Op 26 februari sprak de Amerikaanse president Obama voor een publiek van 8.000 mariniers in North Carolina. Hij leek zelfberaden: “Laat er geen onduidelijkheid over bestaan: tegen 31 augustus 2010 zal onze missie in Irak beëindigd zijn.” Het nieuwe plan van Obama bevat een tijdslijn van 19 maanden om het aantal troepen van 142.000 terug te brengen tot 50.000 soldaten die geen gevechtsopdrachten zouden vervullen.
Daarnaast bevestigde Obama het doel dat reeds in het SOFA-akkoord (Status of Forces Agreement) stond: een complete terugtrekking van Amerikaanse troepen tegen eind 2011. Dat akkoord werd nog door Bush onderhandeld in de herfst.
Tienduizenden Amerikaanse soldaten die Irak verlaten, zouden overgebracht worden naar Afghanistan. Toch kreeg het nieuws van de terugtrekking uit Irak enthousiaste reacties uit heel de wereld. Ook heel wat anti-oorlogscampagnes zijn tevreden en hopen dat dit, na zes verschrikkelijke jaren, het begin van het einde van de Irak-oorlog kan betekenen.
De controle over Irak en de volledige olieproducerende regio was een strategische doelstelling van de Amerikaanse buitenlandse politiek de afgelopen 60 jaar. Zal de terugtrekking van Amerikaanse troepen een einde maken aan die imperialistische doelstellingen? Zal Obama zijn belofte houden en de oorlog beëindigen?
”Complete mislukking”
Terwijl de propaganda over het “succes” van de troepenversterking in Irak verder ging, begon de regering-Bush tegen het einde van 2008 de Amerikaanse nederlaag in Irak te formaliseren. In een artikel onder de titel “Totale nederlaag voor de VS in Irak”, schreef Patrick Cockburn (een journalist met een grote autoriteit over Irak) dat het Status of Forces Agreement werd ondertekend na acht maanden onderhandelen waarbij de uiteindelijke versie zowat het tegenovergestelde naar voor brengt als wat bij het begin van de onderhandelingen werd naar voor gebracht. Dat verklaart ook waarom Iran, dat sterke banden heeft met de sjiietische partijen in Irak, haar aanvankelijke verwerping opgaf. De eerste versie van de Amerikanen was grotendeels een poging om de bezetting verder te zetten zonder veel verandering.
Het akkoord bepaalt nu dat de Amerikaanse troepen uit de steden zouden worden teruggehaald naar hun bases en dat vanaf 30 juni. Hierna zouden ze Irak verlaten en tegen 2012 zouden alle “permanente” bases in Irak moeten worden gesloten. Alle Amerikaanse militaire operaties moeten toelating krijgen van Irakese verantwoordelijken. Buitenlandse contractanten (zoals huurlingen en private veiligheidsbedrijven) verliezen hun legale immuniteit.
Het valt echter nog af te wachten in welke mate dit akkoord ook in de praktijk zal worden omgezet. Het belang van het akkoord werd wel correct samengevat door Cockburn: “De Amerikaanse poging om op te treden als de enige wereldmacht en een quasi-koloniale controle over Irak uit te oefenen – een poging die begon met de invasie van 2003 – werd een mislukking.”
Illusie van stabiliteit
Van bij het begin van de oorlog hebben wij gewezen op een onvermijdelijke nederlaag voor de VS in Irak. Die nederlaag werd de afgelopen jaren steeds meer erkend. In 2006 reeds verdedigde de Iraq Study Group van James Baker het idee van een gefaseerde terugtrekking.
In 2008 was er een afname van het geweld (met minder dan 400 doden per maand tegenover 3.000 op het hoogtepunt van de burgeroorlog) als resultaat van de Amerikaanse verdeel-en-heerstaktieken. De VS heeft een groot deel van het Soennitisch verzet omgekocht en wapens bezorgd om Al Qaeda te bestrijden. Dat Soennitisch verzet werd deel van het officiële leger en de politie.
Tegen de Amerikaanse troepenversterking in Bagdad had de burgeroorlog tussen Sjiieten en Soennieten de meeste wijken van de stad reeds etnisch gezuiverd. Tijdens de burgeroorlog gingen 4,7 miljoen mensen op de vlucht (dat is één op de vijf Irakezen!). Minder dan 150.000 van hen keerden terug naar hun huis, de meesten zijn bang van sektarisch geweld naast een tekort aan jobs, drinkwater, elektriciteit en andere basisvoorzieningen.
De grotere Amerikaanse troepenaanwezigheid in de straten van Bagdad en andere steden heeft de onderliggende tegenstellingen niet weg genomen. De tegenstellingen tussen Sjiieten en Soennieten blijft aanwezig. De Koerdische roep naar meer onafhankelijkheid en controle over de oliebronnen rond Kirkoek vormt een ander potentieel kruitvat. Nu is er een gespannen vrede tussen de Koerdische strijders die de olievelden in het Noorden van Irak controleren en de regeringstroepen die meermaals probeerden om de militaire controle over te nemen.
“Minstens tot 2015”
De pogingen van de VS om troepen terug te trekken, zal leiden tot een machtsstrijd en overlevingsstrijd tussen de verschillende heersende fracties van Irak. Daarbij kunnen regionale machten, zoals Iran, een sleutelrol spelen. In die context is het onwaarschijnlijk dat het VS-imperialisme zomaar Irak zal opgeven en een groot deel van de oliereserves in vijandige handen zal laten vallen.
Thomas Ricks, een correspondent van de Washington Post, schreef recent een nieuw boek: “The Gamble” (“De Gok”). Dat boek is gebaseerd op uitgebreide interviews met Amerikaanse commandanten in Irak. Volgens Ricks is er onder militairen en verantwoordelijken voor het buitenlands beleid een groot scepticisme tegenover de tijdslijn voor terugtrekking. Veel figuren die “het dichtst bij de situatie in Irak staan, verwachten er een volledige burgeroorlog in de komende jaren.”
“De stilzwijgende consensus die opduikt… is dat de VS-soldaten tot minstens 2015 in gevechtsposities zullen blijven – dat zou betekenen dat we nu op het midden van het conflict zitten.” In een samenvatting van zijn boek komt Ricks tot de conclusie: “De gebeurtenissen waarvoor de Irak-oorlog zal worden herinnerd, hebben wellicht nog niet plaats gevonden.” (Washington Post, 15 februari 2009)
De tegenstelling tussen het officiële akkoord van Obama om de oorlog te beëindigen en de concrete plannen van het Pentagon om een langere bezetting te organiseren, is een uitdrukking van de paradox waarmee het VS-imperialisme wordt geconfronteerd. De heersende klasse is wanhopig op zoek naar een uitweg uit het Irakese moeras, maar tegelijk wil het een beslissende invloed blijven uitoefenen in de regio. Die tegenstelling zal samen met een nieuwe opgang van verzet onder het Irakese volk leiden tot nieuwe conflicten en uitbarstingen van geweld.
Een nieuw buitenlands beleid in de VS?
We kregen een beeldmontage toegestuurd door Etienne Heyndrickx die weinig verandering ziet in het buitenlandse beleid van de VS.