Your cart is currently empty!
Tag: Kazachstan
-
Kazachstan: massabeweging van werkenden en jongeren in bloed gesmoord

Net als de vorige jaren is 2022 met een knal begonnen. Ditmaal hebben massamobilisaties het olierijke Kazachstan opgeschrikt, één van de meest autoritaire regimes in Centraal-Azië en een belangrijke regionale en internationale speler. Meer dan 225 mensen zijn gedood en nog veel meer verwond na de brutale repressie door huidig president Kassym-Jomart Takajev. Hij werd daarbij geholpen door de militaire interventie van de door Rusland geleide CVVO-‘vredestroepen’. Terwijl de toestand op straat tot bedaren komt, staat het regime van de jarenlang aan de macht zijnde Nursultan Nazarbajev voor de diepste politieke en sociale crisis in de onafhankelijke geschiedenis van het land.
door Eugenio (Brussel) uit maandblad De Linkse Socialist
Achtergrond van de protesten
De protesten begonnen op 1 januari in de olieproducerende regio Mangystau. Het zwaartepunt ervan lag in de stad Zhanaozen, een belangrijk middelpunt van arbeidsorganisatie in het post-Sovjettijdperk. De protesten verspreidden zich daarna snel over het hele land. Ze werden aangewakkerd door de plotselinge verdubbeling van de prijs van vloeibaar petroleumgas, een belangrijke energiebron voor werkende en arme mensen in het land.
Er is een groeiende tendens van arbeidersactivisme en een algemene ontevredenheid met de heersende elites in Kazachstan en in de hele regio. President Takajev werd al snel gedwongen tot toegevingen, onder meer door het aftreden van de regering op te leggen, maar dit was niet voldoende om de protesten in te tomen. De protesten bleven groeien en begonnen al snel politieke eisen te omvatten. Hieruit blijkt in welke mate de geloofwaardigheid van de heersende klasse is ondermijnd door de verslechterende sociale en economische omstandigheden waarmee arbeiders en arme plattelandsgemeenschappen te kampen hebben, nog verergerd door het wanbeheer van de Covid-19-pandemie. Zakenmensen en politici feesten samen in de blinkende glazen torens van hun pas gebouwde hoofdstad, terwijl de meerderheid van de bevolking in ellende leeft en met moeite het hoofd boven water kan houden met hun dalende lonen en inkomsten uit informele handel. De situatie is des te dramatischer voor de jongeren, die massaal naar de steden trekken op zoek naar economische kansen, of naar het buitenland om de laagstbetaalde rangen van de Russische en Chinese arbeidersklasse te vervoegen. Het zijn deze jonge, van hun rechten beroofde arbeiders die een sleutelrol hebben gespeeld in de protesten. Dat blijkt uit één van de belangrijkste slogan: ‘Shal Ket!’ wat betekent ‘Opa, ga weg!’, een verwijzing naar de ouder wordende leiders van het land en hun trawanten.
Kapitalistisch parasitisme en imperialistische interventie
De heersende elite in Kazachstan is de perfecte illustratie van het parasitaire karakter van de kapitalistische economie. Ze is als heersende klasse gegroeid uit het bureaucratische apparaat van Sovjet-Kazachstan en heeft haar macht te danken aan de plundering van de natuurlijke rijkdommen van het land, met name de overvloedige gas- en oliereserves.
Anders dan andere elites die in de Baltische staten of Georgië aan de macht kwamen na de val van de Sovjet-Unie, konden zij zich niet beroepen op een sterk nationalistisch sentiment om het herstel van privé-eigendom en de uitholling van sociaal-economische rechten te rechtvaardigen. In plaats daarvan waren ze gedwongen te vertrouwen op een bonapartistische figuur, Nursultan Nazarbajev, de toenmalige president van de Kazachse Sovjet-Republiek, om zich boven de institutionele beperkingen van de staat te plaatsen en een gunstig klimaat te scheppen voor de belangen van binnenlands en buitenlands kapitaal.
Door dit model is Kazachstan uitgegroeid tot een belangrijke regionale speler, die investeringen aantrekt van alle grote Euraziatische economische blokken, terwijl de rijkdom van de heersende oligarchie, met name de familie en de naaste medewerkers van Nazarbajev, exponentieel is toegenomen.
Achter deze façade van stabiliteit is echter altijd een onloochenbare waarheid verborgen gebleven: dat de heersende klasse zwak is. Zij kan niet rekenen op de structuren van de burgerlijke democratie of de steun van een verrijkte middenklasse om haar macht te rechtvaardigen. Ze is daarom gedwongen volledig te rusten op de pure macht van het staatsapparaat en de steun van haar imperialistische beschermheren.
Dat is waarom Takajev, zodra hij voelde dat hij de steun van zowel lage als hoge leden van zijn veiligheidsdiensten aan het verliezen was, gedwongen was een “antiterroristische” campagne te verzinnen om de beweging in diskrediet te brengen en de betrokkenheid van het Russische leger te rechtvaardigen.
“Ze kunnen alle bloemen snoeien, maar de lente kunnen ze niet tegenhouden”
Nu het stof gaat liggen in de straten van Kazachstan, lijkt de toekomst van het land onzekerder dan ooit. De kloof tussen de verschillende lagen van de elite, geconcentreerd rond de figuren Nazarbajev en Takajev, verdiept zich en het politieke systeem van het land ondergaat een ongekende zuivering.
Takajev heeft alles in het werk gesteld om zijn greep op de macht te consolideren ten koste van de voormalige president, iets wat onvermijdelijk zal bijdragen aan verdere instabiliteit in het land. Die spanning uitte zich ook in de groeiende aanwezigheid van georganiseerde provocateurs in de latere stadia van de beweging. Dat opent de mogelijkheid van een gewelddadige machtsstrijd zoals in buurland Kirgizië.
Tegelijkertijd is het regime politiek nog nooit zo afhankelijk geweest van buitenlandse mogendheden, met name Rusland en China. Daardoor is het nog kwetsbaarder voor de spanningen die in heel Eurazië de kop opsteken. Zijn twee voornaamste beschermheren zullen alles in het werk stellen om de situatie in het land te stabiliseren, uit vrees dat de onrust overslaat naar de buurlanden van Kazachstan, met name Xinjiang in China en de gasrijke Siberische bezittingen van Moskou.
De omstandigheden die de arbeiders en jongeren ertoe hebben aangezet zich te mobiliseren, zullen alleen maar voortduren en verergeren naarmate het mondiale kapitalisme een nieuw tijdperk van wanorde ingaat. Zelfs de volledige macht van het Russische en Chinese imperialisme kan de lawine van de geschiedenis niet tegenhouden. Net zoals de onderdrukking van de Russische arbeidersklasse door de tsaristische militie in 1905 de weg vrijmaakte voor de revolutie van 1917, zo zullen de lessen van de massabeweging in januari 2022 belangrijk zijn voor deze nieuwe generatie strijders tegen de kapitalistische dictatuur en uitbuiting. Het is van cruciaal belang dat de arbeiders en de jongeren van de hele wereld zich solidair verklaren met deze strijd en hen steunen om verregaande conclusies te trekken over de noodzaak van een revolutionaire transformatie van de samenleving.
-
Revolutionaire explosie in Kazachstan en dreiging van militaire interventie

Olie-arbeiders in Zhanaozen op 6 januari Analyse door Sotsialisticheskaya Alternativa (ISA in Rusland)
Revolutionaire gebeurtenissen zoals die van de afgelopen dagen in Kazachstan hebben hun eigen dynamiek. Eenmaal begonnen zijn ze moeilijk te stoppen. Op dinsdagavond riep president Takajev op de televisie op tot kalmte en dialoog. Enkele uren later had hij de regering ontslagen en een nieuwe premier benoemd. Ook werden een vice-premier en een staatssecretaris aangekondigd, twee leidinggevende officieren van de KNB, de vroegere KGB. Op woensdagmiddag plunderden betogers het gebouw van de KNB in Almaty. In de nacht van woensdag op donderdag gingen de gevechten in het stadscentrum van Almaty door. Volgens berichten schoten sluipschutters vanop daken naar passerende auto’s. Volgens officiële berichten werden tientallen betogers gedood.
Woensdagavond laat doken er berichten op dat Takajev een beroep deed op de Collectieve Veiligheidsverdragsorganisatie (CVVO) om troepen te sturen om een einde te maken aan wat hij “terroristische groepen” noemde, die “uitgebreide training in het buitenland” hadden gekregen. De CVVO omvat Armenië, Wit-Rusland, Kazachstan, Kirgizië, Tadzjikistan en uiteraard Rusland. Donderdagochtend werd bekend dat de CVVO “voor een beperkte periode een collectieve vredesmacht stuurt om de situatie te stabiliseren en te normaliseren.” Er werd aan toegevoegd dat de onrust veroorzaakt was door “inmenging van buitenaf.”
Dit werd gezegd door Nikol Pashinyan, de Armeense president die zich een jaar geleden nog beklaagde over het feit dat de CVVO Armenië niet had gesteund in het conflict met Azerbeidzjan. Hij beweert de sterkste voorstander van democratie in de regio te zijn. Toch ziet hij er niets verkeerds in om troepen om een naburige dictator te ondersteunen tegen de arbeidersklasse.
Nu zijn drieduizend Russische troepen, ondersteund door tanks en zware artillerie, onderweg “om de staatsgebouwen te helpen bewaken.” Ze krijgen steun van Wit-Rusland. Tadzjikistan en Armenië die ook toezegden om troepen te sturen. Kirgizië lijkt dat te weigeren en in officiële verklaringen wordt gezegd dat zelfs als zij troepen sturen, zij niet zullen optreden tegen de betogers. De Unie van Turkse Staten heeft verklaard dat zij bereid is de Kazachse regering te helpen.
Protesten in een land zo groot als West-Europa
Er is nauwelijks een grote stad die niet door onrust is getroffen. Wat begon als protesten van oliearbeiders en hun aanhangers in Mangystau in West-Kazachstan breidde zich binnen enkele dagen uit over het 3500 km brede land. De taferelen waren opmerkelijk. In sommige steden werden politievoertuigen en -gebouwen aangevallen. Arbeiders blokkeerden de belangrijkste spoorlijnen om bewegingen van politie en troepen te verhinderen, terwijl in Taldygordan menigtes touwen rond het standbeeld van de gehate Nursultan Nazarbayev hesen en het naar beneden trokken.
In scènes die deden denken aan die van de Egyptische opstand aan het begin van de zogenaamde Arabische lente, werden in verschillende steden overheidsgebouwen bezet of in brand gestoken. In Almaty, de grootste stad, zijn het kantoor van de burgemeester, het nationale parlement, het hoofdkwartier van de KNB en het partijhoofdkwartier binnengevallen en in brand gestoken. Enkele tientallen betogers hebben de internationale luchthaven van de stad ingenomen nadat de troepen die de luchthaven beschermden, vertrokken waren.
In Atyrau juichten betogers terwijl de gehate oproerpolitie uit hun gebouw kwam en zich bij de protesten aansloot. Elders zijn er video’s van troepen die verbroederen met de betogers, of van troepen die soms en masse door de menigten worden ontwapend.

Nazarbajev’s standbeeld wordt neergehaald “Wij zijn geen terroristen”
In zo’n situatie duurt het niet lang voordat het regime de betogers de schuld geeft van geweld. De toespraken van Takajev staan nu vol met woorden als ‘terroristen’, ‘plunderaars’, ‘oproerkraaiers’, ‘criminele groepen’ en natuurlijk ‘buitenlandse agenten’. In de laatste berichten wordt nu ook gesproken over ‘islamitische extremisten’. Takajev beweert dat Almaty belegerd wordt door terroristische groeperingen.
Het Russische staatsjournaal toont bloedstollende beelden uit Kazachstan waarin melding wordt gemaakt van het sturen van troepen en waarin alles wordt toegeschreven aan ‘islamitische extremisten’ en een ‘buitenlandse interventie’. Zonder melding te maken van de dood van tientallen vreedzame betogers, meldt het Russische nieuws dat dertien politieagenten zijn omgekomen – van wie er twee zijn onthoofd!
Zelfs sommige linkse sites zijn voor de propaganda gevallen. Eén site meldt: “Een groep betogers heeft het vuur geopend op de troepen van de Nationale Garde buiten het administratiegebouw van Almaty. Er zijn enkele gewonden onder de veiligheidstroepen … Betogers plunderden … Oppositieleden hebben veel wapens.” Vervolgens worden de statistieken van het regime over de aan eigendommen toegebrachte schade herhaald, maar er wordt met geen woord gerept over de tientallen betogers die zijn gedood, of over de manier waarop provocateurs worden ingezet.
De werkelijke situatie wordt beschreven door een correspondent uit Almaty: “Bij het naderen van het plein waren betogers vuilnis aan het verzamelen, aan het opruimen na de nachtelijke pogrom … alles rondom was rustig, afgezien van een paar provocateurs, die probeerden een conflict te creëren … in de hoek was een coördinator haastig een team van activisten aan het samenstellen om eisen op te stellen – tegen de interventie van de CCVO, tegen het afsluiten van het internet, niet schieten op burgers, aftreden van de regering en vorming van een voorlopige regering, vrijlaten van politieke gevangenen, oprichten van een ploeg om voor discipline te zorgen en plunderaars te bestrijden.”
Twintig minuten later opende de politie zonder waarschuwing het vuur, waarbij ten minste één twintiger om het leven kwam. Dit is de reden waarom sommige betogers nu borden dragen met de tekst “Wij zijn gewone mensen, wij zijn geen terroristen.”
Ook internationale organisaties waarschuwen voor geweld, alsof de schuldigen aan beide kanten staan. De Europese Unie roept “alle betrokkenen op zich verantwoordelijk en terughoudend op te stellen en zich te onthouden van acties die tot een verdere escalatie van het geweld kunnen leiden,” terwijl pro-kapitalistische media zinnen gebruiken als “gewelddadige botsingen tussen betogers en politie en leger duren voort.” Allemaal zetten ze in het beste geval de twee partijen op gelijke voet, meestal geven ze de betogers de grootste verantwoordelijkheid voor het geweld. Het geweld is nochtans de verantwoordelijkheid van de Kazachse staat.
Wie zit er achter de ‘plunderingen’?
Tokajev beweert dat ‘terroristen’ gebouwen en infrastructuur bezetten, waaronder “lokalen waar zich handvuurwapens bevinden.” Wat hij niet zei was dat de belangrijkste bron van wapens het hoofdkwartier van de KNB was, en dat vlak voor de inval degenen die zich in het gebouw bevonden te horen kregen dat ze voor de nacht naar huis moesten gaan – een vreemd bevel in het midden van een opstand. Dit is slechts één voorbeeld van wat het werk van provocateurs lijkt te zijn. In andere steden zijn er berichten dat de betogers vreedzaam verliepen totdat groepen onbekenden zich aan het eind aansloten om aanvallen te beginnen.
In Almaty zelf wordt in persberichten beweerd dat de betogers overdag slogans scandeerden, maar dat zij bij hun vertrek werden vervangen door mannen in sportoutfits, en dat om de één of andere vreemde reden de politie zich terugtrok terwijl zij winkels aanvielen. Op persfoto’s van panden die zogenaamd geplunderd waren, was te zien dat er ruiten waren ingeslagen, maar dat er niets was gestolen. Dit is een tactiek die in dit deel van de wereld al vaker is toegepast, zowel tijdens de kleurrevolutie in Kirgizië, de Russische interventie in Oekraïne, als tijdens de revolutionaire gebeurtenissen in Wit-Rusland. Het geweld van deze provocateurs wordt als voorwendsel gebruikt om de betogers aan te vallen.
Wat zit er achter de protesten?
Oppervlakkig gezien was de directe aanleiding voor de protesten de verhoging van de gasprijs, een besluit dat de regering snel weer heeft ingetrokken. In werkelijkheid is de ontevredenheid die zich in de loop van tientallen jaren heeft opgebouwd, maar door de pandemie tot uitbarsting is gekomen, nu geëxplodeerd.
Harde quarantainemaatregelen hebben de inkomens drastisch aangetast. De arbeidersklasse heeft reeds lang te lijden onder brutale neoliberale aanvallen op hun levensstandaard. In Mangystau werden eind vorig jaar tienduizenden oliearbeiders ontslagen. Zij hebben het afgelopen jaar gezelschap gekregen van delen van de middenklasse nu hun inkomens minder stabiel zijn gebleken en de kredietvoorwaarden verslechteren. Het deel van de bevolking dat gelooft dat de economische situatie zal verbeteren, is gedaald van 50% in 2019 tot 30% nu. De ontevredenheid wordt verergerd door de wijdverspreide corruptie en repressie door de staat.
Het uiterlijk machtsvertoon laat anders uitschijnen, maar net als de Russische en Wit-Russische, is het Kazachse regime op instabiele en beperkte fundamenten gebaseerd. Deze regimes hebben alle oppositiekrachten die ontevredenheid kunnen kanaliseren, uitgeroeid en alle macht en middelen geconcentreerd in de handen van een zeer kleine heersende elite. Figuren die mogelijk aan het hoofd zouden staan van burgerlijke oppositiekrachten, zoals voormalig premier Akezhan Kazhegeldin of de oligarch Mukhtar Ablyazov, die strafrechtelijk vervolgd worden, zijn gedwongen te emigreren. Elke poging om onafhankelijke vakbonden op te richten is met geweld de kop ingedrukt.
De rol van Nazarbajev
Nursultan Nazarbajev, voormalig leider van de Kazachse communisten in de Sovjettijd, en vervolgens president van de Republiek Kazachstan trad in 2019 terug uit die functie, maar op geen enkele manier gaf hij de hefbomen van de macht uit handen. Hoewel Tokajev president werd, bleef Nazarbajev voorzitter van de Veiligheidsraad en behield hij de controle over grote participaties van de overheid in met name de olie- en gasbedrijven. De meeste personen die hoge posten in de staatsstructuren bekleden, zijn nog steeds trouw aan hem.
Als er een conflict is binnen het regime, dan is dat omdat Takajev er niet in geslaagd is zijn eigen steun binnen het regime op te bouwen. Het Russische persbureau RBK merkt op: “Het staatsapparaat is [hierdoor] gedestabiliseerd, vooral op topniveau, met het gemanoeuvreer van hooggeplaatste chinovniks tussen de ‘Akorda’ [de residentie van de president] en de ‘Bibleoteka’ [het kantoor van Nazarbajev] en dit heeft een negatief effect gehad op alle werkterreinen van de Kazachse staat en samenleving. Dit werd vooral duidelijk in 2020 op het hoogtepunt van de pandemie.”
De aankondiging van Tokajev op woensdag dat hij nu het voorzitterschap van de Veiligheidsraad overneemt, betekende een zware klap voor de macht van Nazarbajev. Het bracht de massa’s echter niet tot bedaren die, hoewel zij “Shal, ket!” hadden geroepen – “Weg met de oude man” (soms riepen ze in het meervoud: ‘weg met de oude mannen’). Dit is de basis voor de door sommigen geopperde suggestie dat de in Almaty actieve ‘plunderaars’ leden waren van door Nazarbajev gecontroleerde sportclubs, gebruikt als waarschuwing aan Takajev om niet te ver te gaan.
Leidersvacuüm
Dit zou natuurlijk niet mogelijk zijn als de protesten een duidelijk leiderschap en duidelijke eisen hadden. Verschillende politieke krachten proberen zich op te werpen als leider van de beweging, van rechtse Kazachse nationalisten tot de verbannen oligarchen, zoals Ablyazov, die beweerde dat hij dit al jaren aan het voorbereiden is! Verschillende aanhangers van het regime beweren dat zij het organiserende centrum van de protesten in Kiev hebben gevonden, of ergens in Europa, of in het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken.

Brief van VS met volledige steun aan Kazachse regering De leider van de Russische ‘Communisten’ Gennadi Zjoeganov beweert dat dit het werk is van “de krachten die een hybride oorlog tegen Rusland hebben uitgeroepen”, terwijl de communistische plaatsvervanger Renat Suleimanov het gebruik van Russische troepen om de protesten neer te slaan rechtvaardigt omdat “als de situatie in dit land [Kazachstan] gedestabiliseerd wordt, Rusland met een ernstige bedreiging geconfronteerd zal worden.”
De rol van de arbeidersklasse
Het blijft echter een feit dat de best georganiseerde en duidelijkste oproepen afkomstig zijn van de arbeidersbeweging in Mangystau, en Zhanaozen in het bijzonder. Zelfs de Akim [burgemeester] van de stad moest voor een bijeenkomst van 7 tot 1.000 oliearbeiders en sympathisanten de aanwezigen bedanken voor hun vreedzame acties. Hij gaf wel toe dat er politie in burger aanwezig was in de menigte “om de veiligheid te beschermen.”
De arbeiders daar hebben een lijst van 5 eisen opgesteld. Deze zijn:
- Een verandering van regime met het aftreden van de president en alle staatsambtenaren;
- Herstel van vrije verkiezingen voor regionale en stedelijke Akims;
- Herstel van de [burgerlijk-democratische] grondwet van 1993, en alle vrijheden die daarmee gepaard gaan;
- Een einde aan de onderdrukking van alle burgeractivisten;
- Overdracht van de macht aan een persoon, die geen deel uitmaakt van het huidige systeem of regeringskringen, en die de revolutie erkent.
Zij kozen ook een ‘Sovjet van oudsten’ om de activiteiten te coördineren.
Natuurlijk zijn deze eisen verwarrend en lang niet zo duidelijk als wat de oliearbeiders van Zhanaozen tien jaar geleden eisten. Maar zij geven duidelijk aan dat de betogers een einde willen maken aan het oude regime en een democratische samenleving willen. Op zijn minst zouden wij zeggen dat in plaats van een abstracte “overdracht van de macht aan een persoon die onafhankelijk is van…” er een oproep moet komen tot de oprichting van een echte en democratische partij van arbeiders en armen om de macht over te nemen, dat er eisen moeten worden gesteld die verband houden met de economische situatie – prijzen enz. en dat de olie- en gassector moet worden genationaliseerd onder toezicht van de arbeiders. Een ‘sovjet van ouderen’ is een traditionele eis, maar zou moeten worden vervangen door een comité van gekozen vertegenwoordigers van arbeiders, armen, gepensioneerden, enz.
Vergeleken met de zeer spontane en kortstondige onafhankelijke actie van arbeiders tijdens de opstand in Wit-Rusland, is de arbeidersklasse in Kazachstan beter georganiseerd, wat blijkt uit een golf van stakingen, niet alleen in de olie- en gasvelden, maar ook in gigantische bedrijven als KazakhMys en ArcelorMittal.
Pogingen tot racistische verdeeldheid
Tien jaar geleden namen de stakers van Zhanaozen een principieel standpunt in tegen diegenen die probeerden hen op te splitsen op basis van nationaliteit. Op belangrijke momenten tijdens de staking gingen er in het parlement van Kazachstan stemmen op om de rechten van Russisch-taligen in te perken. Op andere momenten werden de stakers ervan beschuldigd Oralmen te zijn, dat wil zeggen etnische Kazakken die tijdens de Sovjettijd in andere republieken of landen hadden verbleven en pas na de ineenstorting van de Sovjet-Unie waren teruggekeerd. Hoewel de overgrote meerderheid van de stakers toen Kazaks waren en de taal spraken, weigerden zij een splitsing te aanvaarden.
Vandaag passen de tegenstanders van de protesten dezelfde tactiek toe. In liberale kringen, en soms ook in zogenaamd linkse kringen, worden de protesten uitgelegd als het werk van ‘mambets’. Dit is een beledigende term voor de niet-Russisch sprekende, Kazachse jongeren uit plattelandsgebieden – die, zo suggereert het woord, onbeschaafde, ongeschoolde red-necks zijn. In de afgelopen twee decennia zijn veel Russisch-taligen, die de meerderheid van de fabrieksarbeiders vormden, naar Rusland teruggekeerd. Hun plaats is ingenomen door jonge Kazakken, van wie velen naar de steden zijn gedreven door de ineenstorting van de plattelandseconomie. Zij vormen nu de ruggengraat van de georganiseerde en militante arbeidersklasse die er in Kazachstan is.
In Russische nationalistische kringen wordt dit natuurlijk gezien als een kans om de invloed van het Kremlin in Centraal-Azië uit te breiden. Een afgevaardigde van Poetins partij heeft zelfs gesuggereerd dat er in Kazachstan een referendum moet komen om met Rusland te fuseren. Anderen speculeren dat Poetin van de gelegenheid gebruik kan maken om in te grijpen onder het voorwendsel van de verdediging van de etnische Russen die in het land wonen. Maar deze opstand is een nare schok voor het Kremlin. Het heeft al te maken gehad met Wit-Rusland, en staat voor een krachtmeting over Oekraïne.
Als het zou ingrijpen “ter verdediging van etnische Russen”, zou het beperkt blijven tot een paar regio’s langs de noordelijke en oostelijke grenzen. Het zou zich afsnijden van 80-90% van de regio’s waar slechts een zeer klein percentage Russen woont, met inbegrip van de belangrijkste olie- en gasvelden. Als dit gebeurt, zou de anti-Russische stemming onder de Kazakken no sterker worden. Dit zou de kans groter maken dat het land meer onder Chinese bescherming komt te staan.
Uit vrees dat de ontevredenheid overslaat naar Rusland, heeft het Kremlin zich al genoodzaakt gezien in te grijpen om de centrale regering overeind te houden. Net als in Wit-Rusland zal degene die aan de macht blijft, meer in het krijt staan bij het Kremlin. Tegelijkertijd zal Rusland, door de kant van dit impopulaire regime te kiezen, merken dat de meerderheid van de Kazakken nog vijandiger tegenover het Kremlin zal staan dan nu al het geval is. Tenzij de Russische “vredestroepen” snel worden teruggetrokken, zullen de Kazakken de troepen na verloop van tijd als bezetters gaan beschouwen.
Welke weg vooruit?
Op een bepaald moment zal er een doorbraak moeten komen voor de ene of de andere partij in deze beweging. Het ergste zou zijn dat de beweging zich terugtrekt en dat de politie en het leger, gesteund door de CCVO-troepen, de orde en de status quo herstellen. Er zijn al veel doden gevallen, overwegend door de staatstroepen. Als dit zou gebeuren, zullen de kleine concessies die zijn toegezegd worden teruggedraaid en zal de repressie toenemen.
Als de beweging zich verder kan ontwikkelen, zou zij meer toegevingen kunnen afdwingen. Daartoe moet zij beter georganiseerd zijn, met democratisch gekozen structuren om de activiteiten te coördineren en te leiden, en met duidelijk omschreven eisen.
Binnen Kazachstan zou een sleutelrol kunnen worden gespeeld door de stakingen uit te breiden tot een nationale algemene staking die bijvoorbeeld gezamenlijk door de olie-arbeiders en die bij KazachMys en Arcelor-Mittal zou kunnen worden uitgeroepen. Op internationaal vlak zou navolging van het voorbeeld van het protest in Kirgizië tegen deelname aan de acties van de CCVO een einde kunnen maken aan de militaire interventie ter ondersteuning van de regering.
Indien de beweging er dan in slaagt Takajev en Nazarbajev uit hun ambt te verdrijven, rijst de vraag wie en wat hen moet vervangen. Een groep werkenden heeft eisen gesteld die, afgezien van het aftreden van de regering en de vrijlating van alle politieke gevangenen, een verlaging van de prijzen van essentiële goederen en nutsvoorzieningen omvatten; een verlaging van de pensioenleeftijd tot 58/60 jaar; een algemene loonsverhoging; de afschaffing van outsourcing van genationaliseerde bedrijven; een verhoging van de minimumpensioenen en kinderopvang.
Wij steunen al deze eisen, maar hoe zullen zij worden verwezenlijkt? Ten eerste kan geen van de huidige oppositieleiders, zoals Ablyazov of Kazhegeldin, daarvoor instaan. Niet alleen zijn zij aanhangers van het kapitalistische systeem. Zij hebben reeds aangetoond dat zij aan de macht niet anders zijn. Zij zorgen voor de elite ten koste van de gewone mensen. Als er een nieuwe regering komt en deze eisen wil realiseren, dan moet deze bereid zijn om de rijkdommen van de elite te onteigenen. Het gaat om de olie, het gas, de grote bedrijven en de waardevolle natuurlijke grondstoffen. Deze moeten genationaliseerd worden onder democratische controle van de arbeiders.
Wat de uitkomst van de komende dagen ook zal zijn, er rijzen twee vragen. Is het mogelijk om de in Zhanaozen gedemonstreerde organisatie te versterken op een democratische en permanente basis, en de beweging van de werkenden nationaal uit te breiden? Is het mogelijk om de arbeidersbeweging te politiseren met een socialistisch programma, waarvoor als eerste stap de vorming van een sterke revolutionaire socialistische organisatie in Kazachstan nodig is? International Socialist Alternative meent dat het antwoord telkens ja is. Het is niet alleen mogelijk, maar ook absoluut noodzakelijk. Wie het daarmee eens is, roepen we op om lid te worden.
-
Massaal protest dwingt regering van Kazachstan af te treden

2022 is nog maar net begonnen en nu al hebben massale protesten het aftreden van een regering afgedwongen.
Door verslaggevers van Sotsialisticheskaya Alternativa (ISA in Rusland)
Protesten tegen prijsstijgingen die op 1 januari begonnen in Mangystau, West-Kazachstan, verspreidden zich snel over het land met betogingen in onder meer Zhanaozen, Aktau, Aktobe, Taraz, Chimkent, Karaganda, Uralsk en de hoofdstad Astana, nu omgedoopt tot Nur-Sultan.
Na een betoging van duizenden mensen op het centrale Plein van de Republiek in Almaty gonsde het in de grootste stad van het land van het geluid van stungranaten en gemilitariseerde politievoertuigen. Er zijn berichten over schoten op betogers, mogelijk met rubberen kogels in ten minste twee steden. Op een video uit Almaty is te zien hoe pantserwagens zich terugtrekken voor betogers, terwijl in Aktau wordt gemeld dat de oproerpolitie zich bij de betogers voegt.
In de avond van 4 januari sprak president Kasym-Zhomart Tokaev het land toe en riep hij op tot “redelijkheid.” Hij waarschuwde de mensen om geen steun te geven aan “provocateurs” en “extremisten.” Bij het krieken van de dag op 5 januari kondigde hij aan dat hij de hele regering opdracht gaf af te treden en benoemde hij de voormalige vice-premier Alikhan Smailov tot waarnemend premier, en twee leiders van het Comité voor Nationale Veiligheid (KNB) tot vice-premier en staatssecretaris. Tegelijkertijd kondigde hij voor twee weken de noodtoestand af voor grote delen van het land, waaronder Almaty en de olie- en gasregio’s van Mangystau.
Internet, telegram en sociale netwerken zijn in het hele land gesloten.
De regio van Mangystau is al maandenlang het toneel van stakingen door verschillende groepen oliearbeiders. Deze regio heeft misschien wel de sterkste traditie van militante arbeidersbeweging in de gehele voormalige Sovjet-Unie na de zeven maanden durende staking van oliearbeiders, die tien jaar geleden met bruut geweld werd onderdrukt.
De laatste druppel die in Mangystau tot een algemeen protest leidde, was de aankondiging voor het nieuwe jaar dat de gasprijzen verdubbelen van 60 tot 120 tenge (11/22 eurocent) per liter. Dit heeft de bewoners van de regio, die het gas uit de grond pompen, meer dan woedend gemaakt. Omdat de regionale regering aanvankelijk weigerde aan de eis van lagere prijzen te voldoen, begonnen de betogers een verdubbeling van de lonen te eisen. De betogers wezen erop dat de prijzen van alle essentiële goederen, nutsvoorzieningen en belastingen snel stijgen, terwijl de heersende elite haar reeds obscene rijkdom verder vergroot.
Toen duidelijk werd dat de autoriteiten niet op de eisen zouden ingaan, namen de betogingen toe en verspreidden zij zich over de hele regio en vervolgens over het hele land. De belangrijkste spoorlijn naar het westen werd geblokkeerd en vluchten van de luchthaven van Almaty werden geannuleerd.
Er zijn nu veel berichten dat vooral jongere betogers zijn geradicaliseerd en roepen “Shal, ket!” – “Opa – ga!”. Deze eis raakt de echte wortel van het post-Sovjetregime, aangezien hij gericht is tegen Nursultan Nazarbajev, die eerder is afgetreden als president maar de werkelijke macht in handen houdt als ‘Leider van de Natie’.
De situatie op het moment dat dit artikel wordt geschreven, is dat president Takajev heeft bevolen dat de gasprijs gedurende zes maanden wordt verlaagd tot 60 tenge per liter, dat de staat de prijzen van gas, benzine en andere sociaal noodzakelijke producten zal reguleren, dat hij de huren voor arme gezinnen zal subsidiëren en een moratorium zal instellen op prijsstijgingen van nutsvoorzieningen. Hij belooft een speciaal fonds op te richten om de gezondheidszorg en de armoede onder kinderen aan te pakken. Hij waarschuwt er echter voor dat de verlaging van de gasprijs tijdelijk moet zijn, omdat de prijs op de wereldmarkt veel hoger ligt.
Of dit genoeg is om de protesten tot bedaren te brengen, moet nog blijken. Gezien de staat van dienst van de heersende elite zullen deze beloften waarschijnlijk loze woorden blijven. De woede is erg groot, en betreft niet alleen de prijzen. In december werden bijvoorbeeld alleen al in de regio Mangystau 30.000 oliearbeiders werkloos. Er is veel verontwaardiging over de voortdurende gevangenneming van politieke tegenstanders, waaronder veel vakbondsleden. De stakingen verspreiden zich over de regio en naar verluidt hebben zij de omvang van een regionale algemene staking bereikt.
Natuurlijk zeggen het regime zelf en zijn aanhangers in het Kremlin en het Wit-Russische regime dat dit een door het Westen uitgelokte ‘kleurrevolutie’ is. Spreekbuizen van het Russische regime beweren dat de protesten georkestreerd en gepland zijn. Zij noemen de oligarch in ballingschap Mukhtar Ablyazov als verantwoordelijke, en suggereren dat zij zijn georganiseerd om de voor volgende week geplande onderhandelingen tussen Rusland en de NAVO over Oekraïne te ondermijnen. Dit is natuurlijk niet meer dan de zoveelste samenzweringstheorie, verspreid door het regime met de bedoeling de steun voor de protesten te ondermijnen.
Het protest roept ondertussen de vraag op wat er in de plaats moet komen van ‘Opa’ Nazerbajev en het systeem dat hij opbouwde om niet alleen zijn belangen te verdedigen, maar ook die van de bedrijven die hem steunen. De stakers die tien jaar geleden bij de oliestaking in Zhanaozen betrokken waren, trokken verregaande politieke conclusies: zij riepen op tot de nationalisatie van de oliemaatschappijen onder arbeiderscontrole. In november 2011 richtten de stakers een verenigd arbeiderscomité op voor de hele regio, dat opriep tot een boycot van de parlementsverkiezingen wegens hun gebrek aan vertrouwen in de huidige politieke partijen en tot de oprichting van een nationale vereniging van strijdbare vakbonden met een eigen politieke partij.
De brute repressie die volgde op het bloedbad van Zhanaozen leidde tot een periode van terugtrekking van de arbeidersbeweging. Nu het protest een nationale omvang krijgt, is de tijd gekomen om deze kwesties weer op de agenda te zetten.
-
Wat wij in 2012 schreven over ‘KazachGate’
Voormalig Senaatsvoorzitter en kopstuk van de liberale partij MR Armand De Decker ligt opnieuw onder vuur omwille van zijn rol in de verdediging van rijke Kazachse oligarchen. Hij trad op als hun advocaat maar tegelijk duwde hij in het parlement een wetsvoorstel door waardoor strafrechtelijke vervolgingen kunnen afgekocht worden. De eersten die een vervolging wegens corruptie konden afkopen (en neen, dit is geen satirische site: in België kan dat effectief!) waren de Kazachse vrienden van De Decker. Kritiek op zijn vrienden duldt De Decker niet. Dat ondervonden wij in 2012 bij een solidariteitsactie voor de Kazachse ambassade in Ukkel. De politie was toen wel heel snel ter plaatse. Het hoofd van die politie was niemand anders dan de lokale burgemeester, Armand De Decker.
[divider]
Aan de ambassade gaf niemand thuis, ze wisten blijkbaar wie er voor hun deur zou staan en weigerden onze argumenten te aanhoren. Integendeel, de ambassade gebruikte haar lokale contacten met de burgemeester om de politie op de actievoerders af te sturen en daar met GAS-boetes van 250 euro per deelnemer te dreigen. We waren amper aan de ambassade toen er een tiental agenten present gaven waaronder ook een verantwoordelijke van de lokale politie.
Protesteren tegen een dictatoriaal regime mag in Ukkel enkel na voorafgaande toelating door de burgemeester. Na het inbedden van journalistiek wil men nu ook protest inbedden. Het mag, maar alleen indien er toelating van bovenaf is. Zoniet wordt met GAS-boetes gedreigd. De verantwoordelijke van de politie probeerde zich te verdedigen: “Kinderen moeten het toch ook vragen vooraleer ze iets mogen doen”. Zo weten we meteen hoe onze democratische rechten in deze kringen worden ingeschat.
De beslissing om de actie te stoppen, kwam van burgemeester Armand De Decker (MR) die hoofd is van de lokale politie. Ongetwijfeld deed die enkel wat zijn vrienden op de ambassade vroegen. De nauwe banden tussen De Decker en het regime van Kazachstan bleken eerder dit jaar nog. Het Franse blad ‘Le Canard Enchaîné’ maakte gewag van een schandaal – ‘ Kazachgate’ – met De Decker in een hoofdrol.
De Kazachse president Nazarbajev wilde een lucratief contract sluiten met het Franse luchtvaartbedrijf EADS. Nazarbajev stelde bij de Franse president Sarkozy voorwaarden, waaronder de buitenvervolgingstelling van drie van zijn vrienden die in België werden vervolgd omwille van corruptie in het Tractebel-dossier (er was sprake van banden met de georganiseerde misdaad en betaling van smeergelden voor het binnenhalen van het contract van Tractebel in Kazachstan). Onder de drie vervolgde Kazachen bevond zich ook de miljardair Patakh Chodiev. Druk zetten op het Belgische gerecht volstond niet en dus kwam er een wettelijk initiatief.
Het blad ‘Le Canard Enchaîné’ stelde dat raadgevers van Sarkozy contact opnamen met de vicevoorzitter van de Senaat, Armand De Decker, om het wetsvoorstel rond de uitbreiding van de strafrechtelijke minnelijke schikking sneller door het parlement te krijgen zodat de Kazachse vrienden van Nazarbajev er gebruik van zouden kunnen maken. Het wetsvoorstel werd op sneltempo door de parlementen gejaagd: op 11 februari 2011 werd het voorstel in de Kamer ingediend, op 17 maart werd het daar aangenomen, op 18 maart werd het naar de Senaat gestuurd maar daar werd de bespreking al vroeger gestart, op 14 april werd het goedgekeurd in de Senaat. Op 16 mei 2011 was de wet al in voege. De Decker ontkent dat hij is tussengekomen bij de stemming van de wet, maar het is toch opvallend hoe ‘onverwijld’ werd opgetreden. Een pittig detail: De Decker nam ook als advocaat deel aan de verdediging van Chodiev. Eind juni 2011 waren Chodiev en zijn kompanen de eersten die gebruik maakten van de minnelijke schikking in hun strafzaak door 23 miljoen euro te betalen. Enkele dagen later ondertekende Nazarbajev een contract waarbij 45 helikopters werden besteld bij EADS. Sarkozy glunderde bij de ondertekening van dit contract.
Dezelfde Armand De Decker gaat nu over tot het stoppen van een protestactie aan de ambassade van Kazachstan in Brussel, ongetwijfeld nadat hem dit door de ambassade werd gevraagd. Terwijl rijke fraudeurs beschermd worden door De Decker, wordt iedere vorm van protest tegen de meest dictatoriale elementen uit die fraudeursclub van superrijken de kop ingedrukt. Tegelijk wordt aangetoond hoe GAS-boetes niet zozeer ingevoerd zijn om sluikstorten en andere vormen van overlast aan te pakken, maar om iedere vorm van protest te beperken tot het kader waarbinnen het van bovenaf wordt toegelaten. Terwijl rijke fraudeurs nieuwe rechten en mogelijkheden krijgen, worden onze democratische rechten aan banden gelegd.
De corrupte dictator van Kazachstan en zijn vrienden kunnen op de solidariteit van het politieke establishment in Europa rekenen. De voormalige Britse premier Tony Blair werd raadgever van Nazarbajev, de Franse president Sarkozy speelde loopjongen voor Nazarbajev door met De Decker en co de Belgische wetgeving te veranderen. Klassensolidariteit is geen loos begrip bij het establishment. Maar het is dat ook niet langs de kant van de arbeidersbeweging. Een jaar na het bloedbad van Zhanaozen zijn wij het geweld niet vergeten en blijven we de solidariteit tegen repressie en onderdrukking organiseren. De tegenkantingen die we daarbij ondervinden vanwege de lokale vrienden van Nazarbajev zullen ons daarbij niet stoppen.
-
Asiel. De ene Kazach is niet de andere…

Betoging van mensen-zonder-papieren op 3 mei Op de betoging van de mensen-zonder-papieren van 3 mei ontmoetten we Yalkun (fictieve naam), een jonge kerel die met twee voeten stevig in het leven staat. Hij vroeg informatie aan onze stand en we begonnen te discussiëren. Zijn vader was politiek actief in het grensgebied tussen Kazachstan en Xingjiang. Het leidde tot vervolging en het gezin moest vluchten. Terwijl geweten is dat mensen van de Oeigoerse minderheid waartoe Yalkun en zijn familie behoren gediscrimineerd en vervolgd worden, weigert de Belgische overheid hen asiel te geven.
Artikel door Liesbeth en Geert
De ene Kazach is de andere niet. In 1997 werd de Kazachse miljardair Chodiev op spoedtempo Belg, hij kreeg daarvoor steun van liberale vrienden zoals Serge Kubla. Terwijl het gezin waar wij mee spraken vervolgd wordt door een corrupt en repressief regime, werd Chodiev in ons land vervolgd wegens corruptie. Chodiev kocht dit proces in België af, hij maakte als eerste gebruik van de wet waardoor strafvervolging kan afgekocht worden. Met senaatsvoorzitter Armand De Decker als een van zijn advocaten was dat geen probleem. Voor het Oeigoerse gezin daarentegen dreigt de uitwijzing. Er wordt hen zelfs gezegd dat het bewijsmateriaal in het dossier in twijfel wordt getrokken omwille van de breed verspreide corruptie in Kazachstan… De constante angst en onzekerheid waarbij het gezin niet weet of het volgende maand nog in België kan blijven, weegt zwaar door.
De Oeigoeren vormen een onderdrukte bevolking die vooral in de Chinese regio Xingjiang leeft, maar ook in Kazachstan en andere landen. Deze bevolking werd internationaal bekend met de opstand in Xingjiang in 2009, een uitbarsting van woede en protest tegen de aanhoudende onderdrukking. Het Chinese regime beantwoordde de opstand met brutale repressie. Heel wat Oeigoeren sloegen op de vlucht, onder meer naar Kazachstan. Dit versterkte de discriminatie in dat land. Omwille van economische banden met China stapt de Kazachse dictatuur volledig mee in het verhaal dat Oeigoeren die voor hun rechten opkomen allemaal fundamentalistische jihadisten en terroristen zijn.
Dat komt bovenop de reeds bestaande discriminatie waardoor Oeigoeren in Kazachstan geen kans maken om hoger op de sociale ladder te klimmen. Reeds in 2001 werd geprotesteerd tegen de uitwijzing van 33 Kazachse Oeigoeren uit ons land. Sindsdien werd de situatie enkel erger, zeker na 2009. En dat tegen een achtergrond van een dictatoriaal bewind waarin vrijheid van meningsuiting of organisatie onbestaande is. Mensenrechtenactivisten zoals Vadim Kurashim, een lid van de Socialistische Beweging Kazachstan, worden ongenadig vervolgd. Het regime van president Nazarbajev werd door tal van mensenrechtenorganisaties aangeklaagd. Dat het gezin waar wij mee spraken bewijzen kon voorleggen van vervolging en geweld, werd door de Belgische asielinstanties zomaar aan de kant geschoven.
In tegenstelling tot Oeigoeren uit China maken die uit Kazachstan weinig kans op asiel in ons land. Nochtans zijn de problemen dezelfde en loopt ook het gezin waar wij mee spraken enorme gevaren bij een eventuele terugkeer. In plaats van mensen die ernstige risico’s lopen bescherming te bieden en jongeren zoals Yalkun hier hun toekomst te laten uitbouwen, worden ze tot onzekerheid veroordeeld. Voor rijke fraudeurs zoals Chodiev wordt de rode loper uitgerold, maar vervolgde en gediscrimineerde Oeigoeren uit hetzelfde Kazachstan worden met uitwijzing bedreigd.
Wij steunen de eis van een algemene regularisatie van mensen-zonder-papieren. In het geval van dit gezin met schoollopende kinderen is dit bijzonder dringend.
-
Protest tegen bezoek Kazachse dictator aan ons land
Enkele LSP-leden namen vandaag deel aan een kleine actie tegen het bezoek van de Kazachse dictator Nazarbajev aan het Europese Parlement. De actie ging uit van een NGO.
Het bezoek van Nazarbajev komt er net op het ogenblik dat het onderzoek naar een corruptiezaak rond de voormalige Franse president Sarkozy terug in de actualiteit is gekomen. In 2010 werden helicopters aan het Kazachse regime verkocht waarbij geheime commissies werden betaald. Sarkozy zou onder meer tussen gekomen zijn om in België in 2011 sneller de afkoopwet bij criminele vervolgingen door het parlement te krijgen. Bij de stemming van die wet dacht iedereen dat de diamantlobby er achter zat, maar de eerste toepassing ervan was door een vertrouwenspersoon van Nazarbajev, de zakenman Chatok Chodiev, en twee medestanders. Ze kochten hun vervolging af voor 23 miljoen euro. Het toppunt van corruptie is nog steeds om een corruptieproces af te kopen…
In de krant Le Monde stelt FDF-voorzitter Olivier Maingain dat de liberale ondervoorzitter van de Senaat Armand De Decker op de hoogte was van de zaak en dat de liberale partijen zouden aangedrongen hebben op de snelle vaart achter de afkoopwet. Hij voegt er, als ervaringsdeskundige die jarenlang met zijn FDF tot de MR behoorde, aan toe dat er nauwe banden zijn tussen Sarkozy en de liberalen in ons land.
Terwijl het Kazachse regime overgaat tot de vervolging van iedere vorm van oppositie en niet aarzelt om zoals enkele jaren terug arbeidersprotest gewelddadig en bloedig de kop in te drukken, wordt in ons land de rode loper uitgerold voor de dictator die aan het hoofd van dit regime staat. De partij van de nieuwe premier deed er volgens zijn voormalige medestander Maingain alles aan om een geval van corruptie niet tot een veroordeling te laten leiden. Het geeft aan waar de prioriteiten van de rechtse politici – en daar rekenen we ook ‘sociaaldemocraten’ zoals Tony Blair toe die zich laten betalen om Nazarabajev advies te geven – liggen.
Wij zijn al jarenlang betrokken bij protest tegen het Kazachse regime en zullen daar een rol in blijven spelen. Met Campaign Kazakhstan komen we op voor democratische rechten en voor internationale solidariteit met de arbeidersbeweging.
-
Discussie in Iers parlement over mensenrechten in Kazachstan
Vadim Kurashim is een Kazachse mensenrechtenactivist en lid van de Socialistische Beweging Kazachstan. Hij werd op basis van valse beschuldigingen opgesloten in de gevangenis. Het dictatoriale regime van Kazachstan heeft hem vervolgd omdat hij zich uitsprak tegen corruptie. We voeren al langer campagne om Vadim vrij te krijgen en gebruiken daar alle mogelijke fora voor. In het Ierse parlement bracht de socialistische verkozene Joe Higgins het lot van Vadim onder de aandacht waarop de minister zich moest uitspreken.
-
De goelags van Kazachstan vandaag
De afgelopen weken zonden verschillende radiozenders van BBC een reportage uit over de actuele goelags in Kazachstan (hier kan je de reportage herbeluisteren: ‘Docs: Kazakhstan’s living Gulags 15 Aug 2013’). Daarin werd een beeld geschetst van martelingen, verkrachtingen en moorden in de gevangenissen en ‘strafkolonies’ in Kazachstan.
Er wordt een gedetailleerd beeld gegeven van het gevangenisleven in Kazachstan. Dat beeld bevestigt wat we eerder naar buiten brachten met Campaign Kazachstan, vooral in het kader van de vervolging van mensenrechtenadvocaat Vadim Kuramshin. Die durfde het aan om zich tegen de gruwel uit te spreken en werd van antwoord gediend met een veroordeling. In de reportage werd ook gewezen op andere advocaten die net als Vadim achter tralies terecht kwamen. Vadim zit momenteel in een strafkolonie. Op basis van in kaart gezette feiten werd hij tot 12 jaar veroordeeld. Nochtans werd zijn vervolging aanvankelijk unaniem verworpen door een jury.
We hebben ook al bericht over de activist en schrijver Aron Atabek die tot 18 jaar celstraf werd veroordeeld omdat hij inging tegen de afbraak van de huizen in de krottenwijken van Shanyrak in de buurt van Almaty. Hij werd in eenzame opsluiting gehouden voor ondraaglijk lange periodes. Vaak kreeg hij zelfs niet eens pen en papier. In enkele gedichten die naar het Engels vertaald werden, vergelijkt hij zijn ervaring met die van zijn vader die in de meest beruchte strafkampen onder Stalin in dezelfde regio zat.
De correspondent van de BBC in Centraal Azië, Rayban Demytrie, bevindt zich in Karaganda, het “industriële centrum van Kazachstan maar ook het centrum van een uitgebreid netwerk van werkkampen uit de Sovjettijd.” Ze bezoekt het museum op de site van Karlag (Karaganda straf- en werkkamp) – het grootste concentratiekamp onder Stalin met maar liefst 800.000 gevangenen. Ze ziet er een lijst van 31 vormen van marteling die werden toegepast om iedere oppositie bij de gevangenen te breken. Gemiddeld kwam een kwart van de gevangenen in de Goelags er niet levend uit.
Het martelen gaat door
Op een steenworp van het museum bevindt zich een ‘moderne’ variant van de goelags: gevangenis AK 159/7. Een activist die opkomt voor de rechten van gevangenen, Ruslan Azdoeyev, brengt de journaliste van de BBC tot in de buurt van de gevangenis. Daar horen ze hoe de gevangenen verplicht worden om te marcheren en patriottische liederen te zingen. Ze worden soms verplicht om dat urenlang vol te houden. Ruslan legt uit dat dit vaak gebeurt, ook al is het niet legaal. Er zijn tal van andere gevallen van misbruik in de gevangenissen van Kazachstan. Dat gaat tot en met het vermoorden van gevangenen, moorden waarvoor niemand wordt vervolgd of gestraft.
“De geschiedenis herhaalt zich”, zegt een vrouw wiens zoon in de gevangenis zo hard werd aangepakt dat hij amper nog kan stappen. Hij durft zijn moeder niet alle details van zijn behandeling in de gevangenis vertellen. Hij vreest dat dit zou leiden tot bijkomende straffen. Ondanks de intimidatie waren er volgens de speciale gezant van de Verenigde Naties, Evgeny Jofftis, dit jaar alleen al 200 klachten wegens marteling. Een vrouw verklaart in de reportage dat de gevangenissen mensen op het betere pad moeten brengen in plaats van hen te veroordelen tot een levende of echte dood.
De correspondent van de BBC spreekt met een een vertegenwoordiger van de regering die doodleuk verklaart dat de uitgaven voor de gevangenissen recent verdubbeld zijn en dat er vooruitgang is. Er werden forums gehouden met bezoekers uit Duitsland, Italië en Noorwegen om de mensenrechten te bediscussiëren, er is een ombudsman voor de gevangenissen aangesteld en Kazachstan ging van het land met het derde grootste aantal gevangenen ter wereld naar de 36ste plaats.
Op het einde van het programma stelt Rayhan vast dat het regime van Kazachstan miljoenen uitgeeft voor public relations in het buitenland en geobsedeerd lijkt door international conferenties en hoogwaardigheidsbekleders. De BBC schrijft op haar site: “Ondanks de slechte situatie inzake mensenrechten, hebben heel wat ontwikkelde naties, waaronder Groot-Brittannië, hun verhoudingen met het olierijke land snel verbeterd.” In de aankondiging voor het programma werd de vraag gesteld waarom de horror van de gevangenissen in Kazachstan zo weinig bekend is.
Met Campaign Kazachstan voeren we al jaren campagne om de stilte te doorbreken. De enorme olie- en andere rijkdommen in Kazachstan zorgen ervoor dat Westerse regeringen zwijgen. Hun bedrijven maken immers grote winsten door beroep te doen op de goedkope arbeidskracht van de onderdrukte Kazachse arbeiders. Ze sluiten bovendien lucratieve wapencontracten zodat de bevolking onder de knoet zou blijven. Programma’s zoals deze radio-uitzending over Kazachstan blijven uitzonderlijk.
Met Campaign Kazachstan beperken we ons niet tot het bekendmaken van de verschrikkelijke omstandigheden onder de dictatuur van Nazarbajev, we bouwen aan solidariteit met diegenen die het risico op gevangenschap en marteling lopen. En we voeren campagne om een einde te maken aan de dictatuur.
Wil je de politieke gevangenen een hart onder de riem steken, schrijf hen dan Engelstalige solidariteitsbrieven:
- Vadim Kuramshin: Uch. EC 164/4, Poselok Gornii, Yesilskii raion, 150506
- Aron Atabek: Uch. UK 161/12, Posyolok Severnyi, Arqalyq, Kostanayskaya Oblast, Kazakhstan 110300,
- Rosa Tuletayova: Uch. UK 157/11, Ulitsa Satibaldina 47, Аtirau 060000
- Vladimir Kozlov: Uch. ЕС 164/3, Ulitsa Pervaya Zarechnaya, 100, Petropavlovsk, Severnaya Oblast, Kazakhstan, Kazakhstan 150000