Israël: grootste mobilisatie uit de geschiedenis van het land

Artikel door Thomas (Namen) uit de septembereditie van ‘De Linkse Socialist’

Israël is niet het homogene land dat eengemaakt tegenover een vijandige buitenwereld staat, zoals dit in de burgerlijke propaganda van het land vaak wordt voorgesteld. De revolutionaire golf in Noord-Afrika en het Midden-Oosten, aangevuld met de massale bewegingen in het zuiden van Europa (met de Spaanse ‘misnoegden’ en de acties in Griekenland), heeft nu ook Israël geraakt.

De regering en de media waren verwonderd, maar de sociale tegenstellingen in Israël zijn eveneens erg groot. Het kwam tot een massale betoging met maar liefst 300.000 deelnemers op 6 augustus na aanhoudende acties vanaf midden juli. Hierna ging de beweging even liggen, maar begin september waren er 450.000 betogers. Het gaat om de grootste acties ooit in het land.

Deze explosie van protest is het resultaat van de tegenstellingen in de Israëlische samenleving. De burgerij en haar staatsapparaat richten zich niet enkel tegen de Palestijnen en de Arabische Israëli’s, maar ook tegen de Joodse arbeiders en armen. Terwijl het patronaat zichzelf rijkelijk bedient, moet de overgrote meerderheid van de bevolking schrapen om rond te komen.

Meer dan een miljoen Israëli’s moet overleven met een maandloon van minder dan 750 euro terwijl de prijzen er niet bepaald lager zijn dan bij ons. Maar liefst 1,750 miljoen Israëli’s leven onder de armoedegrens en dat op een bevolking van bijna acht miljoen mensen. Er zijn steeds meer onzekere jobs en het neoliberale beleid zorgt voor een onderfinanciering van de publieke sector ten voordele van de kapitalisten (onder meer door belastingsverlagingen voor de rijken).

De rechtse regering en extreem-rechts spelen de kaart van het nationalisme en de nederzettingen om geen democratische rechten toe te kennen aan de Arabische bevolking in Israël (goed voor 27% van de bevolking) en om van Gaza een openluchtgevangenis te maken. Maar het racisme en de discriminatie treffen ook joodse vluchtelingen uit Noord-Afrika en Rusland. De politie ging niet over tot een repressieve aanpak van de tentenkampen van ‘misnoegden’ in Tel Aviv, dat zou immers de aandacht van de media en de toeristen trekken, maar het regime aarzelt niet om gewelddadig op te treden in de armere wijken van de grote steden.

De tentenbeweging was niet het werk van enkele verwende studenten, zoals de Israëlische burgerij liet uitschijnen. Een brede laag van de bevolking is bijzonder gevoelig rond de kwestie van betaalbare huisvesting. Net zoals de Europese jongerenbewegingen gaan ook Israëlische jongeren op zoek naar alternatieven op het neoliberale systeem. De leraars, spoorarbeiders, taxichauffeurs, gevangenisbewakers en zelfs politie-agenten namen deel aan de acties om te protesteren tegen hun arbeidsvoorwaarden, lonen of het verbod om zich syndicaal te mogen organiseren.

Deze beweging stond niet geïsoleerd. Er waren ook betogingen voor de rechten van de Palestijnen, met meer dan 10.000 betogers in Tel Aviv op 4 juni. Er was een staking van dokters, de sociale werkers gingen in actie (zonder de steun van de officiële vakbonden) en er was ook een stakingsactie bij Haifa Chemicals. Deze acties genoten een brede steun onder de bevolking.

Onze kameraden van de Socialistische Strijdbeweging, de linkse socialisten in Israël/Plalestina, waren erg actief in de beweging. Ze benadrukten de noodzaak van eengemaakte strijd tegen de regering. Zowel Arabische als Joodse arbeiders en armen zijn immers het slachtoffer van het beleid van de Israëlische regering. Samen met strijdbare syndicalisten zijn we ook actief binnen ‘Arbeidersmacht’, een alternatieve vakbond die ingaat tegen de officiële federatie Histradut die nauw verbonden is met het regime.

De regering heeft meteen geprobeerd om de sociale strijd naar de achtergrond te drukken door de nationale kwestie opnieuw op het voorplan te brengen. De beste manier om daar tegen in te gaan, is met arbeiderseenheid en een duidelijk programma van socialistische verandering.

We begrijpen de doelstellingen van de campagne BDS (boycot, desinvesteren en sancties) en ondersteunen de acties tegen Dexia, Deutsche Bank en andere kapitalisten die in de nederzettingen investeren. Maar een algemene boycot kan de arbeidersklasse en de jongeren in de armen van het zionistische regime drijven. Dat regime laat geen kans voorbijgaan om de ‘nationale eenheid’ tegenover de volledige buitenwereld te benadrukken. De beweging van de afgelopen weken heeft duidelijk gemaakt dat Israël geen homogene sociale samenstelling kent, maar een grote kloof tussen de elite en de gewone bevolking. Wij moeten de strijd van die gewone bevolking ondersteunen.

Paul Murphy, het Europarlementslid van de Ierse Socialist Party, nam deze zomer deel aan de Vrijheidsvloot voor Gaza (zie het interview met Paul in ons zomernummer). Het feit dat de Israëlische regering er in slaagde om de vloot te stoppen, grotendeels vooraleer een boot was vertrokken, toont aan hoe dit regime met protest omgaat. Het is echter belangrijk om de druk hoog te houden.

Het sociale protest in Israël overstijgt de nationale tegenstellingen en is mee geïnspireerd door de revoluties in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Nadat dictators zoals Moebarak in Egypte zijn verdreven, ligt ook het Israëlische establishment onder vuur. Dit toont het potentieel van internationale solidariteit, ook in een regio waar de nationale tegenstellingen bijzonder diepgaand zijn. Voor de linkerzijde komt het er nu op aan om te bouwen aan een strijdbaar socialistisch alternatief. Daartoe is er nood aan een massale arbeiderspartij in Israël en in Palestina om samen te strijden tegen het kapitalisme en om de nationale kwestie te verbinden met sociale strijd. Zoals Marx al opmerkte: “Geen volk dat andere naties onderdrukt kan vrij zijn.”

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop