Een diepgaande crisis van het kapitalisme. Woede en verzet neemt toe

Deze week vond in Londen een Europees Bureau van het Committee for a Workers’ International (CWI) plaats. 31 afgevaardigden van 16 nationale afdelingen discussieerden er over de wereldwijde ontwikkelingen en de crisis. Er werd ook ingegaan op het werk van het CWI in Europa.

Verslag door Kevin Parslow (Socialist Party)

De eerste sessie “Wereldwijde crisis, Europa en conclusies voor het CWI” werd ingeleid door Peter Taaffe. Hij benadrukte het snelle ritme van gebeurtenissen waardoor het lijkt alsof er verschillende jaren zijn voorbijgegaan sinds de vorige internationale bijeenkomst van het CWI en niet slechts enkele maanden. De afgelopen maanden werd de diepgang van de crisis duidelijker. De snelheid waarmee de crisis toeslaat is niet verminderd. Het wordt voor velen bovendien duidelijk dat de crisis niet zomaar snel zal verdwijnen.

Er is een grote woede tegenover het kapitalistische systeem. Er waren drie algemene stakingen en een jongerenrevolte in Griekenland. In de VS is er een grote woede tegenover de bankiers en hun rol in de neergang van het financiële systeem. Er waren massale betogingen in Ierland, waar de economie tot 20% kan achteruitgaan in wat steeds meer de voormalige Keltische Tijger kan worden genoemd. Er waren nationale stakingen in Frankrijk waar in verschillende gevallen arbeiders bij afdankingen overgingen tot het vasthouden van hun patroons. In Guadeloupe en Martinique was er wekenlang een algemene staking voor betere lonen en tegen de extreme armoede.

In de neokoloniale wereld gaat de crisis met protest gepaard. De situatie in Madagascar is explosief, deels omdat het vorige regime verbonden was met grote multinationals die het land wilden afpakken van de armen om er voedsel te produceren voor de export.

De crisis heeft al geleid tot de val van vijf Europese regeringen. In Oost-Europa vielen drie regeringen (Hongarije, Letland en Tsjechië). Daarnaast waren er ook regeringscrises in IJsland en België. Anderen zullen volgen. Europa wordt hard geraakt door de crisis. Het bruto binnenlands product van de wereldeconomie ging met 5% achteruit in het laatste kwartaal van 2008, in de “ontwikkelde” economieën was dat 7%. De industriële productie neemt af, er kan een achteruitgang met 30-35% zijn. De wereldhandel zal dit jaar wellicht met zo’n 9% afnemen.

Terugkeer van sloppenwijken in de VS

Honderdduizenden arbeiders verliezen hun job en waar er geen sociale zekerheid bestaat, zoals in de VS, leidt dat tot wanhopige situaties. De terugkeer van sloppenwijken of tentenkampen rond de Amerikaanse steden, zoals de Hoovervilles van de jaren 1930, zal ook gevolgd worden in andere landen.

De levens- en werkomstandigheden van de arbeiders gaan er wereldwijd op achteruit. Een groter deel zal van een standpunt van verwondering overgaan naar een actieve positie. Bewegingen zoals in Griekenland of Ierland zullen meer en meer de toon zetten, zelfs indien er tijdelijke rustpauzes zijn in deze bewegingen. Er zijn elementen van een prérevolutionaire situatie: het patronaat is verward en verdeeld, de middenklasse in oproer en de arbeidersklasse kijkt uit naar een weg vooruit.

Er zijn geen grote meningsverschillen tussen de Europese en Amerikaanse leiders omtrent de doelstellingen van de G20, maar het blijft afwachten of de geplande beleidsmaatregelen zullen werken. Het redden van de banken kostte al meer dan vier oorlogen, de maanlanding en het Marshall-plan samen! (het Marshall-plan bestond uit Amerikaanse steun voor de Europese heropbouw na WO2 om zo een revolutionaire ontwikkeling in Europa te vermijden). Heel wat banken zijn technisch insolvent en worden “zombie banken”. De kapitalisten willen echter zoveel mogelijk vermijden om nationalisaties te moeten doorvoeren. Daarom werd meer gewerkt met overheidsgaranties om de banken te redden. Samen gaat het al om 11,6 triljoen dollar aan garanties!

Het feit dat er geen eenheid is onder de wereldmachten wordt duidelijk op de G20-top. Bij een vorige top in de herfst werd gepleit tegen protectionistische maatregelen. Sindsdien werden in 17 van de 20 leden van de G20 protectionistische handelsmaatregelen genomen. Er is ook verdeeldheid tussen die regeringsleiders die meer relancemaatregelen willen en de centrale bankiers die deze willen afbouwen. Zo pleit Mervyn King van de Bank of England voor een einde aan de relanceplannen omdat een groot deel van de “schatkist” is verdwenen en er wordt gevreesd voor een sterke inflatie in de toekomst.

Bewegingen zoals de Lindsey-staking in Groot-Brittannië waren succesvol. In Frankrijk zijn er studentenacties aan 30 universiteiten. Een centraal element dat in veel landen ontbreekt, is een massale arbeiderspartij. Waar er initiatieven tot stand komen – zoals in Griekenland, Duitsland en nu ook in Frankrijk met de NPA (Nouveau Parti Anticapitaliste) – krijgen deze snel heel wat steun. Eén opiniepeiling gaf de NPA 14% (in de meeste peilingen haalt de NPA zowat 9%) tegen de achtergrond van de bewegingen tegen het regime van Sarkozy. Syriza in Griekenland en Die Linke in Duitsland kenden in de peilingen wel een kleine achteruitgang.

Voor ons is het belangrijk om een socialistisch anti-crisisprogramma naar voor te brengen om de massa’s een uitweg aan te tonen en bewegingen richting te geven voor de komende periode.

Depressie?

In de discussie stelden een aantal kameraden de vraag hoe we de huidige periode moeten omschrijven, is dit een recessie of een depressie? Het is duidelijk dat de lengte van de recessie (minstens 17 maanden in de VS) een factor zal vormen, net zoals de gevolgen op het vlak van massale werkloosheid en sociale problemen. Er zijn elementen van een depressie in deze situatie. De wereldeconomie kan een zekere opgang kennen door de verschillende relanceplannen en kredietgaranties, maar dat is absoluut niet zeker. Zelfs indien dit het geval is, zal er echter geen mogelijkheid zijn om terug te keren naar de kredietgestuurde groei van de afgelopen 30 jaar. Peter Hadden uit Ierland beschreef de positie van de kapitalisten als volgt: ze zitten op een bobslee die op een ramp afstevent maar niet kan worden gestopt.

In de discussie werd meermaals ingegaan op de situatie in China. Steeds meer wordt duidelijk dat China absoluut niet in staat zal zijn om de wereldeconomie uit haar neergang te halen. Heel wat Chinese fabrieken hebben de deuren al gesloten en de interne markt is gekrompen. De Chinese relanceplannen (een fiscaal stimuluspakket voor 580 miljard dollar) behoren tot de meest omvangrijke plannen als het gezien wordt als percentage van het BBP. In de Chinese plannen zitten ook reeds eerder aangekondigde uitgaven en wapenproductie. De sleutel tot de Chinese situatie is de Chinese arbeidersklasse. Er zijn jaarlijks 120.000 massa-incidenten (meer dan 300 per dag) en het bewustzijn verandert snel als gevolg van de fabriekssluitingen, ontslagen en de terugkeer van de werkloze arbeiders naar het platteland.

Rob uit Rusland en Paul uit Polen gingen in op de gevolgen van de crisis in Oost-Europa en de voormalige Sovjetunie. De Letse economie zal dit jaar met 12% krimpen, de economie in de Oekraïne met 10%. Rusland wordt geconfronteerd met een catastrofe. De snelle ineenstorting van de economie leidt ertoe dat zowat de helft van de Moskovieten onder de internationale armoedegrens terecht komen. Het regime van Medvedev en Poetin probeert wanhopig om protestacties tegen te houden. Recent waren er wel een aantal bewegingen in Oost-Europa, onder meer van de boeren in Bulgarije.

Besparingen

Ondanks een breed verspreide woede tegen het neoliberale kapitalisme, gaan de aanvallen van de kapitalisten op de arbeidersrechten en verworvenheden verder. De kapitalisten willen de arbeiders laten opdraaien voor hun crisis. Marco van Controcorrente (Italië) stelde dat 130.000 leraars hun job op korte termijn kunnen verliezen indien hun contracten niet worden verlengd. Berlusconi lijkt sterk te staan in Italië, maar dat is enkel omdat de arbeidersklasse geen politiek referentiepunt meer heeft. Sonja uit Oostenrijk stelde dat patronale stemmen opgaan in dat land om de collectieve arbeidsovereenkomsten op te schorten en de economie over te dragen aan een kleine groep technocraten. Bij gebrek aan een alternatief kunnen populistische en rechtse krachten een opgang maken. Het voorbeeld van de Lijst-Dedecker in Vlaanderen is daar tekenend voor.

Vertegenwoordigers van onze afdelingen in Europa gingen in op hun campagnes voor nieuwe arbeiderspartijen en nieuwe formaties. Waar deze bestaan, komen we er actief in tussen om een socialistisch programma naar voor te brengen. Het lot van deze organisaties zal bepaald worden door de loop van de gebeurtenissen en hun tussenkomst er in. Afgelopen weekend waren er 60.000 betogers in Berlijn en Frankfurt. Er zijn plannen voor een Europese mobilisatie op 15-16 mei. In Zweden waren er volledige steden en dorpen die in actie kwamen tegen de mogelijke sluiting van Saab-fabrieken.

De arbeiders en jongeren zullen de strijd aangaan. De acties in Griekenland, Ierland en Frankrijk zijn daar een voorbeeld van. De georganiseerde arbeidersbeweging is nog relatief zwak op dit ogenblik, maar dat zal veranderen naarmate de arbeiders beseffen dat dit geen korte crisis zal zijn. De arbeidersbeweging zal in strijd moeten gaan. Marxisten kunnen daarbij een grote impact hebben indien ze met een duidelijk socialistisch programma naar voor komen. Die vaststelling leidde tot een groot optimisme over de mogelijkheden om de komende periode snel te groeien met onze organisatie.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop