het Chinese regime.

    Met regimeverandering in Rusland in het achterhoofd wil de VS het Russisch leger nu maximaal verzwakken in Oekraïne, terwijl het de Russische economie in een diepe crisis duwt om zo de potentiële bondgenoot van China te verzwakken. De gevolgen voor de Oekraïense bevolking zijn niet van tel in die geopolitieke berekening.

    Naast militaire en financiële steun stuurt het Pentagon ook informatie over Russische troepenverplaatsingen naar de regering in Kiev. De regering-Biden stelt daarnaast teams voor public relations en lobbyisten ter beschikking aan Zelenski.

    De nieuw gevonden Westerse eenheid tegen de gemeenschappelijke vijand blijft echter broos. Ondanks actieve deelname van NAVO-lidstaten aan de ondersteuning van de Oekraïense regering blijft men voorzichtig. Een door de NAVO gehandhaafde ‘no-fly zone’ boven Oekraïne zou potentieel een Derde Wereldoorlog kunnen uitlokken, bovendien een oorlog tussen kernmachten. Zelfs het Poolse voorstel om via de VS straaljagers te leveren aan Oekraïne bleek een brug te ver.

    De EU-top in Versailles beloofde wel 500 miljoen euro extra militaire hulp aan Oekraïne via het wel erg cynisch genoemde ‘European Peace Facility’, maar was niet eensgezind over versnelde toetreding van Oekraïne tot de EU of het volledig uitbannen van Russisch gas en olie.

    Nationalistisch militarisme

    De regeringen in meerdere NAVO lidstaten slaagden er in om de invasie als een echte ‘shock’ te gebruiken en de ‘defensie’- (lees: oorlogs-) budgetten serieus op te trekken. De Duitse regering besloot de jaarlijkse militaire investeringen op te trekken naar 100 miljard euro. In Zweden wil de regering de verhoging van de militaire uitgaven alvast financieren met besparingen op de sociale zekerheid.

    Nationalistisch militarisme wordt een dominant fenomeen in de wereldpolitiek, naast de verdere ontkoppeling van grote economische blokken. Rusland, de 11e grootste economie ter wereld, wordt bijna volledig losgekoppeld met multinationals als Apple, Pizzahut, BMW, etc die zich terugtrekken. Het Russische regime was gedwongen te antwoorden met het idee van nationalisaties van strategisch belangrijke fabrieken en wil minstens tot het eind van het jaar de uitvoer van landbouw-, elektrische, medische en technologische apparatuur verbieden.

    De wereld bevindt zich nog in de beginfase van een Nieuwe Koude Oorlog tussen de twee grote imperialistische mogendheden. In de komende jaren zal deze oorlog blijvend een rem zetten op de economie, politieke crisissen veroorzaken, allianties vormen en verbreken, militaire conflicten uitlokken en een impact hebben op het massabewustzijn over de hele wereld. Overal zal regeringsbeleid meer en meer bepaald worden in functie van de Nieuwe Koude Oorlog. Internationale klassenstrijd die zich verzet tegen oorlog, gekoppeld aan een sociaal programma, dat breekt met winstbelangen van de kapitalisten, is de sleutel voor vrede.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop