Trotski over de nationalisatie van de banken en het kredietsysteem

‘De dictatuur van de markten’ is een begrip dat de afgelopen maanden een opmars kende. Velen leken uit de lucht te vallen, ze hadden die heerschappij van de financiële markten niet zien aankomen. Nochtans is dit geen nieuw gegeven. In de crisis van de jaren 1930 schreef Trotski ‘Het Overgangsprogramma’ (1938) waarin hij een stukje schrijft over de noodzaak om de volledige financiële sector in publieke handen te nemen.

Uittreksel uit ‘Het Overgangsprogramma’

Imperialisme betekent heerschappij van het financiekapitaal. Naast en vaak boven de concerns en trusts houden de banken het feitelijke commando over de economie in handen. In hun bouw weerspiegelen de banken in geconcentreerde vorm de hele structuur van het hedendaagse kapitalisme: in hen verenigen zich de tendensen tot het monopolie met de tendensen tot anarchie. Ze verwezenlijken wonderen van techniek, reusachtige ondernemingen, machtige trusts, maar ze veroorzaken ook de hoge prijzen, crisis en werkloosheid.

Niet één ernstige stap kan men doen in de strijd tegen de willekeur van de monopolies en de kapitalistische anarchie, die elkaar in hun vernietigingswerk aanvullen, als men de commandoposten van de banken in handen van de grote financiers laat. Om een uniform, volgens een oordeelkundig plan opgebouwd en in het belang van het hele volk werkend investerings- en kredietsysteem te scheppen, moeten alle banken tot één enkel nationaal instituut verenigd worden.

Slechts de onteigening van de particuliere banken en de concentratie van het gehele kredietsysteem in handen van de staat, zal hieraan de vereiste reële, d.w.z. materiële, en niet alleen papieren en bureaucratische middelen voor een planmatige organisatie van de economie bieden.

De onteigening van de banken betekent in geen geval onteigening van de bij de banken belegde gelden. Integendeel, één uniforme staatsbank kan de kleine spaarders veel voordeliger voorwaarden verschaffen dan de particuliere banken. Om dezelfde reden kan alleen de staatsbank aan boeren, ambachtslieden en kleine handelaren goedkope speciale kredieten verlenen.

Nog belangrijker is echter, dat de gehele economie, vooral de zware industrie en het transport, als ze door één enkele generale staf voor de financies geleid wordt, de levensbelangen van de arbeiders en van alle andere werkenden zal dienen.

Echter, slechts dan zal de naasting van de banken door de staat deze weldadige resultaten ten gevolge hebben, als de staatsmacht zelf uit de handen van de uitbuiters overgaat in de handen van de werkers.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop