OVS-staking bij het spoor. Moeten we deze acties steunen of veroordelen?

Het ongenoegen bij het treinpersoneel zorgde voor succesvolle stakingen op 8 en 15 december. Dit leidde tot discussie omdat het onder meer de plannen van de drie grote vakbonden voor hun betoging voor de koopkracht op 15 december doorkruiste. Een week eerder doorkruiste het de klimaatbetoging. Welke houding nemen wij in tegenover deze stakingsacties?

De stakingsacties op 8 en 15 december kwamen zeker ongelegen voor de geplande betogingen. Het maakte op 15 december bovendien duidelijk dat de verstandhoudingen tussen de drie grote vakbonden en de kleine bond van rollend personeel niet bepaald vlot is. De onderlinge concurrentiestrijd tussen de bonden ging blijkbaar voor op de gezamenlijke belangen. Er bleek geen akkoord mogelijk te zijn tussen de bonden om de reeds langer geplande staking van OVS en de betoging niet te laten samenvallen.

Los daarvan is het ongenoegen van de rollend personeel meer dan begrijpelijk. De NMBS heeft jarenlang onvoldoende geïnvesteerd in nieuw personeel, materieel en onderhoud van materieel. Het resultaat is bijzonder negatief voor zowel het personeel als de gebruikers. Wie regelmatig de trein neemt, zal zich ook de afgelopen dagen (na de invoering van het nieuw reissschema) meermaals geërgerd hebben aan vertragingen. Een groot deel van die vertragingen wordt veroorzaakt door een tekort aan degelijk materieel en gebrekkig onderhoud. Een ander probleem is dat de rusttijden in de eindhaltes beperkt worden, waardoor kleine vertragingen al snel een domino-effect teweeg brengen.

Het ongenoegen bij het personeel is ook groot omwille van de flexibiliteit die de directie eist van het personeel. Veel personeelsleden weten amper op voorhand wanneer ze moeten werken en om vakantie te krijgen, moet je hemel en aarde verzetten. Dat was één van de directe aanleidingen van de acties van het rollend personeel.

Wij hebben begrip voor het enorme ongenoegen dat aan de basis ligt van de acties. Dat ongenoegen is veel breder dan enkel de leden van OVS, de impact van de staking was nooit zo groot geweest indien het enkel de OVS-leden waren geweest die meestaakten. OVS speelde in op een breed verspreid ongenoegen en slaagde erin de acties naar zich toe te trekken omdat de andere vakbonden een te weigerachtige houding innamen tegenover acties. De andere bonden stellen dat de onderhandelingen pas in januari starten en dat er dan pas mogelijk acties zullen worden gevoerd. Dat is laat en het volstaat voor voor werknemers niet. Dat zorgt ervoor dat er ruimte ontstaat voor een intiatief als OVS, dat zeker geen linkse oorsprong en traditie heeft, om een grotere impact te krijgen. De grote vakbonden moeten OVS niet verwijten dat het acties organiseert, ze zouden beter zelf iets doen om de personeelsleden beter te organiseren en met een actieplan op te komen voor de belangen van personeelsleden en gebruikers.

Spoorstakingen hebben vaak te kampen met een vrij negatieve beeldvorming. Ook de vele vertragingen zorgen vaak voor spanningen waarbij reizigers zich keren tegen het personeel van de NMBS. Nochtans biedt een bedrijf als de NMBS immense mogelijkheden om een daadwerkelijke solidariteit te organiseren. Dagelijks nemen duizenden mensen de trein. Waarom wordt geen enkel initiatief genomen om vanuit de vakbonden gebruik te maken van het ongenoegen onder de reizigers om samen op te komen voor meer middelen en meer personeel? Dat kan bijvoorbeeld aan de hand van een petitie om een campagne op te zetten, maar ook met andere solidariteitsacties. Dat kan dienen als voorbereiding op een stakingsactie die als gevolg van de eerdere solidariteitscampagne wel gedragen en gesteund wordt door de reizigers. Wat voor een wapen zou dat niet zijn voor het spoorpersoneel en bijgevolg ook voor de reizigers?

De impact van de OVS-acties toont het ongenoegen en de actiebereidheid. Drie op de vier bestuurders nam deel aan de staking, ook al beslisten ABVV en ACV om geen stakingsvergoeding te betalen. OVS had voor 15 december breder moeten kijken dan het rollend personeel en aansluiting moeten zoeken bij de acties van de andere bonden. Als die mee in actie willen komen voor de koopkracht, kan dat de strijd versterken, ook bij de NMBS. Wij verwerpen de passieve houding van de spoorbonden. Dat zorgt er overigens voor dat OVS kan groeien en een impact heeft. We denken dat OVS zich beter niet beperkt tot één categorie (het rollend personeel van de NMBS). De spoorbonden zullen OVS nu ernstiger moeten nemen. Dat kan door hen te betrekken in de discussie over een actieplan dat gericht moet zijn op het uitbouwen van solidariteit van personeel en reizigers om samen op te komen voor meer publieke middelen voor het personeel, loonsverhogingen, beter materieel dat degelijk wordt onderhouden, aangepaste rust-en rijtijden die vertragingen kunnen vermijden,… Dat is wat ons verenigt, nu ligt de nadruk teveel op wat het personeel onderling verdeelt en ook met de reizigers verdeelt. En zoals we weten: alles wat ons verdeelt, verzwakt ons.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop