Author: PierreBrx

  • Pak de werkloosheid aan, niet de werklozen!

    Met 26 miljoen werklozen is het aandeel van het Europese werklozenleger in de beroepsbevolking opgelopen tot 10,9% in februari 2013. Een jaar van besparingsbeleid heeft twee miljoen mensen extra in de rangen van dit leger geduwd. Het ziet er niet naar uit dat er spoedig beterschap zal komen.

    Artikel door Loïc (Luik) uit de mei-editie van ‘De Linkse Socialist’

    De kapitalistische logica wil ons laten geloven dat besparingen het enige mogelijke beleid vormen. Ondertussen moeten zelfs de meest pessimistische verwachtingen nog naar beneden herzien worden. Het wordt steeds duidelijker: besparingen werken niet. Letterlijk én figuurlijk. De gevolgen van de systeemcrisis van het kapitalisme leiden tot steeds meer bedrijfssluitingen en afdankingen. In 2012 gingen in ons land meer dan 30 bedrijven per dag dicht, het aantal faillissementen liep op tot 10.587. Met dergelijke cijfers zou je toch verwachten dat algemeen erkend wordt dat het beleid faalt.

    Maar dat gebeurt niet. We blijven rondjes draaien in een vicieuze besparingscirkel die onze levensstandaard steeds verder naar beneden drukt. De massale afdankingen volgen elkaar op, de banken raken niet uit de problemen, de sociale verworvenheden worden verder afgebouwd. Een volledige afbraak is het enige dat de gevestigde politici voorstellen.

    Sociale problemen en miserie bieden voor kapitalisten ook kansen. Marx omschreef de werklozen als het “reserveleger van het kapitaal”. Het feit dat zoveel beschikbare arbeid verloren gaat, wordt aangegrepen om de lonen verder naar beneden te halen en de werkenden via flexibiliteit harder met elkaar te laten concurreren voor de schaarse jobs.

    De politieke leiders beweren dat de inspanningen nodig zijn in het belang van de toekomstige generaties. Maar hoe zullen de jongeren die vandaag tot een verloren generatie worden herschapen daar voordeel uit halen? Zullen deze jongeren een betere toekomst hebben door het verdwijnen van de sociale verworvenheden die door onze grootouders zijn afgedwongen? Sociale zekerheid, werkzekerheid, toegankelijk onderwijs, betaalbare huisvesting,… Het wordt allemaal met de grond gelijk gemaakt.

    Jongeren verliezen iedere kans op een degelijke toekomst en zullen er slechter aan toe zijn dan hun ouders. In de hardst getroffen landen blijft de jongerenwerkloosheid maar toenemen, in Spanje zitten we al aan 55,7% en in Griekenland aan 58,4%.

    De gevolgen zijn ernaar. Het is geen toeval dat het aantal zelfmoorden sinds 2008 fors is toegenomen, onder jongeren blijft het de belangrijkste doodsoorzaak. Er zijn ook meer HIV-infecties, onder meer door besparingen op programma’s om naalden in te wisselen en op de verspreiding van voorbehoedsmiddelen. Met meer dan 1,35 miljoen Europeanen die problemen hebben verbonden met druggebruik, zal dat aantal enkel nog verder toenemen.

    De crisis heeft ook gevolgen op het aantal jongeren dat elders een betere toekomst gaat zoeken. Deze migratie leidt tot nieuwe spanningen met nationalisme, racisme en een grotere concurrentie tussen werkenden in Europa.

    Dat is hoe onze politieke leiders de toekomstige generaties willen beschermen. Als we ons daar niet bij willen neerleggen, zullen we de strijd moeten aangaan. Zoniet zullen we geen oplossing vinden voor de vele nefaste gevolgen van deze crisis en de bijhorende besparingsmaatregelen. Er is nood aan een alternatief op dit systeem dat geen toekomst heeft. Dat alternatief is volgens ons het socialisme. Maar dan wel echt socialisme, niet het neoliberale besparingsbeleid waar de sociaaldemocratie mee verantwoordelijk voor is. Er is nood aan een eenheid tussen werkenden en werklozen, jongeren en ouderen, om samen de productiemiddelen uit de handen van de heersende klasse te halen zodat we zelf kunnen beslissen wat en hoe we produceren in het belang van de meerderheid van de bevolking.

  • Hoe kunnen we het geld halen waar het zit?

    De cijfers waren schokkend. Met 25.000 miljard euro op dubieuze rekeningen in belastingparadijzen zijn er heel wat middelen aanwezig. Het gaat om een kleine minderheid van enkele tienduizenden mensen en instellingen. Met deze middelen is het mogelijk om een einde te maken aan de wereldwijde armoede en kunnen tal van sociale problemen opgelost worden. De roep naar een herverdeling van de beschikbare rijkdom weerklinkt steeds luider.

    Artikel door Geert Cool uit de mei-editie van ‘De Linkse Socialist’

    Terwijl er bij iedere besparingsoperatie opnieuw bij de gewone werkenden en uitkeringstrekkers wordt aangeklopt, blijven de grote fortuinen ongemoeid. Iedere vraag naar een bijdrage van hen, botst op het argument dat dit de concurrentiepositie zou ondermijnen. Dat er heel wat Antwerpse diamantairs over rekeningen in belastingparadijzen beschikken, toont volgens hun advocaat enkel aan “dat Antwerpen tenminste nog meetelt als diamantcentrum”. Samen met ruim 99% van de bevolking tellen wij dus niet mee.

    Het is de concurrentielogica die leidt tot armoede en sociale achteruitgang. Daartegenover plaatst de arbeidersbeweging solidariteit. Een eerlijke herverdeling maakt daar deel van uit. Wij ondersteunen de eis van een vermogensbelasting die de allerrijksten laat betalen voor de gevolgen van de crisis die door hun inhaligheid werd veroorzaakt.

    Een vraag is echter hoe we de rijken ertoe kunnen brengen om te betalen. Ze zullen hun fortuin niet zomaar afstaan omdat we het vriendelijk vragen. Er zal altijd wel een nieuw belastingparadijs opduiken als het vorige verbrand is. De reactie van rijke Fransen bij de invoering van een beperkte taks op superhoge inkomens was veelzeggend. Gerard Dépardieu kon niet snel genoeg naar België vluchten en hij was lang niet de enige. Enkele buurten in Ukkel worden stilaan getto’s van Franse superrijken.

    De ‘flinke’ opstelling tegen fiscale fraude van de regering en staatssecretaris John Crombez (SP.a) in het bijzonder, heeft meer met imago dan met daden te maken. Wat valt op dat vlak te verwachten van partijen die de afgelopen jaren een legale plundering van de overheidskas hebben georganiseerd met maatregelen zoals de notionele intrestaftrek? En hoe denkt Crombez de fraude aan te pakken als blijkt dat de politie bij de bekendmaking van een lijst van 110 Belgische bedrijven die banden hebben met de Kaaiman- en Maagdeneilanden in De Tijd niet verder komt dan een vraag aan die krant om de lijst door te sturen.

    De Tijd merkte hierover zelf op: “De speurders van de federale politie moeten het nu al maanden stellen zonder toegang tot een uitgebreide bedrijvendatabank. Het contract met de databank Euro DB is door de besparingsdrift van de regering niet verlengd en er is nog geen nieuw contract gegund. (…) Terwijl de witteboordencriminelen, waartegen onze speurders moeten strijden, wereldwijd bedrijvenconstructies opzetten met de beste adviseurs en fiscale spitstechnologie. Dat is David tegen Goliath. Moeten onze speurders nu echt strijden met pijl en boog?”

    De ongelijkheid waar de enorme rijkdom van een kleine toplaag een uitdrukking van vormt, zit ingebakken in dit systeem. Naarmate de crisis dieper wordt en de winsten onder druk zet, schreeuwen de kapitalisten via al hun spreekbuizen om meer doortastende maatregelen tegen de arbeiders en hun gezinnen. De gevolgen van dergelijk waanzinnig besparingsbeleid zien we in steeds meer landen, de sociale rampen beperken zich steeds minder tot het zuiden van Europa.

    De enorme ongelijkheid is geen kwestie van enkele rotte appels die het ‘toevallig’ voor het zeggen hebben. De rotte appels aan de top vormen een uitdrukking van een volledig rot systeem – de hele mand waarin de appels zitten, is rot. Onkruid wieden zonder de wortels uit te trekken, biedt geen fundamentele oplossing. Het kan wat ademruimte bieden, maar onkruid heeft de neiging om uit te breiden en verder te overwoekeren.

    Er is een volledige breuk nodig met het systeem dat de ongelijkheid tot ongekende hoogten stuwt. Om de beschikbare middelen echt te kunnen herverdelen, moeten we er ook democratische controle over uitoefenen. Daartoe moeten de centrale productiemiddelen in publieke handen komen met een democratische controle en beheer. Voor een dergelijke maatschappijverandering is een vastberaden strijd nodig waarbij een socialistisch perspectief onontbeerlijk is.

  • Harde landing voor Cypriotisch casino. Trojka wil er werkende bevolking voor laten opdraaien

    Het weer in Cyprus is op dit moment van het jaar al vrij warm, maar er is ook een verfrissende bries. Op economisch vlak is er geen sprake van een dergelijk aangenaam evenwicht. De economie is volledig in elkaar aan het zakken.

    Artikel door Niall Mulholland uit de mei-editie van ‘De Linkse Socialist’

    In maart stemde de Cypriotische regering onder leiding van president Nicos Anastasiades in met een reddingspakket van 10 miljard euro. In het kader van deze lening van de trojka (IMF, ECB en EU) moet Cyprus zelf 5,8 miljard euro ophalen. Daartoe werd onder meer besloten om spaarders met meer dan 100.000 euro op hun rekening een zware taks op te leggen. Dat zou ook heel wat kleine bedrijfjes hard raken.

    De tweede bank van het land, Laiki Bank,werd gesloten en de schuldenberg van 9 miljard euro werd overgenomen door de Bank of Cyprus. De banken gingen twee weken dicht en toen ze op 28 maart terug opengingen, was er een strenge controle op hoeveel geld kon afgehaald worden. Alsof dit nog niet erg genoeg was, kregen de verbouwereerde en woedende Grieks-Cyprioten te horen dat er geen 17 miljard maar 23 miljard euro nodig was. Het land moet opeens 6 miljard meer vinden, bovenop de 7 miljard waarover op 25 maart een eerste akkoord werd gesloten.

    De rechtse regering van president Anastasiades besloot al om drastische besparingen op te leggen, banken te sluiten, een belasting op onroerend goed in te voeren en de drie meest winstgevende semi-overheidsbedrijven (elektriciteit, telecommunicatie en de havens) te privatiseren. Nu wordt overwogen om een deel van de goudvoorraad van de Centrale Bank ter waarde van 400 miljoen euro te verkopen.

    De regering wordt gekenmerkt door politieke schandalen. Anastasiades moest krachtig ontkennen dat er voor de vergadering van de Eurogroep een wetsontwerp werd voorbereid met het oog op de taks op spaargeld. De woede van de bevolking werd versterkt door verslagen waaruit bleek dat rijken inside informatie hadden en voor 15 maart miljoenen euro’s van Cypriotische rekeningen weg haalden.

    Volgens officiële cijfers zal de Cypriotische economie dit jaar met 8,7% krimpen en volgend jaar nog eens met 3,9%. Veel economen denken dat dit jaar een achteruitgang met -10% zal zijn en dat er tegen eind volgend jaar een ineenstorting met -15 tot -25% zal zijn.

    De regering probeert het breed gedragen verzet tegen de besparingen te temperen met de stelling dat de maatregelen niet zo hard zullen zijn als eerst werd gepland en dat sommige privatiseringen worden uitgesteld tot 2018. Er zou minder bespaard worden in het onderwijs en de terugbetaling van de leningen aan de trojka zouden pas na 10 jaar starten en over 12 jaar gespreid worden. Dit betekent dat Cyprus in feite 22 jaar onder controle van de trojka zal staan.

    Dit is een schrale troost voor de werkende bevolking en de middenklasse die afstevenen op jaren van besparingen, jobverliezen en emigratie. De werkloosheid staat al op 14%. ‘Sociale markten’ (zoals moderne gaarkeukens) schieten over uit de grond. De werkende bevolking verwacht dat de trojka net als in Griekenland regelmatig naar Nicosia zal komen om telkens nieuwe besparingen te eisen in ruil voor financiële garanties.

    De kranten staan vol wanhoop. Algemeen wordt aangevoeld dat dit de ergste crisis is sinds de invasie van het Turkse leger in 1974. De vakbonden en de linkse partijen moeten massastrijd tegen de besparingen organiseren. Zoniet dreigt het gevaar dat nationalistische en zelfs extreemrechtse krachten meer ruimte krijgen. Als onderdeel van de strijd zijn sterkere banden nodig met de werkende bevolking van Noord-Cyprus, waar al jarenlang een besparingsbeleid wordt gevoerd. Dat moet gepaard gaan met een gemeenschappelijke strijd van de werkende bevolking van de zuid-Europese landen die door de besparingen van de trojka worden geconfronteerd.

    In de crisis tijdens de maand maart waren er een aantal protestacties, maar daarnaast werd geen weg vooruit geboden door de vakbonden. De rechtervleugel van de vakbonden voert zelfs gesprekken met de regering over hoe de crisis kan ‘beheerd’ worden. De linkse vakbonden, verbonden met AKEL (de communistische partij die voorheen aan de macht was), hebben het in woorden over verzet tegen de besparingen, maar ze komen niet tot krachtdadige acties.

    Nieuw Internationalistisch Links (onze zusterorganisatie in Cyprus) neemt deel aan een brede campagne tegen de besparingen, de “Beweging tegen privatiseringen en besparingen”. Het gaat om een campagne die vooral wordt gedragen door krachten die verbonden zijn met AKEL. Maar het ontbreekt ook deze campagne aan een strijdbaar programma. De economische crisis is diepgaand en zal enkel erger worden. We moeten een radicaal alternatief voorstellen. Als de vakbonden en links er niet in slagen om het verzet effectief te organiseren, kunnen andere krachten – populisten en nationalisten – een impact hebben.

    In tegenstelling tot Griekenland, waar er in feite al 28 jaar van besparingsbeleid gevoerd is, zijn veel Cyprioten niet voorbereid op deze wel zeer harde landing na jaren van hoogconjunctuur. De strijd die onvermijdelijk zal ontwikkelen, zal in de komende maanden leiden tot een radicalisering van heel wat Cyprioten.

    Nieuw Internationalistisch Links brengt een socialistisch alternatief naar voor. Dat omvat het verwerpen van de schulden, de nationalisatie van de banken onder democratische publieke controle en beheer, verzet tegen de privatiseringen, het breken met de euro van de bazen en een strijd voor het publieke bezit van de sleutelsectoren en grote nutsbedrijven zodat de economie democratisch kan gepland worden om de behoeften van de meerderheid van de bevolking te dienen in plaats van de winst van de bankiers en de minderheid van speculanten.

    Er is nood aan een nieuwe krachtige linkerzijde in Cyprus met als doel om een regering te vormen die zich baseert op de behoeften van de werkende bevolking. De situatie voor de Cypriotische samenleving is wanhopig. Een stoutmoedig, socialistisch en internationalistisch programma is de enige uitweg uit de crisis die de belangen van de meerderheid van de bevolking centraal stelt.

  • Staking van dokwerkers in Hong Kong zet zakelijke imperium van Li Ka-shing in de kijker

    Wekenlang werd in Hong Kong door dokwerkers gestaakt tegen de superrijke tycoon Li Ka-shing. Die controleert wereldwijd 13% van alle havenactiviteiten. Het zijn dergelijke superrijken die het in Hong Kong voor het zeggen hebben. De vastberaden strijd van de dokwerkers, met een staking die 40 dagen duurde, maakt de rol van een kleine groep superrijke zakenlui duidelijk. De staking werd afgesloten met een ‘half succes’ (aldus de vakbondsverantwoordelijken) waaronder een loonsverhoging van 9,8%.

    Dikang, Socialist Action (CWI in Hong Kong)

    Zes conglomeraten van tyconen domineren het grootste deel van de economie van Hong Kong. Van iedere dollar die wordt uitgegeven, krijgen zij 23 cent. Zo zijn ze goed voor 90% van de verkoop in de supermarkten en twee derden van de private huizenmarkt. Dat wist de Wall Street Journal te melden. Het zakenimperium strekt zich over alle sectoren uit. Het is niet mogelijk om een rit met de bus te maken of te winkelen in een shoppingcenter, een telefoongesprek te maken, een film te kijken of het licht in huis aan te schakelen zonder dat deze kleine kliek van superrijken nog rijker wordt. De controle op de vastgoedmarkt zorgt ervoor dat ze ook de kleine bedrijven domineren, die worden de slaven van de tyconen.

    Een van de spillen in deze machtsstructuur is Li Ka-shing, de achtste rijkste man ter wereld met een geschat persoonlijk fortuin van 31 miljard VS-dollar – 241 Hong Kong dollar (volgens Forbes). Hij is eigenaar van bedrijven die goed zijn voor 15% van de waarde van de beurs van Hong Kong. Vorig jaar deden Li en de andere miljardairs van Hong Kong het uitstekend. Het vermogen van Li ging er met 8 miljard dollar op vooruit.

    Om dit hallucinante cijfer even in perspectief te plaatsen: de vermogensaangroei van Li Ka-shing de afgelopen 12 maanden komt bijna overeen met het volledige budget dat in Hong Kong aan onderwijs wordt besteed. Het is bijna evenveel als de middelen die de regering van Hong Kong ophaalde met de verkoop van grond. Andere tyconen deden het eveneens erg goed, ook al moesten ze het onderspit delven in vergelijking met Li Ka-shing. Lee Shau-kee ging er met 23 miljard Hong Kong dollar op vooruit tot een totaal vermogen van 155 HK dollar. Ernstige beschuldigingen van corruptie en een familievete konden niet vermijden dat de broers Kwok er met 31 miljard HK dollar op vooruit gingen.

    Voor de massa’s van Hong Kong ziet de situatie er anders uit. De kloof tussen arm en rijk is er bijzonder extreem. Armoede is alomtegenwoordig in de stad. Voor het eerst zijn er meer dan 300.000 bejaarden die onder de armoedegrens leven. Volgens de econoom Andy Xie namen de gemiddelde lonen in Hong Kong de afgelopen tien jaar slechts met gemiddeld 1,5% per jaar toe – dat is minder dan de inflatie.

    Het verhaaltje van de ‘self-made man’ is een mythe van het kapitalisme. Li is rijk geworden door de arbeid van anderen uit te buiten. Hij werd daarbij sterk geholpen door de overheden, eerst onder het Britse koloniale regime en daarna onder de dictatuur van de CCP (Chinese Communistische Partij). Het bedrijf Cheung Kong Holdings van Li is opgericht in 1972 en is het tweede grootste van Hong Kong. Het bedrijf bouwde een op zeven huizen in de stad.

    Het bedrijf werd opgebouwd door in te spelen op een speculatieve golf in de vastgoedsector na de door maoïsten beïnvloede rellen van 1967. Cheung Kong kreeg groen licht van de Britse autoriteiten om een imperium uit te bouwen, zo verwierf het bedrijf Hutchison Whampao in 1979. Dat bedrijf controleerde de haven van Hong Kong. In 1985 volgde Hong Kong Electric Holding, het grootste energiebedrijf van de stad. Van daaruit werden ook andere economische sectoren ingenomen, onder meer in de distributie, telecom en media. De groep AS Watson heeft 7800 winkels waaronder de supermarkten Park’n’Shop waarvan er 250 in Hong Kong zijn en 50 op het Chinese vasteland.

    De neoliberale koers van Groot-Brittannië vanaf eind jaren 1970 maakte het ontstaan van zakenimperia in Hong Kong mogelijk. Zonder die overheidshulp zouden Li en zijn zonen misschien plastiek bloemen op straat verkocht hebben.

    Volgens de neoliberalen zijn overheidsbedrijven niet efficiënt en moeten ze zo snel mogelijk verkocht worden. Water, energie, transport, scholen, ziekenhuizen, zelfs gevangenissen. Alles moet door private kapitalisten worden beheerd om winst te genereren. Tyconen als Li hebben wereldwijd een grote invloed gehad op politici bij het verder versterken van het neoliberale beleid van privatiseringen, dereguleringen (waarbij de winsten toenemen, maar de kwaliteit van de geleverde diensten afneemt) en outsourcing (waarmee slechtere arbeidsvoorwaarden worden opgelegd). Dat bleek ook in de havensector.

    Terwijl het neoliberalisme stelt dat er geen overheidssteun moet zijn voor behoeftigen, worden de tyconen wel geknuffeld en in de watten gelegd door de overheden. Ze krijgen gemakkelijke toegang tot grond, steeds lagere belastingen en de ontwikkeling van kartels (waarbij prijsafspraken worden gemaakt door grote bedrijven die zo de markt manipuleren) wordt niets in de weg gelegd. Hong Kong is op deze manier een klassiek voorbeeld van nepotisme waarbij er samenwerking is tussen de overheid en de zakenwereld. Nepotisme weerlegt het idee dat Hong Kong de meest ‘vrije’ economie ter wereld is. Liberale economen stellen dat ze daar bedenkingen bij hebben, maar in werkelijkheid is er geen enkele kapitalistische economie zonder elementen van nepotisme.

    Toen Leung Chun-ying werd ‘verkozen’ tot politieke leider van Hong Kong beweerde hij dat hij de tyconen zou aanpakken. Die hadden immers vooral zijn rivaal Henry Tang Ying-yen gesteund. Leung Chun-ying beloofde om meer publieke huisvesting te voorzien. Daar is niets van in huis gekomen. Tyconen als Li Ka-shing, met de steun van hun vrienden in Peking, hebben Leung tot de orde geroepen en ervoor gezorgd dat zijn plannen werden afgezwakt.

    Buitenlandse expansie

    De economie in Hong Kong is een ‘mature’ vorm van kapitalisme, dat betekent dat het bijna volledig parasitair is waarbij geld wordt gemaakt door investeringen in geld en niet in de productie van goederen die mensen kunnen gebruiken of consumeren. De grootste winsten worden buiten de grenzen van Hong Kong gerealiseerd, vooral op basis van goedkope arbeid op het Chinese vasteland. Er worden enorme winsten gemaakt uit financiële speculatie, ook al creëert dat een huisvestingsnachtmerrie voor de gewone bevolking en zelfs de middenklasse. Het leidt tot een massale inbreuk op de mensenrechten door 250.000 mensen te veroordelen tot een leven in kleine gedeelde appartementen of zelfs maar kooien. Gezien de beperkingen van de kleine binnenlandse markt is er een ‘overschot aan kapitaal’. Zoals Lenin uitlegde, zet dat de kapitalisten ertoe aan om in het buitenland te investeren. Li Ka-shing is ook een typisch voorbeeld van dit fenomeen.

    Zijn bedrijven controleren een netwerk van havens, telecombedrijven, mediabelangen en dienstenbedrijven die wereldwijd 250.000 personeelsleden tellen. Hij controleert 13% van alle containercapaciteit van de havens in heel de wereld met belangen in havens in bijna 30 landen. De havenoperator Hutchison Port Holdings, een onderdeel van Hutchison Whampao, heeft ook samenwerkingen opgezet met Chinese overheidsbedrijven zoals de havens van Shenzhen.

    De investeringen van Li beperken zich daar niet toe. Er zijn ook grote bouwprojecten in grote steden waaronder Peking. Voor het Chinese nieuwjaar was er een protestactie van 100 bouwvakkers in de provincie Jilin om 20 miljoen Yuan aan achterstallige lonen op te eisen. Het ging om een project van een luxe residentie die werd gebouwd door Hutchison Whampao. De tyconen van Hong Kong aarzelden niet om de CCP-dictatuur te omarmen. Ze zagen heel wat kansen zodra de kapitalistische hervormingen van Deng werden toegepast. De rijke families hebben nu verschillende ‘verkozenen’ in het Nationale Volkscongres en het Centraal Comité van de Chinese CP. Ook Li’s zoon Victor Li Tzar-kuoi is een van hen.

    De schuldencrisis in Europa maakt van dat continent een nieuw doelwit voor overnames door Li Ka-shing. Zijn groep koopt geprivatiseerde diensten-, energie- en telecombedrijven. Hutchison Whampao haalt nu 42% van zijn inkomen uit Europa. “Europese bedrijven worden het nieuwe doelwit van Li Ka-shing”, verklaarde een financiële analist. Onder de recente veroveringen bevinden zich Wales & West Utilities dat gas levert aan een kwart van de Britse bevolking (andere Britse bezittingen van Li omvatten UK Power Networks, Northern Gas Networks en Souther Water). Vorig jaar legde Hutchison 2 miljard euro neer voor een belang in het Ierse telecombedrijf Eircom en 1,3 miljard euro voor Orange Oostenrijk, ook een telecombedrijf. De Watson Group van Li bezit de keten Superdrug met meer dan 900 winkels in Groot-Brittannië en Ierland.

    Een socialistisch antwoord

    Socialist Action, de afdeling van het CWI in Hong Kong, steunt de staking van de dokwerkers voor een degelijk loon. We nemen deel aan de acties en maken de strijd wereldwijd bekend. We geven het voorbeeld van de oproep van de dokwerkers in Portugal bij een staking vorig jaar. Zij stelden voor om wereldwijd te staken met het havenpersoneel, dat zou vandaag een enorme ondersteuning zijn voor de dokwerkers van Hong Kong. Deze oproep zou alleszins kunnen verspreid worden onder vakbonden in de verschillende havens die in handen zijn van Hutchison, zoals Alexandrië, Brisbane, Buenes Aires, Jakarta, Karachi, Londen, Rotterdam en Sydney.

    De staking van de dokwerkers krijgt een enorme steun van de gewone bevolking in Hong Kong die eveneens woedend is tegenover de arrogantie en de hebzucht van de superrijken. De arbeiders hebben nood aan sterke en democratische vakbonden die voor de belangen van de gewone bevolking opkomen, maar ook aan een nieuwe partij van de werkende bevolking die ingaat tegen de ondemocratische heerschappij van de tyconen. In een periode van scherper wordende klassenstrijd en politieke radicalisering, met een groeiende woede tegen het kapitalisme en de hebzucht van de 1% rijksten, moeten we eigen strijdorganen ontwikkelen. Een nieuwe arbeiderspartij zou opkomen voor een socialistisch programma met bijvoorbeeld volgende eisen.

    • Laat de rijken de crisis betalen – voor een vermogenstaks voor de tyconen en het verhogen van de erg lage vennootschapsbelasting in Hong Kong
    • Afschaffing van outsourcing en onderaanneming – voor echte jobs en degelijke lonen die aangepast zijn aan de prijsstijgingen
    • Voor strijdbare vakbonden en een nieuwe arbeiderspartij! Voor internationalisme, solidariteit en verzet tegen alle vormen van racisme en etnische discriminatie!
    • Voor een noodplan van publieke huisvesting om minstens 50.000 nieuwe goedkope woningen per jaar te bouwen. Weg met detyconen, haal de banken en de bouwsector in democratisch publiek bezit.
    • Breek de kapitalistische kartels en hun controle op de vastgoedsector! Daartoe moeten we overgaan tot de nationalisatie van Cheung Kong Holdings, Hutchison Whampao en andere bedrijven van tyconen. Deze bedrijven moeten onder democratische controle en beheer van de arbeiders en de gemeenschap komen.
  • Problemen bij hun wortels aanpakken!

    Hoe strijden tegen seksisme en homofobie?

    De afgelopen periode was er in de media heel wat debat over homofobie naar aanleiding van de Franse discussie over het homohuwelijk en adoptie. Er werd vaak gesteld dat deze kwestie in ons land al lang geregeld is. Dat betekent echter niet dat homofobie is verdwenen, integendeel. Vorig jaar waren er nog twee dodelijke slachtoffers van homofoob geweld. De reportage ‘Femmes de la rue’ die in Brussel werd gedraaid, wees ook op de aanwezigheid van seksisme in onze samenleving. Hoe kunnen we de strijd tegen seksisme en homofobie aangaan?

    Sinds 2006 kunnen koppels van hetzelfde geslacht kinderen adopteren in ons land. Op vlak van legale rechten, loopt ons land voorop. Maar de dagelijkse realiteit bestaat nog steeds uit homofobe beledigingen, discriminatie bij aanwerving, geweld en zelfs doden. Hetzelfde zien we met de officiële gelijkheid tussen mannen en vrouwen die niet kan verhinderen dat er een verschil in de lonen bestaat (voor een bedrag van 24%) en dat seksistische opmerkingen nog vaak voorkomen, net zoals er nog steeds sprake is van verkrachtingen en geweld.

    Het antwoord van de politieke verantwoordelijken is erg beperkt. Zo stelde de minister van Gelijke Kansen, Joëlle Milquet, voor om de rokjes van de hostessen tijdens het Autosalon wat langer te maken. Alsof vrouwen hierdoor plots niet meer als lustobject worden voorgesteld, waarbij ze er mooi moeten uitzien om de commercie te stimuleren. De minister stelde anderzijds voor om GAS-boetes in te zetten tegen seksisme op straat. Dat is in dezelfde straten waar bijzonder seksistische reclameaffiches perfect legaal rondhangen.

    De situatie voor homo’s en lesbiennes is niet fundamenteel anders. Tegenover homofobie komen de politici ook niet verder dan GAS-boetes. Er is in ons land een officieel actieplan tegen homofobie waarin een verbetering van wetgeving tegen discriminatie wordt voorgesteld, ‘sensibilisering’ en meer hulp voor slachtoffers. Maar er wordt niets concreet gedaan. En hoe kunnen jongeren gesensibiliseerd worden als er nog steeds geen algemene seksuele opvoeding wordt voorzien op school en de middelen voor onderwijs volkomen ontoereikend zijn. Het betekent dat veel jongeren hun informatie vooral vanop het internet halen, met nefaste gevolgen voor hun zelfbeeld en meer ruimte voor homofobe en seksistische vooroordelen.

    Wij verzetten ons tegen de pogingen om antiracisme, antiseksisme en antihomofobie los van of zelfs tegenover elkaar te plaatsen. Iedere vorm van discriminatie moet bestreden worden. In de strijd tegen onderdrukking is eenheid tussen alle onderdrukten het sterkste wapen en de beste methode om effectief stappen vooruit te zetten.

    Dat is waarom wij opkomen voor eenheid van vrouwen en mannen, hetero’s en LGBT’s (lesbiennes, gays, biseksuelen en transgenders), werkenden en werklozen, Belgen en migranten, mensen met en zonder papieren,… in de strijd voor echte jobs, degelijke huisvesting, goede openbare diensten,… Doorheen een gezamenlijke strijd voor dergelijke fundamentele rechten kunnen we een einde maken aan alle vormen van discriminatie die ons verdelen en aan de pogingen om via het aanwijzen van een zondebok de echte verantwoordelijken voor de sociale tekorten uit de wind te zetten.

  • Handen af van ontslagbescherming!

    Overal in Europa wordt tot massale afdankingen overgegaan. Er zijn inmiddels meer dan 26 miljoen werklozen op het continent. De bezorgdheid van vele werkenden is dan ook begrijpelijk. Wat als ook wij binnenkort het steeds groeiende werklozenleger vervoegen?

    Artikel uit de mei-editie van ‘De Linkse Socialist’

    Tegen de achtergrond van de diepe economische crisis is de discussie over het eenheidsstatuut in ons land al gauw verengd tot een debat over het ontslagstatuut, ook al zijn er nog andere verschillen tussen beide statuten. De opzegperiode van bedienden is voor de werkgevers al langer een doorn in het oog, het zorgt er immers voor dat bedienden niet van de ene op de andere dag op straat kunnen gezet worden. Voor ‘werklieden’, arbeiders die hoofdzakelijk ‘handenarbeid’ verrichten, zijn de termijnen korter.

    De technologische evoluties hebben het onderscheid tussen hoofd- en handenarbeid voorbijgestoken, maar voor de ontslagvergoedingen blijven de werkgevers liefst vasthouden aan deze van werklieden. Afdanken moet in naam van de flexibiliteit en de concurrentie goedkoper worden. Het personeel wordt samen met de werkzekerheid in de solden gezet.

    Volgens het patronaat is dergelijke onzekerheid voor de werknemers noodzakelijk voor de concurrentiepositie van de bedrijven die minder snel zouden aanwerven omwille van de hoge ‘ontslagkosten’. Hoe een slechtere ontslagbescherming in deze tijden van interim- en onzekere contracten zou leiden tot meer tewerkstelling, maakt het patronaat uiteraard niet duidelijk.

    Het laatste voorstel voor opzegtermijnen kwam van Itinera Institute, een van de vele ‘denktanks’ die de dagelijkse propagandastroom van patronale argumenten moeten onderbouwen. Professor Marc De Vos van Itinera stelt voor om de opzegperiode te beperken tot minimaal twee maanden en per jaar anciënniteit boven de vijf jaar een halve maand erbij met een maximum van zes maanden. Dat is een regelrechte aanslag op de bestaande ontslagbescherming voor bedienden.

    De Vos wil dat ‘compenseren’ met een “aanvullend budget van een halve maand per jaar anciënniteit, met een maximum van zes maanden, dat alleen kan besteed worden om de ontslagen werknemer naar nieuw werk te begeleiden.” Met de torenhoge en toenemende werkloosheid betekent dit dat enkele bedrijven die werkbegeleiding aanbieden gouden zaken zullen doen, maar werk vinden lukt nu eenmaal niet als er amper werk is. De aanval op de ontslagbescherming is gericht tegen jobzekerheid en tegen onze tewerkstelling tout court. Het heeft als doel om een deel van de ‘ontslagkost’ op de gemeenschap af te wentelen. En het is een nieuwe poging om de verantwoordelijkheid voor werkloosheid af te schuiven op de werklozen.

    Om te voorkomen dat het debat rond het eenheidsstatuut wordt aangegrepen om de sociale verworvenheden van bedienden af te bouwen, is een sterk en eengemaakt syndicaal antwoord nodig. Iedere verdeeldheid langs onze kant zal uitgespeeld worden en iedere zwakheid aangegrepen om nog een stap verder te gaan. Enkel door op te komen voor een harmonisatie van beide statuten naar boven, is eenheid mogelijk. Door nu hiervoor in het offensief te gaan, kunnen we vermijden dat de regering alsnog probeert om ons een slecht ‘compromis’ op te leggen.

  • Pakistaanse verkiezingen zullen geen verandering brengen

    Voor het eerst in de geschiedenis van Pakistan heeft een democratisch verkozen regering een volledige termijn uitgedaan. De regering onder leiding van de Pakistani People’s Party (PPP) was nochtans niet bepaald populair. De positie van de werkende bevolking, maar ook van grote delen van de middenklasse en zelfs delen van de kapitalisten ging er niet bepaald op vooruit. Maar van de oppositiepartijen valt evenmin verandering te verwachten.

    Artikel op basis van een analyse van onze Pakistaanse zusterorganisatie aangevuld met recentere mediaberichtgeving

    De regering slaagde er niet in om de enorme tekorten aan te pakken. Integendeel, de armoede nam toe en de prijzen blijven maar stijgen, religieus geweld en fundamentalisme winnen terrein. De economie staat op instorten, de sociale crisis werd intenser met toenemende werkloosheid en honger. Het leven van de gewone bevolking is de afgelopen vijf jaar een hel geweest. Er wordt amper geïnvesteerd in gezondheidszorg of onderwijs, er gaat amper 0,8% van het BBP naar gezondheidszorg en 1,8% naar onderwijs. Landen als India, Sri Lanka, Bangladesh of Congo geven meer uit aan onderwijs. Volgens een verslag van de VN leeft 49% van de bevolking onder de armoedegrens.

    Terwijl de gewone bevolking er steeds verder op achteruit gaat, hebben de PPP-leiders en hun kliek zichzelf verrijkt. De plundering van overheidsmiddelen heeft nooit geziene niveaus bereikt. Het ene corruptieschandaal volgt na het andere.

    Voor het eerst werden de kiescommissies niet louter door de zittende machthebbers aangesteld, maar samengesteld door zowel de heersende partijen als de oppositie. Er wordt geprobeerd om de autoriteit van de verkiezingen op te krikken. De nationale kiescommissie wordt geleid door een voormalige toprechter die in het verleden inging tegen de militaire dictatuur van Zia-ul-Haq. De voorlopige regering van lopende zaken in de provincie Punjab wordt geleid door een bekende journalist (en voormalige marxist) Najam Sethi. De verkiezingswetten worden strikt opgelegd en er werd een digitale kieslijst aangelegd toen bleek dat er zowat 20 miljoen valse of dubbele registraties waren. De vroegere kieslijsten waren een belangrijke bron van verkiezingsfraude.

    Er is een enorm politiek vacuüm in het land, dat verklaart waarom de PPP het zo lang kon volhouden. De staat en de heersende klasse zit in zo’n diepe crisis dat er bijna geen enkele band meer is tussen de heersende klasse en de massa’s. Dat versterkt het vacuüm en chaos bij het opvullen ervan. Hierdoor kunnen krachten zoals die van Imran Khan aan de ene kant en religieuze extremisten aan de andere kant terrein winnen. Terroristen en andere reactionairen maken van het vacuüm gebruik om de chaos nog te versterken. Ze worden zelf sterker door de chaos en dreigen het land mee te slepen in een vicieuze neergaande cirkel.

    Verschillende rechtse krachten proberen het vacuüm te vullen door populistische eisen en slogans naar voor te schuiven. Dat is onder meer het geval met voormalig premier Nawaz Sharif die volgens analisten de verkiezingen kan winnen. Maar ook Imran Khan, een voormalige cricketspeler die een anticorruptiecampagne voert, zit in de lift. De brede steun voor populisten – ook al beperkt het enthousiasme zich – is een gevolg van de afwezigheid van een sterke linkerzijde en arbeidersbeweging. De arbeidersbeweging heeft gebrek aan een politieke en ideologische duidelijkheid, organisatorische kracht en revolutionaire leiding. Er is geen massale arbeiderspartij met een duidelijk socialistisch programma en een strategie waarmee het tegen de corrupte elite ingaat.

    De defensieve positie van de arbeidersbeweging bleek onder meer op 1 mei. De centrale bijeenkomst van de gevestigde vakbonden in Lahore trok slechts een duizendtal aanwezigen en ook in andere steden was de opkomst beperkt. Voor het eerst sinds lang hield de Pakistani People’s Party (PPP) geen activiteit in Lahore op 1 mei. Er waren wel betogingen en activiteiten op 1 mei, maar die waren vooral het werk van de radicale linkerzijde en strijdbare syndicalisten. Een van de grootste betogingen was deze van onze kameraden in Mirpur Khas in de provincie Sindh.

    Een element dat een rol speelt in de beperkte kiescampagne is de angstfactor. Er werd gewaarschuwd dat de Taliban en andere militante groeperingen aanslagen zullen plegen. Onder meer in Karachi werd effectief ook al een kandidaat vermoord door fundamentalistische krachten.

    Het is vooral in delen van de noordwestelijke grensprovincie Khyber Pakhtoonkhwa (KPK) en de stammengebieden, Karachi en Quetta (in de provincie Balochistan) dat er geweld is. De taliban richt zich daarbij vooral tegen de Pashtoense nationalisten van de Awami National Party (ANP). De provinciale voorzitter van ANP in Sindh moest toegeven dat de partij onder druk van de Taliban in Karachi al 30 lokale kantoren heeft moeten sluiten. De afgelopen vijf jaar zijn meer dan 300 militanten van de ANP vermoord in KPK. Voor de PPP is het niet gemakkelijker in KPK. Het is de eerste campagne van de partij zonder charismatische leiders als Zulfikar Ali Bhutto of diens dochter Benazir Bhutto. Topfiguren van de partij, zoals Asif Zardari en Bilawal Bhutto Zardara, nemen niet fysiek deel aan de campagne maar zitten in het buitenland omwille van veiligheidsredenen.

    In delen van Balochistan is het evenmin veilig en kunnen kandidaten er amper een campagne organiseren. Als een aantal topleiders worden vermoord, kan de hele politieke situatie in enkele districten kantelen. De onzekerheid en de chaos nemen toe en zullen een impact hebben op het resultaat. Bij een lage opkomst zullen de grote partijen en hun sterke kandidaten het goed doen, bij een hogere opkomst zullen relatief nieuwe kandidaten beter scoren. Imran Khan hoopt alvast op een hoge opkomst.

    De sfeer is vandaag erg verschillend van die in 2008 toen er een sterke anti-Musharraf stemming heerste. De PPP, PML-N (van Nawaz Sharif) en andere anti-Musharaf partijen haalden het toen uit afkeer van de voormalige militaire dictator Musharraf. Zijn partij, de PML-Q, kende verschillende splitsingen en een groot deel eindigde in een coalitie met de regerende PPP. Musharraf probeerde bij deze verkiezingen terug te keren en richtte de All Pakistan Muslim League (APML) op. Maar hij werd door de rechtbank de toegang tot de verkiezingen levenslang ontzegd en ook zijn andere kandidaten werden geweigerd. Hierop besloot Musharraf om de verkiezingen te boycotten. Het ontbreekt de voormalige dictator aan brede steun onder de bevolking om echt tegen het verbod om op te komen in te gaan. Hij wordt gerechtelijk vervolgd en wat iedereen al wist, werd ook publiek bekend gemaakt: Musharraf sloot geheime akkoorden met de VS om het gebruik van onbemande bommenwerpers (drones) goed te keuren.

    De hoop die in 2008 in de PPP werd gesteld, is vandaag verdwenen. De situatie is er niet beter op geworden en hierdoor is het enthousiasme voor de verkiezingen beperkt. Mogelijk zullen velen niet gaan stemmen of het zonder veel hoop of enthousiasme doen. Bij de verkiezingen vanaf 1988 kwam gemiddeld 55% tot 60% niet opdagen. Een groot deel van de bevolking vestigt dus geen hoop in verkiezingen om tot verandering te komen. De ontgoocheling in vier jaar PPP-bewind zal leiden tot een beter resultaat voor de PML-N en de PTI van Imran Khan.

    Alle grote partijen verdedigen verschillende onderdelen van de heersende klasse. Ze verdedigen het rotte kapitalistische en feodale systeem, maar op verschillende manieren. Het grootste probleem daar tegenover is het beperkte niveau van politiek bewustzijn en de lage graad van arbeidersstrijd. Het bewustzijn is tegenstrijdig met enerzijds een wil om het huidige systeem weg te krijgen, maar anderzijds een gebrek aan alternatief. Het ongenoegen is nog niet tot een klassenbewustzijn omgevormd. De linkerzijde en de arbeidersbeweging hebben de historische taak om dat klassenbewustzijn mee vorm te geven en te concretiseren doorheen strijd voor het broodnodige socialistische alternatief op de neerwaartse spiraal van geweld, sociale miserie en sectarisme waarmee het huidige systeem de bevolking neerdrukt.

  • 500 textielarbeiders omgekomen bij instorting fabrieksgebouw in Bangladesh

    Er wordt al eens gezegd dat in regio’s waar de arbeid goedkoop is, het leven op zich niet veel waard is. Dat blijkt eens te meer met de verschrikkelijke tragedie in Bangladesh waarbij 500 textielarbeiders omkwamen toen een gebouw in elkaar stortte in de hoofdstad Dhaka. Honderden arbeiders zijn vermist en er vielen duizend gewonden.

    De ramp leidde tot spontaan protest van duizenden slecht betaalde textielarbeiders uit de hele stad. De arbeiders kwamen op voor gerechtigheid voor de doden en gewonden. De politie viel de actievoerders meermaals aan en gebruikte daarbij traangas en rubberkogels.

    De rechtse oppositiepartij Bangladesh Nationalist Party (BNP), een burgerlijke islamistische partij, riep op opportunistische wijze op tot een nationale staking op 2 mei. Die oproep werd een dag eerder afgeblazen. Toen de partij aan de macht was, deed ze niets om de rechten van de arbeiders te verdedigen.

    Volgens mediaberichten hadden inspecteurs een dag voor de ramp vastgesteld dat er grote scheuren in het gebouw waren. De winkels en een bank op het gelijkvloers sloten onmiddellijk de deuren, maar de eigenaars van de textielfabriek op de bovenverdieping eisten van het personeel dat het aan de slag zou blijven ondanks de evidente veiligheidsrisico’s.

    Uitbuiting

    Er zijn naar schatting 5.000 fabrieken in Bangladesh die samen 3,2 miljoen arbeiders tellen die minder dan 28 euro per maand verdienen om kledij te maken voor westerse bedrijven als Primark, Matalan, Wal-Mart, Benetton,…

    Het is niet de eerste keer dat zo’n ramp plaatsvond in een textielfabriek in de buurt. In 2005 was er ook een instorting van een gebouw. En in november nog vielen er bij een brand in een textielfabriek in Dhaka 112 doden.

    Ondanks herhaaldelijke verklaringen van grote textielbedrijven uit het westen dat ze de veiligheid zouden garanderen en toezien op de constructies van de fabrieken, maakt deze ramp duidelijk dat er nog niets veranderd is.

    De eigenaar van het gebouw werd samen met zes anderen opgepakt. Hij zou nauwe banden hebben met zowel de heersende Awami League als de rechtse oppositiepartij BNP.

    De bazen zullen zowel in Bangladesh als internationaal niets doen om arbeiders te beschermen als er grote winsten te rapen zijn. Van de regering moeten de Bengalen ook al niets verwachten, de textielindustrie is goed voor 80% van het inkomen uit export.

    Vakbonden moeten de druk opvoeren om bindende akkoorden te sluiten over de gezondheids- en veiligheidsvoorwaarden voor personeel in de ex-koloniale landen. Sterke vakbonden moeten opkomen voor een veilige werkplaats en hogere lonen zodat het personeel een menselijk leven kan leiden.

    Het uitbouwen van sterke vakbonden is echter niet evident. Vorig jaar werd vakbondsmilitant Aminul Islam vermoord en de politie heeft de zaak nog steeds niet opgelost…

  • Het revolutionaire proces voltrekken. Na Ben Ali het kapitalisme ten val brengen!

    Het is inmiddels twee jaar geleden dat het revolutionaire proces in Tunesië op gang werd getrokken. In februari was er een belangrijke wending met de moord op de linkse leider Chrokri Belaïd. Enkele dagen na zijn dood waren er meer dan een miljoen betogers (op een bevolking van 12 miljoen). Er was ook de eerste nationale algemene staking sinds 1978. Een verslag door Nicolas Croes die eind maart en begin april in Tunesië was, onder meer voor het Wereld Sociaal Forum in Tunis.

    Artikel door Nicolas Croes uit de mei-editie van ‘De Linkse Socialist’

    Situatie blijft explosief

    “Ben je bang om op straat te komen? Als je echter weet wat er zal gebeuren als je niets doet…”, stelde Chrokri Belaïd. De gebeurtenissen na de moord op Belaïd hebben het regime en de regerende reactionaire islamitische partij Ennahda door elkaar geschud. De woede en de haat hebben zich de afgelopen maanden opgestapeld. Dat is niet vreemd: alle sociale problemen die aan de basis van de revolutie in 2011 lagen zijn nog erger geworden.

    De werkloosheid is massaal en de prijsstijgingen komen hard aan. Loonsverhogingen die na harde strijd worden afgedwongen, gaan volledig op in de inflatie. De sociale miserie is nog schrijnender in enkele achtergebleven regio’s. De huidige politieke leiders volgen eenzelfde neoliberale koers als de oude maffia-kliek rond dictator Ben Ali. Bij wijze van voorbeeld kunnen we wijzen op de recente lening die van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) werd bekomen en waarvoor de regering alle subsidies voor voedselproducten moet schrappen. Van het oude politieapparaat verdwenen een aantal verantwoordelijken, maar intussen blijft de politie dezelfde repressieve en gewelddadige rol spelen. De noodtoestand is overigens nog steeds van kracht.

    Alle materiële voorwaarden die aan de basis van de revolutionaire explosie van december 2010 – januari 2011 lagen, zijn nog steeds aanwezig en worden steeds scherper.

    Ook voor de gebeurtenissen van februari was het politieke establishment al in een diepe crisis terecht gekomen. Dat is niet verwonderlijk, de heersende klassen zijn immers niet in staat om een magische formule te vinden waarmee ze tegelijk een contrarevolutionaire asociale politiek kunnen voeren en toch een zekere steun vinden onder de bevolking.

    Ennahda kwam als grote overwinnaar uit de vorige verkiezingen, maar staat vandaag op de rand van een implosie. De autoriteit van Ennahda blijft maar afnemen. Deze aftakeling van haar machtspositie bleek tijdens de poging van de meer radicalere vleugel van Ennahda om een dag na de algemene staking een eigen massamobilisatie op de been te brengen. Mensen werden betaald om aan de betoging deel te nemen, maar er waren slechts enkele duizenden aanwezigen. In april verscheen in de krant ‘Le Quotidien’ een peiling waaruit bleek dat de populariteit van Rached Ghannouchi, de leider van Ennahda, is terug gevallen op amper 1,9%!

    Welke uitweg?

    In de oppositie zijn er twee grote blokken naast een hele reeks kleine partijen. Er is Nida Tounès dat zich opstelt als de partij van de vrijzinnige burgerlijke oppositie en zich probeert op te bouwen rond het idee van “Iedereen behalve de islamisten”. In Nida Tounès hebben heel wat oud-leden van de RCD (Rassemblement Constitutionnel Démocrate), de partij van de voormalige dictator Ben Ali, een nieuw onderdak gevonden. Partijleider Essebsi was nog minister onder Bourguiba, de voorganger van Ben Ali, en Kamervoorzitter onder Ben Ali.

    Ennahda en Nida Tounès vertegenwoordigen twee gezichten van de dictatuur van het kapitaal en de contrarevolutie. Beiden formaties proberen de aandacht vast te zetten op de tegenstelling tussen religieuzen en vrijzinnigen om het vooral niet te moeten hebben over de klassenoorlog die plaatsvindt in het land. Beiden beweren dat de revolutie voorbij is. Ze doen denken aan diegenen voor wie Ben Ali uiteindelijk op 14 januari 2011 mocht vallen op voorwaarde dat alle arbeiders de maandag daarna terug aan de slag zouden gaan.

    De slogans tijdens de algemene staking van februari waren echter duidelijk. Er is een roep naar de val van de regering en de nood van een nieuwe revolutie wordt breed gedeeld. Er waren dagenlang confrontaties tussen betogers en ordediensten, zeker in regio’s met een traditie van militante arbeidersstrijd zoals het binnenland rond Gafsa, waar er in 2008 al een belangrijke mijnwerkersstrijd was of in Sidi Bouzid waar de revolutionaire beweging begon die een einde stelde aan het bewind van Ben Ali. Deze woede beschikt gelukkig over een – verre van perfect – embryo van politieke uitdrukking.

    Naast Ennahda en Nida Tounès is er immers ook het Front Populaire, het Volksfront. Dat is een organisatie die in oktober 2012 werd opgezet door een brede alliantie van radicaal-linkse krachten in Tunesië. Het omvat organisaties en stromingen die zich op het maoïsme beroepen zoals de Parti des Travailleurs en de Parti des Patriotes Démocrates Unifié, organisaties die zich op het trotskisme beroepen zoals de Ligue de la Gauche Ouvrière, op het nasserisme of nog op ecologische standpunten. De dynamiek rond het Front toont het enorme potentieel voor de opbouw van een echte politieke uitdrukking van de strijd van de arbeiders en bredere lagen van de bevolking.

    Vandaag ontbreekt het de leiding van het Front, net zoals dit bij de vakbondsfederatie UGTT het geval is, wel nog aan stoutmoedigheid en duidelijkheid over de te volgen strategie. Voor iedere ruimte die aan de contrarevolutie wordt gelaten, zal het kamp van de werkende bevolking een zware tol betalen. Het staat niet onmiddellijk op de agenda, maar het gevaar van een staatsgreep is wel degelijk aanwezig in de huidige situatie.

    Voor de val van de regering, voor de val van het kapitalisme

    De linkerzijde en de vakbondsfederatie UGTT mogen zich niet laten vangen aan maneuvers voor ‘nationale eenheid’ of ‘eenheid tegen de islamisten’. Er mag geen sprake zijn van allianties met krachten die regelrecht tegen de belangen van de werkende bevolking ingaan. De scheidingslijn die bewust moet aangehouden worden, is die tussen de vrienden en de vijanden van de revolutie!

    De enige mogelijke eenheid is die van de arbeiders, jongeren en armen om hun revolutie voort te zetten tot ze doorheen massastrijd een eigen regering aan de macht brengen. Het potentieel daarvoor is erg groot. Het is niet overdreven om te stellen dat de macht de afgelopen twee jaar meermaals in handen van de massa’s lag, in februari was dit nog het geval.

    Onder de bevolking is er een groot begrip dat de democratische rechten enkel kunnen verdedigd worden in een systeem waarbij ook de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle en beheer van de arbeiders en de armen staan. Er is een brede steun voor het idee dat socialisme een alternatief vormt. Die steun is mee een gevolg van de machtige positie van de vakbondsfederatie UGTT en de sterke tradities van de radicale linkerzijde, ook in de strijd tegen de dictatuur. Tegelijk is er wel een grote onduidelijkheid over wat socialisme nu net betekent.

    Er is nood aan een duidelijk actieplan met onder meer een nieuwe algemene staking die voortbouwt op het succes van deze in februari en versterkt wordt door massavergaderingen op de werkvloer, in de wijken, aan de universiteiten, in de scholen,… Op die vergaderingen moeten de volgende stappen in de strijd worden besproken en daarover moet op een zo democratisch en collectieve mogelijke wijze beslist worden.

    Wij denken dat er best zou gebouwd worden aan strijdcomités die op lokaal, regionaal en nationaal vlak gecoördineerd worden door de verkiezing van permanent afzetbare vertegenwoordigers die rechtstreeks voortkomen uit de drijvende krachten van de revolutie (strijdbare lagen van de UGTT, de arbeidersbeweging, jongeren,…). Deze comités hebben niet alleen als taak om een efficiënte strijd tegen de krachten van de contrarevolutie te organiseren – onder meer door de bevolking te beschermen tegen politierepressie en geweld door islamistische milities – maar ook om de arbeiders en armen voor te bereiden op de uitoefening van de macht en de opbouw van een democratisch socialistische samenleving.

    Net zoals de Tunesische revolutie van 2011 leidde tot een wereldwijde golf van mobilisaties en opstanden, zou een dergelijke stoutmoedige stap in de richting van echt socialisme een enorme internationale revolutionaire uitstraling hebben, zeker in de specifieke context van de huidige crisis van het kapitalisme.

    Onze eisen

    • Weg met Ennahda! Voor de snelle organisatie van een nieuwe algemene 24-urenstaking, gevolgd door stakingsoproepen tot aan de val van het regime!
    • Voor de vorming van verdedigingscomités door de arbeiders, jongeren en arme massa’s om de bescherming tegen de aanvallen van de contrarevolutie te organiseren!
    • Stop de noodtoestand en de repressie tegen sociale bewegingen! Voor een resolute verdediging van alle democratische vrijheden!
    • Neen aan de aanvallen op vrouwenrechten! Voor gelijke behandeling op alle niveaus!
    • Een degelijk inkomen en huisvesting voor iedereen! Stop de stijging van de levensduurte! Voor een automatische indexatie van de inkomens aan de prijsstijgingen!
    • Neen aan de asociale plannen van het IMF, de privatiseringen en het besparingsbeleid! Neen aan de terugbetaling van de schulden van Ben Ali!
    • Nationalisatie onder democratische arbeiderscontrole van de banken en de grote bedrijven!
    • Voor een regering van arbeiders, jongeren en armen, gebaseerd op de linkse organisaties, de vakbonden en volkse organisaties (UGTT, Front Populaire,…)
    • Voor een internationale strijd van jongeren en arbeiders tegen het kapitalisme en het imperialisme – voor internationaal socialisme!

    Enkele foto’s vanop het Wereld Sociaal Forum

  • LSP-Nieuws. In en om de partij

    We brengen op socialisme.be een regelmatige rubriek met nieuws vanuit LSP zelf. Deze rubriek moet een plaats bieden aan korte verslagen van acties, campagne-momenten,… Maar even goed voor aankondigingen van bijeenkomsten of oproepen. Nieuwe leden kunnen hier uitleggen waarom ze onze rangen vervoegd hebben.


    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Noteer in je agenda

    • woe. 8 mei. Luik. 19u Place du XX août. Solidariteitsmeeting met Griekse antifascistische comités
    • ma. 13 mei. Brussel. 15u30 stadhuis: protest tegen GAS-boetes
    • do. 16 mei. Gent. Debat: Gent, Gas(t)-vrije stad? Met o.a. burgemeester Termont, TegenGAS en anderen. 20u ACV-gebouw, Poel Meer info
    • za. 18 mei. Antwerpen. 12u begraafplaats Berchem (naast Middelheimziekenhuis). Herdenking 4 jaar einde van de oorlog in Sri Lanka
    • za. 18 mei. Amsterdam. Discussie- en vormingsdag van Socialistisch Alternatief
    • 4-7 juli. ALS Zomerkamp
    • 22-26 juli. CWI Zomerschool

    [/box]

    Meeting en betoging in Charleroi

    We hebben deze week al bericht over de meeting van afgelopen weekend in Charleroi en de betoging voor werk van afgelopen maandag. Op deze activiteiten bleek ook een grote interesse in onze ideeën en ons materiaal. Zaterdag verkochten we op de meeting 31 exemplaren van ons maandblad en drie abonnementen. Daarnaast ook heel wat ander materiaal zoals badges, boeken en T-shirts. Maandag werden er op de betoging nog eens 35 exemplaren verkocht. De impact van de meeting in Charleroi bleek ook de volgende dag bij campagnemomenten zoals de stand op de markt van Sint-Gillis in Brussel. Daar verkochten we 15 exemplaren van onze krant.


    1 mei

    We publiceerden al enkele verslagen en cijfers van de interventies op 1 mei. Uiteindelijk zijn we met de verkoop op de meeting en betoging in Charleroi eerder op de week inbegrepen op 745 verkochte kranten gekomen. De abonnementencampagne die we in maart en begin april voerden, heeft de traditie om met abonnementen te werken versterkt. Dat bleek ook op 1 mei, we maakten 22 abonnementen waarvan een meerderheid jaarabonnementen. Daarnaast waren er nog minstens een tiental beloftes om te storten voor een abonnement of om een permanente opdracht te nemen. Bij de verkoop op 1 mei waren er uitstekende resultaten in Brussel (173 exemplaren), Luik (140), Gent (119), Charleroi (97), Antwerpen (78). Met dit resultaat deden we beter dan de afgelopen drie jaar.

    Op het vlak van strijdfonds werd vooral in Brussel en Luik veel opgehaald. Daar neemt 1 mei een meer feestelijk karakter met veel stands. We maakten daar gebruik van om sangria te verkopen en haalden in beide steden telkens ruim 500 euro op. Elders werden ook nog goede resultaten behaald met ongeveer 200 euro in Antwerpen en 100 euro in Gent. Met het meiavondfeest in Aalst werd 200 euro opgehaald.


    Strijdfonds

    Aan de vooravond van 1 mei stond ons strijdfonds voor de periode april tot en met juni op 6.590,75 euro. Dat is 60% van onze doelstelling om 11.000 euro steun op te halen op drie maanden tijd. Op 1 mei zelf is daar nog een pak bijgekomen, maar daar hebben we nog geen exact overzicht van. Alleszins staan we goed op koers om net als in het eerste kwartaal van dit jaar onze doelstelling voor het strijdfonds te realiseren.


    Socialisme.be

    De komende week zal het publicatieritme van socialisme.be iets lager liggen omwille van vakantie. Er wordt wel een dagelijkse update voorzien. Komend weekend zullen onze vaste rubrieken ‘Kort en Krachtig’ en het partijnieuws niet verschijnen. Voor dringende berichten kan je best mailen naar info@socialisme.be in plaats van redactie@socialisme.be.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop