Sinds 17 september bezetten jongeren, werkenden en activisten een plein vlakbij de beurs van Wall Street. De actie is gericht tegen de dictatuur van de banken en de patroons. De centrale slogan van de bezetters is “Wij zijn de 99% die de inhaligheid en de corruptie van de overige 1% niet langer aanvaarden”. De referentiepunten van de beweging waren van meet af aan duidelijk: de massabewegingen in Spanje, Griekenland, Tunesië en Egypte. Op 24 september was er een eerste betoging met een duizendtal deelnemers en een repressieve aanpak door de politie. Dat hield de beweging niet tegen, integendeel!
Artikel door Olivier (Luik) uit de novembereditie van ‘De Linkse Socialist’
indsdien was er een groeiende aandacht voor de acties van # Occupy Wall Street en er kwamen gelijkaardige acties in tal van steden doorheen het hele land. Duizenden Amerikanen hebben zich bij het protest aangesloten. Ook de vakbonden betuigden hun steun en betoogden zij-aan-zij met de “verontwaardigden van Wall Street” en elders.
Het ongenoegen is al langer aanwezig onder brede lagen van de bevolking. Het zag er lange tijd naar uit dat enkel de erg reactionaire rechterzijde van de Tea Party daar uitdrukking aan zou geven. Maar sinds het begin van dit jaar kwam er een andere stem op de voorgrond. Er was de massabeweging in Wisconsin tegen de aanval op de syndicale rechten en tegen de besparingen. Die beweging maakte duidelijk dat het krediet dat Obama onder de bevolking genoot stilaan op is. De woede tegenover het prokapitalistische beleid zocht stilaan naar een publieke expressie. De snelheid waarmee #Occupy Wall Street kon ontwikkelen, is daar een uitdrukking van.
Net zoals in Spanje waren veel vakbondsleiders verrast door deze beweging. De vakbondsleiding liet bij de acties in Wisconsin na om de strijd ernstig te organiseren om tot een overwinning te komen. Maar het protest is niet zomaar gestopt. Ook de politici waren verrast. Sommigen keerden zich tegen de beweging. Zo is er de Republikeinse presidentskandidaat Herman Cain die verklaarde: “Leg de schuld niet bij Wall Street of de grote banken als je geen werk hebt of niet rijk bent. Het is uitsluitend je eigen schuld”. Anderen beseffen de brede steun voor de beweging en proberen het protest dan maar te recupereren. Het is in dat kader dat de ‘steun’ van president Obama of van andere toplui van de Democraten moet worden gezien. De Republikeinen en Democraten zijn twee kanten van eenzelfde medaille, die van de financiële wereld en van Wall Street.
Enorme uitdagingen
De beweging staat voor enorme obstakels en uitdagingen. Er moet geantwoord worden op de recuperatie door prokapitalistische personaliteiten. Er zijn in diverse steden ook problemen met repressie die wordt ingezet om de aandacht van het protest af te leiden. Dat kennen we bij ons ook: de media hadden meer oog voor de vernielingen in het intussen al twee jaar leegstaande gebouw van de HUB dan voor het protest van de indignados zelf.
De repressie houdt de beweging niet tegen, de activisten zoeken naar methoden om brede lagen actief te betrekken in de strijd. Dat kan het beste met duidelijke eisen rond werk, huisvesting, de verdediging van openbare diensten zoals onderwijs en gezondheidszorg,… De algemene vergaderingen zijn uitstekende momenten om over dergelijke eisen te discussiËren en om de strijd zelf te organiseren.
In verschillende steden, zoals in New York, sluiten de vakbonden zich in meerdere of mindere mate aan bij de beweging. Een oriëntatie op de georganiseerde arbeidersbeweging is een goede zaak. We begrijpen de afkeer tegenover delen van de vakbondsleiding, maar aan de basis is er een strijdvaardigheid.
Veel activisten denken dat in Egypte en Tunesië de dictators zijn gevlucht omwille van de pleinbezettingen. Dat klopt tot op zekere hoogte, de pleinbezettingen maakten een bredere beweging los. Het beslissende element in het verjagen van de dictators was de betrokkenheid van de arbeidersklasse. Het is geen toeval dat zowel Moebarak als Ben Ali ten val kwamen tijdens een algemene staking in hun land.
De bezettingen moeten verder uitgebouwd worden, ook op de scholen, de werkplaatsen en in de wijken. Met massale week-end betogingen tegen de besparingen op de sociale diensten en voor een programma van werk, tegen de oorlog, voor besparingen op het defensiebudget, voor de verdediging van syndicale en democratische rechten,… is het mogelijk om brede lagen actief te betrekken. Voor velen zal dit een eerste politieke activiteit zijn.
Onze Amerikaanse zusterorganisatie Socialist Alternative stelt ook voor om deze basis te bouwen aan een nationale actieweek eind november (tussen 16 en 23 november zal er een bijeenkomst van het parlement zijn om de besparingen te bespreken). Dat zou een goede stap zijn om tot grotere acties te komen. Socialist Alternative stelt ook voor om vanuit de beweging eigen kandidaten naar voor te brengen bij de verkiezingen van 2012. Kandidaten uit de arbeidersbeweging die zich uitspreken tegen het kapitalisme en tegen het beleid van de twee partijen van Wall Street, zouden een aanzet kunnen geven om te bouwen aan een nieuwe partij van de 99%, een massale arbeiderspartij. Dat is de enige manier waarop we kunnen vermijden dat de beweging wordt gerecupereerd en waarmee we een nog grotere respons kunnen krijgen.