Staking van dokwerkers in Hong Kong zet zakelijke imperium van Li Ka-shing in de kijker

Wekenlang werd in Hong Kong door dokwerkers gestaakt tegen de superrijke tycoon Li Ka-shing. Die controleert wereldwijd 13% van alle havenactiviteiten. Het zijn dergelijke superrijken die het in Hong Kong voor het zeggen hebben. De vastberaden strijd van de dokwerkers, met een staking die 40 dagen duurde, maakt de rol van een kleine groep superrijke zakenlui duidelijk. De staking werd afgesloten met een ‘half succes’ (aldus de vakbondsverantwoordelijken) waaronder een loonsverhoging van 9,8%.

Dikang, Socialist Action (CWI in Hong Kong)

Zes conglomeraten van tyconen domineren het grootste deel van de economie van Hong Kong. Van iedere dollar die wordt uitgegeven, krijgen zij 23 cent. Zo zijn ze goed voor 90% van de verkoop in de supermarkten en twee derden van de private huizenmarkt. Dat wist de Wall Street Journal te melden. Het zakenimperium strekt zich over alle sectoren uit. Het is niet mogelijk om een rit met de bus te maken of te winkelen in een shoppingcenter, een telefoongesprek te maken, een film te kijken of het licht in huis aan te schakelen zonder dat deze kleine kliek van superrijken nog rijker wordt. De controle op de vastgoedmarkt zorgt ervoor dat ze ook de kleine bedrijven domineren, die worden de slaven van de tyconen.

Een van de spillen in deze machtsstructuur is Li Ka-shing, de achtste rijkste man ter wereld met een geschat persoonlijk fortuin van 31 miljard VS-dollar – 241 Hong Kong dollar (volgens Forbes). Hij is eigenaar van bedrijven die goed zijn voor 15% van de waarde van de beurs van Hong Kong. Vorig jaar deden Li en de andere miljardairs van Hong Kong het uitstekend. Het vermogen van Li ging er met 8 miljard dollar op vooruit.

Om dit hallucinante cijfer even in perspectief te plaatsen: de vermogensaangroei van Li Ka-shing de afgelopen 12 maanden komt bijna overeen met het volledige budget dat in Hong Kong aan onderwijs wordt besteed. Het is bijna evenveel als de middelen die de regering van Hong Kong ophaalde met de verkoop van grond. Andere tyconen deden het eveneens erg goed, ook al moesten ze het onderspit delven in vergelijking met Li Ka-shing. Lee Shau-kee ging er met 23 miljard Hong Kong dollar op vooruit tot een totaal vermogen van 155 HK dollar. Ernstige beschuldigingen van corruptie en een familievete konden niet vermijden dat de broers Kwok er met 31 miljard HK dollar op vooruit gingen.

Voor de massa’s van Hong Kong ziet de situatie er anders uit. De kloof tussen arm en rijk is er bijzonder extreem. Armoede is alomtegenwoordig in de stad. Voor het eerst zijn er meer dan 300.000 bejaarden die onder de armoedegrens leven. Volgens de econoom Andy Xie namen de gemiddelde lonen in Hong Kong de afgelopen tien jaar slechts met gemiddeld 1,5% per jaar toe – dat is minder dan de inflatie.

Het verhaaltje van de ‘self-made man’ is een mythe van het kapitalisme. Li is rijk geworden door de arbeid van anderen uit te buiten. Hij werd daarbij sterk geholpen door de overheden, eerst onder het Britse koloniale regime en daarna onder de dictatuur van de CCP (Chinese Communistische Partij). Het bedrijf Cheung Kong Holdings van Li is opgericht in 1972 en is het tweede grootste van Hong Kong. Het bedrijf bouwde een op zeven huizen in de stad.

Het bedrijf werd opgebouwd door in te spelen op een speculatieve golf in de vastgoedsector na de door maoïsten beïnvloede rellen van 1967. Cheung Kong kreeg groen licht van de Britse autoriteiten om een imperium uit te bouwen, zo verwierf het bedrijf Hutchison Whampao in 1979. Dat bedrijf controleerde de haven van Hong Kong. In 1985 volgde Hong Kong Electric Holding, het grootste energiebedrijf van de stad. Van daaruit werden ook andere economische sectoren ingenomen, onder meer in de distributie, telecom en media. De groep AS Watson heeft 7800 winkels waaronder de supermarkten Park’n’Shop waarvan er 250 in Hong Kong zijn en 50 op het Chinese vasteland.

De neoliberale koers van Groot-Brittannië vanaf eind jaren 1970 maakte het ontstaan van zakenimperia in Hong Kong mogelijk. Zonder die overheidshulp zouden Li en zijn zonen misschien plastiek bloemen op straat verkocht hebben.

Volgens de neoliberalen zijn overheidsbedrijven niet efficiënt en moeten ze zo snel mogelijk verkocht worden. Water, energie, transport, scholen, ziekenhuizen, zelfs gevangenissen. Alles moet door private kapitalisten worden beheerd om winst te genereren. Tyconen als Li hebben wereldwijd een grote invloed gehad op politici bij het verder versterken van het neoliberale beleid van privatiseringen, dereguleringen (waarbij de winsten toenemen, maar de kwaliteit van de geleverde diensten afneemt) en outsourcing (waarmee slechtere arbeidsvoorwaarden worden opgelegd). Dat bleek ook in de havensector.

Terwijl het neoliberalisme stelt dat er geen overheidssteun moet zijn voor behoeftigen, worden de tyconen wel geknuffeld en in de watten gelegd door de overheden. Ze krijgen gemakkelijke toegang tot grond, steeds lagere belastingen en de ontwikkeling van kartels (waarbij prijsafspraken worden gemaakt door grote bedrijven die zo de markt manipuleren) wordt niets in de weg gelegd. Hong Kong is op deze manier een klassiek voorbeeld van nepotisme waarbij er samenwerking is tussen de overheid en de zakenwereld. Nepotisme weerlegt het idee dat Hong Kong de meest ‘vrije’ economie ter wereld is. Liberale economen stellen dat ze daar bedenkingen bij hebben, maar in werkelijkheid is er geen enkele kapitalistische economie zonder elementen van nepotisme.

Toen Leung Chun-ying werd ‘verkozen’ tot politieke leider van Hong Kong beweerde hij dat hij de tyconen zou aanpakken. Die hadden immers vooral zijn rivaal Henry Tang Ying-yen gesteund. Leung Chun-ying beloofde om meer publieke huisvesting te voorzien. Daar is niets van in huis gekomen. Tyconen als Li Ka-shing, met de steun van hun vrienden in Peking, hebben Leung tot de orde geroepen en ervoor gezorgd dat zijn plannen werden afgezwakt.

Buitenlandse expansie

De economie in Hong Kong is een ‘mature’ vorm van kapitalisme, dat betekent dat het bijna volledig parasitair is waarbij geld wordt gemaakt door investeringen in geld en niet in de productie van goederen die mensen kunnen gebruiken of consumeren. De grootste winsten worden buiten de grenzen van Hong Kong gerealiseerd, vooral op basis van goedkope arbeid op het Chinese vasteland. Er worden enorme winsten gemaakt uit financiële speculatie, ook al creëert dat een huisvestingsnachtmerrie voor de gewone bevolking en zelfs de middenklasse. Het leidt tot een massale inbreuk op de mensenrechten door 250.000 mensen te veroordelen tot een leven in kleine gedeelde appartementen of zelfs maar kooien. Gezien de beperkingen van de kleine binnenlandse markt is er een ‘overschot aan kapitaal’. Zoals Lenin uitlegde, zet dat de kapitalisten ertoe aan om in het buitenland te investeren. Li Ka-shing is ook een typisch voorbeeld van dit fenomeen.

Zijn bedrijven controleren een netwerk van havens, telecombedrijven, mediabelangen en dienstenbedrijven die wereldwijd 250.000 personeelsleden tellen. Hij controleert 13% van alle containercapaciteit van de havens in heel de wereld met belangen in havens in bijna 30 landen. De havenoperator Hutchison Port Holdings, een onderdeel van Hutchison Whampao, heeft ook samenwerkingen opgezet met Chinese overheidsbedrijven zoals de havens van Shenzhen.

De investeringen van Li beperken zich daar niet toe. Er zijn ook grote bouwprojecten in grote steden waaronder Peking. Voor het Chinese nieuwjaar was er een protestactie van 100 bouwvakkers in de provincie Jilin om 20 miljoen Yuan aan achterstallige lonen op te eisen. Het ging om een project van een luxe residentie die werd gebouwd door Hutchison Whampao. De tyconen van Hong Kong aarzelden niet om de CCP-dictatuur te omarmen. Ze zagen heel wat kansen zodra de kapitalistische hervormingen van Deng werden toegepast. De rijke families hebben nu verschillende ‘verkozenen’ in het Nationale Volkscongres en het Centraal Comité van de Chinese CP. Ook Li’s zoon Victor Li Tzar-kuoi is een van hen.

De schuldencrisis in Europa maakt van dat continent een nieuw doelwit voor overnames door Li Ka-shing. Zijn groep koopt geprivatiseerde diensten-, energie- en telecombedrijven. Hutchison Whampao haalt nu 42% van zijn inkomen uit Europa. “Europese bedrijven worden het nieuwe doelwit van Li Ka-shing”, verklaarde een financiële analist. Onder de recente veroveringen bevinden zich Wales & West Utilities dat gas levert aan een kwart van de Britse bevolking (andere Britse bezittingen van Li omvatten UK Power Networks, Northern Gas Networks en Souther Water). Vorig jaar legde Hutchison 2 miljard euro neer voor een belang in het Ierse telecombedrijf Eircom en 1,3 miljard euro voor Orange Oostenrijk, ook een telecombedrijf. De Watson Group van Li bezit de keten Superdrug met meer dan 900 winkels in Groot-Brittannië en Ierland.

Een socialistisch antwoord

Socialist Action, de afdeling van het CWI in Hong Kong, steunt de staking van de dokwerkers voor een degelijk loon. We nemen deel aan de acties en maken de strijd wereldwijd bekend. We geven het voorbeeld van de oproep van de dokwerkers in Portugal bij een staking vorig jaar. Zij stelden voor om wereldwijd te staken met het havenpersoneel, dat zou vandaag een enorme ondersteuning zijn voor de dokwerkers van Hong Kong. Deze oproep zou alleszins kunnen verspreid worden onder vakbonden in de verschillende havens die in handen zijn van Hutchison, zoals Alexandrië, Brisbane, Buenes Aires, Jakarta, Karachi, Londen, Rotterdam en Sydney.

De staking van de dokwerkers krijgt een enorme steun van de gewone bevolking in Hong Kong die eveneens woedend is tegenover de arrogantie en de hebzucht van de superrijken. De arbeiders hebben nood aan sterke en democratische vakbonden die voor de belangen van de gewone bevolking opkomen, maar ook aan een nieuwe partij van de werkende bevolking die ingaat tegen de ondemocratische heerschappij van de tyconen. In een periode van scherper wordende klassenstrijd en politieke radicalisering, met een groeiende woede tegen het kapitalisme en de hebzucht van de 1% rijksten, moeten we eigen strijdorganen ontwikkelen. Een nieuwe arbeiderspartij zou opkomen voor een socialistisch programma met bijvoorbeeld volgende eisen.

  • Laat de rijken de crisis betalen – voor een vermogenstaks voor de tyconen en het verhogen van de erg lage vennootschapsbelasting in Hong Kong
  • Afschaffing van outsourcing en onderaanneming – voor echte jobs en degelijke lonen die aangepast zijn aan de prijsstijgingen
  • Voor strijdbare vakbonden en een nieuwe arbeiderspartij! Voor internationalisme, solidariteit en verzet tegen alle vormen van racisme en etnische discriminatie!
  • Voor een noodplan van publieke huisvesting om minstens 50.000 nieuwe goedkope woningen per jaar te bouwen. Weg met detyconen, haal de banken en de bouwsector in democratisch publiek bezit.
  • Breek de kapitalistische kartels en hun controle op de vastgoedsector! Daartoe moeten we overgaan tot de nationalisatie van Cheung Kong Holdings, Hutchison Whampao en andere bedrijven van tyconen. Deze bedrijven moeten onder democratische controle en beheer van de arbeiders en de gemeenschap komen.
0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop