Your cart is currently empty!
Michael Moore schokt opnieuw met documentaire
Op dit ogenblik loopt in Cannes het prestigieuze filmfestival. De beau monde van de film komt daar bijeen in alle luxe. Toch vallen er geregeld kritische noten te horen. Zo is er de Amerikaanse filmmaker Michael Moore die enkele jaren geleden schokte met zijn Fahrenheit 9/11 over de aanslagen van 11 september 2001 en de daaropvolgende oorlog. Nu is Moore terug met een documentaire over de gezondheidszorg.
Als we de krantenberichten mogen geloven, is ‘Sicko’ (dat is de naam van de nieuwe documentaire) opvallend en schokkend. Het zou zelfs een impact hebben op de komende presidentsverkiezingen in de VS, wordt gesteld. Moore stelt vast dat 50 miljoen Amerikanen geen enkele vorm van medische verzekering hebben. Dat is natuurlijk niet verrassend in een land waar de armoede sterk toeneemt.
In 2005 leefden 16 miljoen Amerikanen in extreme armoede (individuen met minder dan 5.050 dollar per jaar, voor een gezin met twee kinderen wordt dat 9.903 dollar). Daaronder 4,3 miljoen zwarten en 3,7 Hispanics. Tussen 2000 en 2005 groeide de groep extreme armen met 26%. In 2005 leefde 12,6% van de bevolking – of 37 miljoen mensen – onder de officiële armoedegrens. Tegelijk zijn de 1% rijksten goed voor 17% van alle inkomsten in het land.
Michael Moore richt zich nu tegen de gezondheidsindustrie (goed voor 15% van het Amerikaanse bbp). 50 miljoen Amerikanen hebben geen medische verzekering, 200 miljoen Amerikanen hebben dat wel maar worden toch geregeld het slachtoffer van ingrepen of maatregelen die niet gedekt zijn door de verzekering. Dat is overigens geen puur Amerikaans gegeven. Recent hoorden we een voorbeeld van een gepensioneerd LSP-lid die zwaar ten val was gekomen en na een kort verblijf in het ziekenhuis voor een operatie drie maanden naar een revalidatiecentrum moest. Probleem: de verzekering (zowel mutualiteit als hospitalisatieverzekering) komen wel tussen voor de dagen in het ziekenhuis, maar niet voor die in het revalidatiecentrum!
Michael Moore zou het verhaal brengen van een aantal slachtoffers van de gezondheidsindustrie. Daarbij haalt hij uit naar verzekeraars met enkele getuigen die verklaren hoe ze nepredenen moesten verzinnen om zwaar zieke patiënten niet te vergoeden. Hij laat ook een aantal patiënten aan het woord die aan hun lot werden overgelaten. Moore kennende zal dit wellicht op een vrolijk maar niettemin schokkende wijze gebeuren.
Het probleem met Moore is natuurlijk dat hij geen alternatieven aanbiedt. Hij zou in deze documentaire het voorbeeld aanhalen van “quasi-kosteloze” gezondheidszorg in Canada, Engeland en Frankrijk. Op dit ogenblik is er in Engeland net een revolte bezig van het personeel en de gebruikers van de NHS (gezondheidszorg) tegen de besparingen die ten koste gaan van personeel en patiënten. Qua voorbeeld is dat dus nogal vreemd gekozen.
De documentaire eindigt met een oproep: “Ik vraag het Amerikaanse publiek te revolteren, en geen genoegen te nemen met een presidentskandidaat die ons land niet eindelijk een fatsoenlijke, betaalbare gezondheidszorg voor iedereen wil beloven.” Hoe dacht Moore dat te bereiken en met welk programma?
De gezondheidssector is inderdaad een belangrijk gegeven en het is goed dat er discussie over zal ontstaan door de nieuwe film van Moore. Het zal echter even noodzakelijk zijn om antwoorden naar voor te brengen waarmee een alternatief kan worden geboden. De eis van een nationale gezondheidszorg waar er toegang is tot gratis en degelijke geneeskunde is daarbij van groot belang. Daartoe zal het nodig zijn om de macht van de farmaceutische industrie te breken door deze sector onder de controle van de bevolking te plaatsen zodat niet langer de winsten tellen, maar de dienstverlening aan de bevolking. Bovendien is er nood aan een investeringsplan in gezondheidszorg zodat de nodige infrastructuur en middelen aanwezig zijn om iedereen degelijke zorgen aan te bieden.